Onderzoek naar uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen in de gemeente Steenwijkerland

Vergelijkbare documenten
Transportrisicoberekening N348 ter hoogte van Lemelerveld, gemeente Dalfsen

Externe Veiligheid beheersverordening Prins Hendrikpark te Baarn

1 Aanleiding. 2 Wettelijk kader. Memo

Bestemmingsplan Kern Roosteren. Teksten t.b.v. verantwoording groepsrisico

Transportrisicoberekening Noordvork binnen deelgebied Polderzoom, gemeente Aalsmeer

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum

ANALYSE EXTERNE VEILIGHEID BESTEMMINGSPLAN KLOOSTERVEEN III

Project Routering. Transport gevaarlijke stoffen over de weg. Marcel Reefhuis Team Risicobeheersing Hulpverleningsdienst Regio Twente

- vvvvw.tebodin.nl 5,1'.J *T1 $" -aš *Laïs å "šz -sw rm_m_w_,wwnmwwk uitgevoerd voor de N348 ter Lemelerveld1.

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

VERORDENING ROUTERING VERVOER GEVAARLIJKE STOFFEN GOOISE MEREN 2018

Goirle, Vennerode. Onderzoek externe veiligheid. Auteur(s) drs. M. de Jonge. Opdrachtgever Woonstichting Leyakkers Postbus AB Rijen

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen N388 Bestemmingsplan Kalkovens en vissershuisje Zoutkamp

ONDERZOEK EXTERNE VEILIGHEID A9 AANSLUITING HEILOO

Memo. Van : Leon Morauw. Aan : Team ontwikkeling, Martijn van der Made. Datum : 20 november 2013

MILIEUADVIES. Gemeente Woerden College van burgemeester en wethouders B. Wouda en C. Roodhart WOE1513.T001

Figuur 1 Bestaande en nieuwe bestemmingsplansituatie Zuider Parallelweg 35

Risicoanalyse transport Spoor en Vaarwegen

: Externe veiligheid Wielewaal in Zundert

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Bestemmingsplan Verdistraat 53 Amersfoort. : Gemeente Amersfoort, mevrouw N. Ludeking

datum 26 februari 2015 aan Ben van der Waal Gemeente Muiden Joris Jennen Roel Kouwen

Milieuadvies project Bergbeek (Herman Coertsweg en ten noorden daarvan te Beekbergen)

QUICKSCAN EXTERNE VEILIGHEID

Quickscan externe veiligheid Woningbouw Merellaan te Capelle aan den IJssel

Externe Veiligheid Syngenta Seeds

Intern memo. Projectteam Uitwerkingsplan Almere Poort - Duin 1e fase. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

ZOMERDIJK ZWARTSLUIS EXTERNE VEILIGHEID

1.1 Externe veiligheid Beoordelingskader

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Kwantitatieve risicoanalyses schoolgebouwen

: Externe veiligheid hotel bestemmingsplan Bedrijvenpark A1

Risicoanalyse transport spoor

Notitie. Onderzoek externe veiligheid Lelystad bestemmingsplan Stadsrandgebied. 1 Inleiding

Situatie groepsrisico van de risicobronnen in Kerkrade. I Route gevaarlijke stoffen Euregioweg Kerkrade

Inleiding: Huidige regeling:

Externe veiligheid. Algemeen

Advies: 1. In te stemmen met RIB 15R en deze verzenden aan de raad. NEE. wethouder de Weger. Van: B. Wouda Tel nr: 8621 Nummer: 15A.

Groepsrisicoberekening Nijverdalsestraat Wierden (tussen 113 en 115) projectnummer Einsteinstraat 12a 7601 PR Almelo. Versie: 1.

Intern memo. Projectteam bestemmingsplan Staatsliedenwijk. Archief afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling & Mobilliteit. Gert-Jan van de Bovenkamp

Risicoberekeningen vervoer gevaarlijke stoffen over N348 ten behoeve van het bestemmingsplan Bedrijventerrein Parallelweg Lemelerveld.

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel

Externe veiligheid A4 gemeentehuis Leiderdorp

memo betreft: Quickscan externe veiligheid woontoren Bètaplein Leiden (120728)

Externe Veiligheid bestemmingsplan Noordelijke Rondweg Voorthuizen

Risicoberekeningen spoor Den Bosch Stationskwartier Locatie F

Nota gemeentelijke Route Gevaarlijke Stoffen

Spoor: Dordrecht-Eindhoven (traject Oisterwijk) Wegen: Rijksweg A58 (Knp. De Baars- afrit 8 Oirschot) ijk 6 ( h fi 3)

Advies externe veiligheid

N307 Passage Dronten Quickscan externe veiligheid

Externe Veiligheid haalbaarheidstoets Stationsstraat short stay appartementen

ADVIES. 1 Probleembeschrijving. 2 Actoren. 3 Oplossingsrichting. 3.1 Wet en regelgeving

Gemeente Lansingerland 01 Inkomende Post d.d. 01/11/ /III IIII IIIII IIII IIIIII IIIII IIIII IIIII IIIII IIII IIII 116.

B.R01. IJsselstein Clinckhoeff - onderzoek externe veiligheid Bunnik Projekten in IJsselstein. datum: 10 oktober 2013

Kwantitatieve risicoanalyse bestemmingsplan Oosterhout-Zuid

Transport. Deel 1: Routeren Deel 2: Basisnet. Kennistafel Transport 7 december 2010

Risicoberekeningen wegtransport gemeente Haarlemmermeer

Quickscan externe veiligheid

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid bestemmingsplanherziening Kavel 15 Vathorst (kavel Vahstal) : Gemeente Amersfoort, mevrouw C.

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax

Rapportage quickscan externe veiligheid

Quickscan externe veiligheid woningbouwlocatie Beekzone in Twello

Intern memo. Projectgroep bestemmingsplan Youri Egorovweg. Archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Planlocatie Nuland Oost te Nuland

Quickscan externe veiligheid

Transport gevaarlijke stoffen

Opdrachtgever: Contactpersoon: Uitgevoerd door: Contactpersoon: Datum: Rapportnummer: P

Extern veiligheidsonderzoek Bestemmingsplan Multizorgcentrum Uden. Risicoberekening t.g.v. vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg

Verantwoording groepsrisico

BUREAUSTUDIE EXTERNE VEILIGHEID BEDRIJVENTERREIN STEPELERVELD

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 29 januari 2015

A9 ONDERZOEK EXTERNE VEILIGHEID A9 ONDERZOEK EXTERNE VEILIGHEID

Externe veiligheid en verdubbeling / verbreding N366

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan De Geer. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 3 september 2014

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

Quickscan externe veiligheid; Hoge Wei te Oosterhout (GLD) Datum 6 september 2016 Referentie

Notitie 1. Inleiding

Onderstaand advies heeft betrekking op het onderdeel externe veiligheid inzake het bestemmingsplan Tonselseveld Ermelo.

: De heer H. Draaisma : Postbus 126 : 2200 AC Noordwijk

Risicoberekening rijksweg A28 Vakantieparken Onze Woudstee en Dennenhoek Harderwijk

Externe Veiligheid bestemmingsplanherziening Kavel 15 Vathorst (Ierse Pond)

Bijlage VIII Onderzoek externe veiligheid

Milieu I Management I Advies Postbus ZG Cadier en Keer Tel Fax Datum: 28 mei Rapportnummer: P2014.

Quickscan externe veiligheid Landgoed 'Klein Wolfswinkel' te Renswoude

EXTERNE VEILIGHEID. N282 Gemeente Gilze en Rijen 24 NOVEMBER 2015

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam

Aanvraag ontheffing route gevaarlijke stoffen

Opdrachtgever Gemeente Zaltbommel Postbus DA Zaltbommel. Risicoberekening A2 tbv bestemmingsplan 'Zaltbommel, Van Voordenpark'

CAROLA berekeningen gemeente Harderwijk

ONDERZOEK EXTERNE VEILIGHEID T.B.V. BESTEMMINGSPLANNEN WEGVERBREDING N207 LEIMUIDEN - ALPHEN AAN DEN RIJN

Opdrachtgever Gemeente Zaltbommel Postbus DA Zaltbommel. Risicoberekening A2 tbv bestemmingsplan 'Zaltbommel, Van Voordenpark'

Onderzoek externe veiligheid Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

Intern memo. 1. Inleiding. Kernteam herziening bestemmingsplan Bedrijvenpark Stichtsekant. archief afdeling Ruimte en Wonen. Gert-Jan van de Bovenkamp

Quickscan externe veiligheid

Quickscan externe veiligheid t.b.v. bestemmingsplan De Hoven, De Werven en De Gouwen

Ons kenmerk C210/ Aantal bijlagen

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert

Onderzoek externe veiligheid. Ontwikkeling De Krijgsman te Muiden

Wij stellen voor dat alle wegen in beheer bij de provincie, bij de waterschappen en bij het

Externe veiligheid en 20 woningen Noordwolderweg te Bedum

Transcriptie:

Jan Tinbergenstraat 101 7559 SP Hengelo Postbus 233 7550 AE Hengelo Telefoon 074 249 64 96 Fax 074 242 57 12 hengelo@tebodin.nl www.tebodin.com Opdrachtgever: Gemeente Steenwijkerland Project: Routering gevaarlijke stoffen Auteur: S.J. Elbers Telefoon: 074 249 6251 Telefax: 074 2425712 E-mail: s.elbers@tebodin.nl Onderzoek naar uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen in de gemeente Steenwijkerland

Pagina: 3 van 41 Inhoudsopgave Pagina Samenvatting 5 1 Inleiding 7 2 Algemene beschrijving routering gevaarlijke stoffen 8 3 Huidige situatie routering gevaarlijke stoffen binnen gemeente Steenwijkerland 9 4 Uitbreiding routering gevaarlijke stoffen gemeente Steenwijkerland 11 5 Invloed van uitbreiding routering gevaarlijke stoffen op externe veiligheid 12 5.1 Plaatsgebonden risico 12 5.2 Groepsrisico 14 5.3 Conclusie 15 6 Invloed van uitbreiding routering gevaarlijke stoffen op overige aspecten 16 6.1 Ontheffingen 16 6.2 Bebording langs route 16 6.3 Ontlasten van kwetsbare gebieden 17 6.4 Routering aangrenzende gemeentes 17 6.5 Toezicht en handhaving 18 6.6 Hulpverleners 18 6.7 Overige weggebruikers 18 7 Conclusie met betrekking tot uitbreiding routering gevaarlijke stoffen 19 Begrippenlijst / afkortingen 22

Pagina: 4 van 41 Bijlage 1 Overzicht van routeplichtige stoffen 24 Bijlage 2 Door Rijk en Provincie aangewezen routes in Steenwijkerland 26 Bijlage 3 Plattegrondtekening wegen waarvoor ontheffing is verleend 27 Bijlage 4 Plattegrond met bestaande en eventueel uit te breiden routering 28 Bijlage 5 Transportrisicoberekeningen 29 Bijlage 6 Overzicht van ontheffingen gerelateerd aan N375/334 en N333/334 39 Bijlage 7 Opstellen bebordingsplan routering gevaarlijke stoffen 40 Bijlage 8 Transportintensiteiten A6 41

Pagina: 5 van 41 Samenvatting Sinds 1 januari 2007 is binnen de gemeente Steenwijkerland de routering van gevaarlijke stoffen van kracht. Binnen de gemeentegrenzen is vanaf die datum de rijksweg A32 door de raad aangewezen als routeplichtige route voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Door het vaststellen van routering is het vervoer van gevaarlijke stoffen over de overige wegen binnen de gemeente uitsluitend mogelijk via een ontheffingsstelsel. Daarbij geldt dat alleen een ontheffing wordt verleend voor het vervoer met een bestemming binnen de gemeente. Voor doorgaand verkeer wordt geen ontheffing verleend; dit betekent dat vervoer van gevaarlijke stoffen in de richting van de Noordoostpolder dient om te rijden via Heerenveen en Joure. In het uitvoeringsprogramma behorende bij het EV beleid van de gemeente Steenwijkerland 2011 2014 is als actiepunt opgenomen om onderzoek te doen naar de uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen. Op basis van contacten met transporteurs en buurgemeenten en eigen ervaringen met het ontheffingenstelsel richt dit onderzoek zich in eerste instantie op de N375/334, welke zorgt voor de verbindingen van de routering van de buurgemeenten Meppel en Zwartewaterland en relevant is in verband met de bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis. In tweede instantie richt het onderzoek zich op de N333/334, welke de verbinding vormt tussen de A32 (afrit 7) en de Noordoostpolder. Om de consequenties van deze uitbreiding zichtbaar te maken heeft de gemeente aan Tebodin Netherlands B.V. opdracht verleend voor het uitvoeren van een onderzoek. In dit onderzoek is gekeken naar de gevolgen van de uitbreiding van de routering voor de externe veiligheid en een aantal andere aspecten, waaronder het ontheffingenstelsel en de bebording langs de route. In onderstaande tabel is één en ander samengevat. Tabel 1 Samenvatting consequenties uitbreiding routering gevaarlijke stoffen Steenwijkerland Onderwerp Consequenties uitbreiding routering N375/334 N333/334 1. Externe Veiligheid Het ontstaan van een PR knelpunt of overschrijding van de oriënterende waarde van het GR is onwaarschijnlijk. 2. Overige aspecten: 2.1 Ontheffingen Administratieve lasten: Onveranderd (de 2 adressen waarvoor nu een ontheffing wordt verleend, liggen Administratieve lasten: Voor 4 van de 26 adressen hoeft geen ontheffing meer te worden verleend (reductie: 15%). niet aan de route). Inkomsten uit leges: Onveranderd, zie onder administratieve lasten. Inkomsten uit leges: Geen inkomsten voor 4 adressen (reductie: 200 euro). 2.2 Bebording langs de route Kosten bebordingsplan: Geschat 2100,--, excl btw (6 borden). Kosten bebordingsplan: Geschat 13.300,--, excl btw (38 borden).

Pagina: 6 van 41 Onderwerp Consequenties uitbreiding routering N375/334 N333/334 Kosten aanschaf/plaatsing: geschat 1800,-- excl btw (6 borden). Kosten aanschaf/plaatsing: geschat 11.400,-- excl btw (38 borden). 2.3 Ontlasten kwetsbare Ten aanzien van natuurgebieden: Geen consequenties (afweging is gebieden al gemaakt bij vrijgeven van de wegen door Provincie als geschikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.) Ten aanzien van overige aspecten: Dit betreft voornamelijk gebieden met een hoge bevolkingsdichtheid, die beschouwd zijn onder Externe Veiligheid. 2.4 Routering aangrenzende Betere afstemming met routering Zie N375/334 gemeentes van de omliggende gemeentes waardoor wordt voldaan aan de wens van de Provincie om een goede verbinding Oost West en Noord Zuid te realiseren. De aanwijzing maakt daarnaast N.v.t. bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis mogelijk. De route eindigt in Zwartsluis en is daardoor waarschijnlijk alleen interessant voor bestemmingsverkeer (LPG tankstation Zwartsluis, gebruikers in het buitengebied). Er wordt daarom geen verdere toename van het aantal transporten verwacht. Mogelijk verdere toename van het aantal transporten in verband met voorkeursroute van transporteurs richting Noordoostpolder vice versa (de consequenties van deze groei zijn beschouwd onder het item Externe Veiligheid ). 2.5 Toezicht /handhaving Geen consequenties 2.6 Hulpverleners Geen consequenties 2.7 Overige weggebruikers Mogelijk toename van het risico als gevolg van inhaalmanoeuvres door de aanwezigheid van landbouwverkeer. Uit bovenstaande overzicht blijkt dat de uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen met de N375/334 zorgt voor een betere aansluiting op de routering van de buurgemeenten én bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis mogelijk maakt. De nadelen voor aanwijzing van deze route zijn beperkt van aard (er is geen sprake van een doorgaande route waardoor het vervoer van gevaarlijke stoffen beperkt blijft), evenals de kosten voor realisatie van bebording. Voor wat betreft de uitbreiding van de routering met de N333/334 geldt er behoudens de betere aansluiting op de routering van de buurgemeenten geen voordelen zijn. Nadelen voor deze uitbreiding zijn een verdere toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen (het gaat om een doorgaande route) en relatief hoge kosten voor de realisatie van bebording.

Pagina: 7 van 41 1 Inleiding In het uitvoeringsprogramma behorende bij het EV beleid van de gemeente Steenwijkerland is als actiepunt opgenomen om onderzoek te doen naar de eventuele uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen binnen de gemeente. Op basis van contacten met transporteurs en buurgemeenten en eigen ervaringen met het ontheffingenstelsel richt dit onderzoek zich in eerste instantie op de N375/334, welke zorgt voor de verbindingen van de routering van de buurgemeenten Meppel en Zwartewaterland en relevant is in verband met de bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis. In tweede instantie richt het onderzoek zich op de N333/334, welke de verbinding vormt tussen de A32 (afrit 7) en de Noordoostpolder. De gemeente Steenwijkerland heeft daarbij aan Tebodin Netherlands B.V. opdracht verleend voor het uitvoeren van een onderzoek naar de uitbreiding van de bestaande routering. In de voorliggende rapportage wordt nader ingegaan op dit onderzoek en de eventuele consequenties van uitbreiding van de routering. Ter inleiding wordt kort ingegaan op de routering van gevaarlijke stoffen en wordt een beeld geschetst van de huidige situatie met betrekking tot de routering binnen de gemeente Steenwijkerland. De indeling is daarbij als volgt: Algemene beschrijving routering gevaarlijke stoffen (hoofdstuk 2); Huidige situatie routering gevaarlijke stoffen binnen de gemeente Steenwijkerland (hoofdstuk 3); Uitbreiding routering gevaarlijke stoffen gemeente Steenwijkerland (hoofdstuk 4); Invloed uitbreiding routering gevaarlijke stoffen op externe veiligheid (hoofdstuk 5); Invloed uitbreiding routering gevaarlijke stoffen op overige aspecten (hoofdstuk 6); Conclusie met betrekking tot uitbreiding routering gevaarlijke stoffen (hoofdstuk 7).

Pagina: 8 van 41 2 Algemene beschrijving routering gevaarlijke stoffen Sinds 1 augustus 1996 is de routering van gevaarlijke stoffen in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen (Wvgs) geregeld. Het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg brengt externe veiligheids- en milieurisico s met zich mee. Routering is één van de mogelijkheden om deze risico s inzichtelijk te maken, te beperken en te beheersen. Deze risico s zijn onder meer: de veiligheid van de omgeving; de veiligheid van weggebruikers; het voorkomen van mogelijke calamiteiten bij kwetsbare gebieden; de veiligheid van hulpverleners. In bijlage 1 wordt een overzicht gegeven van routeplichtige stoffen. Door routering kan het vervoer van routeplichtige stoffen uit kwetsbare gebieden (bijvoorbeeld de bebouwde kom of natuurgebieden) worden geweerd. Routering houdt namelijk in dat het, behoudens ontheffing, verboden is om routeplichtige stoffen over andere, dan de daarvoor aangewezen/vastgestelde wegen (de gevaarlijke stoffenroute) te vervoeren. Het Rijk heeft alle in haar beheer zijnde wegen voor routering vrijgegeven en de Provincie Overijssel heeft een selectie van haar wegen vrijgegeven voor routering. In bijlage 2 is een overzicht opgenomen van de routes binnen de gemeente Steenwijkerland die door het Rijk / de Provincie Overijssel zijn aangewezen als geschikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Alleen het aanwijzen of vrijgeven van wegen door Rijk en Provincie is niet voldoende. Om ervoor te zorgen dat de transporteurs van gevaarlijke stoffen de gemeente mogen doorkruisen zal de gemeenteraad, op grond van artikel 18 van de Wvgs, de aangewezen wegen moeten vaststellen. Ten aanzien van de routering is door de Provincie Overijssel aan de gemeentes aangegeven dat er van Noord naar Zuid en van Oost naar West sprake moet zijn een aaneengesloten route gevaarlijke stoffen binnen de Provincie. De gemeente heeft zelf echter zelf de bevoegdheid om deze wegen wel of niet aan te wijzen.

Pagina: 9 van 41 3 Huidige situatie routering gevaarlijke stoffen binnen gemeente Steenwijkerland Per 1 januari 2007 is in de gemeente Steenwijkerland de Routering van Gevaarlijke Stoffen van kracht geworden. Als routeplichtige route voor het vervoer van gevaarlijke stoffen binnen de gemeentegrenzen is de rijksweg A32 door de raad vastgesteld. Omdat er op dit moment geen andere wegen door de raad zijn vastgesteld mogen transporteurs van gevaarlijke stoffen, voor het doorkruisen van de gemeente, alleen de A32 gebruiken. Door het vaststellen van routering is het vervoer van gevaarlijke stoffen over de overige wegen binnen de gemeente uitsluitend mogelijk via een ontheffingsstelsel. Daarbij wordt alleen een ontheffing verleend voor het vervoer met een bestemming binnen de gemeente. Voor doorgaand verkeer wordt geen ontheffing verleend. In bijlage 3 is op een plattegrondtekening een overzicht gegeven van de door de gemeente afgegeven ontheffingen. Uit deze tekening blijkt dat het grootste deel van het vervoer van gevaarlijke stoffen binnen de gemeente betrekking heeft op het vervoer van propaan. Het gaat daarbij voornamelijk om particulieren in het buitengebied die propaan gebruiken voor verwarmingsdoeleinden. In de afgelopen periode waarin binnen de gemeente is gewerkt met de routering en het ontheffingenstelsel zijn de volgende ervaringen opgedaan: 1. De routering verschaft inzicht in de transportbewegingen van routeplichtige stoffen binnen de gemeente. Door de routering wordt er gestuurd op transportroutes van transporteurs, waardoor kwetsbare gebieden zoveel mogelijk worden vermeden wat de veiligheid binnen de gemeente bevordert. 2. Door contacten met buurgemeenten en transporteurs van routeplichtige stoffen en is gebleken dat er behoefte is aan een uitbreiding op de bestaande routering. Hieronder wordt een nadere toelichting gegeven op de partijen die behoefte hebben aan een uitbreiding van de routering binnen de gemeente Steenwijkerland. a. Uit contacten met de buurgemeenten Meppel en Zwartewaterland is de vraag naar voren gekomen om de N375 en een deel van de N334 (verder aangeduid als N375/N334) aan te wijzen als route gevaarlijke stoffen. De reden hiervoor ligt in het feit dat beide gemeenten wegen hebben vastgesteld als route gevaarlijke stoffen die aansluiten op de N375/334 binnen de gemeente Steenwijkerland. In de gemeente Meppel is de weg tussen de snelweg (A32) en de gemeentegrens met de gemeente Steenwijkerland (de Bremenbergweg) aangewezen als route waar gevaarlijke stoffen over vervoerd mogen worden. Dit is door de gemeente Meppel gedaan om niet elke keer ontheffing te hoeven verlenen voor transport routeplichtige gevaarlijke stoffen van en naar de bedrijventerreinen welke om Meppel zijn gelegen. In de gemeente Zwartewaterland is de weg tussen het LPG tankstation in Zwartsluis en de gemeentegrens met Steenwijkerland aangewezen als route waar gevaarlijke stoffen over vervoerd mogen worden. De reden hiervoor is dat er aan deze weg een LPG tankstation is gelegen welke bevoorraad moet worden. Door het aanwijzen van deze route mag de transporteur niet meer door het centrum van Zwartsluis en moet, om de locatie te kunnen bereiken, de gemeente Steenwijkerland doorkruisen via de zomerdijk en de Bremenbergweg (N334 en N375).

Pagina: 10 van 41 De overige buurgemeenten (Westerveld, Noordoostpolder en Weststellingwerf) hebben te kennen gegeven geen gebruik te maken van de routering vervoer gevaarlijke stoffen. Dit betekent dat de transporteurs van routeplichtige stoffen alle wegen in deze gemeenten mogen gebruiken maar zoveel mogelijk de bebouwde kom moeten mijden. De aansluiting van een route binnen de gemeente Steenwijkerland op één van deze buurgemeenten zal dan ook geen problemen opleveren. b. Uit contacten met transporteurs van routeplichtige stoffen is gebleken dat zij, voor het van kracht worden van de routering, vaak de gemeente doorkruisten om hun routeplichtige stoffen in een andere gemeente te leveren. Op dit moment mogen de transporteurs voor het doorkruisen van de gemeente Steenwijkerland alleen gebruik maken van de A32. Transporteurs kunnen alleen ontheffing krijgen indien ze binnen de gemeente Steenwijkerland hun routeplichtige stoffen moeten afleveren en daarvoor van de A32 moeten afwijken. Bij het afgeven van een ontheffing vormt het aspect veiligheid een toetsingskader. Vervoersbewegingen door de bebouwde kom of langs grote recreatieterreinen dienen daarbij zoveel mogelijk te worden vermeden. Transporteurs met als eindbestemming de Noordoostpolder krijgen daarom geen ontheffing en worden geacht via Heerenveen en Joure te rijden. Daarnaast blijkt uit de ontheffingaanvragen dat vaak de N333 en een deel van de N334 wordt gebruikt om de routeplichtige stoffen te leveren binnen de gemeente Steenwijkerland.

Pagina: 11 van 41 4 Uitbreiding routering gevaarlijke stoffen gemeente Steenwijkerland Op basis van de huidige situatie betreffende het vervoer van gevaarlijke stoffen zoals beschreven in hoofdstuk 3 wil de gemeente Steenwijkerland conform het uitvoeringsprogramma behorende bij het EV beleid onderzoek doen naar de eventuele uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen binnen de gemeente. Het onderzoek richt zich daarbij op de volgende twee routes: 1. Stukje N334 vanaf de gemeentegrens met Zwartsluis tot aan de rotonde met de Zomerdijk en vervolgens de Zomerdijk overgaand in de Bremenbergweg (N375) tot aan de gemeentegrens met Meppel en vice versa. 2. Vanaf de A32 (afrit 7), via de Steenwijkerweg: via rotonde naar Ruxveenseweg (N334); via rotonde naar Blokzijlseweg-Steenwijkerweg-Marknesserweg (N333) en vice versa. In bijlage 4 is een plattegrond tekening opgenomen waarop de nieuwe voorgestelde routes zijn aangegeven. Eveneens is op deze plattegrond de reeds door de gemeente aangewezen route weergegeven. Zowel de N375/334 als de N333/334 zijn door de provincie aangemerkt als geschikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, zie bijlage 2. Voor de N375/334 geldt dat zich binnen de gemeentegrens geen woonkernen in de directe omgeving van de route bevinden. Op kortere afstand van beide wegen bevindt zich verspreid gelegen agrarische bebouwing. De afstand tot de weg bedraagt daarbij ongeveer 15 meter. De N333/334 passeert de woonkernen van Steenwijk en Blokzijl aan de westzijde. De minimale afstand tot de woonkern bedraagt daarbij ongeveer 75 meter (ter hoogte van Blokzijl) respectievelijk 190 meter (ter hoogte van Steenwijk). De afstand tot het industrieterrein in Steenwijk (ter hoogte van de Ruxveense weg bedraagt ongeveer 30 meter. De eventuele uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen heeft gevolgen voor de externe veiligheid en een aantal andere aspecten, waaronder de verlening van ontheffingen en bebording. In de volgende hoofdstukken wordt nader ingegaan op deze aspecten.

Pagina: 12 van 41 5 Invloed van uitbreiding routering gevaarlijke stoffen op externe veiligheid Het vervoer van gevaarlijke stoffen breng risico s met zich mee voor de omgeving. Het risico is daarbij afhankelijk van de aard van de stof, de hoeveelheid waarin deze wordt getransporteerd en de transportintensiteit. Omdat in het rekenmodel wordt uitgegaan van vaste hoeveelheden die per gevaarlijke stof worden vervoerd, wordt de hoogte van het risico voor een specifieke gevaarlijke stof bepaald door de transportintensiteit. Daarbij geldt hoe hoger het aantal transporten, hoe hoger het risico. Van belang voor de hoogte van het risico is verder de weg waarover het vervoer plaatsvindt. Bepalend daarbij is de snelheid op een traject en het al dan niet aanwezig zijn van tegemoetkomend verkeer. Op grond van deze twee parameters worden een drietal type wegen gekarakteriseerd, namelijk snelwegen (snelheid groter dan 70 kilometer/uur, geen tegemoetkomend verkeer), wegen buiten de bebouwde kom (snelheid groter dan 70 kilometer/uur, wel tegemoetkomend verkeer) en wegen binnen de bebouwde kom (snelheid lager dan 70 km/uur). Om de risico s voor de uitbreiding van het transport van gevaarlijke stoffen in kaart te brengen zijn oriënterende risicoberekeningen uitgevoerd. Daarbij is onderscheid gemaakt in het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Voor een nadere uitwerking van deze oriënterende berekeningen wordt verwezen naar bijlage 5. Hieronder wordt een samenvatting gegeven van de consequenties voor zowel het plaatsgebonden risico als het groepsrisico. 5.1 Plaatsgebonden risico In Tabel 2 is een overzicht opgenomen van de resultaten met betrekking tot het plaatsgebonden risico (PR). Daarbij is gekeken naar het aantal transporten waarbij een PR10-6 /jaar contour ontstaat en het aantal transporten waarbij de PR10-6 /jaar contour reikt tot aan de woonbebouwing waardoor sprake is van een PR knelpunt. Uitgangspunt daarbij is dat de woonbebouwing zich op een afstand van 15 meter vanaf de weg bevindt. Ten aanzien van het aantal transportbewegingen is daarbij onderscheid gemaakt in stofcategorie GF3 waarvoor propaan als representatieve stof wordt beschouwd en stofcategorie LF2 waarvoor hexaan als representatief wordt beschouwd. De reden waarom voor deze stofcategorieën is gekozen is dat categorie LF2 veelal bepalend is voor de grootte van de PR10-6 /jaar contour en dat stofcategorie GF3 bepalend is voor de hoogte van het groepsrisico. Voor wegen met een hoge transportintensiteit voor stofcategorie GF3 geldt dat de grootte van de PR10-6 /jaar contour niet langer wordt bepaald door stofcategorie LF2 maar door stofcategorie GF3. In de onderstaande tabel wordt naast het benodigde aantal transporten van een bepaalde stofcategorie eveneens een overzicht gegeven van de huidige transportintensiteit voor de betreffende stofcategorie en de factor waarmee de huidige transportintensiteit moet toenemen om het effect (ontstaan PR 10-6 /jaar contour, ontstaan PR knelpunt) te bereiken.

Pagina: 13 van 41 Tabel 2 Samenvatting resultaten PR berekeningen (bijlage 5) Weg Betreft Aantal transportbewegingen (1/jaar) Stofcategorie GF3 Stofcategorie LF2 N375/334 Ontstaan PR 10-6 /jaar contour 3200 (nu 150, toename factor 21,3) 14100 (nu 227, toename factor 62,1) Ontstaan PR knelpunt 3700 (nu 150, toename factor 24,7) 45000 (nu 227, toename factor 198,2) N333/334 Ontstaan PR 10-6 /jaar contour 3000 (nu 228, toename factor 13,1) 13000 (nu 743, toename factor 17,4) Ontstaan PR knelpunt 3600 (nu 228, toename factor 15,7) 44000 (nu 743, toename factor 59,2) Uit Tabel 2 blijkt dat er minimaal sprake dient te zijn van een toename van het aantal transportbewegingen met een factor 13,1 om te resulteren in een PR10-6 /jaar contour en een toename met een factor van 15,7 voor het ontstaan van een PR knelpunt. Omdat deze toename veel groter is dan de maximaal veronderstelde economische groei van het vervoer van gevaarlijke stoffen 1 kan worden geconcludeerd dat het ontstaan van een PR knelpunt langs beide beoogde routes voor het vervoer van gevaarlijke stoffen kan worden uitgesloten. Naast een economische groei van het vervoer van gevaarlijke stoffen is een toename over de beoogde routes ook mogelijk vanwege een voorkeursroute van transporteurs. Daarbij geldt dan echter dat het vervoer over de beoogde routes nooit hoger kan worden dan het vervoer over de A32 respectievelijk de A6. Voor stofcategorie GF3 geldt dat in het Basisnet weg voor de A32 en voor een gedeelte van de A6 een maximale gebruiksruimte die is gedefinieerd van 3000 transporten/jaar, wat beneden de kritische transportintensiteit voor N375/334 (3700 transporten/jaar) respectievelijk de N333/334 (3600 transporten/jaar) blijft. Voor stofcategorie LF2 geldt verder dat het totale aantal transporten voor brandbare vloeistoffen (categorie LF2+LF1 samen) over de A6 (zie bijlage 8) of over de A32 (zie tabel B5-1, bijlage 5) geringer is dan het kritische aantal transporten voor de N375/334 (45000 transporten/jaar) respectievelijk N333/334 (44000 transporten/jaar) zoals weergegeven in Tabel 2. Met andere woorden: een toename van het aantal transporten vanwege een voorkeursroute van transporteurs zal niet leiden tot een PR knelpunt langs beide beoogde routes voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. 1 In het programma van eisen voor een transportrisicoanalyse wordt voor categorie LF2 uitgegaan van een maximale toename van 1% op jaarbasis als gevolg van een groei van de vraag naar gevaarlijke stoffen (economische groei). Tot aan 2020 zou dan sprake zijn van een toename van maximaal 15% (= 1,01 14 ), ofwel een factor 1,15. Voor categorie GF3 daarentegen wordt geen economische groei voorzien.

Pagina: 14 van 41 5.2 Groepsrisico In Tabel 3 is een overzicht opgenomen van de resultaten met betrekking tot het groepsrisico (GR). Daarbij is gekeken naar de bevolkingsdichtheid waarbij voor de huidige transportintensiteit de oriënterende waarde van het GR wordt bereikt (f/ow > 1), ook wel aangeduid als de kritische bevolkingsdichtheid. Voor wat betreft de bevolkingsdichtheid wordt daarbij onderscheid gemaakt in bevolking aan één zijde van de transportroute en bevolking aan beide zijden van de weg. Uitgangspunt daarbij is dat er sprake is van homogene bevolkingsdichtheid, waarbij de eerste bebouwing zich op een afstand van 15 meter vanaf de weg bevindt. Naast de huidige transportintensiteiten is eveneens gekeken naar de situatie waarbij sprake is van economische groei van het transport van gevaarlijke stoffen tot het jaar 2020 (zie ook 5.1). Voor het transport van GF3 is geen economische groei voorzien maar is uitgegaan van de situatie waarbij het maximale toegestane aantal transporten GF3 (maximale gebruiksruimte: 3000 transporten) voor de A32/A6 in zijn geheel over de beoogde route rijdt om rekening te houden met een toename van het transport als gevolg van een voorkeursroute van transporteurs. Deze laatstgenoemde situatie is niet beschouwd voor de N375/334 omdat dit een doodlopende route betreft (weg eindigt in Zwartsluis) waardoor het niet waarschijnlijk is dat er ander vervoer van LPG plaatsvindt dan voor bestemmingsverkeer (plaatselijke LPG tankstation en buitengebied). Tabel 3 Samenvatting resultaten GR berekeningen (bijlage 5) Weg Betreft Kritische bevolkingsdichtheid (p/ha) Tweezijdige bebouwing Eenzijdige bebouwing N375/334 Huidige transportintensiteiten 161 322 Worst case GF3 Niet beschouwd (*) Niet beschouwd (*) (3000 transporten/jaar) N333/334 Huidige transportintensiteiten 130 260 Worst case GF3 (3000 transporten/jaar) 38 76 (*) Deze situatie is niet beschouwd vanwege het feit dat de betreffende weg doodloopt in Zwartsluis waardoor de verwachting is dat het vervoer van GF3 zich beperkt tot de afnemers (LPG tankstation en gebruikers buitengebied). Op basis van de huidige transportintensiteiten bedraagt de kritische bevolkingsdichtheid minimaal 130 personen /hectare (tweezijdige bebouwing) respectievelijk 260 personen/ha bij eenzijdige bebouwing. Langs de betreffende route is voornamelijk sprake van eenzijdige bebouwing. Het gaat daarbij om industriële en agrarische bebouwing waarvoor een typische dichtheid maximaal 40 personen/ha bedraagt. Dit betekent dat op basis van de huidige transportintensiteiten er geen sprake is van een overschrijding van de oriënterende waarde van het GR langs de beoogde route. Tevens is voor de N333/334 de situatie beschouwd waarbij het aantal transporten GF3 toeneemt tot 3000 per jaar als gevolg van een voorkeursroute van transporteurs. Voor deze situatie neemt de kritische bevolkingsdichtheid af tot 38 (tweezijdige bebouwing) respectievelijk 76 (eenzijdige bebouwing). De aanwezige bebouwing is aan één zijde van de route geconcentreerd en wordt op basis van de functionaliteit (agrarische / industriële bebouwing) gezien als een gebied met een gemiddelde dichtheid (maximaal 40 personen/ha). Dit betekent dat zelfs voor de worst case situatie kan worden uitgesloten dat de oriënterende waarde van het GR wordt bereikt.

Pagina: 15 van 41 5.3 Conclusie Op basis van de oriënterende transport risicoberekeningen is geconcludeerd dat als gevolg van de uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen en de daarbij te verwachten vervoersintensiteiten er geen sprake zal zijn van een PR knelpunt danwel een overschrijding van de oriënterende waarde van het groepsrisico. Dit betekent dat de externe veiligheid geen belemmering vormt voor de eventuele uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen.

Pagina: 16 van 41 6 Invloed van uitbreiding routering gevaarlijke stoffen op overige aspecten Naast de invloed op de externe veiligheid (zie hoofdstuk 5) heeft de uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen ook consequenties met betrekking tot: 1 de afgifte van ontheffingen; 2 bebording langs route; 3 Kwetsbare gebieden; 4 Routering van aangrenzende gemeentes; 5 Toezicht en handhaving; 6 Hulpverleners; 7 Overige weggebruikers. Op elk van deze aspecten wordt hieronder nader ingegaan. 6.1 Ontheffingen Zoals is aangegeven in hoofdstuk 3 wordt op dit moment binnen de gemeente gewerkt met ontheffingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. In bijlage 6 is een overzicht gegeven van de ontheffingen die gerelateerd zijn aan de N375/334 en de N333/334. In Tabel 4 is een samenvatting gegeven van de consequenties van uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen op de administratieve lasten en de inkomsten uit leges. Tabel 4 Samenvatting consequenties uitbreiding routering gevaarlijke stoffen Weg Aantal ontheffingen Direct aan route gelegen Administratieve lasten Inkomen uit leges () N375/334 2 0-0 N333/334 26 4-15% (= 4/26) -200 Overall 28 4-14,3% (= 4/28) -200 Uit Tabel 4 blijkt dat het eventueel vaststellen van routering voor de N375/334 geen invloed heeft op de administratieve lasten en de inkomsten uit leges. Voor de N333/334 is er wel sprake van een effect, maar is de impact daarvan beperkt. Tegenover een lastenverlichting van 15% staat een inkomstenderving van 200 euro. 6.2 Bebording langs route De uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen dient eveneens te worden voorzien van bebording. Het gaat hierbij om zogenaamde K-14 borden waarvoor een bebordingsplan dient te worden opgesteld conform de notitie bebording routering zoals die door de Provincie Overijssel is opgesteld. Op basis van de raamovereenkomst met DVS (zie bijlage 7) is voor het opstellen van een bebordingsplan een bedrag gemoeid van ongeveer 350 euro (exclusief btw) per verkeersbord.. Daarnaast dient rekening te worden gehouden met de aanschaf en plaatsing van borden. Volgens een ruwe inschatting van een aannemer dient daarbij te worden uitgegaan van een bedrag van ongeveer 300 euro (exclusief btw) per bord.

Pagina: 17 van 41 Voor de N375/334 gaat het naar schatting om zes borden en voor de N333/N334 om ongeveer 38 borden. In Tabel 5 is op basis van dit geschatte aantal borden een overzicht gemaakt van kosten per weg. Tabel 5 Overzicht kosten bebording per provinciale weg Weg Geschat aantal Betreft Geschatte kosten () borden N375/334 6 Bebordingsplan 2.100 Aanschaf + plaatsing borden 1.800 Overall 3.900 N333/334 38 Bebordingsplan 13.300 Aanschaf + plaatsing borden 11.400 Overall 24.700 Zoals uit Tabel 5 blijkt heeft het vaststellen van routering van de N375/334 een geschatte kostenpost van 3.900,-- tot gevolg. Voor de N333/334 bedraagt de geschatte kostenpost 24.700,--. 6.3 Ontlasten van kwetsbare gebieden Bij de aanwijzing door de Provincie van wegen die geschikt zijn voor het vervoer van gevaarlijke stoffen spelen diverse afwegingen een rol. Aandachtspunten daarbij zijn de veiligheid van de omgeving, veiligheid van de weggebruikers, veiligheid en mogelijkheden voor de hulpverleners, en het voorkomen van mogelijke concentraties bij kwetsbare gebieden (vanuit het oogpunt van bijvoorbeeld milieu en bebouwing). Vanwege het feit dat de N375/334 en de N333/334 door de Provincie zijn aangemerkt als geschikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen kan worden opgemaakt dat al rekening is gehouden met de belasting van kwetsbare gebieden uit oogpunt van milieu. Hierbij dient te worden gerealiseerd dat een verdere kwantificering van dit item, zoals bijvoorbeeld voor Externe Veiligheid wordt gedaan, niet mogelijk is door het ontbreken van richtlijnen. Voor wat betreft het effect van de routering op de veiligheid voor de omgeving geldt dat als onderdeel van het voorstel al een berekening is uitgevoerd om het effect op het plaatsgebonden risico en het groepsrisico in kaart te brengen (zie hoofdstuk 5: Externe veiligheid). 6.4 Routering aangrenzende gemeentes Zoals aangegeven in hoofdstuk 3 wordt door de gemeente Steenwijkerland géén ontheffing verleend voor het transport van gevaarlijke stoffen indien de eindbestemming buiten de gemeentegrens gelegen is. Dit standpunt heeft gevolgen voor de routering van gevaarlijke stoffen in omliggende gemeentes, bijvoorbeeld voor de bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis (aanvoer via N375/334). De voorgenomen uitbreiding van de routering binnen Steenwijkerland zorgt voor een betere aansluiting op de al vastgestelde routering binnen de aangrenzende gemeentes. Ook geldt dat als gevolg van de uitbreiding doorgaand transport van gevaarlijke stoffen in de richting van de Noordoostpolder niet langer hoeft om te rijden via Heerenveen en Joure, maar gebruik kan maken van de N333/N334.

Pagina: 18 van 41 Deze uitbreiding van de routering heeft tot gevolg dat er sprake zal zijn van een toename van het aantal transporten van gevaarlijke stoffen over de N333/N334. Hier is in het kader van het in kaart brengen van de consequenties voor de externe veiligheid al rekening mee gehouden (zie hoofdstuk 5). Voor de N375/334 is een toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen minder voor de hand liggend omdat de route eindigt in Zwartsluis en daarom alleen interessant is voor bestemmingsverkeer. Verder wordt opgemerkt dat door de uitbreiding van de routering binnen Steenwijkerland tegemoet wordt gekomen aan de uitspraak van de Provincie Overijssel om te zorgen voor een aaneengesloten routering gevaarlijke stoffen van Oost naar West en van Noord naar Zuid. 6.5 Toezicht en handhaving Door de gemeente is aangegeven dat handhaving van de ontheffing vooralsnog niet wordt uitgevoerd omdat de uitvoering hiervan praktisch gezien niet mogelijk is op dit moment. De gemeente is namelijk niet bevoegd om vrachtauto s aan te houden. In het kader van integraal toezicht wordt onderzocht of gezamenlijke acties met handhavingpartners mogelijk zijn. Omdat in de huidige situatie geen toezicht/handhaving plaatsvindt, heeft een eventuele uitbreiding van de routering om die reden geen reductie van inspanning/kosten tot gevolg. 6.6 Hulpverleners Voor hulpverleners geldt dat zij voorbereid dienen te zijn op een incident tijdens het vervoer van gevaarlijke stoffen. Omdat op dit moment al sprake is van vervoer van gevaarlijke stoffen over de A32 en de wegen aangewezen in de ontheffingen, dient de hulpverlening op dit moment al te beschikken over aanvalsplannen. Daarbij geldt dat de aanvalsplannen generiek zijn opgesteld omdat er geen sprake is van één vaste ongevallocatie, zoals dit wel het geval is voor een inrichting waar opslag en/of handeling met gevaarlijke stoffen plaatsvindt. De uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen heeft daarom geen extra belasting voor de hulpverleners tot gevolg met betrekking tot de voorbereiding op een mogelijk incident. 6.7 Overige weggebruikers De provinciale wegen N375/334 en N333/334 worden ook gebruikt door langzaam rijdend verkeer, zoals tractoren. Deze categorie verkeersdeelnemers zorgt voor een toename van het aantal inhaalbewegingen onder de overige verkeersdeelnemers op de bovengenoemde wegen en mogelijk een toename van de kans op ongevallen. Dit betekent dat in een dergelijke situatie ook de kans toeneemt op een ongeval waarbij een tankauto met gevaarlijke stoffen betrokken is. Indien door de routering van gevaarlijke stoffen het aantal transportbewegingen met gevaarlijke stoffen toeneemt (zie 6.4), dan zou dit zelfs een verdere toename van het risico tot gevolg kunnen hebben.

Pagina: 19 van 41 7 Conclusie met betrekking tot uitbreiding routering gevaarlijke stoffen Sinds 1 januari 2007 is binnen de gemeente Steenwijkerland de routering van gevaarlijke stoffen van kracht. Binnen de gemeentegrenzen is vanaf die datum de rijksweg A32 door de raad aangewezen als routeplichtige route voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Door het vaststellen van routering is het vervoer van gevaarlijke stoffen over de overige wegen binnen de gemeente uitsluitend mogelijk via een ontheffingsstelsel. Daarbij wordt alleen een ontheffing verleend voor het vervoer met een bestemming binnen de gemeente. Voor doorgaand verkeer wordt geen ontheffing verleend. Dit betekent bijvoorbeeld dat vervoer van gevaarlijke stoffen in de richting van de Noordoostpolder dient om te rijden via Heerenveen en Joure. In het uitvoeringsprogramma behorende bij het EV beleid van de gemeente Steenwijkerland is als actiepunt opgenomen om onderzoek te doen naar de eventuele uitbreiding van de routering van gevaarlijke stoffen binnen de gemeente. De gemeente heeft daarbij aan Tebodin Netherlands B.V. opdracht verleend tot het uitvoeren van een onderzoek naar de eventuele uitbreiding van de bestaande routering. Op basis van contacten met transporteurs en buurgemeenten en eigen ervaringen met het ontheffingenstelsel richt dit onderzoek zich in eerste instantie op de N375/334, welke zorgt voor de verbindingen van de routering van de buurgemeenten Meppel en Zwartewaterland en relevant is in verband met de bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis. In tweede instantie richt het onderzoek zich op de N333/334, welke de verbinding vormt tussen de A32 (afrit 7) en de Noordoostpolder. De eventuele uitbreiding van de routering heeft gevolgen voor de externe veiligheid en een aantal andere aspecten, waaronder het ontheffingenstelsel en bebording langs de route. In het kader van de uitwerking van het voornemen is voor elk van deze aspecten gekeken naar de invloed, zie hoofdstuk 5 en 6. In Tabel 6 zijn de resultaten van dit onderzoek samengevat. Tabel 6 Samenvatting consequenties uitbreiding routering gevaarlijke stoffen Steenwijkerland Onderwerp Consequenties uitbreiding routering N375/334 N333/334 1. Externe Veiligheid Het ontstaan van een PR knelpunt of overschrijding van de oriënterende waarde van het GR is onwaarschijnlijk. 2. Overige aspecten: 2.1 Ontheffingen Administratieve lasten: Onveranderd (de 2 adressen waarvoor nu een ontheffing wordt verleend, liggen Administratieve lasten: Voor 4 van de 26 adressen hoeft geen ontheffing meer te worden verleend (reductie: 15%). niet aan de route). Inkomsten uit leges: Onveranderd, zie onder administratieve lasten. Inkomsten uit leges: Geen inkomsten voor 4 adressen (reductie: 200 euro).

Pagina: 20 van 41 Onderwerp Consequenties uitbreiding routering N375/334 N333/334 2.2 Bebording langs de route Kosten bebordingsplan: Geschat 2100,--, excl btw (6 borden). Kosten bebordingsplan: Geschat 13.300,--, excl btw (38 borden). Kosten aanschaf/plaatsing: geschat 1800,-- excl btw (6 borden). Kosten aanschaf/plaatsing: geschat 11.400,-- excl btw (38 borden). 2.3 Ontlasten kwetsbare Ten aanzien van natuurgebieden: Geen consequenties (afweging is gebieden al gemaakt bij vrijgeven van de wegen door Provincie als geschikt voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.) Ten aanzien van overige aspecten: Dit betreft voornamelijk gebieden met een hoge bevolkingsdichtheid, die beschouwd zijn onder Externe Veiligheid. 2.4 Routering aangrenzende Betere afstemming met routering Zie N375/334 gemeentes van de omliggende gemeentes waardoor wordt voldaan aan de wens van de Provincie om een goede verbinding Oost West en Noord Zuid te realiseren. De aanwijzing maakt daarnaast N.v.t. bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis mogelijk. De route eindigt in Zwartsluis en is daardoor waarschijnlijk alleen interessant voor bestemmingsverkeer (LPG tankstation Zwartsluis, gebruikers in het buitengebied). Er wordt daarom geen verdere toename van het aantal transporten verwacht. Mogelijk verdere toename van het aantal transporten in verband met voorkeursroute van transporteurs richting Noordoostpolder vice versa (de consequenties van deze groei zijn beschouwd onder het item Externe Veiligheid ). 2.5 Toezicht /handhaving Geen consequenties 2.6 Hulpverleners Geen consequenties 2.7 Overige weggebruikers Mogelijk toename van het risico als gevolg van inhaalmanoeuvres door de aanwezigheid van landbouwverkeer. Uit bovenstaande overzicht blijkt dat de uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen met de N375/334 zorgt voor een betere aansluiting op de routering van de buurgemeenten én bevoorrading van het LPG tankstation in Zwartsluis mogelijk maakt. De nadelen voor aanwijzing van deze route zijn beperkt van aard (er is geen sprake van een doorgaande route waardoor het vervoer van gevaarlijke stoffen beperkt blijft), evenals de kosten voor realisatie van bebording.

Pagina: 21 van 41 Voor wat betreft de uitbreiding van de routering met de N333/334 geldt er behoudens de betere aansluiting op de routering van de buurgemeenten geen voordelen zijn. Nadelen voor deze uitbreiding zijn een verdere toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen (het gaat om een doorgaande route) en relatief hoge kosten voor de realisatie van bebording.

Pagina: 22 van 41 Begrippenlijst / afkortingen Begrip / afkorting Basisnet CROW DVS Betekenis Afspraken tussen het Rijk, decentrale overheden en het bedrijfsleven over het vervoer van gevaarlijke stoffen, rekening houden met enerzijds de groei van het transport en anderzijds de ruimtelijke ontwikkeling langs transportassen. Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek. Dit betreft het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte. Dienst Verkeer en Scheepsvaart, voorheen adviesraad verkeer en vervoer van het Ministerie Verkeer en Waterstaat GF3 Aanduiding voor de stofcategorie brandbare gassen waarvan LPG / GR Groepsrisico Kwetsbare gebieden LF2 LF1 LPG LT1 LT2 OW PR Plaatsgebonden risico propaan als representatieve stof wordt gezien. Groepsrisico. Is de kans per jaar dat een groep van (meer dan) N personen wordt gedood door een ongeval binnen de inrichting. Het GR brengt de actuele bevolkingsdichtheid rond de activiteit in rekening. Onder kwetsbare gebieden wordt verstaan een gebied dat gevoelig is voor het transport van gevaarlijke stoffen. Het kan daarbij gaan om een dichtbevolkt gebied waardoor veel mensen worden blootgesteld aan de gevolgen van een ongewenste gebeurtenis met een tankauto. Een andere mogelijkheid is dat er geen sprake is van een risico voor omwonenden maar voor de natuur, in de vorm van bodemverontreiniging of verontreiniging van het oppervlaktewater. Aanduiding voor de stofcategorie zeer brandbare vloeistof waarvoor benzine als representatief wordt gezien. Aanduiding voor de stofcategorie brandbare vloeistof waarvoor dieselolie als representatief wordt gezien. Liquefied Pressurised Gas. Betreft in de praktijk een mengsel van propaan en butaan. Aanduiding voor de stofcategorie toxische vloeistof waarvoor tolueen diïsocyanaat (TDI) als representatief wordt gezien Aanduiding voor de stofcategorie toxische vloeistof waarvoor salpeterzuur als representatief wordt gezien. Oriënterende waarde voor het groepsrisico. Dat wil zeggen dat voor tenminste 10 slachtoffers de maximaal toegestane frequentie 10-5 per jaar bedraagt. Voor een n maal groter aantal slachtoffers is de bijbehorende frequentie een factor n 2 lager (met andere woorden: voor een aantal van 100 slachtoffers bedraagt de maximaal toegestane frequentie 10-7 per jaar). Plaatsgebonden risico is de kans per jaar dat een willekeurig persoon die zich, onbeschermd, continu op een locatie buiten een inrichting met

Pagina: 23 van 41 Begrip / afkorting Betekenis gevaarlijke stoffen bevindt, dodelijk getroffen wordt door een ongewoon voorval binnen deze inrichting. Het PR houdt geen rekening met de vraag of er daadwerkelijk personen in de omgeving aanwezig zijn. RBMII Risico BeoordelingsMethodiek voor het transport van gevaarlijke stoffen over weg, spoor en binnenwateren. RVV Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens UN United Nations VLG Regeling Vervoer over Land van Gevaarlijke stoffen Wvgs Wet vervoer gevaarlijke stoffen(1 augustus 2006)

Pagina: 24 van 41 Bijlage 1 Overzicht van routeplichtige stoffen In de Regeling Vervoer over Land van Gevaarlijke stoffen (VLG) staat een lijst met meest gevaarlijke stoffen. Voor stoffen die op de lijst staan, moeten de vervoerders van de stoffen zich houden aan de routering. Voor stoffen die niet op de lijst staan geldt de hoofdregel: vermijd de bebouwde kom. Niet alle gevaarlijke stoffen zijn dus routeplichtig. Hieronder is de complete lijst van routeplichtige stoffen opgenomen en zijn tevens een aantal voorbeelden van stoffen gegeven. Tabel B1-1: Overzicht van routeplichtige stoffen Klasse Vervoer in tanks Losgestort vervoer 1 (ontplofbare stoffen) Alle stoffen Alle stoffen 2 (gassen) 4.1 (brandbare vaste stoffen) 4.2 (voor zelfontbranding vatbare stoffen) 4.3 (stoffen die in contact met water brandbare gassen ontwikkelen 5.2 (organische peroxides) 6.1 (giftige stoffen) 8 (bijtende stoffen) Alle brandbare en/of giftige gassen waarvoor een etiket volgens modelnr. 2.1 en/of 2.3 is voorgeschreven Stoffen van verpakkingsgroep I Alle stoffen Stoffen van verpakkingsgroep I die specifiek als giftig bij inademing zijn aangemerkt ingevolge de juiste vervoersnaam als bedoeld in randnummer 3.2.1 van bijlage 1 of middels bijzondere bepaling 354 van hoofdstuk 3.3 van bijlage 1 De stoffen met de volgende UNnummers: 1829, 2240, 2502 en 2817 Alle stoffen Vervoer in colli in hoeveelheden groter dan genoemd in artikel 1.1.3.6 van VLG Vuurwerk met de UN-nummers 0336 en 0337 met een totale netto explosieve massa van meer dan 20 kilogram alsmede alle stoffen en voorwerpen boven de hoeveelheden als bedoeld in artikel 1.1.3.6 met uitzondering van de stoffen en voorwerpen genoemd onder subklasse 1.4 Zelfontledende stoffen met explosieve eigenschappen (type B), stoffen waarvoor een etiket volgens modelnr. 4.1 en 1 is voorgeschreven Organische peroxides met explosieve eigenschappen (type B), stoffen waarvoor een etiket volgens modelnr. 5.2 en 1 is voorgeschreven UN-nummer 2502 Opmerking: eveneens routeplichtig zijn ongereinigde lege tanks, voertuigen of containers van hierboven genoemde stoffen

Pagina: 25 van 41 Voorbeelden van routeplichtige stoffen zijn: Consumentenvuurwerk, vanaf een netto hoeveelheid van 20 kg; Professioneel vuurwerk; Ammoniak; LPG of propaan/butaan, met een tankwagen waarvan de tankinhoud groter is dan 3 m 3.

Pagina: 26 van 41 Bijlage 2 Door Rijk en Provincie aangewezen routes in Steenwijkerland Naast de door het Rijk aangewezen rijksweg A32 zijn door de provincie Overijssel wegen aangewezen die geschikt zijn voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de betreffende wegen binnen de gemeente. Tabel B2-1: Overzicht van wegen binnen de gemeente Steenwijkerland die geschikt zijn voor het vervoer van gevaarlijke stoffen Wegnummer Bevoegd gezag Wegbenaming A32 Rijkswaterstaat Onna - Willemsoord N761 Provincie Tuk Oldemarkt N334 Provincie Tuk Zuidveen N334 Provincie Baarlo Zwartsluis N333 Provincie Zuidveen Blokzijl N375 Provincie Baarlo ri. Meppel N351 Provincie Kuinre ri. Wolvega N331 Provincie Zwartsluis Vollenhove

Pagina: 27 van 41 Bijlage 3 Plattegrondtekening wegen waarvoor ontheffing is verleend In bijgevoegde tekening is een overzicht gegeven van de wegen binnen de gemeente Steenwijkerland waarvoor ontheffing is verleend. Tevens is daarbij aangegeven om welke stoffen het gaat.

Pagina: 28 van 41 Bijlage 4 Plattegrond met bestaande en eventueel uit te breiden routering In bijgevoegde tekening is een overzicht opgenomen waarop de eventueel uit te breiden routering is weergegeven ( in rood). Eveneens is in deze figuur de al aangewezen route A32 opgenomen.

Pagina: 29 van 41 Bijlage 5 Transportrisicoberekeningen In deze bijlage wordt nader ingegaan op de risico s voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de provinciale weg N333/334 en de provinciale weg N375/334. Ad 1. Provinciale weg N333/334 De provinciale weg N333/334 vormt de verbinding tussen de A32 en Blokzijl, via afrit 7, de Steenwijkerweg: via rotonde naar de Ruxveenseweg (N334); via rotonde naar Blokzijlseweg-Steenwijkerweg-Marknesserweg (N333) en vice versa. De N333/334 passeert de woonkernen van Steenwijk en Blokzijl aan de westzijde. De minimale afstand tot de woonkern bedraagt daarbij ongeveer 75 meter (ter hoogte van Blokzijl) respectievelijk 190 meter (ter hoogte van Steenwijk). De afstand tot het industrieterrein in Steenwijk (ter hoogte van de Ruxveense weg bedraagt ongeveer 30 meter. Verspreid gelegen agrarische bebouwing bevindt zich op een afstand van 15 meter van de weg. Transportintensiteiten Hoewel met het afgeven van ontheffingen inzicht is verschaft in de verschillende transportstromen over deze weg, ontbreekt informatie over het aantal transporten per stofcategorie per jaar. Voor wat betreft de transportintensiteiten is daarom gebruik gemaakt van tellingen die in opdracht van de Dienst Verkeer en Scheepvaart (verder aangeduid als DVS) zijn uitgevoerd [1]. Voor de bovengenoemde weg zijn echter geen tellingen opgenomen. Wel zijn tellingen beschikbaar van de wegvakken A32 Wolvega A32 Steenwijk Noord en A32 Steenwijk Noord A32 Steenwijk Zuid, zie tabel B5-1. Op grond van het verschil tussen beide wegvakken zijn transportintensiteiten over de N333/N334 afgeleid. Daarbij is er van uitgegaan dat deze transporten die de A32 verlaten de route via de N333/N334 vervolgen. Eveneens is voor wat betreft het aantal transporten GF3 in het basisnet weg gekeken [2] naar de hierin gedefinieerde maximale gebruiksruimte. De resultaten hiervan zijn in tabel B5-1 samengevat. Tabel B5-1 Overzicht transportintensiteiten A32 Wegvak Stofcategorie LF1 LF2 LT1 GF2 GF3 A32 - Wolvega Steenwijk Noord (afrit 7) 3777 6571 34 66 595 A32 Steenwijk Noord (afrit 7) Steenwijk Zuid (afrit 5) 4166 5828 0 33 823 Verschil 389 743 34 33 228 A32 Maximale gebruiksruimte LPG - - - - 3000 Bepalend voor de omvang van het groepsrisico is het transport van brandbaar gas (categorie GF3).

Pagina: 30 van 41 Overige uitgangspunten Voor de risicoberekening zijn naast de hierboven genoemde transportintensiteiten de volgende uitgangspunten gehanteerd: 1. De weg is gekarakteriseerd als een buiten de bebouwde kom gelegen weg met een breedte van maximaal 10 meter. Dit resulteert in een basisfrequentie van 3,6*10-7 /voertuigkilometer /jaar. 2. Met betrekking tot de woon- en bedrijfsbebouwing is aangenomen dat de eerste bebouwing zich op minimaal 15 meter van de weg bevindt; 3. Qua verdeling van weerscondities en windrichtingen is uitgegaan van weerstation Leeuwarden dat als representatief wordt verondersteld voor de gemeente Steenwijkerland; 4. Het transport vindt voor 70 % plaats gedurende de dagsituatie en 30 % gedurende de nachtsituatie. Oriënterende risicoberekening provinciale weg N333/N334 Om inzicht te krijgen in de hoogte van het plaatsgebonden- en groepsrisico op basis van de aantallen transporten uit tellingen (zie tabel B5-1) zijn oriënterende berekeningen uitgevoerd. Deze oriënterende berekeningen zijn uitgevoerd met de meest recente versie van het rekenprogramma RBMII [3]. Plaatsgebonden risico Op basis van de transportintensiteiten zoals genoemd in tabel B5-1 zijn voor het transport de volgende PR contouren berekend, zie tabel B5-2. Tabel B5-2 Afstand tot PR contouren op basis van afgeleide transportintensiteiten (zie tabel B5-1) Afstand tot PR 10-6 /jaar (m) Afstand tot PR 10-7 /jaar (m) Afstand tot PR 10-8 /jaar (m) - 13 91 Uit de omvang van bovenstaande contouren wordt opgemaakt dat de ligging van de PR 10-8 /jaar contour (91 meter) wordt bepaald door het transport van categorie GF3 stoffen (LPG). De omvang van de PR10-7 /jaar contour wordt voornamelijk bepaald door het transport van brandbare vloeistoffen (LF2). Naast het berekenen van de risicocontouren voor de bovengenoemde transportintensiteiten wordt in het kader van de oriënterende berekening ook nagegaan bij welk aantal transporten er sprake is van het ontstaan van een PR 10-6 /jaar contour én een PR 10-6 /jaar contour met een omvang van 15 meter, overeenkomstig de minimale afstand tussen de weg en de bebouwing. Daarbij is zowel gekeken naar het aantal transporten voor stofcategorie GF3 als voor stofcategorie LF2. De resultaten hiervan zijn in tabel B5-3 en B5-4 weergegeven. Met laatstgenoemde berekening wordt rekening gehouden met een eventuele toename van de transportintensiteit aan gevaarlijke stoffen als gevolg van de uitbreiding van de routering gevaarlijke stoffen.