STATEN VAN CURAQAO ZITTING 2013-2014 _0"-\3 STATEN VAN CURA~AO Ontv.: DE 1 No.: Landsverordening tot wijziging van de Landverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten 1 AANBIEDING No.1 De Gouverneur van Curavao, biedt aan de Staten ter goedkeuring aan een ontwerp-iandsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten. De Minister van Justitie, I P.B. 2002. no. 74.
STATEN VAN CURA<;AO ZITTING 2013-2014 _ c ~~ Landsverordening van de tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten 1 ONTWERP No. 2 IN NAAM DER KONING! De Gouverneur van Cura9ao, In overweging genom en hebbende: dat het wenselijk is om de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverscl"lrijdende geldtransporten te wijzigen om het transport van andere zaken onder de werkingssfeer van genoemde landsverordening te brengen; Heeft, de Raad van Advies gehoord, met gemeen overleg der Staten, vastgesteld onderstaande landsverordening: Artikell De Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten wordt als voigt gewijzigd: A. Artikel 1 komt te luiden: Artikel 1 In deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover niet anders is bepaald, verstaan onder: I r.b. 2002, no. 74.
a. Minister de Minister van Financien; b. aanmelding een aanmelding als bedoeld in artikel 2; c. geld binnenlandse en buitenlandse bankbiljetten, munten en muntbiljetten, alsmede aan toonder gestelde verhandelbare waardepapieren; d. edelmetaal niet-roestend metaal, waaronder goud en zilver; e. sieraad voorwerp van edelmetaal, gezette edelsteen, parel of andere eigenschappen bevattende, waarmee men zich tooit; f. aanmelder degene die de aanmelding heeft gedaan. B. Artikel 2 wordt als voigt gewijzigd: 1. Het eerste lid komt als voigt te luiden: 1. Personen die Curac;ao binnenkomen of uitgaan zijn verplicht om geld, de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen, ter waarde van NAf 20.000,-- of meer, die zij met zich meevoeren, aan te melden bij de douaneambtenaren. Het bepaalde in de eerste volzin is ook van toepassing indien het gaat om binnenkomende of uitgaande personen, die aantoonbaar samen reizen en gezamenlijk geld, edele metalen, sieraden of andere voorwerpen ter waarde van NAf 20.000,-- of meer met zich meevoeren. 2. Het derde lid komt als voigt te luiden: 3. Indien een transport van geld, de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen plaatsvindt per beroepsvervoerder, maar deze niet tot de aanmelding, bedoeld in het eerste lid, in staat is gesteld, wordt de aanmelding gedaan bij de douaneambtenaar door de verzender van het geld, de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen uiterlijk op het tijdstip van de feitelijke binnenkomst of het uitgaan van het geld, de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen. C. In de artikelen 2, zevende lid, 3, onder a, b en c, 4, tweede lid, onder b, en 5, tweede lid, onder e, en derde lid, wordt "geld" gewijzigd in: geld, de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen. Artikelll Deze landsverordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de uitgifte van het Publicatieblad, waarin de bekendmaking is geschied. Gegeven te Wiliemstad, De Minister van Financien,
De Minister van Justitie, Uitgegeven de De Minister van Aigemene Zaken,
STATEN VAN CURA<;AO ZITTING 2013-2014 _ C L., :' Landsverordening van de tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten MEMORIE VAN TOELICHTING No.3 I. Aigemeen De Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (hierna: de landsverordening) is vastgesteld in het kader van de preventie en bestrijding van het witwassen van geld in Curayao en het misbruik van het Curayaose financiele stelsel uit te sluiten. Het voorziet in de toezichtmogelijkheden ten aanzien van de contante geldstromen in en uit Curayao. Conform artikel 2 van de landsverordening zijn personen die Curayao binnenkomen of uitgaan verplicht om geld ter waarde van NAf 20.000,-- of meer, dat zij met zich meevoeren, aan te melden bij de douaneambtenaren. Het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (hierna: MOT) dat de meldingen, verkregen op grond van genoemde landsverordening beheert, heeft in een brief aan de Commissie inzake het Witwassen van Geld aangegeven, dat het gewenst is genoemde landsverordening te wijzigen in verband met de constatering van in-, uit- en/of doorvoer van andere zaken, niet zijnde geld, die ook aangewend kunnen worden voor het witwassen van geld of financiering van terrorisme. Voor de in-, uit- en/of doorvoer van bijvoorbeeld edele metalen zoals goud, sieraden, juwelen en andere voorwerpen (zoals onder andere relikwieen, kunstvoorwerpen, antiquiteiten, rariteiten en postzegels) ter waarde van NAf 20.000,-- of meer bestaat er geen aangifteplicht. Dergelijke voorwerpen kunnen een hoge waarde vertegenwoordigen en kunnen in die verschijningsvorm worden gebruikt voor het verplaatsen van crimineel vermogen. Het inspelen van de Regering op voornoemde onwenselijke situaties, ter voorkoming van het witwassen van geld, ligt voor de hand. De onderhavige wijziging van de landsverordening strekt dan ook tot een uitbreiding van de te transporteren zaken opgenomen in de begripsbepalingen. Toegevoegd worden edelmetaal en sieraad. Voorts bepaalt het eerste lid van artikel 2 dat andere voorwerpen met een waarde van NAf 20.000,-- of meer, ook dienen te worden aangegeven door personen die Curayao binnenkomen. Deze uitbreiding van de landsverordening is tevens verwerkt in het derde lid van artikel 2, in artikel 3, onder a, b en c en in het tweede lid van artikel 4.
Het identificeren van een voorwerp van genoemde waarde in verschillende verschijningsvormen kan een uitdaging vormen voor de douane. Kennis van waardevolle artefacten zal in ieder geval ge"indiceerd zijn. II. Financi le consequenties Met de wijziging van de landsverordening zijn er financi le consequenties v~~r het land Curavao aan de orde van om en nabij NAf 23.000,--. Douane Curavao zal voornoemd bed rag aanwenden v~~r het aanschaffen van kluizen v~~r vier (4) posten en v~~r extra trainingen v~~r douaneambtenaren. Het Ministerie van Financi n heeft in casu aangegeven geen bezwaar te hebben tegen het wijzigen van de onderhavige landsverordening. III. Advies van de Sociaal Economische Raad (SER) Het advies van de SER, no. 266/2012, d.d. 10 december 2012, inzake de ontwerplandsverordening tot wijziging van de landsverordening geeft de Regering aanleiding tot de volgende reactie. De SER is van mening dat het verplaatsen van crimineel vermogen middels het gebruik van goud, edele metalen en edelstenen niet is inbegrepen bij de toepassing van aanbeveling 32 van de Financial Action Task Force on Money Laundering (FATF). De Regering onderschrijft wat de SER vermeldt, maar merkt ten aanzien hiervan op, dat desalniettemin de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF) op 6 december 2011, met instemming van de overheid, een derde evaluatie heeft uitgevoerd en in het "Mutual Evaluation Report, Anti Money Laundering and Combating the Financing of Terrorism Cura9ao" (hierna: rapport), onder no. "SR. IX. Cross Border Declaration & Disclosure" heeft aangegeven dat "New powers should be provided to Customs and new procedures should be put in place for Customs to better monitor the source, the destination and purpose of the movement of gold and precious metal and stones,,1. In het tweede deel van het rapport is onder recommendation 32, de aanbeveling herhaald. Het monitoren van in-, uit- en/of doorvoer van de edele metalen en sieraad bij de grens, is ook een evaluatie element van de FAFT met betrekking tot grensoverschrijding. Naar het oordeel van de SER dient de regering te overwegen om in de onderliggende landsverordening een internationale informatieplicht op te nemen. De Regering merkt hierbij op dat conform artikel 3 van de landsverordening de douane een meldplicht heeft ten aanzien van het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (hierna: het MOT), bedoeld in artikel 2 van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties (hierna: Lv. Mot). Voorts wordt conform het eerste en tweede lid van artikel 7, van de Lv. Mot: 1. Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, regels gesteld betreffende de verstrekking van gegevens uit het register van het MOT en de voorwaar- I Section I Mutual Evaluation Report CFATF. December 20 II, Table I. Ratings of Compliance with FATF Recommendations. bi z. 63.
den waaronder dit kan geschieden met van overheidswege aangewezen politiele en niet politiele instanties in of buiten het Koninkrijk die een vergelijkbare taak hebben als het MOT en met instanties in het Koninkrijk waanan de taken, raakvlakken hebben met de werkzaamheden van het MOT; 2. De gegevens bedoeld in het eerste lid verstrekt aan instanties buiten het Koninkrijk op basis van een verdrag of een administratief akkoord tenzij het een instantie betreft die door de Egmont groep erkend is als lid en die, ingevolge haar nationale wetgeving voor het uitwisselen van gegevens met andere door de Egmont Groep als lid erkende instanties, niet verplicht is een schriftelijk akkoord te sluiten. Er is bij landsbesluit van de 13 de juli 2001 2, uitvoering gegeven aan het eerste lid van artikel 7 Lv. Mot en bijgevolg wordt onder de voorwaarden genoemd in het landsbesluit informatie verstrekt aan andere landen. De SER dringt bovendien bij de regering er op aan, ten einde te voldoen aan de aanbevelingen van de FATF, een vraag betreffende de waarde van de hoeveelheid geld, edelmetalen, sieraden en andere zaken die worden ingevoerd opnieuw op te nemen in de algemene vragenlijst, die niet ingezetenen bij aankomst op Cura9ao dienen in te vullen. Vermeld kan worden dat door tussenkomst van de douane op de zogenoemde ED-card, wederom de zin: "Personen die het eilandgebied van Cura9ao binnenkomen of uitgaan zijn verplicht om geld ter waarde van NAf 20.000,-- of meer, dat zij met zich meevoeren aan te melden bij de ambtenaren van de Douane Cura9ao" is toegevoegd. In 2011 werd abusievelijk bij het remodelleren van de EC-card genoemde zin niet meegenomen op de ED- card. Inmiddels is deze omissie hersteld. De SER vraagt zich voorts af wat het MOT doet met de op basis van de landsverordening verkregen gegevens en of bij het verwerken van de gegevens en bijgevolg het dan pas merken dat een melding van belang is voor de justitiele keten of dit proces het tegengaan van financiering van terrorisme niet belemmert. In antwoord hierop wordt vermeld dat het MOT aile binnenkomende meldingen registreert, bewerkt en analyseert (ook die van de Douane) teneinde te bezien of deze gegevens van belang kunnen zijn ter voorkoming en opsporing van het witwassen van geld of het financieren van terrorisme en de hieraan ten grondslag liggende misdrijven. Ingevolge artikel 6 van de Lv. Mot, kan het MOT pas wanneer er zo'n vermoeden van witwassen en of terrorisme financiering ontstaat, de betreffende transacties doormelden aan de opsporings- en venolgingsdiensten. Voornoemd artikel geeft de zeer belangrijke "bufferfunctie" weer van een administratie meldpunt, zoals het MOT. Slechts de transacties van subjecten waanan het MOT, na gedegen onderzoek, een vermoeden van witwassen en of financiering van terrorisme verkrijgt, worden doorgemeld aan het Openbaar Ministerie. Deze manier van werken, die in aile 139 Egmont meldpunten wordt gevolgd en die door de FATF wordt aanbevolen, komt het werk van de opsporings- en vervolgingsdiensten ten goede. Met de bovenomschreven procedure wordt juist effectief de financiering van terrorisme bestreden alsmede wordt door de buffer functie van het MOT voorkomen dat de namen van onschuldige person en worden doorgemeld. 2 P.B. 200 I, no. 69.
IV. Advies van de Aaad van Advies De Aaad van Advies heeft advies, genummerd AvA no. AA/11-13-LV, d.d. 7 juni 2013 uitgebracht. De regering heeft, waar relevant, de op- en aanmerkingen van de Aaad van Advies overgenomen. Wiliemstad, DEC 1 2 2013 De Minister van Financien, C ~CM~ De Minis; van Justitie,
~' /~,.-_,":,./ " ~ :.1.' ~... ',. "_. t...,.j -, J ~_.J... ; ~e&,nerneur VAN C U ~ :'.~ -_...-:------..,, Aan Zijne Excellentie de Gouverneur van Cura<;ao Fort Amsterdam 1 Cura<;ao RvA no. RA/11-13-LV Onderwerp: Ontwerplandsverordening tot Wljzlglng van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (zaaknummer 2012(7493) Advies: Met verwijzing naar uw adviesverzoek d.d. 18 april 2013 om het oordeel van de Raad van Advies inzake bovengenoemd onderwerp en de behandeling hiervan in de vergadering van de Raad van AdVies d.d. 3 juni 2013, bericht de Raad u als voigt. Bestudering van het ontwerp en de bijbehorende memorie van toelichting alsmede de overige bij het adviesverzoek gevoegde stukken geeft de Raad aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen. I. Inhoudelijke opmerkingen 1. Het ontwerp Vervanging van het woord "geld" door "geld ~ _ de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen" -u--,.. De Raad adviseert de regering om in artike1 2, zevende lid, en artikel 5, tweede lid, onder e, en derde lid, van de LandSverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten, eveneens het woord "geld" te vervangen door "geld, de edele metalen, sieraden of andere voorwerpen". 2. De memorie van toelichting a. Het landsbesluit. houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van artikel 7, eerste lid, van de Landsverotdening melding ongebruikelijke transacties (tweede pagina) De laatste volzin van het laatste tekstblok op de tweede pagina van de memorie van toelichting wekt de indruk dat het vaststellen van bedoeld landsbesluit, houdende algemene maatregelen, facultatief is. De Raad merkt op dat uit de formulering vall artikel 7, eerste lid, van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties (hierna: Lv. MOT) blijkt, dat de vaststelling van het betreffende Jandsbesluit niet facultatief maar verplicht is gesteld. Verder merkt de Raad OJ) dat, in tegenstelling tot hetgeen ~ Archileclenweg 1, Cura 0, Tel : (5999) 461 2678, Fax (5999) 465 2676, e-mail : rvadvies@gobiernu.cw www.raadvanadvies.cw
in de bovenbedoelde volzin staat, slechts het eerste lid van artikel 7 van de Lv. MOT, de grondslag vormt voor het betreffende landsbesluit. De Raad adviseert de regering bedoelde volzin in de memorie van toelichting aan te passen met inachtneming van het bovenstaande. b. Egmont meldpunten (derde pagina)././ De Raad adviseert de regering om in de laatste volzin van het tekstblok, boven onderdeel "IV. Advies van de Raad van Advies" op de derde pagina van de memorie van toelichting, toe te lichten wat "Egmont meldpunten" zijn. II. Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard Opmerkingen van wetstechnische en redactionele aard zijn in een bijlage bij dit advies opgenomen en worden geacht hiervan integraal onderdeel uit te maken. Concluderend geeft de Raad van Advies de regering in overweging de ontwerplandsverordening bij de Staten in te dienen, nadat met het vorenstaande rekenir'lg zal zijn gehouden. Willemstad, 7 juni 2013 de wnd. Ondervoorzitter, de Secretaris, RvA no. RAl11-13-LV 2
BWage behorende bij het advies van de Raad van Advies, RvA no. RAl11-13-LV Het ontwerp heeft wetstechnische en redactionele onvolkomenheden. De Raad noemt de volgende voorbeelden. Het ontwerp 1. Het formulier van bekendmaking De Raad attendeert de regering erop dat het koningschap van het Koninkrijk der Nederlanden bij Akte van Abdicatie d.d. 30 april 2013, is' overgegaan op Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander. Om die reden dient in het fofmulier van bekendmaking niet meer.te staan "IN NAAM DER KONINGIN", zoals is aangegeven in de artikelen 7 en 8 van de Bekendmakingsverordening. De Raad geeft de regering in overweging artikelen 7 en 8 van de Bekendmakingsverordening aan te passen met inachtneming van het bovenstaande. 2. Voetnoot OR eerste paqina De Raad merkt op dat de in de voetnoot vermelde aanduiding "G.T." bij het publicatieblad P.B. 2002, no. 74, niet juist is, omdat dit publicatieblad deze aanduiding niet bevat. De memorie van toelichting Nummering van de pagina's Geadviseerd wordt de pagina's van de memorie van toelichting te nummeren. --- Het opschrift In het opschrift dient "grensoverschrijdende". "Grensoverschrijdende" te worden vervangen door Eerste pagina a. In de eerste volzin van het eerste tekstblok dient de zinsnede "en bijgevolg het misbruik van het Curavaose financiete stelsel tjit te sluiten" te worden geherformuleerd aangezien deze zinsnede, naar de mening van de Raad, niet correct is geformuleerd. In voornoemde volzin dienen tevens de woorden "van geld" te worden ingevoegd na het woord ''witwassen''; b. De Raad stelt voor de zinsnede "ambtenaren der invoerrechten en accijnzen" in de tweede volzin van het eerste tekstblok, te vervangen door "douaneambtenaren"; c. In de laatste volzin van het eerste tekstblok diemt de zinsnede "Meld punt Ongebruikelijke Transacties " te worden vervangen door "Meld punt Ongebruikelijke Transacties (hierna: MOT)" en "in- en of doorvoer" door "in-, uit- en/of doorvoer"; d. In de eerste volzin van het tweede tekstblok dient "Voor de in- en of doorvoeren" te worden vervangen door "V~~r de in-, uit en/of doorvoor'; e. In de tweede volzin van het tweede tekstblok dient de zinsnede "en worden in die verschijningsvorm gebruikt voor" te worden vervangen door "en kunnen in die verschijningsvorm worden gebruikt voor"; f. In de laatste volzin van het tweede tekstbtok dient "voorkomen" te worden vervangen door "voorkoming"; g. Gezien de definitie in de eerste volzin van het eerste tekstblok van de memorie van toelichting (eerste pagina) dient in de eerste votzin van het laatste tekstblok op de eerste pagina van de memorie van toelichting "de Landsverordening RvA no. RAl11-13-L V I
I. aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten" te worden vervangen door "de landsverordening"; h. In de derde volzin van het laatste tekstblok dient "bepaald" te worden vervangen door "bepaalt". Tweede pagina a. In het eerste tekstblok onder "III. Advies van de Sociaal Economische Aaad (SEA)" dient "het ontwerp landsverordening" te worden vervangen door "de ontwerplandsverordening". Gezien de definitie in de eerste volzin op de eerste pagina van de memorie van toelichting, dient bedoeld tekstblok verder de zinsnede "tot wijziging van de landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (hierna: de landsverordening)" te worden vervangen door "tot wijziging van de landsverordening". b. In het laatste tekstblok dient: 1. in de eerste volzin het woord "is" te worden ingevoegd tussen de woorden "niet" en "inbegrepen", 2. in de derde volzin "het" te worden ingevoegd tussen de woorden "In" en "tweede", en dient het woord "is" na het woord "aanbeveling" te worden geschrapt, 3. in de vierde volzin de zinsnede "Het monitoren van in en uitgang van vervoer" te worden geherformuleerd omdat deze zinsnede, naar de mening van de Aaad, niet correct is geformuleerd, 4. in de zesde volzin: - v66r het woord "Aegering" het woord "De" te worden vermeld, - "artikel 3" te worden vervangen door "artikel 4, tweede lid" - "het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (hierna: het MOT)" te worden vervangen door "het MOT', en -"de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten" door "de landsverordening", 5. in onderdeel "1" van de zevende volzin, de zinsnede "uit de register van het Meldpunt" te worden vervangen door "uit het register van het MOT'. Oerde paqina a. In de eerste volzin van het eerste tekstblok dient het woord "kan" na het woord "Koninkrijk" te worden ingevoegd; b. In de tweede volzin van het tweede tekstblok dient "V'ermeldt" te worden vervangen door "Vermeld"; --- c. In de derde volzin van het tweede tekstblok dient in plaats van "men" te worden /., '. aangegeven welk (bestuurs)orgaan had besloten tot het verkleinen van de ED-card;, I' ~: d. Geadviseerd wordt de vijfde volzin van het tweede tet<stblok, beginnende met "De SEA vraagt", te herformuleren omdat deze volzin, ngar de mening van de Aaad, moeilijk te volgen is; e. In de zesde volzin dient: 10. "vermeldt" te worden vervangen door "vermeld", 2. de zinsnede Udat het MOT registreert, bewerkt en analyseert aile binnenkomende meldingen" te worden vervangen door "dat het MOT aile binnenkomende meldingen registreert, bewerkt en analyseert", en 3. "voor de voorkoming en opsporing van het witwassen" te worden vervangen door "ter voorkoming en opsporing van het witwassen van geld"; f. In de negende volzin dient "transactie" te worden vervangen door "transacties". AvA no. AA/11-13-L V II
K'r~ (f1 - ~ I. r I ociaalconomische aad Advies inzake de 'ontwerp landsverordenlng tot wijzlging van de Landsverordening aanmeldlngsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74)
Advies inzake de ontwerp landsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74)
Aan de Regering van Curayao d.t.v., de Minister van Financien Fort Amsterdam 17 Curayao Datum: Curayao, 10 december 2012 Ref.nr. : 266/2012-SER Betreft: de ontwerp-iandsverordening tot wljzlglng van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74) Naar aanleiding van het Besluit van de Raad van Ministers gedateerd 7 november 2012 met betrekking tot zaak nr. 2012/007493 is de Sociaal Economische Raad, hierna "de SER", verzocht om advies uit te brengen betreffende de ontwerp landsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74). De Sociaal-Economische Raad brengt hierbij advies uit. Het ontwerp is in behandeling genomen in de voorbereidende vergaderingen van de SER op 16 november, 27 november en 7 december 2012. Bijgaand advies is in de plenaire vergadering van 7 december 2012 vastgesteld. V~~r een inhoudelijke uiteenzetting wordt verwezen naar bijgevoegd advies. Namens de Sociaal Economische Raad, 1. c.c.: - Wetgeving en Juridische Zaken
c' _. Advies van de Sociaal Economische Raad zoals vastgesteld in de plenaire vergadering op 7 december 2012 betreffende de ontwerp-iandsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74) 1. Inleiding Naar aanleiding van het Besluit van de Raad van Ministers gedateerd 7 november 2012 met betrekking tot zaak nr. 2012/007493 is de Sociaal Economische Raad, hierna "de SER", verzocht om advies uit te brengen betreffende de ontwerp-iandsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.S. 2002, no. 74). De Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten is vastgesteld in het kader van de preventie en bestrijding van het witwassen in Cura~ao en bijgevolg het misbruik van het Cura~aose financiele stelsel uit te sluiten. In de memorie van toelichting wordt gesteld dat het gewenst is de Landsverordening. aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten te wijzigen in verband met de constatering van de in- en/of doorvoer van andere zaken, niet zijnde geld, die ook aangewend kunnen worden voor het witwassen van geld of financiering van terrorisme. 2. Inhoud van het ontwerp De ontwerp-iandsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten strekt tot het onder de werkingssfeer van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten brengen van het transport van edele metalen, sieraden en andere voorwerpen. Artikel I. onderdeel A, wijzigt artikel 1 var:l de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten. Aan de begripsbepaling worden edelmetaal en sieraad toegevoegd. Artikel I. onderdeel S, voegt de zinsnede "edele metalen, sieraden en andere voorwerpen" in artikel 2, eerste en derde lid, van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten. Artikel II bepaalt dat de ontwerp-iandsverordening in werking treedt met ingang van de dag na die der uitgifte van het Publicatieblad waarin de bekendmaking is geschied.
3. Standpunt van de ser Uit de memorie van toelichting blijkt dat de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74 I P.B. 2012, no. 9 G.T.) beoogt het witwassen van geld in Curacao te bestrijden en bijgevolg het misbruik van het Curacaose financiele stelsel uit te sluiten. In de memorie van toelichting bij de Nederlandse Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme 1 wordt gesteld dat de aanpak van witwassen is van groot belang voor een effectieve bestrijding van allerlei vormen van ernstige criminaliteit. Het versluieren van de criminele herkomst van opbrengsten van misdrijven stelt daders van deze misdrijven immers in staat om buiten het bereik van opsporingsinstanties te blijven en ongestoord van het vergaarde vermogen te genieten. Het opgebouwde vermogen biedt hen tevens de gelegenheid om posities te verwerven in bonafide ondernemingen. Het is daarom cruciaal dat de kanalen waarlangs het witwasproces zich kan voltrekken worden beschermd tegen misbruik voor criminele doeleinden. Dit geschiedt door het creeren van transparantie in het financiele stelsel, het verrichten van gedegen c1ientenonderzoek en het melden van ongebruikelijke transacties., Om het witwassen van geld en bijgevolg het misbruik van het Curacaose financiele stelsel effectief te kunnen bestrijden is eveneens toezicht nodig op de in- en uitvoer van (contant) geld. Het toezicht op de in- en uitvoer van geld is geregeld in de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten. Onderhavige ontwerp-iandsverordening strekt tot zodanige aanpassing van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74) dat ook edelmetalen, sieraden en andere zaken, niet zijnde geld, die ook aangewend kunnen worden voor het witwassen van geld of financiering van terrorisme onder de aanmeldingsplicht gaan vallen. De aanbevelingen van de Financial Action Task Force on Money Laundering Voor de wetgeving op het terrein van de preventie van witwassen en het financieren van terrorisme is het uitgangspunt dat voldaan moet worden aan internationale afspraken waaraan Curacao zich heeft gecommitteerd, in het bijzonder het Internationaal Verdrag ter bestrijding van de financiering van terroris~e (Trb. 2000, 12) en de aanbevelingen van de Financial Action Task Force on Money Laundering (FATF). Aanbeveling 32 van de aanbevelingen van de Financial Action Task Force on Money Laundering bepaalt inzake grensoverschrijdende geldtransporten (cash couriers) dat: "Countries should have measures in place to detect the physical cross-border transportation of currency and bearer negotiable instruments, including through a declaration system and/or disclosure system. Countries should ensure that their competent authorities have the legal authority to stop or restrain currency or bearer negotiable instruments that are suspected to be related to terrorist financing, money laundering or predicate offences, or that are falsely declared or disclosed. 1 Tweede Kamer der Staten-Generaal, Vergaderjaar 2007-2008, Kst. II 31 238 no. 3, Wet ter voor1<oming van witwassen en financieren van terrorisme, Memorie van toelichting, pag. 2.
Countries should ensure that effective, proportionate and dissuasive sanctions are available to deal with persons who make false declaration(s) or disclosure(s). In cases where the currency or bearer negotiable instruments are related to terrorist financing, money laundering or predicate offences, countries should also adopt measures, including legislative ones consistent with Recommendation 4, which would enable the confiscation of such currency or instruments.,>2 Op basis van de geldende wettekst van Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten bestaat voor het in- en/of doorvoeren van edele metalen, sieraden, juwelen, kunstvoorwerpen en andere zaken die een hoge waarde kunnen vertegenwoordigen geen aangifteplicht. Het ontbreken van een dergelijke aangifte plicht is volgens de regering problematisch in verband met de constatering van de in- en/of doorvoer van andere zaken, niet zijnde geld, die ook aangewend kunnen worden voor het witwassen van geld of financiering van terrorisme en stelt dat het gewenst is de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten te wijzigen. Ondanks de hoge liquiditeit en het gebruik in bepaalde situaties voor het verplaatsen van crimineel vermogen zijn goud, edele metalen en edelstenen niet inbegrepen bij de toepassing van aanbeveling 32. Volgens de FATF kan het grensoverschrijdend transport van deze items op een andere manier worden gedekt, bij voorbeeld door douanewetgeving. De FATF stelt in toelichting op aanbevelingen 32 dat wanneer een land ongewoon grensoverschrijdend verkeer van goud, edele metalen of edelstenen constateert de douane of andere bevoegde autoriteiten van het land van herkomst en/of het land van bestemming dient te informeren. De bevoegde instanties van betreffende landen moeten volgens de FATF vervolgens samenwerken om de oorsprong, de bestemming en het doel van de beweging van deze goederen, te achterhalen en in het nemen van passende maatregelen. 3 Naar de mening van de SER dient de wetgeving op het terrein van de preventie van witwassen en het financieren van terrorisme daarom te voldoen aan internationale normen en in te spelen op de meest recente ontwikkelingen. De SER constateert dat de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten niet in de internationale informatieplicht voorziet, zoals wordt aanbevolen door de FATF. De SER geeft de regering in overweging in de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten de door de FATF aanbevolen internationale informatieplicht op te nemen. Proces van aanmelding In artikel 2, eerste lid, van de landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten wordt bepaald dat personen die Curayao binnenkomen of uitgaan verplicht zijn om geld ter waarde van NAt. 20.000,-- of meer, dat zij met zich meevoeren, aan te melden bjj de douaneambtenaren. Uit van douanefunctionarissen ontvangen informatie over de onderhavige ontwerplandsverordening is komen vast te staan dat de vraag betreffende de hoeveelheid geld die 2 Financial Action Task Force on Money Laundering, International standards on combating money laundering and the financing of terrorism & proliferation. The FATF recommendations, Parijs, Februari 2012, p.25. 3 Financial Action Task Force on Money Laundering, International standards on combating money laundering and the financing of terrorism & proliferation. The FATF recommendations, Parijs, Februari 2012, p.
wordt ingevoerd op de algemene vragenlijst, die niet ingezetenen bij aankomst op Cura~ao dienen in te vullen, is komen te vervallen. Het model aangiftebiljet voor de aanmelding van grensoverschrijdende geldtransporten, zoals is opgenomen in de ministeriele regeling met algemene werking, van de 2 de juni 2011 ter uitvoering van artikel 2, tweede lid, van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2011, no. 23) kent 21 vragen. De SER is van oordeel dat met het oog op een positieve beleving door toeristen van Cura~ao als (vakantie-)bestemming, toeristen zo min mogelijk hinder moeten ondervinden van de noodzakelijke douaneformaliteiten bij aankomst en vertrek. De SER dringt er daarom bij de regering op aan, ten einde te voldoen aan de aanbevelingen van de FATF, opnieuw een vraag betreffende de waarde van de hoeveelheid geld, edelmetalen, sieraden en andere zaken die worden ingevoerd opnieuw op te nemen in de algemene vragenlijst, die niet ingezetenen bij aankomst op Cura~ao dienen in te vullen. Rol Meldpunt Ongebruikelijke Transacties Uit artikel 4, tweede lid, in samenhang met artikel 5, eerste lid, van de Landsverordening,aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten (P. B. 2012, No. 9 G.T.) blijkt dat de douaneambtenaren, alsmede de ambtenaren van politie werkzaam bij de Nieuwe Toelatingsorganisatie Cura~ao verplicht zijn de aanmeldingen onverwijld door te zenden aan het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT). Ingevolge artikel 3, sub a, van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties (P.B. 1996, no. 21, zoals gewijzigd) heeft het MOT tot taak: het verzamelen, registreren, bewerken en analyseren van de gegevens die het verkrijgt, teneinde te bezien of deze gegevens van belang kunnen zijn voor de voorkoming en opsporing van het witwassen of het financieren van terrorisme en de hieraan ten grondslag liggende misdrijven. Het MOT meldt vervolgens gegevens pas door aan politie of justitie op het moment dat blijkt dat deze van belang kunnen zijn voor betreffende instanties. De SER vraagt zich af wat het MOT doet met de op basis van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten verkregen gegevens. De SER vraagt zich tevens af of het pas doormelden van meldingen van grensoverschrijdende geldtransporten op het moment dat het MOT vaststelt dat een melding van belang kan zijn voor politie of justitie de effectieve preventie en bestrijding van het witwassen in Cura~ao en het tegengaan van de financiering van terrorisme niet belemmert. Het begrip "geld" De SER heeft tevens uit enkele documenten, zoals de brief van de Secretaris-generaal van het Ministerie van Financien, bijgevoegd bij de_ apviesaanvraag begrepen dat wordt overwogen een andere term voor de definitie 'geld' te gaan hanteren waardoor de omschrijving geen ruimte biedt voor onduidelijkheid. Voorgesteld wordt om de term 'Iiquide middelen' te hanteren. De Nederlandse Aigemene douanewet sluit met betrekking tot het traceren van fysieke grensoverschrijdende geldbewegingen aan bij de verordening van het Europees parlement en de Raad van 26 oktober 2005 (Nr. 1889/2005) betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten en hanteert het beg rip 'Iiquide middelen'. In artikel 2, onderdeel 2, van de verordening, wordt 'Iiquide middelen' gedefinieerd als :
a) verhandelbare instrumenten aan toonder, met inbegrip van monetaire instrumenten aan toonder, zoals reischeques, verhandelbare instrumenten (waaronder cheques, promessen en betalingsopdrachten) die aan toonder gesteld zijn, geendosseerd zijn zonder beperking, op naam van een fictieve begunstigde gesteld zijn, of anderszins een zodanige vorm hebben dat de aanspraak erop bij afgifte wordt overgedragen, en onvolledige instrumenten (waaronder cheques, promessen en betalingsopdrachten) die ondertekend zijn, maar niet op naam van een begunstigde gesteld zijn; b) contant geld (bankbiljetten en muntstukken die als betaalmiddel in omloop zijn). De term 'liquide middelen' verwijst in de economie en de bedrijfskunde naar de bezittingen in de vorm van chartaal geld of giraal geld of andere beleggingen die op zeer korte termijn in geld kunnen worden omgezet. De SER is geen voorstander om zomaar de term 'Iiquide middelen' te gaan hanteren, aangezien door het hanteren van de term 'Iiquide middelen', zonder deze nader te omschrijven, in principe ook banktegoeden en beleggingen boven de NAf. 20.000,-- dienen te worden aangemeld.. Naar het oordeel van de SER wordt de onduidelijkheid door het gaan hanteren van de term 'liquide middelen' aileen maar vergroot. De SER constateert dat in de tekst van de ontwerp-iandsverordening in artikel 2, eerste lid, laatste volzin en artikel 3 voorlaatste en laatste regel, en in artikel 4 van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten nog steeds uitsluitend het begrip 'geld' wordt gehanteerd. Naar het oordeel van de SER dient ook in bovengenoemde artikelen het woord 'geld' te worden vervangen door 'geld, edele metalen, sieraden en andere voorwerpen'. Uitvoering en uitvoerbaarheid De SER vraagt bijzondere aandacht van de regering met betrekking tot de (financiele) uitvoerbaarheid van de onderhavige ontwerp-iandsverordening en dringt er op aan dat de benodigde financiele middelen ter beschikking worden gesteld, onder andere ten behoeve van de training en opleiding van het douanepersoneel.
4. Conclusie Aan de orde is de ontwerp-iandsverordening tot wljzlglng van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten. De ontwerp-iandsverordening strekt tot een uitbreiding van de te transporteren zaken opgenomen in de begripsbepalingen van artikel 1 van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten. De regering stelt in de memorie van toelichting dat het, in verband met de constatering van de in- en/of doorvoer van andere zaken, niet zijnde geld, die ook aangewend kunnen worden voor het witwassen van geld of financiering van terrorisme, gewenst is de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten te wijzigen zodat ook het transporteren van edele metalen, sieraden en andere voorwerpen onder de werking van de Landsverordening komen te val/en. De aanpak van witwassen is van groot belang voor een effectieve bestrijding van al/erlei vormen van ernstige criminaliteit. V~~r de preventie en bestrijding van witwassen en bijgevolg het misbruik van het Cura~aose financiele stelsel is toezicht nodig op de in- en uitvoer van (contant) geld. De Landsverordening aanmeldingsplicht van.grensoverschrijdende geldtransporten regelt dit toezicht. De SER is van oordeel dat het bevorderen van de integriteit van de financiele dienstverlening en het vertrouwen van het investeerders in een goed functionerende financiele sector cruciaal zijn voor de Cura~aose economie. Naar de mening van de SER dient de wetgeving op het terrein van de preventie van witwassen en het financieren van terrorisme daarom te voldoen aan vastgestelde internationale normen en in te spelen op de meest recente ontwikkelingen. Naar het oordeel van de SER voorziet de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten niet in de internationale informatieplicht zoals in de toelichting op aanbeveling 32 van de Financial Action Task Force on Money Laundering wordt aanbevolen. De SER heeft tijdens de toelichting over de onderhavige ontwerp-iandsverordening kunnen constateren dat de oorspronkelijke vraag betreffende de hoeveelheid geld die wordt ingevoerd niet meer voorkomt op de algemene vragenlijst, die niet ingezetenen bij aankomst op Cura~ao dienen in te vullen.. De SER dringt er ten einde te voldoen aan de aanbevelingen van de FATF en met het oog op het voorkomen van en oponthoud voor toeristen bij toelating door de douane, bij de regering op aan opnieuw een vraag betreffende de waarde van hoeveelheid geld, edelmetaal, sieraden of andere zaken die worden ingevoerd op te nemen in de algemene vragenlijst, die niet ingezetenen bij aankomst op Cura~o dienen in te vullen. Uit artikel 4, tweede lid, jo. artikel 5, eerste lid, van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten blijkt dat de douaneambtenaren, alsmede de ambtenaren van politie werkzaam bij de Nieuwe Toelatingsorganisatie Cura~ao verplicht zijn -de gedane aanmeldingen onverwijld door te zenden aan het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT). Het MOT meldt vervolgens gegevens pas door aan politie of justitie op het moment dat blijkt dat deze gegevens van belang kunnen zijn voor deze instanties. De SER vraagt zich af wat het MOT doet met de op basis van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten verkregen gegevens.
De SER is geen voorstander om het begrip 'geld' te vervangen door 'Iiquide middelen' zoals in enkele documenten, zoals de brief van de Secretaris-generaal van het Ministerie van Financien, bijgevoegd bij de adviesaanvraag wordt voorgesteld, omdat het hanteren van het begrip 'liquide middelen' zonder nadere omschrijving aileen maar vergroot. De SER adviseert in artikel 2, eerste lid, laatste volzin en artikel 3 voorlaatste en laatste regel, en in artikel 4 van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten het woord 'geld' te vervangen door 'geld, edele metalen, sieraden en andere voorwerpen'. Het is imperatief dat de voor uitvoering van de onderhavige landsverordening benodigde financiele middelen, onder andere voor de training en opleiding van het douanepersoneel, beschikbaar worden gesteld. De SER vraagt aandacht voor de in dit advies gegeven standpunten inzake de ontwerplandsverordening tot wljzlglng van de Landsverordening aanmeldingsplicht van,grensoverschrijdende geldtransporten (P.B. 2002, no. 74) en geeft de regering in overweging om de ontwerp-iandsverordening tot wijziging van de Landsverordening aanmeldingsplicht van grensoverschrijdende geldtransporten nader te doen analyseren en motiveren alvorens deze te doen vaststellen. Namens de Sociaal Economische Raad,