Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657

Vergelijkbare documenten
Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657

Valentijn ende Oursson,

Valentijn ende Oursson

Hoe Brandesier sijn heyr vergadert hebbende in Falasien na Angorien ghevaren is. Het.LV. capittel. 1

Hoe de koningh Pepijn verlost wert voor den maerschalck van den koningh van Indien. Het.LIX. capittel. 1

Hoe de Kerstenen uyt de stadt quamen, van hun ordonnantie ende vanden vervaerlijcken strijt die sy deden. Het.LXVIJ. 1 capittel. 2

Hoe Hanefroy by Brandesier ende Lucra quam om zijn verraetschap te volbrengen, ende hoe hy selfs verraden wert. Het.XLIX. capittel.

Valentijn ende Oursson Auteur, vertaler, censor en doelgroep

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657

Valentijn ende Oursson

Hoe Hanefroy ende Hendrick dede wachten Valentijn ende Oursson om hem op den wegh doot te slaen. Het.XVIJ. capittel. 1

Hoe Valentijn in Antiochien quam ende daer t serpent verwan. Het.XXXV. capittel. 1

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657

Hoe Valentijn reysde na Indien ende hem uytgaf voor eenen doctoor om te sien de schoone Escleremonde, die hy wegh voerde. Het.LXI. capittel.

Hoe de Kerstenen uyt de stadt sprongen om victualie te verkrijgen, ende hoe Valentijn ende den Groenen Ridder gevangen wierden. Het.XXXIJ. capittel.

L E S E R. [485] T O T D E N

Hoe Valentijn t Casteel Fort 1 in nam ende verloste den keyser van Griecken ende alle d ander gevangenen. Het.LXIIJ. capittel. 2

NT00064_152. Nadere Toegang op inv. nr 152. uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64) H.J. Postema


Valentijn ende Oursson

Historie vanden reus Gilias

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657

Hoe Valentijn wederkeerde voor Indien by den koningh Brandesier, die met hem voerde des koninghs Margalants doode lichaem. Het.XLVI. capittel.

Ponthus ende die schoone Sydonie

Hoe Pacolet by sijner konsten dede dooden de Sarazijnen van Brandesier, die hy daer ghesonden hadde. Het.XLV. capittel. 1

Liesveldtbijbel ( )

Ordre ende reglement op de koorn-molenaers binnen de stadt Goude by Gouda

Een nieuw lied op de zeven hooftzonden: en op ieder zonden haar exempel, zeer stigtig voor de

Octroij verleent aen M(eeste)r Sijmon Douw op sijne inventie. gedurende den tijt van eenentwintich jaren.

Het daghement ghegheven teghen den Heere Prince van Orangen.

Hoe dat de Valsche Ridder vervolghde de vrouwe Belesante om met haer zijnen wille te doen. Het.IIIJ. capittel. 1

Treur-lied over de verschrikkelyke aardbeeving tot Lissabon, en andere plaatsen in Portugal. z.n.,

Een schone historie van. Alexander van Mets, hoe hy in Turckijen ghevangen werdt, ende hoe hem zijn huysvrouwe verloste, gekleet als eenen moninck.

Hoe Oursson wilde proeven de ghetrouwigheyt ende gestadigheyt vande schoone Fesone, eer hyse trouwen wilde. Het.XXVIJ. capittel. 1

Jambi. Reconstructie van het archief van de VOC-vestiging. Dagregisters en registers (inhoudsopgave) op dagregisters. Algemene dagregisters, serieel

Hoe Valentijn Oursson, zijn broeder, in t Bosch van Orliens verwan, als ghy hooren sult. Het.XIJ. capittel. 1

Stadsgerecht Rhenen, (66)

[C5v] Hoe Floris metten korve vol bloemen opten toren ghedraghen wert. [6]

tekst: Mariken van Nieumeghen fragment: Hoe Emmeken haer sondich leven een luttel beclaecht

heemkring CAMPENHOLT

Kroniek van Egmond. Anoniem, 17e eeuw

Ludolph van Colen. tsamen door. gheboren in Hildesheim. Ghedruckt t Amstelredam by Cornelis Claesz. opt water, by die oude Brugghe.

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

Lof der schilder-konst

Wat zag Mozes voor zijn ogen gebeuren? en hun dwangarbeid aanzag, en naar zijn broeders vertrok. Exodus 2:11, eerste deel

Hoe Rosemonde vant de maniere dat sy gebrocht wert by den koning van Indien. Het.XLIIJ. capittel. 1

Beschermingsdossier: Eendenkooi met eiland in de Oude Schelde, monument. 5.3 Documentatie

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

Stadsbestuur Wijk bij Duurstede, (1)

Het nieuwe christelyk en geestelyk uur-slag

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Genoechlijcke history vanden schricklijcken ende onvervaerden reus G I L I A S,

Gerechtsbestuur Darthuizen (56)

Van Pylatus. Hoe Pylatus doot sloeg des conincs soen van Vrancrijck. 1. Doesborch 1528: spelden

De sonderling-heden rariteyten wtgelesen sinnelickheden van Christiaen Porret. MEDEGEDEELD DOOR E. W. MOES.

Gerechtsbestuur Doorn, (163)

Dit is een download bij het artikel Omin lauw, die Statenvertaling! in JOP COACH magazine, nr Download bij kwartetspel

Titelgegevens / Bibliographic Description

HEEMKRING CAMPENHOLT. STATEN van BRABANT Supplement 810 Overgebracht ende geredresseert 4 ianni 1748.

Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon. les 1: Wie waren de graven van Loon

Vindplaats: Toonkunstbibliotheek Amsterdam, 212 E 20, Gulde-iaers Feest-Dagen, 1635 I.S.V.W. Pagina 1157, Microfilm: UB Amsterdam

Werkblad Bestuur. Vrede van Utrecht VO Werkblad verdieping 1: Bestuur: Waarom kon de Republiek geen vuist maken?

DE HISTORIE VAN FLORIS ENDE BLANCEFLEUR

DE VISIE OP DE JODEN IN DE NADERE REFORMATIE TIJDENS HET EERSTE KWART VAN DE ZEVENTIENDE EEUW

Historie van Malegijs

fo 1vo kinderen audt wesende seven jaeren, mitsgaeders van alle de peerden, ploegen, ende beesten, alles volgens het extract vuijt de instructie

Ekeren in de 15 de eeuw deel 5: Laar. Inleiding

DE FAMILIE-AANTEKENINGEN VAN ADRIAEN CLAESZ. [VAN ADRICHEM] TE DELFT ( )

DE HARINGKONING - FLORIS BENNEMA

7.10 Aanbesteding herbouw van spits in 1714

Het oudste het oudste Hofje binnen Leiden.

Rouw-klagt over het droevig afsterven van de wel edele vrouwe mevrouwe Margareta Rosa, weduwe

Bijlage bij de Biografie van David Pietersz. De Vries ( ) ( De moord op de Raritans, 25 februari 1643.

VOLKSTELLING VAN WIJNEGEM

Geschiedenis kwartet Tijd van jagers en boeren

NEDERLANDSCHE VOLKSBOEKEN I

Hendrick Hamel dbnl. Zie voor verantwoording:

Het archief van Hieronymus II Verdussen / K Van Honacker.

Napoleon, Alexander en Josephine. Dit werkboekje is van:

Paul Behets, Telling Hombeek-Brabant 1747

De strijd is van de Heer

In den Name Godes. Amen

Tot voogden over de kinderen werden benoemd: a. Gijsbert Jansen, z1jn zwager; b. Rijck Willemsen haefmeester,

O U D R E C H T E L I J K A R C H I E F S C H I E D A M I N V E N T A R I S N U M M E R t / m

Liesveldtbijbel ( )

Stadsbestuur Rhenen, (152)

Parenteel van Arnoldus Moonen (< )

SR : op een stede met huys, hove gest(aen) ende gel(egen) teekeren bide plaetse inde Steenstrate.

Hoe Floris oorlof nam aen sijn ouders en[de] reysde wech om te soecken Blancefluer. [4]

Dagboek van Jan de Pottre,

Beschrijving van de grafzerken in de Adriaen Janszkerk in 1922

OORSPRONKELIJK behoorde het huis aan de regulieren

I.C.2.b. De graslanden. 01.-Infirmerijbeemden. 02.-Keelbeemden. 03.-Kompbeemden. 04.-Hemelrijk. 05.-Kuistert. 06.-Aalsterbroek of Onderste Broek.

Stadsgerecht Rhenen, (66)

Die legende des heileghen bisscops Sinte Nyclaes

Hoe men eertijds placht te leven met de oude notarieele archieven,

Verhandeling vande vijf orderen der bouw-konst, die byde ouden zijn in 't gebruyk geweest.

Transcriptie:

D e T a f e l Hoe den coninck Pepijn troude een edel vrouwe genaemt Barthem, van grooten geslachten ende afkomste. capittel 1. Hoe een ridder des Keysers van Constantinopolen op de keyserinne verliefde. capittel 2. Hoe den Valschen Ridder de keyserinne voor den keyser van overspel beschuldichde. capittel 3. Hoe de Valsche Ridder vervolchde de vrouwe Belesante om met haer zijnen wille te doen. capittel 4. Hoe Belesante baerde twee soonen int bosch, daer af den eenen hiet Valentijn ende den andere Oursson, ende hoe sy de twee sonen verloor. capittel 5. Vanden beyr die een vande twee soonen van Belesante wech droech. capittel 6. Hoe door den Valschen Ridder nieuwe vonden opghestelt werden inde stadt van Constantinopolen, daer door zijn verraet uyt quam. capittel 7. Hoe de keyser by raedt vande wijse dede halen den koning Pepijn om de waerheyt te weten tusschen den Koopman en den Valschen Ridder. capittel 8. Hoe den Koopman en den Ridder te samen vochten om te weten de waerheydt van t verraet. capittel 9. Hoe den coninck Pepijn oorlof nam aen den keyser ende reysde na Vranckrijck ende van daer nae Romen tegens de Sarazijnen die Romen ghewonnen hadden, ende weder kreghen door de kloeckheyt van Valentijn. capittel 10. Hoe Hanefroy ende Hendrick groten haet ende nijt hadden op Valentijn om dat de conink hem begracijt hadde, ende hoe Valentijn wech trock. capittel 11. Hoe Valentijn sijnen broeder Oursson verwan in t Bosch van Orliens. capittel 12. Hoe Valentijn met den Wildeman naer Orliens reet daer den coninck Pepijn was. capittel 13. Hoe Hanefroy ende Hendrick raedt namen om Valentijn doodt te slaen in de kamer van Engletijne. capittel 14. Hoe den hertoch Savorijn aen den coninck Pepijn om secours sont tegen den Groenen Ridder, die met kracht sijn dochter hebben wilde. capittel 15. 806

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657 Hoe menich edel ridder quam in Aquitanien om te verkrijghen de schoone Fesone. capittel 16. Hoe Hanefroy ende Hendrick deden wachten Valentijn ende Oursson om hem op den wegh doodt te slaen. capittel 17. Hoe de coninck Pepijn geboot den kamp te bereyden voor sijn paleys om te sien Oursson ende Gringaert te samen vechten. capittel 18. Hoe Gringaert den koninck t verraed ontdeckte als hy verwonnen was van Oursson, ende hoe Valentijn na Aquitanien trock ende tegen den Groenen Ridder vocht. capittel 19. Hoe Valentijn Oursson sont om s anderendaegs den Groenen Ridder te bevechten, ende hoe Oursson den Groenen Ridder verwon, die hem seyde dat hy eens conincx sone was. capittel 20. Hoe eenen enghel Valentijn openbaerde dat hy met Oursson reysen soude na t casteel van Escleremonde, en hoe de coninck bescheyt kreech van sijn susters ende haer kinders. capittel 21. Hoe coning Pepijn reysde na den keyser van Griecken, en hoe hy oorlogden tegen den soudaen, die de stad van Constantinopolen belegen hadde. capittel 22. Hoe Valentijn ende Oursson quamen aen t casteel daer de schone Escleremonde was, ende hoe sy kennis kregen van hunder geboorten. capittel 23. Hoe Pacolet den toovenaer de reuse Faragus seyde de tijdinge van sijn suster ende den ridder Valentijn, ende van t verraet vanden selven reuse Faragus. capittel 24. Hoe Pacolet met sijn konsten Valentijn ende Oursson uyt de ghevanckenisse vanden coninck Faragus verloste, ende hoe hyse brocht uyt hun lant met hun moeder Belesante ende de schoone Escleremonde. capittel 25. Hoe koninck Faragus, om wrake te nemen van Valentijn en sijn suster Escleremonde, alle sijn macht vergaderde ende voor Aquitanien quam. capittel 26. Hoe Oursson wilde beproeven de ghetrouwicheydt ende ghestadigheyt van de schoone Fesone, eer hyse trouwen wilde. capittel 27. 807

Valentijn ende Oursson Hoe koning Faragus ontboot den coninck Trompaert dat hy hem te hulp komen wilde met sijnen toovenaer Adriaen Meyn, [ende] 1 hoe Valentijn reysde nae Constantinopolen. capittel 28. Hoe Pacolet den tovenaer Valentijn ende den Groenen Ridder verloste uyt de ghevanckenisse vanden soudaen, ende hoe hy hem bedrooch. capittel 29. Hoe koninck Trompaert den coninck Faragus te hulpe quam ende met hem bracht Adriaen Meyn den toovenaer, door den welken Pacolet verraden wert, ende koning Trompaert Escleremonde wech voerde. capittel 30. Hoe Pacolet hem gewroken heeft vanden toovenaer Adriaen Meyn, die hem zijn peert ende de schoone Escleremonde ontvoert hadde. capittel 31. Hoe de Kerstenen uyt de stad sprongen om victualie te verkrijgen, ende hoe Valentijn ende den Groenen Ridder ghevanghen werden. capittel 32. Hoe de koning Pepijn oorlof nam aenden keyser om na Vranckrijck te reysen, ende van t verraedt van Hanefroy ende Hendrick teghen Oursson. capittel 33. Hoe Oursson, alsmen hem veroordelen wilde, eenen kamp begheerden teghen die hem accuseerden, t welck hem geconsenteert wiert van de.xij. Genooten. capittel 35. 2 Hoe Valentijn t serpent verwonnen hebbende, dede doopen den koninck van Antiochien met alle zijn volck. capittel 36. 3 Hoe de coninck van Antiochien, om dat hy kersten was gheworden, van Brandesier, den vader van sijn wijf, ghedoodt werdt, ende hoe den keyser van Griecken ende den Groenen Ridder ghevanghen werden van coninck Brandesier voor Cretophe. capittel 37. Hoe Escleremonde haer sieck gheliet om den koning van Indien niet te trouwen, ende hoe koning Lucra zijns vaders doodt wreken wilde aen den koninck van Indien. capittel 38. 1. Ontbreekt bij Bouman. 2. Telfout. 3. De capittels 35 en 36 zijn in de Tafel samengevoegd, zodat de telling nu weer correct is. 808

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657 Hoe de koninck Lucra troude de schoone Rosemonde, ende hoe Valentijn verloste een dochter uyt handen eens Sarazijns, diese verkrachten wilde. capittel 39. Hoe Valentijn tooch na Indien, den koninck te ontseggen van wegen den koning Lucra, ende hoe Rosemonde hem een rinck mede gaf daer hy zijn lijf mede salveerde. capittel 40. Hoe Valentijn zijn boodtschap dede aen den coninck van Indien van Lucra weghen. capittel 41. Hoe Valentijn weder keerde in Esclardyen met d antwoorde van den coninck van Indien, ende hoe den koninck Lucra na Indien voer. capittel 42. Hoe Rosemonde vant de maniere datse gebracht wert by den koninck van Indien. capittel 43. Hoe coninck Lucra soo veel dede dat Brandesier by hem bleef, ende hoe hy Valentijn sondt na de stadt van Angorien. capittel 44. Hoe Pacolet by zijnder konsten dede doden de Sarazijnen van Brandesier, die hy daer ghesonden hadde. capittel 45. Hoe Valentijn weder keerde voor Indien by den coninck Brandesier met des conincks Margalants doode lichaem. capittel 46. Hoe Valentijn tijdinge hoorde van sijn vader, ende hoe Pacolet uyt hulp de koning van Indien ende hem den koningh Brandesier ghevanghen leverde. capittel 47. Hoe Hanefroy ende Hendrick verraden den coninck Pepijn met de.xij. Ghenooten. capittel 48. Hoe Hanefroy by Brandesier ende Lucra quam om sijn verraet te volbrenghen, ende hy selve verraden wert. capittel 49. Hoe de schoone Galasie verstaen hebbende de verraderye van Hanefroy, hem seer strengelijck inde gevanckenisse dede steken. capittel 50. Hoe de koninck Brandesier ende Lucra in Jerusaem vinghen den koninck Pepijn met de.xij. Ghenooten. capittel 51. Hoe den coninck van Indien met hem nam den koninck Pepijn. capittel 52. Hoe koninck Pepijn was by den koninck van Indien ende kennisse kreech vande schoone Escleremonde. capittel 53. Hoe de coninck Brandesier de ghevanghenen van Vranckrijck in sijn gevanckenisse leyde. capittel 54. Hoe Brandesier sijn heyr vergadert hebbende in Falasien, nae Angorien trock. capittel 55. 809

Valentijn ende Oursson Hoe de coninck Brandesier wist dat den coninck Lucra in Angorien was, ende aen Valentijn sondt om hem te rantsoenen. capittel 56. Hoe hertoge Milioen d Angler verlost werdt voor den coninck Lucra. capittel 57. Hoe Valentijn ende Milioen d Angler uyt Angorien reden op de Sarazijnen, ende hoe de Sarazijnen den strijt verlooren capittel 58. Hoe coninck Pepijn verlost wert door den maerschalck van den coninck van Indien. capittel 59. Hoe coninck Pepijn nae Vranckrijck keerde om Artus van Bartangien te verdrijven. capittel 60. Hoe Valentijn reysde in Indien als eenen doctoor ende de schoone Escleremonde wech voerde. capittel 61. Hoe de coninck Pepijn te Parijs quam ende coninck Artus dede onthoofden. capittel 62. Hoe Valentijn t Kasteel Fort in nam ende verloste den keyser ende d ander gevangenen. capittel 63. Hoe den keyser van Griecken met Oursson ende den Groenen Ridder op t Casteel bleven, ende hoe Hanefroy ende Hendrick deden dooden hunnen vader, coninck Pepijn. capittel 64. Hoe na den doodt van coninck Pepijn den hertoch Milon 1 d Angler woude doen kroenen Carolus. [capittel] 2 65. Hoe den keyser van Griecken met Oursson ende den Groenen Ridder na Angorien reysden de Kerstenen te hulpe. capittel 66. Hoe de Kerstenen uyt de stadt quamen, van hun ordinantie ende vanden vervaerlijcken strijt. capittel 67. Hoe Valentijn den keyser, sijn vader, in de batalie sonder sijnen weten doorstack, ende de Sarazijnen meest al verslagen werden. capittel 68. Hoe Milioen d Angler in Vranckrijck keerde en Valentijn ende Oursson in Griecken reysden. capittel 69. Hoe Valentijn uyt Constantinopolen trock in een wildernisse ende daer na wederom onbekent inde stad keerde ende hem onderhielt onder de trappen van t palleys, ende hoe de schoone Fesone sterf, en Oursson de schoone Galasie troude. capittel 70. 1. [Tekstkritiek] Bouman: Mikon 2. [Tekstkritiek] Ontbreekt bij Bouman (wegens gebrek aan ruimte). 810

Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657 Hoe de coning Hugo dede aensoecken de schoone Escleremonde om die te nemen tot een huysvrou, ende hoe dat hy Oursson ende den Groenen Ridder verriedt. capittel 71. Hoe Belesante ende Escleremonde vernamen t verraet vanden coninck Hugo. capittel 72. Hoe Oursson ende den Groenen Ridder uyt de ghevanckenis quamen om te oorlogen teghen den koninck Hugo. capittel 73. Hoe Valentijn zijn leven eynde in t palleys onder de trappen, ende eenen brief geschreven hadde, daer door hy bekent wert. capittel 74. F I N I S. 811

Colofon Kritische synoptische studie-editie van de druk van Jan Jacobszoon Bouman, Amsterdam 1657 (Sint Petersburg, SSSPL: 6.10.3.3), met daarin verwerkt de druk van Hieronymus Verdussen jr., Antwerpen ca. 1684-1713 (Boston Massachusetts, Houghton Library, 27283.48.4) en die van Jacques Maillet, Lyon 1489 (Paris, BnF, RES Y2 82). bezorgd door dr. Willem Kuiper, Leerstoelgroep Historische Nederlandse Letterkunde UvA Amsterdam 2012 Bibliotheek van Middelnederlandse Letterkunde http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/bml/bmlindex.htm È È È