2011D36661 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

2015D10123 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2018D22525 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Datum 13 juni 2013 Betreft Kamervragen Nijboer (PvdA) over de aanpak van de woekerpolisaffaire

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage

2017D10462 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Spreektekst AO Staf Depla Woekerpolissen dd 8 februari 2007

2016D30138 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Datum 2 oktober september 2015 Betreft Beantwoording Kamervragen van de leden Omtzigt en Ronnes (beiden CDA) over woekerpolissen

3. Het moment waarop compensatie in de polis wordt gestort, opdat klanten daarmee gemakkelijk zullen kunnen overstappen naar alternatieve producten;

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2015D42193 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2014D41415 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Regels voor de financiële dienstverlening (WFT) MOTIE VAN DE LEDEN.. Voorgesteld (datum)

Datum 13 april 2015 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Merkies (SP) over de kwaliteit hersteladvies bij beleggingsverzekeringen

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

2014D02444 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2017D24289 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Directie Financiële Markten. Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA S-GRAVENHAGE. 8 maart 2007 FM M

2016D50910 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

. Deze vragen, alsmede de daarop op. gegeven antwoorden, zijn hieronder afgedrukt.

2016D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld november De voorzitter van de commissie, Duisenberg

2015D08919 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Reacties op de uitzending van TROS Radar 23 april 2012 over Woekerpolissen

2015D44592 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

!1! Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

2017D25309 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Eindexamen m&o vwo I

2016D22881 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Bestuursverslag 2017

23 juni 2011, Mr. Annemiek J.E.M. Vollenbroek

Gehanteerde uitgangspunten Ingangsdatum 1 januari 2002

De voorzitter van de commissie Wolbert. Adjunct-griffier van de commissie Arends

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

AEGON Spaarkas N.V, gevestigd te Leeuwarden, hierna te noemen: Aangeslotene.

2014D34450 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2011D56821 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2012D41637 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2015D08205 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2017D30883 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Regeling 2014 Koersplan en aanverwante producten. Opgesteld door Stichting Koersplandewegkwijt

Dienstenwijzer van : ETC verzekeringen

2009D Anonimisering in belastingzaken VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG. Vastgesteld... november 2009

Q: Kom ik in aanmerking voor de compensatieregeling van Cordares Verzekeringen? Q: Wat is een woekerpolis?

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2014D10807 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2016D14695 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2016D04781 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2017D05509 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Datum 24 november 2011 Betreft Overzicht flankerend beleid beleggingsverzekeringen en Ombudsman Financiële Dienstverlening

4 november 2014

INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG. De waarnemend voorzitter van de commissie, Tjeerd van Dekken

2016D02499 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Voorwoord. Beste leden,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2013D13876 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Datum 5 juli 2012 Betreft Monitoring best of class flankerend beleid beleggingsverzekeringen

2011D Inbreng verslag van een schriftelijk overleg

Akkoord Beleggingsverzekering

Regeling voor klanten met een beleggingsverzekering

Compensatieregeling beleggingsverzekeringen. Achtergrondinformatie

2018D03500 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Raad voor Economische en Financiële Zaken. INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Datum eerste inleg: 1 januari ,- per jaar steeds op 1 januari Uitbetaling eindbedrag: 31 december 2011

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Dienstenwijzer ZeerZeker

E Tegemoetkoming beleggingsverzekeringen

DVD HA Dienstenwijzer van HA-groep b.v.

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

2017D04668 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2013D10756 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Dienstenwijzer VvE ZeerZeker

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

2018D01657 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

REAAL Compensatieregeling beleggingsverzekeringen

DIENSTVERLENINGSDOCUMENT

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorwoord. Beste leden,

Rabobank verzekeringsadvies

DIENSTENWIJZER. Goudzwaard Assurantiën en Financiële Diensten C.V. Adviseur op Maat

Woekerpolismoe? De claimclubs vechten door

Samenvatting. 1. Procedure

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De voorzitter: Ik heet de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van harte welkom, evenals de mensen op de publieke tribune.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

2011D36661 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Financiën hebben enkele fracties de behoefte om over de brief van de minister van Financiën d.d. 7 juni 2011 over zijn rol met betrekking tot de afwikkeling van de woekerpolisaffaire (Kamerstuk 29 507, nr. 102) enkele vragen en opmerkingen voor te leggen. De vragen en opmerkingen zijn op 1 juli 2011 aan de minister van Financiën voorgelegd. De voorzitter van de commissie, Dezentjé Hamming-Bluemink De adjunct-griffier van de commissie, Giezen nds-tk-2011d36661 1

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister en vragen nadere toelichting op het flankerende beleid en de rol van de AFM. De leden van de VVD-fractie brengen graag in herinnering dat tijdens het algemeen overleg op 20 april 2011 over dit onderwerp, de minister heeft toegezegd in gesprek te gaan met verzekeraars, intermediairs en de stichtingen van gedupeerden en de Kamer voor het zomerreces te informeren over de uitkomsten van deze gesprekken. Uit de tekst van de brief van de minister lijkt het er op dat tot op heden uitsluitend nog is gesproken met het bestuur van het Verbond van Verzekeraars over medewerking van haar leden aan het onderzoek naar de wijze waarop de verschillende verzekeraars de overeenkomsten afwikkelen en hoe hun flankerend beleid er uit ziet. Kan de minister aangeven waarom er nog niet is gesproken met de individuele verzekeraars zelf? Gaat de minister deze gesprekken alsnog voeren? En zo ja, wanneer vinden deze plaats en kan de Kamer berichten worden over de uitkomsten conform de toezeggingen gedaan tijdens het algemeen overleg? Kan de minister bovendien aangeven wanneer het feitelijk onderzoek naar het flankerend beleid door zijn medewerkers is afgerond? In dit kader merken de leden van de VVD-fractie op altijd waarde te hechten aan een oordeel van een onafhankelijke deskundige. De leden van de VVD-fractie lezen dat de AFM heeft aangegeven geen rol voor zichzelf te zien bij het toezicht op de uitvoering van de compensatieovereenkomsten. De leden van de VVD-fractie willen hierbij graag opmerken dat de AFM wel een controlerende taak heeft als het gaat om financiële producten die door financiële instellingen aan consumenten verkocht worden. Beleggingsverzekeringen vallen hier volgens de leden van de VVD-fractie ook onder. De AFM heeft geconstateerd dat vele beleggingsproducten met onjuiste adviezen en/of aan de verkeerde klant geadviseerd en verkocht zijn. Bovendien werden te hoge administratiekosten in rekening gebracht. Volgens de leden van de VVD-fractie typisch zaken waarop de AFM moet ingrijpen als zij dit constateert. Deze leden zijn daarom van mening dat de wijze waarop verkeerde overeenkomsten hersteld worden dan ook tot de taak van de AFM behoort. Deelt de minister deze zienswijze en waarom? De minister geeft aan dat compensatieovereenkomsten niet binnen de wettelijke taak van de AFM passen. De leden van de VVD-fractie missen hierbij het oordeel van de minister ten aanzien van deze constatering. Kan de minister daarom aangeven of hij het dan wenselijk acht om de wettelijke bevoegdheden van de AFM uit te breiden? Zo niet, hoe kijkt de minister dan aan tegen de mogelijkheden van de AFM om ex post in te grijpen? Is dit volgens de minister voldoende in het licht van de ontstane problematiek? Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PvdA De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de minster. De rol die de minister voor zich ziet, is een overzicht te maken van het «flankerend beleid» van de verzekeraars, en ze vervolgens te vragen te bewegen naar het niveau van het beste flankerende beleid. De leden van de PvdA-fractie kunnen zich voorstellen dat een dergelijke aanpak behulpzaam kan zijn voor de diverse betrokkenen. Echter deze leden hebben daarover nog een aantal vragen. 2

Zijn de individuele verzekeringsmaatschappijen en stichtingen van gedupeerden hierbij betrokken en op welke manier? Herkennen de betrokkenen, afgezien van het Verbond van Verzekeraars, zich in deze aanpak en zijn zij bereid hieraan mee te werken? In hoeverre is het te verwachten dat verzekeringsmaatschappijen vrijwillig geneigd zullen zijn het overstappen naar de concurrent mogelijk te maken, en hierover de juiste informatie te geven? In hoeverre is met deze aanpak gegarandeerd dat het in te winnen advies onafhankelijk zal zijn? Waarom wordt deze onafhankelijkheid niet benoemd in de brief van de minister? Is er een concreet tijdpad afgesproken? Wat voor sancties of maatregelen zijn denkbaar als één of meerdere verzekeringsmaatschappijen geen medewerking verlenen aan verzoeken van de minister? Heeft de AFM geen aanwijzingsrecht om verzekeringsmaatschappijen te bewegen mee te werken? Zijn de diverse compensatieregelingen onder de Wet collectieve afwikkeling massaschade gebracht, zoals destijds de Duisenberg-regeling in 2005? Zo nee, waarom niet? Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PVV De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de minister en hebben hierover nog enkele vragen. De minister heeft tijdens het algemeen overleg van 20 april 2011 over dit onderwerp de volgende toezegging gedaan: «Ik kan bijvoorbeeld de AFM vragen dat is een volgende toezegging die ik wil doen om de verschillende regelingen in een tabel naast elkaar te zetten om te bekijken wat «best of class» is. Ik heb er nog niet met de AFM over kunnen spreken, maar ik ga de AFM wel vragen of zij die opdracht zou willen aannemen. In ieder geval moet een derde dit doen. Als we «best of class» willen zitten, moeten we dat onafhankelijk kunnen laten toetsen. We gaan in ieder geval op een rij zetten wat «the best of class» is, om dit vervolgens op tafel te leggen in een gesprek met verzekeraars en stichtingen die consumenten vertegenwoordigen. Wat is dat dan bijvoorbeeld? Het gaat met name om het flankerend beleid.» In de brief van 7 juni 2011 stelt de minister: «Mijn medewerkers zullen zelf een feitelijk overzicht maken van het huidige flankerend beleid van verzekeraars. Op basis daarvan zal ik verzekeraars vragen hoe zij tot het niveau van het beste flankerende beleid gaan bewegen. Ik wil dan ook bezien of het noodzakelijk is om nog een oordeel te vragen van een onafhankelijke deskundige. Het uitzetten van dergelijk onderzoek bij een derde partij, ook de AFM, vergt hoogstwaarschijnlijk meer tijd en geld dan wenselijk is.» Deze twee passages roepen bij de leden van de PVV-fractie de volgende vragen op. Heeft de minister de AFM gevraagd om de verschillende regelingen in een tabel naast elkaar te zetten om te bekijken wat «best of class» is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat was de reactie van de AFM? Waarom is de minister niet meer van mening dat een derde partij dit moet doen? Waarom twijfelt de minister nu opeens aan de noodzaak om dit onafhankelijk te laten toetsen? Waarop baseert de minister dat een onderzoek bij een derde partij, ook de AFM, hoogstwaarschijnlijk meer tijd en geld vergt dan wenselijk is. Kan de minister een indicatie geven van de tijd en de kosten die een onderzoek door de AFM met zich meebrengt? 3

De minister heeft tijdens het algemeen overleg ook aangegeven om een oproep te doen aan de intermediairs: «Ik zal de oproep doen om te faciliteren en om een eventueel overstapgesprek gratis aan te bieden» Kan de minister aangeven of hij deze oproep reeds gedaan heeft en wat deze oproep heeft opgeleverd? De leden van de PVV-fractie heeft tijdens het algemeen overleg een aantal voorstellen gedaan, te weten: Geen kosten bij oversluiten van een woekerpolis en behoud van het recht om te procederen, ook als je al ja hebt gezegd tegen een compensatieregeling. Overlijdensrisicoverzekeringen moeten worden losgekoppeld van de polis, zodat de premie niet meer afhankelijk is van het beleggingsresultaat (hefboomeffect). Een algemeen verbod op koppelverkoop. Het teveel aan kosten moet direct worden terugbetaald en niet pas aan het eind van de looptijd. De compensatie moet worden bepaald op de mediaan en niet op einde looptijd, omdat de meeste kosten op het einde vallen. Het is eerlijker om de kosten halverwege de looptijd te bepalen, daar compensatie veelal betrekking heeft op lopende polissen. Is de minister bereid deze voorstellen mee te nemen in het overzicht/ onderzoek, waarbij ook budgettaire consequenties worden meegenomen? Tot slot hebben de leden van de PVV-fractie in het algemeen overleg aangegeven onderzocht te willen hebben of de voorgestelde Wabeke-norm redelijk is, middels een onafhankelijk onderzoek naar de aanbevelingen van de financiële ombudsman. Ook willen deze leden een onderzoek naar de integriteit van de stichtingen. Hoe kijkt de minister hier tegenaan? Is de minister bereid een onderzoek naar de financiële ombudsman en naar de stichtingen te laten uit voeren? Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van het CDA De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de minister. Het is verstandig dat de minister een bijdrage wil leveren een spoedige afwikkeling van het dossier over de woekerpolissen, hoewel het primaat natuurlijk blijft liggen bij de partijen zelf. De leden van de CDA-fractie kunnen instemmen met het flankerend beleid van de minister zoals dat hier is voorgesteld. Het is belangrijk dat dit de komende tijd verder vorm krijgt en wordt uitgevoerd. De leden van de CDA-fractie kunnen dan ook kort zijn, maar willen nog wel enkele vragen naar voren brengen. Er wordt gesproken over een feitelijk overzicht dat de medewerkers van de minister zullen maken. Wanneer kan de Kamer dit feitelijke overzicht verwachten? In hoeverre heeft er al overleg plaatsgevonden met de partijen die het betreft? Valt hier al iets over te zeggen? Wat zijn de behaalde vorderingen? Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP De leden van de SP hebben kennisgenomen van de brief van de minister. Deze leden zijn het eens met de constatering dat het kunnen overstappen op alternatieve producten een belangrijke bijdrage kan leveren aan de oplossing. Helaas laat de minister het vervolgens geheel aan de private partijen om daar verbetering in te brengen. Het is niet duidelijk wat de actieve bijdrage is van de minister. Welke maatregelen voorziet hij om overstappen naar andere producten kosteloos te maken? Heeft de 4

minister al een oproep gedaan bij de tussenpersonen dat overstapgesprek gratis zou moeten zijn. Wanneer kunnen we het feitelijk overzicht tegemoet zien van het huidige flankerend beleid van verzekeraars? In het algemeen overleg hierover zei de minister dat hij de AFM kan vragen de getroffen regelingen op een rij gaat zetten en kijken wat «best of class» is. Heeft de minister dezelfde mogelijkheden als de AFM om dit onderzoek te doen? Is de vraagstelling wel hetzelfde gebleven? Is de minister nu eigenlijk al in gesprek gegaan met de verzekeraars? Wat is daar nu precies uitgekomen? De verzekeraars hebben de volgens hen meest schrijnende gevallen bij de woekerpolissen compensatie aangeboden. Om hoeveel gevallen gaat het en om welk bedrag? Heeft de minister zich er in gesprek met de verzekeraars hard voor gemaakt dat ze niet het compensatiebedrag opgeven die geldt op de einddatum, maar juist aangeven hoeveel de compensatie op dit moment waard is? Is de minister het met de leden van de SP-fractie eens dat polishouders er ook recht op hebben om te weten wat de compensatie is op dit moment, wanneer ze nu hun lijfrenteverzekering zouden opzeggen? Krijgen deze leden over die actuele contante waarde van de compensaties meer inzicht in het feitelijk overzicht? Klopt het dat de ombudsman financiële dienstverlening in strijd heeft gehandeld met zijn taken en bevoegdheden, aangezien hij uitspraken heeft gedaan over zaken die aanhangig waren bij de rechter? Hij stemde in de tussentijd namelijk in met een akkoord tussen Aegon en de Stichtingen Woekerpolisclaim en Verliespolis. Gaat de minister ook nog na in het onderzoek ook nog na hoeverre de Wabeke-norm eigenlijk achteraf gezien adequaat was en of dat mogelijk niet heeft geleid tot compensatieregelingen die onder de maat waren? Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66 De leden van de fractie van D66 hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de minister. De leden zijn evenals de minister van mening dat dit dossier zo spoedig mogelijk op een goede manier moet worden afgewikkeld. De leden van de fractie van D66 constateren dat in de brief met name wordt ingezet op een onderzoek naar het flankerend beleid van verzekeraars. De leden zijn van mening dat goed flankerend beleid zeer belangrijk is in een goede afronding van dit dossier. Het aangekondigde onderzoek zal een overzicht geven van het flankerend beleid en vraagt hoe verzekeraars hun beleid zullen verbeteren. Op welke termijn kunnen de leden resultaten van het onderzoek verwachten? En wat zullen de vervolgstappen zijn wanneer blijkt dat de verzekeraars onvoldoende werk maken van het flankerend beleid? De leden constateren dat een onderdeel van het onderzoek zich richt op de interne afhandeling van klachten. De leden zijn van mening dat de klachtenafhandeling een belangrijk onderdeel is van het flankerend beleid en vragen de minister of hij hier een rol ziet voor het Kifid? Zo ja, op welke manier kan die rol het beste worden ingevuld? De leden van de fractie van D66 hebben in het algemeen overleg van 20 april 2011 over dit onderwerp aandacht gevraagd voor de schrijnende gevallen. Zij hebben onder andere vragen gesteld het benutten van de gereserveerde budgetten voor schrijnende gevallen, de definitie en het al 5

dan niet nakomen van de zorgplicht door verzekeraars. In de brief over de verder afwikkeling van het dossier wordt hier niet nader op ingegaan. Kan de minister uiteen zetten of en op welke manier hij inzet op een goede afhandeling van de «schrijnende gevallen»? 6