Factsheet: Schol. versie maart 2013 VISSERIJ



Vergelijkbare documenten
SCHOL ALGEMEEN BIOLOGIE VISSERIJ. Factsheet. april 2017

Wij vangen deze. Uitgave natuurlijk verantwoord

Uitkomsten enquête over de Noordzee visbestanden 2011

Standpunt over duurzame vis en kwaliteit - Ondersteund door alle leden van het campagneteam Duurzame vis op de kaart

Vissen met zorg. factsheets kwaliteit en duurzaamheid. staandwant-, puls-, twinrig- en flyshootvisserij. Kees Taal. Wim Zaalmink.

SCHMIDT ZeeVIS ROTTeRDaM De allerbeste VIS VaN De allerbeste VISSeRS SCHMIDT ZeeVIS en MVO

Zeeduivel, Vis van het jaar 2018

Intensiteit van de visserij op de Noordzee,

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Ronde Tafel Discussie Zeebaars

Pulsvisserij Overzicht Onderzoek

Schol en tong: overzicht van activiteiten en maatregelen in de platvissector (april 2008) Inhoudsopgave

Project Innovatieve discardvermindering in de praktijk

Ik ben het Net. Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp! VISSERIJ 7 8 GROEP. Dit verhaal is onderdeel van de Europese Verhalenkoffer.

Internationale handel visproducten

Pulsvisserij: wat weten we wel en niet?

KK Garnalen Noord - De zeeflap & zeefmat

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 24, 1, 2, 3 en 6 ;

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 september 2009 (24.09) (OR. en) 13632/09 PECHE 231

6.5. Boekverslag door J woorden 12 juni keer beoordeeld

MINISTERIE VAN EZ T.A.V.IR. H.R. OFFRINGA POSTBUS EK DEN HAAG. Afdeling Vis. Geachte heer Offringa,

Ik en de EU Workshop 1. Marieke Verweij (ProSea) Bruinisse 1 maart 2014

Duurzame Visserij Convenantpartners aan het woord. 5 juni 2009: 1 jaar Maatschappelijk convenant Noordzeevisserij!

Pagina 1. VRAGEN EN ANTWOORDEN AANLANDPLICHT - BASISSET Bijgewerkt op: 25 november 2014

Project Best Practices II Tussenrapportage Innovatieprojecten aanlandplicht Selectiviteit Periode 1 maart december 2016

Zeevisserij in beweging. Gepresenteerd door Jochen Depestele

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 06 juni 2014 Betreft Maatregelen zeebaars

Werkstuk ANW Visserij

Visbestanden in de Noordzee,

Europese Unie, Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij

NOORDZEETONG ALGEMEEN HANDEL EUROPEES VISSERIJBELEID. Factsheet. Juli 2016

Hoe werkt een bestandsschatting?

TIENPUNTENPLAN DE NEDERLANDSE NOORDZEEVISSERIJ

Duurzame garnalenvisserij VOF Koster

Gezonde visbestanden van de Belgische aanvoer

Kenniskring Slim Ondernemen in de Platvisserij. Hoezo dure gasolie?

ILVO. Duurzame visserij. Heleen Lenoir - De strandwerkgroep 21 februari 2015

Hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB)

BEDENKINGEN BIJ DE EVOLUTIE VAN HET GARNAALBESTAND

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EU) 2018/120 wat de vangstmogelijkheden voor Europese zeebaars betreft

Fishy Business. IMARES: Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies. Tammo Bult: afdelingshoofd Visserij

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

vis en duurzaamheid verantwoord vis eten = een beter geweten

WILD CAUGHT METHODOLOGY

Werkplan Zeefmat ZK1. Achtergrond. Opgesteld door: Pieke Molenaar en Josien Steenbergen (IMARES)

ICES aanpak voor Data Limited Stocks (DLS)

ICES adviezen Noordzee visserij 2018

Maatschappelijk Convenant Noordzeevisserij

Finding answers together

Geachte heer, mevrouw,

Visserij in Cijfers. Trends in zeevisserij. Kees Taal en Mike Turenhout. Scheveningen. 28 februari 2014

Certificering Communicatie Onderwijs en scholing Beschermde gebieden in de Noordzee Bestandsbeheer

14173/15 ADD 1 oms/gra/jg 1 DPG

LOKALE ECOLOGISCHE KENNIS VAN DE VISSERIJ: PLADIJS IN EEN RUIMER PLAATJE

RECHTSGROND DOELSTELLINGEN RESULTATEN

Flyshooting. Een haalbaar alternatief voor de boomkorvisserij. Bart Geeraert juni 2008

RESOURCE. Elektrisch vissen. Is het milieuvriendelijker dan de boomkor? p.12. Studenten vóór, docenten tegen Engels in bachelor p.

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Zelfbemonstering MSC. Urk, Inger Wilms Duurzame visserij

pu Uitleg ETP registratie MSC puls September 2015 Inger Wilms

LNV Consumentenplatform Vis moet, kan dat? 21 mei 2008

Kernbegrippen visserijbeheer en overzicht toestand visbestanden in Europa. (IMARES - institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Profish & Duurzaamheid

IMARES Wageningen UR. Waardekaarten Borssele. Karin van der Reijden Rapport C002/15. (IMARES - Institute for Marine Resources & Ecosystem Studies)

Factsheet: Tonijn versie november 2011

Meest gestelde vragen naar aanleiding van de vissersprotesten

Skrei. Toonbeeld van duurzame visserij

Vangstadviezen van ICES voor 2016 in de Noordzee

Kenniskring garnaal NO

Ik ben het Net. Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!. VISSERIJ 5 6 GROEP. Dit verhaal is onderdeel van de Europese Verhalenkoffer.

Bestaande vistuigen als mogelijk alternatief voor de boomkor

Visserijimpact in de Noordzee

Haring. Atlantische Oceaan.

Oplossingsrichtingen bij het verminderen van scholdiscards in de 80 mm visserij Ten behoeve van het Klein Beheeroverleg van 3 december 2007

Eerste Kamer der Staten-Generaal

SALV. ADVIES Ontwerprapporten Kaderrichtlijn Mariene Strategie. Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij. SALV, 29 mei 2012 (nr.

De Noordzee HET ONTSTAAN

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

Werkstuk Biologie Vissen uit de Noordzee

PROJECT PULSKOR. Kenniskring Duurzame Garnalenvisserij. Bart Verschueren, 23 januari 2009

De wetenschap achter het tellen van vissen. Hoe werkt een bestandsschatting?

Aanlandplicht

Zittingsdocument ADDENDUM. bij het verslag. Commissie visserij. Rapporteur: Alain Cadec A8-0149/2018

Hoe werkt een bestandsschatting?

NATIONALE AAL MANAGEMENTSPLANNEN BINNEN DE EU

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter,

Vangstadviezen van ICES voor 2015

Wageningen IMARES Harder en zeebaars

Vissen in de 12-mijlszone

SALV Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij ADVIES

Pulskor, Sumwing en PulsWing als alternatief voor de boomkorvisserij

h) Rechtsbasis: Artikel 43, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU)

2.2. Commercieel geëxploiteerde soorten vis en schaal- en schelpdieren (D3)

De verspreiding van 5 platvissoorten en 1 roggensoort in de Noordzee.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Incentives en de aanlandplicht

Duurzaam ondernemen. Genieten van vis ook in toekomst! Maart Profish Food B.V. Oude Rijksstraatweg AB Twello

Verslag ondernemersgesprek Platform Innofish 13 september 2014, Amsterdam

MSC certificering: hoe werkt het?

Kenniskring garnaal Zuid West

Transcriptie:

Factsheet: Schol versie maart 2013 Schol is een belangrijke vissoort voor de Nederlandse vissector, zelfs één van de belangrijkste wat betreft aanvoer op de Nederlandse afslagen; bijna 50% van alle vis die in 2012 op onze afslagen aangeboden werd, betrof schol 1. Nederlandse vissers in de Noordzee bezitten maar liefst meer dan een derde van het Europese vangstquotum voor deze soort 2. Het overige scholquotum wordt initieel verdeeld over het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, België, Duitsland en Frankrijk. Om ervoor te zorgen dat we ook in de toekomst van schol kunnen genieten, worden er diverse maatregelen genomen om het bestand gezond te houden en duurzaam te bevissen. Dit gebeurt zowel op Europees niveau als op nationaal niveau door de vissers zelf. Biologie De schol (Pleuronectes platessa) behoort tot de familie van de scholachtigen; een grote platvisfamilie waartoe veel bekende soorten behoren zoals heilbot, bot, schar en tongschar. De schol leeft op de zeebodem waar hij vooral weekdieren en wormen eet. Het is een ovale platvis en gemakkelijk te herkennen aan de heldere oranjerode stippen op de bovenzijde. De onderkant van de schol is wit. Deze platvis kan maximaal 90 centimeter groot worden bij een gewicht van 7 kilo, maar wordt echter zelden groter dan 50 centimeter met een gewicht van 2 à 3 kilo. Schol leeft op zanderige of gemengde bodem van dicht bij de kust tot dieptes van 200m. De meeste volwassen schol leeft echter op een diepte van ongeveer 10-50 meter en de jongere exemplaren in ondiep water. Overdag leven ze ingegraven in de bodem, terwijl ze s avonds en s nachts een stuk actiever zijn. 3 Schol paait in de wintertijd bij een temperatuur van ongeveer 6 graden. Het water moet voldoende zout zijn om de eitjes te laten drijven. De hoeveelheid eitjes die een vrouwtje produceert liggen tussen de 50.000 en de 500.000. Binnen 10-20 dagen komen de eitjes uit en de kleine larven voeden zich met microscopisch klein plankton. Na 1 tot 2 maanden begint de metamorfose: het linkeroog verschuift naar de bovenkant van het hoofd en de kleine visjes gaan met hun linkerkant naar beneden zwemmen. Zo wordt een ronde larve een platte vis. De onderkant is kleurloos en de bovenkant krijgt donkere pigmenten. De groeisnelheid van de jonge vis verschilt en hangt bijvoorbeeld af van populatiegrootte (en daarmee voedselcompetitie). Tijdens de eerste zomer kunnen de jongen groeien tot een lengte van 7-12 cm, waarna ze geleidelijk naar dieper water verhuizen. Schol eet weinig tot niets in het winterseizoen, waardoor de groei vrijwel stopt. De schol is dan ook het dikst in de zomer en het dunst in de periode van december tot maart (de paaiperiode). 3 VISSERIJ Scholpopulatie en visserijsterfte in de Noordzee Een visbestand wordt beschreven aan de hand van 1) de SSB (Spawning Stock Biomass), oftewel de hoeveelheid volwassen schol in de zee, en 2) de visserijdruk (F) welke beschrijft welk gedeelte van de SSB wordt weggenomen door de visserij. Voor beide parameters zijn referentiepunten ontwikkeld om te kunnen beoordelen of het scholbestand gezond is of niet. Voor de grootte van het bestand (SSB) gaat dit om een voorzorgsniveau en een limietniveau, waarbij de SSB boven het voorzorgsniveau als gezond wordt beschouwd.

De voorzorgswaarde is een veilige grens en zorgt er voor dat de kans op verminderde reproductieve capaciteit klein blijft. Als de SSB onder het limietniveau komt is er een kans dat de reproductieve capaciteit in gevaar komt. Voor de visserijsterfte (F) gelden dezelfde referentiepunten, echter waarvan de waarde omgekeerd is: de visserijsterfte moet onder het voorzorgsniveau blijven om een gezonde SSB te behouden. SSB De grootte van het scholbestand fluctueerde in het verleden sterk, maar is sinds begin jaren 90 stabieler. De laatste jaren is het bestand sterk aan het groeien. De SSB van schol zit ver boven het voorzorgsniveau waarboven het bestand volgens visserijbiologen gezond is 4. Het scholbestand is sinds 1957 zelfs nog nooit zo groot geweest. Zie figuur 1. Visserijsterfte De visserijdruk op het scholbestand in de Noordzee is al een aantal jaar sterk aan het dalen. Dit is mede te danken aan de inspanningen van de visserijsector binnen het meerjarige beheerplan voor schol en tong. De visserijdruk ligt ver onder het niveau dat visserijbiologen als voorzorgsdrempel hebben gesteld, wat betekent dat schol in de Noordzee duurzaam geëxploiteerd wordt 4. Zie figuur 2. De omvang van het scholbestand wordt niet alleen beïnvloed door visserijdruk, maar ook door andere factoren zoals veranderingen in het voedselaanbod en klimatologische omstandigheden. De visserijdruk is echter de enige factor waar de visserijsector invloed op kan uitoefenen. Figuur 1: historische ontwikkeling scholbestand. SSB = spawning stock biomass. SSB zit ver boven het voorzorgsniveau (het niveau waarboven het bestand gezond is). Bron: ICES Advice (2012). Plaice in Subarea IV (North Sea). Kopenhagen Figuur 2: historische ontwikkeling visserijdruk schol in de Noordzee. Visserijsterfte zit ver onder het voorzorgsniveau (het niveau waaronder het bestand gezond bevist wordt). Bron: ICES Advice (2012). Plaice in Subarea IV (North Sea). Kopenhagen Visserij op schol Schol wordt voornamelijk gevangen in de boomkorvisserij in het centrale gedeelte van de Noordzee met een minimum maaswijdte van 100-120 mm, afhankelijk van het gebied. In de gemengde visserij op tong en schol in de zuidelijke Noordzee worden mazen van 80mm gebruikt 4. Naast de traditionele boomkor wordt veelal gebruik maakt van andere technieken zoals twinriggers, fly-shooters (een vorm van seine-visserij), outriggers en nieuwe technieken zoals sum-wing en pulskor.

BOOMKORVISSERIJ Bij de traditionele boomkorvisserij hangt zowel aan de bakboord- als aan de stuurboordkant van de kotter een net in het water aan gieken. Er wordt dus met twee netten tegelijk gevist. Tijdens het vissen staan de twee gieken vrijwel horizontaal boven het water. Ieder visnet is met een vislijn vastgemaakt aan de giek en wordt opengehouden door een boom. De boom is tegenwoordig vrijwel altijd een lange stalen pijp. Aan de uiteinden van de pijp zijn de zogenaamde sloffen bevestigd die ervoor zorgen dat de boom en het net op de gewenste hoogte boven de zeebodem blijven en dat tegelijkertijd de weerstand met de zeebodem wordt verminderd. Aan de sloffen worden naast de boven- en onderpees van het net ook een aantal wekkerkettingen bevestigd die door de onderpees worden voortgesleept. De wekkerkettingen hebben tot doel de ingegraven platvis op te schrikken zodat deze naar boven komt en het net inzwemt. De mazen van het net zijn aan het begin groter dan aan het einde. De kleine (ondermaatse) vis kan dan ontsnappen, en de maatse vis blijft in het net zitten. De maaswijdte waar mee gevist wordt is afhankelijk van de doelsoort, maar in de regel tussen de 80 en 120 mm. Na een trek wordt het net met de kuil (het uiteinde van het net waar de vis zich in verzamelt) naar boven aan boord gehaald. Door de kuil van het net open te trekken valt de vangst in een bak. De vis wordt aan boord van de kotter op grootte gesorteerd, schoongemaakt (gestript) en schoongespoeld. Daarna wordt de vis in plastic kratten en ijs gelegd en opgeslagen in het gekoelde visruim. 5 BIJVANGST EN DISCARDS Behalve de doelsoorten waar de visserij zich op richt (bijv. de doelsoort tong of de doelsoort schol), vangen vissers ook andere soorten bij. Deze bijvangsten kunnen worden verdeeld in gewenste en ongewenste bijvangst. Gewenste bijvangst zijn commercieel interessante soorten die aan wal gebracht mogen worden. Ongewenste bijvangst is vangst die de visser weer overboord zet. Deze zogenaamde discards bestaan uit commerciële soorten waarvoor de visser geen quotum (meer) heeft of die kleiner zijn dan de verplichte minimummaat. Andere discards zijn soorten die commercieel niet interessant zijn en andere organismen zoals bodemdieren. Discards van schol Het percentage discards (teruggooi) is van vele factoren afhankelijk. Belangrijk zijn de maaswijdte, de vangsttechniek, het visgebied, tijdstip, seizoen en gedrag van de vissoort. Zo komen discards van schol vooral voor in de boomkorvisserij op tong met 80mm mazen in de zuidelijke Noordzee. De 80mm maaswijdte die nodig is om tong te vangen komt niet overeen met de maaswijdte van 100mm die hoort bij de minimum aanlandingsmaat van schol. Hierdoor komt er veel ondermaatse schol in de netten terecht. Aan de andere kant vindt er weinig tot geen teruggooi van schol plaats in de gerichte scholvisserij met grote mazen. Hier wordt dan weer weinig tong mee gevangen. Er wordt op verschillende manieren onderzoek gedaan naar discards. In Nederland wordt het discards onderzoek zowel uitgevoerd door vissers zelf als door het wetenschappelijke instituut IMARES. De uitkomsten van de onderzoeken op de diverse schepen, vistechnieken en gedurende verschillende seizoenen of jaren kunnen van elkaar verschillen. Sinds de nieuwe Data Collectie Verordening (2008/949/EG) van kracht is gegaan in 2009 hebben alle EU lidstaten hun bemonsteringsintensiteit drastisch moeten verhogen. IMARES heeft dit gedaan door middel van een self-sampling project waarbij vissers onder een vast protocol meewerken aan de bemonstering. De hoeveelheid discards van onder andere schol in de Nederlandse visserij is een groeiend discussiepunt. Hierbij staat bijvoorbeeld de rol en het effect van discards in het ecosysteem soms tegenover de ethische aspecten van het teruggooien van vis in de zee. Een aantal natuurorganisaties beschouwt het teruggooien van vis als onverenigbaar met een duurzame visserij. Aan de andere kant wordt in de toestandsbeoordelingen van schol wel rekening gehouden met de hoeveelheid discards en ziet de visserijsector het scholbestand alleen maar groeien. Een feit dat op zichzelf kan zorgen voor meer discards, omdat er met een groeiend visbestand meer ondermaatse vis in de zee leeft. In Europa bestaan er nu serieuze plannen om een zogeheten discards ban in te stellen, als onderdeel van de hervorming van het Europese GVB (Gemeenschappelijk Visserij Beleid). Bij een discards ban komt er voor een aantal vissoorten in diverse visserijen een verbod op teruggooi. Hoe dit precies tot stand gaat komen is nog onbekend. 6 Overleving van discards Naast de hoeveelheid discards is ook de mate van overleving van discards een onderwerp van discussie. In het verleden zijn er diverse onderzoeken uitgevoerd naar de mate van overleving van vis die wordt terug gezet in zee, maar deze geven geen eenduidig beeld van de mate van overleving. Waar de overleving van discards dikwijls werd gedacht

nihil te zijn, denkt de visserijsector hier anders over en ziet vaak veel levendige vis overboord gaan. Daarnaast ziet de visserijsector ook dat de vis nog eens veel levendiger is bij vernieuwende technieken als bijvoorbeeld de pulskor. De visserijsector zet zich in om meer wetenschappelijk betrouwbare data over de overleving van discards te verkrijgen. Beheermaatregelen scholbestand en -visserij Voor de meeste vissoorten worden in Europees verband maatregelen genomen om het voortbestaan van het bestand veilig te stellen. Dit is ook het geval voor het scholbestand in de Noordzee. De Europese beheermaatregelen bestaan bijvoorbeeld uit een jaarlijkse quotering van de hoeveelheid die mag worden gevangen, begrenzing van de visserijcapaciteit die mag worden ingezet, en minimum aanvoermaten en maaswijdtes. Daarnaast is er voor schol in de Noordzee een meerjarig beheerplan van kracht sinds 1 januari 2008. 7 Dit beheerplan is opgesteld voor tong en schol en is gebaseerd op het principe van de Maximale Duurzame Oogst. Dit plan kent twee fases. In de eerste fase wordt elk jaar de visserijdruk 10% verminderd om het bestand binnen veilige biologische grenzen te brengen en daar te houden. De maximale vangsthoeveelheid en de visserijinspanning worden hier op afgestemd. Voor de tweede fase worden doelstellingen ontwikkeld om te vissen volgens het principe van de Maximale Duurzame Oogst. De doelstellingen van de eerste fase van het beheerplan van tong en schol zijn inmiddels voor beide soorten bereikt. Het is nog onbekend wanneer en op welke manier het meerjarenbeheerplan de tweede fase in zal gaan. In aanvulling op het Europese beheer werkt de Nederlandse sector zelf ook hard aan een duurzaam beheer van onder andere het scholbestand in de Noordzee. Dit uit zich onder andere in het ontwikkelen van nieuwe vangstmethodes, welke selectiever zijn en minder impact hebben op de bodem. Daarnaast is de visserijsector een actieve gesprekspartner in de discussies die nu lopen omtrent het instellen van beschermde gebieden op de Noordzee en werkt zij mee aan diverse onderzoeken die lopen op het gebied van vangstsamenstelling, discards en impact op de zeebodem. Keurmerken Een aantal scholvisserijen binnen en buiten Nederland is inmiddels gecertificeerd met een (duurzaamheids-) keurmerk. Eén van de bekendste daarin is de Marine Stewardship Council, oftewel MSC. Meerdere twinrigvisserijen (visserijen waarbij twee aan elkaar gekoppelde netten achter het schip aan worden getrokken) hebben het MSC certificeringstraject doorlopen en succesvol afgerond. Het MSC keurmerk richt zich op ecologische duurzaamheid en kijkt naar (1) de toestand van het visbestand, (2) de impact van de visserij op het ecosysteem en (3) het beheer van de visserij. Het MSC keurmerk kan alleen behaald worden indien een derde partij de visserij toetst aan de standaarden van MSC en de visserij op alle drie de punten een voldoende behaalt. Na het behalen van het certificaat wordt elk jaar bekeken hoe de vooruitgang is van de visserij ten aanzien van de verbeterpunten die zij mee hebben gekregen. 8 Maatschappelijke discussie Natuurbelangenorganisaties Wereld Natuur Fonds en Stichting de Noordzee hebben de schol in hun Viswijzer verschillende beoordelingen gegeven, met name afhankelijk van de visserijtechniek. Schol vangsten welke het MSC certificaat dragen worden als Goede Keuze gezien, evenals schol gevangen met de Deense Snurrevaad methode. Scholvangsten met twinrig, pulskor en boomkor met grote maaswijdten wordt gezien als een Tweede Keuze. Schol gevangen met de boomkor met kleine maaswijdten wordt afgeraden en staat daarmee in de rode kolom ( Liever niet ).De boomkorvisserij wordt bekritiseerd omdat deze schade zou toebrengen aan het bodemleven. Ook wordt er op gewezen dat veel jonge vis, die niet mag worden aangevoerd, wordt teruggegooid. 9 Inmiddels wordt door steeds meer schepen gebruik gemaakt van vernieuwende vistechnieken, met minder bijvangsten, minder bodemberoering en minder energieverbruik als resultaat. Deze visserijen worden in de viswijzer positiever beoordeeld, maar staan nog steeds niet op groen. Dit terwijl een aantal van deze technieken recentelijk een MSC certificaat hebben behaald, en daarmee hebben bewezen een duurzame vistechniek te zijn. HANDEL Aanvoer van schol De minimum aanvoermaat van schol ligt op 27cm. Vervolgens is de schol ingedeeld in 4 lengteklassen, zie daarvoor tabel 1. De kleinere schol (schol 3 en 4) komen meestal in de industriële verwerking terecht, terwijl schol 1 en 2 vaak bij de vershandel terecht komen. Tabel 1: indeling van schol in lengteklassen Lengteklasse Cm Schol 1 41cm en groter Schol 2 35 cm - 41cm Schol 3 31cm - 35 cm Schol 4 27 cm - 31 cm

De totale aanvoer van schol op de Nederlandse afslagen was in 2012 ongeveer 50.000 ton, bijna de helft van het totaal aan aangevoerde vis, schaal- en schelpdieren op de Nederlandse afslagen. De waarde van deze 50.000 ton schol bedroeg bijna 73 miljoen euro. De totale aanvoer van schol was in 2011 bijna 49.000 ton tegen een waarde van meer dan 69 miljoen euro. 1 Import en export van schol Het merendeel van de schol en de scholproducten wordt geëxporteerd. Italië is de belangrijkste afnemer, gevolgd door Duitsland en Groot-Brittannië. Export van schol vindt voornamelijk plaats als diepgevroren filets. Een klein deel wordt als verse schol geëxporteerd, voornamelijk naar België en gevolgd door het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. De totale exportwaarde van schol neemt wel licht af over de afgelopen jaren. 10 Verwerking van schol De platvisindustrie bestaat overwegend uit bedrijven die gespecialiseerd zijn in de verwerking en afzet van platvis uit de Noordzee. De meeste bedrijven kopen verse grondstoffen in op de Nederlandse afslag. Daarna vindt bewerking plaats dit gebeurt veelal binnen het eigen bedrijf - zoals fileren, paneren en diepvriezen. Diepgevroren en verse tong- en scholproducten nemen het grootste gedeelte van de sectoromzet voor hun rekening. Bij het grootste deel van de bedrijven zijn verwerking- en groothandelsactiviteiten volledig geïntegreerd. Op enkele fileerbedrijven na zijn alle bedrijven actief op de exportmarkt. De producten in consumentenverpakking bestaan voor het grootste gedeelte uit diepvriesproducten. REFERENTIES 1. Gegevens aanvoer verse vis op Nederlandse afslagen, Pvis 2012 2. Europese Gemeenschap (2013). Verordening (EU) Nr. 39/2013 van de Raad van 21 januari 2013 tot vaststelling, voor 2013, van de vangstmogelijkheden in de EU-wateren en, voor EU-vaartuigen, in bepaalde niet-eu-wateren, voor sommige visbestanden en groepen visbestanden waarvoor internationale onderhandelingen worden gevoerd of internationale overeenkomsten gelden. 3. Sea Fish van Bent J. Muus (1999) 4. ICES Advice (2012). Plaice in Subarea IV (North Sea). Kopenhagen 5. Factsheet Boomkorvisserij van www.pvis.nl (versie november 2010) 6. http://ec.europa.eu/fisheries/cfp/index_en.htm 7. Europese Gemeenschap (2007). Verordening (EG) Nr. 676/2007 van de Raad van 11 juni 2007 tot vaststelling van een beheersplan voor de bevissing van de schol- en tongbestanden in de Noordzee. Brussel: EG. 8. www.msc.org 9. www.goedevis.nl 10.LEI Internationale handel visproducten nog niet gepubliceerd Foto s pagina 1 en 2: David Hecker MEER WETEN? Wie meer wil weten over de Noordzeeschol en/of de maatregelen die de Nederlandse vissector neemt, verwijzen wij naar www.pvis.nl waar meer informatie beschikbaar is. Productschap Vis Postbus 72 2280 AB Rijswijk Nederland telefoon: +31(0)70 336 96 00 fax: +31(0)70 399 94 26 e-mail: info@pvis.nl www.pvis.nl