remonstrants maandblad jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 bewaarnummer Historie Over de geschiedenis van de remonstranten



Vergelijkbare documenten
zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Naam: VAN WILLIBRORD tot Statenbijbel

In het voetspoor van...

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

Apostolische rondzendbrief

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

Pastoraat wat is dat?

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15

Heilig Jaar van Barmhartigheid

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

Geef. nooit op! Gods beloften voor jou MIRANDA TOLLENAAR

Johannes 8:12 Jezus is de sleutel tot echt leven

Voor de dienst zingen we:

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

Welkom! Wat fijn dat u bij ons in de kerk bent! Met dit kleine boekje willen we u graag vertellen wie we zijn, hoe we dingen doen en wat ons drijft.

18. Evangelist in eigen land 19. Onder Jezus zegen Een bereide plaats 20. Water 21. Een gebed om de Heilige Geest Doorwaai mijn hof 22.

Luisteren naar de Heilige Geest

Alles is genade en Stel, ik zoek een kerk

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Ontmoetingskerk - Laren NH - 20 april Pasen Mattheüs 28: 1-10

DE RIJKE MAN, DE ARME MAN

De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

Pasen met de Samenleesbijbel. Materiaal voor kinderen van 8-12 jaar Johannes 20:1-18 uit de Samenleesbijbel

Er zijn mensen nodig met nieuwe fantasie

Zondag 28 gaat over het Heilig Avondmaal (1)

Jezus volgen! Echt? Het evangelie naar Johannes 6: dinsdag 2 juni 2015

Liturgie voor de scholendienst 2015

Preek Psalm 78: september 2015 In het spoor van Opening winterwerk Spiegelbeeld I

HC zd. 22 nr. 32. dia 1

Groot Nieuws meditatie zondag 23 april, verzorgd door Ds. Folkert de Jong van de Gereformeerde Kerk in Andel.

Boek en workshop over het verlies van een broer of zus. Een broertje dood. Door Corine van Zuthem

Op reis door het rijk der Letteren en der Godgeleerdheid


Openingsgebeden INHOUD

BLIJF IN DE HERE! Liturgie:

Oefenen in gehoorzaamheid

Matteüs 25: Gezinsdienst: Wachten duurt lang!

wat is passend? naar aanleiding van Paulus brief aan de Kolossenzen wil ik dat uitwerken voor 4 categorieën vier kringen

Startbijeenkomst met leidinggevenden. hand-out

In deze dienst wordt gedoopt: Tijn Bouter. Van harte welkom!

I. Het ontbreekt mij aan niets? Psalm 23 is een geliefde psalm van David. Hij is kort en krachtig. De eerste vers begint sterk:

Marcus 10, Kleine en grote kinderen: iedereen is welkom bij Jezus

Voor christenen is de Bijbel met name een geloofsboek. Dat betekent

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Zondag 28 en 29 Ochtenddienst / H. Avondmaal. Broeders en zusters,

Boekje over de kerk. voor kinderen van ca jaar gemaakt door de jongste catechisatiegroep

De Rivier - Opwekking 459

Johannes 14:1-3 en 28 - Hemelvaart: op weg naar thuis

Heer, U kent mij als geen ander U weet of ik zit of sta en U kent ook mijn gedachten voordat ik iets zeggen ga

Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker, verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

'Vrede voor jou, hierheen gekomen' (Geroepen om te zingen, nr. 15) 'Hij kent je bij je naam'. (internet)

De gelijkenis van de verloren zoon.

Voor jou! Dit boek is voor jou. Het gaat over God. En over God en jou samen. Over Gods liefde voor jou.

Nieuws om door te geven

Zondag 22 mei Kogerkerk - 5e zondag van Pasen - kleur: wit - preek Deuteronomium 6, 1-9 & // Johannes 14, 1-14

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen van God,

God bestaat en Hij is belangrijk We hebben God nodig in ons leven Jezus: Zijn leven Jezus: Zijn dood Jezus: Zijn opstanding De Heilige Geest

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Zand erover. verzoeningsviering voor de tweede graad. VAN IN 2013 Tuin van Heden.nu - Viering

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

De Heer is God! Dertien Bijbelstudies bij Psalm 100

Misschien zit u hier wel met de grote vraag: wat is Kerst eigenlijk?

Liturgie zondagmorgen 8 januari 2017 Jeugddienst 12-

Heilige Mis ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie in de St.Lambertuskerk te Swalmen

Naar een beleidsplan voor de PG Lemmer

Liturgie voor de viering op 24 april 2016 om uur in de Lichtkring met de Catechesegroep Gehandicapten Hoofddorp

Zondag 17 november 2013

Liturgie. PGA wijkgemeente. Arnhem Zuid

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

Door onze keuze is er een breuk tussen God en mens.

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

HET BELANGRIJKSTE OM TE WETEN OM MEER ZELFVERTROUWEN TE KRIJGEN

Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

Leven uit de bron 3: Leven met Jezus

Menze Fernandus van Houten

Een greep uit een presentatieviering met als thema: Licht zijn voor anderen

150 Tips om kinderen te laten zien dat je om ze geeft!

BIJLAGE MENSEN UITNODIGEN VOOR DE CURSUS

HC zd. 6 nr. 32. dia 1

GKv Barneveld-Voorthuizen

ONLINE BIJBELSTUDIE VOOR JONGEREN

Het is nog in de Paastijd - maar met de schriftlezing uit Johannes zijn we weer terug in de geschiedenis van Jezus vóór zijn lijden en sterven.

Handreiking bij een spirituele zoektocht.

WANNEER, GOD, WANNEER?

Op de grens van hemel en aarde. Een bijna-doodervaring

Uitvaart voorbede Voorbeeld 1.

Preekschets voor 26 mei 2013 Trinitatis. Lezingen : Spreuken 8:22-31 en Johannes 3:1-13

San Damiano, weg naar het heiligdom

PG-Sexbierum-Pietersbierum, zondag 15 mei 2014, ds. A.J.Wouda, Wit 6 e van Pasen 1 Petrus 3:14-22 doopdienst Ilse Froukje

12 april 2015 Met Thomas onze wonden laten zien

explore the big questions of life Een introductie

Hartelijk welkom in de kerk! Thema 3 Genade, fundament om op te leven

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

Ontmoetingskerk - Laren NH, 5 april Pasen Johannes 20

Zondag 16 februari Protestantse Gemeente Biddinghuizen THEMA: Ho, stop, help!

JEZUS VERGEEFT EN GENEEST

Transcriptie:

remonstrants maandblad jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 bewaarnummer Historie Over de geschiedenis van de remonstranten

van de redactie Kleine geschiedenis Uit de jaren zeventig herinner ik me een cabarettekst van Don Quishocking. De Hij zit bij de psychiater en zegt op de vraag naar de huiselijke taakverdeling: mijn vrouw regelt de kleine zaken, ik regel de grote zaken. Mijn vrouw regelt de opvoeding van de kinderen, de besteding van ons geld, de vakanties, de inrichting van ons huis. En ik zeg hoe het moet gaan in de wereld, in Vietnam, en in Griekenland Zoiets bestaat er ook met geschiedenis. Er is de Grote geschiedenis, met de grote lijnen, de culturen en eeuwen overstijgende tendensen, de religieuze en politieke stromingen en de spelers hierin. Daarnaast zijn er de landelijke en regionale gebeurtenissen en spelers, die invloed hebben op het leven van mensen die leven in die tijd en op die plaats, en op hun nakomelingen. De Grote geschiedenis van de (contra)reformatie versus de Kleine van de plaatselijke gebeurtenissen en de deelzaken.. AdRem heeft in dit dubbelnummer gekozen voor Kleine geschiedenis. In dit nummer dus schetsen van remonstranten: van dominee Gerard Brandt en vader en zoon Van der Pot, tot een portret van Hugo de Groot. Van een inhoudelijke analyse van een spottend schilderij tot de beschrijving van ondertekenaars van de Remonstrantie. Van de positie van Nieuwkoop en het kerkelijk leven aldaar, tot een beschouwing over remonstranten en Erasmus. Van een verhaal over de Woodbrookers tot een interview met de hoogleraar Nieuwste geschiedenis James Kennedy. En een verhaal over de remonstrantse protesten tegen smalende godslastering, waartegen men zich in 1931 verzette. Dat illustreert hoe dicht de geschiedenis raakt aan het dagelijks leven. De remonstranten mengen zich daar (de discussie over art. 147 S) niet zo openlijk in, maar ze hebben met dat artikel een bijzondere geschiedenis, die het waard is opgehaald te worden, schrijft de auteur. Ook met het leerstuk van de tolerantie hebben de remonstranten iets, meen ik. Misschien moeten zij zich, behalve in de discussie over art. 147 S, daar ook openlijker in mengen. Vanaf begin oktober is Bert Dicou formeel de nieuwe hoofdredacteur van AdRem. Bij hem liggen dus nu ook de rechten en plichten van deze functie, zoals het schrijven van het redactioneel. Bert, veel succes! Carla Bierlaagh Hoofdredacteur AdRem Het volgende nummer van AdRem verschijnt op 7 december. Coot van Doesburgh 1 0 0 l i e d j e s v o o r i e d e r e e n in dit nummer in dit nummer onder meer: Boekencentrum 3 Nieuws en agenda 5 LICHT. 100 liedjes voor iedereen 6 Korte berichten 7 Roemenen in het Noorden 18 Boekbespreking 19 Historisch katern 33 Miniatuur 34 De wereld als poppenkast Arnon Grunberg 36 Ontmoetingen in India 38 Schoonheid van een leeg museum 40 Het gezicht van... colofon Redactie: Carla Bierlaagh, Bert Dicou (hoofdredacteur), Michel Peters (eindredacteur), Sigrid Coenradie, Martijn Junte. Redactieadres: AdRem, p/a Nieuwegracht 27 a, 3512 LC Utrecht, tel. 030-2316970, adrem@remonstranten.org Administratie (adreswijzigingen en andere mutaties): info@remonstranten.org, of via boven staand redactieadres. ING 4088342 t.n.v. AdRem Utrecht Website: www.remonstranten.org Kosten: gratis voor remonstranten, 30,- euro per jaar voor niet-remonstranten. Advertentietarieven op aanvraag. Ontwerp: Marjorie Specht, www.ontwerpkantoor.nl Uitgave: Boekencentrum Uitgevers Druk: Koninklijke BDU Barneveld ISSN 0925-238X Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van de redactie.

nieuws Catechismus voor kamerleden: de reacties Ter gelegenheid van Prinsjesdag ontvingen 150 kamerleden de Catechismus van de Compassie namens vrijzinnige kerken, waaronder de remonstranten. Hoe waren de reacties van onze volksvertegenwoordigers op deze geste? Het eerste bedankje voor het boek kwam van de SGP-fractie: U begrijpt dat het ons als Staatkundig Gereformeerde Partij goed doet dat op deze manier de aandacht van de politiek wordt gevraagd. Wie weet worden fracties ook nog nieuwsgierig gemaakt naar de catechismus van Heidelberg! Een paar dagen later kwam er per post een vriendelijke brief van Femke Halsema. Ahmed Marcouch twitterde na ontvangst dat hij het een mooi boek vond. Namens zijn fractie (PvdA) werd er gebeld naar het landelijk bureau remonstranten: wat de catechismus kostte. Christiane Berkvens-Stevelinck (m), Ad Alblas (r) en illustratrice Brigida Almeida (l) ontvingen het eerste exemplaar van de Catechismus van de Compassie op 18 september in de remonstrantse kerk in Rotterdam. 6 november 2010 van 13.00 tot 16.30 uur Workshop Kinderdienst Begeleiding Japke van Malde, coördinator Jonge Remonstranten. Plaats: Remonstrantse Kerk Deft, Oude Delft 102, 2611 CE Delft. Hoe vertel ik de bijbelverhalen aan kinderen? En hoe kan ik daar dan met ze over praten? Er zijn prachtige kinderbijbels om uit voor te lezen, maar het is net zo leuk (of leuker) om kinderen de verhalen zelf te vertellen, zeker tijdens het vertel uur in de kerk. Opgave: jonge.remonstranten@remonstranten.org 12 november 2010 van 17.00 tot 20.00 uur Bijeenkomst Geloof en Samenleving Plaats: Landelijk Bureau, Nieuwegracht 27a in Utrecht. G&S presenteert een nieuw werkschrift over diaconie en een nieuwe website. Bovendien is er een gesprek over diaconie, een maaltijd en ontmoeting. Opgave via info@remonstranten.org 13 november 2010 van 10.00 tot 16.00 uur Werkdag Liturgie Bewegen en bewogen worden Parkstraatgemeente, Parkstraat 31 a / Kastanjelaan 22 a in Arnhem. Samen vieren vraagt om aandacht. Niet alleen van de kerkgangers, juist ook van hen die voorgaan. Voorgaan is meer dan preken, het voorgaan is bewegen en bewogen worden. Voorgaan is meer dan teksten oplezen, is meer dan aanwezig zijn, is vooral meer dan preken alleen. Hoe doe je dat, hoe maak je het zo boeiend, verstillend en/of uitdagend dat ook de kerkgangers bewogen worden? Dit wordt een dag voor voorgangers : lectoren, kerkenraadsleden, leden van liturgie- en/of diaconale commissies, predikanten en andere belangstellenden. Kortom: een dag die u niet mag missen! Kom in beweging en geef u op via info@ remonstranten.org. Het programma en een routebeschrijving zijn te vinden op www.remonstranten.org onder activiteiten. 14 november om 10.30 uur: Röselaers laat voorgaan. Ahmed Marcouch spreekt over de vrije wil. Plaats: remonstrantse kerk in Amsterdam Vrijburg. 26 maart 2011: Ontmoetingsdag Europese contacten in de remonstrantse kerk in Bussum. Een bijeenkomst georganiseerd door de International Association for Religious Freedom, en twee taakgroepen van de remonstranten, te weten Europese contacten en Vrede. Vrijzinnigen met gemeentecontacten over de grens zijn uitgenodigd om deel te nemen. Informatie: Onno Oeseburg, 035-6783777, onno.oeseburg@planet.nl jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 3

project Licht 100 liedjes voor iedereen Je zou het project LICHT kunnen zien als een restauratie-onderneming. Donkere oude gebouwen worden onderhanden genomen en licht en toegankelijk gemaakt: Van gezangen voor de kerk tot liedjes voor iedereen, eigentijdse teksten voor monumentale melodieën. Tom Mikkers vroeg Coot van Doesburgh om nieuwe teksten te schrijven voor bekende (kerkelijke) melodieën die tenminste 100 jaar oud zijn. Karin Bloemen werd uitgenodigd om 15 liedjes uit LICHT op een cd te zetten. Zij was even enthousiast over het plan en stemde meteen toe: Dit gaat tenminste ergens over. Paul de Leeuw was bereid om samen met Karin Bloemen een duet te zingen op de cd. De cd LICHT verschijnt tegelijkertijd met de bundel LICHT. Coot van Doesburgh (1943) is niet de eerste in haar familie die succesvol teksten schrijft voor een groot publiek. De schrijver en dichter Rhijnvis Feith (1753-1824) is haar verre voorvader. Hij dichtte onder meer uren, dagen, maanden, jaren, een kerkelijk nieuwjaarslied dat lange tijd zeer bekend was. Voor LICHT bewerkte Coot van Doesburgh deze tekst. De afgelopen decennia schreef zij liedteksten voor verschillende Nederlandse artiesten, o.a. voor Paul de Leeuw en Willeke Alberti. In 2003 vertaalde Coot van Doesburgh de musical Mamma Mia!, waarmee ze veel lof oogstte. In 2009 verscheen van haar hand Grenada, liefde voor een eiland, een aangrijpend boek waarin ze vertelt over haar bezoeken aan het Caribische eiland, de politieke situatie en de vriendschappen die ze er sloot. Coot van Doesburgh en Tom Mikkers trokken voor het project LICHT een jaar lang samen op. Nu boek en cd bijna verschijnen blikken ze terug. De taakverdeling dit keer: Coot vertelt en Tom schrijft. Coot: Honderd liedjes schrijven was een hele klus. Maar het was wel heel gezellig. Bij liedje 81 dacht ik echt: nu is het op. En toen zei je: geeft niets, al zijn de laatste liedjes alleen maar shalalie-shalala dan nog is het super wat je gemaakt hebt. Dat was een enorme relativering en ik kon weer verder. Eigenlijk heb ik niet zo veel met de kerk. Van huis uit ben ik Nederlands Hervormd. Als vierjarige moest ik al mee. Ik was veel te jong. Ik heb vooral geleerd om me te vervelen tijdens de preek en dat is eigenlijk zo gebleven. Een preek heeft op mij net zo n effect als de troonrede. Al bij de eerste zin gaan mijn oren dicht en dat kom niet meer goed. Om dezelfde reden ben ik ook niet zo dol op musea of klassieke concerten. Wat wel echt bij mij binnenkomt zijn mooie teksten. Mijn motief om ja te zeggen tegen LICHT was toch wel het feit dat het om samenzang gaat. Samen zingen is enig. Ook al is het lied nog zo plechtig. Weet je dat wij vroeger het lied uren, dagen, maanden, jaren van verre voorvader Rhijnvis Feith moesten zingen op oudejaarsavond. Wij mochten niet lachen omdat het van opa was, maar daarom kregen we juist de slappe lach. Voor LICHT heb ik dat lied opnieuw bewerkt. Ik merkte trouwens ook dat ik met veel kerkelijke gezangen warme banden heb. Het was ontroerend om de lievelingsgezangen van mijn moeder, zoals De dag door uw gunst ontvangen of Blijf mij nabij, van nieuwe teksten te voorzien. In die nieuwe teksten komen God en Jezus niet met naam en toenaam voor. Niet dat ik tegen God of Jezus ben. Maar met een liefdesliedje getiteld Ik hou van Henk bereik je alleen de liefhebbers van Henk. Ik hoop dat de liedjes verbindend werken. Juist onze tijd vraagt om liedjes voor iedereen. Eerlijk gezegd was ik er zelf nooit opgekomen om honderd oude melodieën van een nieuwe tekst te voorzien. Maar eenmaal bezig was het erg opwindend en stimulerend. Ik zie me dit niet nog een keer doen. Tot nu toe heb ik wel veel toneelstukken vertaald. (Wel zeventig, meestal uit het Engels). Recent verscheen mijn boek over Grenada. Grenada is een grote liefde van me. Met kerst ga ik er weer naar toe. In 1983 heeft daar een vreselijk bloedbad plaatsgevonden waarbij tot mijn grote verdriet de charismatische premier Bishop en veel van zijn ministers 4 adrem remonstrants maandblad

IKON-themamiddag Goudzoekers & Godzoekers met boek- en cd-presentatie LICHT. 100 liedjes voor iedereen Licht_Licht-omslag 04-10-10 18:58 Pagina 1 LICHT voorziet 100 oude bekende kerkelijke melodieën en mooie internationale traditionals van nieuwe teksten. De liedjes zijn geschikt om te zingen bij alle grote en kleine momenten van het leven, zowel in de kerk als daarbuiten. Coot van Doesburgh is de tekstdichter van vele bekende nummers, zoals 'Vleugels van mijn vlucht' van Paul de Leeuw en 'Waar is de zon' van Willeke Alberti. Ze vertaalde ook alle liedjes van de musical Mamma Mia!, waarmee ze veel lof oogstte. Onlangs verscheen van haar hand het boek Grenada, liefde voor een eiland. Coot van Doesburgh heeft een wonder verricht. Honderd oude gezangen zijn een nieuw leven begonnen. Tijdloze menselijke emoties heeft zij gevangen in de taal van nu. Ik voel de behoefte om de liederen uit volle borst mee te zingen. Omdat ze zo mooi zijn geworden en zo helder en zo ontroerend in hun eenvoud. Paul van Vliet Wat een prachtige teksten! Ik zing zo graag de liedjes die Coot speciaal voor mij heeft geschreven. Super dat ze nu zulke mooie teksten voor iedereen heeft gemaakt. Paul de Leeuw www.uitgeverijboekencentrum.nl NUR 709, 714 ISBN 978 90 239 6736 1 9 789023 967361 Coot van Doesburgh 1 0 0 l i e d j e s v o o r i e d e r e e n Boekencentrum Samen zingen is enig zijn vermoord. Daarvoor was ik er al geweest. Ik had de bruisende hoop op nieuwe tijden meegemaakt. Het is een heel persoonlijk verslag van alles wat ik op dat eiland heb beleefd, ook hilarische dingen. De geschiedenis van Grenada is een perfect voorbeeld van grootmachten die gedreven door eigenbelang kleine landjes platwalsen. Met het boek Grenada wilde ik laten zien dat levens verder gaan ook als de camera s weer zijn vertrokken. En tot mijn grote geluk zegt iedereen die het boek leest dat ze het niet weg kunnen leggen. Dat wist ik natuurlijk niet van tevoren, maar daar was ik heel blij mee. Ik hoop dat mensen de liedjes uit LICHT ook mooi zullen vinden. Daar doe je het toch voor. Je begint aan zo n groot project om mensen een plezier te doen. En ik hoop dat dat lukt. Vergeet je niet om te zeggen dat ik wel hecht aan de christelijke waarden die mijn ouders me hebben geleerd? Ik vind dat je voor anderen moet zorgen. Nou ja, behalve sommige mensen waar ik heel erg de pest aan heb, maar die hebben het er ook zelf naar gemaakt. Coot lacht: Relativering is belangrijk voor me. Tom Mikkers Algemeen secretaris Remonstrantse Broederschap Coot van Doesburgh LiCht Op zondagmiddag 28 november organiseert de IKON in samenwerking met de Remonstrantse Broederschap en Museum Catharijneconvent de happening Goudzoekers & Godzoekers onder het motto: schoonheid & troost op zondag. Een gevarieerde middag in Museum Catharijneconvent in Utrecht met medewerking van onder anderen IKON-presentatrice Annemiek Schrijver, modekunstenaar Aziz en tekstschrijver Coot van Doesburgh. Voorafgaand aan deze middag vindt de presentatie plaats van: LICHT. 100 liedjes voor iedereen met bijbehorende cd. Coot van Doesburgh voorziet daarin honderd oude, bekende kerkelijke melodieën en klassieke volkszang van nieuwe teksten. Initiatiefnemer Tom Mikkers, algemeen secretaris van de Remonstrantse Broederschap, vond theaterdiva Karin Bloemen bereid om de liedjes in te zingen op de gelijknamig cd. Zij zal ter plekke een aantal liedjes voordragen. Het boekje wordt uitgegeven door Boekencentrum, de cd komt uit bij La Bloemen Producties. De presentatie begint om 12.30 uur (inloop vanaf 12.00 uur) en duurt tot 13.15 uur. Deelname is alleen voor de snelle beslissers, want er is slechts beperkt plek. Het project LICHT wordt mede mogelijk gemaakt door Kerk & Wereld en het Elise Mathilde Fonds. Geeft u zich nú op voor de themamiddag Goudzoekers & Godzoekers, op 28 november, want vol = vol! Locatie: Museum Catharijneconvent in Utrecht. Tijd: van 14.00 uur (inloop vanaf 13.30 uur) tot 16.30 uur. De kosten bedragen 12,50 euro per persoon, incl. versnaperingen. Opgave: IKON Communicatie, bij voorkeur per mail aan ikon@ikon.nl, eventueel telefonisch: (035) 6727103. Wilt u ook de boek- en cd-presentatie bijwonen, vermeldt u dit dan bij uw opgave? Let op: de deelname daaraan is beperkt. Coot van Doesburgh heeft een wonder verricht. Honderd oude gezangen zijn door haar woorden een nieuw leven begonnen. Tijdloze menselijke emoties heeft zij gevangen in de taal van nu. Ik voel de behoefte om de liederen uit volle borst mee te zingen. Omdat ze zo mooi zijn geworden en zo helder en zo ontroerend in hun eenvoud. Paul van Vliet jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 5

berichten Remonstranten nemen deel aan De remonstranten hebben onlangs besloten om deel te gaan uitmaken van het initiatief Refo500, dat vijfhonderd jaar reformatie in Nederland wil herdenken. Een eerste stap is de openingsbijeenkomst op 30 oktober, waaraan ds. Christiane Berkvens-Stevelinck haar bijdrage als spreker zal leveren. De remonstranten zijn bovendien met hun materiaal aanwezig. Tom Mikkers, algemeen secretaris van de Remonstrant se Broederschap, is verheugd over de deelname aan Refo500: De remonstrantse kerkvader Arminius (1559-1609) en na hem de eerste remonstranten probeerden een brug te slaan tussen het gedachtegoed van Erasmus en Calvijn. Sommige kerkhistorici zien dan ook Arminius en de remonstranten als een eigen stroming binnen de Reformatie. Bij de herdenking van 500 jaar Reformatie zouden de remonstranten dan ook niet mogen ontbreken. Ik zie Refo500 bovendien als een belangrijke vernieuwing van gemeenschappelijke maatschappelijke aanwezigheid van geïnspireerde organisaties en kerken: actueel, pluriform en naar buiten gericht. Vanuit je eigen specialisme, netwerk en mogelijkheden samenwerking zoeken en mooie relevante activiteiten organiseren. Dat biedt ook de beste mogelijkheid om de betekenis van de Reformatie te ontsluiten voor een zo breed mogelijk publiek. Meer informatie: www.refo500.nl Enquête In de maand juli stelde AdRem aan zijn lezers vragen als: Bevalt de nieuwe AdRem u? Weerspiegelt het blad het remonstrantse gedachtegoed voldoende? Wat vindt u van de inhoud; welke artikelen blijven u bij en welke wilt u meer lezen? t Rentmeestertje Voor de eerste keer: t Rentmeestertje. Het komt uit de koker van de Taakgroep Duurzame Ontwikkeling en beoogt kort, scherp een aspect van onze houding en ons gedrag ten opzichte van onze aarde aan de orde te stellen met als motief: OMBUIGING IN HET NODIGE! Voor een nadere uitwerking & toelichting: zie de website onder de buttonbalk Remonstranten Helpen, rechts op de startpagina. t Rentmeestertje staat natuurlijk open voor tips & dialoog. Contactpersoon: ds Fride Bonda, 033-4624455, gebonda@planet.nl IK RIJD NIET HARDER DAN 100 km/uur minder doden en gewonden/gehandicapten met levenslange ellende (honderden per jaar erbij...) minder luchtvervuiling en energieverspilling meer rust, minder stress, minder fouten, lagere bloeddruk besparing op medische kosten en óók nog minder files > minder economische schade Met de ongeveer 25 positieve en 0 negatieve reacties op de eerste vraag waren we enorm blij: ja, in zeer ruime mate, ik lees alles met aandacht, een feestje om AdRem te zien en te lezen, veel beter geworden, veel vlotter en eigentijdser van karakter, zijn enkele van de opmerkingen. Zoals gezegd, geen negatieve opmerkingen zaten ertussen. Aan de vormgeving moesten veel respondenten nog wennen. Het ziet er in het algemeen bijzonder aantrekkelijk uit, zegt de een. Fris en bij de tijd, zegt de ander. Maar er waren ook opmerkingen over het glimmende papier, de drukke opmaak en de grootte van de portretten, bijvoorbeeld in Het Gezicht. Grote foto s hoeven niet zo, lijkt het wel. Over de inhoud waren de respondenten behoorlijk tevreden. De inhoud verhoudt zich eerder dan voorheen professioneel tot de wereld. Veel is uit het leven gegrepen, zegt de een. Ga zo door met die themanummers, zegt de ander. Zeer actuele problemen en indringende artikelen, zegt de volgende. Kleinere berichten lezen sommige graag: personele berichten, of berichten over de activiteiten van andere gemeenten. Anderen geven hoog op van de columns van ds. Berkvens-Stevelinck. Er zijn suggesties voor een boekenrubriek, Geknipt voor u en een rubriek Actualiteiten uit kerk en religie. De redactie en de voorbereidingscommissie zijn van plan al uw opmerkingen nog dit jaar te bespreken. Heel hartelijk dank: we zullen ze gebruiken om het blad te verbeteren. 6 adrem remonstrants maandblad

Ora et Labora een rijke ervaring voor alle betrokkenen Het tiendaagse bezoek door twintig leden van de tweede unitarische gemeente in het Roemeense Tïrgu Mures (Hongaars: Marosvásárhely) aan de remonstrantse gemeenten Groningen en Leeuwarden is voorbij. Onze church partners waren enthousiast over het intensieve en veelzijdige programma en de vlot verlopen organisatie. De uit zes leden bestaande Gronings/Friese projectgroep werd krachtig ondersteund door vier gastgezinnen in Groningen, vier gastgezinen in Friesland, de Groningse Werkgroep Europese Contacten WIC en een groot aantal overige, actief betrokken leden van beide gemeenten. De organisatoren mochten vol enthousiasme ervaren, hoe twee remonstrantse zustergemeenten in het Noorden elkaar de hand reikten in een succesvol, gezamenlijk project. Dit smaakt naar meer Het bezoek werd mede mogelijk gemaakt door financiële bijdragen vanuit de besturen van beide gemeenten, door een aantal adhoc-collectes tijdens diensten, een aantal zeer gewaardeerde giften als antwoord op een in beide gemeenten verspreide folder en tenslotte een royale financiële bijdrage vanuit de remonstrantse instelling Geloof en Samenleving. De gezamenlijke definitieve kosten van het bezoek, inclusief die van de onvoorziene reparatie van een van de auto s van de gasten, bleken door genoemde bijdragen en die van individuele gastheren en -vrouwen sluitend te worden gedekt. De projectgroep dankt alle goede gevers van harte. Zij hebben de ontvangst in feite gedragen. Het programma voor het bezoek vond zijn oorsprong in een eerder bezoek in 2008 door een Gronings/Friese delegatie aan beide unitarische partnergemeenten in Tïrgu Mures. Het Nederlandse programma voorzag onder het thema Ora et Labora in een breed aanbod en grote verscheidenheid aan maatschappelijke informatie. Tijdens een aantal excursies en bezoeken was er aandacht voor de mogelijkheden tot hergebruik van bestaande (monumentale) gebouwen in stad en buitengebied, voor de duurzame productie van energie en voedingsmiddelen, voor een specifieke hbo-opleiding in duurzame horeca en voor instellingen ten behoeve van huisvesting en zorg voor terminale patiënten en de dagopvang van daklozen. De gasten vonden vijf maal onderdak in Friesland en vijf maal in Groningen en wisselden halverwege van logeeradres. Aldus was er ook een grote verscheidenheid aan ontmoetingen tijdens (gezamenlijke) maaltijden bij remonstranten thuis. De open monumentendag op 11 september bood tenslotte de gasten samen met hun gastheren/vrouwen een unieke gelegenheid om veel van het Noordererf te verkennen. Een van de gasten kijkt mij nadenkend aan, zoekt naar het juiste woord in een ook voor hem vreemde taal en zegt dan: jullie zijn zo pragmatisch. Zo jezelf te zien door volstrekt andere ogen. Dat is, wat je voortdurend in de talloze gesprekken met de Roemeense gasten ervaart. Voortdurend vergelijken we onze eigen levensomstandigheden en overtuigingen met die van hen. Dat is wellicht de beste opbrengst van een church partnership. Welnu, de contacten zijn verstevigd en wij weten ons ook daar weer welkom. Een wat bredere impressie van het Roemeense bezoek zal binnenkort nog verschijnen. Exemplaren van het programma zijn verkrijgbaar bij schrijver dezes. Otto Meyling Lid remonstrantse gemeente Groningen jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 7

boekbespreking Een boek van een remonstrants theoloog waarin de theorievorming over het pastoraat een belangrijke plaats inneemt, is een bijzondere gebeurtenis. Publicaties van remonstrantse theologen begeven zich namelijk doorgaans op het gebied van de systematische theologie of de kerkgeschiedenis. Onlangs verscheen van de hand van Ds Greteke de Vries een biografie over Aat van Rhijn, samen met Hanneke Meulink-Korf de grondlegger van het contextueel pastoraat. De titel van deze biografie luidt: Meer dan voldoende te eten en een vrolijk hart. Aat van Rhijn, dominee en therapeut in het spoor van Nagy en Levinas, (ISBN 9789076564937. Skandalon, Vught 2010) Biograf ie Aat van Rhijn Contextueel Pastoraat In de recente theorievorming over het pastoraat spelen theologische en wijsgerige inzichten een beslissende rol. Naast het boek De context en de ander van M.A.van Rijn en J.N. Meulink-Korf, waarmee het contextueel pastoraat zijn wetenschappelijke grondslag kreeg, kun je denken aan Angst en bevrijding van A.F. Verheule. Een aardige introductie in deze materie biedt het boekje Pastoraat in cultuur-filosofisch perspectief (Meinema, Zoetermeer, 2001). Het Contextueel Pastoraat gaat uit van een bepaalde mensvisie. Bij de formulering van die mensvisie hebben Aat van Rhijn en Hanneke Meulink zich laten inspireren door Nagy (1920-2007), een Hongaars-Amerikaanse psychiater en psychotherapeut. Op een vruchtbare wijze hebben ze zijn denkbeelden verbonden met die van de Franse filosoof Levinas (1906-1995). Ontoelaatbaar kort geformuleerd: aan Nagy ontlenen zij het inzicht dat een mens onderdeel is van een web van (transgenerationele) relaties die ook altijd een ethische dimensie hebben. De mens is aanspreekbaar op een transgenerationele solidariteit zowel ten aanzien van de generatie die hem voorging als ten aanzien van die na hem komen zal. Bij het verstaan van die bijzondere mogelijkheid van het aanspreekbaar zijn gaan Aat van Rhijn en Hanneke Meulink te rade bij Levinas. Niemand heeft dieper nagedacht over het appel dat van de ander uitgaat en ons verantwoordelijk maakt. Biografie Ds Greteke de Vries heeft bij de beide grondleggers een jaartraining Contextueel Pastoraat gevolgd. De kennismaking met deze vorm van pastoraat was voor haar van grote betekenis. In de inleiding noemt zij de volgende redenen voor het schrijven van deze biografie van Aat van Rhijn: Zo zou ik opnieuw van hem kunnen leren en tegelijkertijd zouden nieuwe cursisten van de cursus (indirect) met hem kennis kunnen maken. Het is een voortreffelijke biografie geworden. Het boek is goed geschreven, maar dat is zeker niet de enige verdienste. Ds De Vries heeft ter voorbereiding vele mensen gesproken en zij laat hen in haar boek uitgebreid aan het woord. Het loopt nogal uiteen wat zij te berde brengen, maar juist zo rijst een levend mens op. De biografe stelt zich bescheiden op, zo bescheiden dat je dreigt te vergeten hoeveel werk het moet zijn geweest om al het materiaal te verzamelen en het op deze wijze te ordenen. Soms schrijft ze dat ze iets niet snapte om je vervolgens deelgenoot te maken van een gedachtegang die haar hielp om het toch te bevatten. Aan de hand van zo n gids laat je je graag leiden. Van harte aanbevolen. Foeke Knoppers predikant in de remonstrantse gemeente Twente 8 adrem remonstrants maandblad

historisch katern Plukken van het verleden historie Hervormden, katholieken, lutheranen en remonstranten bevolken mijn stamboom. Maar welke verhalen vertellen zij? Geven ze inspiratie? Een kleine schets, die dicht bij huis begint. Tot mijn verrassing kreeg ik op mijn 22e van mijn oma van vaderszijde de Statenbijbel, die haar ouders in 1910 hadden aangeschaft. Achterin stonden (en staan) keurig de namen van haar ouders en die van mijn opa en oma. Waarom ze deze bijbel juist aan mij heeft gegeven, weet ik eigenlijk niet. Als negende van vijftien kleinkinderen, dus zonder enkel recht, lijkt het alsof ze er een speciale bedoeling mee had. Was het omdat mijn vader zich ooit op een theologiestudie had voorbereid? Of omdat ik belangstelling had voor de familiegeschiedenis? Interesse in het predikantsambt had ik midden jaren tachtig nog niet; ik hield me bezig met de gewichtige geschiedenis van Midden-Europa. Als meisje van een jaar of twaalf ging mijn oma op vrijdag en zaterdag naar Joodse families om de Sabbat te bedienen. Dat wil zeggen, dat ze voor het licht en vuur zorgde in deze huizen, tot de Sabbat weer voorbij was. En enkele jaren na de oorlog, die haar op het einde twee kinderen kostte, nam ze een aantal maanden een zoontje van Duitse Ostflüchtlinge in huis; het contact is altijd gebleven. Hervormd, met een vrije geest, maar vast verankerd, gevormd ook door de nabije remonstrantse familie Tonckens in Hoogeveen. Haar leven heeft, merk ik, ook mijn geloofsbiografie kleur gegeven. Ja, ze moest eens weten, dat haar kleinzoon de kansel beklommen heeft! Zo ben ik, terugkijkende, blij dat mijn oma mij deze bijbel heeft gegeven. Extra betekenis kreeg dit gebaar nog bij haar overlijden, toen psalm 91 werd gelezen en ik in haar bijbel een briefje bij deze psalm vond. Blijkbaar had deze in haar leven een grote betekenis gehad. En uit de diepte van die woorden, probeer ook ik te putten: Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen. Ik zal tot den Heere zeggen: Mijne toevlucht en mijn burg, mijn God op wien ik vertrouw (Statenvertaling). de taak van hoofd en handen, waarvoor hij de muziek componeerde. Van dit oude en nu gedateerde lied, spreekt de optimistische geest mij nog aan. Die fakkel wil ik nog wel overnemen. Want we leven weliswaar niet meer in de twintiger en dertiger jaren, maar als we niet oppassen verliezen we in de kerken en in de samenleving alle vertrouwen voor de toekomst. En dat wil ik mij door de huidige zorgelijke ontwikkelingen in ons land eigenlijk niet laten afnemen. Nee, liever deel ik in de brede blik van wie mij voorgingen in de familie. Of laat ik mij inspireren door voorvaders als Daniel Arbman en Frederik Willem Egter, predikanten te Arboga en s-heer Hendrikskinderen, van wie ik het verhaal nog nauwelijks ken. Of door mijn gelijknamige grootvader die als diaken in de oorlog 40 kilometer naar Leek fietste om de toverlantaarn van de kerk terug te halen. Want de vertrokken dominee had deze per abuis (?) meegenomen. Geschiedenis blijft een boeiend vak en kan voor je kerk, je geloof en je levenshouding een krachtige voedingsbodem zijn. Lense Lijzen Predikant remonstrantse gemeente Groningen Optimisme Maar ook van moederszijde weet ik me gevoed. Ver hoef ik niet te zoeken met mijn grootvader J.P.A. Eernstman. Hij stond mede aan de wieg van de VCSB. En de afgelopen twintig jaar ben ik veel mensen tegengekomen die les van hem gehad hebben in Den Haag en omstreken. Ook hield hij zich in ruime mate bezig met de klassieken, muziek en toneel. En zo n twee generaties vrijzinnigen zijn opgegroeid met het lied Tot jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 9

Vaders en In de geschiedenis van de Remonstrantse Broederschap zijn vaak in verschillende generaties predikanten te vinden. Wij lichten hier enkele voorbeelden toe. Over vaders en zonen. Het bekendste voorbeeld is de familie Heering: Pieter (1838-1921) was gevierd predikant in Den Haag in de tijd van het Modernisme, zijn zoon Gerrit Jan (1879-1955) was predikant in enkele gemeenten en werd seminariumhoogleraar en zijn zoon Herman Johan (1912-2000) diende twee gemeenten en werd invloedrijk als hoogleraar godsdienstwijsbegeerte in Leiden. Simon Vuyk bespreekt in zijn boek Uitdovende Verlichting enige vaders en zonen uit de negentiende eeuw. (Overigens is de achtergrond hiervan vaak, dat predikanten wel tot de notabelen werden gerekend, maar vaak niet de financiën hadden om hun kinderen iets te laten studeren, waarvoor zij geen beurs kregen van hun kerkgenootschap.) Een heel interessant stel wordt gevormd door vader en zoon, Combertus Willem (1813-1891) en Gerrit van der Pot (1842-1906). Zij waren predikant in een tijd waarin de Broederschap aan enorme veranderingen onderhevig was en daarmee exemplarisch voor een periode waarin de kerk anders was dan nu. Zij stonden zeker niet alleen, een hele generatie predikanten dacht op dezelfde wijze. Overgang naar vrijzinnigheid Zo tussen 1870 en 1880 is het kerkgenootschap namelijk geworden tot wat het nu is: een vrijzinnige, ondogmatische en bovenal onorthodoxe geloofsgemeenschap. Veel van wat wij nu typisch remonstrants noemen, is toen ontstaan: de autonomie van de gelovige, het schrijven van je eigen belijdenis, het kritisch kijken naar de bijbel, waarde toekennen aan de cultuur en de wetenschap in het geloof. Niet dat remonstranten daarvoor niet bij de tijd waren en geen oog hadden voor de cultuur (ze waren daarin altijd sneller dan bijvoorbeeld de Hervormde Kerk), maar vanaf het einde van de negentiende eeuw is het wel heel typerend geworden. Vader en zoon Van der Pot echter waren niet gecharmeerd van deze nieuwe theologische mode. Zij waren en bleven gematigd orthodox. In hun theologie twijfelden ze niet aan de betrouwbaarheid van de bijbel of aan het bestaan van een bovennatuurlijke God buiten onszelf. Zij rekenden op een leven na dit leven en kenden aan het geloof in Jezus Christus en zijn verlossend werk een bijzondere rol toe. Combertus Willem van der Pot Maar zoals gezegd: zij hadden het kerkelijke tij tegen. Van der Pot sr. was een gevierd predikant. Hij diende de gemeenten van Haarlem, Leiden en Rotterdam, de plek waar hij ook opgegroeid was en waar zijn familie al generaties tot het patriciaat behoorde. Hij was een geliefd catecheet en pastor. Hij stond voor een warm evangelisch, misschien licht onkritische vroomheid. Zijn kerkdiensten werden zeer goed bezocht, hoewel tegen het einde van zijn predikantscarrière dat waarschijnlijk veel niet-remonstranten waren. Toch had hij veel meer aannemelingen dan zijn collega s. Van der Pot was een typische negentiende-eeuwse predikant. Hij dichtte en was maatschappelijk zeer actief, ondermeer in de Maatschappij tot Nut van t Algemeen. In het meer kerkelijke veld was hij betrokken bij het Zendelingsgenootschap en het Bijbelgenootschap. Toen de Broederschap openlijk koos voor het Modernisme, keerde hij zich daar fel tegen. Onze vaderen hebben gestaan op den grondslag der Schriften; zullen wij dezen verlaten en toch mogen beweren de ware Remonstranten te zijn? In een tijd waarin men pas stopte met het predikantschap als men echt niet meer kon, ging hij in 1879 met emeritaat. Gerrit van der Pot Zijn zoon Gerrit zou slechts één gemeente dienen, namelijk die van Waddinxveen. Van 1865 tot aan zijn dood in 1906 was Gerrit daar predikant. Na dezelfde besluiten in 1879 die zijn vader deden overwegen het predikantschap neer te leggen, keerde ook hij zich af van zijn kerkgenootschap. In die jaren werd de Algemene Vergadering gevormd door afgevaardigden van de gemeenten en alle predikanten. Maar van 1880 tot 1906 heeft Gerrit elk jaar weer een brief gestuurd, dat hij niet wenste deel te nemen aan de beraadslagingen van een vergadering die niet rust op den grondslag der Algemeene Christelijke Kerk: het geloof in Jezus Christus als den ééngeboren Zoon Gods, gestorven voor onze zonden naar de Schriften en opgewekt tot onze rechtvaardigmaking naar de Schriften. In het begin waren de anderen geërgerd, later liet men hem begaan in zijn kleine dorp. Opvallend is wel, dat Van der Pot toch zeer geliefd was. Hij was zeker niet de meest orthodoxe daar. Toen hem een aantal exemplaren van een relatief moderne liedbundel werd aangeboden, weigerde hij beleefd. Daar was de gemeente niet aan toe. Als hij dat zou invoeren, zouden ze overstappen naar de Gereformeerden waar alleen psalmen werden gezongen! In zijn tijd floreerde de gemeente. Na zijn overlijden naar de mondelinge overleving wil, zou hij zijn gemeenteleden hebben geadviseerd daarna hervormd te worden, daalde het ledental sterk. Gerrit van der Pot was zeer geliefd, zoals blijkt uit de steen op zijn graf die door leden en vrienden van de gemeente is verzorgd. Hij was de laatste remonstrantse predikant van deze gematigd orthodoxe richting. Tjaard Barnard Predikant in de remonstrantse gemeente in Rotterdam 10 adrem remonstrants maandblad

zonen Vader zoon van der Pot historie Strooi vandaag een enkle bloem Op des naasten pad; Strijk hem van t bezorgd gelaat Enkle rimpels glad. Lenig smart of droog een traan, Breng een enkle zegen aan. Doe één woord van liefde hooren, En Uw dag is niet verloren. C.W. van der Pot Treurt niet al te zeer, als ik van u ben heengegaan, want bij u blijft Eén, die veel meer en beter voor u is, dan ik. Daar is een Vaderhuis, oneindig heerlijker dan het aardsche, en dáár bereidt Christus plaats voor allen, die Hem hebben liefgehad. Geeft Gods genade mij daar eens den toegang, dan hoop ik daar Uwe onvergetelijke Moeder weêr te vinden, en al de dierbaren, die mij zijn vooruitgegaan. Dan wachten wij er ook u, nadat gij hier den raad van God zult hebben uitgediend en uw strijd zult hebben volstreden. O, moge ons dan de zaligheid worden bereid, dat wij malkander wederzien, waar geen scheiding meer wezen zal, en dat daar dan niet één van ons allen worde gemist. Dat geve Gods eeuwige, ontfermende liefde! Vaarwel! Afscheidsbrief C.W. van der Pot aan zijn kinderen. Gerrit van der Pot, hieronder zijn graf. Combertus Willem van der Pot. Voor nadere informatie zie: T. Barnard, Van verstoten kind tot belijdende kerk. De Remonstrantse Broederschap tussen 1850 en 1940 en E.H. Cossee, Combertus Willem van der Pot (1813-1891), herder, leraar en letterkundige, in: Rotterdams Jaarboekje 2006, 183-200. jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 11

De onderteke De eerste 16 ondertekenaars van de Remonstrantie De remonstranten ontlenen hun naam aan het verzoekschrift dat in het voorjaar van 1610 bij de Heren Staten van Holland en West Friesland werd ingediend door volgelingen van de Leidse hoogleraar theologie, Jacobus Arminius, die op 19 oktober 1609 was overleden. Arminius was in een heftig dispuut verwikkeld geraakt met zijn ambtsgenoot Gomarus over de leer van de uitverkiezing, de predestinatie. Dit conflict werd in de loop de jaren steeds scherper en raakte ook aan andere vraagstukken, zoals de mogelijkheid om de geloofsbelijdenis te herzien, de ruimte voor verschillende geloofsopvattingen en de verhouding tussen kerk en staat. In hun verzoekschrift aan de Staten voerden de volgelingen van Arminius een pleidooi voor het recht op herziening van de belijdenisgeschriften, voor hun visie op de predestinatieleer en deden zij een oproep aan de Staten om de religieuze verdraagzaamheid te bewaken. Het ontwerp voor dit verzoekschrift was in januari 1610 al opgesteld, waarschijnlijk door Johannes Wtenbogaert, en door 44 medestanders van hun handtekening voorzien. De ondertekenaars konden toen niet voorzien welke de gevolgen van dit verzoekschrift zouden zijn. In de loop der jaren verhardde de strijd en dat resulteerde uiteindelijk in een veroordeling van de remonstranten op de Synode van Dordrecht in 1619 en de oprichting van een eigen kerkgenootschap, de Remonstrantse Broederschap. De ondertekenaars hadden destijds in 1610 geenszins de intentie om een eigen kerkgenootschap op te richten. Bekende namen Onder de ondertekenaars bevond zich een groot aantal bekende namen uit de remonstrantse geschiedenis, zoals bijvoorbeeld Johannes Wtenbogaert. Hij was een goede vriend van Arminius en was de initiatiefnemer van de Remonstrantie. Hij was de grote organisator van de Remonstranten en stond, als hof- en legerpredikant van Maurits én goede vriend van Johan van Oldenbarnevelt, middenin de godsdienstige en politieke conflicten van zijn tijd. Naast hem treffen we Simon Episcopius: in januari 1610 nog een jonge predikant van 26 jaar. Hij groeide snel uit tot de theologische voorman van de remonstranten, opsteller van de belijdenis in 1621 en in 1634 de eerste hoogleraar van het Remonstrants Seminarium. Naast deze twee remonstrantse kopstukken was bijna de hele harde kern van de latere Remonstrantse Broederschap vertegenwoordigd, waaronder de directeuren van het 12 adrem remonstrants maandblad

naars van historie de Remonstrantie eerste uur, zoals Nicolaus Grevinchoven, Eduardus Poppius, Adriaan van den Borre, Isaac Frederici Luijt, Petrus Cupus en tot slot Joannes Arnoldus Corvinus. Deze laatste was een fascinerende figuur. Hij behoorde ten tijde van de ondertekening bij de grote groep van jonge honden, pas afgestudeerde leerlingen van Arminius, die vol vuur de standpunten van hun leermeester wilden verdedigen. Met zijn scherpe verstand en zijn scherpe pen was Corvinus in de volgende jaren van grote waarde voor de remonstranten, maar in de loop van de tijd verschoof zijn religieuze belangstelling en gaandeweg dreef hij steeds meer van de remonstranten weg. Op zijn sterf bed in 1650 ging hij over tot het rooms-katholicisme. Afvalligen Maar niet alle ondertekenaars van de Remonstrantie werden later trouwe aanhangers van de Remonstrantse Broederschap, hoewel men dat in remonstrantse kring vaak wel voetstoots heeft aangenomen. Van zeker 13 ondertekenaars, meer dan een kwart, weten we dat ze zich uiteindelijk niet bij de remonstranten hebben aangesloten en soms zelfs een heel andere richting zijn ingeslagen. Na afloop van de Synode van Dordrecht, werd aan alle remonstrants gezinde predikanten de Acte van Stilstand voorgelegd. Met het ondertekenen van deze acte verklaarde de predikant dat hij zich voortaan van alle predikantswerk zou onthouden. Weigerde de predikant te ondertekenen, dan werd hij verbannen. Van de toenmalige ondertekenaars hebben zeven predikanten de Acte van Stilstand ondertekend en hun predikantsschap neergelegd. Een aantal van hen deed dat, omdat zij te oud waren geworden om nog mee te kunnen doen, zoals bijvoorbeeld Jan Jansz. Bors, predikant in Leiderdorp, die zeventig was. Zijn predikantschap werd van het begin af aan gekenmerkt door een open en verdraagzame houding. Bors had altijd geweigerd om de belijdenisgeschriften te ondertekenen. Zijn medebroeders beklaagden hem, dat juist hij, die al zo lang het rekkelijke standpunt hooghield, tot ondertekening werd gedwongen. Andere predikanten, zoals de verlamde Cornelis Maertensz. uit Zwammerdam, ondertekenden de Acte van Stilstand wegens gezondheidsredenen. Wanneer zij zich van hun predikantswerk onthielden, konden zij in aanmerking komen voor een kleine tegemoetkoming in hun levensonderhoud. Ook Theodorus Herberts, zoon van de bekende rekkelijke Goudse predikant Herman Herberts, tekende de Acte van Stilstand. Hij had meegewerkt aan de opstelling van de geruchtmakende Goudse Catechismus. Aanvankelijk weigerde hij om de Acte te onderteken, maar zwichtte in 1621 alsnog en verdiende daarna zijn brood als zijdelakenkoopman en medicus. Nooit lid Anderen sloten zich nooit openlijk aan bij de remonstranten, zoals Caspar Barleus, één van de meest talentvolle leerlingen van Arminius. Hoewel hij in 1619 werd afgezet als hoogleraar logica aan de Leidse universiteit, wegens zijn remonstrantse banden, ging hij nooit over tot de remonstranten. De banden zijn echter wel gebleven, want het feit dat hij aan het hoofd stond van het Athenaeum Illustre in Amsterdam, droeg er mede toe bij dat de directie van de Broederschap in 1634 besloot het Seminarium in Amsterdam te vestigen. Ook Petrus Bertius, vooraanstaand Leids wetenschapper is nooit tot de remonstranten overgegaan. Deze wiskundige, theoloog, cartograaf en historiograaf vertrok in 1617 naar het Franse hof en ging uiteindelijk over tot het rooms-katholicisme. Contra-remonstranten Tot slot waren er vier ondertekenaars die zich na de Synode van Dordrecht aansloten bij de contra-remonstranten. De predikant van Monster, IJsbrand Willems de Laet, hield vanaf het begin een slag om de arm. Direct na de ondertekening van de Remonstrantie liet hij samen met Joannes Cornelius Cuylemans een acte opstellen, waarin hij verklaarde dat zijn instemming strikt was beperkt tot de vijf artikelen van de Remonstrantie. Zijn aarzelingen bleven en hij was één van de eersten, die in 1619 een schuldbelijdenis ondertekende en daarmee overging naar de contraremonstranten. Het is Nicolaus Bodecherus die de grootste omkeer door - maakte. Hij werd uiteindelijk een felle contra-remonstrant, die met een vilein boekje over het veronderstelde socinianisme van de remonstranten zijn vroegere geloofsgenoten in diskrediet probeerde te brengen. Marthe de Vries Voorganger bij de NPB Wassenaar jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 13

Remonstranten stuwende kracht achter Een opmerkelijke omgang van remonstranten met het bedrijfsleven is te vinden in de zakencursussen die bij de Woodbrookers in het Gelderse Barchem werden gehouden in de eerste helft van de twintigste eeuw. Geloven op maandag De geest waarin dat gebeurde gaat terug op achttiende-eeuwse wortels toen de remonstranten vervlochten waren met de Verlichting. Zij waren als vrijzinnige protestanten bijvoorbeeld de geestelijke vaders van de toen ontstane Maatschappij tot Nut van het Algemeen. Een theoloog als Jan Konijnenburg publiceerde ook sociaal-economische beschouwingen over toenmalige industrialisatie, handelsbevordering en wat we nu innovatie noemen. De Nederlandse Maatschappij voor Nijverheid en Handel, ook vrucht van die geest, dateert uit 1777. De remonstranten in Rotterdam hadden in economische kwesties het voortouw. Niet alleen was de remonstrantse gemeente in Rotterdam vanaf het ontstaan van de Broederschap de grootste en meest prominente, daarbij kwam het karakter van Rotterdam als haven- en handelsstad waarin de remonstranten een sterk ondernemend aandeel hadden. Dat weerspiegelt zich in de jaren dertig van de vorige eeuw, toen Rotterdamse directeuren en groot-aandeelhouders van bedrijven als leden van de Vereniging van Woodbrookers de stuwende kracht waren achter vertrouwelijk beraad over de moraal in het zakendoen. Daar ging het namelijk om in de wat schools aangeduide zakencursus. De wereldcrisis was in 1929 uitgebroken en confronteerde ondernemers met de vraag hoe hun bedrijven-in-teruggang te leiden met het oog op de werknemers, toeleveranciers en klanten. De remonstranten/woodbrookers wilden dat onder ogen zien als verantwoordelijke mensen die het geloven op zondag - voor hen in Rotterdam in de kerk aan de Singel - niet los wilden zien van het bedrijfsbeleid op maandag. Een stimulans ging uit van het proefschrift van de remonstrantse theoloog, tevens voortrekker in Barchem, dr. J.A. de Koning over de Duitse industrieel en schrijver Walther Rathenau, de man van de Allgemeine Elektrizitäts-Gesellschaft (AEG). Deze publiceerde nietaflatend over de humane kanten waarop bij productie en handel moest worden gelet. Mantelorganisatie? Waren de Woodbrookers nu een mantelorganisatie van de remonstranten? In het opzicht van de zakencursus zou je het bijna gaan denken. In werkelijkheid waren de Woodbrookers, verenigd in de Barchembeweging, een onafhankelijke club, los zowel van de quakers in Birmingham met hun bezinnings- en studiecentrum Woodbrooke (anno 1903) als van enig kerkgenootschap in Nederland. Dat neemt niet weg dat het percentage remonstrantse leden altijd groot is geweest, een gevolg van de verweving van de Woodbrookers met de op reform gerichte welgestelde en ontwikkelde burgerij van om en nabij 1900. De Barchembeweging wilde als overwegend vrijzinnigprotestantse tak van de verlichte burgerij veranderingen in de samenleving op niet-revolutionaire wijze doorvoeren. De reformsfeer uitte zich in een hang naar sober- 14 adrem remonstrants maandblad

brookers historie foto links: De kapel waar de zakencursussen veelal gehouden werden. en -president, en ir. W. Schermerhorn, Delfts professor, pionier van de luchtkartering en -fotografie, na de oorlog Nederlands eerste minister-president. Zij hadden gemeen een sterke betrokkenheid bij stedenbouw en volkshuisvesting, tot uitdrukking komend in de planning van tuindorpen en later in de bezinning op de wederopbouw. Ze waren sociaal en cultureel zeer breed geörienteerd en particuliere initiatiefnemers in de publieke sfeer. zakencursussen heid: niet roken, niet drinken, eenvoudige kleding en maaltijden. Daarmee verloochende de beweging zijn quaker-afstamming ook niet, evenmin als met stilteperioden in vergaderingen en tijdens cursussen. Politiek waren de remonstranten doorgaans vrijzinnig-democraat (een links-liberale partij die als een voorloper van D66 kan worden beschouwd), terwijl vrijzinnige hervormden en doopsgezinden meer neigden naar (religieus) socialisme. De Woodbrookersvereniging werd in 1908 opgericht door studenten als de remonstrant K.H. Roessingh. Daarmee werd ook het eerste conferentieoord in Nederland gesticht. Het doel was om tegenstellingen in de samenleving te overbruggen tussen geloof en ongeloof, tussen vrijzinnig en gematigd orthodox protestant, maar ook tussen burgerij en arbeidersklasse. In 1919 werd de Arbeidersgemeenschap der Woodbrookers gevormd, die in religieus-socialistische gezindheid opereerde onder leiding van dr. W. Banning, later vooral in Bentveld. Ruim tien jaar later kreeg de links-liberale lijn in Barchem de wind in de zeilen door de organisatie van de zakencursussen, die elf in getal tussen 1930 en 1939 werden gehouden. Prominente deelnemers waren de genoemde dr. J.A. de Koning, de Rotterdamse assuradeur mr. R. Mees, firmant van het bankiers- en verzekeringsbedrijf R. Mees en Zoonen (anno 1720) en dr. J.Ph. Backx van Thomsen s Havenbedrijf en naoorlogse voorzitter van de Scheepvaartvereniging Zuid (SVZ), de Rotterdamse redersorganisatie. Daarnaast ook ir. A. Plate, zoon van de oprichter van de Holland-Amerika Lijn en voor de oorlog voorzitter van de SVZ, ir. A.H. Ingen Housz, jarenlang Hoogovendirecteur Vrijplaats-beraad Vanuit hun ondernemingen hielden zij zich bezig met ethische vragen over hun beroepsuitoefening met informeel beraad over: Hoe doet u dat in uw bedrijf? De verslagen in de Barchem-jaarboekjes maken bijvoorbeeld melding van het bespreken van het fenomeen corruptie. Maar ook een praktisch onderwerp als het opzetten van een personeelsblad (toen nog iets nieuws) kwam aan de orde. Maatschappelijk verantwoord ondernemen werd avant la lettre behandeld wanneer bijvoorbeeld productie om de productie als dwaalweg werd afgewezen. Een theoloog leidde het algemene thema van zo n cursus in, meestal in het lezingenzaaltje op de Kalenberg, toen en nu behorend tot het Woodbrookers-landgoed, waarna het beraad volgde, boven en beneden. Voor de deelnemers aan dit vrijplaats -overleg was aantrekkelijk, behalve de mooie en rustige omgeving, dat ze veel minder kans hadden in de kijker te lopen dan in Rotterdam. Wie zou deze captains of industry aanwezig vermoeden in een achteraf-dorpje in de Achterhoek? Banning heeft er later van getuigd dat deze contacten met ondernemers er bij hem sterk aan hebben bijgedragen om het socialisme een bredere bedding te geven. Hij leerde via de zakencursus de vrijzinnig-democraat Schermerhorn kennen, ontmoette deze later in het gijzelaarskamp Sint Michielsgestel, waar ze samen plannen smeedden voor de Nederlandse Volksbeweging, die op zijn beurt onmisbaar is gebleken voor de vorming van de Partij van de Arbeid en de Nederlandse overlegeconomie. Het is de bedoeling om volgend jaar te publiceren over enkele doorlopende lijnen vanuit Barchem-voor-de-oorlog naar het Nederland van vlak na de oorlog. Wouter Lookman Het Woodbrookers Cahier 1 over de zakencursus, uitgave van het Woodbrookershuis van mei 2009, beleefde drie drukken en is nu uitverkocht. Belangstellenden kunnen de digitale tekst (PDF-bestand) opvragen bij: Inschrijvingen @Woodbrookershuis.nl jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 15

James Kennedy: Wij zijn allemaal Hij is een van de meest spraakmakende historici van het moment. Bijna dagelijks wordt hij in de krant geciteerd. Prof. dr. James Kennedy is hoogleraar Nieuwste Geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam, gespecialiseerd in de culturele omwentelingen in Nederland sinds de jaren 60 van de vorige eeuw. Hij is verbonden aan de vrijgemaakt gereformeerde kerk, maar zijn verre voorouders waren remonstrant. Zijn kerkelijke betrokkenheid steekt hij, soms tot ontsteltenis van collega-wetenschappers, niet onder stoelen of banken. Michel Peters sprak met hem in Amsterdam. Moordaanslag U had dus zomaar remonstrant kunnen zijn? Nee hoor, dat ben ik nooit geweest. Mijn remonstrantse voorouders waren in de tijd van Episcopius en Wittenbogaert actief in Zevenhuizen, een deel van Holland dat in die tijd een remonstrants bolwerk was. De families Olshoorn en Van Alphen waren misschien een beetje te ijverig of bevlogen: in 1623 waren ze betrokken bij een complot om Prins Maurits om het leven te brengen. Zij deden de geldinzameling voor deze onderneming. Niks nieuws onder de zon dus tegenwoordig. Elke gelovige en niet alleen moslims en fundamentalisten moet ervoor waken dat diepgewortelde geloofsovertuigingen hem of haar verleiden om geweld te gebruiken of intolerant te zijn. Persoonlijk ben ik opgegroeid in een calvinistisch milieu in de States, doorspekt met evangelische, voluntaristische denkbeelden. Daarin lag de nadruk op de eigen keuze voor God, dat was toch wel een eind verwijderd van Dordt. Geen secte De Remonstrantse Broederschap is altijd piepklein geweest op het hoogtepunt van hun bestaan hadden ze 40.000 leden, maar hun invloed op de omringende samenleving was groter dan het ledental zou doen vermoeden. Hoe zou u de historische verdiensten van de remonstranten omschrijven? Kennedy: Er zijn drie terreinen waar de remonstranten invloed hebben gehad. In de eerste plaats heeft de Arminiaanse theologie een enorme reikwijdte gekregen, ook buiten de landsgrenzen. Dat valt remonstranten misschien niet eens zo op, omdat ze zo nadrukkelijk niet-dogmatisch wensen te zijn. Het debat over de invloed van de vrije wil van de mens op zijn geestelijke toekomst ging nog eeuwen door. Het bleef met name in de Engelstalige wereld de gemoederen bezig houden. De Arminiaanse theologie werd in de VS de expliciete grondslag van veel kerken, van Methodisten en Free-Will Baptisten tot Pentecostal- en Holiness- groeperingen. Moderne identiteit In de tweede plaats hebben de remonstranten een grote rol gespeeld in het vrijzinnige christendom. Zij zijn in de loop der eeuwen een belangrijk onderdeel geweest van een bredere Hollandse variant van godsdienst die niet doctrinair is, een soort Coornhertiaanse traditie die de bijbel serieus neemt, maar een sterke inkadering schuwt. In de verre historie hebben ze een positie ingenomen tussen het klassieke heterodoxe christendom en de radicalere orthodoxe elementen in, zoals de Collegianten uit de 17 e eeuw. Uit die tijd stamt ook hun invloed op de denkbeelden van Van Limborch, hoogleraar op het Seminarium vanaf 1668, en van de Engelse wijsgeer Locke. Later in de negentiende en twintigste eeuw vormden de remonstranten een schakel in de totstandkoming van het vrijzinnig protestantisme, dat weer aan de basis stond van het moderne liberalisme. Grote staatslieden hebben de remonstranten voortgebracht zoals bijvoorbeeld Cort van der Linden, de premier van Nederland in de Eerste Wereldoorlog. Maar het past bij hen dat ze daar nooit mee te koop liepen. Remonstranten waren geen voortrekkers, niet erg profetisch, geen hemelbestormers zoals de Quakers. Ze waren eerder een expressie of een reflectie van een be- 16 adrem remonstrants maandblad

historie Een beetje lid zijn heeft blijkbaar onvoldoende wervingskracht. vrijzinnigen paald burgerlijk milieu en de expliciet niet-dogmatische, vrijzinnige en moderne identiteit die daarbij hoorde. De derde bijdrage is minder theologisch van aard. De remonstranten hebben zich door de geschiedenis heen altijd nauw verbonden geweten met de tolerante tradities van Nederland (of preciezer: van de Hollandse steden). Ze voelden zelf ook dat hun theologische oriëntatie het meest verwant was met de beste bestuurlijke tradities. Dus: geven en nemen, streven naar harmonie, vrijheid, zeg maar het poldermodel, heeft diepe wortels. De nuchterheid, redelijkheid en pragmatisme van de remonstranten paste naadloos bij de beste kenmerken van Holland. Het verhaal van Nederland als land van vrijheid en tolerantie kan niet verteld worden zonder die remonstrantse invloed te noemen. Zwakte Waarom is de Remonstrantse Broederschap dan toch altijd marginaal qua aantal gebleven? Kennedy: Sta mij toe om dan ook te spreken over wat ik als de zwakke kanten van de kerk zie. De doorsnee remonstrant is kunstzinnig, verfijnd en weldenkend. Dat is meer een soort levenshouding, dan een kerkelijk programma. Een dergelijke levenshouding is zonder kerkelijke structuur ook individueel te beleven. Bovendien werd het vrijzinnige denken in de 19 e eeuw ook door andere kerken en door organisaties buiten de kerk overgenomen en verloren de remonstranten hun uniciteit en herkenbaarheid. Ik vind dat communio essentieel is voor het kerk-zijn. Maar de notie dat die gemeenschap onontbeerlijk is, dat het zieleheil van de leden daarvan af hangt, dat er buiten de kerk geen heil is, ontbreekt bij remonstranten. Kerken die een sterk gemeenschapsleven hebben groeien op het moment. Een beetje lid zijn heeft blijkbaar onvoldoende wervingskracht. Contrasterende gemeenschap In uw recente boek Stad op de berg houdt u een pleidooi voor de kerk als contrasterende gemeenschap. Wat is dat? Waarom moet de kerk dat zijn? Kennedy: Ik bedoel niet zozeer dat de kerk een tegencultuur moet zijn, maar dat ze een ander ritme moet hebben, een andere oriëntatie, een andere boodschap. De kerk moet niet een machteloze kerk op zondag zijn en ook niet het maatschappelijke leven om haar heen zomaar sanctioneren, maar als gelovigen moeten we een alternatief vorm geven, de christelijke praktijk samen be leven en betrokken zijn op onze medereizigers. Dit interne kerkleven moet een externe expressie krijgen door bijvoorbeeld diaconale activiteiten. Belangrijk is dan wel dat de hele gemeenschap hier achter staat. Of de kerk ook tegen de PVV moet ageren? Ik zou zeggen: Ieder moet dat voor zichzelf weten, maar het kerkelijk spreken moet geworteld zijn in de kerkelijke praktijk. Doen de remonstranten iets in oude wijken waar moslims wonen? Andersom: als de remonstranten contacten hebben met Roma in Roemenië, dan ligt het voor de hand dat ze opkomen voor de rechten van die bevolkingsgroep in Europese landen bijvoorbeeld. Een contrasterende gemeenschap is het model voor een kerk in de marge, die plek past ons anno 2010 goed. Een alwetende, machtige kerk wordt niet meer geaccepteerd, maar met de opkomst van het burgerschapsideaal wordt de kerk nog wel gezien als nuttig instituut om de samenleving beter te maken. Dat moeten we dan ook doen. Vrijzinnigheid Heeft de vrijzinnigheid toekomst? Kennedy: Hoezo toekomst, de vrijzinnigheid heeft het heden, een beetje tot mijn leedwezen. Wij zijn allemaal vrijzinnigen, dat gaat in de toekomst niet verdwijnen. Het vrijzinnige gedachtegoed zit stevig verankerd in onze liberaal - democratische samenleving. Michel Peters Coördinator communicatie bij de remonstranten jaargang 21 nr. 8 oktober/november 2010 17

Gerard Brandt dominee en schrijver (1626-1685) Wat trekt een remonstrants maritiem historicus naar een remonstrants predikant in de Gouden Eeuw? Het antwoord is eenvoudig. Deze dominee schreef de klassieke biografie van admiraal De Ruyter. Hoe Gerard Brandt daartoe kwam, levert een interessant verhaal op. Zeker als we constateren dat Brandt aanvankelijk horlogemaker en dichter van hekelverzen was. Leven Brandts gelijknamige vader was aan het Rokin in Amsterdam horlogemaker en maakte ook zonnewijzers. Daarnaast was hij in de jaren veertig één van de bestuurders van de nieuwe schouwburg. Zijn enige in leven gebleven kind Gerard deed aanvankelijk hetzelfde werk en kwam door zijn vader in contact met de intellectuele en kunstzinnige wereld. Hij schreef gedichten, een toneelstuk en de lijkrede bij de dood van P.C. Hooft in 1647, die in de schouwburg werd voorgedragen. Zo kwam hij thuis bij de remonstrantse geleerde en vroegere predikant Caspar van Baerle. Gerard werd verliefd op dochter Suzanna (1622-1674). Dit resulteerde eerst in een predikantenopleiding. Het verhaal gaat namelijk dat Van Baerle een beter opgeleide man voor zijn begaafde en knappe dochter wenste. Brandt liet zich inschrijven aan het remonstrants Seminarium, dat sinds 1634 in Amsterdam was gevestigd. In 1652 legde hij het proponentsexamen af. Hij trouwde en werd in Nieuwkoop beroepen. Drie zonen kreeg het echtpaar in deze gemeente: Caspar (1653-96), Gerard (1657-83) en Johannes (1660-1708). Alle drie werden remonstrants predikant. In 1660 werd Brandt in Hoorn beroepen, waarna in 1667 Amsterdam zijn laatste gemeente werd. Hij hertrouwde na de dood van Suzanna. Geschiedschrijving Brandt was niet zomaar een dominee. Hij kon welsprekend preken, net als later al zijn zonen. Hij ging altijd door met dichten en het maken van epigrammen en bijschriften bij portretten en grafschriften. Hij publiceerde enkele pennenvruchten van zijn schoonvader. En de geschiedenis van zijn eigen tijd interesseerde hem hogelijk. Al in 1657 kreeg hij van het bestuur van de Remonstrantse Broederschap de opdracht om de geschiedschrijving van haar ontstaan, waaraan Johannes Uytenbogaart was begonnen, voort te zetten. Gemeenten en leden werden verzocht om hem alle stoffen toe te brengen, die onder yder in t particulier zouden mogen berusten. De kosten gemaakt bij het verzamelen vergoedde de Broederschap. De beoogde geschiedschrijving is er gekomen, maar het heeft wel bijna vijftig jaar geduurd. De aanpak was consciëntieus en grondig. Het eerste deel van de Historie der Reformatie, in 1671 verschenen, behandelt de tijd tot 1600. Brandt toont daarin aan, dat het remonstrantisme zijn wortels in Thomas à Kempis en Erasmus heeft. Deel 2 (1674) beschreef de gebeurtenissen tot de Synode van Dordrecht in 1619. Het was duidelijk een verdediging van zijn geloofsgenoten. Het boek veroorzaakte veel opschudding onder predikanten van de publieke kerk. Felle pamfletten verschenen: Brandt zou de geschiedenis vervalst hebben. Deze reacties benamen de auteur de lust tot verder schrijven. Het was uiteindelijk zoon Johannes die in 1704 de delen 3 en 4 deed verschijnen. Het materiaal ervoor had zijn vader nog zelf bijeengebracht. Over deel 3 ontstond trouwens weer een controverse. De Historie der Reformatie wordt nog steeds als een betrouwbaar handboek beschouwd, gebaseerd op veel authentiek bronnenmateriaal. Veelschrijver Er was meer dan de kerkgeschiedenis, wat Brandt bezig hield. Hij schreef maar door. In 1666 verscheen zijn geschiedenis van de stad Enkhuizen. Er volgde meer, waaronder in 1677 een biografie van P.C. Hooft en in 1682 nog een biografie van Joost van den Vondel, met wie hij bevriend was geweest. Het was voor zijn gemeenteleden in Hoorn en Amsterdam wel gelukkig dat hij steeds twee collega s had! Zijn Amsterdamse kerkenraad nam in 1675 de studiekosten van Johannes, een jongman van zeer goede hope aan het Seminarium op zich. Het was een teken van tevredenheid in remonstrantse kring met zijn kerkgeschiedenis. Brandt was geen aanhanger van Willem III, evenmin als zijn plaatsgenoot Hans Bontemantel, koopman, regent en remonstrant. Zij wisselden historisch materiaal met elkaar uit. Michiel de Ruiter Voor een maritiem historicus is Brandts Het leven en bedrijf van den heere Michiel de Ruiter zijn belangrijkste nalatenschap. Admiraal De Ruyter was in 1676 gesneuveld; hij bewaarde thuis een enorme hoeveelheid brieven, orders, journalen, victualieboeken en dergelijke. In 1681 vroeg zijn zoon Engel aan Brandt om op basis van onder meer deze paperassen en mondelinge informatie een biografie te schrijven. Eerst moest het Vondelboek af en enkele andere zaken. In feite begon hij pas in 1684 voortvarend met onderzoek en schrijven. Zijn gezondheid ging ondertussen achteruit. Vóór zijn overlijden op 12 oktober 1685 werkte hij meer dan drie maanden achtereen vaak meer dan veertien uur per dag aan het manuscript. Het werd een boek van meer dan duizend bladzijden. Wijdlopigheid was meer Brandts kenmerk dan bondigheid. De helft van de drukproeven heeft hij zelf nog gecorrigeerd. In 1687 kwam het boek uit en het kreeg Engelse, Franse en Duitse vertalingen. Eeuwenlang is het boek herdrukt, ook nog in 2007! Het werd een boek voor menigeen, het las goed. Het leven en bedrijf is een belangrijk boek gebleven. De voornaamste zeeheld 18 adrem remonstrants maandblad

tijdens de drie Engelse oorlogen (1652-74) is hier in beeld gebracht, nauwgezet en doorgaans heel betrouwbaar, net als Brandts overige werk. Alles wat we nu nog weten over De Ruyter danken wij aan de dominee, met name de diverse anekdotes over zijn jeugd in Vlissingen en zijn jaren als walvisvaarder en koopvaardijschipper. Van geen andere zeeheld bestaat zo n boek. De stijl van schrijven herinnert aan die van Hooft. De hoofdpersoon is als een klassieke held met (niet controleerbare) toespraken en al. Mythes over De Ruyters optreden konden erdoor ontstaan. Daarnaast precieze lijsten van oorlogsschepen, hun bemanningen en hoeveelheid kanonnen of de tekst van orders van de Staten-Generaal. Een heerlijk boek om te bezitten als men zich in de zeventiende eeuw verdiept. Tolerant Eén vraag prangt nog. Hoe kon de calvinistische familie De Ruyter bij een remonstrants predikant terechtkomen? Op die vraag is nooit een bevredigend antwoord gekomen. De Ruyter en Brandt moeten elkaar gekend hebben. Omstreeks 1674 maakte Brandt een bekend geworden vers bij een schilderij van De Ruyter. Bij de voorbereiding van de begrafenis van De Ruyter was Brandt betrokken. En hij was natuurlijk een vermaard auteur. Speelde misschien ook mee dat de admiraal geen godsdienstige scherpslijper was en als tolerant gold? Wie weet had zijn jarenlange vriendschap met de remonstrantse admiraal Aart van Nes hem mild gestemd ten aanzien van het remonstrantisme. Een zilveren schotel, gebruikt in de Rotterdamse gemeente, stamt van zijn familie en is hiervan nog een tastbaar bewijs. Jaap R. Bruijn Lid van de CoZa en lid van de remonstrantse gemeente Leiden historie Literatuur J. Tideman, De Remonstrantsche Broederschap. Biographische Naamlijst van haar professoren, predikanten en proponenten, Amsterdam 1905 Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek VI, Leiden 1924 G.J. Hoenderdaal en P.M. Luca (red.), Staat in de vrijheid. De geschiedenis van de remonstranten, Zutphen 1982 R. Prud homme van Reine, Rechterhand van Nederland. Biografie van Michiel Adriaenszoon de Ruyter, Amsterdam/ Antwerpen 1996 tj. Barnaard en E. Cossee (red.), Arminianen in de Maasstad. 375 jaar Remonstrantse Gemeente Rotterdam, Amsterdam 2007 oktober/november 2010 19

Smalende gods Artikel 147 Moet het verbod op smalende godslastering, artikel 147 van het Wetboek van Strafrecht, worden aangescherpt of afgeschaft? Daarover is al een tijd discussie gaande. Minister Hirsch Ballin pleitte in 2008 voor aanscherping, met name door duidelijker te laten uitkomen dat het in dat artikel niet enkel om bespotting van de christelijke god gaat. Maar intussen tekende zich in de Tweede Kamer een meerderheid af die juist voor het schrappen van het artikel was, en die meerderheid lijkt er nóg te zijn. Men voert verschillende argumenten aan: 1. Dat godslastering een moeilijk hanteerbaar begrip is: wat de één laster vindt, is volgens de ander terechte kritiek. 2. Een verbod om lelijke dingen over godsdienst(en) te zeggen brengt de vrijheid van meningsuiting in gevaar. 3. Voor zover er paal en perk gesteld moet worden, gebeurt dat al afdoende in artikel 137, waarin staat dat men groepen mensen niet opzettelijk in het openbaar mag beledigen (bijvoorbeeld wegens hun godsdienst), en dat men niet mag aanzetten tot haat of discriminatie. Moet artikel 147 worden aangescherpt of afgeschaft? Het ligt gevoelig. De discussie zal nog wel even voortduren. De remonstranten mengen zich daar niet zo openlijk in, maar ze hebben met dat artikel een bijzondere geschiedenis, die het waard is opgehaald te worden. Ook van godsdienstige zijde moest protest klinken! Het wetsartikel tegen smalende godslastering werd in 1931 opgesteld op initiatief van minister van Justitie, Jan Donner (de grootvader van Piet Hein Donner). Deze ergerde zich aan antigodsdienstige propaganda, zoals kort daarvoor in het communistische blad De Tribune: een oproep om kerstmis af te schaffen, een prent die arbeiders toonde die met bijlen het Kruis omhakten... Zulke beledigende uitingen moesten worden verboden, vond 20 adrem remonstrants maandblad