Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2. Verhoging van de uitkeringen van volledig arbeidsongeschikten naar 75%

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2014D22552 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Artikel I. Wijziging van de Wet financiering sociale verzekeringen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Verzekerbaarheid werknemers

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vastgesteld 12 januari Inhoudsopgave blz.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eigenrisicodragers roepen WGA'ers op voor keuringen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

W etopdearbeidsongeschiktheidsverzekering. W etwerkeninkomennaararbeidsvermogen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

WIA Opvang Polis. op de WIA. Het antwoord van de. Van Kampen Groep. (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Oprichting Stichting Nederlandse Veteranendag. Staten-Generaal. Vastgesteld 18 november De voorzitter van de commissie, Van Baalen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 106 Wijziging van arbeidsongeschiktheidswetten en de Wet financiering sociale verzekeringen in verband met de verhoging van de uitkering voor volledig arbeidsongeschikten naar 75% en in verband met de uitsluiting van de wachttijd in verband met wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (Wet verhoging uitkeringshoogte arbeidsongeschiktheidswetten) Nr. 5 VERSLAG Vastgesteld 26 september 2007 De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1, belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen. Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid. Inhoudsopgave Blz. 1 Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), De Wit (SP), voorzitter, Van Gent (GL), Hamer (PvdA), Blok (VVD), Nicolaï (VVD), Van Dijk (CDA), Smeets (PvdA), Omtzigt (CDA), Van Hijum (CDA), Koşer Kaya (D66), Jonker (CDA), ondervoorzitter, Verdonk (Verdonk), Luijben (SP), Ulenbelt (SP), Ortega-Martijn (CU), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Van der Burg (VVD), Koppejan (CDA), Van Dijck (PVV), Spekman (PvdA), Heerts (PvdA), Thieme (PvdD), Karabulut (SP) en Vos (PvdA). Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Gerkens (SP), Vendrik (GL), Wolfsen (PvdA), De Krom (VVD), Weekers (VVD), De Rouwe (CDA), Depla (PvdA), Sterk (CDA), Willemse-van der Ploeg (CDA), Pechtold (D66), Spies (CDA), Aptroot (VVD), Irrgang (SP), Lempens (SP), Cramer (CU), Biskop (CDA), Kamp (VVD), Joldersma (CDA), Fritsma (PVV), Tang (PvdA), Crone (PvdA), Ouwehand (PvdD), Gesthuizen (SP) en Heijnen (PvdA). 1. Inleiding 1 2. Verhoging van de uitkeringen van de volledig arbeidsongeschikten naar 75% 2 3. De procedure van de ambtshalve beoordeling 5 4. Financiële en economische gevolgen 6 5. Ontvangen commentaren 7 1. Inleiding De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het voornemen van de regering om, zoals was aangekondigd in het Coalitieakkoord, de uitkering van volledig en duurzaam arbeidsongeschikte werknemers in de WAO, Wajong en WAZ te verhogen van 70% naar 75%. Deze leden zijn van mening dat deze verhoging past in een arbeidsongeschiktheidsverzekering die uitgaat van de mogelijkheden en kansen die gedeeltelijk arbeidsgeschikte werknemers nog hebben, en solidair is met mensen die door ziekte of functiebeperkingen volledig arbeidsongeschikt zijn verklaard. De leden van de CDA-fractie stemmen dan ook in met het voornemen om de betreffende uitkeringen met terugwerkende kracht tot 1 juli 2007 te verhogen. De leden van de PvdA-fractie hebben met instemming kennisgenomen van het wetsvoorstel verhoging uitkeringshoogte arbeidsongeschiktheids- KST110409 0708tkkst31106-5 ISSN 0921-7371 Sdu Uitgevers s-gravenhage 2007 Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 1

wetten. Zij zijn verheugd dat de regering de afspraken in het Coalitieakkoord over arbeidsongeschiktheid snel heeft omgezet in daden. Voor alle volledig arbeidsongeschikten in WAO, WAZ en Wajong gaat de uitkering vanaf 1 juli van 70% naar 75%. Ongeveer 600 duizend mensen zullen als gevolg hiervan een hogere uitkering krijgen. De regering maakt ook meteen werk van de PvdA-wens voor aanpassing van de herkeuringen. Dus iedereen die vóór 1 juli 1959 is geboren, wordt vrijgesteld van herbeoordelingen met het aangescherpte schattingsbesluit. Dit betreft ruim 100 duizend mensen. Voor hen gaat weer het oude schattingsbesluit gelden. De leden van de PvdA-fractie concluderen dat weer bergop wordt gegaan. Er wordt in Den Haag eindelijk niet meer gesproken over uitkeringsverlaging, maar over verhoging en verbetering. Het motto van de leden van de PvdA-fractie blijft daarbij dat zij iedereen die dat kan willen verleiden om mee te doen op de arbeidsmarkt. Zij zullen de regering daarop blijven aanspreken. Op een aantal onderdelen van het wetsvoorstel hebben zij aanvullende vragen, die in dit verslag zijn opgenomen. De leden van de SP-fractie hebben met teleurstelling kennis genomen van het wetsvoorstel voor verhoging uitkeringshoogte arbeidsongeschiktheidswetten. Anders dan het Coalitieakkoord deed vermoeden leidt de verhoging tot 75% in veel gevallen niet tot een overeenkomstige netto verhoging van het inkomen. Deze leden stellen vast dat met name volledig arbeidsongeschikten onder of op het sociaal minimum geen verhoging van het inkomen tegemoet kunnen zien. De leden van de VVD-fractie hebben kennis genomen van onderhavig wetsvoorstel. Zij hebben nog een aantal vragen, die in dit verslag zijn opgenomen. De leden van de fractie van GroenLinks hebben kennis genomen van de voorstellen tot wijziging van de arbeidsongeschiktheidswetten. Zij hebben nog een aantal vragen, die in dit verslag zijn opgenomen. De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben met belangstelling kennis genomen van het onderliggend wetsvoorstel. Zij juichen de afspraak uit het Coalitieakkoord toe om de uitkering van volledig arbeidsongeschikten te verhogen van 70% naar 75%. Ook de aanpassing van de leeftijdsgrens voor herbeoordeling volgens het oude schattingsbesluit onderschrijven zij van harte. Wel hebben deze leden nog enkele vragen over de uitwerking van de afspraken uit het Coalitieakkoord, zoals neergelegd in het wetsvoorstel 2. Verhoging van de uitkeringen van volledig arbeidsongeschikten naar 75% De leden van de CDA-fractie constateren dat inmiddels ruimschoots lijkt te worden voldaan aan de eis die destijds aan de verhoging van de uitkering was gesteld, te weten dat de instroom in de inkomensverzekering voor duurzaam en volledig arbeidsongeschikten minder dan 25 000 personen bedraagt. Kan de regering aangeven in hoeverre ook aan de tweede gestelde eis wordt voldaan, te weten dat CAO-partijen de bovenwettelijke aanvullingen over de eerste twee ziektejaren beperken tot 170% van het loon? In het algemeen overleg van 12 april 2007 over de uitwerking van de WAO-paragraaf van het Coalitieakkoord is door het lid van de CDA-fractie reeds aandacht gevraagd voor de gevolgen van de uitkeringsverhoging voor de personen met een WAO-hiaatverzekering. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid erkende daarbij dat de verhoging met 5% niet altijd terecht komt bij de verzekerde, maar soms terecht komt bij de Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 2

(pensioen-)verzekeraars. De leden van de CDA-fractie vinden dit niet acceptabel, hebben de minister daarom opgeroepen om in overleg te treden met de verzekeraars over deze problematiek. Graag vernemen deze leden welke afspraken er inmiddels met de verzekeraars zijn gemaakt. De leden van de CDA-fractie constateren dat de stijging van de uitkering met 5% niet automatisch betekent dat het besteedbaar inkomen met hetzelfde percentage stijgt. Zo kan een verhoging van de uitkering leiden tot een lager «kopje» op de uitkering en/of tot lagere toeslagen of gemeentelijke voorzieningen. Deze leden betreuren het dat deze «armoedeval» optreedt, maar zien deze inkomenseffecten in de huidige complexe sociale zekerheid als grotendeels onvermijdbaar. Kan de regering aangeven hoe de meest actuele raming van de extra uitgaven in verband met de uitkeringsverhoging zich verhoudt tot de raming uit het Beleidsprogramma? In hoeverre is er bij het opstellen van de begroting vanaf 2007 rekening gehouden met besparingen op kopjes en toeslagen? In hoeverre acht de regering het noodzakelijk en gewenst om (een deel van) deze besparingen alsnog in te zetten om de armoedeval gericht tegen te gaan? De leden van de PvdA-fractie merken op dat de uitkeringsverhoging van 70% naar 75% kan leiden tot een lager aanvullend arbeidsongeschiktheidspensioen, afhankelijk van de afspraken die werkgevers en vakbonden maken. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de leden van de Stichting van de Arbeid (werkgevers en vakbonden) aangespoord de verhoging van de WAO-uitkering niet in mindering te brengen op het aanvullend arbeidsongeschiktheidspensioen. Heeft deze aansporing effect gesorteerd? Als dit niet bekend is, of als het effect verwaarloosbaar is geweest, is de regering dan bereid de sociale partners nogmaals dringend te adviseren op dit punt actie te ondernemen? De uitkeringsverhoging kan ook gevolgen hebben voor het recht op huuren zorgtoeslag, zoals een salarisverhoging voor een werknemer ook kan leiden tot aanpassing van zijn toeslagen, merken de leden van de PvdAfractie op. Zij vragen de regering in kaart te brengen hoeveel zorg- en huurtoeslag veranderen als het inkomen van een Wajong er toeneemt van 70% naar 75% van de maximale grondslag, en hoe dit zich verhoudt tot de uitkeringsverhoging. De leden van de PvdA-fractie constateren dat de uitkeringsverhoging ook gevolgen kan hebben voor gemeentelijke inkomensondersteunende regelingen. Kan de regering aangeven wat de voor- en nadelen zijn van het idee om de uitkeringsverhoging in het kader van de Wet werk en bijstand niet aan te merken als extra inkomen? Kan de regering al een indicatie geven van de manier waarop gemeenten zijn omgegaan met informatie die de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in juli in de zogeheten verzamelbrief aan gemeenten heeft verspreid over de mogelijkheden om gebruik te maken van de regeling categoriale bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten? Welke mogelijkheden ziet de regering om de langdurigheidstoeslag op gemeentelijk niveau voor mensen met een Wajong-uitkering te behouden? Kan de regering inzicht geven in welke overige inkomensafhankelijke regelingen voor Wajong-gerechtigden het effect van de uitkeringsverhoging teniet zouden kunnen doen, hoeveel Wajong ers daarmee te maken hebben en hoe die effecten zouden kunnen worden gerepareerd? Welke gevolgen heeft de uitkeringsverhoging voor mensen die een uitkering ontvangen van de Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR), die verantwoordelijk is voor de toepassing en uitvoering van Nederlandse wetten en regelingen die financiële ondersteuning bieden aan slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en de Bersiap-periode en aan hun nabestaanden? Is daar sprake van anticumulatie, en zo ja, welke stappen zal de regering ondernemen om die anticumulatie ongedaan te maken? Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 3

De leden van de SP-fractie vragen of de regering kan toelichten waarom voor de verhoging met 5% niet de invoeringsdatum van de WIA is gekozen zodat nieuwe en oude gevallen gelijk worden behandeld. Zij vragen waarom bij de ambtshalve herbeoordeling de uitkering wordt aangepast per moment van aantreden van de coalitie in februari en de verhoging van 5%, die ook in het Coalitieakkoord staat, per 1 juli 2007. Is het waar dat de verhoging tot 75% voor alle alleenstaande volledig arbeidsongeschikte Wajong gerechtigden niet leidt tot een inkomensverbetering? Kan de regering een volledig overzicht geven van de groepen arbeidsongeschikten waarbij de verhoging tot 75% niet leidt tot een overeenkomstige verhoging van het netto-inkomen? Hoe gaan gemeenten om met de langdurigheidtoeslag voor mensen die volledig arbeidsongeschikt zijn en recht hadden op de langdurigheidtoeslag? Welke gemeenten hebben maatregelen genomen om er voor te zorgen dat door de verhoging tot 75% er de facto geen inkomensachteruitgang ontstaat? Welke maatregelen zijn dat? Zien alle pensioenfondsen nu af van het korten van de verhoging tot 75% op aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekeringen? Welk fondsen doen dat wel, en welke niet? De leden van de SP-fractie vragen wat de rechtvaardiging is voor het feit dat de meeste volledig arbeidsongeschikten boven het sociaal minimum er wel netto op vooruitgaan en daaronder niet? Welke maatregelen zouden getroffen kunnen worden om ook volledig arbeidsongeschikten die onder of op het sociaal minimum te zitten een netto-verhoging van hun inkomen te geven? Is het waar dat de 5% verhoging in mindering wordt gebracht op de ANW uitkering bij personen die daarnaast een WAZ, Wajong of WAO uitkering ontvangen? De leden van de VVD-fractie vragen of de regering kan ingaan op de conclusie van het AStri-rapport op pagina 68 (door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 19 juni 2007 aan de Kamer aangeboden, 26 448-336) welke aangeeft dat 45-plussers relatief vaak een baan hebben op het moment van herbeoordeling? Hoe rijmt de regering dit met het verlagen van de leeftijd van herbeoordeling naar 45 jaar? De leden van de VVD-fractie vragen of de regering nader kan duiden waarom zij met een sterk groter wordend Wajong-bestand een uitkeringsverhoging voor deze groep toch verantwoord acht? Beaamt de regering dat het verhogen van de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen de armoedeval vergroot? Immers, het verschil tussen uitkeringshoogte en loon wordt weer kleiner gemaakt. De leden van de fractie van GroenLinks willen van de regering horen hoeveel mensen volledig arbeidsongeschikt bevonden zijn, maar om wat voor reden dan ook geen volledige WAO-uitkering ontvangen. De leden denken dan aan mensen die bijvoorbeeld een gedeeltelijke WAO- en/of Wajong-uitkering ontvangen die wordt aangevuld met bijvoorbeeld een bijstands- of ANW-uitkering. GroenLinks ontvangt namelijk veel vragen en klachten van mensen in een dergelijke situatie, die op basis van het Coalitieakkoord rekenden op een verhoging van hun netto-besteedbaar inkomen, maar er feitelijk niets bij krijgen. Deze leden vragen de regering of het de bedoeling is dat mensen die een aanvulling ontvangen tot op het sociaal minimum, er inderdaad netto niet op vooruit zouden gaan. Zo ja, dan vragen de leden van de fractie van GroenLinks dit te heroverwegen; graag zouden zij zien dat iedereen die volledig arbeidsongeschikt is, een verhoging van de uitkering tegemoet kan zien. De leden van de fractie van de ChristenUnie constateren dat eigenrisicodragers worden gecompenseerd door het UWV. Het UWV zal hen jaarlijks ambtshalve een bedrag ineens verstrekken. Is dit bedrag gelijk Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 4

aan de werkelijke kosten? Indien niet, hoe wordt het verschil verrekend? En hoeveel administratieve lasten brengt dit mee voor eigenrisicodragers, zo vragen de leden van de fractie van de ChristenUnie? Gaat het hier ook om een eenmalige compensatie, aangezien verzekeraars vanaf nu rekening kunnen houden met de hogere uitkeringen en daarom de premies kunnen aanpassen? 3. De procedure van de ambtshalve beoordeling De leden van de CDA-fractie constateren dat de groep mensen die op 1 juli 2004 tussen de 45 en 50 jaar oud waren, worden vrijgesteld van herkeuringen op grond van de criteria van het nieuwe Schattingsbesluit. Ook deze maatregel vloeit voort uit het Coalitieakkoord. Niettemin zouden deze leden het betreuren, als mensen die na hun herkeuring aan het werk zijn gegaan weer zouden terugvallen in hun (hogere) uitkering. Ook menen deze leden dat de regering zich onverminderd moet inspannen voor de reïntegratie van deze oudere werknemers. De leden van de CDA-fractie vernemen graag op welke wijze de regering de arbeidsparticipatie van deze groep bevordert. De regering schrijft dat de betrokkenen om een nieuw medisch onderzoek kunnen verzoeken. In dit kader hebben de leden van de PvdA-fractie een aantal vragen over de uitvoering van dit onderzoek met het oog op mensen met ME/CVS. Hoe verklaart de regering dat mensen met een «somatisch moeilijk objectiveerbare aandoening» tijdens herbeoordelingen bijna twee keer zo veel als gemiddeld hun uitkering deels of gehel hebben verloren? Kan de regering bevestigen dat ook van arbeidsongeschiktheid sprake kan zijn zonder dat de oorzaak van gezondheidsklachten bekend is, zonder dat er lichamelijk afwijkingen gevonden zijn, zonder dat er een precieze diagnose gesteld kan worden? Is de regering het eens met de stelling dat de term «moeilijk objectiveerbaar» niet betekent dat de aandoening minder ernstig is of tot minder beperkingen leidt? Daarnaast vragen deze leden of wel eens onderzoek wordt gedaan of mensen die een arbeidsongeschiktheidsbeoordeling hebben ondergaan, zich herkennen in de uitkomsten van de beoordeling (los van de vraag of ze wel of niet in beroep gaan). Als dergelijk onderzoek nooit is gedaan, wil de regering dat dan overwegen? Worden werkgevers geïnformeerd over de uitkomst van de ambtshalve herbeoordeling en de consequenties daarvan op arbeidsniveau? De leden van de SP-fractie vragen hoe het nu staat met de uitvoering van de ambtshalve herbeoordeling van de groep die tussen 1 juli 1954 en 1 juli 1959 is geboren. Hoeveel ambtshalve beoordelingen zijn uitgevoerd? Hoeveel moeten er nog worden uitgevoerd? En op welke moment zal de laatste ambtshalve herbeoordeling plaats vinden? Kan de regering aangeven in hoeveel gevallen het arbeidsongeschiktheidspercentage van voor de eerste herbeoordeling is hersteld en ik hoeveel gevallen het arbeidsongeschiktheidspercentage niet is hersteld. Wat zijn de redenen voor het eventueel niet herstellen van het oude percentage? Zij vragen of de regering wil toelichten met welke argumenten er is gekozen voor de herbeoordeling volgens het oude schattingsbesluit van degenen die tussen 1 juli 1954 en 1 juli 1959 zijn geboren? Kan de regering toelichten waarom deze argumenten niet van toepassing zijn voor degenen die na 1 juli 1959 zijn geboren? De leden van de SP-fractie vragen hoeveel mensen er zijn die expliciet hebben aangegeven dat zij geen prijs stellen op een nieuwe vaststelling van het arbeidsongeschiktheidspercentage. Is bekend om welke reden daarvan is afgezien? En zo ja, welke zijn dat? De leden van de SP-fractie willen weten hoe groot de groep mensen is die niet ambtshalve beoordeeld hoeven te worden omdat zij nog niet waren herbeoordeeld volgens Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 5

het Schattingsbesluit 2004. Kan de regering per UWV kantoor het percentage geven van de groep WAO gerechtigden die tussen 1 juli 1954 en 1 juli 1959 is geboren en volgens het nieuwe schattingsbesluit is gekeurd en het percentage dat nog niet was gekeurd, terwijl zij wel voor herbeoordeling in aanmerking kwamen? De leden van de VVD-fractie vragen of de regering de meest recente stand van zaken kan verschaffen omtrent de herbeoordelingen van het zittend bestand arbeidsongeschikten. Hoeveel mensen in de leeftijdsgroep 45 50 jaar zijn na de herbeoordeling weer aan de slag gegaan? Hoeveel procent is dat van de totale groep? De leden van de fractie van GroenLinks vragen de regering een actueel inzicht te geven in het verloop van de herkeuringen. Kan de regering, uitgesplitst naar verschillende leeftijdscategorieën, een overzicht geven van het aantal herkeuringen en de gevolgen van deze herkeuringen voor het aantal arbeidsongeschiktheidsuitkeringen? Kan daarbij worden ingezoomd op de gevolgen van de ambtshalve herkeuringen sinds begin dit jaar voor mensen die zijn geboren tussen 1 juli 1954 en 1959? De leden van de fractie van de ChristenUnie constateren dat er sprake is van ambtshalve herbeoordeling op grond van het oude schattingsbesluit. In het oude schattingsbesluit werd rekening gehouden met algemeen gebruikelijke bekwaamheden (verstaan/spreken van Nederlands en eenvoudig computergebruik) waar in het nieuwe schattingsbesluit niet meer naar gekeken wordt (dit wordt verondersteld aanwezig te zijn). Om te kunnen beoordelen of iemand over algemeen gebruikelijke bekwaamheden beschikt, moet je de persoon in kwestie zien. Hoe meent de regering dat vastgesteld kan worden of iemand over algemeen gebruikelijke bekwaamheden, wanneer deze persoon niet gezien wordt, zo vragen de leden van de fractie van de ChristenUnie? Voorts vragen de leden van de ChristenUnie-fractie of mensen die onlangs een medische herkeuring hebben gehad alsnog kunnen vragen om een nieuwe medische keuring? Hoeveel mensen zullen naar verwachting gebruik maken van een nieuwe medische keuring, zo vragen deze leden? En wat gebeurt er wanneer op grond van de medische keuring het ao-percentage omlaag gaat? Per wanneer wordt een eventuele lagere uitkering dan van kracht? Indien mensen nog niet herkeurd zijn in het kader van de herbeoordelingsoperatie, welke medische gegevens worden dan gebruikt vragen de leden van de ChristenUnie-fractie. Ontstaat er volgens de regering een verschil tussen mensen die al wel herkeurd zijn en waarvan dus recente medische en arbeidskundige gegevens bekend zijn en mensen die nog niet herkeurd zijn? In het voorstel wordt niets gesteld over de periodieke herkeuring, die ook mensen uit de leeftijdsgroep 45 50 jaar zouden krijgen. Blijft de periodieke herkeuring wel in stand, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie? En zo ja, over welke termijn spreekt de regering dan? 4. Financiële en economische gevolgen De leden van de CDA-fractie verzoeken de regering om inzicht te geven in de gevolgen van de verhoging van de uitkeringshoogte voor de administratieve lasten van de werkgevers. Op welke wijze worden werkgevers die eigen risicodrager zijn actief geïnformeerd over de gevolgen van het wetsvoorstel? Wanneer vindt de uitbetaling van de jaarlijkse compensatie aan deze werkgevers daadwerkelijk plaats? De leden van de PvdA-fractie merken op dat de basispremie WAO (Aof) in de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is vastgesteld om 5,65%, wat 0,5%-punt hoger is dan in 2007. In hoeverre Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 6

hangt dit samen met de uitkeringsverhoging en in hoeverre hangt dit samen met andere maatregelen, zoals het opvangen van de zogeheten rentehobbel WGA? Wat zijn de effecten van dit wetsvoorstel op de hoogte van de WAO-basispremie, als de uitkeringsverhoging kostendekkend zou worden gefinancierd uit premieverhoging? De leden van de VVD-fractie vragen of de regering nader kan duiden wat financieel en getalsmatig de verschillen zijn tussen het enkel verstrekken van de uitkeringsverhoging aan volledig, duurzaam arbeidsongeschikten (IVA-regeling) en het voltallig volledig arbeidsongeschikten bestand. Kan de regering aangeven of het voorstel nog administratieve lasten met zich meebrengt voor het UWV of werkgevers? Is het voorstel voorgelegd aan Actal? Zijn in de tabellen gepresenteerd op pagina 4 en 5 van de memorie van toelichting ook het aantal volledig arbeidsongeschikten met een IVA/WGAuitkering meegenomen? Kan de regering aangeven wat de concrete effecten van de verhoging van het uitkeringspercentage zijn voor de hoogte van de basispremie, en wat betekenen deze percentages in euro s voor werkgevers (macro en per individuele werkgever)? In de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2008 is de basis premie WAO (Aof) vastgesteld op 5,65%. Dit is een verhoging van 0,5% ten opzichte van 2007 (5,15%). Is de verhoging van de uitkeringshoogte WAO en IVA hierin meegenomen? Is deze premie lastendekkend vastgesteld? Is bij het vaststellen van de premiehoogte rekening gehouden met een compensatie van de rentehobbel in de WGA-premie (vastgesteld op 0,28% in 2008)? Waarom is er voor gekozen om de uitkering van mensen, die ook gebruik maken van de kopjesregeling en de toeslagenwet, niet op te hogen met 5%, maar dit af te trekken van het kopje of de toeslag, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie. Wat is het budgettaire beslag wanneer deze mensen er feitelijk wel 5% bij krijgen, zo vragen deze leden? 5. Ontvangen commentaren In het nader rapport bij het advies van de Raad van State lezen de leden van de PvdA-fractie dat vanwege het dynamische karakter van het CBBS niet valt uit te sluiten dat in een enkel geval een lagere mate arbeidsongeschiktheid wordt vastgesteld, en dat daarom in het wetsvoorstel expliciet is geregeld dat daaraan geen gevolgen worden verbonden voor de hoogte van de uitkering. Zij vragen de regering of het simpele feit dat een lagere mate van arbeidsongeschiktheid wordt vastgesteld zoals hier beschreven nooit de aanleiding zal vormen voor een ambtshalve herbeoordeling. De voorzitter van de commissie, De Wit Adjunct-griffier van de commissie, Esmeijer Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 2008, 31 106, nr. 5 7