DEONTOLOGISCHE CODE VOOR RAADSLEDEN OCMW VILVOORDE

Vergelijkbare documenten
BESTUUR - Deontologische code gemeenteraad - Goedkeuring gemeenteraad 22 november 2007

DEONTOLOGISCHE CODE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN

DEONTOLOGISCHE CODE voor LOKALE MANDATARISSEN

II Algemene plichten, uitgangspunten en doelstellingen

Deontologische code voor de gemeenteraadsleden inzake dienstverlening aan de bevolking.

GEDRAGSCODE VOOR MANDATARISSEN

Stad Nieuwpoort. Deontologische code voor de lokale mandatarissen

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR MANDATARISSEN VAN HET OCMW ASSE

Deontologische code van de provincieraadsleden van de provincie Limburg 22 juni 2016

Gemeente Koksijde. Deontologische code voor de lokale mandatarissen

INTERNE ZAKEN GEMEENTERAAD DEONTOLOGISCHE CODE

Deontologische code voor lokale mandatarissen gemeente Westerlo goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 april 2013

Het statuut van de code

Deontologische code voor lokale mandatarissen

Deontologische code OCMW-raadsleden

DEONTOLOGISCHE CODE GEMEENTERAAD

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR MANDATARISSEN VAN HET OCMW ZAVENTEM. De OCMW-raadsleden zijn zich bewust van hun belangrijke maatschappelijke rol.

Dergelijke dienstverlening of onoorbare vragen mogen zich uiteraard niet verplaatsen naar de ambtenarij of naar de lokale uitvoerende organen.

GEMEENTE ASSENEDE DEONTOLOGISCHE CODE GEMEENTERAAD

Deze deontologische code beoogt in hoofdzaak twee doelstellingen m.b.t. de dienstverlening van de gemeente- en OCMW-raadsleden aan de bevolking:

OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN DE STAD TIENEN

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR LOKALE MANDATARISSEN INZAKE DIENSTVERLENING AAN DE BEVOLKING GEMEENTERAAD VAN 27 FEBRUARI 2013.

Deontologische code voor de lokale mandatarissen

DEONTOLOGISCHE CODE. mandatarissen van Waregem

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR GEMEENTERAADSLEDEN VAN STAD HASSELT

VLAAMS PARLEMENT DEONTOLOGISCHE CODE. van de Vlaamse volksvertegenwoordigers inzake dienstverlening aan de bevolking

Reglement met betrekking tot de deontologische code van de provincieraadsleden

Deontologische code voor lokale mandatarissen

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR LOKALE MANDATARISSEN

Deontologische code voor de gemeenteraad / raad voor maatschappelijk welzijn

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR DE LEDEN VAN HET BIJZONDER COMITÉ VOOR DE SOCIALE DIENST OCMW HASSELT

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR MANDATARISSEN

GEMEENTEBESTUUR WACHTEBEKE Dorp 61 Provincie Oost-Vlaanderen UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DE GEMEENTE WACHTEBEKE

Deontologische code voor de lokale mandatarissen van de Stad/OCMW Roeselare

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR RAADSLEDEN OCMW KOKSIJDE

DEONTOLOGISCHE CODE LEDEN VAN DE OCMW-RAAD ARTIKEL 40 BIS OCMW-DECREET

Deontologische code voor gemeenteraadsleden van Diksmuide

Gedragscode voor raadsleden van de stad Antwerpen

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR DE RAADSLEDEN VAN DE GEMEENTE EN HET OCMW VAN KORTENBERG

Code Goed Bestuur. Intercommunale Waterleidingsmaatschappij van Veurne-Ambacht (IWVA)

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR LOKALE MANDATARISSEN INZAKE DIENSTVERLENING AAN DE BEVOLKING (goedgekeurd door OCMW-raad in zitting van

DEONTOLOGISCHE CODE GEMEENTERAADSLEDEN

DEONTOLOGISCHE CODE MANDATARISSEN

RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN DEONTOLOGISCHE CODE

Gedragscode voor collegeleden van de stad Antwerpen

Provincieraadsbesluit

Uittreksel uit de notulen van de OCMW-raad

Goedkeuring deontologische code voor gemeenteraadsleden ingevolge gemeentedecreet

Goedkeuring van het ontwerp deontologische code van de gemeenteraad. Gelet op het ontwerp van deontologische code voor de werking van de gemeenteraad;

DEONTOLOGISCHE CODE. Goedgekeurd in de gemeenteraad van 20 november 2017 Bekendgemaakt op 5 december Memorie van toelichting

Deontologische code. GEMEENTEBESTUUR OPPERSTRAAT LIEDEKERKE TEL FAX LIEDEKERKE.

DEONTOLOGIE HOOFDSTUK I TOEPASSINGSGEBIED. Artikel 1

3 Deontologische code voor mandatarissen.

DEONTOLOGISCHE CODE MANDATARISSEN (GOEDGEKEURD IN ZITTING RMW VAN 1/4/2010)

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR OCMW MANDATARISSEN

DEONTOLOGISCHE CODE VAN DE MANDATARISSEN Goedkeuring gemeenteraad 23 mei 2019

Het gebruik van de termen "ombudsman", "klachtendienst" en andere afleidingen of samenstellingen met "ombud" of "klacht" is verboden.

Deontologische code voor de lokale mandatarissen van Sint- Pieters-Leeuw

ZITTING VAN 15 FEBRUARI 2007.

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR PERSONEELSLEDEN

Deontologische code voor lokale mandatarissen

DEONTOLOGISCHE CODE COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

GEMEENTE ASSENEDE DEONTOLOGISCHE CODE GEMEENTERAAD EN COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

DE GEMEENTERAAD: openbare zitting van 10 oktober 2013

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR LOKALE MANDATARISSEN STADSBESTUUR RONSE

GO-raM. Gemeenteraadsagenda OCMW-raadsagenda Merksplas

OCMW LEUVEN HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VAST BUREAU

Deontologische code lokaal bestuur Alveringem

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAADSZITTING VAN maandag 25 juni 2007

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR MANDATARISSEN BESLUIT: Enig artikel Akkoord te gaan om de Deontologische Code voor gemeente- en OCMW-raadsleden als volgt

Uittreksel uit de notulen van de Gemeenteraad Zitting van 27 maart 2013

Artikel 1. In de gemeente Destelbergen wordt een gemeentelijke Adviesraad voor Lokale Economie (ALE) opgericht.

STAD LEUVEN HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

GEDRAGSCODE STAD ANTWERPEN WERKEN BIJ DE STAD ANTWERPEN WAT WORDT ER VAN ONS VERWACHT?

Provincieraadsbesluit

Deontologische code van het personeel van de gemeente Kortemark

Deontologische commissie huishoudelijk reglement

Gedragscode voor de leden van het Europees Parlement inzake financiële belangen en belangenconflicten

DEONTOLOGISCHE CODE LOYALITEIT

3. De leden die zetelen als deskundige vertegenwoordigen geen maatschappelijke belangengroep, geleding, vereniging of wat dan ook.

DE GEMEENTERAAD. Overwegende dat deze basisideeën het resultaat zijn van de bepalingen opgenomen in het Gemeentedecreet;

DE VERENIGINGSCULTUUR VAN NATUURPUNT DE WAARDEN EN DEONTOLOGIE VAN DE MEDEWERKERS VAN NATUURPUNT VOORAFGAANDE TOELICHTING EN PROCEDURE

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR DE POLITIEKE MANDATARISSEN

WERKEN BIJ STAD/OCMW ANTWERPEN WAT WORDT ER VAN ONS VERWACHT?

Stad Nieuwpoort. Deontologische code voor het stadspersoneel

BIJLAGE I GEDRAGSCODE VOOR DE LEDEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT INZAKE FINANCIËLE BELANGEN EN BELANGENCONFLICTEN

KLACHTENREGLEMENT GEMEENTE EN OCMW VAN KALMTHOUT

Reglement over de werking van de dienst van de Ombudsvrouw/man

Gedragscode bestuurders De Werkvennootschap NV van publiek recht

Charter van de ombudsdienst

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR DE PERSONEELSLEDEN VAN HET OCMW LUBBEEK INHOUDSTAFEL INLEIDING

1902 ( ) Nr. 1 5 februari 2013 ( ) stuk ingediend op. Voorstel van decreet. van de heer Filip Dewinter

Aan de slag als raadslid

Deontologische code. Toepassingsgebied

Uittreksel uit de notulen van de OCMW raad van Jabbeke, dd. 06 mei 2019

DEONTOLOGISCHE CODE. Wij zijn het gezicht van de Stad

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR LOKALE MANDATARISSEN

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

Akte Oprichting gecoördineerde versie

Raad voor maatschappelijk welzijn van 23 februari Reglement klachtenbehandeling

Transcriptie:

DEONTOLOGISCHE CODE VOOR RAADSLEDEN OCMW VILVOORDE 1

INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 2 INLEIDING... 4 Artikel 1 Situering... 4 Artikel 2 Definitie... 5 Artikel 3 Toepassingsgebied... 5 ALGEMENE PLICHTEN, UITGANGSPUNTEN EN DOELSTELLINGEN... 6 Artikel 4 Relatie tot de burger... 6 Artikel 5 Algemeen belang... 6 Artikel 6 Belangenvermenging... 6 Artikel 7 Voorkennis... 7 Artikel 8 Non-discriminatie... 7 Artikel 9 Bestrijden van fraude en corruptie... 7 Artikel 10 Gebruik van materialen en bestuurlijke uitgaven... 7 Artikel 11 Onafhankelijkheid... 8 Artikel 12 Loyauteit en respect... 8 SPECIFIEKE BEPALINGEN... 8 Artikel 13 Het raadslid als informatiebemiddelaar over dossiers... 8 Artikel 14 Het raadslid als vertrouwenspersoon... 9 Artikel 15 Het raadslidals doorverwijzer... 9 Artikel 16 Het raadslidals administratief begeleider en ondersteuner... 9 TUSSENKOMSTEN... 9 Artikel 17 Bespoedigingstussenkomsten... 10 Artikel 18 Begunstigingstussenkomsten... 10 Artikel 19 Opname van tussenkomsten in het administratief dossier... 11 ONRECHTMATIGE EN ONWETTELIJKE VOORDELEN... 11 Artikel 20 Definitie... 11 Artikel 21 Tussenkomsten... 11 SCHIJNDIENSTBETOON EN ONGEVRAAGD DIENSTBETOON... 11 Artikel 22 Schijndienstbetoon... 11 Artikel 23 Ongevraagd dienstbetoon... 12 BEKENDMAKING VAN DE DIENSTVERLENING... 12 Artikel 24 Definitie... 12 Artikel 25 Verkiezingspropaganda... 12 BEDRIJFSBEZOEKEN... 12 Artikel 26 Definitie... 12 INTERNE OMGANGSVORMEN EN GEBRUIK VAN INFORMATIE... 13 Artikel 27 Relatie tot het personeel van het OCMW... 13 Artikel 28 Onderlinge omgangsvormen... 13 Artikel 29 Gebruik informatie... 14 NALEVING, CONTROLE EN SANCTIONERING... 14 Artikel 30 Naleving gedragscode... 14 2

Artikel 31 Controle en sanctionering... 14 Artikel 32 Bekendmaking... 15 GERAADPLEEGDE WERKEN... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3

INLEIDING Artikel 1 Situering Artikel 50 en 64 van het OCMW-decreet verplichten de raad voor maatschappelijk welzijn een deontologische code aan te nemen voor de raadsleden. Deze code is tevens van toepassing op het Vast Bureau en de Bijzondere Comités. De raadsleden mogen het vertrouwen dat ze genieten van de burgers niet schaden en moeten zich zo gedragen dat zij hun ambt niet in diskrediet brengen. Zij handelen op een manier dat zij ten opzichte van iedere burger, organisatie, instelling of bedrijf vrij blijven staan en zich zonder verplichtingen voelen. Zij bevinden zich echter voortdurend in een dubbele positie. Enerzijds moeten zij het algemeen belang voor ogen houden en ertoe bijdragen en is het belangrijk dat zij voor de bevolking bereikbaar en aanspreekbaar zijn, anderzijds verwachten bepaalde personen, groeperingen of bedrijven dat zij hun bijzondere belangen verdedigen. Hierbij zijn zij zich ervan bewust dat zij een belangrijke maatschappelijke rol vervullen. Deze rol dient echter gestuurd te worden door een coherent geheel van richtlijnen en principes die zij in acht nemen bij de uitoefening van hun mandaat en bij de dienstverlenende activiteiten ten behoeve van de bevolking. Deze gedragscode gaat over bestuurlijke integriteit, ofwel de mate waarin bestuurders zich in hun contacten en hun functioneren oprecht, onkreukbaar en rechtschapen gedragen. Bestuurlijke integriteit duidt op handelen in overeenstemming met geschreven en ongeschreven waarden en normen die uitdrukking geven aan begrippen als rechtschapenheid, onkreukbaarheid, zorgvuldigheid, zuiverheid van oogmerk, betrouwbaarheid, geloofwaardigheid, loyauteit, objectiviteit en rechtvaardigheid. In de bestaande, voornamelijk strafrechtelijke regelgeving zijn reeds heel wat regels opgenomen om niet-integer gedrag tegen te gaan. Deze regels geven aan hoe de raadsleden zich in bepaalde situaties moeten gedragen. Voorbeelden terzake vormen de verbodsbepalingen in het OCMW - decreet bij belangenconflict (artikel 37), de diverse cumulbepalingen uit het OCMW - decreet om belangenvermenging tegen te gaan (artikel 20), de wet op de partijfinanciering en verkiezingsuitgaven, de verplichting voor het indienen van een lijst van mandaten, ambten en beroepen evenals een vermogensaangifte en het inzagerecht en bezoekrecht zoals bepaald in artikel 40 van het OCMW - decreet. Er zijn echter andere gevallen denkbaar waar, alhoewel er strikt juridisch gezien geen bezwaren zijn, het optreden van de raadsleden toch vragen kan oproepen. Deze gedragscode wil een houvast geven bij concrete situaties die zich kunnen voordoen in de dagelijkse bestuurspraktijk. De richtlijnen bieden echter geen pasklare oplossingen voor alle situaties waarmee de raadsleden geconfronteerd worden. Ze moeten als een middel ter ondersteuning gezien worden om in het dagelijkse functioneren om te gaan met deontologische problemen en dilemma s. Er zal immers altijd interpretatieruimte overblijven. Deze deontologische code beoogt in hoofdzaak twee doelstellingen m.b.t. de dienstverlening aan de bevolking: - enerzijds moeten de raadsleden de bevolking correct informeren en juist doorverwijzen naar de geëigende ambtelijke dienst. Dit heeft als doel dat de burger in zijn rol van klant 4

van de overheidsadministratie zelf sterker wordt en dat de ambtelijke diensten hun rol van dienstverlener ten volle kunnen spelen; - anderzijds moeten raadsleden streven naar structurele oplossingen voor de problemen die ze bij hun contacten met de bevolking vaststellen zodat de behoefte aan sociale dienstverlening stelselmatig wordt teruggedrongen. De correcte naleving van de deontologische code kan er toe bijdragen dat ook de deontologie bij de bevolking wordt versterkt en dat vragen naar onoorbare tussenkomsten niet langer worden gesteld. Artikel 2 Definitie Deze gedragscode omvat het geheel van beginselen, gedragsregels, richtlijnen en principes, die de raadsledentot leidraad dienen bij de uitoefening van hun mandaat en bij de dienstverlenende activiteiten ten behoeve van de bevolking. Daarnaast gaat de deontologische code ook over de wijze waarop raadsleden met dossiers en informatie over het algemeen omgaan en de wijze waarop zij omgaan met collegaraadsleden, het vast bureau, de bijzondere comités en het personeel. Onder de in onderhavige code gehanteerde begrippen burger en bevolking wordt niet alleen begrepen personen, doch ook groepen, verenigingen, bedrijven en andere organisaties of entiteiten die particuliere belangen nastreven of behartigen. Artikel 3 Toepassingsgebied Onder raadsleden wordt begrepen: - de OCMW-voorzitter - de OCMW-raadsleden; De gedragscode is ook van toepassing op de medewerkers van de hierboven bedoelde raadsleden, welke ook hun statuut of hoedanigheid is (persoonlijke medewerkers, kabinetsen fractiemedewerkers, of leden die op voorstel van de fracties in de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangeduid om te zetelen in organen van extern verzelfstandigde agentschappen, adviesraden of overlegstructuren of andere organismen waarin het OCMW is vertegenwoordigd). De raadsleden die krachtens een beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn andere mandaten bekleden, zijn er in die hoedanigheid eveneens toe gehouden de bepalingen van deze gedragscode na te leven. Zij zullen er tevens over waken dat zij, ook buiten hun politieke mandaten en activiteiten, geen dienstverlenende activiteiten ontplooien die de eer en de waardigheid van hun mandaat kunnen schaden. 5

ALGEMENE PLICHTEN, UITGANGSPUNTEN EN DOELSTELLINGEN Artikel 4 Relatie tot de burger Om elke verwarring te voorkomen gebruiken de raadsledenvoor hun eigen dienstverlenende activiteiten geheel andere benamingen dan de diensten van het OCMW. Het gebruik van de termen ombudsman, klachtendienst en andere afleidingen of samenstellingen met ombud of klacht is verboden. De raadsleden zijn niet uit op enig persoonlijk gewin, anders dan het verwerven en instandhouden van politiek draagvlak en het vertrouwen van de kiezers. Elke vorm van rechtstreekse dienstverlening, informatiebemiddeling of doorverwijzing gebeurt dan ook zonder enige materiële of financiële tegenprestatie van welke aard of omvang ook, en mag geen enkele vorm van cliëntelisme inhouden. Artikel 5 Algemeen belang De raadsleden dienen bij hun optreden zowel in als buiten het OCMW, voorrang te geven aan het algemeen belang boven particuliere belangen en zij vermijden elke vorm of schijn van belangenvermenging. Zij waken erover dat zij, ook buiten hun politieke activiteiten, geen dienstverlenende activiteiten ontplooien die de eer of waardigheid van het mandaat kunnen schaden. Artikel 6 Belangenvermenging Wanneer OCMW - raadsleden, al dan niet via een tussenpersoon, een professioneel belang, een persoonlijk belang of betrokkenheid hebben bij een bepaald dossier, stellen zij de secretaris hiervan op de hoogte als behoeder van de wettelijke en decretale bepalingen. Deze brengt de informatie onmiddellijk over naar de OCMW - raad met de vraag dat het betrokken raadslid zich niet verder mengt met de behandeling van het dossier. Zoals vastgelegd in artikel 37, 1 van het OCMW-decreet en aangevuld in het huishoudelijk reglement is het voor een raadslid verboden deel te nemen aan de bespreking en de stemming over: - 1 aangelegenheden waarin hij een rechtstreeks belang heeft, hetzij persoonlijk, hetzij als vertegenwoordiger, of waarbij de echtgenoot, of bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dat verbod strekt niet verder dan de bloed- en aanverwanten tot en met de tweede graad als het gaat om de voordracht van kandidaten, benoemingen, ontslagen, afzettingen en schorsingen. Voor de toepassing van deze bepaling worden personen die een verklaring van wettelijke samenwoning als vermeld in artikel 1475 van het Burgerlijk Wetboek hebben afgelegd, met echtgenoten gelijkgesteld; - 2 aangelegenheden waarin hij een rechtstreeks belang heeft vanuit zijn professionele activiteiten, andere dan zijn mandaat als raadslid. Van het raadslid wordt verwacht dat hij zijn verschillende professionele activiteiten kan scheiden. 6

- 3 de vaststelling of goedkeuring van de jaarrekening van een instantie waaraan hij rekenschap verschuldigd is of waarvan hij tot het uitvoerend orgaan behoort. Deze bepaling is niet van toepassing op het lid van de raad voor maatschappelijk welzijn dat zich in de bovenvermelde omstandigheden bevindt louter op grond van het feit dat hij als vertegenwoordiger van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn is aangewezen in andere rechtspersonen. Bovenstaande verbod wordt op de volgende wijze geconcretiseerd: - Betreft het een aangelegenheid in het openbare deel van de zitting, dan zal het raadslid in het publiek plaatsnemen voor de bespreking en stemming van dit punt; - Betreft het een aangelegenheid in het besloten deel van de zitting, dan zal het raadslid de vergaderzaal verlaten. - In het verslag van het desbetreffende beraadslagende orgaan zal bovenstaande steeds expliciet vermeld worden. Artikel 7 Voorkennis De raadsleden kunnen bij de uitoefening van hun mandaat kennis krijgen van vertrouwelijke informatie die voor anderen van grote waarde kan zijn. Zij verstrekken vertrouwelijke informatie waardevol of niet nooit aan anderen zolang deze niet officieel openbaar is. Artikel 8 Non-discriminatie De raadsleden staan op dezelfde gewetensvolle manier ten dienste van alle burgers die op hun dienstverlening een beroep wensen te doen, zonder onderscheid naar geslacht, ras, afstamming, sociale status, nationaliteit, filosofische en/of religieuze overtuiging, ideologische of politieke voorkeur of persoonlijke gevoelens. Artikel 9 Bestrijden van fraude en corruptie Aangezien fraude en corruptie grote schade kunnen toebrengen aan het financieel belang en het imago van het OCMW, bestrijden de raadsleden fraude en corruptie met alle mogelijke middelen. Zij zijn alert als er mogelijkheden voor fraude of corruptie ontstaan. Artikel 10 Gebruik van materialen en bestuurlijke uitgaven De raadsleden gebruiken de middelen, materialen en faciliteiten die het OCMW hen ter beschikking stelt, alleen voor de uitoefening van hun mandaat en springen hier zuinig mee om. Aan de raadsleden kunnen alleen de kosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat en die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat, terugbetaald worden. De raadsleden kunnen de kosten voor studiedagen of vormingscursussen en de reiskosten hieraan verbonden, ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of V.V.S.G., terugvorderen van het OCMW, voor zover deze studiedagen of vormingscursussen relevant zijn voor de uitoefening van hun mandaat. Ze betreffen in principe enkel initiatieven in het binnenland. 7

De terugvorderbare kosten mogen niet buitensporig zijn en dienen vergelijkbaar te zijn met deze van vormingsinitiatieven voor het personeel. De kosten dienen verantwoord te worden met bewijsstukken en moeten ter goedkeuring voorgelegd aan het vast bureau. Dat beoordeelt of deze kosten verantwoord zijn. Er wordt geen terugbetaling gedaan van kosten die reeds door andere instanties (privébedrijf, intercommunale, overheidsdienst, gemeente ) aan het raadslid wordt terugbetaald. Artikel 11 Onafhankelijkheid Raadsleden zijn geheel vrij om zich in hun netwerken te bewegen en deel te nemen aan alle sociale activiteiten naar hun keuze. Het raadslidmag geen giften, beloningen of enig ander voordeel vragen of eisen of aannemen die van die aard zijn de beslissing te beïnvloeden. Indien zij namens het OCMW optreden, kunnen zij aan derden geschenken geven of derden voor activiteiten uitnodigen, mits hierbij alle schijn van partijdigheid of belangenvermenging wordt vermeden en dit binnen de grenzen door de OCMW-raad bepaald. Artikel 12 Loyauteit en respect Loyauteit betekent in de eerste plaats trouw aan en respect voor de democratische instellingen en voor de bestaande regelgeving. Om die opdracht waar te maken dienen de raadsleden te streven naar een vlotte samenwerking met de administratie, waarbij het belang van de organisatie centraal staat. Ook wordt eerlijkheid en respect verwacht in de omgang met anderen (burgers, raadsleden, personeelsleden en andere contactpersonen). Dit houdt onder meer in dat een raadslid niets doet of zegt wat iemand anders als een inbreuk op zijn of haar waardigheid kan beschouwen. Eveneens zijngeweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag, zowel d.m.v. woorden als door feitelijke handelingen of gedragingen, verboden. SPECIFIEKE BEPALINGEN Artikel 13 Het raadslid als informatiebemiddelaar over dossiers Het behoort tot de wezenlijke taken van de lokale raadsleden informatie te ontvangen en te verstrekken en om door te verwijzen naar de geëigende diensten of instanties. De raadsleden stellen informatie ter beschikking van de burger met betrekking tot de wijze waarop klachten kunnen ingediend worden aangaande het optreden of het niet optreden van het OCMW. Informatie waarop de vraagsteller geen recht kan laten gelden, die de goede werking van de administratie kan doorkruisen, die de privacy van anderen in het gedrang kan brengen of die in overeenstemming met wettelijke of reglementaire bepalingen, bijvoorbeeld betreffende de openbaarheid van bestuur, niet mag worden meegedeeld, mag door het raadslid niet worden doorgespeeld, ook niet nadat het mandaat is afgelopen. 8

Het kopiëren van gegevens uit de verslagen van sociale onderzoeken kan het vertrouwelijk karakter van de inlichtingen in het gedrang brengen. Om de vertrouwensrelatie tussen het OCMW en zijn cliënten niet te verstoren is het kopiëren van bedoelde dossiers verboden.zoals bepaald in het huishoudelijk reglement kunnen de raadsleden wel de betrokken dossiers raadplegen. Indien raadsleden bij het inkijken van bedoelde dossiers persoonsgebonden notities maken, blijven dezesteeds in de persoonlijke map van het raadslid op het OCMW bewaard. Artikel 14 Het raadslid als vertrouwenspersoon In het kader van hun algemene luisterbereidheid kunnen raadsleden de rol vervullen van vertrouwenspersoon. Zij nemen daarbij de nodige discretie in acht. Deze vertrouwensrelatie mag niet misbruikt worden door vroegtijdig beslissingen van het vast bureau, hetbijzonder comité voor de sociale dienst en de raad van maatschappelijk welzijn aan belanghebbende tebezorgen. Artikel 15 Het raadslidals doorverwijzer De raadsleden proberen, waar mogelijk, vraagstellers door te verwijzen naar de geëigende diensten van het OCMW, naar particuliere - en overheidsdiensten die professioneel gespecialiseerd zijn in het oplossen van de opgeworpen problemen. Artikel 16 Het raadslidals administratief begeleider en ondersteuner De raadsleden kunnen de burgers ondersteunen en begeleiden in hun relatie met de administratie of met de betrokken instanties. Zij kunnen de burgers helpen om, via de daartoe geëigende kanalen en procedures, een aanvraag te richten tot de overheid, informatie te verkrijgen nopens de stand van zaken in een dossier, daarover nadere uitleg en toelichting te vragen en vragen te stellen over de administratieve behandeling van dossiers. Zij hebben het recht vragen te stellen naar concrete toelichting bij de bestaande regelgeving of een genomen beslissing, naar de stand van zaken van een dossier en naar de verantwoording voor het niet-beantwoorden van vragen door de burger gesteld, binnen de afspraken die daarover gemaakt zijn. Bij de administratieve begeleiding en ondersteuning van de burgers respecteren zij de onafhankelijkheid van de diensten en de personeelsleden, de objectiviteit van de procedures en de termijnen die als redelijk moeten worden beschouwd voor de afhandeling van soortgelijke dossiers. De briefwisseling (brieven, faxen, e-mails) met de overheid, gevoerd in het kader van de administratieve begeleiding en ondersteuning, wordt uitsluitend op naam van de burger gevoerd. Er wordt op geen enkele wijze melding gemaakt van de ondersteunende en begeleidende rol van het raadslid. TUSSENKOMSTEN 9

Artikel 17 Bespoedigingstussenkomsten Bij het behartigen van dossiers en het begeleiden van vraagstellers respecteren de raadsleden de normale objectieve behandelingsprocedure en termijn. Bespoedigingstussenkomsten, waarbij zij een administratieve of gerechtelijke procedure proberen te versnellen in dossiers die zonder hun tussenkomst weliswaar een langere verwerkings- of behandelingsperiode, maar toch een regelmatige afloop of resultaat zouden krijgen, zijn niet toegestaan.het bespoedigen van het dossier van de ene houdt immers automatisch het vertragen van de behandeling van andere dossiers in, wat een vorm van favoritisme is. Tussenkomsten zijn toegelaten voor zover ze betrekking hebben op: - vragen naar de redenen en oorzaken van de langdurige of laattijdige behandeling van een dossier - het vestigen van de aandacht op of het meedelen, aan het behandelende personeelslid of dienst, van bijzondere gegevens en relevante informatie die een versnelde behandeling van het dossier, gelet op de hoogdringendheid ervan, objectief rechtvaardigen - vragen om toelichting bij de toepasselijke regelgeving - vragen met betrekking tot de aan een genomen beslissing ten grondslag liggende elementen en motieven Artikel 18 Begunstigingstussenkomsten Begunstigingstussenkomsten, waarbij het raadslid zijn voorspraak aanwendt teneinde de afloop of het resultaat van een zaak of een dossier te beïnvloeden in de door de belanghebbende burger gewenste zin, zijn niet toegestaan. Tussenkomsten bij selectievoerende instanties, die tot doel hebben het verhogen van de kansen op benoeming, aanstelling en bevordering in de administratie en de gerechtelijke sector, zijn dus verboden. Raadsleden die om steun gevraagd worden door of voor kandidaten die een functie, aanstelling of bevordering ambiëren, delen betrokkene mee dat de aanstelling, benoeming of bevordering gebeurt op basis van de geldende normen en procedures. Zij verwijzen de kandidaten door naar de bevoegde dienst of instantie. Worden niet beschouwd als begunstigingstussenkomsten en zijn daardoor toegestaan: - het inwinnen en verstrekken van informatie en inlichtingen betreffende de modaliteiten, voorwaarden en organisatie van selectieprocedures, examens, geschiktheids- en bekwaamheidstests en de procedures betreffende benoemingen, aanstellingen en bevorderingen; - als waarnemer aanwezig zijn bij de selectieproeven; - het informeren van de belangstellenden met betrekking tot werkaanbiedingen en vacatures in de particuliere en overheidssector. Voor die informatietaak mogen zij geen enkele tegenprestatie, van welke aard ook, beloven of leveren aan de betrokken werkgevers. Zij moeten zich ook onthouden van enige aanbeveling, zowel schriftelijk als mondeling. 10

Artikel 19 Opname van tussenkomsten in het administratief dossier De naleving van de deontologische code veronderstelt openbaarheid als enige fundamentele structurele oplossing om ongeoorloofde tussenkomsten te verhinderen. Het dossierbehandelende personeelslid zal ervoor zorgen dat alle tussenkomsten, welke de aard van de tussenkomst of hoedanigheid van de interveniënt ook zij (ook uitgaande van politieke mandatarissen en partijfunctionarissen op alle niveaus, vertegenwoordigers van drukkingsgroepen en publieke, semi-publieke of privé-hulpverleners) opneemt in het desbetreffende administratieve dossier. Het behandelende personeelslid deelt de interveniënt mee dat de tussenkomst bij het dossier zal worden gevoegd. Worden niet beschouwd als tussenkomsten die in het dossier dienen worden opgenomen: In de praktijk betekent dit dat: - gewone informatieve vragen van algemene of technische aard die niet de intentie hebben de visie of de behandelingstermijn van de betrokken personeelsleden te beïnvloeden, niet in het dossier dienen te worden vermeld; - andere tussenkomsten buiten de hiërarchische lijn steeds in het bewuste dossier dienen opgenomen. ONRECHTMATIGE EN ONWETTELIJKE VOORDELEN Artikel 20 Definitie Elke bevoordeling of poging tot bevoordeling, waarbij de burger, een organisatie of een vereniging door toedoen, bemiddeling of voorspraak van een raadslid iets probeert te bereiken wat onrechtmatig of wettelijk niet toelaatbaar is, is verboden. Artikel 21 Tussenkomsten Tussenkomsten van raadsleden met de bedoeling de toewijzing en/of de uitvoering van contractuele verbintenissen met de overheid te beïnvloeden, zijn verboden. Raadsleden dienen zich van elke individuele sturing in de normale, dagelijkse dienstverlening te onthouden. Ze vermijden elke tussenkomst om te vermijden dat de indruk wordt gewekt dat slechts door hun tussenkomst de normale dienstverlening kon worden verkregen. SCHIJNDIENSTBETOON EN ONGEVRAAGD DIENSTBETOON Artikel 22 Schijndienstbetoon Alle vormen van schijndienstbetoon, waarbij raadsleden bewust maar onterecht de indruk wekken dat zij bij de goede afloop van een dossier daadwerkelijk tussenbeide zijn gekomen (eventueel zonder dat de betrokken burger om een tussenkomst heeft gevraagd) zijn niet 11

toegestaan. Wanneer een burger daar niet om heeft gevraagd, zal het raadslid hem niet aanschrijven of contacteren teneinde hem, in plaats van of naast de officiële kennisgeving, in kennis te stellen van de beslissing die betreffende het dossier genomen werd. Artikel 23 Ongevraagd dienstbetoon Alle vormen van ongevraagd dienstbetoon, waarbij raadsleden wel degelijk daadwerkelijk optreden teneinde een gunstige afloop van een dossier te bewerkstelligen, maar zonder dat de burger daarom gevraagd heeft, zijn niet toegestaan. BEKENDMAKING VAN DE DIENSTVERLENING Artikel 24 Definitie Het is de raadsleden verboden rechtstreeks of onrechtstreeks publiciteit te maken voor dienstverlenende activiteiten. Het OCMW publiceert op de website van het OCMW de lijst van de raadsleden met naam, mandaat, duiding, telefoonnummer, e-mailadres en foto van het raadslid. De bekendmaking gebeurt voor alle raadsleden op dezelfde manier in elke publicatie. Deze bepaling is niet van toepassing op bladen van politieke partijen of op de eigen politieke publicaties. Artikel 25 Verkiezingspropaganda De raadsleden maken in hun verkiezingspropaganda en mailings, die individueel geadresseerd zijn, geen melding van diensten die zij eventueel voor de betrokkenen hebben verricht. In geen geval mogen zij de indruk wekken dat zij om steun vragen in ruil voor bewezen diensten. BEDRIJFSBEZOEKEN Artikel 26 Definitie Volgende richtlijnen gelden bij bedrijfsbezoeken, op uitnodiging van de betrokken bedrijven, en dit met het oog op mogelijke overeenkomsten, met het OCMW, betreffende werken, leveringen en diensten: 1) raadsleden brengen enkel bezoeken aan bedrijven of realisaties vanuit een specifieke bevoegdheid van een uitvoerend ambt hen toegekend door de Raad voor maatschappelijk welzijn of als OCMW-voorzitter; in dit geval wordt het bezoek voorafgaandelijk ter goedkeuring voorgelegd aan het betrokken uitvoerend orgaan waaruit de bevoegdheid wordt geput; In dit geval moeten de bezoeken in de eerste plaats tot doel hebben een evaluatie te maken van projecten die door andere lokale besturen werden gerealiseerd; 12

2) in perioden voorafgaand aan de gunning van werken, leveringen en diensten zijn bezoeken aan de betrokken belanghebbende bedrijven verboden; dit geldt ook ten aanzien van bedrijven die het voorwerp uitmaken van vergunningen of adviezen, af te leveren resp. te formuleren door het OCMW, onverminderd de wettelijke en reglementaire bepalingen betreffende de opdrachten van de personeelsleden, belast met het voorafgaand onderzoek in het kader van de vergunnings- of adviesprocedures; 3) het is de raadsleden in het kader van hun mandaat verboden deel te nemen aan door bedrijven gefinancierde reizen of verblijven, welke ook de doelstellingen of oogmerken van de reis of van het verblijf in kwestie zijn; 4) van ieder bedrijfsbezoek dient een beknopt verslag te worden opgesteld dat moet worden voorgelegd aan het Vast Bureau en aan de OCMW-raad; 5) het is de raadsleden verboden dure geschenken te aanvaarden; giften en geschenken van geringe of symbolische waarde mogen aanvaard worden, maar moeten vermeld worden in het in het vorig lid bedoelde bedrijfsbezoekverslag. De bepalingen van de nummers 2 en 5, zijn niet van toepassing op reizen en bedrijfsbezoeken die raadsleden doen uit hoofde van hun ambt met het oog op de economische, sociale en/of culturele promotie van de stad Vilvoorde, voor zover door bevoegde organen zodanig is goedgekeurd of erkend. INTERNE OMGANGSVORMEN EN GEBRUIK VAN INFORMATIE Artikel 27 Relatie tot het personeel van het OCMW Raadsleden gaan met het personeel om als volwaardige partners, met respect voor elkaars bevoegdheden: de prerogatieven van de raad voor maatschappelijk welzijn; de beslissingsbevoegdheid van de verkozen raadsleden; de decretaal toegewezen of gedelegeerde bevoegdheden van de verschillende partijen; de beleidsvoorbereidende en uitvoerende opdracht van het personeel. Raadsleden gaan met het personeel om op een respectvolle en hoffelijke wijze. Iedere vorm of schijn van morele intimidatie, beïnvloeding, pesterij of ongewenst seksueel gedrag is verboden. In hun omgang met het personeel respecteren de raadsleden dedeontologische code van het personeel. Raadsleden geven aan het personeel geen rechtstreekse opdrachten. In geen geval worden door het raadslid prestaties gevraagd ten persoonlijke titel. Artikel 28 Onderlinge omgangsvormen Raadsleden gaan met elkaar om als volwaardige partners, ongeacht tot welke partij zij behoren, met respect voor de rol die elke raadslid te spelen heeft. 13

Zij geven intern of extern, mondeling of schriftelijk, correcte informatie. Raadsleden onthouden zich van persoonlijke aanvallen op elkaar en op derden. Artikel 29 Gebruik informatie Raadsleden gebruiken niet, zonder toestemming, interne mails of andere niet openbaar gemaakte informatie van elkaar, van leden van het vast bureau, van het personeel en derden. NALEVING, CONTROLE EN SANCTIONERING Artikel 30 Naleving gedragscode De raadsleden engageren zich om deze gedragscode na te leven. Artikel 31 Controle en sanctionering Er wordt in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn een deontologische commissie ingesteld die waakt over de naleving van de gedragscode. Deze commissie is samengesteld uit vier leden aangeduid door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn, met dien verstande dat de raadsleden van de diverse voordracht akten proportioneel moeten vertegenwoordigd zijn. De deontologische commissie kiest in haar schoot een voorzitter. De deontologische commissie oordeelt over meldingen en klachten over inbreuken op de deontologische code. Zij kan tevens advies uitbrengen met betrekking tot de bepalingen van deze code. Voor de vergadering van de deontologische commissie wordt geen zitpenning toegekend. De deontologische commissie vergadert met gesloten deuren tenzij het betrokken raadslid de openbaarheid van de commissievergadering vraagt. Indien een lid van de deontologische commissie betrokken partij is, neemt het commissielid niet deel aan de bespreking conform artikel 6 in deze deontologische code. Eenieder die geconfronteerd wordt met een interventie van een raadslid of van een in artikel 3 bedoelde medewerker of derde, die kennelijk strijdig is met onderhavige deontologische code, maakt hiervan melding bij de secretarisen dit binnen de dertig dagen volgend op de interventie. De secretaris bezorgt de klacht aan de voorzitter van de raad (indien hij betrokken is, bij diegene die hem vervangt). Een kopie van de melding wordt onverwijld ter kennis gebracht van het betrokken raadslid. Anonieme klachten of meldingen zijn onontvankelijk. De voorzitter van de raad, legt de in vorig lid bedoelde meldingen voor aan de deontologische commissie binnen de dertig dagen na ontvangst. 14

De deontologische commissie onderzoekt de gegrondheid van de melding. Daarbij moet het recht van verdediging van het betrokken raadslid en de in art. 3 bedoelde medewerker of derde worden gevrijwaard. De deontologische commissie doet uitspraak binnen de dertig dagen nadat de melding geagendeerd werd op de commissieagenda. Alle in dit artikel bepaalde termijnen worden opgeschort tijdens de maanden juli en augustus. Stelt de deontologische commissie bij tweederde meerderheid van haar leden een inbreuk op de deontologische code vast, dan zal het een opmerking geven aan het betrokken raadslid. De uitspraak wordt meegedeeld aan de raaden opgenomen in de notulen. Artikel 32 Bekendmaking De deontologische code wordt bekend gemaakt via de website van het OCMW aan de bevolking en via een dienstmededeling aan de medewerkers OCMW. Vanaf heden wordt de deontologische code overhandigd aan de nieuwe medewerkers bij hun indiensttreding. 15