Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV / PSZ De Vliegwereld

Vergelijkbare documenten
Het vier-ogenprincipe in de praktijk kindcentrum de Speelwereld

Het vier-ogenprincipe in de praktijk kinderdagverblijf De Koningswereld

Het vier-ogenprincipe in de praktijk

Het vier-ogenprincipe in de praktijk

juni 2015 Inhoudsopgave

Vier ogen(- en oren) principe Onderdeel pedagogisch beleid; veilige leefomgeving

Afspraken rondom vierogen principe KDV KieKeBoe en BSO Kids & Go

Veiligheidsbeleid KDV en Peuterwereld De Vliegwereld

Veiligheidsbeleid KDV en Peuterwereld De Vliegwereld

Veiligheid- en gezondheidsbeleid KDV De Wijde Wereld

Protocol 4-ogen en oren principe kinderopvang De Kinderkroon

Veiligheid- en gezondheidsbeleid KDV en Peuterwereld De Speelwereld

Veiligheid- en gezondheidsbeleid

Veiligheid- en gezondheidsbeleid KDV De Koningswereld

Bijlage 4 Het vierogenprincipe in PSZ de Boemeltrein (Kindercentrum t Rovertje)

4 ogen beleid Kinderopvang t Hummelhuis KDV locaties Laatste wijzigingen:

Veiligheid- en gezondheidsbeleid

Waarom het vier-ogen principe? meekijken meeluisteren Wie wordt betrokken bij het beleid? Van principe naar praktijk Mijn Kinderopvang alleen

HKZ Kinderopvang - BIJLAGEN

Veiligheid- en gezondheidsbeleid KDV en PTW De Wonderwereld

Veiligheid- en gezondheidsbeleid BSO De Speelwereld

Veiligheid- en gezondheidsbeleid BSO De Toverwereld

Uit al deze ideeën kwam niet een eenduidige oplossing, maar wel handreikingen waarvan KDV De Groene Weide dit vierogenprotocol heeft kunnen maken.

Hoe geeft T Skooltje KINDEROPVANG HELMOND vorm aan de uitvoering van het vierogenprincipe?

Protocol 4-ogen en oren principe KDV Babbeloes 0-4 jaar/ BSO 4-12 jaar, werkplan 3 uurs regeling.

Update februari 2018

Protocol 4-ogen en oren principe KDV Babbeloes 0-4 jaar/ BSO 4-12 jaar

Protocol vierogen-principe en camera toezicht

KDV Peuteropvang BSO. Kindercentrum de Torteltuin. 0-4 jaar 2-4 jaar 4-12 jaar. Het 4-ogen principe.

Veiligheid- en gezondheidsbeleid. BSO De Wonderwereld

BELEID VIEROGENPRINCIPE

Inspectierapport Road2School (KDV) Van Swindenstraat 10A 2562 RL 'S-GRAVENHAGE

Dit protocol beschrijft waaraan op locatie moet worden voldaan m.b.t. het vierogenprincipe en geeft aanwijzingen voor de praktische kant ervan.

Dit protocol beschrijft waaraan op locatie moet worden voldaan m.b.t. het vierogenprincipe en geeft aanwijzingen voor de praktische kant ervan.

Inspectierapport MAM's Kinderopvang Epe BV (KDV) Hoofdstraat AK EPE Registratienummer

Beleidsplan Vierogen principe

Inspectierapport. Kinderdagverblijf Buddies B.V. (KDV) Nieuwlandhof RM AMSTERDAM ZUIDOOST Registratienummer:

Protocol 4-ogen princippe 4-ogen en oren Impuls Kinderopvang 0-4 jaar.

Dit protocol is van toepassing op alle kinderdagverblijven en de buitenschoolse opvang van T Skooltje KINDEROPVANG.

Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe

Inspectierapport Kleine Ikke (KDV) Melis Stokelaan GL HARDERWIJK Registratienummer

Vier-ogenprincipe met hierin opgenomen Camera Toezicht. Datum: Mei 2013

Vierogenbeleid. Kinderorganisatie Anelda en. Kindercentrum De Oude Dijk. HKZ Kinderopvang - BIJLAGEN ANELDA

Bijlage 3: Het vierogenprincipe in Kindercentrum t Rovertje

Inspectierapport. Kinderdagverblijf Bloem I B.V. (KDV) Roerstraat LL AMSTERDAM Registratienummer:

Inspectierapport. Kinderdagverblijf ZoWieZo Kinderopvang Heerhugowaard (KDV) Deimoslaan CK Heerhugowaard Registratienummer

Inspectierapport De Koppoter (KDV) Hildo Kropstraat BC ALMERE Registratienummer

Beleid Veiligheid en Gezondheid

Protocol 4-ogen princippe 4-ogen en oren Impuls Kinderopvang 0-4 jaar 2014.

Inspectierapport Little World (KDV) Taco Mesdagplein KE Groningen Registratienummer

Het vierogenprincipe

Inspectierapport Calluna (KDV) Arena NW HILVERSUM Registratienummer: Dit is een publicatie van:

Inspectierapport Hoeve Ackerdijk (KDV) Rotterdamseweg KC Schipluiden

Bijlage 1. Een goed begin is het halve werk

Inspectierapport K.D.V. Pinokkio Lauwers 4 (KDV) Lauwers BL ASSEN Registratienummer

Inspectierapport. Kinderdagverblijf Willem Sparkje B.V. (KDV) Willemsparkweg GP AMSTERDAM Registratienummer:

Inspectierapport Kinderdagverblijf Casa Viva (KDV) Tilburgseweg CD OISTERWIJK Registratienummer

Definitief Inspectierapport Peuteropvang Parapluutje (KDV) Museumweg BW BROEK OP LANGEDIJK

Inspectierapport De Bereboot (KDV) Prins Hendrikstraat 1a 9401KS ASSEN Registratienummer

Inspectierapport de Paperclip (KDV) Oude Wetering 78A 8044PA ZWOLLE Registratienummer

Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd)

Inspectierapport Kinderdagverblijf De Boerderij (KDV) Oosterstraat EE STADSKANAAL Registratienummer

Inspectierapport 't Olefantje BSO Groen (BSO) Nieuwegracht LS UTRECHT Registratienummer:

Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd)

Inspectierapport Pippeloentje (KDV) Burgemeester Nawijnlaan PZ ZANDVOORT Registratienummer:

Inspectierapport Kinderdagverblijf Fun4Kids Harmenkaag LA SCHAGEN Registratienummer

Inspectierapport Kids&Zoo (KDV) Schoorstraat JW Klazienaveen Registratienummer

Inspectierapport Kids&Zoo kinderopvang en BSO (KDV) Brinkenhalte HX Emmen Registratienummer


Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd)

Inspectierapport. Kinderdagverblijf the Little Prince (KDV) Prinses Irenestraat WX AMSTERDAM Registratienummer:

Inspectierapport Kleine Ikke (BSO) Melis Stokelaan GL HARDERWIJK Registratienummer

Inspectierapport. KDV t Eigen Wijsje Fideliolaan (KDV) Fideliolaan PX AMSTELVEEN Registratienummer:

Inspectierapport Kindercentrum Speelpleintje (KDV) Leemwierde LP Almere Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagverblijf Hazeltje Nicolaas Beetslaan CE VLISSINGEN Registratienummer:

Leidraad. Toezicht en handhaving op het vierogenprincipe in de dagopvang. Inleiding

Kwaliteit behouden Betrokken en professioneel zijn en blijven!

Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd)

Inspectierapport De Zonnestraaltjes (KDV) Kerkstraat BD BLEISWIJK Registratienummer

Bijlage 1: Matrix vierogenprincipe (Deze matrix wordt ingevuld aan het pedagogisch werkplan toegevoegd)

2

Klachtbehandeling 1 Intern klachtreglement

Inspectierapport Kindcentrum Meester Siebering (BSO) Haarweg PS Nieuw-Balinge Registratienummer

Kinderdagverblijf. k ts 4 OGEN EN OREN PRINCIPE

Dit protocol beschrijft waaraan op locatie moet worden voldaan m.b.t. het vierogenprincipe en geeft aanwijzingen voor de praktische kant ervan.

Inspectierapport Naam (BSO) straat postcode plaats Registratienummer

Inspectierapport Klein Vliegdorp (KDV) Melkweg BH HUIS TER HEIDE UT Registratienummer

Inspectierapport KDV de Hukkie Puk (KDV) Nieuwkoopplein 43A 5045MN Tilburg

Inspectierapport. Kinderdagverblijf Snuffie (KDV) Gouden Leeuw KA AMSTERDAM ZUIDOOST Registratienummer:

Inspectierapport KDV Het Duinpaleis (KDV) Duinweg BM SOEST Registratienummer

Inspectierapport Jabadoo Kinderopvang (KDV) Eemsgolaan DW GRONINGEN Registratienummer

Inspectierapport Vlinderboom Haarlem B.V. (KDV) Rijksstraatweg DA HAARLEM Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagverblijf Tembo (KDV) Heresingel ET GRONINGEN Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagverblijf Benjamin Vathorst, de Boerderij (KDV) Mont Blanc AH AMERSFOORT Registratienummer

Inspectierapport Kindercentrum Wollewaps (KDV) Burgemeester Falkenaweg LD Heerenveen Registratienummer

BUITENSCHOOLSE OPVANG

Inspectierapport Kindcentrum het Krijt (KDV) Schoolstraat MB Assen

Inspectierapport ASKA Bso de Marskramer (BSO) Kleuvenstee LT ASSEN Registratienummer

Locatiebeschrijving Spinel 2

Transcriptie:

Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV / PSZ De Vliegwereld En overige preventieve veiligheidsmaatregelen kindermishandeling. Inleiding 2. Rapport Gunning 2. Wettelijke veiligheidsmaatregelen in de praktijk 2 2. Pedagogisch medewerker Kind Ratio (PKR) 3 2.2 Drie-uursregeling 3 2.3 Personeelsbeleid 3 2.4 Scholing en deskundigheid 4 2.5 Stagebeleid 4 2.6 Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 4 2.7 Oudercommissie en PVT 4 2.8 Klachten 4 3. Het vier-ogenprincipe in de praktijk 5 3. De pedagogisch medewerkers 5 3.2 Het gebouw 5 3.3 Pedagogisch beleid en werkplan 6 3.4 Cultuur en organisatie 6 3.5 Lerende organisatie en teamleren 7 3.6 Protocollen en richtlijnen 7 3.7 Uitstapjes buiten de deur 7 K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld

. Inleiding De Amsterdamse zedenzaak (december 200) gaf landelijk aanleiding tot het onderzoeken en aanscherpen van de veiligheid van de kinderopvang. De Commissie Gunning werd ingesteld om onderzoek te doen naar de praktijk van de kinderopvang, wet- en regelgeving, toezicht en hulpverlenende instanties. Naast het invoeren van de verplichte meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld, is per juli 203 het vierogenprincipe ingegaan. Werkwijzen, beleid, protocollen, cultuur en personeelsbeleid van De Kleine Wereld zijn met behulp van het onderzoeksrapport getoetst en aangescherpt. In dit document wordt uitgelegd welke maatregelen genomen zijn om de veiligheid van de kinderen te waarborgen.. Rapport Gunning De brede uitwerking en aanbevelingen in het rapport van De Commissie Gunning richten zich hoofdzakelijk op:» Screening van nieuwe medewerkers» Mogelijkheden van volwassenen tot afzondering met kinderen» Structuur en deskundigheid om vermoedens van misbruik om te zetten in actie en maatregelen Uitgangspunten voor een veilige kinderopvang De sector. Het management vervult een voorbeeldrol en bestuurt de organisatie professioneel. 2. Het kinderdagverblijf voldoet minimaal aan de eisen van de beroepskracht-kindratio. 3. Het kinderdagverblijf maakt serieus werk van (pedagogische) kwaliteit. 4. Medewerkers worden vóór indiensttreding zorgvuldig gescreend. 5. Het kinderdagverblijf beschikt over relevante richtlijnen en protocollen zoals het protocol kindermishandeling en zorgt ervoor dat medewerkers niet alleen op de hoogte zijn van de inhoud maar er ook naar handelen. 6. In het kinderdagverblijf is sprake van een cultuur waarin medewerkers elkaar feedback geven. 7. In de bouwkundige vormgeving van het kinderdagverblijf is aandacht besteed aan transparantie. 8. Het kinderdagverblijf heeft via oudercommissies en eigen toezichthouders (Raad van Toezicht/Commissarissen, en personeelsvertegenwoordiging) een systeem van checks and balances gecreëerd. 9. Ouders zijn zich bewust van het bestaan van seksueel misbruik en zijn alert op signalen en risico s. Bestuurlijk toezicht en handhaving 0. Gemeenten hebben helder beleid geformuleerd ten aanzien van toezicht en handhaving.. Er is een heldere taakverdeling tussen toezicht en handhaving. 2. Het wettelijk toezicht de GGD is in staat om zich een goed oordeel te vormen over de kwaliteit in de praktijk van het kinderdagverblijf. 3. De GGD en en de handhavende instantie handelen slagvaardig als een kinderdagverblijf niet aan de eisen voldoet. Klachten, meldingen en aangiftes 4. Er zijn eenduidige en sluitende procedures voor klachten, en de afhandeling van klachten is transparant. 5. Elk kinderdagverblijf beschikt over een vertrouwenspersoon. 6. Betrokken partijen werken intensief en effectief samen op het vlak van preventie en vroegsignalering van seksueel misbruik van kinderen, waarbij het belang van het kind centraal staat. De landelijke kaders 7. Op een kinderdagverblijf zijn te allen tijde twee volwassenen aanwezig die de kinderen kunnen zien of horen. 8. Er is op basis van nader onderzoek naar de mogelijkheden daarvoor een register ingesteld waarin personen vermeld worden die een risico vormen voor de veiligheid van kinderen. 2. Wettelijke veiligheidsmaatregelen in de praktijk De Kleine Wereld volgt de kwaliteitseisen en richtlijnen die de Wet Kinderopvang aan de branche stelt: Groepsgrootte en het aantal kinderen per leid(st)er Opleiding en deskundigheid van het personeel Veiligheid en gezondheid van de kinderen Huisvesting en inrichting Pedagogisch beleid (visie op opvoeding en ontwikkeling) Betrokkenheid en inspraak van de ouders Afhandeling klachten K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld 2

2. Pedagogisch-medewerker kind ratio (PKR) Binnen de kinderopvang bestaat er een wettelijke verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijke aanwezige kinderen (PKR). De Kleine Wereld hanteert de wettelijke richtlijnen. Het aantal beroepskrachten berekend met de landelijke rekentool op www.ratio.nl: Groep Leeftijd Pedagogisch medewerker : Kind Ratio (PKR) Baby/dreumesgroep 0 2 jaar :5, 2:9, 3:4, 4:6 Peutergroep 2 4 jaar :8, 2:6 2.2 Drie-uursregeling Het is mogelijk om ten hoogste drie uur per dag (niet aaneengesloten) minder beroepskrachten in te zetten dan volgens de PKR is vereist, maar nooit minder dan de helft van het benodigde aantal. Dit mag alleen: vóór 09.30, tussen 2.30 en 5.00 en na 6.30. Vóór 09.30 en na 6.30 mag de afwijking van de PKR niet langer duren dan anderhalf uur aaneengesloten en in de pauzeperiode niet langer dan 2 uur. In de praktijk De werktijden van de pedagogisch medewerkers worden afgestemd op de breng- en haaltijden van de kinderen. De medewerkers maken diensten van 8, 8,5 of 9 uur (exclusief pauzes). Op de babygroep wordt doorgaans van 8.30 tot 9.00 en van 7.00 tot 7.30 afgeweken van de PKR. Op de peutergroep wordt doorgaans van 8.00 tot 8.30 en van 7.00 tot 7.30 afgeweken van de PKR. Er zijn vaak wel stagiaires aanwezig. Aan het begin en einde van de dag worden de groepen samengevoegd. Zodra s ochtends een volgende medewerker komt, gaan de kinderen naar de eigen stamgroep. Wanneer er aan het einde van de dag nog medewerker in het gebouw is, worden de groepen samengevoegd. De pauze van de pedagogisch medewerkers (ieder uur) worden zoveel mogelijk opgevangen door de eigen groep. Indien een medewerker alleen op de groep staat, vangen medewerkers van de andere groepen de pauzes op. Pauzes vinden plaats tussen 2.30 en 4.30 uur. De pauzemomenten van de vaste medewerkers en stagiaires worden zo op elkaar afgestemd dat een medewerker zo kort mogelijk alleen op de groep staat en de meeste kinderen in bed liggen. 2.3 Personeelsbeleid Nieuwe medewerkers worden gescreend. De VOG en diploma s worden nagelopen en waar mogelijk worden referenties opgevraagd. Medewerkers volgen een vast inwerkprogramma. Op de groepen wordt gezocht naar een combinatie met medewerkers met PW3, PW4 en HBO niveau. Er wordt gestreefd naar zoveel mogelijk continuïteit en vaste gezichten op de groepen, zodat veranderingen in gedrag of opvallend gedrag van een kind snel opgemerkt wordt. Ook allrounders (invalkrachten) worden zoveel mogelijk op locatie/groep ingezet. Er wordt gewerkt met stagiaires, groepshulpen en vrijwilligers zodat er altijd een paar extra ogen en oren op de groepen aanwezig zijn. Jaarlijks wordt met pedagogisch medewerkers een coachgesprek en een functioneringsgesprek gevoerd. Competenties en het aanspreken van collega s op gedrag wordt besproken. Pedagogisch medewerkers zijn mede verantwoordelijk voor hun eigen ontwikkeling. Zij leggen hun eigen kwaliteiten, leerpunten en verantwoordelijkheden in het POP-document vast. De Gedragscode Kinderopvang wordt binnen de Kleine Wereld gehandhaafd. Daarnaast zijn er per groep huisregels opgesteld en is er een huishoudelijk reglement. 2.4 Scholing en deskundigheid Jaarlijks wordt een scholingsplan opgesteld waarin de scholingsdoelen en mogelijkheden voor het daaropvolgende jaar omschreven staan, zowel voor pedagogisch medewerkers als het management. K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld 3

Jaarlijks worden alle pedagogisch medewerkers door een interne HBO pedagogisch coach gecoacht. Deze coaching bestaat uit coaching on the job en videobegeleiding. Ook in de groepsoverleggen worden deze filmpjes besproken. Jaarlijks wordt een studiedag voor alle pedagogisch medewerkers georganiseerd. 2.5 Stagebeleid De Kleine Wereld werkt met een uitgewerkt stagebeleid, waarin de verwachtingen ten aanzien van stagiaires, begeleiders en coördinator omschreven staan. Stagiaires worden begeleidt door ervaren beroepskrachten op de groep. Zij hebben één stagebegeleider, maar worden door alle beroepskrachten begeleid. Er worden tevens voortgangsgesprekken gehouden tussen de stagiaire en de vestigingsmanager. De stagecoördinator begeleidt de stagebegeleiders en plant twee keer per jaar een intervisie met hen waarin begeleidingszaken besproken kunnen worden. De stagecoördinator organiseert een introductiedag met alle stagiaires, waarin zij uitleg krijgen over de werkwijzen van De Kleine Wereld. De stagiaire staat niet alleen op de groep (behalve tijdens pauzes) en gaat nooit alleen met de kinderen het terrein af. De stagiaire mag zelfstandig met een groepje kinderen activiteiten ondernemen, mits een beroepskracht de stagiaire kan zien of horen. De stagiaire (geen eerstejaars) mag intallig op de groep werken tijdens vakanties, tijdens ziektes of bij het afleggen van proeve van bekwaamheid als onderdeel van de opleiding. 2.6 Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling De Kleine Wereld hanteert de landelijk verplicht gestelde Meldcode Huiselijke geweld en Kindermishandeling. Zij heeft hiervoor op iedere locatie aandachtsfunctionarissen aangesteld. De interne vertrouwenspersoon is toegankelijk voor alle medewerkers, ouder en kinderen betrokken bij de organisatie. Met vermoedens kan deze ingeschakeld worden. De te nemen stappen bij vermoedens van kindermishandeling (route s) zijn zichtbaar opgehangen op in de personeelsruimtes van de locatie en bekend bij medewerkers. De Meldcode wordt periodiek tijdens team- en groepsoverleggen besproken. Op deze manier blijft de Meldcode onder de aandacht en blijven medewerkers bewust van hun verantwoordelijkheid. Tijdens scholingsmomenten wordt aandacht besteed aan het onderwerp en worden medewerkers toegerust om signalen te herkennen. Medewerkers zijn alert op signalen en bespreken deze zo nodig met collega s en/of ouders. Medewerkers zijn verplicht de leidinggevende in te lichten bij vermoedens van kindermishandeling door een collega. Medewerkers houden zich aan hun geheimhoudingsplicht (zwijgplicht), maar kunnen na zorgvuldige afweging besluiten hun zwijgplicht te doorbreken. Dit gebeurt altijd in overleg met de leidinggevende en na poging tot toestemming van de betrokkenen. Medewerkers hebben ten alle tijden het recht om advies in te winnen bij het AMK en een zorgmelding te doen (zo nodig zonder toestemming). 2.7 Oudercommissie en personeelsvertegenwoordiging De oudercommissies en personeelsvertegenwoordiging worden als gesprekspartners bij de kwaliteit betrokken. Hun posities worden hiermee versterkt. 2.8 Klachten De interne klachtenprocedure omschrijft de wijze waarop klachten die worden geuit door ouders, maar ook door medewerkers worden afgehandeld. De kwaliteitsmedewerker fungeert tevens als klachtencoördinator. De klachtencoördinator bemiddeld bij klachten, houdt een klachtenregistratie bij en bespreekt de ingediende klachten periodiek. De Kleine Wereld is aangesloten bij de externe klachtenorganisatie skk. K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld 4

Ouders worden actief en volledig geïnformeerd over de interne en externe klachtenprocedure. 3. Het vier-ogen principe Het vier-ogenprincipe wil zeggen dat er altijd een andere volwassene kán meeluisteren of kán meekijken met een beroepskracht op het dagverblijf, ten behoeve van de veiligheid van de kinderen. Dit betekent niet dat er op een groep altijd twee pedagogisch medewerkers moeten worden ingezet, maar dat op elk moment de reële kans bestaat dat er een volwassene meekijkt of meeluistert. De uitvoering van het vierogenprincipe dient verantwoord, praktisch uitvoerbaar en financieel haalbaar te zijn. De getroffen maatregelen en gemaakte afspraken worden in de volgende paragraven besproken. Deze worden ook met de toekomstige oudercommissie besproken en waar nodig of wenselijk aangepast. 3. Pedagogisch medewerkers De Kleine Wereld hanteert strikt de wettelijke richtlijnen met betrekking tot de Pedagogischmedewerker / Kind Ratio (PKR) en drie- en half-uursregeling (zie 2. en 2.2). We streven ernaar dat er minimaal 2 personen in het kindcentrum aanwezig zijn. Bijvoorbeeld een extra pedagogisch medewerker, stagiaire, kantoormedewerker, schoonmaakmedewerker of vestigingsmanager. Echter kan het voorkomen dat een medewerker alleen in het gebouw aanwezig is. In de zomervakanties wordt structureel een achterwacht ingepland die binnen 5 minuten op de locatie aanwezig dient te kunnen zijn. Ook wanneer er medewerker in het gebouw aanwezig is, is er een achterwacht ingepland. De pedagogisch medewerkers lopen regelmatig bij elkaar binnen. Zij werken samen, overleggen en maken tevens gezamenlijk gebruik van ruimtes zoals de speelhal, het atelier en de buitenruimte. Aanwezige stagiaires en vrijwilligers worden zoveel mogelijk over de groepen en dagen verdeeld, zodat er elke dag een stagiaire en/of vrijwilliger aanwezig is, met uitzondering van schoolvakanties. Het komt voor dat een pedagogisch medewerker alleen op de groep staat. Het inzetten van een stagiaire op deze groep heeft dan prioriteit. Overige medewerkers, waaronder de leidinggevende, besteden extra aandacht aan de groep met de alleenstaande medewerker (binnenlopen, bellen, ondersteunen). Waar mogelijk worden 2 groepen samengevoegd. Het kan voorkomen dat een medewerker als enige persoon aanwezig is binnen het kindcentrum, voornamelijk in de startfase van het kindcentrum en tijdens openen en sluiten. De vestigingsmanager bezoekt het kindcentrum regelmatig onaangekondigd op deze momenten. Ook ouders zijn binnen het kindcentrum aanwezig om hun kinderen te brengen of halen. Zij vormen een sociale controle. Het gebouw biedt veel transparantie en bevindt zich bij een school en in een woonwijk, waardoor er veel zicht op de groepen is. Daarnaast is het gebouw voorzien van camera s (binnen en buiten), waardoor de vestigingsmanager ten alle tijden zicht op de groep heeft. Indien er twee pedagogisch medewerkers op een groep staan, staan zij s ochtends en/of s avonds (afhankelijk van de werktijden van de stagiaire) een tijd alleen. Gedurende deze periodes komen ouders echter continu binnen om hun kinderen te brengen of te halen. Ook collega s van andere groepen en leidinggevende komen op deze momenten regelmatig gedag zeggen. Ook dan dient het camerasysteem als beveiligingsmethode. In de middagpauze s kunnen pedagogisch medewerkers een half uur tot een uur alleen op de groep staan, afhankelijk van de pauzemomenten van de stagiaire en het aantal pedagogisch medewerkers op de groep. In de pauze s spelen de kinderen die wakker zijn vaak samen buiten of in de gymzaal. Daarnaast zijn pauzerende collega s nog steeds in het gebouw aanwezig. 3.2 Het gebouw De groepen en ruimtes zijn voorzien van veel (grote) ramen en glazen deuren, waardoor er van binnen en buiten altijd zicht op de groepen en ruimtes is. Vanuit de centrale hal is zicht op alle groepen. De groepen liggen naast elkaar en zijn van elkaar gescheiden door glazen schuifdeuren. Het gebouw is hierdoor erg transparant en heeft veel kijklijnen. K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld 5

De buitenruimtes en slaapkamers grenzen aan de betreffende groepen. Door de vele en grote ramen is er op deze manier altijd toezicht. De voordeur van het gebouw is voorzien van een beveiligd toegangssysteem. Alle ouders hebben een persoonlijke tag die zij kunnen gebruiken om binnen te komen. Het gebouw kan hierdoor niet betreden worden door onbekenden. Er wordt gewerkt met een camerasysteem, die zicht houdt op de slaapkamers, babygroep, speelhal en buitenruimtes. De verschillende groepen zijn open ruimtes, waarover eenvoudig toezicht te houden is. Het kantoor van de vestigingsmanager bevindt zich eveneens aan de centrale hal, waardoor ook de vestigingsmanager toezicht kan houden. 3.3 Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleidsplan besteedt veel aandacht aan de veiligheid van de kinderen op de groep. Het beleidsplan wordt continu getoetst aan wetgeving en praktijk en zo nodig bijgesteld. De pedagogisch medewerkers handelen volgens het beleid en zijn hiervan op de hoogte. Groepen maken gebruik van verschillende gezamenlijke ruimtes (atelier, buitenruimte, speelzaal school). Kinderen en pedagogisch medewerker spelen hier samen. Er kan groepsdoorbroken gewerkt worden. Dit betekent dat er op gezette tijdstippen activiteiten met kinderen uit verschillende groepen plaatsvinden in verschillende ruimtes. Ook kunnen de deuren van de groepen opengezet worden, waardoor transparantie en bij elkaar binnen lopen vergroot wordt. Pedagogisch medewerkers houden ten alle tijdens toezicht op de kinderen en laten de kinderen niet alleen in een binnen- of buitenruimte. Zij zorgen dat alle aanwezige kinderen op de daglijst genoteerd staan en weten altijd waar welk kind zich bevindt. Zij controleren het aantal kinderen continu. 3.4 Cultuur en organisatie De Kleine Wereld is een relatief kleine organisatie met een duidelijke organisatiestructuur. De aanspreekpunten en verantwoordelijken zijn duidelijk. De directeur en overige staffuncties zijn nauw verbonden bij de medewerkers en groepen. Zij zijn eenvoudig bereikbaar en zichtbaar aanwezig. De Kleine Wereld werkt aan een open en professioneel werkklimaat en aanspreekcultuur, waarbij de drempel om elkaar op bepaalde gedragingen aan te spreken zo laag mogelijk is. De Kleine Wereld heeft een kwaliteitsmedewerker. Deze houdt toezicht op de kwaliteit op de verschillende dingen en is verantwoordelijk voor het kwaliteitshandboek. De vertrouwenspersoon dient als aanspreekpunt voor medewerkers, ouders en kinderen bij vermoedens van seksueel misbruik/kindermishandeling door collega s, ouders/verzorgers of kinderen. De Kleine Wereld werkt in relatief kleine teams, waardoor pedagogisch medewerkers elkaar goed kennen en de sociale controle hoog is. Samenwerken, collegialiteit, openheid en eerlijkheid. De locatie heeft een eigen leidinggevende en/of assistent leidinggevende die tenminste vier dagen in de week aanwezig zijn. De leidinggevende is nauw betrokken bij de werkvloer, de medewerkers, kinderen en ouders. De leidinggevende is zichtbaar op de locatie aanwezig. De verschillende groepen werken samen en overleggen gedurende de dag. Zij lopen regelmatig bij elkaar binnen of communiceren middels de telefoon. 3.5 Lerende organisatie en teamleren De Kleine Wereld is een lerende organisatie, wat betekent dat zij en haar medewerkers continu in ontwikkeling zijn en actief werken aan kwaliteit, verbeteringen en aanpassingen. De Kleine Wereld werkt hiervoor met de methode teamleren. Hierin wordt een beroep gedaan op de verantwoordelijkheid, het zelfreflecterend vermogen en inbreng van pedagogisch medewerkers: aangaan van discussie en dialoog, elkaar aanspreken op gedrag en feedback geven. Medewerkers nemen gedurende het jaar deel aan werkgroepen, waarin zij pedagogische onderwerpen samen besproken, huidige werkwijzen tegen het licht gehouden en afspraken maken. K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld 6

De werkgroepen worden begeleid door praktijkbegeleiders. Zij zijn tevens ambassadeurs van teamleren op de groepen. Hierdoor wordt ook op de groepen teamleren toegepast en vastgehouden. 3.6 Protocollen en richtlijnen Om op uniforme werkwijze te werken, ontwikkelt De Kleine Wereld haar eigen kwaliteitshandboek met daarin alle protocollen, werkinstructies, formulieren en documenten gebundeld. De verplichte documenten zoals het pedagogisch beleidsplan en protocol kindermishandeling voldoen aan alle wettelijke eisen en zijn toegespitst op de eigen situatie. Medewerkers worden op de hoogte gehouden van de inhoud van protocollen en eventuele wijzigingen hierin. Protocollen, huisregels en werkinstructies worden structureel in teamoverleggen besproken of ter inzage en advies op de groepen verspreid. Het protocol ongewenste intimiteiten, protocol kindermishandeling en huiselijk geweld en het toegangsprotocol maken onderdeel uit van het kwaliteitshandboek. 3.7 Uitstapjes buiten de deur Het vervoersprotocol van De Kleine Wereld geeft richtlijnen voor het maken van uitstapjes met de kinderen. Hierin wordt aandacht besteedt aan het aantal kinderen en veiligheidsmaatregelen. pedagogisch medewerker mag een uitstapje maken met de kinderen, mits zij aan de collega s doorgeven waar zij naartoe gaan en wanneer zij terug zijn. Het meenemen van een telefoon en EHBOdoos is verplicht. Zo mogelijk gaat een stagiaire mee. Uitstapjes worden uitsluitend gemaakt op openbare en toegankelijke plekken, waar andere mensen hen kunnen zien of horen. Ouders geven toestemming voor het maken van uitstapjes tijdens het intakegesprek. K w a l i t e i t s h a n d b o e k D e K l e i n e W e r e l d Het vier-ogenprincipe in de praktijk KDV/PSZ De Vliegwereld 7