Pijncentrum Continue (ambulante) toediening van pijnstillende medicatie via een epidurale of spinale katheter
Inleiding Op het pijncentrum is met u besproken dat uw pijnklachten behandeld gaan worden door middel van een continue toediening van pijnstillende medicatie via een epidurale of spinale katheter. Indicatie Deze vorm van pijnbestrijding wordt vaak voorgeschreven aan patiënten met pijn bij kanker waarbij de gewone pijnmedicatie onvoldoende helpt en/of te veel bijwerkingen geeft. Anatomie In de achterste helft van de wervelkolom bevindt zich het ruggenmerg dat deel uitmaakt van het centrale zenuwstelsel en omspoeld wordt met hersenvocht (liquor). Rondom dit geheel bevindt zich de zogenaamde dura mater, een soort vlies. Als de katheter aan de binnenzijde van dit vlies wordt geplaatst spreken we over spinale of intrathecale pijnbestrijding. Wordt de katheter aan de buitenzijde van de dura mater geplaatst, dan spreken we over epidurale pijnbestrijding. Dwarsdoorsnede van het ruggenmerg met o.a. de epidurale- en spinale of intrathecale ruimte. 1
Voorbereiding Op het secretariaat van het pijncentrum wordt met u een datum en tijdstip afgesproken wanneer de behandeling plaats zal vinden. Vervolgens gaat u naar bureau Opname waar u wordt ingeschreven. Vanuit bureau Opname wordt u verwezen naar de afdeling pre-operatieve screening (POS) waar u een afspraak krijgt voor een gesprek met de intakeverpleegkundige en de anesthesiemedewerker. Medicijnen Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, dan kan het zijn dat u voor de behandeling tijdelijk moet stoppen met deze medicijnen. Het volgende met u besproken: NSAID Ascal Plavix Acenocoumarol Marcoumar Acetylsalicylzuur. dagen voor de behandeling stoppen met de aangekruiste medicijnen. Doorgaan met de aangekruiste medicijnen. Na de behandeling kunt u de volgende dag weer met de antistolling beginnen, tenzij uw behandelend arts anders voorschrijft. 2
Allergie Bent u allergisch voor bepaalde voedingsmiddelen, medicijnen, röntgencontrast en/of huidontsmettingsmiddelen bijvoorbeeld jodium? Waarschuw ons dan. Premedicatie Indien u voor deze behandeling premedicatie krijgt zal dit met u besproken worden op de afdeling pre-operatieve screening (POS). Nuchter Voor deze behandeling dient u nuchter te blijven na een licht ontbijt. Dit houdt in dat u om 07.00 uur s morgens nog een beschuit met thee mag en daarna mag u niets meer eten of drinken. Voorgeschreven medicatie mag u innemen met een slokje water. De opname U meldt zich op het afgesproken tijdstip bij bureau opname. De gastvrouw begeleidt u vervolgens naar de verpleegafdeling. De verpleegkundige vraag u om een operatiehemd aan te trekken. Tijdens de behandeling mag u geen sieraden, piercings, make-up en nagellak dragen. Vervolgens wordt u naar de operatiekamer gebracht. Na afloop van de behandeling haalt een verpleegkundige u weer op. 3
Behandeling De behandeling vindt plaats op de operatiekamer. Er wordt een infuus geplaatst waarlangs zonodig medicijnen kunnen worden toegediend. U wordt gevraagd op de rand van het bed te gaan zitten met gebogen rug; indien dit niet mogelijk of te belastend is voor u, kunt u op uw zij liggen met uw rug zo rond mogelijk. Uw rug wordt ontsmet en door middel van blauwe doeken wordt een steriel veld gecreëerd. De plaats van aanprikken wordt lokaal verdoofd. Vervolgens wordt de spinale ruimte aangeprikt en de kateter, met een diameter van ongeveer één mm, wordt tussen de wervels opgeschoven. Omdat de katheter langere tijd gebruikt wordt, wordt het buitenste deel van de katheter onderhuids van de rug naar de linker- of rechterzijde gebracht. Het voordeel hiervan is dat de katheter beter op zijn plaats blijft en het morfinepompje gemakkelijk aangesloten kan worden. Dit onderhuids inbrengen van de katheter gebeurt onder plaatselijke verdoving van de huid. Als dit te belastend voor u is kunt u via het infuss medicatie krijgen voor sedatie (doezelen). Na het inbrengen van de katheter wordt de pomp met pijnstillende medicatie (meestal morfine) aangesloten. Dit is een draagbare pomp met daarop aangesloten een verwisselbare medicatiecassette. 4
Een voorbeeld van een dergelijke pomp is de CADD-Legacy Pomp, zoals getoond in bovenstaande figuur. Na de behandeling Na de behandeling op de operatiekamer wordt u naar de verkoeverkamer gebracht. Uw bloeddruk, hartslag en zuurstofgehalte in uw bloed worden gecontroleerd; u blijft hier gedurende een half uur tot een uur. Als alles in orde is wordt u daarna opgehaald door een verpleegkundige van de afdeling waar u bent opgenomen. U blijft minimaal één nacht in het ziekenhuis. Deze tijd is nodig voor het instellen van de juiste dosering pijnstilling. Indien de pijnstilling naar wens is, kunt u de volgende dag naar huis. De pijnverpleegkundige komt op de afdeling langs. 5
Mogelijke complicaties Bloeduitstorting: deze kan ontstaan als een bloedvaatje is geraakt, het veroorzaakt een blauwe plek op de rug. Pijnlijke plek in de rug: deze verdwijnt spontaan na twee à drie dagen. Hoofdpijnklachten: mogelijk door lekkage van hersenvocht. Deze hoofdpijn neemt toe met rechtop zitten. De hoofdpijn is meestal mild, verdwijnt in de meeste gevallen vanzelf. U kunt hiervoor eventueel paracetamol innemen (volgens de bijsluiter). Infectie: een bijwerking die maar heel zelden optreedt. In zeldzame gevallen kan infectie leiden tot een hersenvliesontsteking. Thuis Voordat u naar huis gaat wordt de thuiszorg ingeschakeld. De wijkverpleegkundige biedt u ondersteuning met betrekking tot het verschonen van de infuuslijnen, insteekopeningen en het verwisselen van de medicatiecassettes. Ook het ophogen van de dosering kan in de thuissituatie (door de wijkverpleegkundige) gebeuren. Dit in opdracht van de anesthesioloog/pijnspecialist of de huisarts. Tot slot Als u na het lezen van deze folder nog vragen hebt, kunt u op werkdagen tussen 8.00-17.00 uur bellen met het pijncentrum, telefoonnummer: 0164-278697 of 0164-278698. 6 april 2011