Vergelijkbare documenten
INSTALLATIEVOORSCHRIFT 8A /10.02 Wijzigingen voorbehouden.


Nefit Economy cv-boilers

H A N D L E I D I N G Website:

Gebruikshandleiding. 8X /05.12 Wijzigingen voorbehouden.

Installatievoorschrift. ATAG Comfort Boilers. 8A /09.11 Wijzigingen voorbehouden.

Gebruikshandleiding. Zonneboilers. 8X /09.12 Wijzigingen voorbehouden.

H A N D L E I D I N G info@dutchsolarsystems.com Website:

ATAG cv-zonneboiler CBHotTop


vanderbeyl IGB-200S, IGB-300S, IGB-500S Installatie- en montagehandleiding

INSTALLATIE HANDLEIDING

GEBRUIKSHANDLEIDING Betrouwbaarheid Innovatie

vanderbeyl IGB-100S, IGB-110H, IGB-150S Installatie- en montagehandleiding

INSTALLATIEVOORSCHRIFT. 8A /10.01 Wijzigingen voorbehouden.

GEBRUIKERSHANDLEIDING

CV module Plus Installatievoorschriften

Bosch solar Pakket. Montage- en Gebruikershandleiding (2008/03)

Algemene montage-instructie van het ATON B100RV-VW zonne-energie systeem- VOORL.

Itho voorverwarmer zonneboilers

SENTRY ELEKTRISCHE BOILERS

Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren. product-

ST. Bosch solar Pakket. Montage- en Gebruikershandleiding (2010/05)

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Installatievoorschrift collectoren en terugloopvat

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Installatievoorschrift. ATAG Comfort Boilers. 8A /10.17 Wijzigingen voorbehouden.

1. Onderhoud en garantie

Handleiding. Zonnegascombi V2. Zonneboiler uitbreidingsset ten behoeve van ondersteuning ruimteverwarming. Versie 1.00

Remeha staande boiler type 120/40


I N S T A L L A T I E V O O R S C H R I F T E N W A T E R S Y S T E M E N BRINK HRE MET OPLAADBOILER OF ZONNEBOILER SYSTEMEN


VIH 80 / VIH 120 / VIH 150

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden

HR-combiketel. Onderhoud / storingen

MVB-500, MVB-1000 Installatie- en montagehandleiding

remeha boiler type 120/40

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Bediening en werking

Hotto boilerkraan plaatsen

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie

inhoud Een uitgave van Intech Klimaat & Sanitair en OTIB februari 2010 Aansluiten zonneboiler Katern voor scholing, her- en bijscholing

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

Handleiding. Uitbreidingsset S.M.A.R.T.

VMBO PIE. Zonneboiler

Tercal verwarmingssystemen

TECHNISCHE INFORMATIE. HEAT PIPE 160 Easy

zonne-energie zonneboiler zonnepanelen

Reservoir PRO3-VAQ PRO7-VAQ

ZONNEBOILER INSTALLATIE - INSTRUCTIE. voor een collector gemonteerd op panlatten.

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm

Inbedrijfstelling van de installatie

Gebruikshandleiding. Toetsfuncties. Bedrijfsindicaties. Met de programmatoetsen schakelt u de volgende functies aan of uit: centrale verwarming

Cascade-opstelling Nefit EcomLine HR pakket L2A. Lijnopstelling

1. Installatie van de e-thermostaat Installatie van de hub 8

HiTAC -filterpatroon vervangen worden. Tevens wordt dan de kalk uit het reservoir

Installatievoorschrift. Q-Solar. 8A /12.05 Wijzigingen voorbehouden.

Gebruikershandleiding. Silverline Heat. Het slimste. zonneboilersysteem. van Nederland SLST.GBH

Cascade-opstelling Nefit EcomLine HR pakket E2, E3, E4, E5 en E6. Lijnopstelling

Waterwerkbladen Plaatsing boilervat Draag vermogen vloer t.b.v. boilervat Gesloten systeem Niet doen

2. Onderhoud en garantie

Itho Daalderop Zonneboilers en zonnecollectoren. product-

Versie Nederlands

Gebruikershandleiding Montagehandleiding

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

SolarSystemen. Duurzame oplossingen voor warm water en verwarming

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

VII. VII. ZentaSOL. VII-1 Remeha ZentaSOL zonneboilersysteem 120 VII-2 Zonneboiler aansluitsets 123

HEAT - PIPE 160 Easy

remeha staande boiler type 120/40

Quick Guide Artel Mono Block schema 1

KICKSPACE 500 DUO GECOMBINEERDE CONVECTOR VOOR WARM WATER C-V MET ELEKTRISCHE VENTILATOR

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen

GEBRUIKSHANDLEIDING COMBI INSTALLATIESET

Nefit houdt Nederland warm. Gebruikersinstructie. Nefit Economy HR

Voor de installateur. Montage-instructie. muur- en dakdoorvoerset Nefit EcomLine HR-toestellen (07/2013) NL

Itho Daalderop Warm- en kokendwaterproducten. product-

HANDLEIDING SMARTLINE

In de complete zonneboilersets zitten 30 cm flexibele doorkoppel slangen voorzien van HT isolatie

voorschrift In combinatie met ThermoMaster VR en ThermoMaster 2HR AAN DE INSTALLATEUR

Nederland nl. Installatievoorschriften Remeha voorraadvat HWST-A 300. prof.remeha.nl

HANDLEIDING ELEKTRISCHE ELEMENTEN

Gebruikshandleiding. 8A /05.08 Wijzigingen voorbehouden.

CW 6. Montage handleiding Lees voor het installeren en gebruiken van het toestel de installatievoorschriften zorgvuldig door. Intergas Verwarming BV 1

Quick Guide Artel Mono Block schema 2 verwarmen/warmwater

HANDLEIDING SAUNABESTURING A2 TECHNISCHE GEGEVENS

Elektrische Doorstroomverwarmer

UNIMIX compact en universeel regelsysteem voor vloerverwarming. member of

Gebruikshandleiding ALEC. ATAG Low Energy Concept. 8A /08.12 Wijzigingen voorbehouden.

Handleiding. Itho Daalderop WPV 150L/200L. 1. Veiligheid & voorschriften Veiligheid

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

Zonneboilers. 8A /10.12 Wijzigingen voorbehouden.

HANDLEIDING SLIMLINE

U n i e k i n t e c h n i e k e n v o r m g e v i n g

BASISINSTELLING WARMTEPOMP

10. Sanitair warmwaterbereiders

Oplaadboilers vanderbeyl OLB-200, OLB-300 en OLB-500, DDS en ES

Voor elke comfort vraag een warmwater oplossing

Versie november 11 2

Showersave. QB1-21D (dubbele douchepijp wtw) Installatiehandleiding

Installatie-instructie

Transcriptie:

INSTALLATIEVOORSCHRIFT 8A.51.03.04/11.02 Wijzigingen voorbehouden.

Inhoud 1 Boilerbeschrijving... 4 2 Werking... 4 3 ZonLichtBoiler aan Combi-toestel... 6 3.1 EcoNorm ZonLichtBoiler 110 liter... 6 3.1.1 Leveringsomvang... 6 4 Maatvoeringen EcoNorm ZonLichtBoilers... 6 5 Plaatsing... 7 6 Aansluiten van de leidingen... 7 6.1 Aansluiten van de sanitaire leidingen... 7 6.2 Aansluiten van de collectorleidingen... 8 7 ZonLichtBoilers aan Solo-toestel... 9 7.1 EcoTop ZonLichtBoiler 110 liter... 9 7.1.1 Leveringsomvang... 9 7.2 HotTop ZonLichtBoiler 200 liter... 9 7.2.1 Leveringsomvang... 9 8 Maatvoeringen EcoTop en HotTop ZonLichtBoilers... 10 9 Plaatsing... 11 10 Aansluiten van de leidingen... 12 10.1 Aansluiten van de CV-leidingen... 12 10.2 Aansluiten van de sanitaire leidingen... 13 10.3 Aansluiten van de sanitaire leidingen met circulatieleiding... 13 10.4 Aansluiten van de collectorleidingen... 14 10.5 Opstelling meerdere collectoren... 15 11 Terugloopvat... 16 11.1 Terugloopvat 10 en 15 liter... 17 11.1.1 Maatgegevens 10 en 15 liter terugloopvat... 18 11.1.2 Montage 10 en 15 liter terugloopvat... 18 11.1.3 Aansluiten van het terugloopvat... 18 12 Delta-T regeling... 19 12.1 Werking... 19 12.2 Elektrische aansluitingen... 20 12.3 IJken van de sensoren... 20 13 Vullen en ontluchten van het collectorcircuit... 21 13.1 Vullen collectorzijdig... 21 13.2 Vullen en ontluchten sanitairzijdig... 21 13.3 Vullen en ontluchten CV-zijdig... 21 14 In werking stellen van de ZonLichtBoiler... 21 14.1 Testen van de collectorpomp... 21 14.2 Wijzigen opvoerhoogte collectorpomp... 22 14.3 Reset van de bedrijfsurenteller... 22 15 Buiten bedrijf stellen... 22 16 Onderhoud... 22 16.1 Controle waterniveau collectorcircuit... 22 16.2 Controle collectorpomp... 22 17 Storingen opsporen en verhelpen... 23 18 Technische specificaties ZonLichtBoilers... 24 19 Checklist oplevering ZonLichtSysteem... 25 De ZonLichtBoiler dient door een erkend installateur te worden geïnstalleerd. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 3

1 Boilerbeschrijving De ATAG ZonLichtBoiler is een RoestVastStalen voorraad-boiler die door middel van een door de zon verwarmde ZonLichtCollector van warmte wordt voorzien en indien nodig, door het aangesloten CV-toestel wordt naverwarmd. De ZonLichtBoiler heeft een Delta-T regeling (temperatuurverschilregeling) die onafhankelijk van het CV-toestel functioneert. ATAG ZonLichtBoilers zijn onder te verdelen in de volgende groepen: 1. ZonLichtBoiler aan Combi-toestel Het sanitairwater wordt door de ZonLichtBoiler (voor)verwarmd en via de warmwatervoorziening van het CV-toestel naverwarmd. - EcoNorm Horizontale ZonLichtBoiler 110 liter 2. ZonLichtBoiler aan Solo-toestel Een gedeelte van het sanitairwater wordt naverwarmd door een CV-spiraal boven in de ZonLicht- Boiler en er wordt direct uit de boiler getapt. - EcoTop ZonLichtBoiler 110 liter - HotTop ZonLichtBoiler 200 liter De EcoTop en HotTop ZonLichtBoilers zijn eventueel ook te gebruiken in combinatie met een Combi-toestel. Hierbij wordt de CV-spiraal niet aangesloten. Naverwarming van het sanitaire water vindt dan plaats door middel van de warmwatervoorziening van het Combitoestel. Dit installatievoorschrift beschrijft uitsluitend de installatie van de ZonLichtBoilers met Delta-T regeling. Voor beschrijvingen van de ZonLichtCollector verwijzen we naar de desbetreffende handleiding. De ATAG ZonLichtBoiler is ook toe te passen op andere merken CV Combi-toestellen (mits voorzien van het GASKEUR NZ-label), naverwarmers en CV Solotoestellen. Voor het aansluiten dient men de installatievoorschriften van de desbetreffende leverancier te hanteren. 2 Werking Alle ATAG ZonlichtBoilers werken volgens hetzelfde basisprincipe. Elke boiler is verbonden met een ZonLichtCollector en heeft een terugloopvat. Het terugloopvat is bij de HotTop in de vorm van een dubbele wand om de boiler (principe flessenwarmer), waar de overdracht plaatsvindt van de warmte die via de collector wordt aangevoerd. De EcoTop en EcoNorm hebben een separaat terugloopvat naast de boiler en een inwendige spiraal voor de overdracht van de warmte die via de collector wordt aangevoerd. Het terugloopvat dient als opslagvat voor het water van het collectorcircuit. Tijdens stilstand of bij een op temperatuur zijnde boiler is er in de collector geen water meer aanwezig. Het collectorcircuit is een gesloten en drukloos systeem. Er kan dus geen water verdampen en het behoeft niet ververst te worden. Het collectorcircuit werkt volgens het terugloopprincipe. De pomp schakelt in zodra de temperatuur van de collector ca. 10 C hoger is dan de temperatuur in de boiler (DT > 10 C: pomp aan). Een gedeelte van het water wordt uit de dubbele wand of het terugloopvat door de collector gepompt. In de collector wordt het water verwarmd. Daarna stroomt het water terug in de dubbele wand of het terugloopvat. De warmte wordt door de wand van de boiler (flessenwarmerprincipe) of door de spiraal in de boiler op het tapwater overgedragen. De pomp schakelt uit zodra de temperatuur van de collector ca. 2 C hoger is dan de temperatuur in de boiler (DT < 2 C: pomp uit). Het water stroomt terug uit de collector in de dubbele wand of het terugloopvat. Hierdoor bestaat er geen kans op bevriezen! Dit proces kan enigszins hoorbaar zijn. De pomp schakelt ook uit als het tapwater in de boiler in zijn geheel een temperatuur heeft bereikt van ca. 80 C. Hierdoor bestaat er geen kans op oververhitting! Ook bij storing schakelt de pomp automatisch uit, waardoor de collector weer leeg loopt. De ATAG ZonLichtBoiler is dus altijd veilig zonder dat er gebruik wordt gemaakt van middelen met een milieubelastend risico, zoals soige antivriessoorten. Als het (zon)lichtaanbod niet voldoende is wordt het sanitairwater naverwarmd via de warmwatervoorziening van het CV-toestel (Combi-toestel met EcoNorm) of wordt een gedeelte van de boiler naverwarmd door een geïntegreerde CV-spiraal (Solo-toestel met EcoTop of HotTop). Bij de ZonLichtBoilers met CV-spiraal wordt altijd een gedeelte van de inhoud op de gewenste temperatuur gehouden. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 4

1 2 3 A 4 5 6 10 11 7 B 8 9 12 13 C 14 15 16 17 schematische voorstelling ZonLichtBoiler (HotTop 200) figuur 1 A. ZonLichtCollector B. ZonLichtBoiler C. Delta-T regeling 1. Collectortemperatuurvoeler (Delta-T regeling) 2. Glasplaat collector (gehard, ijzerarm) 3. Absorber met "sunstrips" 4. Koudwaterleiding 5. Warmwaterleiding 6. Boilersensor of thermostaat 7. CV-spiraal (alleen EcoTop en HotTop) 8. Dubbele wand (alleen bij HotTop) 9. Isolatie (100% CFK-vrij) 10. Uitgaande collectorleiding collector 11. Ingaande collectorleiding collector 12. Niveaukraantje 13. Doorstroombegrenzer 14. Collectorpomp 15. Overstortventiel 3 bar 16. Vul-/aftapkraan 17. Boilertemperatuurvoeler (Delta-T regeling) Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 5

3ZonLichtBoiler aan Combitoestel De EcoNorm ZonLichtBoiler onderscheidt zich van de andere ZonLichtBoilers doordat de naverwarming van het sanitairwater wordt verzorgd door de warmwatervoorziening van het CV-toestel. De EcoNorm heeft een spiraal als warmtewisselaar in de boiler en een separaat terugloopvat naast de boiler. type boiler EcoNorm Horizontaal geschikt voor type toestel PF-SHR 24T NZ PF-SHR 35T NZ E-SHR 24T NZ S-HR 24T S-HR 35T S-HR 51T boiler / toestel combinatiemogelijkheden tabel 1 3.1 EcoNorm ZonLichtBoiler 110 liter De EcoNorm boiler is een horizontale 110 liter uitvoering. Deze uitvoering is bij uitstek geschikt voor plaatsing achter het knieschot op zolder. 3.1.1 Leveringsomvang De EcoNorm ZonLichtBoiler 110 liter wordt geleverd met: - boilersensor PT100 - delta-t regeling - collectorpomp met doorstroombegrenzer - overstortventiel - vul-/aftapkraan - terugloopvat 5,5 liter - installatievoorschrift ZonLichtBoilers - gebruiksvoorschrift ZonLichtBoilers 4 Maatvoeringen EcoNorm ZonLichtBoilers maatvoering EcoNorm ZonLichtBoiler tabel 2 k w i u type boiler type boiler EcoNorm 110 koudwaterleiding warmwaterleiding ingaande collectorleiding uitgaande collectorleiding EcoNorm 110 Horizontaal A hoogte / lengte 1030 B diameter ø 510 E onderzijde / ingaande collectorleiding 480 F onderzijde / uitgaande collectorleiding 500 G hartafstand koud- en warmwater 60 H vloer-/ muurafstand 35 J ruimte leidingwerk 240 K ( onder)zijde boiler / (voet)steun 240 L afstand (voet)steunen 565 M breedte (voet)steun 40 N zijde boiler / warmwaterleiding 440 15 15 15 15 aansluitdiameters EcoNorm ZonLichtBoiler tabel 3 i u F E B w k H 30 260 J K N G L A M maatvoering EcoNorm ZonLichtBoiler 110 liter horizontaal figuur 4 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 6

5 Plaatsing Het verdient de voorkeur de boiler zo dicht mogelijk bij de collector te plaatsen om warmteverliezen te verminderen en, indien mogelijk, bij het meest gebruikte warmwatertappunt. Deze ruimte dient vorstvrij te zijn. Indien de opvoerhoogte meer is dan 6 meter en/of de lengte van de collectorleidingen meer dan de maximale leidinglengte overschrijdt dient een extra terugloopvat toegepast te worden (zie hoofdstuk 11). De onderzijde van de collector dient minstens 0,6 meter boven de onderzijde van de boiler geplaatst te worden i.v.m. het terugloopprincipe. De EcoNorm ZonLichtBoiler horizontaal mag uitsluitend op een horizontale vlakke ondergrond geplaatst worden. 6 Aansluiten van de leidingen Het CV-toestel met warmwatervoorziening dient geschikt te zijn of gemaakt te worden voor het aansluiten van een ZonLichtBoiler. Voor de ATAG Blauwe Engel ll is een NZ-ombouwset verkrijgbaar (art.nr. AA1ZB04H). 6.1 Aansluiten van de sanitaire leidingen Sluit de drinkwaterinstallatie aan volgens: - de AVWI - NEN 1006: - de VEWIN werkbladen. Bouw, indien nodig, de NZ-ombouwset in het CVtoestel om te voldoen aan het Gaskeur NZ. De sanitairleidingen in het toestel zijn volgens figuur 4: 1 Koudwaterleiding 2 ZonLichtBoiler waterleiding 3 Warmwaterleiding Houd rekening met voldoende ruimte rondom de boiler. Er dient een vrije ruimte te zijn van minimaal 40 cm aan de zijde van het inspectieluik met dompelbuis om deze te kunnen verwijderen. maximaal 4 meter * minimaal 0.6 meter 1 2 3 ombouwset voor Gaskeur NZ t.b.v. Blauwe Engel II figuur 4 De koudwaterleiding dient voor de opsplitsing naar boiler en CV-toestel voorzien te zijn van een inlaatcombinatie (8 Bar) en een doseerventiel. * eventueel te vergroten naar 6 meter (zie hoofdstuk 14.2) plaatsing EcoNorm horizontaal t.o.v. figuur 3 ZonLichtCollector sanitaire aansluitingen EcoNorm ZonLichtBoiler figuur 5 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 7

In de koudwaterleiding mag na de inlaatcombinatie geen kraan of afsluiter gemonteerd worden, omdat bij gesloten kraan of afsluiter de overstort van de inlaatcombinatie niet bereikbaar is voor het uitzettende water. Zorg voor een vrije uitloop van de overstort van de inlaatcombinatie in de sifon naar de riolering. Isoleer de koud- en warmwaterleiding vanaf de boiler ca. 50 cm om een warmteslot (isolatie) voor de boiler te creëeren. wezigheid van de doorstroombegrenzer in de knelkoppeling boven de collectorpomp. Sluit de uitgaande collectorleiding aan tussen de bovenste aansluiting van de collector en de aansluiting van het terugloopvat. Indien er meerdere collectoren geplaatst zijn, of de opvoerhoogte en/of leidinglengte is meer dan 6 meter, dient een extra terugloopvat in het collectorcircuit opgenomen te worden (zie hoofdstuk 10.5 en 11). 6.2 Aansluiten van de collectorleidingen Voor het aanleggen van de leidingen van en naar de collector gelden de volgende regels: Alle leidingen tussen boiler en collector dienen uitgevoerd te worden in 15 KIWAgekeurd roodkoper leidingmateriaal. Alle leidingen dienen in een vorstvrije ruimte op een afschot van minimaal 1 cm/m gemonteerd te worden. Houd de lengte van een leidingdeel buiten (of door een niet vorstvrije ruimte) zo kort mogelijk (maximaal 1 meter) en plaats deze op een afschot van minimaal 2 cm/m. Tijdens normaal bedrijf kunnen de collectorleidingen kortstondig zeer heet worden (>120 C). De collectorleidingen dienen zorgvuldig geïsoleerd te worden met UV- en hittebestendig isolatiemateriaal. De leidingen moeten zodanig worden aangesloten dat er geen waterslot ontstaat. Alleen dàn kan de collector goed lucht aanzuigen en weer leeglopen (zie figuur 7). Sluit de ingaande collectorleiding vanaf de collectorpomp aan op de onderste aansluiting van de collector. Controleer de pomprichting (pijl op pomphuis richting collector) en stel de pomp op het juiste toerental af (afhankelijk van de opvoerhoogte). Controleer de aancollectoraansluitingen EcoNorm ZonLichtBoiler figuur 6 Goed Fout Fout aansluiten collectorleidingen figuur 7 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 8

7 ZonLichtBoilers aan Solotoestel De EcoTop en de HotTop ZonLichtBoilers onderscheiden zich van de andere ZonLichtBoilers doordat het warmwater direct uit de boiler getapt wordt. De naverwarming van het in het bovenste gedeelte van de boiler aanwezige sanitairwater wordt verzorgd door een CV-spiraal die met een driewegklep aangesloten is op het CV-toestel. Het verschil tussen de EcoTop en HotTop ZonLichtBoiler zit in het volume. De EcoTop heeft 110 liter inhoud en de HotTop heeft 200 liter inhoud. De EcoTop en HotTop ZonLichtBoilers zijn geschikt in combinatie met de ATAG S-HR en PF-SHR Solotoestellen. 7.1 EcoTop ZonLichtBoiler 110 liter De EcoTop ZonLichtBoiler is een verticale boiler van 110 liter die naast of onder het CV-toestel gehangen kan worden. 7.1.1 Leveringsomvang De EcoTop ZonLichtBoiler 110 liter wordt geleverd met: - boilersensor PT100 - delta-t regeling - warmwatersensor - collectorpomp met doorstroombegrenzer - overstortventiel - vul-/aftapkraan - terugloopvat 5,5 liter - 3-aderig snoer (zwart) voor pomp - installatievoorschrift ZonLichtBoilers - gebruiksvoorschrift ZonLichtBoilers type EcoTop boiler HotTop 200 7.2 HotTop ZonLichtBoiler 200 liter De HotTop ZonLichtBoiler is een verticale staande boiler van 200 liter die in de buurt van het CV-toestel wordt opgesteld. 7.2.1 Leveringsomvang geschikt voor type toestel PF-SHR 15 PF-SHR 24 PF-SHR 35 PF-SHR 15 PF-SHR 24 PF-SHR 35 S-HR 15 S-HR 24 S-HR 35 S-HR 15 S-HR 24 S-HR 35 toestelcombinaties tabel 4 De HotTop ZonLichtBoiler 200 liter wordt geleverd met: - boilersensor PT100 - delta-t regeling - warmwatersensor - collectorpomp met doorstroombegrenzer - overstortventiel - vul-/aftapkraan - 3-aderig snoer (zwart) voor pomp - installatievoorschrift ZonLichtBoilers - gebruiksvoorschrift ZonLichtBoilers Indien gewenst zijn de EcoTop en HotTop ZonLicht- Boilers ook geschikt als voorverwarmer in combinatie met een Combi-toestel. Plaats de boiler in dit geval volgens de hoofdstukken: - 9 Plaatsing, - 6.1 Aansluiten van de sanitaire leidingen, - 10.4 Aansluiten van de collectorleidingen De CV-spiraal en de warmwatersensor worden niet aangesloten. Naverwarming van het sanitaire water vindt dan plaats door middel van de warmwatervoorziening van het Combi-toestel. Solo toestel met ZonLichtBoiler (EcoTop) figuur 8 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 9

Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 10 8 Maatvoeringen EcoTop en HotTop ZonLichtBoilers maatvoering HotTop ZonLichtBoiler 200 liter figuur 10 maatvoering EcoTop ZonLichtBoiler 110 liter figuur 9 i u w k H E F A G B r a C D K E L A B G D C M H F J i w k r a u

type boiler EcoTop 110 HotTop 200 A hoogte / lengte 1000 1250 B diameter ø510 ø 660 C onderzijde / retourleiding CV 540 765 D onderzijde / aanvoerleiding CV 800 1005 E onderzijde / ingaande collectorleiding 440 490 onderzijde / uitgaande F collectorleiding 600 690 Het verdient de voorkeur de boiler zo dicht mogelijk bij de collector te plaatsen om warmteverliezen te verminderen en, indien mogelijk, bij het meest gebruikte warmwatertappunt. G hartafstand koud- en warmwater 255 255 H vloer-/ muurafstand 75 15 J onderzijde / uitloop overstort 100 - K onderzijde / onderzijde muursteun 160 - L hartafstand muursteunen 625 - M hoogte muursteun 60 - maatvoering EcoTop 110 liter en HotTop 200 liter tabel 5 a r k w i u type boiler aanvoer CV-leidin g retour CV-leidin g koudwaterleiding warmwaterleiding ingaande collectorleiding uitgaande collectorleiding EcoTop 110 HotTop 200 22 ¾" binn. 22 ¾" binn. 15 15 15 15 15 15 15 15 aansluitdiameters EcoTop 110 liter en HotTop 200 liter tabel 6 9 Plaatsing maximaal 4 meter * minimaal 1 meter minimaal 300 * eventueel te vergroten naar 6 meter (zie hoofdstuk 14.2) plaatsing EcoTop 110 t.o.v. ZonLichtCollector figuur 11 Indien de opvoerhoogte meer is dan 6 meter en/of de lengte van de collectorleidingen de maximale leidinglengte overschrijdt dient een extra terugloopvat geplaatst te worden (zie hoofdstuk 11). De onderzijde van de collector dient op minstens 1 meter boven de onderzijde van de boiler geplaatst te worden i.v.m. het terugloopprincipe. maximaal 4 meter * minimaal 1 meter * eventueel te vergroten naar 6 meter (zie hoofdstuk 14.2) plaatsing HotTop 200 t.o.v. ZonLichtCollector figuur 12 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 11

De EcoTop 110 kan aan praktisch elke wand worden bevestigd. De wand moet vlak zijn en zo stevig dat deze het boilergewicht inclusief de waterinhoud en het eventueel nevenhangend CV-toestel kan dragen. De HotTop 200 is zodanig geconstrueerd dat uitsluitend een verticale opstelling mogelijk is waarbij de boiler op een vlakke horizontale ondergrond dient te staan. Houd rekening met voldoende ruimte rondom de boiler. Er dient een vrije ruimte te zijn van minimaal 40 cm aan de zijde van het inspectieluik met dompelbuis om deze te kunnen verwijderen. 10 Aansluiten van de leidingen 10.1 Aansluiten van de CV-leidingen De aansluitingen voor de CV-spiraal zijn 22 (EcoTop) of 3/4" binnendraad (HotTop). Monteer de leidingen 50 cm naar beneden om een warmteslot te creëeren en isoleer de leidingen goed om warmteverliezen te beperken (zie figuur 13). De EcoTop en HotTop worden geleverd zonder driewegklep. Deze kan bij toepassing van een ATAG CVtoestel als accessoire besteld worden. aansluiten CV-leidingen EcoTop figuur 14 In verband met het juist functioneren van het toestel is het noodzakelijk dat het expansievat op de leiding tussen het toestel en de driewegklep aangesloten wordt. De driewegklep dient in de retourleiding naar het toestel opgenomen te worden. ATAG adviseert om de ATAG driewegklep type VC2010 toe te passen. De driewegklep VC2010 heeft artikelnuer S4381800. Goed Goed aansluiten CV-leidingen HotTop figuur 15 Fout Fout aansluiten CV-leidingen figuur 13 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 12

10.2 Aansluiten van de sanitaire leidingen Sluit de drinkwaterinstallatie aan volgens: - de AVWI - NEN 1006; - de VEWIN werkbladen. 10.3 Aansluiten van de sanitaire leidingen met circulatieleiding Sluit de drinkwaterinstallatie aan volgens de in 10.2 genoemde voorschriften. Maak een ringleidingaansluiting volgens figuur 19: - schroef een puntstuk 3/4" buiten x 22 op de warmwateraansluiting van de HotTop ZonLicht- Boiler; - schroef hierop een T-stuk 22x15x15 ; - de circulatieleiding begint met een 15 leiding en komt terug met 12 bovenop het T-stuk; - gebruik voor de montage van de 12 leiding een verloopset 15x12 en gebruik 2 schuifringen; - de 12 leiding dient tot halverwege (H) de HotTop CV-spiraal doorgestoken te worden, zodat het circulerende water, wat enigszins is afgekoeld, niet in het warmste gedeelte van de HotTop boiler komt. HotTop 200: H = 370 aansluiten sanitaire leidingen EcoTop figuur 16 H zie detail aansluiten sanitaire circulatieleiding HotTop figuur 18 ø12 warmwater ø15 T-stuk 22x15x15 met verloopset 15x12 (2x schuifring gebruiken) aansluiten sanitaire leidingen HotTop figuur 17 ø22 puntstuk 3/4" bu. x 22 ø12 buis doorsteken tot halverwege CV-spiraal detail aansluiten sanitaire circulatieleiding HotTop figuur 19 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 13

10.4 Aansluiten van de collectorleidingen Voor het aanleggen van de leidingen van en naar de collector gelden de volgende regels: Alle leidingen tussen de boiler en de collector dienen uitgevoerd te worden in 15 KIWAgekeurd roodkoper leidingmateriaal. Alle leidingen dienen in een vorstvrije ruimte op een afschot van minimaal 1 cm/m gemonteerd te worden. De leidingen mogen alleen zodanig worden aangesloten dat er geen waterslot ontstaat. De collector kan alleen dàn goed lucht aanzuigen en weer leeglopen (zie figuur 13 op pag. 10). Sluit de ingaande collectorleiding vanaf de collectorpomp aan op de onderste aansluiting van de collector. Controleer de pomprichting (pijl op pomphuis richting collector) en stel de pomp op het juiste toerental af (afhankelijk van de opvoerhoogte). Controleer de aanwezigheid van de doorstroombegrenzer in de knelkoppeling boven de collectorpomp. Houd de lengte van een leidingdeel buiten (of door een niet vorstvrije ruimte) zo kort mogelijk (maximaal 1 meter) en plaats deze op een afschot van minimaal 2 cm/m. Tijdens normaal bedrijf kunnen de collectorleidingen kortstondig zeer heet worden (>120 C). De collectorleidingen dienen zorgvuldig geïsoleerd te worden met UV- en hittebestendig isolatiemateriaal. aansluiten collectorleidingen HotTop figuur 21 Sluit de uitgaande collectorleiding aan tussen de bovenste aansluiting van de collector en de aansluiting van de uitgaande collectorleiding (EcoTop) of de zijkant van de boiler (HotTop). Indien er meerdere collectoren geplaatst zijn of de opvoerhoogte en/of leidinglengte is meer dan 6 meter dient een extra terugloopvat in het collectorcircuit opgenomen te worden (zie hoofdstuk 10.5 en 11). aansluiten collectorleidingen EcoTop figuur 20 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 14

10.5 Opstelling meerdere collectoren Indien er meerdere collectoren op een ZonLichtBoiler aangesloten moeten worden, moet in de ingaande collectorleiding van elke collector een doorstroombegrenzer aangebracht worden. Deze zorgt ervoor dat elke collector van een gelijke volumestroom voorzien wordt. Boven de pomp dient dan een doorstroombegrenzer met een grotere doorlaat aangebracht te worden, omdat nu door aanwezigheid van meerdere collectoren een grotere volumestroom nodig is (zie figuur 22). Indien het standaard terugloopvat (dubbele wand of extern geplaatst terugloopvat) onvoldoende inhoud heeft om het water uit de collector op te vangen, dient een extra terugloopvat geplaatst te worden (zie hoofdstuk 11). De doorstroombegrenzers voor een opstelling met 2 collectoren zijn bij ATAG Verwarming BV te bestellen (montageset 2 collectoren artikelnuer AF2MM04H). doorstroombegrenzer ø22/4,5 doorstroombegrenzer ø15/3,1 opstelling meerdere ZonLichtCollectoren figuur 22 Indien er meer dan 2 collectoren geplaatst zijn dienen er afwijkende doorstroombegrenzers toegepast te worden. Neem hierover contact op met ATAG Verwarming BV. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 15

11 Terugloopvat Elk collectorcircuit bevat een terugloopvat. Deze kan uitgevoerd zijn in de vorm van een dubbele wand rondom de ZonLichtBoiler of in de vorm van een apart opgesteld terugloopvat naast de boiler. Dit vat dient voor het opvangen van het water uit de collector. Op het terugloopvat of op de zijkant van de boiler (bij dubbele wand) zit een niveaukraantje voor het controleren van het waterniveau in het collectorcircuit. Er zijn echter situaties waarbij het noodzakelijk is een extra terugloopvat te monteren, namelijk: - indien de opvoerhoogte meer is dan 6 meter en/of de leidinglengte meer is dan opgegeven in tabel 8; - indien er meerdere collectoren worden toegepast. ATAG Verwarming BV levert voor deze situaties de volgende terugloopvaten: - 5,5 liter terugloopvat AL05004U - 10 liter terugloopvat AL10004U - 15 liter terugloopvat AL15004U Bij een opvoerhoogte van meer dan 6 meter, waarbij de maximale leidinglengte al of niet bereikt is, dient te allen tijde een terugloopvat onder de collector toegepast te worden. Uitgaande van een opstelling van een ZonLichtBoiler in zijn standaard uitvoering met 1 ZonLichtCollector zijn de maximale enkele leidinglengten in tabel 8 weergegeven. type boiler collector-oppervla k m 2 maximale enkele leidinglengte tussen boiler en collector EcoNorm 2,73 of 2,83 6 EcoTop 2,73 of 2,83 6 HotTop 2,73 of 2,83 8 S-HR ZGC II m 4,23 3 2,73 of 2,83 15 4,23 12 maximale lengte collectorleiding tabel 8 zonder extra terugloopvat Indien de leidinglengte meer dient te zijn dan hierboven opgegeven, dient er een extra terugloopvat toegepast te worden. De leidinglengte tussen dit terugloopvat en de boiler is dan niet meer van belang, echter het volume bóven dit terugloopvat, d.w.z. collector- en leidinginhoud zijn bepalend voor de keuze van het extra terugloopvat (zie figuur 24). Indien alleen de hoogte tussen de onderzijde van de boiler en de bovenzijde van de collector meer dan 6 meter bedraagt en er geen extra collectoren toegepast worden, dient er direct onder de collector een extra terugloopvat van 5,5 liter (AL05004U) geplaatst te worden. Het terugloopvat dient in verticale positie en vorstvrij opgesteld te worden. A inhoud collector inhoud leidingen + inhoud collectorcircuit boven extra terugloopvat C B terugloopvat 5,5 liter figuur 23 A B C type terugloopvat diameter hoogte bovenzijde / niveaukraantje AL05004U 140 600 75 maatgegevens 5,5 liter terugloopvat tabel 7 inhoud collectorcircuit boven terugloopvat figuur 24 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 16

Bereken deze inhoud aan de hand van de volgende gegevens: - 1 meter leiding ø15x1 = 0,133 liter - 1 m 2 collectoroppervlak = 1,000 liter Aan de hand van de berekende inhoud is in tabel 9 af te lezen welk terugloopvat toegepast dient te worden. Rekenvoorbeeld: Het hoogteverschil tussen de onderzijde van een HotTop en de bovenzijde van een ZonLichtCollector van 4,23m 2 is 5 meter. Echter de leidinglengte tussen boiler en collector is totaal 7,5 meter. Uit tabel 8 blijkt dat er een extra terugloopvat toegepast moet worden. Bepaal de plaats van het te installeren extra terugloopvat (vorstvrij en direct onder de collector) en meet de lengte van de leidingen boven het extra terugloopvat tot aan de collector, bijvoorbeeld 2,5 meter (fig. 24). Berekening inhoud collectorcircuit boven terugloopvat: - collectorinhoud (1L/m 3 ) 4,230 liter - leidinginhoud 2x(2,5x0,133) 0,665 liter + - totale inhoud 4,895 liter 11.1 Terugloopvat 10 en 15 liter Indien meerdere collectoren aangesloten worden dient er een extra terugloopvat gemonteerd te worden. De inhoud hiervan dient afgestemd te zijn op de inhoud van de gemonteerde collector(en) en de inhoud van de leidingen tussen collector(en) en boiler (zie hoofdstuk 11). Het niveaukraantje op dit terugloopvat zit aan de onderzijde. Boven dit niveaukraantje zit een inwendige overloopleiding tot het niveau van 2/3 van de totale inhoud van het terugloopvat. Bij het vullen van het collectorcircuit zal het terugloopvat via deze leiding overlopen en komt er water uit het niveaukraantje. Dit betekent dat het collectorcircuit tot het juiste niveau gevuld is. De vulkraan dient gesloten te worden. Als er geen water meer uit het niveaukraantje stroomt dient ook deze gesloten te worden. De knop op de voorzijde van het terugloopvat heeft geen functie. Uit tabel 9 blijkt dat met de berekende waarde van 4,895 liter (afgerond op 5 liter) een terugloopvat met 10 liter inhoud (AL10004U) nodig is. type boiler met 10 L terugloopvat (AL10004U) liter met 15 L terugloopvat (AL15004U) liter EcoNorm t ot 6 n.v.t. EcoTop t ot 6 n.v.t. HotTop tot 6 tot 10 S-HR ZGC II ot 6 t tot 10 inhoud collectorcircuit boven terugloopvat tabel 9 Bij toepassen van een extra terugloopvat wordt het niveaukraantje van het extra terugloopvat bepalend voor het niveau in het collector circuit. terugloopvat 10 en 15 liter figuur 25 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 17

11.1.1 Maatgegevens 10 en 15 liter terugloopvat tc G C A D n tr E B F maatvoering terugloopvat 10 en 15 liter figuur 26 A B C D E F G tc tb n type hoogte breedte diepte terugloopvat onderzijde / montagegaten niveauleiding / uitgaande collectorleiding achterwand / leidingen achterwand / uitgaande collectorleiding leiding vanaf collector leiding naar boiler niveauleidin g AL10004U AL15004U 450 450 300 300 286 286 425 425 60 60 33 33 140 140 1/2" bi 1/2" bi 1/2" bu 1/2" bu 3/8" bu 3/8" bu inhoud l 10 15 maatgegevens terugloopvat 10 en 15 liter tabel 10 min. 65 cm min. 165 cm 11.1.2 Montage 10 en 15 liter terugloopvat Alle terugloopvaten dienen in verticale positie en vorstvrij opgesteld te worden. Monteer het terugloopvat zo dicht mogelijk bij de collector in de uitgaande collectorleiding (bovenste aansluiting van de collector) met gebruikmaking van bijgeleverde ophangbeugel. De positie ten opzichte van de collector dient zodanig te zijn dat het water volledig uit de collector kan stromen. Dit betekent dat de onderzijde van het terugloopvat minimaal 65 cm lager ligt dan de onderzijde van de collector. Het niveau van het collectorcircuit tijdens stilstand mag nooit boven de onderzijde van de collector komen te liggen in verband met kans op bevriezing. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 18 collectorcircuit met extra 10 of 15 liter terugloopvat figuur 27 Bij toepassing van een terugloopvat moet er een minimale afstand zijn van 1,65 meter tussen onderzijde collector en onderzijde ZonLichtBoiler. 11.1.3 Aansluiten van het terugloopvat Op de 1/2" binnendraad aansluiting aan de bovenzijde van het terugloopvat dient de uitgaande collectorleiding (bovenste aansluiting op collector) aangesloten te worden. Op de 1/2" buitendraad aansluiting aan de onderzijde van het terugloopvat dient de leiding naar het terugloopvat van de boiler aangesloten te worden. Schroef het niveaukraantje met de messing knie op de 3/8" aansluiting aan de onderzijde.

12 Delta-T regeling De ZonLichtBoilers worden geleverd met een Delta-T regeling. Deze regeling werkt volledig onafhankelijk van het CV-toestel. Optioneel is een LCD display-unit verkrijgbaar waarop informatie valt af te lezen zoals temperaturen en bedrijfsuren. Tevens is de display-unit te gebruiken als ijkgereedschap voor de sensoren. De regeleenheid heeft 3 indicatielampjes die informatie geven over het functioneren van de ZonLichtBoiler. groene lamp brandt: gele lamp brandt: systeem in bedrijf: - de collectorpomp pompt het water door de collector naar de boiler. het water in de boiler is door de zon opgewarmd tot ca. 80 C. rode lamp brandt continue:storing: - te weinig water in collectorcircuit; - opvoerhoogte pomp te klein; - pomp zit vast of is defect. display unit figuur 28 12.1 Werking rode lamp knippert: storing: - temperatuursensor boiler of collector niet aangesloten of defect. Bij de regeling horen twee temperatuursensoren van het type PT100, waarvan reeds één in de collector gemonteerd is. De tweede is in de ZonLichtBoiler geplaatst. De ingangen voor de sensoren hebben een temperatuurbereik van -40 C tot +175 C. Het maximale temperatuurverschil tussen boiler en collector is -80 C tot +175 C. De Delta-T regeling werkt op basis van het gemeten temperatuurverschil tussen de sensor in de boiler en de collector. Indien de temperatuur in de collector ca. 10 C hoger is dan de temperatuur in de boiler schakelt de collectorpomp in. Zodra dit temperatuurverschil ca. 2 C is schakelt de collectorpomp uit. De pomp schakelt ook uit zodra de boiler een temperatuur van 80 C heeft bereikt. De regeling laat de pomp weer starten zodra de temperatuur van de boiler gedaald is naar 75 C. geel rood groen aanzicht delta-t regeling figuur 29 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 19

12.2 Elektrische aansluitingen De installatie moet blijven voldoen aan: - Voorschriften voor elektrische apparaten NEN 1010; - Plaatselijk geldende voorschriften; - Het toestel moet worden aangesloten op een geaarde wandcontactdoos. Deze moet zichtbaar en binnen handbereik geplaatst zijn. 12.3 IJken van de sensoren IJken van de sensoren is alleen noodzakelijk indien de sensordraden verlengd zijn. Op de regeleenheid worden twee PT100-sensoren (boiler en collector) aangesloten. Indien één of beide sensordraden is verlengd (2 x 0,75 2 ) dienen de sensoruitgangen voor in gebruikname geijkt te worden. Het toestel voldoet aan de volgende voorschriften: - Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEG - EMC richtlijn 89/336/EEG Verder gelden de volgende algemene voorschriften: - Aan de bedrading van het toestel mogen geen wijzigingen worden aangebracht; - Alle aansluitingen dienen in de regeleenheid gemaakt te worden. De PT100 sensoren die in de boiler en de collector reeds zijn voorgemonteerd worden aangesloten op de aansluitingen respectievelijk PT100 boiler en PT100 collector op de print van de Delta-T regeling. Gebruik een kroonsteen en een 2x0,75 ² draad om, indien nodig, een sensordraad te verlengen. De EcoTop en de HotTop hebben een warmwatersensor. Sluit deze aan op het Solo CV-toestel. In combinatie met het ATAG CV-toestel en de Brain kamerthermostaat is de warmwatertemperatuur instelbaar. Voor het aansluiten van een ATAG ZonLichtBoiler aan een vreemd CV-toestel zijn de volgende onderdelen noodzakelijk: EcoTop art.nr 30035800 HotTop art.nr 44294300 overzicht van print Delta-T regeling figuur 30 IJken met de display-unit - Neem de twee PT100-sensoren los van de regeleenheid bij de aansluiting en sluit de bijgeleverde weerstanden (100 W 0,1%) aan. Indien de draden van de sensoren zijn verlengd moeten de weerstanden aangesloten worden op het uiteinde van de verlengdraad en niet op de aansluiting in de regeleenheid; Driewegklep Warmwatersensor Aansluitschema warmwatersensor aan figuur 32 ATAG Perfect II P-SHR. Aansluitschema warmwatersensor aan figuur 31 ATAG Blauwe Engel II S-HR. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 20

- Sluit de display-unit aan op de regelunit op de aansluiting "DISPLAY"; - Druk op de gele knop van de display-unit totdat "YCOL YBOI" in het display verschijnt; - Druk 4 seconden op de OK-toets op de print van de regeleenheid. De beide uitgangen voor de sensoren zijn nu geijkt; - Controleer of het ijken correct is uitgevoerd door op de gele knop te drukken totdat "BOI COL" in het display verschijnt. De getoonde temperaturen dienen beide 0 C te zijn; - Verwijder de weerstanden en sluit de sensoren aan. IJken zonder de display-unit - Maak de twee PT100-sensoren los van de regeleenheid bij de aansluitingen en sluit de bijgeleverde weerstanden (100 W 0,1%) aan. Indien de draden van de sensoren verlengd zijn moeten de weerstanden aangesloten worden op het uiteinde van de verlengdraad en niet op de aansluiting; - Druk 4 seconden op de OK-toets op de print van de regelunit; - Druk vervolgens kort op de SEL-toets; - Herhaal bovenstaande handelingen 5 maal; - De beide uitgangen voor de sensoren zijn nu geijkt; - Verwijder de weerstanden en sluit de sensoren aan. 13Vullen en ontluchten van het collectorcircuit Het collectorcircuit is een drukloos en gesloten circuit. Er mag absoluut niet meer water in dit circuit zitten dan tot aan het niveaukraantje. Indien dit niet goed gebeurt loopt de collector niet leeg, waardoor kans op bevriezing van de collector ontstaat. 13.1 Vullen collectorzijdig Open het niveaukraantje op de boiler òf op het terugloopvat. Sluit een waterslang aan tussen de vul-/ aftapkraan van het collectorcircuit en de waterkraan. Open de vul-/aftapkraan en daarna de waterkraan. Vul het circuit langzaam totdat er water uit het niveaukraantje komt. Sluit de waterkraan en wacht met het sluiten van het niveaukraantje totdat er geen water meer uitstroomt. Sluit de vul-/aftapkraan en koppel de waterslang af. Collectorcircuit mag uitsluitend gevuld worden met drinkwater 13.2 Vullen en ontluchten sanitairzijdig Breng waterleidingdruk op de boiler door de hoofdkraan en/of de stopkraan van de inlaatcombinatie te openen. Ontlucht de boiler en de warmwaterinstallatie door het openen van een warmwaterkraan. Laat de kraan zolang open staan totdat alle lucht uit de boiler en de leidingen is verdwenen en er alleen nog water uit de kraan komt. 13.3 Vullen en ontluchten CV-zijdig Bij in gebruikname van de EcoTop en HotTop ZonLicht- Boiler dient de procedure van vullen en ontluchten van toestel en installatie gevolgd te worden welke beschreven is in het installatievoorschrift van het CV-toestel. 14 In werking stellen van de ZonLichtBoiler Steek de stekker in de wandcontactdoos en schakel de warmwatervoorziening van het CV-toestel in. Als de temperatuur in de collector hoger is dan 10 C ten opzichte van de boiler, zal de collectorpomp gaan draaien. Het groene lampje op de regeleenheid licht op. Indien de pomp niet draait is deze te testen (zie par. 14.1). Ontlucht de collectorpomp door de ontluchtingsschroef op de voorzijde van de pomp los te draaien en indien er water uit stroomt deze weer vast te draaien. Controleer of het water circuleert en controleer de installatie op eventuele lekkage. 14.1 Testen van de collectorpomp Deze test is uitsluitend uit te voeren indien een displayunit is aangesloten. De collectorpomp kan worden getest zonder dat de sensoren aangesloten zijn of dat er voldoende temperatuurverschil is tussen boiler en collector. Druk op de gele knop van de display-unit totdat "ZPC:UIT" in het display verschijnt. Druk op de OK-toets in de regeleenheid. Het indicatielampje voor de collectorpomp gaat branden en het relais trekt aan. Laat de OK-toets los. Het relais valt na ca. 1 seconde weer af. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 21

14.2 Wijzigen opvoerhoogte collectorpomp De collectorpomp is fabrieksmatig ingesteld op een opvoerhoogte van 4 meter. Indien nodig is de opvoerhoogte te vergroten naar 6 meter door de draadbrug in de aansluitkast van de collectorpomp te wijzigen (zie figuur 26). 16 Onderhoud In het algemeen zijn de ZonLichtBoiler en de ZonLicht- Collector onderhoudsvrij. Het waterniveau van het collectorsysteem dient echter één maal per jaar gecontroleerd te worden. 16.1 Controle waterniveau collectorcircuit Controle van het waterniveau in het collectorcircuit dient bij voorkeur plaats te vinden bij een in koude toestand verkerend collectorcircuit, bijvoorbeeld 's morgens. - Trek de stekker van de regeleenheid uit de wandcontactdoos; - Open het niveaukraantje aan de zijkant van de boiler of op het terugloopvat; terminal blok aansluitkast collectorpomp figuur 33 Opvoerhoogte 4 meter: draadbrug over 2-6 Opvoerhoogte 6 meter: draadbrug over 2-7 14.3 Reset van de bedrijfsurenteller Reset van de bedrijfsurenteller van de pomp is uitsluitend mogelijk in combinatie met de display-unit: Druk op de SEL-toets totdat de bedrijfsurenteller op het display verschijnt; Druk 4 seconden op de OK-toets; de urenteller staat nu op 0. 15 Buiten bedrijf stellen Er kan water uit het niveaukraantje komen. - Als er geen water uit het niveaukraantje komt moet u water bijvullen. Zie hiervoor hoofdstuk 13; - Als er wel water uit het niveaukraantje komt moet u dit water laten stromen. Zodra er geen water meer uit het niveaukraantje stroomt moet u het niveaukraantje sluiten. Het waterniveau is nu goed; - Steek de stekker van de regeleenheid in de wandcontactdoos. 16.2 Controle collectorpomp Controleer de collectorpomp op het moment dat het groene lampje op de regeleenheid brandt. Draai de ontluchtingsschroef los. Let op! Er stroomt water uit. Indien dit bruin water is, dit water laten weglopen totdat het helder is. Vul het collectorcircuit eventueel bij. In soige situaties kan het voorkomen dat de installatie buiten bedrijf moet worden gesteld. Trek de stekker uit de wandcontactdoos. De ZonLichtBoiler is nu buiten bedrijf. Als er sprake is van vorstgevaar, bij de boiler, is het raadzaam de gehele installatie af te tappen. ontluchtingsschroef aanzicht collectorpomp figuur 34 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 22

17 Storingen opsporen en verhelpen Storing/klacht 1 Er komt water uit de overstort van de inlaatcombinatie wanneer de boiler op temperatuur komt 2 Er blijft continu water stromen uit de inlaatcombinatie 3 pomp maakt lawaai 4 groene lampje brandt maar pompt loopt niet 5 groene lampje brandt, pomp loopt, maar er is geen warmteopbrengst (bijv. 's nachts) 6 rode lampje brandt 7 rode lampje knippert 8 gele lampje brandt 9 de zon schijnt, maar het systeem werkt niet (groene lampje brandt niet) Oorzaak - uitzetten van het water en het werken van de overstort - inlaatcombinatie defect - pomp krijgt geen stroom van regelunit - pomp zit vast - te weinig water in terugloopvat - kortsluiting in sensor / sensordraad van de boiler - verkeerd geijkt - pomp zit vast - te weinig water in terugloopvat - opvoerhoogte collectorpomp te klein - een temperatuursensor niet aangesloten of defect - boiler is op temperatuur (±80 C) gebracht door de zon - nog onvoldoende lichtinval - geen stroom op de regelunit - regelunit defect - temperatuursensoren zijn verkeerd om aangesloten Oplossing - dit is een normaal verschijnsel - inlaatcombinatie vervangen - pomp ontluchten - terugloopvat bijvullen - doorstroombegrenzer schoonmaken - indien lawaai blijft; pomp vervangen - controleren en zonodig herstellen - draai de pomp-as los; bij geen resultaat pomp vervangen - terugloopvat bijvullen - eventueel temperatuursensor vervangen - temperatuurvoelers ijken - draai de pomp-as los met behulp van een schroevendraaier; bij geen resultaat de pomp vervangen - terugloopvat bijvullen - opvoerhoogte pomp vergroten of terugloopvat plaatsen - temperatuursensor aansluiten of vervangen - dit is een normaal verschijnsel - dit is een normaal verschijnsel - stroom inschakelen - regelunit nakijken / vervangen - juist aansluiten en eventueel ijken Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 23

18 Technische specificaties ZonLichtBoilers Type boiler materiaal boiler inhoud boiler totaal: RVS ZonLichtBoiler aan Combi-toestel EcoNorm Horizontaal ZonLichtboiler aan Solo-toestel EcoTop HotTop 200 316L 316L 316L liter 107 107 199 i nhoud boiler CV-zijdig 1* liter - 4 3 i nhoud collectorzijdig (+ terugloopvat) 2* l iter 3 (+5) 3 (+5) (20) i nhoud totaal boiler sanitairzijdig: 3* liter 104 100 196 inhoud zondeel (temp. afh. v. zonopbrengst) 4* liter 104 53 120 n uttig inhoud warm tapwater (60 C**) 5* liter - 47 76 aansluitdiameter sanitairzijdig 15 15 15 aansluitdiameter CV-zijdig - 22 ¾" binn. aansluitdiameter collectorzijdig maximale maximale maximale druk sanitairzijdig druk CV-zijdig druk collectorzijdig weerstand CV-zijdig (bij max. vermogen) vermogen CV-zijdig 80/60 C - 60/10 C 15 15 15 bar 8 8 8 bar - 3 3 bar 3 3 3 kpa - 8 3 kw - 25 20 verwarmend oppervlak CV-zijdig m 2-0, 7 0, 5 verwarmend oppervlak collectorzijdig m 2 0, 6 0,65 0, 6 boilergewicht (leeg) inspectieluik materiaal isolatie materiaal mantel aanwezig kg 40 40 53 ja PU-schui m hard PVC technische specificaties tabel 11 * Zie figuur 35. ** Afhankelijk van de temperatuurinstelling op het CV-toestel. *** Dit is een beveiliging in extreme situaties (bijvoorbeeld bij onjuist gevuld collectorcircuit in combinatie met hoge temperaturen). Onder juiste condities is het collectorcircuit drukloos. ja PU-schui m hard PVC ja PU-schui m hard PVC 1 5 1 5 3 3 3 4 2 2 4 2 EcoNorm EcoTop HotTop verklaring van inhoudsdelen van alle typen ZonLichtBoilers (zie ook tabel 11) figuur 35 Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 24

19 Checklist oplevering ZonLichtSysteem De checklist maakt deel uit van het ATAG installatievoorschrift en is slechts een hulpmiddel bij oplevering. De checklist treft u mogelijk meervoudig aan bij/in de documentatie. Het gebruik van slechts 1 checklist is voldoende. Toelichting op gebruik van de opleveringchecklist ZonLichtSysteem: 1 Een medewerker van het installatiebedrijf dat het ZonLichtSysteem geplaatst heeft, vult de lijst in en controleert de punten die in de lijst genoemd zijn. 2 Het ZonLichtSysteem kan alleen opgeleverd worden als alle controlepunten correct zijn afgehandeld (met uitzondering van de controlepunten die voor het betreffende systeem niet van toepassing zijn). 3 Als alle controlepunten correct zijn afgehandeld en de opleveringslijst is ingevuld verklaart de betreffende medewerker dat alle controlepunten daadwerkelijk gecontroleerd en in orde bevonden zijn. 4 De klant is op de hoogte van de laatste twee punten van de opleveringslijst. De nuering is overeenkomstig de Zonnekeur, de weggelaten aspecten zijn niet van toepassing op het ATAG ZonLichtSysteem. " correct niet correct n.v.t. Toelichtin g Inspectie installatie binnenshuis (in te vullen door installatiebedrijf dat de boiler heeft geplaatst en systeem heeft aangesloten op warmwaterleiding) 1 Zonneboile r O O 2 X 3 Positie leegloopreservoi r O O 4 Collectorleidinge n O O De zonneboiler zijn. dient zo dicht mogelijk bij collector en naverwarmer geplaatst te Het maximum vulniveau van het installatievoorschrift. Afschot leidingen binnendaks Voldoende gebeugeld. O O Leidingdiameter conform installatievoorschrif t O O Dichtheid van aansluitingen van gevuld stellen van de circulatiepomp. leegloopreservoir dient te voldoen aan het > 1 cm/m en geen doorzakkingen in de leidingen. systeem is gecontroleerd door in bedrijf 5 Isolatie collectorleidinge n O O De collectorleidingen dienen geheel en strak (inclusief bochten en koppelingen) geïsoleerd te zijn. O O Temperatuurbestendig (180 C) isolatiemateriaal toegepast. 6 X 7 Circulatierichting (Let op de maximale opvoerhoogte) O O 8 X 9 Inlaatcombinatie zonneboiler Leidingdoorvoeren door 10 O O dak 11 X 12 Bescherming sensorsnoeren (collector en vat) O O 13 X 14 X 15 X 16 Temperatuurvoeler / thermometer O O O O De circulatierichting is correct als de pomp het water via de retourleiding van de zonneboiler naar de 'koudwateraansluiting' (aanvoerleiding) van de collector verplaatst. Geplaatst in koudwaterleiding mengventiel. Overstort via een open verbinding installatievoorschrift. O O Aflezing vattemperatuu r zonneboiler voor eventueel thermostatisch aangesloten op riolering conform de Alle dakdoorvoeren dienen geïsoleerd en dampdicht afgewerkt te zijn. Sensorsnoer dient 'vrij' te zijn van de collectorleidingen. De sensorsnoeren dienen beschermd te zijn tegen hoge temperaturen. Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 25

Inspectie buitenshuis (door installatiebedrijf dat de collector heeft geplaatst) 17 Schuin dak opstelling O a. loodslab O O Loodslab goed aangeklopt en volledig afwaterend. O O Lengte van stukken loodslab maximaal 1,5 meter. b. afstand tussen pan en b. collectorbak c. positionering c. collectorbak 18 Platdakopstellin g a. leidingloop positionering collectorbak b. leidingisolatie O O O O Zie installatie instructie. O O De collector ligt waterpas. O O O Leidingen dienen geheel onder afschot te liggen zonder verzakkingen en leidingen voldoende ondersteund met geschikte beugels: > 2 cm/m. O O De collector ligt waterpas Leidingen zijn volledig, geheel en strak en vogelpikbestendig materiaal. c. isolatieplaat O O Isolatie aan achterzijde collector is niet beschadigd. d. sensorsnoer O O geïsoleerd met weer-, temperatuur-, uv- Sensorsnoer dient 'vrij' te zijn van de collectorleidingen. De sensor-snoeren dienen beschermd te zijn tegen hoge temperaturen. Toelichting geven aan eigenaar (in te vullen door installatiebedrijf dat de zonneboiler heeft geplaatst en heeft aangesloten op warmwaterleiding) 19 Uitleg eigenaar (indien bij oplevering aanwezig) O O O 20 Gebruikshandleidin g O O O De werking van de zonneboiler is uitgelegd aan de eigenaar. De eigenaar gekregen. (gebruiker) heeft een gebruikershandleiding c.q. gebruiksinstructie " Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 26

Installatievoorschrift ZonLichtBoilers pagina 27

Met deze vernieuwde uitgave vervallen alle voorgaande installatievoorschriften. Postbus105 7130 AC Lichtenvoorde Telefoon: 0544-391777 Consumentendienst: 0800-1670 E-mail: info@atagverwarming.com Internet: www.atagverwarming.nl