LANDSVERORDENING tot wijziging van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening

Transcriptie

1 ST ATEN VAN CURA<;AO STATEN VAN CURA~AO 0ntvQC No.: ZIITINGSJAAR LANDSVERORDENING tot wijziging van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening No. 5 NOTA VAN WIJZIGING Het ontwerp wordt als volgt gewijzigd: A. In het opschrift, de considerans en artikel I, aanhef, wordt "identificatie bij financiele dienstverlening" vervangen door: identificatie bij dienstverlening. B. Artikel I, onderdeel A, onder 4, komt te luiden: 4. Onderdeel i komt te luiden: c. i. Toezichthouder: naar de onderscheiding gemaakt in artikel 11, eerste lid, de Bank, de FIU onderscheidenlijk de toezichtorganen of instanties, bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel c. In artikel 15a wordt onder Toezichthouder enkel en alleen de FIU begrepen; In de aanhef van artikel I, onderdeel C, wordt "vier" vervangen door: vijf. D. Aan het in artikel I, onderdeel H, opgenomen artikel 8 van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening worden drie leden toegvoegd, die als volgt worden genummerd en luiden: 6. De Toezichthouder kan, in afwijking van het eerste en tweede lid, gegevens of inlichtingen verstrekken aan het openbaar ministerie en andere autoriteiten belast met opsporing en vervolging die zij heeft Staten van Curac;ao, zittingsjaar , no

2 verkregen bij de vervulling van de haar ingevolge deze landsverordening opgedragen taak, voor zover de gegevens of inlichtingen naar het oordeel van de Toezichthouder van belang zijn of zouden kunnen zijn voor onderzoeken, dan wel de nog in te stellen onderzoeken van het openbaar ministerie of andere autoriteiten belast met opsporing en vervolging. 7. De Toezichthouder verstrekt, in afwijking van het eerste en tweede lid, gegevens of inlichtingen verkregen bij de vervulling van de hem ingevolge deze landsverordening opgedragen taak, aan de Algemene Rekenkamer, voor zover de gegevens of inlichtingen naar het oordeel van de Algemene Rekenkamer noodzakelijk zijn voor de uitoefening van haar wettelijke taak op grond van de artikelen 25 en 41 van de Landsverordening Algemene Rekenkamer Curac;ao. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing. 8. De Algemene Rekenkamer is verplicht tot geheimhouding van de op grond van het vijfde lid ontvangen gegevens of inlichtingen en kan die slechts openbaar maken indien deze niet herleid kunnen worden tot afzonderlijke personen. E. Artikel I, onderdeel I, wordt gewijzigd als volgt: a. In het eerste lid, eerste volzin, van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 8a, wordt ''bedoelde buitenlandse instantie nodig is" vervangen door: bedoelde buitenlandse instantie nodig is, die gegevens of inlichtingen vorderen. b. De tweede volzin van het eerste lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 8a, komt te luiden als vol gt: Artikel 11, vierde, vijfde en achtste lid, is van overeenkomstige toepassing. c. De tweede volzin van het vierde lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 8a, wordt vervangen door twee volzinnen die als volgt luiden: Degene bij wie het onderzoek wordt ingesteld en die niet ingevolge deze landsverordening onder toezicht staat, is slechts gehouden tot het verlenen van inzage in zakelijke gegevens en bescheiden. Artikel 11, vierde en vijfde lid, is op dit artikellid van overeenkornstige toepassing. F. Artikel I, onderdeel K, wordt gewijzigd als volgt: Staten van Curac;ao, zittingsjaar , no

3 a. Aan het tweede lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 9j wordt een tweede volzin toegevoegd die luidt als volgt: Een op grond van het eerste lid op te leggen bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste het bedrag dat is vastgesteld voor de vijfde categorie, bedoeld in artikel 1:54, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht. b. Aan het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 9j wordt na het tweede lid een lid toegevoegd dat als volgt luidt: 3. Alvorens over te gaan tot oplegging van een boete, stelt de Toezichthouder de betrokkene schriftelijk op de hoogte van het voomemen een boete op te leggen onder vermelding van de gronden waarop het voomemen berust. c. In het eerste lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 9n komt de tweede volzin te luiden als volgt: Voor het verhoor wordt aan de betrokkene medegedeeld dat hij niet verplicht is tot antwoorden. G. Artikel I, onderdeel L, wordt gewijzigd als volgt: a. Het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 9x komt te luiden: Artikel 9x 1. Behoudens ingeval artikel 9b toepassing vindt, geschiedt de betaling binnen zes weken nadat de beschikking op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt, tenzij de beschikking een later tijdstip vermeldt. 2. De Toezichthouder kan uitstel van betaling van een geldschuld verlenen. 3. Gedurende het uitstel kan de Toezichthouder niet aanmanen of invorderen. 4. De beschikking tot uitstel van betaling vermeldt de termijn waarvoor het uitstel geldt. 5. De Toezichthouder kan aan de beschikking tot uitstel van betaling voorschriften verbinden. Staten van Curai;ao, zittingsjaar , no

4 b. In het tweede lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 9y wordt "Nederlands-Antilliaanse guldens" vervangen door: wettig betaalmiddel. c. In het tweede lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel 9gg wordt "openbare rechtspersoon Curac;ao" vervangen door: Toezichthouder. H. Artikel I, onderdeel P, komt te luiden als volgt: P. Artikel 11 wordt gewijzigd als volgt: l. Het eerste lid komt te luiden: l. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast: a. de door de President van de Bank daartoe aangewezen functionarissen van de Bank, voor zover het betreft verleners van diensten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, sub 1 tot en met 10, 14, 16, 17 tot en met 23 ; b. het hoofd van de FIU alsmede de door deze daartoe aangewezen functionarissen van de FIU, voor zover het betreft verleners van diensten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, sub 12, 13 en 15 ; c. degene die de leiding heeft over de bij landsbesluit ten behoeve van het toezicht aangewezen toezichtorganen of instanties alsmede de door deze daartoe aangewezen functionarissen van die organisatie voor zover het betreft verleners van diensten als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, sub 11. Het landsbesluit en de overige aanwijzingen warden bekendgemaakt in De Curac;aosche Courant. 2. In het tweede lid wordt het woord "toepasssing" vervangen door "toepassing" en "sub 16 " vervangen door "sub 24 ". 3. Het vierde lid, onderdeel f, en zesde lid, vervallen. I. In artikel I warden alle kennelijke misslagen en taalfouten hersteld. Toelichting Staten van Curac;ao, zittingsjaar , no

5 Onderdeel A In het opschrift, de considerans en de aanhef van artikel I van het onderhavige ontwerp wordt de met dit ontwerp te wijzigen landsverordening aangeduid als de Landsverordening identificatie bij financiele dienstverlening. In het advies van de Raad van Advies bij het ontwerp (advies van 13 november 2014, RA/25-14-LV. Bij onderdeel a, onder 2, van de bijlage bij dat advies merkt die raad op dat die aanduiding de juiste is. Bij nader inzien is dat echter een onjuiste constatering van de Raad van Advies. De citeertitel van de met het onderhavige ontwerp te wijzigen landsverordening is ingevolge artikel 14 van die verordening: Landsverordening identificatie bij financiele dienstverlening. Dat artikel 14 is gewijzigd bij artikel I, onderdeel L, van de Landsverordening van 26 oktober 2009 (P.B. 2009, no. 66). Die landsverordening is in april 2010 in werking getreden (P.B. 2010, no. 22). De verwarring is waarschijnlijk terug te leiden tot de opneming in het Publicatieblad van de geldende tekst van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening bij landsbesluit van 5 juli 2010, no. 10/2386 (P.B. 2010, no. 40). In die zogenoemde geconsolideerde tekst wordt de landsverordening aangeduid als de Landsverordening identificatie bij financiele dienstverlening. Nog daargelaten dat de opneming van een geconsolideerde tekst van een landsverordening niet de bevoegdheid inhoudt om daarbij af te wijken van de daadwerkelijk geldende tekst van een landsverordening, dient toepassing te worden gegeven aan artikel 14 van de landsverordening: Zoals gezegd, schrijft artikel 14 van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening hoe de landsverordening moet worden geciteerd. Ook de tekst van dat artikel 14 volgens de in P.B. 2010, no. 40 opgenomen geconsolideerde tekst geeft aan dat de landsverordening moet worden geciteerd als Landsverordening identificatie bij dienstverlening. Onderdeel C Artikel I, onderdeel A, onder 9 (artikel 1, eerste lid, onderdeel i, van de Landsverordening identificatie bij In artikel 1, eerste lid, onderdeel i, van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening geeft een definitie van het begrip Toezichthouder. In het huidige artikel 11 van die landsverordening wordt geregeld wie belast is met het toezicht. Aangezien een definitiebepaling primair beschrijvend van aard dient te zijn (en niet regelend van aard) wordt nu voorgesteld om de aansluiting tussen artikel 1, eerste lid, onder i, en artikel 11 beter te regelen. Onderdeel D Artikel I, onderdeel H (artikel 8 van de Landsverordening identificatie bij Ter zake van de ontwerp Landsverordening actualisering en harmonisatie toezichtlandsverordeningen Centrale Bank van Curac;ao en Sint Maarten ( ) heeft de Raad van Advies in het advies d.d. 19 november 2014 met no. RvA no RA/26-14-LV aandacht gevraagd voor de mogelijkheid van verstrekking van gegevens of inlichtingen aan de Algemene Rekenkamer in de Staten van Curac;ao, zittingsjaar , no

6 uitoefening van de wettelijke taak van de Algemene Rekenkamer op grand van artikel 25 in samenhang met artikel 41, tweede lid, van de Landsverordening Algemene Rekenkamer Curac;:ao. Daaropvolgend is in het genoemde ontwerp een op die versterkking betrekking hebbende standaardbepaling opgenomen. Oak voor wat betreft de geheimhouding met betrekking tot de in het kader van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening relevante gegevens en inlichtingen is het wenselijk om de positie van de Algemene Rekenkamer expliciet te regelen overeenkomstig de genoemde standaardbepaling. Omdat de Rekenkamer haar taak moet kunnen uitoefenen, wordt bepaald dat de door de Algemene Rekenkamer gevraagde informatie die noodzakelijk is in de uitoefening van haar taak, aan de Algemene Rekenkamer moet warden verstrekt. Ten einde de noodzakelijke geheimhouding van de aan de Algemene Rekenkamer verstrekte gegevens te waarborgen, wordt tevens bepaald dat de Algemene Rekenkamer op zijn beurt verplicht is tot gehe1mhouding van ontvangen vertrouwelijke gegevens of inlichtingen en deze slechts openbaar kan maken indien deze niet herleid kunnen warden tot afzonderlijke personen. Onderdeel E Artikel I, onderdeel I (artikel Ba van de Landsverordening identificatie bij De in deze nota in dit onderdeel D onder c voorgestelde wijziging van het vierde lid van het in de Landsverordening identificatie bij dienstverlening in te voegen artikel Sa, betreft een uit oogpunt van standaardisatie wenselijke gelijkschakeling met de dienovereenkomstige bepaling in de ontwerp Landsverordening actualisering en harmonisatie toezichtlandsverordeningen Centrale Bank van Curac;:ao en Sint Maarten ( ). Dit onderdeel C bevat voor het overige het herstel van redactionele fouten en verkeerde verwijzingen. Onderdeel F Artikel I, onderdeel K (artikel 9d tot en met 9r van de Landsverordening identificatie bij Dit onderdeel betreft een uit oogpunt van standaardisatie wenselijke gelijkschakeling met de dienovereenkomstige bepalingen in de ontwerp Landsverordening actualisering en harmonisatie toezichtlandsverordeningen Centrale Bank van Curac;:ao en Sint Maarten ( ). Onderdeel G Artikel I, onderdeel L (artikel 9v tot en met 9ll van de Landsverordening identificatie bij Dit onderdeel betreft een uit oogpunt van standaardisatie wenselijke gelijkschakeling met de dienovereenkomstige bepalingen in de ontwerp Landsverordening actualisering en harmonisatie toezichtlandsverordeningen Centrale Bank van Curac;:ao en Sint Maarten ( ). Onderdeel H Staten van Curac;:ao, zittingsjaar , no

7 Artikel I, onderdeel P (artikel 11 van de Landsverordening identificatie bij Voor wat betreft het in dit onderdeel G opgenomen voorstel voor het eerste lid van artikel 11, wordt mede verwezen naar de toelichting op onderdeel B. In dit voorstel wordt ook rekening gehouden met de in het ontwerp voorgestelde uitbreiding van artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening (artikel I, onderdeel A, onder 1, sub e, van het ontwerp). Tot slot wordt met het in dit onderdeel G opgenomen voorstel bewerkstelligd dat de aanwijzing van een andere toezichthoudende instantie, naast de FIU en de Bank, bij landsbesluit geschiedt. In het ontwerp werd oorspronkelijk uitgegaan van een aanwijzing bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. De tekst van het huidige artikel 1, eerste lid, onder i, van de Landsverordening identificatie bij dienstverlening "door het Bestuurscollege... daartoe ingestelde toezichtsorganen of belaste instanties" leidt bij nader inzien niet automatisch tot de conclusie dat de aanwijzing bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, dient te geschieden. De in dit onderdeel G voorgestelde aanpassing van het vierde en zesde lid van artikel 11 betref t een wenselijke gelijkschakeling met de dienovereenkomstige bepalingen in de ontwerp Landsverordening actualisering en harmonisatie toezichtlandsverordeningen Centrale Bank van Curac;ao en Sint Maarten ( ). Dat niet alleen uit oogpunt van standaardisatie. Het betreft het schrappen van de bevoegdheid dat een toezichthouder een woning of andere voor bewoning bestemde plaatsen mag betreden zonder de toestemming van de bewoner. De Raad van Advies heeft bij de herhaling kritiek geleverd op het betaan van die bevoegdheid. Onderdeel I, Het ontwerp hangt nauw samen met andere in procedure zijnde ontwerplandsverordeningen. Het kan daarom zo zijn dat redactionele fouten zijn gemaakt. Met deze bepaling kunnen deze fouten, die louter taaltechnisch van aard zijn dan wel een verschrijving of verkeerde verwijzing betreffen, warden gecorrigeerd. Willemstad, De Minister van Financien, ~ 7-7