Neemt Johannes Marcus de teugels over?

Vergelijkbare documenten
Marcus van begin tot nu. Verzamelde opstellen. Ton van den Ende

Neemt Johannes Marcus de teugels over?

1 Het lied van Salomé

30. De koning wordt geboren 31. Blij met Jezus 32. Jezus, de koning die dient 33. Jezus sterft 34. Jezus leeft 35. Jezus en de Heilige Geest

De op één na laatste Profeet van het Oude Verbond Wie was dat?

Orde van dienst Protestantse Gemeente Heemskerk Morgensterkerk Zondag 15 januari

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

Want Gods medearbeiders zijn wij. 1Kor. 3:9 HSV

DomineeOnline.org Jrg. 1, nr. 8

Marcus 1:1-13. We gaan iets lezen uit het evangelie van Marcus.

WORLDWIDE BROTHERHOOD

OOGGETUIGE. Johannes 20:30-31

De Heere Jezus wordt gedoopt

Het Koninkrijk Gods. Synopsis van de evangeliën volgens Matteüs 8, 19, 20 en 22, Marcus 10, Lukas 10, 17 en 18 en Johannes 6

Oecumenische viering

INHOUD - 1. Wat voor boek is de Bijbel? Hoe kun je de Bijbel lezen? Tips bij het gebruik van de Bijbel in Gewone Taal 17

Een geopende hemel. Opb. 4:1 Hierna had ik een visioen. Er stond een deur open in de hemel.

Liturgie voor de ochtenddienst op zondag 7 januari 2018 in de Westerkerk te Veenendaal Zingen: psalm 89: 3 (OB) De hemel looft, o HEER', Uw wond'ren

ETS-Bijbelcursus. Programma. Marcus evangelie: Jezus de Dienaar. Wie is Hij toch? (vragen de leerlingen in 4:35-41) Tentamens

Het evangelie volgens Johannes

Moge God ons, die samen met Maria wachten op de gave van de Heilige Geest, zijn genade en vrede schenken. Amen.

Maar de engel zei tegen hem: Wees niet bang, Zacharias, je gebed is verhoord: je vrouw Elisabet zal je een zoon baren, en je moet hem Johannes

Terug naar de Essentie

Marcus 3:7-19 (HSV) En Jezus vertrok met Zijn discipelen naar de zee; en Hem volgde een grote menigte uit Galilea en uit Judea, 8 en uit Jeruzalem en

Het evangelie volgens Marcus. opstel 1: IN ISRAËL GEWORTELD. Ton van den Ende. Eerste concept van opstel 1: In Israël geworteld.

Week 35: 24 augustus t/m 28 augustus 2015 Zomerweek 2 Wat geloof jij? Themaweek over je eigen geloof

En bij het kruis van Jezus stonden Zijn moeder, de zuster van Zijn moeder, en Maria, de vrouw van Klopas, en Maria Magdalena.

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

DE WIJZE KONING SALOMO

3. Jezus is een Jood Romeinen 15:7-13, Mattheüs 5: De verwachting van de Messias in het Oude Testament...

zus van Maria, de moeder des Heren. Dat blijkt uit Johannes 19:25 waar staat: Johannes, de discipel die Jezus liefhad.

- 1 - De profeet Haggaï en wij. We beginnen te lezen in Haggaï hoofdstuk 1:1a

INHOUD. Citaten : Statenvertaling 1977 Aanbevolen websites: www:mybrethren.org/index.html

De profeet Haggaï en wij. Het boek Haggaï staat niet voor niets in de bijbel; het is een boekje van maar twee hoofdstukken.

Boek voor beginnende Bijbellezers. Wegwijs. in de Bijbelboodschap. Nieuwe Testament. Arthur Hale en Jan Koert Davids

DE WIJZE KONING SALOMO

Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO

Thema: Jezus maakt HEEL

De kern van het christelijke geloof

Het Doopsel van Jezus in toneelvorm

(groep. De juiste. andere taal. spreken. zodat de. zodat ze kon maken, aan bouwen. gedronken? b. water. d. wijn. Israëlische volk. d.

De Bijbel open (19-10)

Maak discipelen (leerlingen van Jezus)

De DIENSTKNECHT van GOD

Preek over Marcus 1: Liturgie morgendienst:

De Bijbel open (22-09)

Hervormde Gemeente Ouderkerk aan den IJssel

JEZUS. Hij zoekt en redt de verlorene (Lukas 19:10) Hij neemt de zonde weg (Johannes 1:29) Hij redt van zonden. Hij pleit voor ons (Hebreeën 2:17)

6 Stefanus gevangengenomen

Wie is Jezus, deel 2. les 5b FOLLOW

ORDE VAN DIENST DE OPEN HOF SOEST

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Discipelen van de Dienstknecht

Alpha Cursus IGGDS DE HOEKSTEN Woensdag 22 april 2015 Restaurant Algorfa Bijeenkomst 12 Waarom en hoe zou ik het anderen vertellen?

Hoe praat je over het geloof?

Zondag 4 december e Adventszondag

Het evangelie van Mattheüs

De aanbidding van het gouden kalf Een feest voor de HEER? Een gouden kalf voor de HEER?

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

De evangeliën en hun betrouwbaarheid

Preek over Markus 8: Broeders, zusters, jong en oud,

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan volwassenen die zich bij de kerk voegen

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Marcus 3, Ochtenddienst Bevestiging ambtsdragers. Broeders en zusters,

Baalderdienst Zondag 24 januari 2016

Bijbel voor Kinderen presenteert HET ONTSTAAN VAN DE EERSTE GEMEENTE

WANDELINGEN BLOK 2 GESPREK 1-3

U allen die door de doop één met Christus bent geworden, hebt u met Christus bekleed.

Mar. 1, preek - NGKE

Groei van baby tot volwassene. Zondag 12 augustus 2018

Bijbelstudieweekend Vierhouten 12 oktober 2014 Ds. Ferdinand van den Bosch

Mededelingen door de ouderling van dienst. Gijs van Ginkel Ouderling Scriba

Kom tot ons, de wereld wacht. Kalender voor Advent en Kerst 2013

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

Marcus 1,29-39 Het geheim van Jezus macht

Ruimte voor verstilling

Eén eeuwig verbond. Verbond. Verbond. Discussie. Twee manieren van bijbellezen. blok F - nivo 3 - avond 7

29 januari uur AA Kramer orgel: Peter Sneep; piano: Walther Zwart zang: Nellie Ekhart. votum en groet. GK psalm 93. gebed

Rooster Kind op Maandag Kind op Maandag

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Galaten 1. Begin van de brief

DE GEESTEN ONDERSCHEIDEN De wijze van de Knecht

Dopen - in het Nieuwe Testament

Kringstudie 3: Heersen als Koningen

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1)

De Bijbel open (04-05)

Doopvragen, na alle formulieren zijn deze hetzelfde:

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

Getuige zijn geeft de opdracht tot verantwoording, tot verantwoordelijkheid. Jij daar, ja jij, zeg het maar, waarvan ben jij nu getuige?

Advent 2017 God komt naar ons toe

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Lucas 24, Ochtenddienst H. Avondmaal. Broeders en zusters,

Zondag 22 februari 2015 in de Ontmoetingskerk te Koudekerk a/d Rijn

Geloof dat het er is

Formulier om het heilig avondmaal te vieren (3)

Liturgie voor de vierde zondag van Advent en bevestigingsdienst

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12-

DE GEBOORTE VAN JEZUS

Marcus 1: 1-11 Het begin van het evangelie van Jezus Christus, Zoon van God. Zoals geschreven staat in de profeten,

1. Samuël de profeet. Lezen: Handelingen 3:11-26

De Sabbat in de Thora

Orde van dienst voor 10 december 2017 in de Witte Kerk te Lochem

Transcriptie:

Ton van den Ende Een uitgave van Ton van den Ende Neemt Johannes Marcus de teugels over? Het lied van Salomé (oudste deel van Marcus) met toevoegingen door Johannes Marcus en verhelderende aantekeningen bij de tekst Deze uitgave is in ontwikkeling En loopt nu van Marcus 1:1 tot en met 2:11 Voor de laatste keer bijgewerkt op 1 juli 2016 Aquarel Tocht met de huifkar voorstudie 01 07 2016 Ton van den Ende Zie verder www.tonvandenende.nl Nieuwe kijk op Marcus - deel 2

Nieuwe kijk op het oudste evangelie, in 3 brochures Het evangelie volgens Marcus is ontstaan doordat Johannes Marcus eigen teksten toevoegde aan Het lied van Salomé, meesterwerk en oudste deel van het Nieuwe Testament. Salomé: drama in 8 bedrijven van 6 taferelen Deze gave tekst van Salomé kwam onverwacht te voorschijn bij het scheiden van de bronnen. Verwachting was: n verzameling losse verhalen Brochure 1: Het Lied van Salomé. Aantekeningen en handreiking om de tekst en de achtergronden te verstaan, staan op de rechter bladzijde. Die aantekeningen bestaan deels nog uit een verzameling losse gegevens. Voordat ik deze verder uitwerk, wil ik eerst een begin maken met de twee volgende brochures. Dan ontstaat een scherpe kijk op deze eerste. Brochure 2: Als Johannes Marcus de teugels overneemt. Joh. Marcus heeft 2 keer een update gemaakt. Eerst de verkondiging van Petrus in Jeruzalem. Naderhand verkondiging van Paulus, die we herkennen vanuit diens eerste brieven. Zie verder rechts: aantekeningen punt 3 Bij de aantekeningen gaat punt 1 over tekst(en) die ontleent aan zijn contact met Paulus. * Punt 2 van de aantekeningen gaat over tekst(en) die Johannes Marcus ontleent aan zijn contact met Petrus. Deze teksten zijn paars en recht gedrukt. Punt 3 staat stil bij de tekst zonder toevoegingen: Het lied van Salomé. In dit oudste deel van het Nieuwe Testament zijn opvattingen bewaard die uitsluitend bij haar te vinden zijn. Deze teksten zijn groen gedrukt. Brochure 3: De oorspronkelijke tekst van Marcus Inleiding op: Als Joh. Marcus de teugels overneemt. 1 Marcus: één evangelie, geschreven door twee mensen. Er zijn vier evangelies, van Matteüs, Marcus, Lucas en Johannes. Marcus, het kleinste evangelie en het oudste, toont de sporen van een boeiende ontstaansgeschiedenis. Als eerste schrijft Salomé: Het lied van Salomé, een verhaal over Jezus vanaf Johannes de doper tot aan de 2 Een gaaf verhaal met toevoegingen Als verhalen twee keer voorkomen of als de verhaallijn wordt onderbroken, wijst dit op toevoegingen. Na geruime tijd herken je toevoegingen ook aan de woorden die gebruikt worden. In 2005 begon ik de toevoegingen af te splitsen. Tot mijn verrassing bleef gaandeweg een gaaf verhaal over. Het Lied van Salomé stamt uit het jaar 36-37 * vrouwen bij het graf van Jezus, in de vorm van een toneelstuk in acht bedrijven, van elk zes taferelen. Als tweede voegt Johannes Marcus woorden toe, maar ook zinnen en hele verhalen. Het boek wordt eens zo lang en gaat de geschiedenis in als: het evangelie van Marcus. Een eerste laag toevoegingen weerspiegelt opvattingen van Petrus en de gemeente in Jeruzalem. Joh. Marcus in Jeruzalem, rond het jaar 40 3 Hoe kom ik aan de naam Johannes Marcus? medewerker van Paulus vanaf 44 Marcus is een kleine 2000 jaar geleden in het Grieks geschreven en duizenden keren overgeschreven. Daarbij zijn twee families ontstaan: de Westerse en de Alexandrijnse. Naar Alexandrië in Egypte met zijn bibliotheek De Westerse tekst is oorspronkelijk, zoals Wim Hendriks liet zien. Hier zijn wel woorden en zinnen weggelaten. Ik gebruik de Codex Bezae (4e eeuw) De Alexandrijnse tekst is op veel plaatsen door een redacteur bewerkt voor gebruik in de eredienst. Ik gebruik de Sinaïticus, ofwel Alef (4e eeuw) De tekstkritische uitgave van Aland ziet de Alexandrijnse familie als oorspronkelijk. Mijn reconstructie van de oorspronkelijke tekst wijkt daarom op veel punten af van die van Aland. Nestle-Aland, Novum Test. Graece 28, 2012 Het tweede evangelie staat vanouds op naam van Marcus. Deze komt uit Jeruzalem. In het huis van zijn moeder, die Maria heet, komen leerlingen van Jezus samen. Hand 12:12 Als Petrus uit de gevangenis bevrijd is, meldt hij zich bij dat huis. Marcus en Petrus kennen elkaar dus. Hand 12:12; zie 1 Petr. 5:13 Paulus en Barnabas nemen Marcus als medewerker mee naar Antiochië en op de eerste zendingsreis. Hand13:5;15:37,39; Kol4:10; 2Tim 4:11;Flm1:22 Zijn eigenlijke naam is Johannes, maar hij wordt ook Marcus genoemd. Ik gebruik Johannes Marcus voor de man die tekst toevoegt. Met Marcus verwijs ik naar het volledige boek.

uit Marcus 1: 1-8Jezus beteken t: God redt 1 Tafereel 1: In lijn met de profeten * 1: 1 1: 2 1: 3 1: 4 1: 5 1: 6 1: 7 1: 8 1.1-1 In lijn met de profeten * Begin van het goede bericht: Jezus christus, zoon van God. * Je kunt het vergelijken met wat geschreven is in het boek van Jesaja, de profeet: Kijk, ik zend mijn engel die je voor je uit ziet gaan, die de weg voor jou zal aanleggen. * Stem van iemand die luid roept in de woestijn: Maak gereed de weg van de Heer, maak recht de paden van jullie God. * Zo komt Johannes. Hij doopt in de woestijn en hij verkondigt: Laat je dopen als teken van omkeer, dan worden je zonden vergeven. * En de mensen uit de landstreek Judea gaan naar hem toe samen met inwoners van Jeruzalem. Ze worden door hem gedoopt in de Jordaan terwijl ze hun zonden belijden. 1.1-2 Johannes bereidt de weg voor Jezus * Johannes is gekleed in een huid van kameel en hij eet sprinkhanen en honing van het veld. * En hij zegt tegen hen: Ik doop jullie weliswaar in water, maar er komt achter mij iemand die sterker is dan ik. Ik ben niet waard mij te bukken om de riemen van zijn sandalen los te maken. * En hij doopt jullie in heilige geest. De woordverbinding: 'Jezus Christus is algemeen bekend. Jezus is een eigennaam. En christus - gezalfde - wijst naar zijn taak: in opdracht van God gezalfd en aangesteld tot koning. Jezus betekent: God redt. Deze koning is een afstammeling van koning David, die in Jeruzalem regeerde over het Hebreeuwse volk. Deze opvatting vinden we bij voorbeeld in de verhalen van Matteüs en Lucas over de geboorte van Jezus. Paulus spreekt al in zijn eerste brieven over Jezus christus. Maar wanneer Johannes Marcus teksten opneemt uit de verkondiging van Paulus, blijft de uitdrukking: Jezus christus afwezig. 2 In de teksten uit Jeruzalem ontbreekt de titel christus Johannes Marcus ontleent de meeste toevoegingen aan de verkondiging van Petrus in de gemeente van Jeruzalem. Maar ook bij die toevoegingen ontbreekt de titel christus. Dit is opvallend, want in Jeruzalem staat de troon van David. Daar ziet men uit naar zijn beloofde opvolger. * David was daar koning van heel het Hebreeuwse volk, alle twaalf stammen. Dat bleef zo onder zijn zoon Salomo. In 933 voor onze jaartelling scheiden tien stammen zich af. Jeruzalem blijft hoofdstad van het koninkrijk Juda. Maar in het noorden vormen de tien stammen het koninkrijk Israël. 3 Jezus Christus - of gezalfde - koning van Israël Bij Salomé is christus een sleutel voor het verstaan van haar verhaal. Als Jezus bevestigt dat hij de christus is, ziet de hogepriester dit als lasteren van God. Daarop staat de doodstraf. Mc 14:62-63 Maar volgens Salomé noemt Jezus zich terecht christus en haar boek heeft als doel deze opvatting te onderbouwen. Maar zij ziet in Jezus, uit Galilea in het noorden, geen zoon van David, koning van Juda, maar de koning van Israël. Mc 15: 32 Salomé vergelijkt Jezus met koning Kores uit Perzië, door God geroepen om de ballingen te laten terugkeren naar Jeruzalem. Zo is Jezus koning van Israël, die de band met Juda herstelt. Deze opvatting verdwijnt na Salomé.

Tafereel 2: Gods koningschap is dichtbij gekomen. uit Marcus 1: 9-15 1 1: 9 1: 10 1: 11 1: 12 1: 13 1: 14 1: 15 1.2 Gods koningschap is dichtbij gekomen. * En het gebeurt in die dagen: Jezus komt vanuit Nazaret, in Galilea. En hij laat zich dopen in de Jordaan door Johannes. * Hij gaat meteen omhoog uit het water. En hij ziet dat de hemelen zich openen en dat de geest van God, zoals een duif, naar beneden gaat tot bij hem binnen. * En een stem uit de hemel zegt: Jij bent mijn zoon, de geliefde. Ik kies voor jou. * Regelrecht drijft de heilige geest hem uit, de woestijn in. * En hij is in de woestijn veertig dagen. En hij leeft met de wilde dieren. * Nadat Johannes is overgeleverd, gaat Jezus terug naar Galilea. En hij verkondigt het goede bericht van het koningschap van God. * Hij zegt: De tijden zijn vervuld en: Het koningschap van God is dichtbij gekomen. Keer je om en Vertrouw je toe aan het goede bericht. Jezus wordt op de proef gesteld door de satan. Dit doet denken aan het boek Job. Als Satan, de aanklager, beweert dat geen mens Gods kant kiest, staat God hem toe Job te testen. Mc 1:13; Job 1:1-15 Paulus gebruikt vijf keer het woord satan als het gaat om de kracht die mensen aanzet het kwade te doen. 1Kor 5:5;7:5; 2Kor 2:11;12:7; 1Th2:18 Waarom scheurt U niet de hemelen open en daalt U af? En Waar is Hij die zijn heilige Geest heeft gelegd in het hart van Mozes? Joh. Marcus ziet de doop van Jezus vanuit deze tekst. Mc 1:10; Jes 63:11,19 2 De heilige geest werkt in Jezus. Het woord geest verwijst hier naar de levenskracht in de mens. Deze is gericht op het goede of op het kwade. Naast satan ziet Paulus de engelen als dienaren van God. Maar ook Satan vermomt zich als engel van het licht. 2 Kor 11:14 voegt taal van Paulus toe aan het evangelie. Aan mensen uit de gemeenten van Paulus zegt hij in hun taal: Jezus is getest, blijft trouw aan God, en Gods engelen staan hem bij. Engelen verder in Mc 8:38;12:25;13:27,32 Joh. Marcus verkondigt met deze woorden dat Jezus vervuld is van Gods levensgeest die zijn leven leidt. Mc 1:10,12 Joh. Marcus ziet ook mensen die geleidt worden door onreine geesten die op het kwade gericht zijn. Hij bevrijdt hen daarvan. Deze taal sluit aan bij de verkondiging van Petrus. 3 Zoon van God zoals Isaak de geliefde zoon van Abraham is Salomé legt een verband tussen de doop van Jezus en de titel: zoon van God. Ze verwijst naar de geliefde zoon in Genesis. Daar spreekt God tot Abraham over zijn geliefde zoon Isaak. Mc 1:11; Gen22:2,12,16 Isaak is de zoon die God aan Abraham heeft beloofd. God is als een vader voor hem en zijn nakomelingen. Salomé lijkt minstens te willen zeggen: De Galileeër Jezus is als de nieuwe Isaak, de beloofde zoon van Abraham. Zoon van God, zie Mc 1:1 wordt verder ingevuld. Het verhaal in Genesis 22 heeft als boodschap: de God van Abraham wil niet dat mensen aan hem worden geofferd en gedood. Laat Salomé hier weten dat dit ook voor Jezus geldt?

Tafereel 3: Samen thuis in Kafarnaüm uit Marcus 1: 16-31 *1 1: 16 1: 17 1: 18 1.3-1 Samen thuis in Kafarnaüm - opening * Jezus gaat langs de zee van Galilea en hij kijkt naar Simon en Andreas, zijn broer. Ze werpen de netten uit in de zee, ze zijn namelijk vissers. * En Jezus zegt tegen hen: Kom op! Achter mij aan. En ik zal maken dat jullie vissers van mensen worden. * Meteen laten ze alles achter en volgen hem. Vooralsnog zijn in dit tafereel wel toevoegingen gevonden die aansluiten bij de taal van Petrus en zijn gemeente in Jeruzalem. Zie verder onder punt 2. Mc 1:13; Job 1:1-15 Maar heeft Johannes Marcus ook iets toegevoegd voor de lezers uit de gemeenten van Paulus? Synagoge Mc 8 Pls 0 Onderrichten Mc 17 Pls 15 Zich verbazen Mc 5 Pls 0 Onderricht/leer Mc 5 Pls 6 Gezag / Volmacht Mc 10 Pls 27 Schreeuwen Mc 2 Pls 0 Nieuw Mc 5 Pls 7 Eventueel sluit de toevoeging over de volmacht aan bij het onderricht van Paulus. Dit is nader uit te zoeken. 1: 19 1: 20 1: 21 1: 22 1: 23 1: 24 * Hij gaat een stukje verder en kijkt naar Jakobus, de zoon van Zebedeüs, en naar Johannes, zijn broer. Ze zijn in de boot en reinigen de netten. * En meteen roept hij hen. Ze laten hun vader Zebedeüs achter, die in de boot blijft met de dagloners, en volgen hem. * En ze gaan de stad Kafarnaüm in. 1.3-2 Gezagvol optreden in de synagoge Steevast op de sabbatdagen gaat hij de synagoge in en geeft onderricht. * En ze verbazen zich over zijn onderricht, want hij onderricht hen als iemand die gezag heeft en niet zoals de schriftgeleerden. * En er is in de synagoge een mens met een onreine geest. En hij schreeuwt, * En de onreine geest schudt hem door elkaar. En hij roept met luide stem. En gaat uit hem weg. Vervolg > 2 Alle aandacht wordt gericht op Jezus In Mc 1:10 verhaalt Joh. Marcus dat de geest van God, de heilige geest, in Jezus werkzaam is. In Mc 1:21-28 voegt hij een eerste verhaal toe over Jezus die onreine geesten uitdrijft. De uitdrijvingen gaan gepaard met woordenstrijd tussen Jezus en de onreine geesten. In Jeruzalem zien ze ziekten als gevolg van onreine geesten die in mensen verblijven. Jezus drijft ze uit. Door Mc 1:21-28 zet Joh. Marcus Jezus tegelijk op de kaart als leraar die vanuit eigen gezag de heilige Schriften uitlegt en toepast. De uitdrijvingen bevestigen dat zijn leer van God komt. 3 De aandacht ligt bij: mensen leren vissen, en zieken genezen. Mc 1:17-18: Kom op! Achter mij aan. En ik zal maken dat jullie vissers van mensen worden. Dit doet denken aan een vakopleiding of toerusting, voor enkele volgelingen. Salomé verwoordt het doel in een beeldspraak: mensen, die te water zijn geraakt, uit het water vissen. Mc 1:30-31: Jezus geneest de schoonmoeder van de hoge koorts. Het mensen vissen is begonnen. In het Het lied van Salomé ontmoet Jezus veel mensen die het slecht hebben door allerlei ziekten. Salomé tekent Jezus als een geneesheer die veel zieken geneest.

Bedrijf 1 - Tafereel 3: Samen thuis in Kafarnaüm 1: 25 1: 26 1: 27 Pls? 1: 28 1: 29 1: 30 1: 31 uit Marcus 1: 16-31 1.3-2 Gezagvol optreden in de synagoge - vervolg * en hij zegt: Wat is er tussen ons en jou, Jezus Nazarener. Je komt ons vernietigen. Ik weet wie je bent: de heilige van God. * En Jezus bezweert hem en zegt: Zwijg en ga weg uit die mens, onreine geest. * En ze zijn zo verbaasd, allemaal, dat ze zich afvragen en tegen elkaar zeggen: Wat is dit voor een nieuw onderricht? Dat hij zelfs aan de onreine geesten bevel geeft, en ze gehoorzamen hem. * En het gerucht over hem gaat als een lopend vuurtje naar buiten, in heel de omgeving van Galilea. * Dan gaan ze de synagoge uit. 1.3-3 Samen thuis in Kafarnaüm - vervolg En Jezus gaat het huis binnen van Simon en Andreas samen met Jakobus en Johannes. * De schoonmoeder van Simon ligt met hoge koorts. En rechtuit vertellen ze Jezus over haar. * Hij gaat naar haar toe. Strekt zijn hand uit. Pakt haar vast en doet haar opstaan. En meteen laat de koorts haar achter. En ze zorgt voor hen. Wat hier zal komen is nog niet duidelijk. Het begin van bedrijf 1, tafereel 3 en daarnaast de aantekeningen staan een bladzijde terug. Op de volgende bladzijde komen het begin van bedrijf 1, tafereel 4 en daarnaast de aantekeningen. Voorlopig blijft deze rechter bladzijde vrij. Wat hier gaat komen zal nog wel duidelijk worden. Ton

Tafereel 4: Vissers van mensen uit Marcus 1: 32-39 *1 1: 32 1: 33 1: 34 1.4 Naar de dorpen in de omgeving * Het is avond geworden. De zon gaat onder. En ze brengen bij Jezus alle mensen die het slecht hebben door allerlei ziekten. * En heel de stad is samengestroomd tot aan zijn deur. * En hij geneest hen. In het Griekse volksgeloof zijn demonen wezens die bezit kunnen nemen van mensen. Ze veroorzaken vooral geestelijke stoornissen. Aan deze afgoden wordt ook geofferd. Wie de beker van de Heer drinkt en deelneemt aan zijn tafel, kan niet de beker en tafel delen van de demonen. Zie 1 Kor 1:20-21 Aldus Paulus, die daarom ook niet wil niet dat de Korintiërs gemeenschap hebben met demonen. nu richt zich tot mensen die de verkondiging van Paulus kennen. Hij voegt enkele keren het woord demon in en laat Jezus zien als uitdrijver van de demonen. Zie 1 Kor 1:20-21 2 Onreine geesten uitdrijven 1: 35 1: 36 1: 37 1: 38 1: 39 En hij geneest veel mensen die het slecht hebben door allerlei ziekten * En vroeg, nog in de nacht [staat hij op en?] gaat naar buiten. En hij gaat weg naar de Woestijnplek. En daar bidt hij. * En Simon en de mensen die bij hem zijn, gaan hem achterna. * En als ze hem vinden, zeggen ze tegen hem: Iedereen zoekt je. * En hij zegt tegen hen: Laten we gaan naar de dorpen in de buurt en naar de steden. dan zal ik ook daar verkondigen. Want daarvoor ben ik naar buiten gegaan. * En hij gaat verkondigen in hun synagogen in heel Galilea en drijft de demonen uit. De band tussen God en Jezus is uitgedrukt met het woord: geest. Jezus doopt in heilige geest, wordt vervuld van die geest, die hem naar de woestijn drijft, Jezus drijft onreine geesten uit. Mc 1:8, 10,12, 23-28 Voor mensen uit de gemeenten van Paulus, voegt hier dus toe dat Jezus demonen uitdrijft. Salomé ziet Jezus als een geneesheer van mensen die het slecht hebben door allerlei ziekten. Daarmee staat ze midden in de griekse cultuur met een ver ontwikkelde geneeskunde. Het ligt voor de hand dat zij met dit beeld dicht ligt bij de historische Jezus en bij zijn taalgebruik. 3 Zieken genezen Voor mensen uit de gemeente van Petrus in Jeruzalem voegt Joh Marcus op 14 plaatsen toe dat Jezus onreine geesten uitdrijft. Jezus is vol van heilige Geest. Deze taal sluit nauw aan bij die van het Oude Testament. Uitgerekend op de Woestijnplek - plaats van godverlatenheid - gaat Jezus bidden. Kafarnaüm zal het middelpunt worden van het werken van Jezus in Galilea. De eerste kring is van het huis in Kafarnaüm naar de dorpen in de omtrek.

uit Marcus 1: 40-45 1 Tafereel 5: Bondgenoot van de melaatsen 1: 40 1: 41 1: 42 1: 43 1: 44 1: 45 1.5 Bondgenoot van de melaatsen. * Er komt een melaatse bij Jezus. En hij vraagt aan hem en zegt: Als je wilt, kan je mij rein verklaren. * Jezus wordt woedend en strekt zijn hand uit. Hij raakt hem aan en zegt tegen hem: Ik wil. Ik verklaar je rein. * En meteen gaat de melaatsheid van hem weg hij is rein verklaard. * Jezus briest tegen hem en drijft hem regelrecht uit. * En Jezus zegt tegen hem: Kijk uit! Zeg het tegen helemaal (?) Niemand. Maar ga heen. Laat jezelf zien aan de priester. En breng als offer voor jouw reiniging wat Mozes heeft voorgeschreven, tot bondgenootschap met hen. * Hij gaat naar buiten en begint veel te verkondigen en het woord rond te strooien. Daarom kan Jezus niet meer openlijk een stad ingaan, maar verblijft hij buiten, op woestijnplekken. En de mensen komen naar hem toe van alle kanten. Hiernaast staan woorden uit teksten die toegevoegd zijn. In Mc 1:41 is sprake van: woedend worden. Paulus gebruikt wel vaak het woord: woede ; het werkwoord heeft hij maar 1 keer. Wellicht heeft dit ingevoegd voor de gemeenten van Paulus. Vragen Mc 3 Pls 4 Woede Mc 1 Pls 21 Woedend worden Mc 2 Pls 1 Meteen Mc 42 Pls 0 Melaatsheid Mc 2 Pls 0 Weggaan Mc 23 Pls 2 Briesen Mc 2 Pls 0 Uitdrijven Mc 18 Pls 1 Verkondigen Mc 14 Pls 19 2 De melaatsheid zien als bezeten zijn door een onreine geest Volgens Leviticus moet de priester bij huidziekten kijken of het gaat om verschijnselen die onrein maken. Zo ja, dan moet de priester volgen of er verandering optreedt. Na genezing verklaart hij de zieke rein. Deze brengt het voorgeschreven offer. De priester draagt het offer op. Daarna is de zieke rein en wordt weer opgenomen in de gemeenschap Bij het vorige tafereel is benadrukt dat men in Jeruzalem de ziekten ziet als bezetenheid door onreine geesten. Joh Marcus voegt taal toe van een uitdrijving. 1:41 3 Melaatsheid maakt de mens niet onrein. Jezus bidt op de Woestijnplek, de leerlingen komen, de melaatse komt dicht bij Jezus, Jezus raakt hem aan. De melaatse is volgens Jezus niet onrein; ook de rest van het verhaal laat zien dat de mensen in Galilea daatrover een vrije opvatting hadden. De melaatse vraagt Jezus hem rein te verklaren. Jezus doet dat, en Salomé onderstreept: Hij is rein verklaard. Dit tafereel verkondigt de opvatting: melaatsen zijn rein. Deze mening is voor mensen in Jeruzalem een brug te ver. Vandaar de toevoeging: Meteen gaat de melaatsheid van hem weg.

uit Marcus 2: 1-12 1 Tafereel 6: De lamme gaat naar zijn huis. 2: 1 2: 2 1.6-1 De lamme gaat naar zijn huis - opening * Jezus gaat opnieuw de stad Kafarnaüm in, enkele dagen later, en de mensen horen dat hij in huis is. * En veel mensen verzamelen zich meteen, zodat er geen plaats meer is, al helemaal niet tot vlak bij de deur. En hij richt het woord tot hen. Hij zegt tegen de lamme in 2:5 wordt herhaald in 2:10. De tekst daar tussenin, over Jezus die zonden kan vergeven, is duidelijk door Joh. Marcus geplaatst in een genezingsverhaal. Is Mc 2:6-9 bedoeld voor de gemeenten van Paulus? 1Kor 5:5;7:5; 18 * Schriftgeleerde Mc 21 Pls 4 Overleggen Mc 7 Pls 0 Zonde Mc 6 Pls 63 Vergeven Mc 34 Pls 5 Lasteren Mc 4 Pls 8 Kind Mc 9 Pls 39 Gezag/volmacht Mc 10 Pls 27 Mensenzoon Mc 14 Pls 1 2: 3 2: 4 X 2: 5 2: 6 2: 7 * En ze komen een lamme bij hem brengen die gedragen wordt door vier mensen. * Ze kunnen niet dichtbij Jezus komen door de menigte. Daarom halen ze de dakbedekking weg boven de plaats waar Jezus is. Ze maken een gat en laten het bed, waarop de lamme ligt, naar beneden zakken. * Jezus ziet hun vertrouwen en 1.6-2 De mensenzoon vergeeft zonden. Hij zegt tegen de lamme: Kind, mogen jouw zonden vergeven worden. * Er zitten daar een paar van de schriftgeleerden en ze overleggen in hun hart. * Ze zeggen: Waarom spreekt die mens op zo een manier? Hij lastert God. Wie kan zonden vergeven, behalve God! Vervolg > 2 Eerste aandachtspunten Joh. Marcus OP WELKE PUNTEN GEEFT JOH MARCUS HET VERHAAL EEN ANDERE WENDING Hij ziet ziekte als straf van God voor zondig leven. Schriftgeleerden Mogen je zonden vergeven worden Godslastering. Het huis de plaats van waar Jezus het woord richt tot de verzamelde menigte. Jezus ziet het vertrouwen: de wens om genezen te worden. Maar ook het vertrouwen dat Jezus hier kan helpen. 3 Eerste aandachtspunten Salomé De mensenzoon is de titel die Joh Marcus voor Jezus gebruikt. De mensenzoon heeft macht op aarde zonden te vergeven. Dit lijkt het leerstuk dat Johannes Marcus door dit verhaal wil overdragen aan de lezers. Jezus draagt de man op zelf tot handelen over te gaan: opstaan, dragen, naar eigen huis gaan. Salomé spreekt niet over zonden. Zij heeft het nergens over mensen die slecht zijn maar over mensen die het slecht hebben door allerlei ziekten. Bij haar is Jezus de geneesheer.

Bedrijf 1, tafereel 6: De lamme gaat naar zijn huis. Terugblik na het eerste bedrijf * 2: 8 2: 9 2: 10 2: 11 2: 12 uit Marcus 2: 1-12 1.6-2 De mensenzoon vergeeft zonden - vervolg * Jezus weet in de geest dat ze zo overleggen in zichzelf. Hij zegt tegen hen: Wat overleggen jullie op die manier in je hart? * Wat is makkelijker? Tegen de lamme zeggen: Sta op, neem jouw bed en ga heen naar je eigen huis, of zeggen: Mogen jouw zonden vergeven worden? * Om jullie te laten weten dat de mensenzoon bevoegdheid heeft op aarde zonden te vergeven, 1.6-3 De lamme gaat naar zijn huis - vervolg hij zegt tegen de lamme: Tegen jou zeg ik: Sta op. * Draag jouw bed en ga naar jouw huis. * Hij staat meteen op. Draagt het bed en gaat naar buiten waar alle mensen aanwezig zijn. En allen staan verbaasd en brengen eer aan God en zeggen: Zoiets hebben we nog nooit gezien in Israël. De tekst van deze bladzijde volgt wanneer alle bedrijven in eerste ronde klaar zijn.