Toepassing van optische vezeltechnologie voor de lange termijn monitoring van vernagelde taluds te Ottignies (GEN)

Vergelijkbare documenten
Dr. Johan Vlekken FOS&S

structuren met Optische Vezels (OV) Monitoring van geotechnische technologie 6. Vooruitzichten voor de monitoring van de corrosie

Door palen naast elkaar uit te voeren, is het mogelijk om een wand te vormen die dienstdoet als beschoeiing (zie afbeelding 1).

ie-net Jongerenforum Geotechniek 2015 De Vos L., Van Lysebetten G. 1

De uitvoering gebeurt in verschillende fasen : in een eerste fase worden de primaire panelen uitgevoerd op posities

Afb. 1. Wand met soil mix -kolommen : klassieke uitvoering (links) en gestaffelde uitvoering (rechts).

Infofiche 56.3 Palenwanden. Type 1 : in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand)

Grondvernageling: mogelijkheden en beperkingen

Grondvernageling, mogelijkheden en beperkingen.

Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 1: wanden opgebouwd uit kolommen

Infofiche 56.2 Berlijnse wanden. Type 2 : beschottingen aanbrengen vóór de uitgraving

Figuur 1 Grondverbetering d.m.v. stijve insluitsels t.b.v. de construtie van een Waterzuiveringsstation te Wingles (F)

Werfbezoek Bouwput te Knokke, Oosthoekplein Waterglasinjectie door de firma Soil ID Jan Maertens en Noël Huybrechts

Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 2: wanden opgebouwd uit panelen

Toepassing van gewapende grondmassieven door TUC RAIL. Ir J. Verstraelen

Infofiche 56.1 Berlijnse wanden. Type 1 : beschottingen aanbrengen tijdens de uitgraving

Uitvoeringsfiche Palenwanden Type 1: in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand)

Infrarood thermografie voor kwaliteitscontrole van asfalt bij aanleg (Manon Casiez) Karolien Couscheir

Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV)

Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 1: beschotting aangebracht tijdens de uitgraving

Brem Funderingsexpertise. Optische Deformatie metingen

De trekproef. De trekproef - inleiding. De trekproef - inleiding. De trekproef - inleiding. Principe. Bepalen van materiaaleigenschappen

VOOR PROEVEN OP MATERIALEN

VOORSPANSTAAL - STRENGEN

Funderingsherstel achter de plint met een minimum aan overlast. Varianten funderingsherstel: - Plaat- en balkfundaties - Kelderbouw - Schuimbeton

Bijlage VI - Bijkomende specificaties voor de meting van de luchtdichtheid van gebouwen in het kader van de EPB-regelgeving

Ondiepe funderingen op slappe kleien.

BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD met hoge ductiliteit

Funderingsherstel achter de plint met een minimum aan overlast

Tussenkomst van de Geotechnisch Ingenieur bij milieuproblemen. Door Prof.ir. Jan Maertens, Jan Maertens BVBA en KU Leuven.

GEWAPEND BETONSTAAL GERIBDE KOUDVERVORMDE DRAAD

AIO- SVT Zuiddijk INTECH DYKE SECURITY SYSTEMS. Rapportage InTech-IDS AIO-SVT Zuiddijk 2012 V02

Dimensionale toleranties op betonconstructies

GEWAPEND BETONSTAAL TOT VLAKKE PANELEN SAMENGSTELDE WAPENINGEN

BETONSTAAL MECHANISCHE VERBINDINGEN VAN BETONSTAAL

Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 2: beschotting aangebracht voorafgaand aan de uitgraving

VOORSPANSTAAL STRENGEN

Voorafgaande tracéverbetering bij doorpersingen Rev. 1 dd. 8 augustus Opgemaakt door Werkgroep 8 van VLARIO

Innovatiestimulering voor vloerproducten

DAKELEMENTEN (TT) IN VOORGESPANNEN BETON

TOEPASSING VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN DE STAALPRODUCTEN VOOR BETON. Controlemodaliteiten toepasselijk op de Producenten van Voorspanstaal

BE 500 ES. Nieuwe staalsoort met hoge ductiliteit: BETONSTAAL GERIBDE en GEDEUKTE STAVEN GERIBDE en GEDEUKTE DRAAD

Funderingen. Willy Naessens 7

Verschillende normen voor de bepaling van het rendement van een inductiemachine

Symposium November 28, KMS, Brussel «Mooi Bedacht, Nuttig Toegepast»

B-1342 Limelette, avenue P. Holoffe 21 B-1932 Sint-Stevens-Woluwe, Lozenberg 7 B-1000 Brussel, Lombardstraat 42 STUDIEVERSLAG

Matthias Van Wonterghem, Pieter Vanhulsel Aluminium en hoge snelheid, een mooie toekomst?

Holle vloerplaten van spanbeton. Holle vloerplaten zijn onmisbaar bij het ontwerpen van een modern huis!

Deurganckdoksluis Murielle Reyns 6 maart 2015

Informatie over Lenzen

INSTALLATIES 12 ONAFHANKELIJKHEID VAN EEN ELEKTRISCHE INSTALLATIE TEN OVERSTAAN VAN ANDERE INSTALLATIES

WIS 3.0 : GRATIS EUROPESE SOFTWARE VOOR DE BEREKENING VAN DE THERMISCHE EN OPTISCHE EIGENSCHAPPEN VAN RAMEN

Wallslotrobot Ontwikkeling van een funderingsmachine voor het mechanisch uitvoeren van beschoeide sleuven

o

TERRASSCHERM TERRACLIM

Couplerbox Doorkoppelsysteem met moffen

Hoofdstuk 2.8 Topografische verkenmerken van bruggen

GRAFITACK 100 SERIE GLANZENDE KLEUREN

AFIX Durmelaan 20 B-9880 Aalter Tel: 0(032) 9 / Fax: 0(032) 9 /

J. Bienefelt Aan: Projectgroep RWS Bramen Datum: 21 maart 2017 Cc: -

MATERIAAL VOOR THERMISCHE ISOLATIE

1 March 6, /02/2011

Installatie instructie voor stalen glijopleggingen met een dubbele gekromde glijoppervlak Type FIP-D. uw bouw onze technologie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376

Natuurkunde practicum 1: Rekken, breken, buigen, barsten

Monitoring Damwandproef. Lezingen avond KIVI Eemdijk

woensdag 6 augustus 2008, u Code: 8W020, BMT 1.3 Faculteit Biomedische Technologie Technische Universiteit Eindhoven

Onderwerpen. Cursus Bekistingen, hulpconstructies en uitvoeringsmethoden Bouwputten. Cursus Betonvereniging 1. Bouwputten deel 2.

Speciale Betonsoorten en Specificatie. ir. Frederic De Meyer

Steekkaart. Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer.

BELGISCH INSTITUUT VOOR POSTDIENSTEN EN TELECOMMUNICATIE

KENMERKEN TOEPASSINGEN. Datasheet GSE 2,5 - GROTE OPHANGBEUGELS MET NAAR BUITEN

Bouwdienst Rijkswaterstaat titel: LEIDRAAD VOORSPANNEN VAN ANKERS EN REKBOUTEN document : NBD pagina : 1 van 9 uitgave :

beheersorganisme voor de controle van de betonproducten Tel. (02) Fax (02) TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV

Onderzoek van de drakenfiguur

Vraag 1. F G = N F M = 1000 N k 1 = 100 kn/m k 2 = 77 kn/m

Kaedra verdelersysteem

1 Dagverlenging met LED-belichting bij chrysant in de teelt van moederplanten

Akoestische deuren. in combinatie met brandweerstand

Montagehandleiding. Voordat u start met het plaatsen van het Twist-Fix lijnsysteem, controleer of de volgende artikelen aanwezig zijn:

Bepaling van het thermisch rendement van een warmteterugwinapparaat

EEM goed alternatief voor staafwerkmodellen. Inleiden krachten in betondoorsnede

Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie BEPROEVING SCHROEFVENTILATOREN TYPE SLR 8 VAN ASSELBERGS EN NACHENIUS. BULLETIN No.

In-situ emissie metingen

beheersorganisme voor de controle van de betonproducten Tel. (02) Fax (02) TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN PTV

TOEPASSINGSREGLEMENT VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN BEVESTIGINGSELEMENTEN VOOR STALEN VANGRAILS. Controlemodaliteiten toepasselijk op de

4 ^' b 'S-^j? BEPROEVING EMI SCHROEFVENTILATOR TYPE DRA. BULLETIN No Instituut voor Landbouwtechniek en Rationalisatie

Dimensioneren van boorpalen voor een spoorviaduct m.b.v. pressiometerproeven Lijn 50a - Anderlecht

Technische Specificatie

Hydro Tab. Interceptor Trim Tabs. Marine Engineering. 2016ver.1

Geo-Impuls project 9: Pilot monitoring paalmatras Woerden

Ventilatieroosters in woningen en technische ruimtes

Analyse van twee meetsystemen voor de monitoring van de beweging van baby s.

DE INTERACTIEVE SCHILDERIJEN VAN PATRICK HUGHES

PRAKTISCHE INVULLING VOOR OPTIMALISATIEMODEL PLAATSING GEURSENSOREN. Door: Bertus van der Weijst Stagiair Wageningen Universiteit

Sensormetingen luchtkwaliteit in Schiedam (juli -december2017)

Transcriptie:

Toepassing van optische vezeltechnologie voor de lange termijn monitoring van vernagelde taluds te Ottignies (GEN) Ir. Noël Huybrechts en Dr. Ir. Patrick Ganne (WTCB) Dr. Johan Vlekken (FOS&S) Ir. Wim Maekelberg (TUC RAIL n.v.) Prof. Jan Maertens (KULeuven & Jan Maertens & Partners bvba) 1. Inleiding en problematiek Voor de aanleg van het Gewestelijk Express Netwerk (GEN) rond Brussel, wordt het bestaande spoorwegnet aanzienlijk uitgebreid. Op de verbinding L161 Watermael - Louvain-La-Neuve betekent dit concreet dat naast de bestaande lijn twee bijkomende sporen aangelegd worden op de bestaande spoorwegtaluds. Figuur 1 geeft een typische dwarsdoorsnede van de finale situatie te Ottignies. Figuur 1. Dwarsdoornsede : finale situatie GEN te Ottignies (bron TUC RAIL n.v.) Om deze uitbreidingsconstructie te realiseren is een innovatieve verstevigingsen funderingsconstructie bedacht waarbij tal van geotechnische technieken worden toegepast, o.a. berlinerwanden, mechanische schroefverankering, vernageling, micropalen, enz. Figuur 2 illustreert dit. Voor meer details in verband met de uitvoering en de fasering van deze constructie wordt echter verwezen naar Maekelberg e.a. (2008). Specifiek voor het verstevigen van de bestaande taluds, die veelal uit ophoogmateriaal bestaan met relatief lage conusweerstanden (1 à 3 MPa), wordt de techniek van vernageling aangewend. De nagels worden hierbij uitgevoerd met behulp van holle wapeningsstangen en hoge druk injectie (300 bar) van een water-cement mengsel (jet-grout nagels). Deze jet-grout nagels worden in Figuur 2 aangeduid met de letters E en F. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.1

Figuur 2. Detail verstevigings- en funderingsconstructie uitbreidingswerkzaamheden GEN te Ottignies (bron : TUC RAIL n.v.) Omwille van het belang voor de spoorlijn, en de specificiteit van het ontwerp, - waarbij men dient te benadrukken dat de taludveiligheid van de bestaande ophoging slechts ±1.05 bedroeg en de taludveiligheid van de toekomstige constructie licht verhoogd werd tot ongeveer 1.15 -, bestond er bij TUC RAIL de wens om lange termijn metingen uit te voeren van de taludverplaatsingen enerzijds en de krachtswerking over de volledige lengte van de jet-grout nagels anderzijds. Dit met de bedoeling om het bestaande ontwerp te valideren, en desgevallend deze gegevens aan te wenden voor het optimaliseren van toekomstige ontwerpen. Door de combinatie met de voorziene monitoring kan de berekende veiligheid in definitieve situatie bovendien als aanvaardbaar beschouwd worden. Gezien de gestelde problematiek werd al vrij snel duidelijk dat dit voor wat betreft de krachtswerking in de nagels niet mogelijk is met klassieke meettechnieken. Vandaar dat het WTCB, in het kader van het door het IWT gesteunde TIS project Speciale FunderingsTechnieken SFT (WTCB, 2006-2008), een aantal actoren heeft samengebracht om een innovatieve oplossing uit te werken op basis van de optische vezel technologie. Hierbij werd er vertrokken van de volgende randvoorwaarden en uitdagingen: o Het meetsysteem dient na de installatie in de holle sectie van de nagels aangebracht te worden. o Het meetsysteem dient hierbij rekening te houden met de geometrische beperkingen van de holle wapeningselementen, meer bepaald een interne diameter van 24 mm, met vernauwingen tot 15 mm ter hoogte van de mofverbindingen. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.2

o De instrumentatie moet een gemiddelde meetwaarde geven over een zekere meetbasis, typisch 0.5 m à 1 m (=extensometerpricipe). o De instrumentatie moet voorzien in een perfecte samenwerking met het wapeningselement. o De instrumentatie mag de bestaande stijfheid van de nagel zo min mogelijk beïnvloeden. o Omwille van de moeilijke werkomstandigheden op een talud, dient de plaatsing snel en eenvoudig uitvoerbaar te zijn. Het meetsysteem moet bovendien voldoende robuust te zijn om niet beschadigd te worden tijdens de installatie. De plaatsingseffecten mogen de metingen daarenboven minimaal beïnvloeden. o De uitlezing van de instrumenten moet snel en eenvoudig zijn. Op basis van deze randvoorwaarden werd er geopteerd voor een systeem waarbij de verschillende sensoren zich op één drager en/of keten bevinden, en waarbij deze in de holle wapeningselementen worden vastgezet met een watercement mengsel. Voor wat betreft de optische vezel technologie werd er in overleg met FOS&S geopteerd voor de FBG (Fibre Bragg Grating) optische vezel technologie. Het meetprincipe van de FBG optische vezeltechnologie werd hierbij, volgens het extensometerprincipe, aangepast zodat het geschikt is voor geotechnische toepassingen. Bovendien werd de bescherming van de vezel aangepast, zodat deze niet beschadigd wordt tijdens de installatie in de holle wapeningsstang. Daarnaast werd er in het labo een samenstelling van een cement-mengsel op punt gesteld waarmee de vezel vastgezet kan worden in de holle wapeningsstang. De samenstelling is hierbij aangepast om enerzijds krimp van het mengsel zoveel als mogelijk te beperken of zelfs te vermijden, en anderzijds om een goede samenwerking tussen de holle wapeningsstang en de FBG sensoren te garanderen. Tenslotte werd er een systeem gerealiseerd om de optische vezel op (grote) diepte te krijgen, voor te spannen en vast te zetten (via injectie) in de holle wapeningsstang. Aan de effectieve installatie van het optisch meetsysteem te Ottignies gingen heel wat brainstormings, laboproeven en systeemtesten vooraf. Een beschrijving van deze voorafgaande proeven, het concept dat uiteindelijk op punt gesteld werd en de effectieve installatie te Ottignies wordt hierna verder toegelicht. Hierbij dient er nog opgemerkt te worden dat het experimentele proefgedeelte gefinancierd werden door WTCB, FOD-Economie, en FOS&S. 2. Concept en installatieprocedure van optische vezeltechnologie De doelstelling is het monitoren op lange termijn van de vervormingen van een geïnstalleerde nagel. Naast de geometrische beperkingen (vernauwingen in de KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.3

holle wapeningsstangen tot een diameter van 15 mm) dient het meetprincipe tevens eenvoudig te installeren en robuust te zijn. Op basis van ervaring met andere geotechnische meetsystemen wordt er gekozen voor het extensometerprincipe: verschillende vervormingssensoren worden in de holle wapeningsstang geplaatst. Elke sensor meet een gemiddelde vervorming over een bepaalde meetbasis. De meetbasissen van de sensoren sluiten achter elkaar aan. Door de lengte van de meetbasis en het aantal sensoren te variëren wordt een zo groot mogelijke lengte van de holle wapeningsstang gedekt (Figuur 3). Dankzij dit principe heeft een kleine lokale vervorming van de nagel, ten gevolge van heterogeniteiten in de grond en in het staal, slechts een beperkte invloed op de metingen. HOLLE WAPENINGSSTANG MEETBASIS Figuur 3. Schets van de achter elkaar aansluitende meetbasissen in de holle wapeningsstang. Voor de effectieve meting van de vervormingen wordt geopteerd voor het gebruik van FBG (Fibre Bragg Grating) sensoren, en meer specifiek van het DGT type (Draw Tower Grating). FBG sensoren, waarvan het principe geïllustreerd wordt in Figuur 4, werken op basis van de reflectie van licht. Ze worden verwerkt in een optische vezel. De gebruiker dient een breedbandig lichtsignaal (1520 tot 1600 nm) te sturen doorheen de optische vezel. De FBG sensor reflecteert een bepaalde golflengte van het lichtspectrum. Deze golflengte verandert in functie van de vervorming ter hoogte van de FBG sensor. Door de meting van de verandering van de golflengte van het gereflecteerde licht wordt de vervorming gemeten met een nauwkeurigheid van 1 μstrain. Deze technologie wordt niet beïnvloed door eventuele elektrische of electromagnetische stralingen, elektrische zwerfstromen (cfr. spoorwegomgeving), noch door de aanwezigheid van water en heeft daarenboven een levensduurte van meer dan 20 jaar. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.4

Figuur 4. Principe van Fibre Bragg Grating sensoren De gereflecteerde golflengte hangt of van de vervorming van de optische vezel Het belangrijkste voordeel van FBG sensoren in deze toepassing is de mogelijkheid tot multiplexing. Verschillende FBG sensoren worden namelijk op één enkele optische vezel verwerkt. De verschillende FBG sensoren krijgen dan een andere referentiegolflengte. De vervormingen (ε in μstrain) worden dan berekend aan de hand van de verandering van de opgemeten gereflecteerde golflengte ten opzichte van de referentie golflengte: λ λref ε = ± 1 μstrain, 0.0012 met λ [nm] de opgemeten golflengte en λ ref [nm] de referentiegolflengte. Een toename van ε komt overeen met een rek door verlenging. De verschillende FBG sensoren op éénzelfde optische vezel worden tegelijkertijd opgemeten. Figuur 5 geeft een voorbeeld van het spectrum van het gereflecteerde licht in een optische vezel met 11 FBG sensoren (nagel 109F, zie verder). De 11 reflectiepieken zijn duidelijk zichtbaar tussen 1538.735 nm (sensor 1) en 1586.531 nm (sensor 11). KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.5

Reflectiespectrum - nagel 109F - dag 1-30 Intensiteit [db] -50-70 1520 1540 1560 1580 1600 Golflengte [nm] Figuur 5. Het spectrum van het gereflecteerde licht in de optische vezel in nagel 109F op dag 1 (zie volgende paragraaf). De optische vezel met een diameter van 195 µm wordt beschermd door een primaire bescherming (uitwendige diameter 900 μm) en een secundaire bescherming (uitwendige diameter 3 mm) die over elkaar worden geschoven. De wrijving tussen de primaire en de secundaire bescherming is beperkt, zodat er geen spanningen of vervormingen kunnen worden overgebracht doorheen de bescherming (Figuur 6). Deze bescherming wordt onderbroken ter hoogte van een capillair, die volgens een specifiek procedé verkleefd is met de optische vezel. Op dit capillair is een moer voorzien (Figuur 7), waarmee vervormingen worden overgebracht naar de optische vezel. Met deze configuratie worden de vervormingen enkel via de capillairen overgedragen naar de optische vezel. De positie van de capillairen definiëren aldus de hoger vermelde meetbasissen. Een belangrijk voordeel van het gebruik van FBG sensoren, is de mogelijkheid om meerdere vervormingssensoren (tot meer dan 30) in één keer op te meten aan één enkele optische vezel (totale diameter = 3 mm). Dit is een eenvoudig principe waarbij de uitvoering van de meting (van vele sensoren) weinig tijd vergt. SECUNDAIRE BESCHERMING OPTISCHE VEZEL PRIMAIRE BESCHERMING Figuur 6. Schets van de optische vezel (diameter 195 µm) met een primaire (diameter 900 μm) en een secundaire bescherming (3 mm). KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.6

Secundaire bescherming Capillair 3 mm Moer Primaire bescherming Figuur 7. Foto van een deel van een optische vezel met zicht op de primaire en secundaire bescherming, een capillair en een moer. Opdat de FBG sensoren dezelfde vervormingen zouden ondergaan als de nagel, wordt de optische vezel (met bescherming, capillair en moer) in de wapeningsstaaf vastgecementeerd. Hierbij dienen krimpverschijnselen van het cement-mengsel te worden beperkt zonder de adhesiekrachten tussen het cement-mengsel en de holle wapeningsstang te verliezen. Ter optimalisatie van het cement-mengsel, werden verschillende labotesten uitgevoerd. Hierbij werden vergelijkbare holle wapeningsstangen (lengte 0.75 m) geïnstrumenteerd met een optische vezel, vastgecementeerd met verschillende cement-mengsels. Hierbij werden er verschillende water-cementverhoudingen en additieven beschouwd. Tijdens een uniaxiale trektest werden de vervormingsmetingen met de optische vezel vergeleken met de opgemeten vervormingen aan de hand van klassieke DEMEC punten. Er werd vastgesteld dat het verschil tussen de opgemeten vervormingen kleiner was dan 3% bij hetzelfde belastingsniveau. Na validatie van het meetprincipe en het optimaliseren van het cement-mengsel in het laboratorium, is de installatieprocedure verder geoptimaliseerd aan de hand van in situ systeemtesten. Hiertoe is dit principe o.a. ook toegepast bij de instrumentatie van vier holle stang ankers op de proefsite van het WTCB te Limelette, die vervolgens statisch proefbelast werden (WTCB, 2004-2008). Hierbij is gebleken dat de opgemeten vervormingen met de optische vezels vergelijkbaar zijn met de vervormingen opgemeten met klassieke extensometers in andere ankers. Een voorbeeld van de resultaten van een dergelijke systeemtest in een holle stang anker te Limelette is gegeven in Figuur 8. Het betreft hierbij metingen met een optische vezel over een totale lengte van 18 m met in totaal 18 FBG sensoren. De holle stang werd hierbij belast tot voorbij de elasticiteitsgrens van het staal. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.7

Deformation (µstrain) 0 1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 0 2 4 6 8 Length (m) 10 12 14 16 18 20 Figuur 8. Belastingsproef (herbelasting t.e.m. stap 9) op holle stang anker te Limelette; vervormingsmetingen met optische vezel met 18 FBG sensoren Voor de installatie van de optische vezels wordt momenteel volgende procedure gevolgd: 1. Na de installatie van de nagel dient de wapeningsstaaf te worden uitgespoeld met water om eventuele aanwezigheid van cement te verwijderen. Afhankelijk van het uitvoeringsprocedé van de nagel, is de wapeningsstaaf inderdaad gedeeltelijk of volledig gevuld met een boorvloeistof op basis van cement. Deze boorvloeistof dient volledig te worden uitgespoeld voordat deze uitgehard is. 2. De optische vezel wordt in de holle wapeningsstaaf geschoven met behulp van een holle injectiebuis uit roestvrij staal (Figuur 9). Hiervoor is het noodzakelijk dat het onderste deel van de optische vezel met tape wordt vastgemaakt aan het onderste deel van de injectiebuis. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.8

3. Wanneer de injectiebuis, met de optische vezel, zich op diepte bevindt, wordt de optische vezel licht voorgespannen. Dit gebeurt door manueel aan de optische vezel te trekken. De veroorzaakte vervorming (overeenkomstig met ongeveer 1 nm golflengte) wordt real-time gemeten met de FBG sensoren. Het einde van de optische vezel aan de oppervlakte wordt vastgetaped aan de injectiebuis om de voorspanning te behouden. 4. Vervolgens wordt doorheen de injectiebuis een specifiek cement-mengsel geinjecteerd. Dankzij de opening aan de onderzijde van deze injectiebuis wordt de holle wapeningsstaaf met het cement-mengsel van onderuit gevuld. Hierdoor worden grote luchtinsluitsels vermeden. 5. In de uren en dagen die volgen op de installatie van de optische vezel wordt het niveau van het cement-mengsel gevolgd en eventueel bijgevuld. Het gebeurt namelijk soms dat een beperkt deel van het cement-mengsel uit de holle wapeningsstaaf vloeit. Figuur 9. Installatie van optische vezel en injectiesysteem in een jet-grout nagel te Ottignies. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.9

3. Case study: in situ lange termijn monitoring met optische vezel technologie Zoals aangegeven in de inleiding, worden er te Ottignies nagels voorzien ter stabilisatie van het spoorwegtalud. Vier nagels worden voorzien van een optische vezel: nagels 93E, 93F, 109E en 109F. De nagels 109E en 109F bevinden zich onder elkaar met een tussenafstand van 2.2 m (Figuur 10). De nagels 93E en 93F bevinden zich tevens onder elkaar met een tussenafstand van 2.2 m (gemeten volgens de helling van de talud). De afstand tussen nagels 93E en 109E en tussen nagels 93F en 109F bedraagt 27.3 m (gemeten volgens de richting van het spoor, zie Figuur 11). 2.2 m Figuur 10. Schets van de inplanting van de nagels (profielzicht) met de aanduiding van de gedefinieerde dieptemeting. spoorlijn 109E 93E 109F 93F 27.3 m Figuur 11. Schets van de inplanting (bovenaanzicht) van de geïnstrumenteerde nagels (O). De lengte van de nagels bedragen 11.9 m (nagels 93E en 109E) en 14.6 m (nagels 93F en 109F). In elke nagel bevindt zich één optische vezel die de relatieve vervorming van de nagel volgens het extensometerprincipe opmeet. In de optische vezel zitten namelijk meerdere FBG-sensoren verwerkt, die elk de gemiddelde vervorming over een meetbasis van 1.03 m volgt. Tabel 1 geeft de diepteposities van de meetbasissen van de aanwezige FBG-sensoren in de verschillende nagels. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.10

Tabel 1. Overzicht van de dieptepositie van de meetbasissen van de FBG-sensoren in nagels 93E, 93F, 109E en 109F. Nagel 93E Nagel 93F Nagel 109E Nagel 109F Sensor 1 0.41 1.44 0.21 1.24 0.06 1.09 2.55 3.58 Sensor 2 1.44 2.47 1.24 2.27 1.09 2.12 3.58 4.61 Sensor 3 2.47 3.50 2.27 3.30 2.12 3.15 4.61 5.64 Sensor 4 3.50 4.53 3.30 4.33 3.15 4.18 5.64 6.67 Sensor 5 4.53 5.56 4.33 5.36 4.18 5.21 6.67 7.70 Sensor 6 5.56 6.59 5.36 6.39 5.21 6.24 7.70 8.73 Sensor 7 6.59 7.62 6.39 7.42 6.24 7.27 8.73 9.76 Sensor 8 7.62 8.65 7.42 8.45 7.27 8.30 9.76 10.79 Sensor 9 8.65 9.68 8.45 9.48 8.30 9.33 10.79 11.82 Sensor 10 9.68 10.71 9.48 10.51 9.33 10.36 11.82 12.85 Sensor 11 10.51 11.54 10.36 11.39 12.85 13.88 Sensor 12 11.54 12.57 Sensor 13 12.57 13.60 1582 Nagel 109F - Sensor 10 Golflengte [nm] 1581 1580 1579 0 20 40 60 80 100 Tijd [dagen] Figuur 12. Evolutie van de metingen van de golflengte [nm] van sensor 10 in nagel 109F in functie van de tijd [dagen] na installatie (installatie = dag 1). Figuur Figuur 12 geeft de evolutie van de golflengte [nm] van sensor 10 in nagel 109F. De golflengte op dag 0 is de geconcipieerde golflengte van de sensor (in rust). De weergegeven golflengte op dag 1 is gemeten na de installatie van de optische vezel. Het verschil tussen de golflengte op dag 0 en dag 1, is veroorzaakt door de manueel aangelegde voorspanning tijdens de installatie. In de komende dagen verlaagt de golflengte terug, hetgeen het gevolg is van hydratatiekrimp van het cement-mengsel. Na 3 dagen is 90% van de vervorming ten gevolge van krimp reeds opgetreden. Na ongeveer 30 dagen zijn de variaties van de golflengte gestabiliseerd. Indien de referentiemeting van de FBG sensoren na 3 dagen wordt uitgevoerd, dan kunnen deze sensoren gebruikt KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.11

worden voor lange termijnmetingen met een relatieve nauwkeurigheid van 25 μstrain (ter vergelijking: indien de referentiemeting wordt uitgevoerd na 30 dagen, is de relatieve nauwkeurigheid voor lange termijnmetingen 10 μstrain) De vervormingsmetingen in de nagels te Ottignies worden momenteel op regelmatige tijdstippen opgemeten. Het is in elk geval de bedoeling om vanaf heden deze metingen te blijven uitvoeren tot en met de ingebruikname van deze nieuwe spoorweginfrastructuur. 4. Conclusie In deze bijdrage werd een overzicht gegeven van de laboproeven en de systeemtesten die geresulteerd hebben in het op punt stellen van een meetsysteem op basis van optische vezeltechnologie en dit ten behoeve van de lange termijn monitoring van de vervormingen van jet-gout nagels te Ottignies. Deze ontwikkeling vond plaats naar aanleiding van een specifieke vraag van TUC RAIL en in het kader van het door het IWT gesteunde project TIS-Speciale FunderingsTechnieken (www.tis-sft.wtcb.be). Het systeem dat op punt gesteld werd leidt tot een betrouwbare oplossing voor het meten van vervormingen in geotechnische constructies. Hierbij dient in het bijzonder opgemerkt te worden dat deze technologie o.a. het zeer grote voordeel biedt dat er op één drager met zeer beperkte afmetingen zeer veel sensoren geïntegreerd kunnen worden. De auteurs zijn er van overtuigd dat dit meetsysteem naar de toekomst toe een groot potentieel biedt. Vandaar dat er momenteel op basis van deze ervaringen de nodige stappen ondernomen worden om het meetsysteem nog te verfijnen en te verbeteren. Hierbij is het vooral te bedoeling om een gestandaardiseerd systeem te ontwikkelen dat op een economische en eenvoudige manier aangewend kan worden in verscheidene geotechnische en/of andere civieltechnische constructies. Zeker in het kader van het optimaliseren van de huidige ontwerpmethodes en/of het stimuleren van nieuwe en meer economische ontwerpmethodes, zoals bvb. de Observational Method, kan dit een grote toegevoegde waarde leveren. KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.12

5. Referenties Maekelberg, W., Bollens, Q., Verstraelen, J., Theys, F., De Clercq, E., Maertens, J. Practical Experience of TUC RAIL with Ground Anchors and Micro-piles, proceedings of the International Symposium Ground Anchors Volume 1, 14.05.2008, Brussels WTCB 2006-2008, Thematische Innovatiestimulering Speciale FunderingsTechnieken, TIS-SFT, Project gesubsidieerd door het IWT, project nr. 050586 WTCB 2004-2008. Grondankers opstellen van een genormaliseerde berekeningsmethode in functie van de uitvoeringswijze. Onderzoeksproject gesubsidieerd door het FOD Economie & NBN, Conventies CC CCN-119 & CC CCN-169 KVIV-Innovatieforum 2008 Toepasing optische vezeltechnologie te Ottignies (GEN) p.13