Weet je dat wel zeker? Linda kende haar vader en besefte meteen dat het ernst was. Hij zou haar s ochtends niet zo vroeg opbellen om een slechte grap



Vergelijkbare documenten
Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Verhaal: Jozef en Maria

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost.

Vlinder en Neushoorn

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.


Bert staat op een ladder. En trekt aan de planten die groeien in de dakgoot. Hij verstopt de luidspreker en het stopcontact achter de planten.

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

Er was eens een Kleine Ziel die tegen God zei: Ik weet wie ik ben, ik ben het licht net als alle andere zielen.

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Mijn mond zat vol aarde

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

!!!!! !!!!!!!!!!!! Uit: Glazen Speelgoed (Tennesse Williams)! (zacht) Hallo. (Ze schraapt haar keel)! Hoe voel je je nu? Beter?!

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden

Eerste druk, Arinka Linders AVI E5 M6 Illustraties: Michiel Linders

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Ik besloot te verder te gaan en de zeven stappen naar het geluk eerst helemaal af te maken. We hadden al:

Refrein: Als het regent in jouw hart en je kunt alleen maar huilen, kom dan bij me, hou me vast, in mijn armen mag je schuilen.

Water Egypte. In elk land hebben mensen hun eigen gewoontes. Dat merk je als je veel reist. Ik zal een voorbeeld geven.

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

2.2. Het Nieuwe Testament, of het verhaal van Jezus en de eerste kerk 1

De vrouw van vroeger (Die Frau von früher)

Schrijver: KAT Coverontwerp: MTH ISBN: <Katelyne>

De steen die verhalen vertelt.

Eerste druk, september Tiny Rutten

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

Presentatie Tranzo Zorgsalon 29 november 2012 Christine Kliphuis

Tornado. Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur.

Monica is jarig. Iemand vertelt over haar sollicitatiegesprek. Monica en Arend praten over opleiding, werken en een eigen bedrijf.

HET VERHAAL VAN KATRIN

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Krabbie Krab wordt Kapper

September 2008 Door: Charlotte Storm van s Gravesande. Bijbehorende foto's: zie onderaan de tekst. Hallo mede dierenvrienden,

Suzanne Peters. Blijf bij me! liefdesroman

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Inhoud. Woord vooraf Ik haat de dood 11 Overdenking bij 1 Korintiërs 15:

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

Voor Indigo en Nhimo Papahoorjeme_bw.indd :02

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school.

Op hun knieën blijven ze wachten op het antwoord van Maria. Maar het beeld zegt niets terug.

WAAROM DIT BOEKJE? VERBODEN

Eerste nummer. Op kamers Eerst durfde ik de woonkamer niet naar binnen. Eetfobie. Het was moeilijk om te zien dat mijn nichtje van 5 meer at dan ik.

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

Het. Boekenliefje. Helen Docherty & Thomas Docherty. Clavis

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

Naam: Mariska v/d Boomen. Klas: TG2C. Datum: 25 Juni. Docent: Van Rijt. Schrijfverslag.

Het huis Anubis - Hoofdstuk 1

1 Werkwoord. (wonen, werken, lopen,...) 8 Grammatica is niet moeilijk. wonen, werken, lopen,... noemen we werkwoorden.

Lunchen bij de superfamilie

DE RIJKE MAN, DE ARME MAN

Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

JEZUS IS MIJN SUPERHELD

Ria Massy. De taart van Tamid

't gummybeertje le journal D' Hoge School redactie: Tom & Senne jaargang 3 nr. 7 frankieweyns@hotmail.

Twee blauwe vinkjes. Door: Lenneke Sprong

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Een van de agenten komt naar hem toe. Nou, het is me het dagje wel, zegt hij. Nu zijn er toch rellen in de stad.

De bij die niet kon vliegen

10. Gebarentaal [1/3]

Nummer 1! Collector s item!

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 7-8. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

Kinderkerstfeest van de Kindernevendienst 26 december Kerstverhaal

Ik moet Claire nu niet aankijken. Wij kennen elkaar te goed. Mijn ogen zouden me verraden.

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

Wij zijn twee vrienden... jij en ik

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

Liederen solozang Prijs: 7,= euro per stuk

Bij het gekozen thema: Het verlangen van God heb ik mij in de afgelopen dagen afgevraagd wat is mijn verlangen naar God?

A. God, wij bidden U voor alle mensen die onzeker zijn over zichzelf: dat zij het vertrouwen in zichzelf hervinden.

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst.

De kerker met de vijf sloten. Crista Hendriks

IK OVERLEEFDE AUSCHWITZ

Bevriend met Bram of met een autist

Een nieuwe vriendin, een nieuw tijdperk

Een gelukkige huisvrouw

De beslissing. Aan mij zal het niet liggen, antwoordde Jens. Maar jij

BINNENSUIS Jehudi van Dijk

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Beertje Anders. Lief zijn voor elkaar. Afspraak 2

Een greep uit een presentatieviering met als thema: Licht zijn voor anderen

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

Ten slotte wens ik je veel plezier bij het lezen. Hopelijk geeft het de kennis en de inspiratie om ook zelf met je kinderen aan de slag te gaan!

Verteld door Schulp en Tuffer

6555 BW Wat kun je doen als je te snel boos bent.indd 12

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

IK BEN TROTS OP MIJN SNOR!

Jaar Werkboek 4 weken Challenge

Het koninkrijk van God vlakbij

tje was saai. Haar ouders hadden een caravan, waarmee ze ieder jaar in de zomer naar Frankrijk gingen. Ook voor deze zomer was de camping al

Transcriptie:

11 Wallander was verontwaardigd. Daarom ging hij over op een voor zijn doen ongebruikelijke aanval. Hij voelde zich voor de gek gehouden door de familie waarvan twee leden waren verdwenen en een nieuw lid net was ontdekt. Hij bedacht dat hij het slachtoffer was van de gebruikelijke leugens van de bovenklasse, familiegeheimen die tot elke prijs verborgen moesten blijven voor een waarschijnlijk ongeïnteresseerde buitenwereld. Na zijn gesprek met Atkins en de lange avond, waarin hij was teruggeschakeld om opnieuw, in een soort bezeten razernij, alles door te nemen wat er sinds de viering van Håkan von Enkes vijfenzeventigste verjaardag was gebeurd en gezegd, had hij diep geslapen. Even na zevenen de volgende ochtend belde hij Linda al. Hij had gehoopt Hans te pakken te krijgen, maar die was net deze ochtend al om zes uur vertrokken. Wat doet hij zo vroeg? informeerde Wallander geïrriteerd. Er is nu toch nog geen bank open en geen mens die aandelen wil kopen en verkopen? Probeer Japan eens, antwoordde Linda. Of waarom Nieuw-Zeeland niet? De economie slaapt nooit. Er is blijkbaar veel beweging op de beurzen in Azië. Het is niet ongebruikelijk dat hij zo vroeg vertrekt. Maar jij belt nooit om zeven uur. Reageer je niet op mij af. Is er iets gebeurd? Ik wil het over Signe hebben, zei Wallander. Wie is dat? De zus van je man. Hij hoorde haar ademen in de hoorn. Met elke ademtocht een nieuwe gedachte. Hij heeft toch geen zus? 165

Weet je dat wel zeker? Linda kende haar vader en besefte meteen dat het ernst was. Hij zou haar s ochtends niet zo vroeg opbellen om een slechte grap met haar uit te halen. Klara begon in haar bedje te dreinen. Je moet maar hiernaartoe komen, zei Linda. Klara is wakker. De ochtenden zijn altijd lastig. Heeft ze dat misschien van jou? Een uur later bracht Wallander zijn auto tot stilstand op het grindpad voor het huis. Klara had haar buikje inmiddels vol en was tevreden, Linda was uit bed en aangekleed. Wallander vond nog steeds dat ze er bleek en landerig uitzag, en hij vroeg zich af of ze zich wel goed voelde, maar daar informeerde hij natuurlijk niet naar. Ze leek op hem en hield er niet van als iemand zich met haar zaken bemoeide. Ze gingen aan de keukentafel zitten. Wallander herkende het kleed dat daarop lag. Dat kwam uit zijn ouderlijk huis en was daarna met zijn vader meeverhuisd naar Löderup en nu hiernaartoe. Als kind had hij vaak met zijn vinger het ingewikkelde patroon van rode bomen langs de zoom van het kleed gevolgd. Leg eens uit wat je bedoelt, zei Linda. Ik herhaal wat ik al gezegd heb: Hans heeft geen zus. Ik geloof je wel, zei Wallander. Jij kent geen zus, zoals ik dat ook niet deed. Tot nu. Hij vertelde over zijn telefoongesprek met Atkins en diens plotselinge opmerking over het meisje dat Signe heette. Waarschijnlijk was het puur toeval dat de geheime zus genoemd was. Als het telefoongesprek een heel klein beetje anders was verlopen was Signe nog steeds volslagen onbekend geweest. Linda luisterde gespannen naar wat hij zei, ondertussen haar wenkbrauwen steeds meer fronsend. Tegen mij heeft hij niets gezegd over een zus, zei ze toen 166

Wallander er het zwijgen toe deed. Dit is een volslagen absurde situatie. Wallander wees naar de telefoon. Bel hem en stel een eenvoudige vraag. Waarom heb je me niet verteld dat je een zus hebt? Is ze ouder of jonger? Wallander dacht na. Daar had Atkins niets over gezegd. Toch meende hij zeker te weten dat het een oudere zus moest zijn. Als ze na Hans was geboren zou het al te moeilijk zijn geweest om het geheim te verbergen. Ik wil niet bellen, zei Linda. Ik heb het er wel met hem over als hij thuiskomt. Nee, zei Wallander. We hebben hier met twee verdwenen personen te maken. Dit is geen privézaak, maar een politiezaak. Als jij niet belt, doe ik het. Dat is misschien het beste, zei ze. Terwijl zij de cijfers van het nummer in Kopenhagen opnoemde, toetste hij ze in. De telefoon ging over en er klonk klassieke muziek. Linda boog voorover om te luisteren. Dat is zijn directe lijn, zei ze. Ik heb die muziek uitgekozen. Hiervoor had hij tamelijk vreselijke Amerikaanse country. Iemand die zich Billy Ray Cyrus noemt. Ik heb hem gedwongen om andere muziek te nemen door te dreigen dat ik hem anders nooit meer zou bellen. Hij zal zo wel opnemen. Ze was nog niet uitgesproken of Wallander hoorde de stem van Hans. Hij klonk gejaagd, bijna ademloos. Wat gebeurt er eigenlijk op die Aziatische beurzen? dacht Wallander bij zichzelf. Ik heb een vraag die niet kan wachten, zei hij. Ik zit hier nu trouwens aan jouw keukentafel. Louise, zei Hans. Of Håkan? Zijn ze gevonden? Ik zou willen dat het zo was, maar het gaat over heel iemand anders. Kun jij je voorstellen wie? 167

Wallander voelde dat Linda geïrriteerd raakte over wat ze waarschijnlijk als een onnodig kat-en-muisspelletje beschouwde. Hij realiseerde zich dat ze gelijk had. Hij moest er geen doekjes om winden. Zoals hij had beloofd. Het gaat om je zus, zei hij. Je zus Signe. Het werd stil in de hoorn en het duurde een poosje voordat Hans weer wat zei. Ik begrijp niet waar je het over hebt. Is dit een grap? Linda had zich over de tafel gebogen; Wallander hield de hoorn omhoog zodat zij het ook kon horen. Hij besefte dat Hans de waarheid sprak. Het is geen grap, zei hij. Bedoel je serieus dat je er niets van weet dat je een zus hebt die Signe heet? Ik heb geen broers of zussen. Mag ik Linda alsjeblieft? Wallander gaf zwijgend de hoorn aan Linda, die herhaalde wat haar vader had verteld. Toen ik klein was, vroeg ik mijn ouders altijd waarom ik geen broertje of zusje had, zei Hans. Ze antwoordden altijd dat ze één kind voldoende vonden. Ik heb nooit over iemand gehoord die Signe heet, nooit foto s van haar gezien. Ik ben altijd enig kind geweest. Dat is moeilijk te geloven, zei Linda. Heel even ging Hans door het lint en hij schreeuwde in de hoorn: Hoe denk je dat het voor mij is? Wallander pakte Linda de hoorn af. Ik geloof je, zei hij. En dat doet Linda ook. Maar je moet begrijpen dat het belangrijk is om uit te zoeken hoe het allemaal in elkaar zit, of er überhaupt een verband is. Je ouders zijn verdwenen. En nu duikt er een onbekende zus op. Ik vind het onbegrijpelijk, zei Hans. Ik ben er misselijk van. Wat de verklaring ook is, ik zal die vinden. Wallander overhandigde de hoorn weer aan Linda. Hij 168

hoorde haar kalmerend tegen Hans praten. Hij wilde niet luisteren naar wat ze tegen elkaar zeiden. Omdat het gesprek nog wel even leek te kunnen gaan duren, schreef hij een paar woorden op een briefje en legde dat voor haar op tafel neer. Ze knikte en pakte een sleutelbos van de vensterbank, die ze aan hem gaf. Hij verliet het huis nadat hij Klara, die op haar buik in haar bedje lag te slapen, had bestudeerd. Voorzichtig streek hij met een vinger over haar wangetje. Er ging een schokje over haar gezicht, maar ze sliep door. Eenmaal op het bureau aangekomen, had Wallander zijn jas nog niet uitgetrokken of hij belde meteen Sten Nordlander op. Hij kreeg direct de gewenste bevestiging. Er is inderdaad nog een kind, zei Sten Nordlander. Een meisje, dat vanaf haar geboorte zwaar gehandicapt was. Totaal hulpeloos, als ik Håkan goed heb begrepen. Ze konden haar niet thuishouden, ze had vanaf de eerste dag al speciale zorg nodig. Ze hadden het nooit over haar en ik vond dat je dat natuurlijk moest respecteren. Heet ze Signe? Ja. Weet je wanneer ze is geboren? Sten Nordlander dacht na voordat hij antwoordde. Waarschijnlijk is ze bijna tien jaar ouder dan haar broer. Volgens mij was de schok toen zij geboren werd zo groot, dat het lang heeft geduurd voordat ze nog een kind durfden te nemen. Dan is ze nu in de veertig, zei Wallander. Weet je waar ze woont? In welk verpleeghuis of in welke inrichting? Volgens mij heeft Håkan zich een keer laten ontvallen dat het in de buurt van Mariefred lag, maar een naam heb ik nooit gehoord. Wallander beëindigde snel het gesprek. Hoewel hij eigenlijk helemaal niets met de zaak te maken had, had hij het gevoel 169

dat hij haast had. Hij realiseerde zich dat hij om te beginnen contact met Ytterberg moest opnemen, maar zijn nieuwsgierigheid dreef hem in een andere richting. Hij keek in zijn hopeloos kliederige telefoonboekje en vond het mobiele nummer dat hij zocht. Het was van een vrouw die bij de afdeling Sociale Zaken van de gemeente Ystad werkte. Ze was de dochter van een vroegere collega die op het politiebureau bij de administratie had gewerkt. Wallander had haar leren kennen in verband met een ingewikkelde pedofiliezaak van enkele jaren geleden. Ze heette Sara Amander en nam meteen op. Ze wisselden enkele woorden over het bestaan en het weer, en daarna vertelde Wallander waarvoor hij belde. Een overheidsinstelling voor gehandicapten in de buurt van Mariefred? Misschien zijn er meerdere mogelijkheden? Ik heb adressen en telefoonnummers nodig. Kun je er iets meer over zeggen? Heb je het over aangeboren hersenletsel? Vooral lichamelijk letsel, volgens mij. Een kind dat vanaf de geboorte zorg nodig had. Maar het kan natuurlijk zijn dat ze ook een geestelijke beperking heeft. Dat lijkt me een voordeel voor iemand die zo gehandicapt is, dat je niet al te goed weet hoe ellendig het leven is dat je leidt. We moeten voorzichtig zijn met uitspraken over het leven van andere mensen, zei Sara Amander. Er zijn zwaar gehandicapte mensen die verbazingwekkend veel blijdschap in hun leven kennen. Maar ik zal zien wat ik kan vinden. Wallander beëindigde het gesprek en ging koffie halen bij de automaat, waar hij een paar woorden met Kristina Magnusson wisselde. Ze herinnerde hem eraan dat ze de volgende avond met de collega s een geïmproviseerd zomerfeest zouden houden bij haar in de tuin. Dat was Wallander ontschoten, maar hij zei dat hij uiteraard zou komen. Hij liep terug naar zijn kamer en om het niet te vergeten schreef hij het op een 170

groot vel, dat hij naast de telefoon legde. Na een paar uur belde Sara Amander terug. Ze had twee opties voor hem. De ene was een particulier verpleeghuis dat Amalienborg heette en vlak aan de rand van Mariefred lag. De andere was een overheidsinstelling, Niklasgården, die in de buurt van kasteel Gripsholm lag. Wallander noteerde adressen en telefoonnummers en wilde net het eerste nummer bellen toen Martinson in de deuropening verscheen. Wallander legde de hoorn neer en knikte dat hij kon binnenkomen. Martinson vertrok zijn gezicht. Wat is er? Een uit de hand gelopen pokerpartij. Een ambulance heeft net een man met messteken naar het ziekenhuis gebracht. We hebben een wagen ter plekke, maar jij en ik moeten er eigenlijk ook heen. Wallander greep zijn jas en liep achter Martinson de kamer uit. Het kostte de rest van de dag en een gedeelte van de avond voordat ze erin waren geslaagd uit te zoeken wat er was gebeurd tijdens de pokerpartij die in grof geweld was ontaard. Pas toen Wallander tegen achten op het bureau terugkeerde, kon hij de nummers bellen die hij van Sara Amander had gekregen. Hij begon met Amalienborg. Een vriendelijke vrouw nam op. Terwijl Wallander zijn vraag over Signe von Enke stelde, realiseerde hij zich al dat hij een denkfout maakte. Natuurlijk zou hij geen antwoord krijgen. Een inrichting die zwaar zieke mensen verzorgde, kon natuurlijk niet zomaar aan iedereen namen van haar patiënten doorgeven. Dat was ook de reactie die hij kreeg. Op een van zijn andere vragen, of ze patiënten van verschillende leeftijd hadden of dat het alleen maar volwassenen waren, kreeg hij ook geen antwoord. De vriendelijke vrouw bleef geduldig vermelden dat ze niets mocht zeggen. Ze kon hem helaas niet helpen, hoe graag ze dat ook wilde. Wallander legde de hoorn neer en bedacht dat hij nu eigenlijk 171

Ytterberg moest bellen, maar hij liet het achterwege. Er waren geen redenen om hem nu te storen. Het gesprek kon wachten tot de volgende dag. Omdat het een mooie avond was, warm en stil, at hij buiten in de tuin de maaltijd die hij had bereid toen hij thuiskwam. Jussi lag aan zijn voeten de stukjes op te happen die van Wallanders vork gleden. Op de akkers die hem omringden, schitterde nu het gele koolzaad. Om de een of ander onduidelijke reden had zijn vader hem ooit geleerd dat koolzaad in het Latijn Brassica napus heette. De woorden waren bij hem blijven hangen. Met onbehagen dacht hij terug aan vele jaren geleden, toen een wanhopige jonge vrouw zichzelf in een koolzaadveld in brand had gestoken. Hij verdreef die gedachte echter. Hij wilde nu gewoon van de zomeravond genieten. Ook al werd zijn leven omringd door mensen die het slachtoffer waren geworden van geweld, die vernederd of omgebracht waren, hij had er behoefte aan zichzelf een avond te gunnen zonder pijnlijke herinneringsbeelden. De gedachte aan Hans zus liet hem echter niet los. Hij probeerde de stilte die haar omringde te interpreteren, probeerde zich ook te verplaatsen in wat Mona en hij zouden hebben gedaan als ze een kind hadden gekregen dat vanaf de eerste dag de zorg van vreemde mensen nodig had gehad. Hij rilde bij de gedachte, waar hij zich eigenlijk onmogelijk iets bij kon voorstellen. Hij zat verzonken in gepeins dat alle kanten op ging, toen er gebeld werd. Jussi spitste zijn oren. Het was Linda. Ze praatte zacht en legde uit dat Hans sliep. Hij is er helemaal kapot van, zei ze. Het ergste is, zegt hij, dat er nu niemand is aan wie hij vragen over haar kan stellen. Ik ben bezig haar op te sporen, zei Wallander. Binnen een paar dagen moet ik wel hebben kunnen uitzoeken waar ze zich bevindt. 172