Verkennend bodemonderzoek omgeving Frankische Driehoek te Goirle Projectnummer: 50290 Opdrachtgever: Gemeente Goirle t.a.v. mevrouw ing. N. de Jong Postbus 17 5050 AA Goirle Datum: 20 juni 2007 Projectleider: de heer ir. E.H.J. van Kampen Rapportage gecontroleerd door: ing. M.A.J. van Seeters EN-175 2000 + 2001 ISO 9001 : 2000 6000
Project: 50290 2 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING 1 INLEIDING 2 VOORONDERZOEK 2.1 Locatiebeschrijving 2.2 Historische informatie 2.2.1 2.2.2 Archief gemeente Goirle...7 Kaartmateriaal...7 2.3 Geo(hydro)logisch onderzoek 2.4 Conclusies 3 OPZET EN METHODE VAN ONDERZOEK 4 RESULTATEN 4 RESULTATEN 4.1 Veldwerk 4.2 Laboratoriumonderzoek 4.3 Bespreking resultaten 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 5.1 Conclusies 5.2 Aanbevelingen 6 Referenties BIJLAGEN A B C D E Ligging onderzoekslocatie Overzichtstekening onderzoekslocatie Toetsingsresultaten Analysecertificaten Boorstaten Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 3 SAMENVATTING In opdracht van de gemeente Goirle is door Ingenieursbureau Mol een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd conform de NEN 5740 1) op een aantal percelen gelegen aan of in de omgeving van de Frankische Driehoek te Goirle. De aanleiding voor het bodemonderzoek is de voorgenomen herinrichting van de percelen en de geplande nieuwbouw op de locatie. Het doel van dit onderzoek is het vaststellen van eventueel in de bodem aanwezige verontreinigingen die een belemmering kunnen vormen bij de voorgenomen herinrichting en nieuwbouw op de locatie. Gezien de doelstelling en de resultaten van het vooronderzoek is, bij het opzetten van de onderzoeksstrategie uitgegaan van een verkennend bodemonderzoek conform de NEN 5740 voor een onverdachte locatie van ca. 16.000 m². Tijdens de veldwerkzaamheden zijn zintuiglijk aanwijzingen gevonden voor mogelijke verontreinigingen van de bodem. Het betreft zeer lokaal bijmengingen met puin. Tijdens de veldwerkzaamheden is in als op de bodem geen asbestverdacht materiaal aangetroffen. Grond In de bovengrond ter plaatse van de locatie met speeltoestellen (oostzijde Hellenweg ter hoogte van de Fonkelsteen) is een licht verhoogd gehalte aan PAK aangetoond. Ten aanzien van de overige onderzochte parameters uit het NEN-pakket voor grond zijn geen overschrijdingen aangetoond. In de bovengrond op de overige onderzochte locaties zijn geen verhoogde gehalten gemeten aan de onderzochte stoffen uit het NEN-pakket. In de mengmonsters van de ondergrond zijn geen verhoogde gehalten gemeten aan de onderzochte stoffen uit het NEN-pakket. Grondwater In het grondwater zijn maximaal licht verhoogde concentraties gemeten aan arseen, nikkel en/of chroom. Alhoewel in de grond en het grondwater licht verhoogde gehalten aan enkele stoffen zijn aangetoond, geven de onderzoeksresultaten geen aanleiding tot het instellen van verder bodemonderzoek. Vanuit milieukundig oogpunt zien wij geen belemmering met betrekking tot de herinrichting van het onderzoeksgebied en de nieuwbouw op de onderzochte locaties. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 4 1 INLEIDING In opdracht van de gemeente Goirle is door Ingenieursbureau Mol een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd conform de NEN 5740 op een aantal percelen gelegen aan of in de omgeving van de Frankische Driehoek te Goirle. Mevrouw N. de Jong is de contactpersoon namens de gemeente Goirle. Namens Ingenieursbureau Mol zijn de werkzaamheden gecoördineerd door de heer M. van Seeters. De aanleiding voor het bodemonderzoek is de voorgenomen herinrichting van de percelen en de geplande nieuwbouw op de locatie. Het doel van dit onderzoek is het vaststellen van eventueel in de bodem aanwezige verontreinigingen die een belemmering kunnen vormen bij de voorgenomen herinrichting en nieuwbouw op de locatie. In dit rapport is de gehanteerde onderzoeksmethode beschreven en worden de resultaten van het veldwerk en laboratoriumonderzoek behandeld. De resultaten zijn getoetst aan de wettelijke kaders. De rapportage wordt afgesloten met de conclusies van het onderzoek. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 5 2 VOORONDERZOEK Het vooronderzoek is uitgevoerd conform de NVN 5725 2). Op basis van de aanleiding, het doel en het type bodemonderzoek is gekozen voor het uitvoeren van het vooronderzoek op basisniveau (raadplegen archieven, kaartmateriaal en uitvoeren locatiebezoek). Op 3 mei 2007 heeft een terreininspectie plaatsgevonden en is archiefonderzoek uitgevoerd bij de gemeente Goirle. Door mevrouw De Jong van de afdeling milieu is aangegeven dat er geen relevante informatie beschikbaar is van de onderzoekslocaties. Door de gemeente Goirle is in november 2006 een historisch onderzoek uitgevoerd voor het te onderzoeken gebied Frankische Driehoek. 2.1 Locatiebeschrijving De onderzoekspercelen zijn gelegen aan en in de omgeving van de Frankische Driehoek en de Dieze te Goirle, in de wijk De Hellen. Door de opdrachtgever is een duidelijke overzichtstekening aangeleverd waarop de te onderzoeken percelen zijn aangegeven. Deze tekening is als bijlage A toegevoegd. Ten behoeve van het uit te voeren bodemonderzoek dienen alleen de locaties die als uitgeefbaar wonen en school zijn aangeduid te worden onderzocht. Voor wat betreft de school (i.c. Den Bongerd en Open Hof) heeft het onderzoek betrekking op de helft van het onderzoeksperceel. In onderstaand overzicht zijn de oppervlakten en ligging van de locaties uitgeefbaar wonen en de school weergegeven, als ook het huidige gebruik van de locaties: Functie Ligging Deellocatie Huidig gebruik Oppervlakte (m 2 ) Uitgeefbaar wonen O-zijde Baronielaan A Fonkelsteen Peuterspeelzaal 5.348 Uitgeefbaar wonen O-zijde fietspad A Groen 1.387 Uitgeefbaar wonen Z-zijde parkeerterrein B Groen 1.511 appartementencomplex Uitgeefbaar wonen Z-zijde en W-zijde B Vml. supermarkt, groen, 1.687 sporthal Parkeerplaats School W-zijde St. Jacobsbaan B Basisscholen 12.136 Het onderzoeksgebied is onder te verdelen in twee deelgebieden, te weten het onderzoeksgebied nabij De Dieze (deellocatie A) en de onderzoekslocaties in de directe omgeving van de Frankische Driehoek (Deellocatie B) Deellocatie A: Deellocatie A is heeft een oppervlakte van 6.735 m². Binnen dit deelgebied bevindt zich een school (Fonkelsteen, vml. Hellenschool) een peuterspeelzaal en een terrein met speeltoestellen.. De locatie wordt globaal begrensd door de Baronielaan, De Dieze, Weegbree en Wit Hollandven. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 6 De ligging van de locatie is weergegeven in bijlage B. Op onderstaande foto is een overzicht van de onderzoekslocatie weergegeven. x x De coördinaten van het zwaartepunt van deellocatie A zijn: - x-coördinaat: 131,444; - y-coördinaat: 393,136. Deellocatie B: Deellocatie B heeft een oppervlakte van 15.334 m². Aangezien een groot gedeelte is bebouwd (schoolgebouw) wordt uitgegaan van een oppervlakte 9.266 m². Op de locatie zijn twee scholen (Open Hof en Den Bongerd) en een voormalige supermarkt gelegen. Daarnaast is een groot gedeelte als openbaar groen te beschouwen. De locatie wordt globaal begrensd door de Frankische Driehoek, Sint Jacobsbaan, Beukengaard en Peppelgaard. De ligging van de locatie is weergegeven in bijlage B. Op onderstaande foto is een overzicht van de onderzoekslocatie weergegeven. x x De coördinaten van het zwaartepunt van deellocatie B zijn: - x-coördinaat: 131,704; - y-coördinaat: 393,036. De onderzoekslocatie is gelegen in een woonwijk. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 7 Op basis van het terreinbezoek en informatie van de opdrachtgever zijn er voor zover bekend op de locatie geen brandstoftanks aanwezig (geweest) of bodembedreigende activiteiten uitgevoerd. 2.2 Historische informatie 2.2.1 Archief gemeente Goirle Op 3 mei zijn de archieven van de gemeente Goirle geraadpleegd. Door mevrouw De Jong van de gemeente is een samenvatting gemaakt met de historische informatie voor het onderzoeksgebied. Uit deze samenvatting blijkt het volgende: Bodemsamenstelling en geohydrologische situatie In de gemeente Goirle overheersen de zandige bodemtypes. Verspreid over de gemeente overheerst het bodemtype zwaklemig fijn zand. Ook zijn zandige bodemtypes als grof zand en stuifzand aanwezig. Daarnaast zijn rond Riel en Goirle enkeerdgronden aanwezig. Deze zijn ontstaan vanaf de Middeleeuwen doordat de dekzandgronden jarenlang bemest zijn met een dikke akkerlaag. Uit de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Goirle blijkt dat naar alle waarschijnlijkheid (de kaart is niet ingevuld voor de bebouwde kom) het bodemtype sterk lemig fijn zand op (klei)leem of zwak lemig fijn zand op beide locaties terug te vinden is. Frankische Driehoek De locatie is gelegen in de wijk De Hellen. Gedurende de eerste helft van de vorige eeuw waren in deze regio agrarische bedrijven gevestigd. Aan het einde van de jaren 60 van de vorige eeuw kreeg de gemeente Goirle een groeifunctie. Dat houdt in dat er meer woningen gebouwd mogen worden dan voor de natuurlijke aanwas van de bevolking noodzakelijk was. Tussen de jaren 60 en 80 van de vorige eeuw kreeg deze groei gestalte in de vorm van een aantal nieuwbouwwijken. Een van deze wijken, was de wijk De Hellen welke tussen 1975-1985 gebouwd is. Momenteel is op deze locatie een niet meer in gebruik zijnde supermarkt gevestigd en de plannen zijn om uiteindelijk een brede school te bouwen. Uit de historische gegevens van de provincie blijkt dat in het verleden geen stortplaats op deze locatie aanwezig is geweest. Zover uit de gemeentelijke archieven blijkt, zijn er geen bodemgegevens die erop kunnen wijzen dat de bodem ter plaatse verontreinigd is of dat er ondergrondse brandstoftanks aanwezig zijn (geweest). Zoals uit het historisch gebruik van deze locatie blijkt i, is echter de verachting dat het een onverdachte locatie met betrekking to de aanwezigheid van bodemverontreinigingen betreft. 2.2.2 Kaartmateriaal De Grote Historische Atlas Noord Brabant 3) (1:25.000) is geraadpleegd Uit het geraadpleegde kaartmateriaal blijkt dat in 1908 op de locatie bebouwing aanwezig was en het terrein een agrarische bestemming had. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 8 2.3 Geo(hydro)logisch onderzoek De deklaag (Nuenen groep) heeft een dikte van circa 2 meter en bestaat afwisselend uit fijn zand met afwisselend zandige klei. Het freatisch grondwater bevindt zich op een diepte van ongeveer 13 +NAP. Het maaiveld bevindt zich op een hoogte van globaal 1 m. + N.A.P. Het eerste watervoerende pakket (formatie van Sterksel) heeft een dikte van ongeveer 18 meter en bestaat uit matig fijn tot grof zand. Het freatische grondwater en het grondwater in het eerste watervoerende pakket stromen ter plaatse in noord-oostelijke richting. Onder het eerste watervoerende pakket bevindt zich een scheidende laag met een dikte van ongeveer 50 meter (formatie van Kedichem en Tegelen) en bestaat uit klei en zand. De locatie bevindt zich niet binnen een beschermingszone van een waterwingebied. 2.4 Conclusies Uit het vooronderzoek blijkt dat beschouwd. de onderzoekslocatie als onverdacht kan worden Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 9 3 OPZET EN METHODE VAN ONDERZOEK Op het terrein wordt een onderzoek uitgevoerd waarbij wordt uitgegaan van een verkennend bodemonderzoek conform de NEN 5740 voor een onverdachte locatie. In aanvulling op de NEN 5740 zijn er extra boringen en grondanalyses verricht. In overleg met de gemeente Goirle is als uitgangspunt gehanteerd dat van iedere individuele locatie tenminste één bovengrondmonster wordt geanalyseerd. Het aantal analyses van de ondergrond en het grondwater is overeenkomstig de oppervlakte zoals gesteld in de NEN 5740. De te plaatsen boringen en peilbuizen en de uit te voeren chemische analyses zijn in onderstaande tabellen weergegeven. Tabel 1. Onderzoeksstrategie Oppervlakte onverdachte locatie Veldwerkzaamheden boringen en peilbuizen Chemische analyses Tot 0,5 (m-mv) En tot 2,0 (m-mv) NEN-G 0-0,5 m-mv NEN-G 0,5-2,0 m-mv En peilbuis NEN- GW deellocatie A: 6.735 m² 10 3 1 2 1 1 deellocatie B: 9.266 m² 23 6 2 4 3 2 Van het opgeboorde materiaal worden per grondsoort monsters genomen tot een maximaal traject van 50 cm per monster. De vrijkomende grond wordt zintuiglijk beoordeeld op geur, kleur en het voorkomen van bijzonderheden. Het grondwater wordt minimaal zeven dagen na het plaatsen van de peilbuizen bemonsterd en geanalyseerd. Van de verkregen monsters van de boven- en ondergrond worden in het laboratorium mengmonsters samengesteld of wordt een individueel monster geselecteerd. De grond(meng)monsters en grondwatermonsters worden, indien geen afwijkingen optreden, vervolgens geanalyseerd op de parameters zoals omschreven in de opzet. De chemische analyses van de grond en het grondwater worden uitgevoerd door Alcontrol Laboratories B.V. te Hoogvliet. Dit laboratorium is geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie en staat geregistreerd onder nummer 028. Bij de chemische analyses wordt gebruik gemaakt van de voorbehandelings-, opwerkings- en analysemethoden zoals beschreven in diverse, geldende NEN-normen. De analysepakketten zijn als volgt samengesteld: - NEN-G pakket (grond): droge-, lutum- en organische stofgehalte, arseen, cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel en zink, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK), extraheerbare organo-halogeenverbindingen (EOX) en minerale olie. - NEN-GW pakket (grondwater): arseen, cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel en zink, vluchtige aromatische en vluchtige gehalogeneerde koolwaterstoffen inclusief naftaleen, chloorbenzenen en minerale olie. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 10 Per bodemlaag wordt van tenminste één grondmengmonster het humus- en lutumgehalte bepaald voor een toetsing aan de bodemspecifieke streef- en interventiewaarden voor de onderzochte parameters. Bij de beoordeling en interpretatie van de resultaten is gebruik gemaakt van de streef- en interventiewaarden. Deze waarden, die deel uitmaken van de door het Ministerie van VROM uitgegeven circulaire "Streef- en Interventiewaarden bodemsanering" 4, zijn richtwaarden voor de beoordeling van de concentratieniveaus van diverse verontreinigingen in de bodem. Een beschrijving hiervan staat beschreven in bijlage C. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 11 4 RESULTATEN 4.1 Veldwerk Het plaatsen van de boringen en de peilbuizen is uitgevoerd op 16 mei 2007. Het grondwater is op 25 mei 2007 bemonsterd. Alle veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd conform de BRL SIKB 2000, met uitzondering van de bemonstering van het grondwater. Het was niet mogelijk het grondwater in het veld te filtreren aangezien het bemonsterde grondwater zeer troebel was. Het grondwater is zodoende in blanco flessen bemonsterd en gefiltreerd in het laboratorium. De plaats van de boringen en peilbuizen staat weergegeven op bijlage B. Van het geplande aantal boringen is niet afgeweken. De bodemopbouw ter plaatse van de onderzoekslocatie bestaat vanaf het maaiveld tot 1,0 m-mv uit zwak siltig humeus zand. Vanaf 1,0 m-mv tot de maximale boordiepte van 4 m-mv bestaat de bodem uit zwak siltig zand. Tijdens de boorwerkzaamheden is het freatisch grondwater waargenomen op een diepte van 2,0-2,2 m-mv. Tijdens de veldwerkzaamheden zijn zintuiglijk aanwijzingen gevonden voor mogelijke verontreinigingen van de bodem. Het betreft plaatselijk bijmengingen met weinig puin in de bovengrond van de boringen 2, 5, 25, 26, 32, 37, 40 en 41. Tijdens de veldwerkzaamheden is zowel in als op de bodem geen asbestverdacht materiaal aangetroffen. In bijlage E zijn deze bijzonderheden en boorbeschrijvingen weergegeven. In tabel 2 staan de resultaten van de veldmetingen weergegeven zoals deze zijn gemeten bij het bemonsteren van het grondwater. Het betreft de filterstelling, grondwaterstand (GWS) ten opzichte van het maaiveld, de temperatuur (T) de elektrische geleidbaarheid (EC) en de zuurgraad (ph) van het grondwater. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 12 Tabel 2. Veldmetingen bij bemonsteren grondwater Peilbuis T ( C) GWS (m-mv) EC (µs/cm) ph 10 12,6 2,1 300 6,7 17 13 2,0 300 6,7 20 12,8 2,2 210 6,7 Tijdens de bemonstering van het grondwater zijn geen afwijkingen waargenomen. 4.2 Laboratoriumonderzoek De (meng)monsters van de boven- en ondergrond en de grondwatermonsters zijn geanalyseerd op de parameters zoals omschreven in de opzet van het onderzoek. Van de voorgestelde analysestrategie is niet afgeweken. In bijlage D zijn de analysecertificaten weergegeven. Ten behoeve van toetsing zijn op basis van het lutum- en organisch stofgehalte de streefen interventiewaarden van boven- en ondergrond berekend. De toetsingsresultaten zijn in bijlage C weergegeven. De samenstelling van de (meng)monsters met de bijbehorende overschrijdingen van de toetsingswaarden is weergegeven in tabel 3 en 4. Tabel 3. Overschrijdingen toetsingswaarden in de grond (mg/kgds) M Traject (m-mv) Samenstelling (boringnummers) Samenstelling Bijzonderheden Toetsing Wbb Parameter Gehalte (mg/kgds) deellocatie A (Fonkelsteen, peuterspeelzaal, terrein met speeltoestellen) 1 0-0,5 1+8+7+6+4+10 zwak humeus, - NEN-G - -- siltig zand 2 0-0,5 12+13+14+11 zwak humeus, - PAK 3,1 * siltig zand 7 0,5-2,0 2+8+10+11 zwak siltig zand - NEN-G - -- deellocatie B (Open Hof, Den Bongerd, vml. supermarkt, openbaar groen) 3 0-0,5 17+15+16+18+19 zwak humeus, - NEN-G - -- siltig zand 4 0-0,5 27+28+29+30 zwak humeus, - NEN-G - -- siltig zand 5 0-0,5 32+37+40+41 zwak humeus, licht NEN-G - -- siltig zand puinhoudend 6 0-0,5 33+34+35+39+42 zwak humeus, - NEN-G - -- +44 siltig zand 8 0,5-2,0 17+27 zwak siltig zand - NEN-G - -- 9 0,5-2,0 32+37 zwak siltig zand - NEN-G - -- 10 0,5-2,0 20+45 zwak siltig zand - NEN-G - -- -- :gehalte lager dan streefwaarde voor alle geanalyseerde parameters * :gehalte gelijk of hoger dan streefwaarde en kleiner dan de tussenwaarde ** :gehalte gelijk of hoger dan tussenwaarde en kleiner dan de interventiewaarde *** :gehalte gelijk of hoger dan interventiewaarde Toetsing Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 13 De overschrijdingen van de toetsingswaarden in het grondwater zijn weergegeven in tabel 4. Tabel 4. Overschrijdingen toetsingswaarden in het grondwater (µg/l) PB Filterstelling (m-mv) Analysepakket Toetsing Wbb Parameter Gehalte (µg/l) Deellocatie A 10 3,0-4,0 NEN 5740 NEN-GW arseen nikkel Deellocatie B 17 3,0-4,0 NEN 5740 NEN-GW chroom * 20 3,0-4,0 NEN 5740 NEN-GW chroom * -- :gehalte lager dan streefwaarde voor alle geanalyseerde parameters * :gehalte gelijk of hoger dan streefwaarde en kleiner dan de tussenwaarde ** :gehalte gelijk of hoger dan tussenwaarde en kleiner dan de interventiewaarde *** :gehalte gelijk of hoger dan interventiewaarde Toetsing 4.3 Bespreking resultaten Deellocatie A (Fonkelsteen, peuterspeelzaal en speelveld met speeltoestellen) In de mengmonsters M1 en M3 van de bovengrond zijn de gehalten aan alle onderzochte stoffen kleiner dan de streefwaarde of de detectielimiet. In mengmonster M2 van de bovengrond overschrijdt alleen het gehalte aan PAK de streefwaarde. De gehalten aan de overig onderzochte parameters van het NEN-pakket voor grond zijn kleiner dan de streefwaarde of de detectielimiet. De oorzaak van het licht verhoogde gehalte aan PAK is onbekend. In het mengmonster M7 van de ondergrond zijn de gehalten aan alle onderzochte stoffen kleiner dan de streefwaarde of de detectielimiet. In het grondwatermonster uit peilbuis 10 overschrijden de gehalten aan arseen en nikkel de streefwaarde. De overig onderzochte parameters zijn kleiner dan de streefwaarde of detectielimiet. Deellocatie B (Open Hof, Den Bongerd, vml. supermarkt en openbaar groen) In de mengmonsters M3 t/m M6 van de bovengrond zijn de gehalten aan alle onderzochte stoffen kleiner dan de streefwaarde of de detectielimiet. In het mengmonster M8 t/m M10 van de ondergrond zijn de gehalten aan alle onderzochte stoffen kleiner dan de streefwaarde of de detectielimiet. In de grondwatermonsters uit de peilbuizen 17 en 20 overschrijdt het gehalte aan chroom de streefwaarde. De overig onderzochte parameters zijn kleiner dan de streefwaarde of detectielimiet. In Noord-Brabant worden in het grondwater wel vaker verhoogde gehalten aan metalen aangetoond, zonder dat daarvan een oorzaak bekend is. De gehalten kunnen zowel ruimtelijk als in de tijd sterk variëren. Omdat in de boven-en ondergrond van het terrein geen verhoogde gehalten aan metalen zijn aangetoond en er voor zover bekend geen * * Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 14 bron op de locatie aanwezig is, die de verhoogde gehalten aan metalen kunnen hebben veroorzaakt, wordt aangenomen dat hier sprake is van van nature verhoogde achtergrondgehalten. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 15 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 5.1 Conclusies Deellocatie A (Fonkelsteen, peuterspeelzaal en speelveld met speeltoestellen) De bovengrond ter plaatse van de locatie met speeltoestellen is plaatselijk licht verontreinigd met PAK. Ten aanzien van de overige onderzochte parameters uit het NEN-pakket voor grond zijn geen overschrijdingen aangetoond. De ondergrond is niet verontreinigd met de parameters uit het NEN-pakket voor grond. In het grondwater zijn alleen de gehaltes aan arseen en nikkel licht verhoogd aangetoond (verhoogde achtergrondwaarden). Deellocatie B (Open Hof, Den Bongerd, vml. supermarkt en openbaar groen) De bovengrond is niet verontreinigd met de overige onderzochte parameters uit het NENpakket voor grond. De ondergrond is niet verontreinigd met de parameters uit het NEN-pakket voor grond. In het grondwater is alleen het gehalte aan chroom licht verhoogd aangetoond (verhoogde achtergrondwaarde). Alhoewel in de grond en het grondwater licht verhoogde gehalten aan enkele stoffen zijn aangetoond, geven de onderzoeksresultaten geen aanleiding om de vooraf opgestelde hypothese te herzien of tot het instellen van verder onderzoek. Vanuit milieukundig oogpunt zien wij geen belemmering met betrekking tot de herinrichting van en nieuwbouw op de onderzochte locatie. 5.2 Aanbevelingen Aanbevolen wordt om bij werkzaamheden in de bodem alert te blijven op waarneembare bijzonderheden die kunnen duiden op eventuele verontreinigingen. Het onderhavige onderzoek beschrijft de huidige kwaliteit van de bodem. Het is raadzaam deze situatie te handhaven en bij eventuele calamiteiten alert en efficiënt te reageren. Afvoer en hergebruik van grond (en bouwstoffen) naar elders is onderhevig aan de geldende wettelijke bepalingen. Hierbij gelden onder meer de bepalingen van het Bouwstoffenbesluit, waarbij voor wat betreft milieuhygiënische kwaliteit van de toe te passen grond (en bouwstoffen) nog aanvullende eisen kunnen worden gesteld op het gebied van monsterneming en analyses. Bij het interpreteren van de onderzoeksresultaten dient rekening te worden gehouden met het feit dat analyses zijn uitgevoerd op basis van mengmonsters. Het is derhalve niet uit te sluiten dat lokaal hogere concentraties aan verontreinigingen voorkomen. Tevens is het niet onmogelijk dat plaatselijk verontreinigingen voorkomen die niet gedetecteerd zijn. Het onderzoek is uitgevoerd op basis van een beperkt aantal monsters, genomen op een beperkt aantal plaatsen. Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle
Project: 50290 16 6 Referenties 1. NEN 5740; Nederlandse Norm Bodem "Onderzoeksstrategie bij verkennend onderzoek Onderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van bodem en grond" Nederlands Normalisatie Instituut, oktober 1999 2. NVN 5725; Nederlandse Voornorm Bodem Leidraad voor het uitvoeren van vooronderzoek bij verkennend, oriënterend en nader onderzoek Nederlands Normalisatie Instituut, oktober 1999 3. Grote Historische Atlas van Noord-Brabant,ca. 1905, 1:25.000, Uitgeverij Nieuwland 4. Circulaire "Streef- en interventiewaarden bodemsanering" Directoraat-Generaal Milieubeheer, Directie Bodem Staatscourant nr. 39 (24 februari 2000) 5 Circulaire Bodemsanering 2006 Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Ingenieursbureau Mol Verkennend bodemonderzoek Frankische Driehoek te Goirle