Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Administratie vmbo

Vergelijkbare documenten
Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Handel en Administratie vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Mode en Commercie vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Handel en Verkoop vmbo

Mededeling vaststelling syllabi centraal examen vmbo 2008 en 2009

Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

2. Het examen. Voor de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg is geen examenprogramma vastgesteld.

Handreiking: Uitleg begrippen vmbo-mbo

Beeldende vakken HAVO

Examenprogramma grafische techniek

PTA Handel en Administratie KBL Bohemen cohort

Examenprogramma beeldende vorming

examenprogramma s vo AANVULLING BEROEPSGERICHTE VAKKEN VOORTGEZET ONDERWIJS vmbo

Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Het schoolexamen van vmbo-keuzevakken Landelijke onderwijsdag Techniek Donderdag 1 juni 2017 Jan van Hilten, SLO

Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) Basisberoepsgerichte Leerweg Leerwerk Traject Leerjaar 4

Amsterdam, september PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie Basisberoepsgerichte leerweg

Dekkend examineren in het schoolexamen Landelijke studiedag Platform vmbo BWI Woensdag 7 juni 2017 Jan van Hilten, SLO

Vmbo. Wat je als professional moet weten over kunst en cultuur in het vmbo.

Friese taal en cultuur HAVO. Syllabus centraal examen 2011

Schoolexamenwijzer Helicon vmbo

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010

Examenprogramma administratie

Jacqueline Kerkhoffs Jaarcongres vmbo, 20 januari 2015 Ede (1) Rob Abbenhuis

Toelichting examenreglement

Regeling vaststelling examenprogramma s v.w.o., h.a.v.o., m.a.v.o. en v.b.o.

NEDERLANDS VMBO. Syllabus GT centraal examen November

PTA handel en administratie KBL Bohemen cohort

Structuur beroepsgericht vmbo Jacqueline Kerkhoffs, Rob Abbenhuis April 2017

Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) Basisberoepsgerichte leerweg-leerwerktraject Leerjaar 4

Exameninformatie Klas 4

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Schilderen vmbo

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Breed vmbo

PTA kunstvakken II beeldend GL, deelvak tekenen Media cohort PTA grafimedia GL, deelvak tekenen Media cohort

Versterking van LOB in de doorlopende leerlijn vmbo-mbo

Nederlandse taal Syllabus BB, KB en GT centraal examen 2010

Handreiking schoolexamens. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. Sport, Dienstverlening en Veiligheid vmbo

Vooraf. Beste examenkandidaat, Deze omschrijving van het examen bestaat uit drie delen:

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

Schoolexamenwijzer Helicon vmbo

PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie kaderberoepsgerichte leerweg

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO. Syllabus centraal examen 2015

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Geschiedenis vmbo

Exameninformatie Klas 3

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Metselen vmbo

Programma van toetsing en afsluiting Schooljaar vmbo kb

De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

Programma van Toetsing en Afsluiting

Inhoud: 1. Algemeen 1.1 Inhoud en doel van het PTA pagina Het PTA en de wet pagina Bijzondere gevallen pagina Begrippen pagina 2

Examenprogramma Nederlandse taal vmbo vanaf het CE 2014

Voorstel Format PTA opleiding III d

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

Programma van Toetsing en Afsluiting

Programma van Toetsing en Afsluiting

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Examenprogramma Engelse taal

Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Cursus. Ontwikkeling van het beroep en de beroepshouding

Amsterdam, september PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie Gemengde leerweg

Inhoud: 1. Algemeen 1.1 Inhoud en doel van het PTA pagina Het PTA en de wet pagina Bijzondere gevallen pagina Begrippen pagina 2

Opleidingsinformatie bij het programma Dienstverlening en Producten vmbo

Handreiking schoolexamens. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. vmbo Technologie GL

Loopbaanoriëntatie en -begeleiding

Handreiking schoolexamens vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Handreiking schoolexamens Bouwtechniek Fijnhoutbewerking

NEDERLANDS VMBO. Syllabus BB, KB en GT centraal examen 2012

Hardware-eisen 800 MHz processor, 128 Mb RAM geheugen, Internet Explorer 5.5, Windows ME of hoger, 16 speed cd-rom drive.

Ons. Onderwijs. Kwaliteit in onderwijs

Examenprogramma muziek

Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Programma van Toetsing en Afsluiting schooljaar

Informatieavond Leerjaar 4 Helicon VMBO Den Bosch Donderdag 17 september

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING

2. Opleidingskader voor de opleiding Teamleider Preparatie nafase

Examenprogramma geschiedenis en staatsinrichting vmbo

Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)

Boxenoverzicht LINK2 Handel & Administratie Versie juni 2008

Scholingsmiddag Consortium Beroepsonderwijs Jan van Hilten, 4 december 2014

Examenprogramma drama

Examenboekje Helicon VMBO Groen

Landelijke Onderwijsdag Techniek vmbo en mbo Thema: Sterk Beroepsonderwijs 31 mei 2018

Keuzemodel varianten van programma's praktijknabije LOB. Voor tl en gl

Examenprogramma maatschappijleer

Examenprogramma handel en administratie

1. Preambule De zes algemene onderwijsdoelen die voor alle vakken en sectoren in het vmbo gelden, zijn

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING

Vak: Biologie Vakcode: 191 Leerweg: VMBO BB Leerjaar: Volgnr. Soort. Tijdsduur Periode Weging toets

Programma van Toetsing en Afsluiting. leerjaar Leerwerktrajecten

Examenprogramma vmbo. SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling. Examenprogramma Aardrijkskunde vmbo

Beeldende vakken HAVO

Exameninformatie vmbo - basisberoepsgerichte leerweg - kaderberoepsgerichte leerweg - gemengde leerweg

TooropMavo. Inhoud en opzet van examens Theoretische Leerweg

INFOBOEKJE KLAS

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

20 juni 2016 Nieuwsbrief 25

Transcriptie:

SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling Handreiking schoolexamens Administratie vmbo

Handreiking schoolexamens Administratie vmbo

Handreiking schoolexamens Administratie vmbo Vmbo/4145/D/07-1214 Augustus 2007

Verantwoording 2007 Stichting leerplanontwikkeling (SLO), Enschede Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. Auteurs: Rob Duijker Eindredactie: John Hendriks In opdracht: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen Besteladres SLO, Stichting Leerplanontwikkeling Postbus 2041, 7500 CA Enschede Telefoon (053) 4840 477 Internet: www.slo.nl

Inhoud 1. Status van de handreiking 5 2. Verschil tussen het oude en het herziene examenprogramma 7 2.1 Veranderingen in de algemene beschrijving van het examenprogramma 7 3. Mogelijke invulling van het schooldeel 13 4. Vormen van toetsen en suggesties voor de weging 15 4.1 Beoordeling SE 15 4.2 Een voorbeeld van een PTA 18 5. Loopbaanoriëntatie en -begeleiding 21 5.1 Informatiegerichte leeromgeving 21 5.2 Loopbaangerichte leeromgeving 21 6. Mogelijke vakkenintegratie 25 6.1 Inleiding 25 6.2 Een aanpak 25 Bijlage 1 Geglobaliseerd examenprogramma 31 Bijlage 2 Suggesties voor invulling van de exameneenheden SE 37 Bijlage 3 Checklist eindtermen Stage 53 Bijlage 4 Een voorbeeld van ontwikkellijnen t.a.v. vaardigheden 55 Bijlage 5 Koppelingen van de eindtermen 57

1. Status van de handreiking Het zal weinigen zijn ontgaan: de examenprogramma's voor het vmbo zijn globaler geformuleerd. De 'oude' examenprogramma's dateren alweer uit de tweede helft van de jaren negentig. En, bij de destijds heersende opvatting over de rol van de overheid in de aansturing van het onderwijs hoorden examenprogramma's met gedetailleerd voorgeschreven inhouden. Deze aansturingsfilosofie past niet meer in deze tijd waarin de overheid de autonomie van de scholen hoog in het vaandel heeft staan en meer ruimte aan de scholen wil toekennen. Het globaal formuleren van de examenprogramma's heeft betrekking op de wijze waarop de eindtermen zijn uitgeschreven. Voor alle vakken en beroepsgerichte programma's bestaat een exameneenheid in de meeste gevallen nog maar uit één eindterm, waarin de inhoud van de betreffende exameneenheid is samengevat. Dit heeft geresulteerd in eindtermen die algemener en op een hoger abstractieniveau zijn geformuleerd. Omdat de herziening alleen betrekking heeft op een globalere omschrijving van de exameneisen, is het globale examenprogramma al van toepassing vanaf het examenjaar 2007. In juni jl. heeft de staatssecretaris de herziene examenprogramma's vastgesteld. De programma's zijn door het ministerie van OCW toegestuurd aan alle scholen voor voortgezet onderwijs. Ook zijn ze te downloaden van de website Het Examenblad: www.examenblad.nl Eenderde deel van het examenprogramma wordt centraal getoetst. Vanaf 2007 betreft dit een vast deel. Het roulatiesysteem dat sommige vakken kenden is daarmee verleden tijd. Voor de exameneenheden die centraal getoetst worden is voor elk vak en beroepsgericht programma een syllabus opgesteld. De syllabus beschrijft van elke exameneenheid welke concretere inhouden tot de eindterm gerekend worden. Al deze concretiseringen zijn onder de noemer 'klein onderhoud' tegen het licht gehouden en waarnodig bijgesteld. Dat heeft geresulteerd in geactualiseerde inhouden die voorschrijvend van aard zijn voor zowel makers van de opgaven voor het centraal examen als voor docenten. De omschrijvingen in de syllabus worden met ingang van het examenjaar 2007 centraal geëxamineerd. Begin juli 2007 hebben alle vmbo-scholen een pakket syllabi toegestuurd gekregen voor de vakken/programma's waarin de leerling examen doen. De syllabi zijn te downloaden van de website van het CEVO: www.examenblad.nl. Voor de exameneenheden die met een schoolexamen afgesloten worden (tweederde deel van het examenprogramma) zijn alleen de globaal geformuleerde eindtermen vastgesteld. De scholen hebben daardoor ruimte voor het maken van eigen inhoudelijke keuzes voor de concretisering van die eindtermen, maar zijn niet verplicht van die geboden ruimte gebruik te maken. Voor scholen die de geboden ruimte wel willen benutten, is de voorliggende handreiking gemaakt die niet voorschrijvend is, maar bedoeld is om docenten ideeën aan te reiken. De handreiking is te downloaden van de website van de SLO: www.slo.nl. Jacqueline Kerkhoffs, Programma manager vmbo/mbo SLO, Enschede, juli 2007 5

2. Verschil tussen het oude en het herziene examenprogramma 2.1 Veranderingen in de algemene beschrijving van het examenprogramma Het volledige herziene examenprogramma voor Administratie wordt, net als voor ieder ander vak, beschreven in drie documenten: 1. Een in de wet verankerd examenprogramma beschreven in globale eindtermen. De globale eindtermen zijn terug te vinden in bijlage 1. Ter illustratie staan hieronder twee voorbeelden. Voorbeeld: geglobaliseerde eindtermen uit het examenprogramma AD/K/5 Archiefwerkzaamheden 17. De kandidaat kan archiefwerkzaamheden verrichten. AD/K/12 Automatisering in de administratie 24. De kandidaat kan met de computer werken. 2. Voor het centraal examen is een syllabus opgesteld waarin de eindtermen in detail worden beschreven. 3. Voor het schoolexamen is een handreiking uitgewerkt waarin mogelijkheden worden beschreven die de school heeft voor de invulling. De handreiking voor Administratie ligt voor u. De inhoud van de exameneenheden in de syllabus is een verbijzondering van de globale eindtermen en in hoge mate gelijk aan de inhoud van het 'oude' programma. De detaillering van de globale eindtermen zijn een opsomming van de oude eindtermen. Voor de exameneenheden in het centraal examen (CE) verandert er weinig tot niets. De globalisering maakt in de toekomst snelle aanpassingen in de syllabus mogelijk, zonder dat de globale eindtermen gewijzigd hoeven te worden. Het eindexamenprogramma en de syllabus zijn voorschrijvend van karakter, de handreiking is dat niet. Deze is te zien als een 'servicedocument' voor scholen om de mogelijkheden die zijn ontstaan voor het schoolexamen toe te lichten. 7

Verdeling van de examenstof Administratie over centraal examen en schoolexamen: Exameneenheden CE Moet op SE Mag op SE AD/K/1 Oriëntatie op administratieve bedrijfstak BKG AD/K/2 Professionele vaardigheden BK BK AD/K/3 Boekhouden 1 B KG B AD/K/4 Betalingsverkeer BKG AD/K/5 Archiefwerkzaamheden BKG AD/K/6 Receptie BKG AD/K/7 Inkoop BK G BK AD/K/8 Magazijn/expeditie BK G BK AD/K/9 Verkoop BK BK AD/K/10 Subadministraties BK G BK AD/K/11 Personeelsadministratie K B K AD/K/12 Automatisering in de administratie BK AD/K/13 Boekhouden 2 K K AD/K/14 Bedrijfsrekenen K AD/K/15 Loonadministratie K AD/K/16 Tekstverwerken K AD/K/17 Financiële interpretatie K AD/K/18 Statistiek K AD/V/1 Integratieve opdracht K K CE-deel Handel en verkoop GL, Administratie GL, Mode en Commercie GL en Handel en administratie GL HAV/K/2 Professionele vaardigheden G G HAV/K/5 Goederenstroom inkoop G G HAV/K/6 Goederenstroom verkoop G G HAV/K/8 Presentatie en promotie G G Het programma voor het schoolexamen Administratie Voor het schoolexamen gelden de eisen zoals geformuleerd in de globaal geformuleerde eindtermen en niet de concretiseringen op het niveau van de syllabus, ongeacht of de betreffende exameneenheid wel of niet getoetst wordt op het centraal examen. Hiermee is in vergelijking met het oude examenprogramma de ruimte die scholen hebben voor de invulling van het schoolexamen groter geworden. Scholen kunnen er bijvoorbeeld voor kiezen in hun PTA de toetsing van de vaardigheden uit AD/K/2 Professionele vaardigheden en AD/K/6 Receptie op een aantal momenten, in het SE, geïntegreerd te beoordelen. Het aantal momenten kunnen bepaald worden zowel in het derde als in het vierde leerjaar. In het volgende voorbeeld ziet u de beoordelingsaspecten zoals die voor een CE zijn gehanteerd. daarna volgt een voorbeeld waarin die beoordelingsaspecten zijn 'omgebouwd' voor gebruik in het SE. 8

Voorbeeld Bij de toetsing van het CSPE in 2006 voor de basisberoepsgerichte leerweg examenonderdeel A De beoordelingsaspecten: Onderdeel A 2 Minitoets 10 3 Register uitgaande post juist en volledig ingevuld Per onjuist ingeschreven of ontbrekend formulier 1 punt aftrekken. 4 De klantgegevens zijn volledig juist. Per inhoudelijk onjuist of niet ingevuld gegeven 1 punt aftrekken. 5 Offerte volledig juist Per inhoudelijk onjuist of niet ingevuld onderdeel 1 punt aftrekken. 6 Inhoud orderbevestiging komt overeen met offerte Inhoud orderbevestiging komt niet of niet geheel overeen met offerte 7 Magazijnopdrachtenbon afgedrukt 1 8 Factuur afgedrukt en juist verwerkt in Telraam Factuur niet afgedrukt/ niet geheel juist verwerkt 9 Belasting over de Toegevoegde Waarde 1 Memory s moet de BTW betalen aan de belastingdienst 10 Voorraad controleren 14 Geslaagd Gefeliciteerd 11a Inhoudselementen van de brief volledig correct Eén onjuist of ontbrekend inhoudselement 1 Twee of meer onjuiste of ontbrekende inhoudselementen 11b Gebruik van de Nederlandse taal: volledig correct: Begrijpelijke en foutloze zinnen matig correct: tot 25% van de zinnen bevat taalfouten of is niet begrijpelijk 1 niet correct: meer dan 25% van de zinnen bevat fouten of is niet begrijpelijk 12 Opdrachtformulier inlijsten Per onjuist of niet ingevuld gegeven 1 punt aftrekken. Max. 2 2 3 1 1 2 1 2 2 3 Totaal 30 Bij deze toetsing kwam de eindterm het gebruik van de Nederlandse taal uit AD/K/2 Professionele vaardigheden. De toetsing binnen het schoolexamen met meer onderdelen uit AD/K/2 Professionele vaardigheden samen met meer vakspecifieke exameneenheden kan, bijvoorbeeld als praktische opdracht, de vorm krijgen waarbij leerlingen dit moeten uitvoeren in de vorm van een groepsopdracht. Deze praktische groepsopdracht kan bestaan uit het gezamenlijk uitvoeren van bovengenoemde werkzaamheden, waarbij de leerlingen onderling de werkzaamheden moeten verdelen, een planning maken en elkaars werk controleren. Eindtermen vanuit AD/K/2 Professionele vaardigheden zoals systematische werkzaamheden uitvoeren en samenwerken, kunnen nu ook in de beoordeling meegenomen worden. De beoordeling kan individueel of als groep plaatsvinden. Als de praktische opdracht meer het karakter heeft van een proeve van bekwaamheid, waarbij de leerlingen in de proef laten blijken over de nodige kennis te beschikken, is het aan de school om bijvoorbeeld de mondelinge vragen en de minitoets achterwege te laten. Als in de proeve van bekwaamheid blijkt dat bijvoorbeeld de BTW afdracht correct heeft plaatsgevonden, dan mag u aannemen dat de theorie t.a.v. de BTW begrepen is. De proeve van bekwaamheid is een afsluitende toets in een realistische context, daarbij gaat het naast de inzet van kennis en vaardigheden bij de beroepuitoefening, ook om het tonen van de juiste (beroeps)houding. 9

Voorbeeld Beoordelingsaspecten schoolexamen Onderdeel A Max. 3 Register uitgaande post juist en volledig ingevuld 2 Per onjuist ingeschreven of ontbrekend formulier 1 punt aftrekken. 4 De klantgegevens zijn volledig juist. 2 Per inhoudelijk onjuist of niet ingevuld gegeven 1 punt aftrekken. 5 Offerte volledig juist 3 Per inhoudelijk onjuist of niet ingevuld onderdeel 1 punt aftrekken. 6 Inhoud orderbevestiging komt overeen met offerte 1 Inhoud orderbevestiging komt niet of niet geheel overeen met offerte 7 Magazijnopdrachtenbon afgedrukt 1 8 Factuur afgedrukt en juist verwerkt in Telraam Factuur niet afgedrukt/ niet geheel juist verwerkt 1 9 Belasting over de Toegevoegde Waarde 1 2 Memory s moet de BTW betalen aan de belastingdienst 10 Voorraad controleren 1 14 Geslaagd Gefeliciteerd 11a Inhoudselementen van de brief volledig correct 2 Eén onjuist of ontbrekend inhoudselement 1 Twee of meer onjuiste of ontbrekende inhoudselementen 11b Gebruik van de Nederlandse taal: 2 volledig correct: Begrijpelijke en foutloze zinnen matig correct: tot 25% van de zinnen bevat taalfouten of is niet begrijpelijk 1 niet correct: meer dan 25% van de zinnen bevat fouten of is niet begrijpelijk 12 Opdrachtformulier inlijsten 3 Per onjuist of niet ingevuld gegeven 1 punt aftrekken. 21 Systematische werkzaamheden uitvoeren 5 22 Samenwerken 5 Totaal 30 De school is vrij om een bepaald gewicht mee te geven aan de beoordelingsaspecten. Ook is het mogelijk per leerweg hierin te differentiëren laat bijvoorbeeld kennis zwaarder wegen in kaderberoepsgerichte leerlingen, en vaardigheden en geef beroepshouding een zwaarder accent in de basisberoepsgerichte leerweg. De opdracht uit het bovenstaande voorbeeld kan in samenhang met avo-vakken Nederlands, Moderne Vreemde Talen, Economie, Wiskunde, Maatschappijleer en CKV worden uitgevoerd. Zo is de opdracht te zien als een invulling van de globale beschrijving van specifieke eindtermen. En in de uitvoering, toetsing en beoordeling kan, indien de school daarvoor kiest, meer worden geconcentreerd op de vaardigheden uit AD/K/ 2 Professionele vaardigheden. 10

Veranderingen die de examinering van de inhoud raken. In voorgaande jaren werd jaarlijks een keuze gemaakt welke onderdelen in het CE of SE werden geëxamineerd. Vanaf het examen in 2007 is de verdeling van CE of SE voor meerdere jaren vastgelegd. De exameneenheid AD/K/7 Inkoop is nu een vast onderdeel in het centraal examen, de exameneenheid AD/K/6 Receptie is geen onderdeel van het centraal examen en is nu een vast onderdeel van het schoolexamen. Gevolg: Binnen het schoolexamen moet de exameneenheid AD/K/6 Receptie worden getoetst. Alle exameneenheden die worden getoetst binnen het centraal examen mogen ook binnen het schoolexamen worden getoetst, maar die toetsing is niet verplicht. Een school kan er dus voor kiezen om in het schoolexamen geen aandacht te besteden bijvoorbeeld aan de exameneenheid AD/K/7 Inkoop Het geglobaliseerde examenprogramma voor de gemengde leerweg (GL) is zo opgesteld dat het c.e.-deel identiek is voor alle vakken uit de volgende groep: - Handel en verkoop, Administratie, Mode en commercie, Handel en administratie. - Tezamen met de grotere vrijheid voor de school in de inrichting en toetsing van het schoolexamen is dit de belangrijkste wijziging na 1 augustus 2007 in het examenprogramma voor de GL. Onder het verplichte CE-deel voor de gemengde leerweg kan gekozen worden voor een afdelingsprogramma als inhoud van het schooldeel. 11

3. Mogelijke invulling van het schooldeel In eerste instantie lijkt het er op dat er helemaal niet zoveel hoeft te veranderen in het schoolexamen. Wie op de oude voet verder wil, (zie bijlage 2) moet er voor zorgen dat de onderdelen, die in hoofdstuk 2 worden genoemd aanbod komen. Verder kunnen schoolonderzoeken ingevuld worden vanuit de centrale exameneenheden en zo in de praktijk feitelijk functioneren als onderdeel van de voorbereiding op het centraal examen. In de praktische opdrachten kan dan aandacht worden besteed aan de toetsing van vaardigheden en beroepshouding, AD/K/2 Professionele vaardigheden. Er ontstaan echter mogelijkheden als een school (een deel van) de rol van het schoolexamen in de voorbereiding op het centraal examen anders gaat invullen. Dan geeft het feit dat de exameneenheden bij toetsing binnen het schoolexamen moeten voldoen aan de globaal geformuleerde eindtermen en niet aan de omschrijving in de syllabus veel ruimte om opdrachten aan te bieden die wezenlijk anders zijn dan opgaven analoog aan die uit het centraal examen. Hier volgen enkele voorbeelden: Praktische opdrachten:(het verkennen, aanpakken en oplossen van een probleemsituatie uit de praktijk van een beroep of van het dagelijks leven) De school kan praktische opdrachten formuleren waarbij leerlingen kennis, vaardigheden en houdingsaspecten aan de dag leggen vanuit verschillende eindtermen. Voorbeelden Leerlingen beheren het kantoormagazijn. Zij zorgen voor de inventarisatie van het magazijn, nemen bestellingen aan van medewerkers, zorgen voor de inkoop, vullen het magazijn aan en leveren de bestelde artikelen af. Hier is een combinatie mogelijk van AD/K/5 Archiefwerkzaamheden AD/K/6 Receptie, AD/K/7 Inkoop, AD/K/8 Magazijn/expeditie, AD/K/9 Verkoop en niet te vergeten AD/K/2 Professionele vaardigheden. Leerlingen beheren (meestal onder begeleiding van Onderwijs Ondersteunend Personeel) de kantine. Hier vinden ook de werkzaamheden plaats als het inventariseren van het magazijn, bestellingen opnemen en plaatsen, verkoop, Zelfs het voeren van een eenvoudige boekhouding is hier mogelijk. Een combinatie van AD/K/2 Professionele vaardigheden, AD/K/5 Archiefwerkzaamheden AD/K/6 Receptie, AD/K/7 Inkoop, AD/K/8 Magazijn/expeditie, AD/K/9 Verkoop en AD/K/3 Boekhouden 1. Leerlingen verzorgen (meestal met de drukker) het drukwerk van de school. Leerlingen verzamelen opdrachten van docenten t.a.v. drukwerk, zorgen dat het magazijn op voorraad is, zorgen voor de inkoop, zorgen dat het drukwerk op tijd wordt afgeleverd, zorgen voor meldingen bij eventuele vertragingen. Mogelijk uitbreiding naar het verzorgen van de schoolkrant, opmaak, acquisitie voor advertenties e.d. Ook hier is weer een combinatie mogelijk van AD/K/2 Professionele vaardigheden, AD/K/5 Archiefwerkzaamheden AD/K/6 Receptie, AD/K/7 Inkoop, AD/K/8 Magazijn/expeditie, AD/K/9 Verkoop, AD/K/3 Boekhouden 1, AD/K/12 Automatisering in de administratie en AD/K/16 Tekstverwerken. Leerlingen verzorgen een computercursus Windows voor een bepaalde doelgroep, bijvoorbeeld bewoners van een bejaardentehuis. Het zelf moeten maken van een cursus betekent dat je behalve er alles vanaf moet weten, je ook nog andere personen, die waarschijnlijk veel moeite hebben met het gebruik van een computer het ook moet kunnen uitleggen. AD/K6 Receptie, AD/K/4 Automatisering in de administratie. Leerlingen brengen in kaart welke bedrijven en beroepen er in de regio zijn. Het maken van een collage van personeelsadvertenties gerangschikt naar beroepen die verwant zijn aan de administratie. Leerlingen maken gebruik van Kamer van Koophandel en de school organiseert excursies langs bedrijven in de regio. AD/K/1 Oriëntatie op administratieve bedrijfstak. 13

Buitenschools leren Het buitenschools leren betekent meer dan alleen stage. Stage is een onderdeel van buitenschools leren maar kan uitgebreid worden met praktische opdrachten. Vaak is het mogelijk om bij een stagebedrijf ook bijvoorbeeld voor kaderberoepsgerichte leerlingen een onderzoek te laten uitvoeren en deze statistisch te laten verwerken AD/K/18 Statistiek. Verder is het verstandig de stagebedrijven in te delen naar de activiteiten die de leerlingen daar kunnen uitvoeren. Als school staat het u vrij om binnen het schoolexamen samen met de leermeester binnen het bedrijf tot een beoordeling te komen die binnen het PTA voor het schoolexamen gaat meetellen. In de bijlage 3 ziet u een stukje als voorbeeld van een checklist om stagebedrijven te beoordelen op activiteiten die leerlingen daar kunnen uitvoeren. Als u de checklist in Excel verwerkt is het mogelijk om te selecteren op wel of geen kruisjes, zodoende is het mogelijk op per stagebedrijf aan te geven welke eindtermen daar aanbod komen en welke eindtermen nog op school gedaan moeten worden. Voor vragen over de precieze werking kunt u altijd een e-mail sturen naar: r.duijker@slo.nl Erkenning van verworven vaardigheden Behalve via buitenschools leren is het ook mogelijk dat leerlingen een bijbaantje hebben of vakantiewerk hebben gedaan, waarin zij aantoonbaar bewijs kunnen leveren dat zij bepaalde taken en werkzaamheden hebben verricht en de vereiste vaardigheden beheersen. Het portfolio, een (digitale) verzamelmap, waarin leerlingen bewijsmateriaal opnemen, is hiervoor een goed hulpmiddel. Leerlingen die bijvoorbeeld receptiewerk hebben verricht, AD/K/6 Receptie, zouden voor het schoolexamen een vrijstelling kunnen krijgen en/of direct met een proeve van bekwaamheid dit onderdeel afsluiten binnen het schoolexamen. Verder valt natuurlijk te denken aan archiefwerkzaamheden, AD/K/5. De vrij gekomen tijd kan de leerling weer gebruiken om te werken aan verbeterpunten in het eigen vakgebied of een ander vak zich te verdiepen. Al deze veranderingen leiden er toe dat docenten naast het lesgeven ook de rol van expert vervullen. Daardoor kunnen accenten iets anders komen te liggen: De docenten werken meer samen met collega's bij de integratie van leerinhouden. De docenten werken samen met collega's bij het creëren van levensechte situaties binnen de school. De docenten onderhouden intensieve contacten met stagebegeleiders. 14

4. Vormen van toetsen en suggesties voor de weging 4.1 Beoordeling SE Bij de hierboven genoemde voorbeelden is al een aantal manieren om de toetsing vorm te geven impliciet aan de orde geweest. Uitgangspunt is dat aan de opdracht van een leerling een beoordeling is gekoppeld. Aandachtspunten bij beoordelingen: Helderheid De leerling dient te weten waarop hij of zij zal worden beoordeeld en hoe zwaar ieder aspect van de beoordeling meetelt. Met andere woorden de eisen waarop het werk van de leerling zal worden beoordeeld moeten in de opdracht worden geformuleerd, duidelijk zichtbaar en helder zijn voor de leerling. Een duidelijke koppeling van eisen en gewicht bij de beoordeling geeft de leerlingen een indicatie voor de planning van de beschikbare tijd. Als voorbeeld ziet u hier het beoordelingsformulier zoals gebruikt bij de opdracht voor een leverancierskaart aanmaken en onderhouden. Voorbeeld: beoordelingsformulier Beoordelingsformulier: leverancierskaart aanmaken en onderhouden Inleveren bij:... Datum:... Opdracht Denk aan Maximaal Behaald Toelichting gegevens van (nieuwe) leveranciers inwinnen vastleggen, controleren, muteren en archiveren Verzamel alle gegevens van de nieuwe leverancier. Zoals adres, 25 telefoonnummer en naam van de contactpersoon. Neem nu een nieuwe leverancierskaart voor je. Kijk of je alle gegevens hebt die 15 gevraagd zijn. Zo niet, probeer dan de ontbrekende gegevens te achterhalen. Vul de leverancierskaart in. 35 Laat de leverancierskaart controleren. 10 Maak een kopie van de leverancierskaart 15 Doe de kopie in je portfolio Totaal 100 Met de kolom 'Denk aan' is sturing te geven aan de opdracht. De invulling daarvan kan bepalen of de opdracht deel uitmaakt van het leerproces, of van de toetsing. Hebben leerlingen veel met een dergelijke beoordeling gewerkt en daarop gereflecteerd, dan kan een eis in het schoolexamen zijn, dat de leerling zelf overal aan denkt en zou de kolom zelf weggelaten kunnen worden. Bij weinig ervaring zal de invulling uit het voorbeeld passen bij wat van de leerling verwacht kan worden. Is er meer ervaring dan kan de kolom globaler worden ingevuld. De mate van sturing kan ook een middel zijn om verschillen aan te geven in hoeverre leerlingen opdrachten zelfstandig kunnen uitwerken. Het is best mogelijk dat beoordelingsformulieren voor basisberoepsgerichte leerlingen meer denk aan aandachtspunten hebben dan voor de kaderberoepsgerichte leerlingen. 15

Hierna staat een voorbeeld met globaler geformuleerde denk aan aandachtspunten. Voorbeeld: beoordelingsformulier Beoordelingsformulier: leverancierskaart aanmaken en onderhouden Inleveren bij:... Datum:... Opdracht Denk aan: Maximaal Behaald Toelichting gegevens van (nieuwe) leveranciers inwinnen voorbereiding 25 vastleggen, controleren, muteren en archiveren uitvoeren controleren 75 Totaal 100 De onderverdeling van de 'Denk aan'-kolom wordt in dit voorbeeld ook gebruikt om het gewicht van de verschillende onderdelen aan te geven. Ook dat kan een reden zijn om aan deze kolom een invulling te geven. Blijft staan dat de leerlingen in het voorgaande onderwijstraject hebben geleerd welke eisen er met de omschrijvingen worden bedoeld. In hoofdstuk 2 is aangegeven dat het beoordelingsformulier voor basisberoepsgerichte leerlingen andere gewichten kunnen meekrijgen dan bij de kaderberoepsgerichte leerlingen. Met de toekenning van het aantal punten geeft u de zwaarte van de onderdelen aan. Wilt u meer of minder nadruk op deze aspecten dan kunt u de puntenverdeling bijstellen. Belangrijk is dat voor de toekenning van de punten aan opgaven altijd een uitleg gegeven kan worden over waarom de opgaven het toegekende gewicht hebben gekregen. Waar van de leerlingen een substantiële inzet en prestatie wordt gevraagd, dient daar ook een passende waardering tegenover te staan. Proces Het kan zijn dat u meer aandacht wilt voor de wijze waarop het product tot stand is gekomen, dit indachtig de eisen uit AD/K/2 Professionele vaardigheden. In het volgende voorbeeld is gekozen voor het opnemen van vaardigheden behorende bij leverancierskaart aanmaken en onderhouden Het eindproduct zelf Ook de eisen aan het eindproduct de leverancierskaart kunnen worden gesteld. (printverslag A-4, naam van crediteur, nummer van crediteur, kolom datum, omschrijving, debet, credit en saldo) Het belangrijkste credo bij een opdracht als deze blijft: Wilt u dat een leerling een bepaalde vaardigheid laat zien en wilt u de leerling daarop ook wilt beoordelen, dan kunt u er niet omheen in de voorafgaande onderwijsleersituaties vergelijkbare opdrachten op te nemen en met vergelijkbare eisen te beoordelen. 16

Voorbeeld: beoordelingsformulier basisberoepsgerichte leerweg Beoordelingsformulier: leverancierskaart aanmaken en onderhouden Inleveren bij:... Datum:... Opdracht Denk aan Maximaal Behaald Toelichting/ Eisen op systematische wijze werkzaamheden uitvoeren Maak een planning 30 gegevens van (nieuwe) leveranciers inwinnen vastleggen, controleren, muteren en archiveren Verzamel alle gegevens van de nieuwe leverancier. Zoals adres, telefoonnummer en naam van de contactpersoon. Neem nu een nieuwe leverancierskaart voor je. Kijk of je alle gegevens hebt die gevraagd zijn. Zo niet, probeer dan de ontbrekende gegevens te achterhalen. 15 15 Vul de leverancierskaart in. 15 Laat de leverancierskaart controleren. 10 Maak een kopie van de leverancierskaart 15 Doe de kopie in je portfolio Totaal 100 printverslag A- 4, naam van crediteur, nummer van crediteur, kolom datum, omschrijving, debet, credit en saldo 17

Voorbeeld: beoordelingsformulier kaderberoepsgerichte leerweg Beoordelingsformulier: leverancierskaart aanmaken en onderhouden Inleveren bij:... Datum:... Opdracht Denk aan: Maximaal Behaald Toelichting/ Eisen op systematische wijze werkzaamheden uitvoeren planning 20 gegevens van (nieuwe) leveranciers inwinnen voorbereiding 15 vastleggen, controleren, muteren en archiveren uitvoeren controleren 65 Totaal 100 printverslag A- 4, naam van crediteur, nummer van crediteur, kolom datum, omschrijving, debet, credit en saldo In beide uitwerkingen ziet u dat de sturing en de weging verschillend zijn. 4.2 Een voorbeeld van een PTA Dit voorbeeld is gemaakt voor een school waar uitgebreid is geëxperimenteerd met nieuwe onderwijsvormen. Voorbeeld: PTA Onderdeel: Oriëntatie op de administratieve bedrijfstak Professionele vaardigheden Receptie Professionele vaardigheden Boekhouden 1 Projectweek: Professionele vaardigheden Personeelsadministratie Leer -jaar Blok : Toetsvorm K1 3 1 Schriftelijk m.c. Handelingsdeel K2 K6 K2 K3 K2 K11 3 3 Proeve van bekwaamheid Duur toets 80 min 20 slu Cijfer / Voldaan C V 3 J 80 min C 2 J 3 9 Schriftelijk open 90 min C 2 J 3 8 Praktische opdracht 20 slu C 3 N Exameneenheid Gewicht Herkansbaar 18

In het PTA is gekozen voor een handelingsdeel en een praktische opdracht als toetsvorm. Dit om recht te doen aan de meer praktische leerstijl van deze leerlingen. In een handelingsdeel en praktische opdracht kunnen leerlingen hun kennis, vaardigheden en (beroeps)houding tot hun recht laten komen. De proeve van bekwaamheid is een toetsvorm waarbij de leerling moet laten blijken over de nodige kennis en vaardigheden te beschikken. Zoals bij receptie dan komen ook de specifieke beroepshoudingen aanbod. Het is goed mogelijk dat leerling en docent onafhankelijk van elkaar een beoordeling geven. In de bijlage 4 is een uitwerking gemaakt van ontwikkellijnen van vaardigheden (als voorbeeld receptioniste vanuit het programma Administratie). De resultaten moeten worden ingevuld in de kolom deelscore. Als de resultaten met elkaar vergeleken worden, dan is dat een startpunt voor een functioneringsgesprek of een beoordelingsgesprek of een moment waarop de leerling kan reflecteren over zijn eigen functioneren. Het voeren van een functioneringsgesprek of beoordelingsgesprek is in feite ook een vorm van toetsen. Het functioneringsgesprek is een goed moment voor de leerling om te reflecteren op zijn toekomstmogelijkheden binnen de Administratie. 19

5. Loopbaanoriëntatie en -begeleiding In het examenprogramma van Administratie heeft de eerste exameneenheid betrekking op loopbaanoriëntatie. In de eenheid 'Oriëntatie op de Administratie gaat het erom dat de leerlingen zicht krijgen op de belangrijkste punten voor een goede loopbaan in de administratieve sector. 5.1 Informatiegerichte leeromgeving De meest voorkomende onderwijsvormen voor 'loopbaanoriëntatie en -begeleiding' zijn klassikaal, aanbodgericht en binnenschools en de lessen zijn gericht op informatieoverdracht. Daarbij wordt in veel gevallen gebruik gemaakt van een loopbaanmethode, beroepskeuzetests en individuele gesprekken. Het effect van al deze inspanningen is zeer beperkt. De leerlingen kunnen bij deze aanpak moeilijk een referentiekader verwerven voor het maken van een beroepskeuze. De veelal theoretische informatie heeft voor ze nog geen betekenis en nodigt daardoor niet uit tot identificatie. De objectieve informatie die zij aangereikt krijgen heeft doorgaans dan ook weinig invloed op hun keuzes. Leerlingen laten zich bij hun beroepskeuze vooral leiden door hun ervaringen. In eerste instantie maken zij daarvoor gebruik van eigen ervaringen en - als die er niet of in onvoldoende mate zijn - van de ervaringen van vooral de ouders 1. De keuzes van leerlingen zijn veelmeer ingegeven door situatiegebonden ervaringen en zijn veelal situatiegestuurd. Leerlingen willen begrijpen waarvoor zij kiezen. Voor een goed begrip hebben zij praktische ervaringen nodig die duidelijkheid bieden over de consequenties van hun beroepskeuze. Om dat mogelijk te maken hebben leerlingen behoefte aan een loopbaangerichte leeromgeving 2. 5.2 Loopbaangerichte leeromgeving Voor het maken van een goede keuze voor een vervolgopleiding is het van belang dat de leerlingen loopbaancompetenties en een beroepsidentiteit kunnen ontwikkelen 3. Loopbaancompetenties zijn vaardigheden van leerlingen om over de eigen motieven en kwaliteiten na te denken, om via het verkennen van mogelijkheden en het daadwerkelijk sturen van de eigen leerprocessen aan de loopbaan vorm te geven en om te netwerken. Bij arbeidsidentiteit gaat het erom dat leerlingen zich identificeren met een arbeidsveld en daarbinnen met een specifieke arbeidsrol; gaat het om de zekerheid die leerlingen hebben over zichzelf, de opleiding, de toekomst en het zelfvertrouwen dat zij hieraan ontlenen. 1 Meijers, F., Heeft beroepskeuzevoorlichting zin? Naar een strategie van participerend leren, In: Pedagogiek, jrg. 21, 2001, 3, p. 204. 2 Meijers, F, Kuijpers, M. en Bakker, J, Over leerloopbanen en loopbaanleren, Platform beroepsonderwijs, februari 2006; Boer, P. den, Mittendorff, K., Sjenitzer, T., Beter kiezen., Onderzoek naar keuzeprocessen van jongeren in traditionele en herontwerpopleidingen techniek in het vmbo en mbo, Stoas Onderzoek, Wageningen, juli 2005. 3 Meijers, F, Kuijpers, M. en Bakker, J, Over leerloopbanen en loopbaanleren, Platform beroepsonderwijs, februari 2006, p. 25 e.v. 21

De ontwikkeling van loopbaancompetenties en een beroepsidentiteit komen het best tot hun recht in een loopbaangerichte leeromgeving met de kenmerken: a. de leerlingen komen veelvuldig in contact met de 'echte' beroepspraktijk b. het maatschappelijk belang of nut van Administratie wordt zichtbaar gemaakt c. de leerlingen worden in staat gesteld te communiceren over zowel de maatschappelijke betekenis van bepaalde beroepsactiviteiten als over de persoonlijke zin ervan d. de leerlingen worden goed gecoacht en krijgen gelijkertijd een eigen verantwoordelijkheid wat betreft het maken van keuzes e. de leerlingen kunnen spreken met ervaren beroepsbeoefenaars die als mogelijk groepsmodel kunnen functioneren Op elk van deze kenmerken wordt kort ingegaan. Veelvuldig contact met de 'echte' beroepspraktijk Leerlingen bepalen hun studie- en loopbaankeuze vooral door ervaringen die zij hebben opgedaan. Zij hebben een referentiekader nodig om te weten waarvoor zij kiezen. Het is dan ook belangrijk dat 'loopbaanoriëntatie en - begeleiding' de leerlingen laat kennismaken met de 'echte' beroepspraktijk in het programma Administratie te weten de beroepen in de administratieve sector. Dat stelt hen in de gelegenheid praktische ervaringen op te doen in de beroepspraktijk. Belangrijk daarbij is dat de leerlingen te maken krijgen met typerende situaties. Zo ervaren de leerlingen dat zij wel graag zouden willen meedoen, maar dat de juiste competenties nog ontbreken. Wanneer de betrokkenheid van de leerlingen op die manier tot een probleem voor hen zelf wordt, ontstaat de motivatie om kennis niet alleen te memoriseren maar zich die ook eigen te maken en deel te willen uitmaken van de wijze waarop men in de (beroeps)praktijk te werk gaat dus tot een deel van de beroepsidentiteit-in-wording 4. 'In één week heb ik meer geleerd dan een jaar op school' 5 Aan het eind van het 3e leerjaar gaan onze leerlingen op stage, zo ook Jurriën. De stage plannen we tijdens de praktijkexamens, omdat er dan geen lesuitval is. De praktijkdocenten nemen de examens af en de avo-docenten gaan langs de stagebedrijven. Onze Jurriën is 15 jaar en ging dit voorjaar stage lopen bij een administratiekantoor als assistent in Leeuwarden. Hij had het zo naar zijn zin dat de eigenaar hem een baantje op de vrijdagmiddag aanbood. Na overleg met zijn ouders ging hij hierop in. De vakantieperiode brak aan en de eigenaar kwam wat krap in zijn personeel te zitten. Hij vroeg Jurriën of hij ook in de vakantie wilde helpen. Nou, daar had hij wel oren naar. Dan kon hij mooi een zakcentje verdienen en dat was voor zijn vakantie naar Ameland best wel leuk. Zo gezegd, zo gedaan. Hij werkte een gedeelte van zijn lange vakantie bij het administratiekantoor. 's Morgens om negen uur was hij op zijn werkplek. Hij had dan al een half uur fietsen achter de rug! In de pauze was er koffie en het was ook nog gezellig met de collega's. Tussen de middag zorgde de vrouw van de eigenaar altijd voor een lekkere kop soep. Dat ging er wel in na de hele ochtend werken. Na het opruimen van zijn werkplek vertrok hij rond vijf uur weer naar huis. Dat heeft hij een paar weken gedaan tot volle tevredenheid van zichzelf en de eigenaar. Na de vakantie vroeg ik hem hoe hij zijn vakantie had doorgebracht en toen kreeg ik bovenstaand verhaal te horen. Een leerling van 15 jaar kan natuurlijk geen volledige kracht vervangen, hoe enthousiast of hoe goed hij op school ook is. Daar moet je als werkgever wel rekening mee houden. Jurriën zit nu in het examenjaar van het vmbo. Hij loopt elke woensdag stage bij hetzelfde administratiekantoor tot de kerstvakantie. Daarna vervolgt hij zijn stage in een ander bedrijf. Bovendien heeft hij er een vrijdagmiddagbaantje aan overgehouden. Hij vindt het geweldig. En de eigenaar stimuleert Jurriën om voor een administratieve baan te gaan na zijn examen. Zelf twijfelt hij nog: administrateur of ict. 4 Beroepsonderwijs en identiteit, Wardekker, W., Chr. Hogeschool Windesheim, 17 februari 2005, p. 4-5 5 Onderwijsheden, In: Bakkers in bedrijf, oktober 2006, nr. 10, p.11(vrij bewerkt). 22

Het verblijf in de beroepspraktijk zal in belangrijke mate bestaan uit het meelopen met een vakman (shadowing) en zo kennis te maken met de liefde die vakman voor zijn vak heeft 6. Daarbij gaat het niet alleen om de technische vaardigheden maar ook om de menselijke kant binnen de beroepsgroep 7. Dilemma Hoewel het meelopen met een vakman voor veel leerlingen een eerste kennismaking met de beroepspraktijk is, is het leerzaam ze niet alleen met de mooie kanten van het beroep kennis te laten maken maar ook de grenzen van het beroep te laten zien. Leerlingen komen met die grenzen in aanraking door ze te confronteren met beroepsdilemma's. Een beroepsdilemma is te omschrijven als een in de dagelijkse praktijk voorkomend rolconflict. Voor deze conflicten zijn geen pasklare oplossingen voorhanden. Die kunnen alleen verkregen worden door in overleg met 'collega's' in de praktijk of met klasgenoten oplossingen te bedenken. Dat 'dwingt' de leerlingen zich af te vragen hoe zij zelf met het dilemma zouden omgaan 8. De dilemma's van de niveau 2 -opleidingen Bedrijfsadministratief medewerker zijn onder de benaming 'kernopgaven' in de kwalificatiedossiers opgenomen 9. Voorbeeld: Dilemma's / Kernopgaven van de opleiding Bedrijfsadministratief medewerker 10 Kernopgaven De volgende kernopgaven maken deel uit van de kern van het kwalificatieprofiel. Kernopgave 1: Werkdruk versus kwaliteit De bedrijfsadministratief medewerker staat voor de opgave ongeacht de omstandigheden foutloos te werken. De kwaliteit van zijn werk mag niet verminderen door drukte of minder goede werkomstandigheden. Kernopgave 2: Integriteit versus voordelen op korte termijn en klantentevredenheid De bedrijfsadministratief medewerker staat voor de opgave zijn integriteit te bewaren en goed te beoordelen wat de gevolgen zijn van het niet toepassen van de regelgeving voor de normhandhaving in de organisatie. Het maatschappelijk belang of nut van de differentiatie. Voor de leerlingen is het belangrijk dat wat zij op school leren zichtbare gebruikswaarde hebben. Een belangrijke stap in die richting kan gezet worden door het onderwijsprogramma samen te stellen uit een opeenvolging van veel kerntaken die een grote mate van overeenkomst hebben met taken waarmee zij ook in de beroepspraktijk te maken krijgen. Door in het onderwijsaanbod de link in te bouwen met de praktische gebruikswaarde van de vakinhouden worden voor de leerlingen de verbanden duidelijk. De kerntaken worden georganiseerd in de vorm van thematisch onderwijs, projecten, casussen, probleemgestuurd onderwijs, enzovoort 11. Leerlingen communiceren over de maatschappelijke betekenis van bepaalde beroepsactiviteiten en de persoonlijke zin. De betekenis voor een loopbaan krijgt voor leerlingen betekenis als ze kunnen beschikken over indringende ervaringen. Deze ervaringen geven de leerlingen inzicht in de eigen mogelijkheden en wensen. De ervaringen van de leerlingen met de beroepspraktijk zijn altijd verbonden met de specifieke situatie waarin die is opgedaan. Daarom is het goed leerlingen ervaringen op te laten doen in verschillende beroepssituaties en ze de gelegenheid te beiden hun persoonlijke ervaringen uit te wisselen en zo in gesprek te komen met beroepsbeoefenaren, klasgenoten en docenten 12. 6 Beter kiezen, Boer den P., Mittendorff K., Sjenitzer T., Stoas, Wageningen, juli 2005, p. 28. 7 Beroepsonderwijs en identiteit, Wardekker, W., Chr. Hogeschool Windesheim, 17 februari 2005, p. 4. 8 Meijers, F., Heeft beroepskeuzevoorlichting zin? Naar een strategie van participerend leren, In: Pedagogiek, jrg. 21, 2001, 210. 9 www.ecabo.nl; optie: Beroep & Opleiding, Bedrijfsadministratie, huidige kwalificatiestructuur, Bedrijfsadministratief medewerker. Eindtermendocument. 10 Kwalificatiedossier Bedrijfsadministratief medewerker, Ecabo,p. 8, 2004 01 13. 11 Innovatief onderwijs ontwerpen, Janssen-Noordman, Ameiek M.B., Merriënboer Jeroen J.G. van, Wolters-Noordhoff, Groningen/Houten, 2002. 12 Beter kiezen, Boer den P., Mittendorff K., Sjenitzer T., Stoas, Wageningen, juli 2005, p. 22. Beroepsdilemma's als sleutel tot betekenisvol leren, Boer, den Peter R., Jager, Annet K., Smulders, Hester, R.M., Stoas, Wageningen, mei 2003. 23

Coachen en verantwoordelijkheid van leerlingen. Het leren omgaan met beroepsdilemma s hoeft zich niet toe te spitsen op de momenten dat de leerlingen in praktijksituaties verblijven. De school kan vanaf het allereerste moment de dilemma's in de opleiding inbouwen. Bijvoorbeeld via het binnenhalen van ervaren vaklieden als mentor of als spelers in een simulatie. Bij de aanbieding van nieuwe informatie mag het nooit zo zijn dat de school het streven naar 'zelfsturing van de leerling' op een laisser fair wijze denkt te kunnen benaderen. Het achterwege laten of het minimaliseren van de begeleiding bij 'beginners' heeft altijd mindere resultaten tot gevolg 13. De docent mag niet iemand zijn die toekijkt. Het is belangrijk dat de docent taken overneemt die de leerling nog niet aan kan en zo het goede voorbeeld geeft hoe je het doet. De school gebruikt haar niet-samenvallen met de echte beroepspraktijk om de reflectie over de eigen positie bij de leerling op gang te brengen, dat te stimuleren en daarvoor de concepten en denkwijzen aan te reiken 14. Leerlingen en ervaren beroepsbeoefenaars. De oriëntaties van de leerlingen op verschillende beroepen zijn vooral kennismakingen met sociaal-culturele praktijken van een beroepsgroep 15. Door met de vakman mee te lopen en met de vakman in gesprek te raken komen de leerling in aanraking met de technische en sociale, menselijke kanten van het beroep. In elk beroep doen zich dilemma's voor, waarbij de vakman met situaties te maken krijgt waarin het werk niet kan zoals het moet en dan maar moet zoals het kan. Om met die dilemma's kennis te maken is het van groot belang dat leerlingen kennismaken met typerende situaties van het beroep. Leerlingen krijgen een duidelijker zicht op de kern van het vak en meer begrip voor de liefde van de vakman voor zijn vak, door de beroepsdilemma's met de vakman te bespreken. De gesprekken over de beroepsdilemma's kunnen de leerlingen met behulp van drie vragen 16 structuur geven: Welke beroepsdilemma's komt de beroepsbeoefenaar in de uitoefening van zijn beroep zoal tegenkomt? Welke keuzes moeten tijdens het werk gemaakt worden? Welke invullingen de beroepsbeoefenaar heeft gegeven aan de afwegingen komt in vraag drie ter sprake. Vervolgens stellen de leerlingen zichzelf de vraag: Welke keuzes zou ik bij deze dilemma's gemaakt hebben? Voor de laatste vraag gaan de leerlingen terug naar de beroepsbeoefenaar: Welke keuzes heeft u als beroepsbeoefenaar gemaakt? Daarna bespreken de leerlingen de gemaakte keuzes. 13 Paul A. Kirschner, John Sweller, Richard E. Clark, Why minimal guidance during instruction does not work, In: Educational Psychologist, 41 (2), p. 75-86. 14 Beroepsonderwijs en identiteit, Wardekker, W., Chr. Hogeschool Windesheim, 17 februari 2005, p. 5. 15 Meijers, F., Heeft beroepskeuzevoorlichting zin? Naar een strategie van participerend leren, In: Pedagogiek, jrg. 21, 2001, 207. 16 Beter kiezen, Boer den P., Mittendorff K., Sjenitzer T., Stoas, Wageningen, juli 2005, p. 24-25. 24

6. Mogelijke vakkenintegratie 6.1 Inleiding In de notitie 'VMBO: het betere werk' spreekt de minister zich uit voor het meer in lijn brengen van de examenprogramma's met het competentiegericht leren 17. Hoewel het competentiegericht leren vele gezichten kent, zijn twee kenmerken als karakteristiek aan te merken. De inhoud van het onderwijsaanbod is ontleend aan situaties die de leerlingen ook in de beroepspraktijk en in de samenleving tegenkomen en het onderwijs is georganiseerd in samenhangende gehelen, bijvoorbeeld in de vorm van taken of opdrachten. De integratie van vakken kan gezien worden als een stap op weg naar competentiegericht leren. De leerlingen krijgen de vakinhouden niet langer als afzonderlijke bouwstenen aangeboden maar als gehelen. De afzonderlijke inhouden van de vakken worden in samenhang geordend en in samenhang aangeboden. Het leggen van verbanden tussen de inhouden uit de verschillende vakken is niet iets dat aan de leerling overgelaten wordt, maar is iets dat de afdeling van meet af aan in het onderwijsaanbod tot uitdrukking laat komen. 6.2 Een aanpak In veel gevallen wordt aan de vakkenintegratie vorm gegeven door de inhouden uit te werken in taken. Aan het begin van de opleiding zijn de taken nog eenvoudig en naarmate de opleiding vordert worden ze complexer en aan het eind van de opleiding hebben de taken veel gemeen met taken zoals die in de beroepspraktijk voorkomen. Een praktische aanpak voor het verkrijgen van duidelijkheid over de kijk op de integratie van vakken begint bij de beoordeling. In de wijze(n) van beoordelen brengt de afdeling de wijze van opleiden tot uitdrukking. Wanneer helderheid is verkregen over de eisen waaraan het eindresultaat moet voldoen en hoe dat beoordeeld wordt, kunnen het management en de docenten van de afdeling vandaar uit de stappen terugzetten om bij de actuele stand van zaken op de afdeling uit te komen. De stappen terug markeren als het ware de noodzakelijke tussenstations die aangedaan worden wanneer de afdeling vanuit de bestaande situatie gaat werken naar de gewenste, toekomstige situatie: de integratie van de vakinhouden. Met andere woorden door achteraan, met de beoordeling, te beginnen geeft de afdeling aan waar zij wil uitkomen. De weg terug naar de actuele situatie verschaft duidelijkheid over de route die doorlopen gaat worden. Eensgezindheid over de opvatting over vakkenintegratie, maakt het mogelijk de keuzes in de daaraan voorafgaande stappen steeds in het juiste perspectief te plaatsen en de daarbij juiste afwegingen te maken. Voor het bereiken van de gewenste leeropbrengsten hebben vmbo-leerlingen een strakke structurering nodig. Zo is het voor het eigen maken van leerstrategische vaardigheden, zoals leesvaardigheid en zelfstandig leren, belangrijk dat die verbonden zijn aan de taak of een vak. Daardoor wordt voor de leerlingen zichtbaar waarvoor zij de vaardigheden nodig hebben en krijgen die vaardigheden betekenis. De vmbo-leerlingen hebben veel baat bij geïntegreerde programma's. Het is raadzaam de weg naar zelfgestuurd leren te koppelen aan reguliere instructie en begeleiding bij een inhoudelijke taak. Voor deze leerlingen is het van belang dat die weg gestructureerd en gefaseerd verloopt 18. In het examenprogramma Administratie werken de beroepsvakken (kantoorpraktijk) en de beroepstheorie (bedrijfsadministratie en bedrijfsrekenen) intensief samen. Bij de meeste scholen heeft dat geresulteerd in de integratie van beide aandachtsgebieden. 17 VMBO: het betere werk, Ministerie van Onderwijs., Cultuur en Wetenschappen, april 2005, VO/OK/05/12027, p.4-5. 18 Vgl: Leren in een kennissamenleving, Onderwijsraad, Den Haag, januari 203, p.47, p. B3-17 t/m 19. 25

Tussen de beroepsgerichte vakken en de avo-vakken ligt bij bijna alle differentiaties een scheidingslijn als het gaat om de beroepsgerichte wijze ordenen en de vakgerichte wijze van ordenen van de inhouden. Deze twee verschillende ordeningsprincipes voor de inhouden confronteert de leerlingen met verschillende benaderingen van leren. Bij de beroepsgerichte vakken krijgen zij opdrachten voorgelegd waarmee zij op actieve wijze vaardigheden oefenen en kennis opbouwen. Terwijl bij de avo-vakken de nadruk ligt op de meer schoolse wijze van leren, waarbij de onderwerpen afzonderlijk worden aangeboden. De inhouden van de avo-vakken laten zich heel goed integreren in de beroepsgerichte taken. De opdrachten die de leerlingen voorgelegd krijgen, doen altijd een beroep op het lees- en rekenvermogen van de leerlingen. Door de inhouden van de vakken Nederlands en wiskunde af te stemmen op de opdrachten, zien de leerlingen de praktische betekenis van de vakken beter in. Voorbeeld In bijlage 5 ziet u een het resultaat van de koppelingen van beroepsgerichte vakken (Handel en administratie, Handel en verkoop, Administratie en Mode en commercie) en avo- vakken rond activiteiten handelingen. De structuur ziet er als volgt uit: Werkvelden Activiteiten Handelingen Kantoor Receptie Inkoop Verkoop Winkel Kassa Winkelverkoop Presentatie Atelier Atelier Verder zijn de algemene vaardigheden die behoren bij bovenbenoemde werkvelden opgenomen in samenhang met de avo-vakken. De bijlage is als aanzet bedoeld om docenten uit beroepsgerichte- en avo-vakken kennis te laten nemen wat bij elkaar aan eindtermen past, om daarna zelf de hoe vraag te beantwoorden. Voorbeeld: praktische opdracht Situatie De klas heeft als opdracht een uitgave te maken van het jongerentijdschrift of de website School s Out waarbij de avo-vakken zijn geïntegreerd in de beroepsgerichte context. Daarvoor heeft de docent de klas verdeeld in groepjes van drie leerlingen. Elk groepje vormt de redactie voor één van de vaste rubrieken in het tijdschrift en is verantwoordelijk voor het artikel in de volgende uitgave van het tijdschrift. Alle redacties zijn samen verantwoordelijk voor de inhoud en samenstelling van het eerst volgende nummer. Opdracht Maak met je redactiegroepje een aantal afspraken over de taakverdeling binnen de rubriek waar jullie verantwoordelijk voor zijn, schrijf een aantal artikelen over jullie rubriek, controleer elkaars werk en vervul ook een aantal taken, die jullie krijgen naast de inhoudelijke kant van het jongerentijdschrift School s Out binnen de gestelde tijd". 26

Informatie voor de docent De krant of jongerentijdschrift kan in een papierenversie of website gemaakt worden. De krant of tijdschrift zal bestaan uit een aantal vaste rubrieken: Economisch nieuws Maatschappelijke vraagstukken Kunst en Cultuur Kook Sport Buitenlands nieuws Literatuur Toerisme Mode... De aanknopingspunten met de vakken: (opdrachten naast de redactionele werkzaamheden) Beroepsgerichte vakken - Reclame maken voor een nieuw tijdschrift - Verkoopgesprekken voeren met nieuwe abonnees (ook telefonisch) - Informatie verschaffen aan de klanten - Inkoop van papier/drukinkt etc. of aanvragen van een website, vergelijken van leveranciers. - Reclame inkomsten verwerven - Reclames maken voor klanten (logo s, slagzinnen) - Boekhouding voeren - Factureren - Klanten- en leveranciersbestand,(debiteuren/crediteuren) - Kostprijsberekeningen - Opmaak van teksten e.d. (Office-pakket) - - Nederlands - Journalistiek, interview - Verkoopgesprekken - Nieuwsberichten - Reclameboodschap - Boekbespreking ( zie rubriek Literatuur) - Ontwikkelen van briefpapier, facturering - - Economie - Bijdrage leveren aan economisch nieuws: Consumptie Arbeid en productie Overheid en bestuur Internationale ontwikkelingen Natuur en milieu 27