Tracéalternatieven MER ZW380 kv - Oost Het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu werken samen met TenneT TSO B.V. aan de Zuid-West 380 kv-verbinding.
Voorwoord Augustus, de vakantiemaand, werd een mooi moment om ons te bezinnen op een zorgvuldig planproces. In overleg met samenwerkende overheden en indieners zijn evaluaties en werksessies georganiseerd met als onderwerp hoe lossen we knelpunten op en hoe steken we het vervolgproces in met voor iedereen herkenbare tracéalternatieven?. In september hebben op het kantoor van TenneT sessies plaatsgevonden met deskundigen van de indieners en met vakexperts van TenneT. Er is inhoudelijk is gekeken naar de (technische) mogelijkheden per alternatief. Samen zijn de technische knelpunten opgelost en zijn de ingediende tracés geoptimaliseerd. In oktober en november is hier vervolg aan gegeven in werksessies met alle indieners en in gesprekken met gemeenten. Op 7 december is het resultaat van dit intensieve samenwerkingsproces aan alle betrokkenen gepresenteerd. Daarmee is de kaartenset van tracéalternatieven die worden meegenomen in de milieueffectrapportage gereed. Deze kaartenset is samen met de knelpuntanalyse in dit document opgenomen. Naast het uitwerken van de knelpunten en de optimalisaties aan de tracés, is ook het MER beoordelingskader bovengronds en ondergronds opgesteld. Het MER beoordelingskader bevat de uitgangspunten voor de effectanalyse in het MER. De monitoringcommissie, die is aangesteld namens de Ministeries van Economische Zaken, Infrastructuur en Milieu en de samenwerkende overheden, heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om advies uit te brengen op dit MER beoordelingskader. De monitoringscommissie kijkt ook mee bij de verdere totstandkoming van de milieueffectrapportage. Het MER-beoordelingskader en het tracédocument vormen samen met dit document Tracéalternatieven MER ZW380 kv Oost de basis voor het bepalen van de milieueffecten ten behoeve van de milieueffectrapportage. Het gezamenlijk bedenken van waardevolle aanpassingen aan een plan is iets waar ik energie van krijg. De samenwerkende overheden, indieners, EZ en TenneT hebben elkaar beter leren kennen en waarderen. We weten elkaar te vinden en aan te spreken. Het resultaat van dit gezamenlijke proces is een goed vertrekpunt voor de volgende fase. Namens het projectteam wil ik graag iedereen bedanken voor alle bijdragen. Met vriendelijke groet, William Hartman, Projectleider ZW380 kv Oost TenneT december 2016
Inhoud Voorwoord Processtappen en planning Proces met de omgeving van tracédocument tot nu Deel A: Alternatieven ZW380 kv - Oost Overzichtskaart tracéalternatieven ZW380 kv - Oost MER deelgebieden Overzichtskaarten tracéalternatieven en varianten per deelgebied Deel B: Knelpuntanalyse en oplossingsrichtingen Onderzoeksaanpak knelpuntanalyse Uitwerking per knelpunt Begrippenlijst
Processtappen en planning Hoogspanningsverbinding: van idee tot tracé De realisatie van een hoogspanningsverbinding is een langdurig en nauwgezet proces. Diverse alternatieven worden bestudeerd en vergeleken. Daarbij maken we een zorgvuldige afweging van milieueffecten, (net) techniek, kosten en vrij te spelen gevoelige bestemmingen. De samenwerkende overheden krijgen de mogelijkheid om een advies te geven voor een voor keursalternatief. Uiteindelijk beslissen de ministers van EZ en IenM welk tracé wordt gerealiseerd. Waar staan we in de m.e.r procedure? Afgelopen maanden zijn met de samenwerkende overheden en indieners de knelpunten besproken en ook verbetersuggesties meegenomen. Het resultaat van dit alles is dat de tracéalternatieven nu herkenbaar op de kaart staan. Deze kaartenset vormt het startpunt voor de bepaling van alle effecten van de verschillende alternatieven en varianten, welke in december 2016 is gestart. Het gevolg hiervan is dat de vaststelling van het Voorgenomen Voorkeursalternatief (VVKA) is verschoven naar het tweede kwartaal van 2017. Dit was oorspronkelijk gepland eind 2016. In de periode van december 2016 tot en met maart 2017 (MMA) bepaald. In april en mei 2017 krijgen de samenwerkende overheden de mogelijkheid om een advies te worden alle effecten van de tracéalternatieven inzichtelijk gemaakt in een integrale effectenanalyse. Hierbij gaat geven voor een voorkeursalternatief. Op basis van de het om de aspecten milieu, (net)techniek, kosten en vrij integrale effectenanalyse en de voorkeur vanuit de te spelen gevoelige bestemmingen. In deze periode samenwerkende overheden, beslissen de ministers van wordt ook het Meest Milieuvriendelijke Alternatief EZ en IenM over de keuze van het VVKA. r een voorkeursalternatief. Uiteindelijk beslissen de ministers van EZ en IenM welk STAP 1 Wat hebben we nodig? Er wordt een knelpunt in het elektriciteitstransport voorzien. Wat hebben we nodig om dat te voorkomen? A B A STAP 2 Zoekgebied bepalen In de startnotitie beschrijven we waar we zoeken naar alternatieven en hoe we ze toetsen op effecten en haalbaarheid. B A B A STAP 3 Ontwikkelen tracés B Er worden verschillende tracés getekend en aan alle betrokkenen kenbaar gemaakt. December 2016 April 2017 Juni 2017 STAP 4 Milieueffectrapportage Onderzoek welk effect ieder alternatief heeft op o.a. natuur, leefomgeving en landschap. Hieruit komt een Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA) naar voren. A STAP 5 Keuze tracé Na weging van milieueffecten, (net)techniek, kosten, vrij te spelen gevoelige bestemmingen en het advies van de samenwerkende overheden wordt het voorgenomen voorkeursalternatief (VVKA) vastgesteld. De ministers van EZ en IenM beslissen welk tracé het wordt. B STAP 6 Detailplan Het gekozen tracé wordt in detail uitgewerkt. Het resultaat wordt vastgelegd in een Rijksinpassingsplan en vergunningen. Iedereen kan op basis van dit plan zienswijzen indienen.
Proces met de omgeving van tracédocument tot nu In de afgelopen periode hebben we samengewerkt met de omgeving om het tracédocument uit te werken tot tracéalternatieven. Deze worden samen meegenomen in het MER. We zijn gestart met gezamenlijke evaluatie van het traceringsproces. Hieruit bleek dat de indieners, natuur- en milieuorganisaties en de samenwerkende overheden zich onvoldoende herkenden in het tracédocument. In de evaluatie is met elkaar gesproken om duidelijkheid te krijgen over de planning en de betrokkenheid van de belanghebbenden in dit proces en over het oplossen van knelpunten. Het doel is om het vervolgproces in te gaan met uitgewerkte knelpunten en voor iedereen herkenbare tracéalternatieven. Indieners, gemeenten, natuur- en milieuorganisaties, het ministerie van Economische Zaken (EZ) en TenneT zijn vervolgens in september, oktober en november een intensief traject met elkaar in gegaan: Twee werksessies met deskundigen vanuit indieners en TenneT met als opgave herkenbaarheid en optimalisatie van tracés ; Twee bijeenkomsten met natuur- en milieuorganisaties over hun kijk op en belangen bij de tracés en over knelpunten en mogelijke oplossingen; Afzonderlijke werksessies en twee gezamenlijke werksessies met alle indieners om de knelpunten en mogelijke oplossingen te bespreken; Gesprekken met gemeenten over knelpunten, mogelijke oplossingen en optimalisaties van tracés; Bijeenkomsten en gesprekken met buurt- en bewonersgroepen samen met de betrokken gemeenten om informatie te geven over de tracéalternatieven en het proces. Twee ambtelijke bijeenkomsten en een bestuurlijke bijeenkomst met de samenwerkende overheden over de knelpuntenanalyses en oplossingen, het proces en de planning. Op 7 december zijn de tracés die worden meegenomen in de MER gepresenteerd aan alle indieners en de samenwerkende overheden. De komende tijd gaat het projectteam samen met gemeenten, indieners, actie-, buurt- en bewonerscomités bijeenkomsten en gesprekken organiseren om de omgeving te informeren over de MER tracéalternatieven en het vervolg van het proces. In januari starten we met de gesprekken over de aanpassingen in de tracéalternatieven, die zijn opgenomen als oplossingsrichtingen voor de aanwezige knelpunten. Met dank aan iedereen die ons de afgelopen tijd scherp heeft gehouden en dank aan iedereen die dit de komende tijd blijft doen.
Deel A Alternatieven ZW380 kv - Oost Dit is de kaartenset met tracéalternatieven (deel A) en knelpuntenanalyse (deel B) voor de start van de m.e.r.-procedure. De beschrijving van de tracéalternatieven en de knelpuntenanalyses worden opgenomen in het achtergronddocument tracéontwikkeling bij het MER.
Overzichtskaart tracéalternatieven ZW380 kv - Oost
MER deelgebieden In de milieueffectrapportage worden de milieueffecten per deelgebied inzichtelijk gemaakt. De alternatieven worden in feite opgeknipt in afzonderlijke stukken. Er is gekozen voor deelgebieden met een logische grens, waarbinnen alle tracéalternatieven gelijkwaardig te vergelijken zijn. De deelgebieden zijn op bovenstaande afbeelding weergegeven. Het zoekgebied bestaat in totaal uit drie deelgebieden. Door deze aanpak te hanteren voorkom je dat bepaalde effecten in een gebied van invloed zijn op het gehele tracé. Een alternatief kan bijvoorbeeld in deelgebied 1 negatieve effecten hebben op het aspect natuur, terwijl het alternatief in een van de andere twee deelgebieden juist goed scoort op dit aspect. Ook de integrale effectenanalyse (milieu, kosten, (net) techniek en vrij te spelen gevoelige bestemmingen) word per deelgebied inzichtelijk gemaakt. Per deelgebied kan dus een onafhankelijke afweging tussen de verschillende alternatieven worden gemaakt. Bij de keuze van het Voorgenomen Voorkeursalternatief (VVKA) kunnen de verschillende alternatieven per deelgebied aan elkaar worden gekoppeld. Zo kan er bijvoorbeeld een keuze worden gemaakt voor een tracé dat bestaat uit een combinatie van drie verschillende kleuren alternatieven achter elkaar.
tracéalternatieven Rilland-Borchwerf
tracéalternatieven Borchwerf-Standdaarbuiten
tracéalternatieven Standdaarbuiten-Tilburg
Locatieopties 380 kv hoogspanningsstation Tilburg
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Blauw: Rilland-Borchwerf
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Geel: Rilland-Borchwerf
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Paars: Rilland-Borchwerf
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Rood: Rilland-Borchwerf
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Blauw: Borchwerf-Standdaarbuiten
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Geel: Borchwerf-Standdaarbuiten
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Paars: Borchwerf-Standdaarbuiten
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Rood: Borchwerf-Standdaarbuiten
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Blauw: Standdaarbuiten-Tilburg
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Geel: Standdaarbuiten-Tilburg
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Paars: Standdaarbuiten-Tilburg
Overzichtskaart per alternatief per deelgebied Tracé Rood: Standdaarbuiten-Tilburg
Deel B Knelpuntanalyse en oplossingsrichtingen De genoemde oplossingen uit de knelpuntanalyse zijn opgenomen in de tracéalternatieven in deel A en worden meegenomen in de m.e.r.. Deze oplossingsrichtingen worden gedurende een iteratief proces op gedetailleerder schaalniveau onderzocht.
Onderzoeksaanpak knelpuntanalyse In het proces om te komen tot het Rijksinpassingsplan worden verschillende stappen gezet om tot een optimaal tracé te komen. In het tracédocument zijn op een relatief hoog schaalniveau de ligging van de alternatieven bepaald. Vervolgens wordt er op een steeds gedetailleerder schaalniveau gekeken naar de tracéalternatieven. Bij tracéalternatieven kan er sprake zijn van één of meerdere aandachtspunten. Criteria Milieu: Leefomgeving Natuur/ecologie Landschap Vergunbaarheid Maakbaarheid Identificeren aandachtpunten Knelpuntanalyse 1. Substantiële negatieve invloed op (milieu)criteria? 2. Niet vergunbaar? 3. Niet goed maakbaar/te beheren? Knelpunt Aanpassingen tracé of ontwikkeling variant Een aandachtspunt kan zich vanuit verschillende invalshoeken voordoen; vanuit milieuoptiek, vanuit vergunbaarheid of technische maakbaarheid. Wanneer aandachtspunten zijn geïdentificeerd, wordt door vakexperts onderzocht of er sprake is van een knelpunt. Knelpunten vanuit milieu hebben betrekking op niet-kleinschalige concentraties van gevoelige bestemmingen binnen de magneetveldzone, substantiële aantasting van natuurwaarden of substantiële aantasting van landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Een substantiële aantasting kan worden bepaald door omvang of effect. Tracés uit tracédocument (bovengronds, tenzij..) Inhoudelijke analyse GIS systeem (lagenbenadering) Vakexperts Consultatie stakeholders 1 Op basis van criteria worden door middel van de inhoudelijke analyse aandachtspunten geïdentificeerd. 2 De aandachtspunten worden door vakexperts onderzocht of er sprake is van een knelpunt. 3 Is er een knelpunt dan komt de toolbox aan de orde en wordt het tracé mogelijk aangepast of een variant ontwikkeld. Toolboxoplossingen: 1. Optimalisatie bovengronds tracé 2. Toepassen technische maatregelen 3. Aanpassen/uitkopen bestaande elementen/ functies 4. Ondergrondse aanleg De knelpuntanalyse wordt gedurende het proces op steeds gedetailleerder schaalniveau doorlopen.
Overzicht knelpuntlocaties ZW380 kv - Oost
Knelpunt 1: Tracé Paars en Rood Brabantse Wal Woensdrecht
Knelpunt 1: Tracé Paars en Rood Brabantse Wal Woensdrecht Huidige situatie Alternatief Paars/Rood Variant ondergronds
Knelpunt 2: Tracé Paars en Rood Brabantse Wal Bergen op Zoom
Knelpunt 2: Tracé Paars en Rood Brabantse Wal Bergen op Zoom Huidige situatie Alternatief Paars/Rood Variant ondergronds
Knelpunt 3: Tracé Blauw en Geel Natura2000 Markiezaatsmeer
Knelpunt 3: Tracé Blauw en Geel Natura2000 Markiezaatsmeer Huidige situatie Alternatief Blauw en Geel Variant ondergronds
Knelpunt 4: Tracé Paars Westzijde A17
Knelpunt 4: Tracé Paars Westzijde A17 Huidige situatie Alternatief Paars Variant ondergronds
Knelpunt 5: Tracé Paars en Blauw 380/380 kv kruising
Knelpunt 5: Tracé Paars en Blauw 380/380 kv kruising Huidige situatie Ondergrondse aanleg
Knelpunt 6: Tracé Geel en Rood Windpark Halderberge/Etten-Leur
Knelpunt 6: Tracé Geel en Rood Windpark Halderberge/Etten-Leur Huidige situatie Alternatief Geel/Rood
Knelpunt 7: Tracé Paars Biesbosch/Hooge Zwaluwe
Knelpunt 7: Tracé Paars Biesbosch/Hooge Zwaluwe B A A B Huidige situatie Huidige situatie Tracé Paars Variant Biesbosch/Hooge Zwaluwe Variant Biesbosch/Hooge Zwaluwe
Knelpunt 8: Tracé Paars 380 kv station Geertruidenberg
Knelpunt 8: Tracé Paars 380 kv station Geertruidenberg Huidige situatie Alternatief Paars Variant Biesbosch/Hooge Zwaluwe
Knelpunt 9: Tracé Blauw en Geel Linie van den Hout
Knelpunt 9: Tracé Blauw en Geel Linie van den Hout Huidige situatie Alternatief Blauw/Geel Variant Linie van den Hout
Knelpunt 10: Tracé Rood Oosterheide
Knelpunt 10: Tracé Rood Oosterheide Huidige situatie Alternatief Rood Ondergrondse aanleg
Knelpunt 11: Blauw en Geel woonlint Moersedreef
Knelpunt 11: Blauw en Geel woonlint Moersedreef Huidige situatie Alternatief Blauw/Geel Variant bosroute
Knelpunt 12: Paars, Blauw en Geel Huis ter Heide
Knelpunt 12: Paars, Blauw en Geel Huis ter Heide Huidige situatie Alternatief Paars Alternatief Blauw/Geel Ondergrondse aanleg
Begrippenlijst Alternatief Een alternatief is een mogelijke manier waarop de nieuwe hoogspanningsverbinding kan worden gebouwd. Een alternatief bestaat uit een tracé en een beschrijving van de vormgeving (welk type mast wordt gebruikt). Bevoegd gezag Het bevoegd gezag is een bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een formeel besluit. In het geval van het Inpassingsplan en het MER zijn de ministers van Economische Zaken (EZ) en van Infrastructuur en Milieu (IenM) gezamenlijk het bevoegd gezag. Voor vergunningen zijn dat gemeenten, provincies, waterschappen, Zelfstandige Bestuursorganen en een aantal ministeries. Hoogspanningsverbinding Verbinding tussen twee punten waardoor elektriciteit getransporteerd kan worden. Bij hoogspanning kan het gaan om verschillende voltages: 110 kv, 150 kv, 220 kv en 380 kv. De hoogspanningsverbindingen zijn bedoeld om grote hoeveelheden elektriciteit te transporteren van de productielocaties (elektriciteitscentrales) naar de gebieden waar het verbruik plaatsvindt. Inpassingsplan (IP) Een inpassingsplan is in Nederland in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) een bestemmingsplan van provincie of Rijk, waarmee de bestemming van een bepaald gebied planologisch kan worden vastgelegd. kv kilovolt = (1000 Volt). Leveringszekerheid Het langetermijnevenwicht tussen vraag en aanbod van elektriciteit: is er in de markt op termijn voldoende aanbod mogelijk om aan de geschatte vraag naar stroom te voldoen en is er voldoende capaciteit om de elektriciteit te transporten? Het gaat dus niet om kortetermijnonderbrekingen van de stroomlevering als gevolg van storingen in het net. Magneetveldzone De zone rondom hoogspanningslijnen waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld hoger is dan 0,4 microtesla MER Milieueffectrapport. In het MER staat de uitkomst van de uitgevoerde onderzoeken voor de gevolgen van het milieu voor dit project. Het rapport bevat alle wettelijk voorgeschreven onderdelen (samenvatting, nut- en noodzaak activiteit, beleidskader, procedure, alternatieven, effectbeschrijving, effectbeoordeling en vergelijking, mitigerende- en compenserende maatregelen, een beschrijving van het Meest Milieuvriendelijke Alternatief (MMA)). m.e.r.-procedure De milieueffectrapportage voor het opstellen van het MER. Milieuthema s Onderdelen van het milieu waarop de effecten van de hoogspanningsverbinding worden onderzocht en de alternatieven met elkaar worden vergeleken. De milieuthema s die in dit MER onderzocht zijn, zijn Ruimtegebruik, Leefomgevingskwaliteit, Natuur, Landschap en Cultuurhistorie, Archeologie en Bodem en Water.
Begrippenlijst MMA Meest milieuvriendelijk alternatief, was een wettelijk verplicht onderdeel van het MER. Dit is het alternatief waarbij de nadelige gevolgen voor het milieu zo veel mogelijk worden voorkomen, dan wel als dat niet kan, zoveel mogelijk worden beperkt. Het MMA moet een realistisch alternatief zijn, dat wil zeggen voldoen aan de doelstellingen en technisch en financieel haalbaar. Omdat bij de start van dit project het maken van een MMA nog verplicht was, moet dit hier nog steeds bepaald worden. Natura 2000 Natura 2000 is een netwerk van beschermde natuurgebieden in de Europese Unie. Het doel van dit netwerk is om de achteruitgang van de biodiversiteit met alle lidstaten tegen te gaan. Deze gebieden zijn aangewezen omdat ze van internationaal belang zijn, bijvoorbeeld als overwinteringsplaats voor vogels. Natura 2000 komt voort uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijnen; in Nederland vertaald in de Natuurbeschermingswet. Nettechniek, nettechnische aspecten De aspecten die verband houden met de capaciteit, het gebruik en het functioneren van het hoogspanningsnet, zowel voor de korte termijn als voor de lange termijn. NNN (Nationaal Natuur Netwerk) Samenhangend stelsel van natuurkerngebieden, ontwikkelingsgebieden en verbindingszones. Deels nog niet gerealiseerd. In 2014 is met de Rijksnatuurvisie de EHS vervangen door het Natuurnetwerk Nederland. Dit is het Nederlands netwerk van bestaande en nieuw aan te leggen natuurgebieden. In de wet heet dit de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Het netwerk moet natuurgebieden beter verbinden met elkaar en met het omringende agrarisch gebied. SEV III SEV III is een structuurvisie met als doel het waarborgen van voldoende ruimte voor grootschalige productie en transport van elektriciteit. Startnotitie m.e.r. De startnotitie m.e.r. is het eerste formele document binnen de m.e.r.-procedure, waarin een voorgenomen project wordt aangekondigd. Hierin wordt onder andere vermeld wat de voorgenomen activiteit is en welke alternatieven op welke manier worden onderzocht. Station Plaats waar hoogspanningsverbindingen onderling zijn verbonden en waar ook de koppeling mogelijk is met elektriciteitscentrales. Ook wel aangeduid als koppelstation of transformatorstation. Bij koppelingen tussen verbindingen met verschillende voltages zijn transformatoren noodzakelijk. Tracé De lijn door het landschap waar ZW380 wordt gesitueerd.
Begrippenlijst Tracéalternatief Een alternatief is een mogelijke manier waarop ZW380 kan worden gebouwd. Een alternatief bestaat uit een tracé en een beschrijving van de vormgeving (welk type mast wordt gebruikt). In de startnotitie wordt een onderscheid gemaakt tussen verbindingsalternatief (dat op hoofdlijnen de mogelijke verbindingen beschouwt) en tracéalternatieven (de gedetailleerde tracémogelijkheden die in het MER onderzocht worden). Variant Lokaal andere mogelijkheid binnen een tracéalternatief. Verbinding In het MER wordt onder een verbinding verstaan het geheel van masten en geleiders waarover onder hoge spanning elektriciteit kan worden getransporteerd. Voorkeursalternatief (VKA) Het alternatief dat na zorgvuldige afweging van milieueffecten, haalbaarheid, kosten en draagvlak de voorkeur heeft van het bevoegd gezag en uiteindelijk in het IP wordt vastgelegd. Zoekgebied De zone waarbinnen wordt gezocht naar mogelijke tracés voor de nieuwe hoogspanningsverbinding. Dwarsprofielen
Zeker van energie Informatie www.zuid-west380kv.nl Colofon 7 december 2016 Aan de inhoud van dit document kunnen geen rechten worden ontleend.