Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 3. Gebruikelijke zorg

Vergelijkbare documenten
Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 3. Gebruikelijke zorg

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 3. Gebruikelijke zorg

Nadere regels Jeugdhulp gemeente Utrecht 2019

Besluit van burgemeester en wethouders

Bijlage 2: richtlijn gebruikelijke hulp

Bijlage 1: Richtlijn gebruikelijke hulp. Richtlijn gebruikelijke hulp

Hoofdstuk 4 Gebruikelijke zorg

Nadere regels Jeugdhulp gemeente Utrecht 2017

Nadere regels Jeugdhulp gemeente Utrecht 2018

Bijlage 2: richtlijn gebruikelijke hulp

Protocol gebruikelijke zorg

PROTOCOL GEBRUIKELIJKE HULP JEUGDWET/WMO. Gemeente Haren

Besluit jeugdhulp gemeente Hengelo

Richtlijnen ten aanzien van gebruikelijke hulp van ouders aan kinderen met een normaal ontwikkelingsprofiel.

Beleidsregel kaders inhoudelijke zorgbeoordeling Jeugdwet gemeente Emmen 2016

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 9. Kortdurend Verblijf

Beleidsregels Gebruikelijke Hulp Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en Jeugdwet

Bijlage 1: richtlijn gebruikelijke hulp

Artikel 1 Begripsbepalingen

CIZ Indicatiewijzer Toelichting op de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2009, zoals vastgesteld door het ministerie van VWS

Beschermende woonomgeving voor een 17-jarig kind

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2011 in de Beleidsregels Indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

4. Bijlagen normering/richtlijnen

Beleidsregel kaders inhoudelijke zorgbeoordeling Jeugdwet gemeente Emmen 2016

Tussenuitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 10 november 2011, 11/512 (aangevallen uitspraak)

Nadere regels jeugdhulp gemeente Onderbanken 2017

Nadere regels jeugdhulp gemeente Onderbanken 2018

BIJLAGE 1: Protocol gebruikelijke hulp en ondersteuning bij jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning

Toelichtingstabel bij Nadere regels jeugdhulp Purmerend 2015

LJN: BW7501, Rechtbank Alkmaar, 11/245

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Borne 2018

Onderwerp: Datum: 25 mei 2010 Uitgebracht aan: Verblijf-tijdelijk en Begeleiding-groep. Onderstaand de volledige uitspraak.

Datum: 17 januari 2011 Uitgebracht aan: tijdelijk verblijf, kortdurend verblijf, respijtzorg. Onderstaand de volledige uitspraak.

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ. Bijlage 8. Verblijf

HOOFDSTUK 2 NADERE UITWERKING INDIVIDUELE VOORZIENING

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ. Bijlage 1. Algemeen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijdemeren,

Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO)

Reader indicatiestelling kindzorg 2013/2014 Kinderen zijn geen kleine volwassenen

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2012 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS

Datum: 20 februari 2012 Uitgebracht aan: Begeleiding / behandeling in groepsverband. Onderstaand de volledige uitspraak.

Dagbehandeling individueel aanvullend op dagbehandeling in groepsverband

Datum: 20 juni 2011 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ. Bijlage 8. Verblijf

Hoofdstuk 1 Achtergrond

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Hulp bij het huishouden

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS

Besluit jeugdhulp gemeente Maastricht 2015, versie 2. vast te stellen het Besluit jeugdhulp gemeente Maastricht 2015, versie 2, per 1 december 2015

Nadere regels Jeugdhulp gemeente Valkenswaard 2017 en verder. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser,

Geschil over het niet indiceren van kortdurend verblijf

Concept afwegingskader

Werkdocument. Gebruikelijke Zorg

Bijlage 1 Richtlijn gebruikelijke hulp en ondersteuning

Beleidsregel kaders inhoudelijke zorgbeoordeling Jeugdwet gemeente Emmen

Besluit van het college van Meerssen houdende nadere regels aangaande maatschappelijke ondersteuning 2019

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Hengelo. gelet op het bepaalde in de artikelen 4:81 en 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht;

Datum: 15 april 2013 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: verpleging. Onderstaand de volledige uitspraak

Informatie kaart. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Nadere regels Jeugdhulp gemeente Valkenswaard2017 en verder

Pagina 1 van 18. Jeugd Pgb-plan v

te bepalen dat de besluiten onder 1 en 2 in werking op 1 januari 2019.

Bron: hoofdstuk 5 en 6 uit het document: Richtlijn Indicatieadvisering Hulp bij het Huishouden ( MO-zaak, 2011).

De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders. Wlz-toegangscriteria voor cliënten met een psychische stoornis

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2014 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 1. Algemeen

c. eigen kracht: het vermogen van individuen om het leven (of situaties) vorm te geven en problemen op te lossen of draaglijk te maken

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Het college van burgemeester en wethouder(s) van de gemeente Medemblik; besluit vast te stellen de Nadere regels Jeugdhulp gemeente Medemblik 2018

Zorg in april De zorg in 2015 en verder. »WMO (wet maatschappelijke ondersteuning)»jeugdwet. »Zorgverzekering

Datum: 25 september 2012 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Wijziging Nadere Regeling Sociaal Domein gemeente Eindhoven

Beleidsregels Toegangsproces en maatwerkvoorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuninggemeente Haarlemmermeer 2017

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordoostpolder

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

BESLUIT JEUGDHULP GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL 2015

Datum: 19 april 2010 Uitgebracht aan: Verblijf/ zorgzwaartepakket. Onderstaand de volledige uitspraak.

Gebruikelijke zorg. Protocol. Colofon Uitgave: Centrum Indicatiestelling Zorg, april 2005

de Stichting Centrum Indicatiestelling Zorg, gevestigd te Driebergen, (hierna: CIZ)

Bij de beslissing of een indicatie zonder verblijf mogelijk is, moet worden afgewogen of thuis een zorginhoudelijk verantwoorde oplossing mogelijk is.

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 1. Algemeen

Beleidsregel Gebruikelijke Zorg

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

CIZ Indicatiewijzer Toelichting op de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2012, zoals vastgesteld door het ministerie van VWS

*Z03BC41EF9F* Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Weesp 2019

Hoofdstuk 1. Voorwoord en Ten geleide 3. Hoofdstuk 2. Algemene uitgangspunten 7. Hoofdstuk 3. Grondslagen 23. Hoofdstuk 4. Gebruikelijke zorg 53

Inwerkingtreding Het Uitvoeringsbesluit wordt van kracht met ingang van 1 januari 2018.

CIZ Indicatiewijzer Toelichting op de Beleidsregels Indicatiestelling AWBZ 2011, zoals vastgesteld door het ministerie van VWS

Besluit jeugdhulp 2015

Indicatiestelling voor de

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Hoofdstuk 1. Voorwoord en Ten geleide 3. Hoofdstuk 2. Algemene uitgangspunten 7. Hoofdstuk 3. Grondslagen 23. Hoofdstuk 4. Gebruikelijke zorg 53

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen

behorende bij Beleidsregels indicatiestelling AWBZ / versie 1 januari 2011

Wet- en regelgeving In dit geschil zijn de volgende bepalingen van belang.

Handboek SIPs. Overzicht SIPs V&V. versie 10.0 Januari H A N D B O E K SIPs; Overzicht SIPs V&V versie 10.0 Pagina 0 van 48

Zorgprofielen Productenboek Verzorging en Verpleging

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen

Transcriptie:

2010

Inhoudsopgave 1 Algemeen 3 2 Toepassing op de functies Persoonlijke Verzorging, Verpleging en Begeleiding 4 2.1 Gebruikelijke Persoonlijke Verzorging 4 2.2 Gebruikelijke Verpleging 5 2.3 Gebruikelijke Begeleiding 6 3 Richtlijnen ten aanzien van gebruikelijke zorg van ouders voor kinderen met een normaal ontwikkelingsprofiel bij verschillende leeftijden in relatie tot AWBZ-zorg 8 Versie 1 januari 2010 Pagina 2 van 8

1 Algemeen 1. Deze bijlage is gebaseerd op het Besluit zorgaanspraken, artikel 2, lid 2 en is van toepassing op de bijlagen Persoonlijke Verzorging, Verpleging en Begeleiding. 2. Deze bijlage kan worden aangehaald als bijlage. 3. Op deze bijlage is de bijlage Algemeen van toepassing. Het wettelijk kader Artikel 2, lid 2 Besluit zorgaanspraken luidt: De aanspraak op zorg bestaat slechts voor zover de verzekerde, gelet op zijn behoefte en uit een oogpunt van doelmatige zorgverlening, redelijkerwijs daarop is aangewezen. Hiermee is expliciet tot uitdrukking gebracht dat een verzekerde redelijkerwijs niet is aangewezen op zorg die naar algemeen aanvaarde maatstaven door zijn sociale omgeving moet worden geboden. In deze bijlage is uitgewerkt wat onder de algemeen aanvaarde maatstaven wordt verstaan. Versie 1 januari 2010 Pagina 3 van 8

2 Toepassing op de functies Persoonlijke Verzorging, Verpleging en Begeleiding Voor zover het gebruikelijk is dat partners, ouders, inwonende kinderen en/of andere huisgenoten elkaar bepaalde zorg bieden, is verzekerde niet aangewezen op AWBZ-zorg wat betreft de functies Persoonlijke Verzorging, Verpleging en/of Begeleiding. Er is sprake van bovengebruikelijke zorg bij kinderen in chronische situaties wanneer de omvang van de zorg substantieel meer is dan de zorg die een gezond kind van dezelfde leeftijd nodig heeft. Met substantieel kan gedacht worden aan een omvang, op weekbasis, van gemiddeld meer dan een uur per etmaal. Alleen voor de omvang vanaf dit extra uur per etmaal kan voor het kind een aanspraak op AWBZ-zorg worden bepaald. Afhankelijk van wat zorginhoudelijk adequaat is wordt deze bovengebruikelijke zorg geïndiceerd in Persoonlijk Verzorging, Verpleging of Begeleiding. 2.1 Gebruikelijke Persoonlijke Verzorging 1. Persoonlijke Verzorging van de verzekerde door zijn partner is alleen gebruikelijke zorg als er sprake is van een kortdurende zorgsituatie met uitzicht op een dusdanig herstel van het gezondheidsprobleem en de daarmee samenhangende zelfredzaamheid van de verzekerde, dat AWBZ-zorg daarna niet langer is aangewezen. Daarbij gaat het over het algemeen over een periode van maximaal drie maanden. Van partners wordt in die situatie verwacht, dat zij elkaar alle persoonlijke verzorging bieden. De zorgplicht van partners onderling betreft persoonlijke, lichaamsgebonden zorg in de vorm van assistentie en overname bij de algemeen dagelijkse levensverrichtingen, maar ook aandacht en begeleiding bij een aandoening. 2. Alle Persoonlijke Verzorging door de ouder aan het kind is gebruikelijke zorg als er sprake is van een kortdurende zorgsituatie met uitzicht op een dusdanig herstel van het gezondheidsprobleem en de daarmee samenhangende zelfredzaamheid van de verzekerde, dat AWBZzorg daarna niet langer is aangewezen. Daarbij gaat het over het algemeen over een periode van maximaal drie maanden. Een kind is aangewezen op AWBZ-zorg als het gaat om een chronische situatie, waarbij de gebruikelijke zorg in vergelijking tot gezonde kinderen van dezelfde leeftijdscategorie substantieel wordt overschreden. De gebruikelijke bijdrage 1 van een ouder aan de Persoonlijke Verzorging van een kind wordt gesteld op de omvang van de Persoonlijke Verzorging die voor een kind van die leeftijd noodzakelijk is binnen de bandbreedte van het normale ontwikkelingsprofiel, indien er voor dat kind geen grondslag is voor een AWBZindicatie. 3. Het aanleren van handelingen op het gebied van Persoonlijke verzorging aan derden (familie, vrienden) is gebruikelijke zorg. 1 Zie hoofdstuk 3 Richtlijnen ten aanzien van gebruikelijke zorg van ouders voor kinderen met een normaal ontwikkelingsprofiel bij verschillende leeftijden in relatie tot AWBZ-zorg Versie 1 januari 2010 Pagina 4 van 8

Uitzonderingen 1. Voor zover een partner of ouder geobjectiveerde beperkingen heeft en/of kennis/vaardigheden mist om gebruikelijke persoonlijke verzorging ten behoeve van verzekerde uit te voeren en deze vaardigheden niet kan aanleren wordt van hen geen bijdrage verwacht. 2. Voor zover een partner of ouder overbelast is of dreigt te raken wordt van hem of haar geen bijdrage verwacht. Daarbij geldt het volgende: a. Wanneer er voor de partner of ouder eigen mogelijkheden en/of voorliggende voorzieningen zijn om de (dreigende) overbelasting op te heffen dienen deze eigen mogelijkheden en/of voorliggende voorzieningen hiertoe te worden aangewend. Als er sprake is van (dreigende) overbelasting vanwege het zelf leveren van geïndiceerde AWBZ-zorg, dient men die overbelasting op te heffen door deze zorg door (andere) zorgverleners uit te laten voeren/in te kopen. b. Voor zover de (dreigende) overbelasting wordt veroorzaakt door maatschappelijke activiteiten buiten de gebruikelijke persoonlijke verzorging in combinatie met een fulltime school- of werkweek, gaat het verlenen van gebruikelijke persoonlijke verzorging voor op die maatschappelijke activiteiten. 3. Voor zover gebruikelijke Persoonlijke Verzorging bij kinderen van niet uitstelbare aard is en degene die de gebruikelijke zorg moet verlenen niet beschikbaar is, wegens reguliere school- of werkweek van hem/haar zelf of van het kind, kan hiervoor een indicatie worden gesteld. 4. Voor zover de verzekerde zich in de terminale levensfase bevindt, wordt geen gebruikelijke persoonlijke verzorging verwacht van een partner of ouder. 5. Voor zover het kind van 12 jaar of ouder geen intieme Persoonlijke Verzorging wil ontvangen van de ouder wordt geen bijdrage verwacht van de ouder. 2.2 Gebruikelijke Verpleging 1. Het uitvoeren van verpleegkundige handelingen door ouders van een thuiswonend kind is gebruikelijke verpleegkundige zorg, wanneer deze handelingen aan te leren zijn. Zie bijlage Verpleging voor het onderscheid tussen Zvw en AWBZ. 2. Bij de afweging of een indicatie kan worden afgegeven voor het aanleren of overnemen van verpleegkundige handelingen, wordt in de afweging meegenomen of, gelet op de duur en frequentie in relatie tot de periode die nodig is voor het gedegen aanleren, sprake is van doelmatigheid. Als bij een verzekerde gedurende korte periode een verpleegkundige handeling moet worden verricht, dient het aanleren niet meer tijd te kosten dan het gedurende een paar weken overnemen van die handeling. Uitzonderingen 1. Voor zover een ouder geobjectiveerde beperkingen heeft en/of kennis/vaardigheden mist om verpleegkundige handelingen ten behoeve van verzekerde uit te voeren en deze vaardigheden niet kan aanleren wordt van hen geen bijdrage verwacht. 2. Voor zover een ouder overbelast is of dreigt te raken wordt van hem of haar geen bijdrage verwacht. Daarbij geldt het volgende: a. Wanneer er voor de ouder eigen mogelijkheden en/of voorliggende voorzieningen zijn om de (dreigende) overbelasting op te heffen dienen deze eigen mogelijkheden en/of voorliggende voorzieningen hiertoe te worden aangewend. Als er sprake is van Versie 1 januari 2010 Pagina 5 van 8

(dreigende) overbelasting vanwege het zelf leveren van geïndiceerde AWBZ-zorg, dient men die overbelasting op te heffen door deze zorg door (andere) zorgverleners uit te laten voeren/in te kopen. b. Voor zover de (dreigende) overbelasting wordt veroorzaakt door maatschappelijke activiteiten buiten de gebruikelijke verpleegkundige zorg in combinatie met een fulltime school- of werkweek, gaat het verlenen van gebruikelijke zorg voor op die maatschappelijke activiteiten. 3. Voor zover gebruikelijke Verpleging bij kinderen van niet uitstelbare aard is en degene die de gebruikelijke zorg moet verlenen niet beschikbaar is, wegens reguliere school- of werkweek van hem/haar zelf of van het kind, kan hiervoor een indicatie worden gesteld. 4. Voor zover het kind zich in de terminale levensfase bevindt, wordt geen bijdrage verwacht van een ouder. 5. Voor zover het kind van 12 jaar of ouder geen intieme Verpleging wil ontvangen van de ouder wordt geen bijdrage verwacht van de ouder. 2.3 Gebruikelijke Begeleiding 1. Begeleiding van de verzekerde (zowel volwassen als kind) die naar algemeen aanvaarde maatstaven door partner, ouder, volwassen kind en/of andere volwassen huisgenoot in de persoonlijke levenssfeer moet worden geboden is gebruikelijke zorg. 2. Begeleiding door de ouder aan het kind is gebruikelijke zorg als er sprake is van een kortdurende zorgsituatie met uitzicht op een dusdanig herstel van het gezondheidsprobleem en de daarmee samenhangende zelfredzaamheid van de verzekerde, dat AWBZ-zorg daarna niet langer is aangewezen. Daarbij gaat het over het algemeen over een periode van maximaal drie maanden. Een kind is aangewezen op AWBZ-zorg als het gaat om een chronische situatie, waarbij de gebruikelijke begeleiding in vergelijking tot gezonde kinderen van dezelfde leeftijdscategorie substantieel wordt overschreden. Een kind is aangewezen op AWBZ-Begeleiding in de vorm van toezicht als het gaat om kinderen waar in meer of mindere mate sprake is van tenminste leveringsvoorwaarde B2 zoals genoemd in de bijlage Algemeen onder 2.6. Het referentiekader is dat het kind met dezelfde beperkingen na zijn 18 e jaar op toezicht/ Verblijf in het kader van de AWBZ zal zijn aangewezen. 3. Het leren omgaan van derden (familie, vrienden) met de verzekerde is gebruikelijke zorg. Uitzonderingen 1. Voor zover een partner, ouder, volwassen kind en/of elke andere volwassen huisgenoot geobjectiveerde beperkingen heeft en/of kennis/vaardigheden mist om gebruikelijke begeleiding ten behoeve van verzekerde uit te voeren en deze vaardigheden niet kan aanleren wordt van hen geen bijdrage verwacht. 2. Voor zover een partner, ouder, volwassen kind en/of andere volwassen huisgenoot overbelast is of dreigt te raken wordt van hem of haar geen gebruikelijke begeleiding verwacht. Daarbij geldt het volgende: a. Wanneer voor de partner, ouder, volwassen kind en/of andere volwassen huisgenoot eigen mogelijkheden en/of voorliggende voorzieningen zijn om de (dreigende) Versie 1 januari 2010 Pagina 6 van 8

overbelasting op te heffen dienen deze eigen mogelijkheden en/of voorliggende voorzieningen hiertoe te worden aangewend. Als er sprake is van (dreigende) overbelasting vanwege het zelf leveren van geïndiceerde AWBZ-zorg, dient men die overbelasting op te heffen door deze zorg door (andere) zorgverleners uit te laten voeren/in te kopen. b. Voor zover de (dreigende) overbelasting wordt veroorzaakt door maatschappelijke activiteiten buiten de gebruikelijke begeleiding in combinatie met een fulltime school- of werkweek, gaat het verlenen van gebruikelijke begeleiding voor op die maatschappelijke activiteiten. 3. Voor zover de verzekerde zich in de terminale levensfase bevindt, wordt geen bijdrage verwacht van een partner, ouder, kind en/of andere huisgenoot. Versie 1 januari 2010 Pagina 7 van 8

3 Richtlijnen ten aanzien van gebruikelijke zorg van ouders voor kinderen met een normaal ontwikkelingsprofiel bij verschillende leeftijden in relatie tot AWBZ-zorg Kinderen van 0 tot 3 hebben volledige Persoonlijke Verzorging en Begeleiding van een ouder nodig. Bovengebruikelijke PV en BG bij kinderen tot 3 jaar komt daarom zelden voor. Kinderen van 3 tot 5 kunnen niet zonder toezicht van volwassenen; hebben begeleiding en stimulans nodig bij hun psychomotorische ontwikkeling; kunnen zelf zitten, en op gelijkvloerse plaatsen zelf staan en lopen; ontvangen zindelijkheidstraining van ouders/verzorgers; hebben gedeeltelijk hulp en volledig stimulans en toezicht nodig bij aan- en uitkleden, eten en wassen, in- en uit bed komen, dag- en nachtritme en dagindeling bepalen; hebben begeleiding nodig bij hun spel en vrijetijdsbesteding; zijn niet in staat zich zonder begeleiding in het verkeer te begeven. Kinderen van 5 tot 12 kinderen vanaf 5 jaar hebben een reguliere dagbesteding op school; kunnen niet zonder toezicht van volwassenen; hebben toezicht nodig en nog maar weinig hulp bij hun persoonlijke verzorging; hebben begeleiding en stimulans nodig bij hun psychomotorische ontwikkeling; zijn overdag zindelijk, en 's nachts merendeels ook; ontvangen zonodig zindelijkheidstraining van de ouders/verzorgers; hebben begeleiding van een volwassene nodig in het verkeer wanneer zij van en naar school of activiteiten ter vervanging van school gaan; hebben een reguliere dagbesteding op school, oplopend van 22 tot 25 uur/week; Kinderen van 12 tot 18 jaar hebben geen voortdurend toezicht nodig van volwassenen; kunnen vanaf 16 jaar dag en nacht alleen gelaten worden kunnen vanaf 18 jaar zelfstandig wonen hebben bij hun persoonlijke verzorging geen hulp en maar weinig toezicht nodig; hebben tot 18 jaar een reguliere dagbesteding op school/opleiding; hebben begeleiding en stimulans nodig bij ontplooiing en ontwikkeling (bv. huiswerk of het zelfstandig gaan wonen). Versie 1 januari 2010 Pagina 8 van 8