Bodemkwaliteitskaart gemeente Huizen

Vergelijkbare documenten
Begrippen en gebruikte afkortingen

Bodemkwaliteitskaart en bodemfunctieklassenkaart gemeente Edam-Volendam

Bodemkwaliteitskaart bebouwd gebied gemeente Houten. Documentcode: 16M1136.RAP001

Bodemkwaliteitskaart gemeente Krimpen aan den IJssel. Documentcode: 13M1166.RAP001

Bodemkwaliteitskaart gemeenten Cuijk en GraveX

Bodemkwaliteitskaart gemeente Roerdalen

Bodemkwaliteitskaart Gemeente Lelystad. Documentcode: 17M1206.RAP001

Bodemkwaliteitskaart gemeente Eindhoven

Bodemkwaliteitskaart regio Kop van Noord-Holland

Bodemkwaliteitskaart gemeente Den Helder

Bodemkwaliteitskaart gemeente Tholen

Bodemkwaliteitskaart

Bodemkwaliteitskaart gemeente Den Helder

Bodemkwaliteitskaart regio MARN

Bodemkwaliteitskaart regio Heuvelland

Bodemkwaliteitskaart Regio Midden-Holland en gemeente Zoetermeer. Documentcode: 15M2020.RAP001

Bodemkwaliteitskaart Regio Midden-Holland en gemeente Zoetermeer. Documentcode: 15M2020.RAP001

ACTUALISATIE BODEMKWALITEITSKAART

Bodemkwaliteitskaart gemeente NederweertX

Bodemkwaliteitskaart gemeente Lelystad

Bodemkwaliteitskaart Gemeenten Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk en Zeewolde. Documentcode: 17M1182.RAP001

Bodemkwaliteitskaart gemeente. Nieuwegein. Opdrachtgever Gemeente Nieuwegein Contactpersoon Mevr. D. ten Klooster

Bodemkwaliteitskaart gemeente Texel

Bodemkwaliteitskaart Drenthe

Colofon. Datum van uitgave: December Contactadres: Beneluxweg SJ Oosterhout Postbus AA Oosterhout

Bodemkwaliteitskaart en bodemfunctieklassenkaart Gemeenten Alkmaar, Bergen, Castricum, Heerhugowaard en Heiloo. Documentcode: 14M1136.

Bodemfunctieklassenkaart en bodemkwaliteitskaart Gemeenten Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer en Stede Broec

Bodemkwaliteitskaart Regio Maas & Roer

Bodemkwaliteitskaart Regio IJsselland

Nota bodembeheer provinciebrede samenwerking bodembeleid Flevoland

Bodemkwaliteitskaart voor de gemeente Tubbergen

Bodemkwaliteitskaart gemeente Haarlemmermeer

Bodemkwaliteitskaart gemeente Maastricht

Bodemkwaliteitskaart

Addendum bij de nota bodembeheer gemeenten IJsselstein, Houten, Nieuwegein en Lopik versie 4 januari 2011

Bodemkwaliteitskaart gemeente Twenterand

Gemeente Wierden. Bodemkwaliteitskaart wegbermen en buitengebied gemeente Wierden

Zie Wijzigingsblad d.d. 1 januari 2013 bij de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten versie 3 september 2007.

Bodemkwaliteitskaart gemeente Haarlem. Definitief

Bodemfunctieklassenkaart Gemeente Horst aan de Maas. - Toelichting -

G R O N D V E R Z E T m e t b o d e m k w a l i t e i t s k a a r t e n

Kaartbijlagen. Bijlagen

Bodemfunctiekaart Hof van Twente Besluit Bodemkwaliteit

Bodemkwaliteitskaart Gemeente Waalwijk, actualisatie 2011

Bodemkwaliteitskaart

Bodemkwaliteitskaart en Bodemfunctieklassenkaart Gemeenten Den Helder, Hollands Kroon en Schagen. Documentcode: 16M1158.RAP001

GEMEENTE OLDEBROEK. Gebruik bodemkwaliteitskaart bij grondverzet. 1 Generiek beleid Besluit bodemkwaliteit

Bijlage 1: Normering Regeling bodemkwaliteit (inclusief gewijzigde normen per april 2009)

Bodemkwaliteitskaart Someren

Wijzigingsblad bij de nota bodembeheer gemeente Den Helder versie mei 2012

Bodemkwaliteitskaart en nota bodembeheer Bedrijventerreinen Verlengde Stellingweg te Oostzaan

Besluit Bodemkwaliteit Flevoland

Project Besluit bodemkwaliteit en Nota bodembeheer

Bodemkwaliteitskaart gemeente NoordoostpolderX

Addendum 2017 bij de nota bodembeheer gemeenten IJsselstein, Houten, Nieuwegein en Lopik. versie 4 januari 2011

Notitie Bodemfunctieklassenkaart gemeente Noordwijk

Regionale bodemkwaliteitskaart provincie Groningen. projectnr maart 2013, revisie 01

Bodemkwaliteitskaart regio Noord Veluwe

Statistische berekeningen ten behoeve van actualisatie Bodemkwaliteitskaart Gemeente Veere. Eindrapport. Marmos Bodemmanagement

Bodemkwaliteitskaart regio De Vallei

Voor overschrijding van de wonen- en industriewaarden (evenals interventiewaarden) gelden niet zulke extra ruimten.

Bodemkwaliteitskaart Braassemerland te Kaag en Braassem

Bodemkwaliteitskaart en bodemfunctiekaart Eersel

Bodemkwaliteitskaart. Gemeente Bladel

De bodemkwaliteitskaart en het Besluit bodemkwaliteit

=287(/$1'(karakterisering dorpskern voor bodemkwaliteitszone s

BROCHURE REGELS TOEPASSEN GROND

Regionale Bodemkwaliteitskaart gemeenten Bergen (Limburg), Gennep en Mook & Middelaar

Nota bodembeheer gemeente Den Helder

Notitie bodemfunctieklassenkaart. : Gemeente Heeze-Leende

Bodemkwaliteitsklassenkaart gemeente Heerde

Kaartbijlagen. Bijlagen

Gemeente Heusden. Bodemkwaliteitskaart gemeente Heusden 2011

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004

Bodemkwaliteitskaart gemeente NieuwegeinX

Colofon. Contactadres: Beneluxweg SJ Oosterhout Postbus AA Oosterhout

De Ruiter Boringen en Bemalingen bv

de heer S.P. Schimmel Postbus HB Tiel Geachte heer Schimmel,

Bodemkwaliteitskaart PFOS en PFOA locatie Schiphol Trade Park Hoofddorp Gemeente Haarlemmermeer

Bodemkwaliteitsen bodemfunctieklassenkaart gemeente Venlo

1 Inleiding Doel Beleidskader Afbakening en geldigheid 4

TEKSTREGEL TEKSTREGEL BODEM- KWALITEITSKAART WEERT

stappen Kenmerken Gebieds indeling Toelichting

Legenda Plangebied (Toemaakdek beheergebied ODWH) Gemeentegrenzen Toemaakdek binnen plangebied Toemaakdek buiten plangebied


Bodembeheernota Deel B Gebiedsspecifiek beleid plangebied Offem-Zuid (fase 1) in Noordwijk. Documentcode: 17M1208.RAP001

)'*+',+!-!!'!$ &'&/3 :,$,'' ', ';'$< ='

Bodemkwaliteitskaart gemeente Losser

TEKSTREGEL TEKSTREGEL BODEMFUNCTIE KLASSENKAART WEERT

Rapport. Actualisatie bodemkwaliteitskaart

Gemeente Oldenzaal Bodemkwaliteitskaart gemeente Oldenzaal

Vertrouwelijk. Memo. Aan : Conny Bieze Van : ODRA Onderwerp : Nadere beoordeling partijkeuring Vink Datum : 16 april 2018

Nota Bodembeheer gemeente Emmen

Bodemkwaliteitskaart en Nota Bodembeheer

Gemeente Hengelo. Bodemkwaliteitskaart gemeente Hengelo. Witteveen+Bos. van Twickelostraat 2. postbus AE Deventer. telefoon

Notitie. wonen; industrie; landbouw, natuur (Achtergrondwaarde).

Voorlichtingsbijeenkomst Regionaal bodembeleid Voorne-Putten

BODEMFUNCTIEKLASSENKAART GEMEENTE NOORDENVELD

Nota bodembeheer Beleid (tijdelijk) opslaan en toepassen grond en baggerspecie Gemeente Texel. Documentcode: 15M1043.RAP001

Transcriptie:

Bodemkwaliteitskaart gemeente Huizen Gegevens opdrachtgever Gemeente Huizen Afdeling Milieu Postbus 5 1270 AA HUIZEN Contactpersoon: Dhr. W. Menzel CSO Adviesbureau voor Milieu-Onderzoek B.V. Postbus 2 3980 CA Bunnik Tel. 030 659 43 21 Fax 030 657 17 92 Contactpersonen: Dhr. J.S. Spronk Mevr. K.C.W. Reezigt-Struijk Projectcode: Versiedatum: Status:

Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 1.1 Aanleiding...1 1.2 Doelstelling...1 2 Werkwijze en resultaat... 2 2.1 Stap 1: Programma van eisen...2 2.2 Stap 2 en 4: Onderscheidende gebiedskenmerken en voorlopige deelgebieden...3 2.3 Stap 3: Gegevensverzameling en gegevensverwerking...4 2.3.1 Selecteren beschikbare gegevens...4 2.3.2 Het samenvoegen van punt- en mengmonsters...4 2.3.3 Het vervangen van n beneden de detectielimiet...5 2.3.4 Het opsporen van uitbijters...5 2.4 Stap 6: Verzamelen aanvullende informatie...6 2.4.1 Algemeen...6 2.4.2 Controle van het aantal beschikbare waarnemingen...6 2.4.3 Aanpassing gebiedsindeling...6 2.4.4 Aanvullend bodemonderzoek...7 2.5 Stap 5: Controle indeling beheergebied in deelgebieden...7 2.5.1 Aantal waarnemingen...7 2.5.2 Splitsen deelgebieden...8 2.5.3 Definitieve gebiedsindeling...8 2.6 Stap 7: Vaststellen en karakteriseren bodemkwaliteitszones...9 2.7 Stap 8: Bodemkwaliteitskaart...10 2.7.1 Inleiding...10 2.7.2 Kaart met uitgesloten locaties en gebieden...10 2.7.3 Ontgravingskaart...10 2.7.4 Toepassingskaart...11 2.8 Bijzondere omstandigheden...12 2.9 Vaststellen bodemkwaliteitskaart...13 3 Conclusies... 14

Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3A Bijlage 3B Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Begrippenlijst Specificatie uitbijters Statistische parameters en toetsing per bodemkwaliteitszone (gemeten n) Statistische parameters en toetsing per bodemkwaliteitszone (gestandaardiseerde n) Bodemfunctieklassenkaart Deelgebiedenkaarten Bodemkwaliteitszones en waarnemingenkaarten Ontgravingskaarten Toepassingskaarten Pagina 4

1 Inleiding 1.1 Aanleiding De gemeente Huizen maakt voor haar grondstromenbeleid gebruik van de overgangsregeling voor bodemkwaliteitskaarten van het Besluit bodemkwaliteit 1 (hierna aangeduid met Besluit). Hierbij maakt zij gebruik van een bodemkwaliteitskaart 2 en een bodembeheerplan 3. De gemeente Huizen wil haar bodembeleid actualiseren en volledig overgaan op de regelgeving van het Besluit. Daarom moet een nieuwe bodemkwaliteitskaart worden opgesteld. In deze rapportage staat beschreven volgens welke werkwijze de bodemkwaliteitskaart is opgesteld en wat de resultaten zijn. De gemeente Huizen heeft aan CSO Adviesbureau voor Milieu-Onderzoek B.V. opdracht gegeven voor het opstellen van een bodemkwaliteitskaart voor haar grondgebied. Deze kaart vormt samen met de gemeentelijke bodemfunctieklassenkaart 4 de basis voor het grond- en baggerstromenbeleid dat de gemeente onder het regime van het Besluit wil voeren. In bijlage 1 zijn enkele in dit rapport gebruikte begrippen toegelicht. 1.2 Doelstelling Doelstelling van de bodemkwaliteitskaart is om een actueel en dekkend beeld te krijgen van de diffuse chemische bodemkwaliteit in de gemeente Huizen. De achterliggende doelstelling is de wens van de gemeente om met de bodemkwaliteitskaart gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden die het Besluit biedt: bij het toepassen van grond en baggerspecie op en in de bodem; als bewijsmiddel voor de kwaliteit van vrijkomende grond en de ontvangende bodem (hierdoor hoeven minder partijkeuringen te worden uitgevoerd wat een kostenbesparende factor is bij grondverzet); om gebiedsspecifiek bodembeleid mogelijk te maken; het wegnemen van mogelijke knelpunten bij grond- en/of baggerverzet. 1 Besluit bodemkwaliteit, publicatie Staatscourant 3 december 2007. 2 Bodemkwaliteitskaart Gemeente Huizen, 01.K001.00, rapp.nr.: 03.143, CSO, januari 2004. 3 Bodembeheerplan Gemeente Huizen, 01.K001.00, rapp.nr.: 03.146, CSO, januari 2004. 4 Bodemfunctieklassenkaart gemeente Huizen, CSO, 10K054, april 2010. Pagina 1

2 Werkwijze en resultaat De bodemkwaliteitskaart is opgesteld volgens de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten 5 en er is volgens het in de Richtlijn opgenomen stappenplan gewerkt. In figuur 2.1 zijn de verschillende stappen weergegeven, die in de volgende paragrafen nader worden toegelicht. In de Richtlijn is aangegeven dat de stappen niet chronologisch gevolgd hoeven te worden. Wel is het noodzakelijk dat de elementen van de stappen terugkomen in de werkwijze bij het vervaardigen van de bodemkwaliteitskaart. Figuur 2.1: Stappenplan op hoofdlijnen Stap 1: Opstellen programma van eisen Stap 2: Vaststellen onderscheidende kenmerken Stap 3: Gegevensverzameling en gegevensbewerking Stap 4: Indelen beheergebied in deelgebieden Stap 5: Controle indeling van het beheergebied Stap 6: Verzamelen aanvullende informatie Stap 7: Vaststellen bodemkwaliteitszones Stap 8: Opstellen ontgravings- en toepassingenkaart 2.1 Stap 1: Programma van eisen De bodemkwaliteitskaart voor de gemeente Huizen wordt opgesteld voor de bovengrond (0,0-0,5 m-mv) en de ondergrond (0,5-2,0 m-mv) van het gemeentelijke grondgebied met uitzondering van: De Rijkswegen en provinciale wegen inclusief de wegbermen (andere beheerorganisatie). Locaties met, of die verdacht zijn voor, een sterke bodemverontreiniging inclusief stortplaatsen. Gesaneerde locaties in het kader van de Wet bodembescherming. De bodemlaag dieper dan 2 meter beneden het maaiveld. De waterbodems en buitendijks gebied die onder het beheer vallen van Rijkswaterstaat, maar uitgezonderd de drogere oevergebieden zoals gedefinieerd in de Waterregeling 6. Het grondwater. De bodemkwaliteitskaart wordt vastgesteld voor de stoffen van het standaard NEN5740 stoffenpakket: barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel, zink, minerale olie en de stofgroepen polychloorbifenylen (PCB) en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK). Voor het opstellen van de bodemkwaliteitskaart worden de gegevens gebruikt van bodemrapporten in het archief van de gemeente Huizen die representatief zijn voor de diffuse bodemkwaliteit en een aanvullend door Mateboer Milieutechniek B.V. uitgevoerd bodemonderzoek. 5 Richtlijn bodemkwaliteitskaarten, Ministerie van VROM, Ministerie van Verkeer en waterstaat, 3 september 2007, en bijbehorende wijzigingsbladen d.d. 1 maart 2012 (sinds 1 april 2012 in werking getreden) en d.d. 1 januari 2013. 6 Waterregeling, publicatie Staatscourant 7 december 2009. Pagina 2

2.2 Stap 2 en 4: Onderscheidende gebiedskenmerken en voorlopige deelgebieden De basis van de gemeentelijke bodemkwaliteitskaart is het identificeren van onderscheidende gebiedskenmerken. Binnen een deelgebied wordt de bodemkwaliteit homogeen verondersteld (vergelijkbare kwaliteit). Op basis van de bodemopbouw, de gebruikshistorie, de ontwikkeling van wijken of gebieden, de geomorfologie en het huidig gebruik wordt een deelgebiedenkaart gedefinieerd. In overleg met de gemeente is bij de nieuwe bodemkwaliteitskaart uitgegaan van de zone-indeling van de huidige bodemkwaliteitskaart. In de rapportage van de huidige bodemkwaliteitskaart zijn aan de hand van de gebiedsonderscheidende kenmerken de bodemkwaliteitszones onderbouwd. In tegenstelling tot de huidige bodemkwaliteitskaart wordt tevens het buitengebied in de op te stellen bodemkwaliteitskaart meegenomen. In een memo die is opgesteld in het kader van het Impuls Lokaal Bodembeheer 7, waarin de huidige bodemkwaliteit is getoetst aan het Besluit, hebben een aantal zones een vergelijkbare bodemkwaliteit. De gemeente heeft aangegeven in deze fase nog geen zones samen te willen voegen. Om de zone-indeling zo praktisch mogelijk te houden zijn in de oude zone-indeling een aantal kleine wijzigingen in de begrenzingen doorgevoerd zodat de deelgebieden beter aansluiten op de begrenzingen van de reeds eerder opgestelde bodemfunctieklassenkaart. Deze bodemfunctieklassenkaart is opgenomen in bijlage 4. Op basis van het bovenstaande zijn de volgende voorlopige deelgebieden onderscheiden (zie ook bijlage 5A en 5B): Tabel 2.1: Indeling in voorlopige deelgebieden Bovengrond (0-0,5 m-mv) Oude Dorp Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Noorder- en Zuidereng Industrieterrein Bebouwd buitengebied Overig buitengebied Ondergrond (0,5-2,0 m-mv) Oude Dorp Oostermeent/Bijvank en Noorder- en Zuidereng Kom Oost Industrieterrein Bebouwd buitengebied Overig buitengebied 7 ILB-memo Toetsing huidige bodemkwaliteit gemeente Huizen aan het Besluit bodemkwaliteit, Impuls Lokaal Bodembeheer, 10K018Huizen/JS2, 5 april 2011. Pagina 3

2.3 Stap 3: Gegevensverzameling en gegevensverwerking 2.3.1 Selecteren beschikbare gegevens Voor de vervaardiging van de bodemkwaliteitskaart zijn de gegevens geselecteerd uit het bodeminformatiesysteem van de gemeente. Door de gemeente zijn op 16 juli 2012 alle gegevens uit het gemeentelijke bodeminformatiesysteem (Nazca-i Bodem) geleverd. Vervolgens zijn in deze gegevensset selecties gemaakt om de voor de bodemkwaliteitskaart representatieve gegevens te selecteren. De onderstaande selectiecriteria komen overeen met de selectiemethode die ook is gehanteerd bij de screening van de dataset in het kader van het Impuls Lokaal Bodembeheer 8. Gegevens zijn verwijderd uit de dataset wanneer deze voldoen aan één of meer van de volgende criteria: Op de de locatie is sprake van een vastgestelde ernstige en/of urgente verontreiniging: Status verontreiniging is 'Ernstig,...' of 'Urgent,...'. Het onderzoek betreft een rapport van het type: Evaluatie Sanering, BOOT, Monitoring, Nazorg of Bsb. Het onderzoek heeft als aanleiding: BOOT, Calamiteit, Vermoeden of melding verontreiniging. De locatie heeft een vervolgactie die wijst op een ernstige verontreiniging en/of een sanering: starten sanering, registratie restverontreiniging of voldoende gesaneerd. Het onderzoek is te oud (conform Richtlijn bodemkwaliteitskaarten: niet ouder dan 5 jaar): rapportdatum is ouder dan 1 januari 2007. De ligging van het monster is niet bekend of dieper dan de maximale diepte tot waar de bodemkwaliteitskaart voor wordt opgesteld: ligging (x-,y-coördinaat) is onbekend en/of monsterdiepte is onbekend of dieper dan 2,0 m-mv. 2.3.2 Het samenvoegen van punt- en mengmonsters De dataset voor de gemeentelijke bodemkwaliteitskaart bestaat uit meng- en puntmonsters met analysegegevens. De landelijke IPO Werkgroep Achtergrondgehalten heeft onderzocht wat de invloed is van het meenemen van zowel punt- als mengmonsters op de berekening van percentieln 9. De resultaten laten zien dat percentieln die zijn gebaseerd op een bestand met analysegegevens van zowel punt- als mengmonsters, vrijwel identiek zijn aan percentieln die zijn gebaseerd op een bestand met analysegegevens van alléén mengmonsters. Er bestaan derhalve geen praktische bezwaren tegen het berekenen van de bodemkwaliteit uit een gegevensbestand met analysegegevens van zowel punt- als mengmonsters. In dit project zijn de analysegegevens van de mengmonsters éénmaal meegenomen. 8 ILB-memo Resultaten screening bodeminformatie gemeente Huizen, Impuls Lokaal Bodembeheer, 11K018/KR1, 4 augustus 2011. 9 Handreiking Achtergrondgehalten, Begeleidingscommissie actief bodembeheer, TNO MEP-R98/283.IPO/TNO, 1998. Pagina 4

2.3.3 Het vervangen van n beneden de detectielimiet In de dataset van de gemeente Huizen komen analyseresultaten van stoffen vaak voor in concentraties beneden de detectiegrens van de gangbare analyseapparatuur. Hoewel de werkelijke onbekend is (de kan variëren van nul tot de detectielimiet) leveren deze monsters wel volle informatie voor de gemiddelde bodemkwaliteit in een gebied. Voor deze analyses is de methode van de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten gehanteerd. Deze methode houdt in dat de gerapporteerde detectielimieten worden vermenigvuldigd met een factor 0,7 om tot een reken te komen. De opgegeven detectielimiet van een bepaalde stof verschilt van rapport tot rapport. Verhoogde detectielimieten kunnen voorkomen bij verstoringen in de monstermatrix. Daarnaast zijn de detectielimieten in de loop der jaren lager geworden doordat nauwkeurigere analyseapparatuur beschikbaar is gekomen. Bij met name de stofgroep polychloorbifenylen (PCB) komt het regelmatig voor dat de reken (detectielimiet * 0,7) nog boven de achtergrond ligt. Dit heeft als mogelijk gevolg dat de zone alleen hierdoor in de klasse industrie ingedeeld wordt, terwijl het hier feitelijk om waarnemingen onder de detectielimiet gaat. Dit leidt tot problemen bij hergebruik van grond. Om deze problemen te voorkomen hebben de voormalige Ministeries van VROM en V&W (nu I&M) besloten dat een correctie is toegestaan 10. In plaats van de gebruikelijke reken (0,7 * detectielimiet) mag, als de andere stoffen voldoen aan de eisen voor schone grond, voor de betreffende monsters gerekend worden met de geldende klassegrens voor achtergrond (gecorrigeerd naar organische stof). Men mag ervan uitgaan dat de kwaliteit van de betreffende grond voldoet aan de van toepassing zijnde normen voor zover de analyses zijn uitgevoerd conform AS3000 of AP04. Deze correctie is ook toegepast in de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Huizen. 2.3.4 Het opsporen van uitbijters Ondanks dat er representatieve analysegegevens zijn geselecteerd en aanvullend zijn verzameld ten behoeve van de bodemkwaliteitskaart is er sprake van uitschieters in de dataset: extreem hoge gehalten als gevolg van bijvoorbeeld typefouten tijdens de invoer, onbetrouwbare analyses of lokale verontreinigingen door puntbronnen die niet als zodanig zijn aangegeven. Hierbij zijn vaak bij meerdere stoffen relatief hoge gehalten aangetroffen. Per deelgebied en per stof zijn met een visuele methode (scatterplots) extreme gehalten gemarkeerd. De extreme n zijn voorgelegd aan de gemeente. Als de uitschieters tot een puntbron, type- of meetfout zijn te herleiden, dan zijn de waarnemingen uit het bestand verwijderd. Een aantal typefouten en verkeerd ingevoerde eenheden zijn verbeterd en alsnog opgenomen in de dataset van de bodemkwaliteitskaart. In bijlage 2 is een overzicht van de uiteindelijk verwijderde uitbijters opgenomen. 10 Wijziging Regeling bodemkwaliteit, publicatie Staatscourant 18 november 2010. Pagina 5

2.4 Stap 6: Verzamelen aanvullende informatie 2.4.1 Algemeen De Richtlijn bodemkwaliteitskaarten stelt de volgende minimale eisen aan het aantal waarnemingen per deelgebied: Voor de deelgebieden zijn voor alle stoffen ten minste 20 waarnemingen beschikbaar; De waarnemingen liggen voldoende verspreid over het deelgebied: Voor aaneengesloten deelgebieden bij een systematische indeling in 20 vakken zijn in tenminste 10 vakken één of meer waarnemingen gedaan. Voor elk niet-aaneengesloten deel van een deelgebied zijn ten minste 3 waarnemingen beschikbaar. Niet-aangesloten deelgebieden komen in de gemeente Huizen voor in de deelgebieden: Bebouwd buitengebied en Overig buitengebied (beiden zowel boven- als ondergrond) en in de ondergrond tevens in het deelgebied Oostermeent/Bijvank en Noorder- en Zuidereng'. In alle niet-aaneengesloten delen van deze deelgebieden geldt de eis dat minimaal 3 waarnemingen beschikbaar moeten zijn. 2.4.2 Controle van het aantal beschikbare waarnemingen Na de selectie van de dataset voor de bodemkwaliteitskaart (zie 2.3.1) is gecontroleerd of de voorlopige deelgebieden voldoen aan de minimumeisen voor het aantal en de spreiding van de waarnemingen uit de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten. Hieruit is gebleken dat alle deelgebieden in de bovengrond nog niet over het minimum aantal waarnemingen beschikte. In de ondergrond voldeed alleen het deelgebied 'Oostermeent/Bijvank en Noorder- en Zuidereng' aan de minimumeisen. Om de ontbrekende waarnemingen te verzamelen is aanvullend bodemonderzoek uitgevoerd (zie 2.4.4). 2.4.3 Aanpassing gebiedsindeling In de meeste deelgebieden zijn voldoende waarnemingen uit het gemeentelijke bodeminformatiesysteem verzameld om de voorlopige gebiedsindeling te controleren. Uit deze controle is naar voren gekomen dat de bodemkwaliteit van alle deelgebieden in de ondergrond gelijk is (Landbouw/natuur). Dit is ook wat de verwachting was voor de bodemkwaliteit van de ondergrond. Bovendien is zeer aannemelijk dat eventuele extra waarnemingen van een aanvullend uit te voeren bodemonderzoek ook in deze klasse zullen vallen. Op basis hiervan zijn in overleg met de gemeente alle deelgebieden in de ondergrond samengevoegd tot één deelgebied Ondergrond gemeente Huizen. Pagina 6

2.4.4 Aanvullend bodemonderzoek Voor de deelgebieden waar na de aanpassing in de gebiedsindeling nog altijd onvoldoende waarnemingen beschikbaar waren, is een aanvullend bodemonderzoek uitgevoerd (Mateboer Milieutechniek B.V., augustus 2012). Het aanvullend bodemonderzoek is zo opgezet, dat voor alle deelgebieden wordt voldaan aan de eis van minimaal 20 waarnemingen voor alle stoffen en aan de eis van minimaal 3 waarnemingen voor ieder nietaaneengesloten deelgebied. Bij het plaatsen van de boringen is ook rekening gehouden met de spreiding van de waarnemingen binnen het betreffende deelgebied. De analyseresultaten van het aanvullend bodemonderzoek zijn aan een uitbijteranalyse onderworpen (zie ook 2.3.4). Alle monsters zijn als representatief beoordeeld en toegevoegd aan de dataset van de bodemkwaliteitskaart. Vervolgens zijn de nieuw toegevoegde bodemgegevens voorbewerkt (zie ook 2.3.3). 2.5 Stap 5: Controle indeling beheergebied in deelgebieden De controle vindt conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten plaats aan de hand van twee beoordelingen: 1. Zijn er voldoende of te veel deelgebieden onderscheiden. 2. Zijn er per deelgebied voldoende waarnemingen beschikbaar om te voldoen aan de minimumeisen uit de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten (zie ook 2.4.1) 2.5.1 Aantal waarnemingen In tabel 2.2 is de hoeveelheid analysemonsters per voorlopig deelgebied en bodemlaag aangegeven die zijn geselecteerd voor de uiteindelijke dataset van de bodemkwaliteitskaart. De ligging van de waarnemingen is opgenomen in de bijlagen 6A en 6B. Tabel 2.2: Totaal aantal analysemonsters per voorlopig deelgebied en bodemlaag Bodemlaag Aantal analysemonsters Bovengrond (0 0,5 m.-mv) B1. Oude dorp 21-29 B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost 21-25 B3. Noorder- en Zuidereng 21-24 B4. Industrieterrein 21-25 B5. Bebouwd buitengebied 23-32 B6. Overig buitengebied 21-22 Ondergrond (0,5 2 m.-mv.) O1. Ondergrond gemeente Huizen 68-90 Pagina 7

2.5.2 Splitsen deelgebieden Op stofniveau is voor het grondgebied van Huizen gekeken of er een ruimtelijke clustering aanwezig is van hoge of lage gehalten. Op basis van ervaringen van CSO bij andere bodemkwaliteitskaarten is de ruimtelijke clustering onderzocht wanneer zware metalen en minerale olie een variatiecoëfficiënt hoger dan 1,5 hebben en de stofgroepen polychloorbifenylen (PCB) en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) een variatiecoëfficiënt hoger dan 2. Een hoge variatiecoëfficiënt is een indicatie van een mogelijke ruimtelijke clustering van hoge of lage n. Een overzicht van de variatiecoëfficiënten is opgenomen in bijlage 3 (kolom 'VC'). Hieruit blijkt dat in het deelgebied Overig buitengebied in de bovengrond en in het deelgebied Ondergrond gemeente Huizen voor PAK sprake is van een verhoogde variatiecoëfficiënt. Uit de dataset blijkt dat deze worden veroorzaakt door enkele monsters met relatief hoge n. Door het incidentele karakter er is geen sprake van ruimtelijke clustering. De relatief hoge variatiecoëfficiënten geven daarmee geen aanleiding tot het splitsen van deelgebieden. 2.5.3 Definitieve gebiedsindeling Op basis van de uitgevoerde stappen 1 t/m 6 van de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten zijn op het grondgebied van de gemeente Huizen uiteindelijk voor de boven- en de ondergrond de onderstaande definitieve deelgebieden onderscheiden: Bovengrond (0,0-0,5 m.-mv) B1. Oude Dorp. B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost. B3. Noorder- en Zuidereng. B4. Industrieterrein. B5. Bebouwd buitengebied. B6. Overig buitengebied. Ondergrond (0,5-2,0 m.-mv) O1. Ondergrond gemeente Huizen. Alle deelgebieden voldoen aan de minimumeisen voor het aantal waarnemingen conform de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten. Deze definitieve deelgebieden worden de bodemkwaliteitszones in de gemeente Huizen. De kaarten met de ligging van de bodemkwaliteitszones zijn opgenomen in de bijlagen 6A en 6B. Pagina 8

2.6 Stap 7: Vaststellen en karakteriseren bodemkwaliteitszones De gemiddelde gehalten van de bodemkwaliteitszones zijn getoetst aan de toetsingsn uit het Besluit en de Regeling bodemkwaliteit 11, zie ook tabel 2.3. De bodemkwaliteitszones kunnen vallen in de bodemkwaliteitsklasse Landbouw/natuur (achtergrondn -AW2000), Wonen of Industrie. De toetsingsmethodiek voor het bepalen van de bodemkwaliteitsklasse is opgenomen in bijlage 1 onder het kopje Bodemkwaliteitsklasse. De toetsmethodiek voor het bepalen van de bodemkwaliteitsklasse is minder streng dan de toetsmethodiek voor het bepalen van de ontgravingskwaliteitsklasse (zie ook 2.7.3 en bijlage 1onder de kopjes Ontgravingskaart en Bodemkwaliteitsklasse. Naast de bijzondere toetsregels voor de kwaliteitsklasse Landbouw/natuur is er bij de indeling van de bodemkwaliteitsklasse nog een bijzondere toetsregel voor de klasse Wonen. Hiermee wordt voorkomen dat de bodem van een gebied op basis van één stof wordt ingedeeld in de bodemkwaliteitsklasse industrie. Dit zou in de praktijk de ongewenste situatie kunnen opleveren dat ook voor alle overige stoffen minder strengen regels gelden en de concentraties kunnen toenemen tot de maximale n voor de functie Industrie. Hierdoor verslechtert de kwaliteit van het gebied. Dit doet zich met name voor bij licht verontreinigde industriegebieden. De bodemkwaliteitsklasse wordt gebruikt voor het bepalen van de toepassingseis (zie 2.7.4). Tabel 2.3: Bodemkwaliteitsklasse per bodemkwaliteitszone en bodemlaag Bodemkwaliteitszone Bodemkwaliteitsklasse Bepalende stof Bovengrond (0,0-0,5 m. -mv) B1. Oude Dorp Wonen Kwik, lood, zink, PAK B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Landbouw/natuur B3. Noorder- en Zuidereng Wonen Cadmium, kwik, lood, PCB B4. Industrieterrein Landbouw/natuur B5. Bebouwd buitengebied Wonen Kwik, lood, PCB, PAK B6. Overig buitengebied Landbouw/natuur Ondergrond (0,5-2,0 m. -mv) O1. Ondergrond gemeente Huizen Landbouw/natuur Controle saneringscriterium In de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten staat vermeld, dat voor elke bodemkwaliteitszone met een 95- percentiel (P95) boven de interventie een controle op het saneringscriterium nodig is. Bij een overschrijding is het niet verantwoord om zonder partijkeuring grondverzet vanuit de betreffende zone te laten plaatsvinden. In de gemeente Huizen komt deze situatie niet voor (zie bijlage 3, kolom 'P95>I'). Heterogeniteit Naast de percentieln en variatiecoëfficiënt is ook de heterogeniteit van de waarnemingen berekend volgens de methodiek zoals is beschreven bij het het kopje Heterogeniteit in bijlage 1. Hieruit blijkt dat in geen enkele bodemkwaliteitszone sprake is van sterke heterogeniteit. Een overzicht van de heterogeniteitsindex per stof en zone is opgenomen in bijlage 3 (kolom 'Heterogeniteit'). 11 Regeling bodemkwaliteit, publicatie Staatscourant 20 december 2007. Pagina 9

2.7 Stap 8: Bodemkwaliteitskaart 2.7.1 Inleiding De bodemkwaliteitskaart bestaat uit drie hoofdkaarten: 1. Een kaart met uitgesloten locaties en deelgebieden. 2. De ontgravingskaart. 3. De toepassingskaart. In de onderstaande paragrafen is nader ingegaan op de hoofdkaarten. Bij de ontgravings- en toepassingskaart is uitgegaan van het generieke kader van het Besluit bodemkwaliteit. 2.7.2 Kaart met uitgesloten locaties en gebieden Op het grondgebied van de gemeente Huizen is een aantal locaties uitgesloten van de bodemkwaliteitskaart. Een overzicht van de uitgezonderde locaties is aangegeven in hoofdstuk 3. De ligging van deelgebieden die is uitgesloten van de bodemkwaliteitskaart is ook weergegeven in de bijlagen 6 t/m 9. Locaties die uitgesloten zijn van de bodemkwaliteitskaart en waarvan de provincie Noord-Holland gegevensbeheerder is, zijn te vinden op www.bodemloket.nl. 2.7.3 Ontgravingskaart De ontgravingskaart geeft de kwaliteit aan van de eventueel te ontgraven grond op een niet voor bodemverontreiniging verdachte locatie. Deze kaart mag onder bepaalde voorn worden gebruikt als bewijsmiddel voor de chemische kwaliteit van de te ontgraven grond, als deze grond elders nuttig wordt toegepast. De ontgravingskwaliteit is net als de bodemkwaliteitsklasse gebaseerd op het gemiddelde gehalte van een zone (zie bijlage 3, kolom 'Gem') en getoetst aan de toetsingsn uit het Besluit. Om het standstillprincipe voor de bodemkwaliteit op gebiedsniveau te kunnen waarborgen is de toetsing voor de kwaliteitsklasse van 'Wonen' strenger voor het bepalen van de ontgravingskwaliteitsklasse dan voor de het bepalen van de bodemkwaliteitsklasse. De toetsingsmethodiek is opgenomen in bijlage 1 onder het kopje Ontgravingskaart, ter vergelijking zie ook het kopje Bodemkwaliteitsklasse. In tabel 2.4 is de ontgravingskwaliteitsklasse per onderscheiden zone aangegeven. De ontgravingskaarten zijn opgenomen in bijlage 7. Pagina 10

Tabel 2.4: Ontgravingskwaliteitsklasse per bodemkwaliteitszone en bodemlaag Bodemkwaliteitszone Ontgravingsklasse Bepalende stof Bovengrond (0,0-0,5 m. -mv) B1. Oude Dorp Wonen Kwik, lood, zink, PAK B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Landbouw/natuur B3. Noorder- en Zuidereng Industrie PCB B4. Industrieterrein Landbouw/natuur B5. Bebouwd buitengebied Industrie PCB B6. Overig buitengebied Landbouw/natuur Ondergrond (0,5-2,0 m. -mv) O1. Ondergrond gemeente Huizen Landbouw/natuur 2.7.4 Toepassingskaart De toepassingskaart wordt gebruikt om vast te stellen aan welke chemische kwaliteitseisen de nuttig toe te passen grond moet voldoen. Bij de toepassingskaart is gekeken naar de vastgestelde chemische bodemkwaliteit (zie 2.6) en de (toekomstige) functie van de bodem (zie kaartbijlage 4). Op deze kaart is een wijziging doorgevoerd ten opzichte van de in 2010 opgestelde bodemfunctieklassenkaart 12. De woningen in het buitengebied vallen niet meer in de klasse Landbouw/natuur, maar conform het gemeentelijke bestemmingsplan in de klasse Wonen. Op basis van deze dubbele toets, waarbij de strengste toets doorslaggevend is, wordt voor elke zone de toepassingseis vastgesteld (zie bijlage 1, onder toepassingsklasse ). In tabel 2.5 is de toepassingseis volgens het generieke kader van het Besluit per onderscheiden zone aangegeven. De toepassingskaarten zijn opgenomen in bijlage 8. 12 Bodemfunctieklassenkaart gemeente Huizen, CSO, 10K054, april 2010. Pagina 11

Tabel 2.5: Toepassingseisen per bodemkwaliteitszone per combinatie bodemfunctie- en bodemkwaliteitsklasse volgens het generieke kader van het Besluit bodemkwaliteit. (Voor de bodemfunctieklasse is de overheersende klasse in de zone weergegeven.) Bodemkwaliteitszone Bodemfunctieklasse Bodemkwaliteitsklasse Toepassingseis Bovengrond (0,0-0,5 m. -mv) B1. Oude Dorp Wonen Wonen Wonen B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur B3. Noorder- en Zuidereng Wonen Wonen Wonen B4. Industrieterrein B5. Bebouwd buitengebied Industrie Wonen Landbouw/natuur Wonen Wonen Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur B6. Overig buitengebied Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur Ondergrond (0,5-2,0 m. -mv) O1. Ondergrond gemeente Huizen Industrie Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur 2.8 Bijzondere omstandigheden De bodemkwaliteitskaart doet geen uitspraak over de kwaliteit van de bodem ter plaatse van verdachte locaties, verontreinigde locaties of gesaneerde locaties. Op deze locaties verwacht men een afwijkende (betere of juist slechtere) bodemkwaliteit dan in de omgeving. Op terreinen die ooit een leeflaag van schone grond hebben gekregen, of gesaneerde locaties mag men bijvoorbeeld een betere kwaliteit verwachten. Een slechtere kwaliteit valt te verwachten op terreinen die (wellicht) door een puntbron verontreinigd zijn en ter plaatse van dempingen, stortplaatsen en lokale ophooglagen. Ook door de provincie aangewezen beschermingsgebieden vallen onder locaties met bijzondere omstandigheden voor grondverzet. Voorafgaand aan het grondverzet moet zowel voor de ontgravingslocatie als op de toepassingslocatie worden nagegaan of er naar aanleiding van de ligging in één of meerdere beschermingsgebieden er restricties zijn ten aanzien van het grond- en baggerverzet. De provincie kan hier aanvullende eisen stellen. De ligging van deze provinciale beschermingsgebieden is onder andere te vinden op de website van provincie Noord-Holland: Natura 2000- en PEHS-gebieden http://maps.noord-holland.nl/structuurvisie2040/ Aardkundige volle gebieden http://maps.noord-holland.nl/extern/gisviewers/pmv/ Archeologisch en cultuurhistorisch volle gebieden http://maps.noord-holland.nl/extern/gisviewers/ilc/ Pagina 12

2.9 Vaststellen bodemkwaliteitskaart Met de bodemkwaliteitskaart heeft de gemeente een goed instrument in handen voor het toepassen van grond. De gemeente Huizen is op haar grondgebied het bevoegd gezag voor het Besluit bij de toepassing van grond en baggerspecie op de landbodem. De gemeente wil voor het toepassen van grond en baggerspecie op de landbodem gebruik maken van het gebiedsspecifieke kader van het Besluit. Dit gebiedsspecifieke beleid moet worden vastgelegd in een nota bodembeheer. Zowel de bodemkwaliteitskaart, de bodemfunctieklassenkaart als de nota bodembeheer moeten door de Gemeenteraad worden vastgesteld. Hierop is een procedure van toepassing uit de Algemene wet bestuursrecht, Afdeling 3.4 (Art. 3:10). Pagina 13

3 Conclusies CSO Adviesbureau voor Milieu-Onderzoek B.V. heeft in opdracht van de gemeente Huizen de bodemkwaliteitskaart opgesteld. In de bodemkwaliteitskaart zijn op basis van historie, gebruik en bodemkwaliteit in totaal 7 bodemkwaliteitszones onderscheiden in de boven- en ondergrond: Bovengrond (0,0-0,5 m.-mv) B1. Oude Dorp B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost B3. Noorder- en Zuidereng B4. Industrieterrein B5. Bebouwd buitengebied B6. Overig buitengebied Ondergrond (0,5-2,0 m.-mv) O1. Ondergrond gemeente Huizen De volgende gebieden zijn uitgezonderd van de bodemkwaliteitskaart (dieptetraject 0,0-2,0 m. -mv): De Rijkswegen en provinciale wegen inclusief de wegbermen (andere beheerorganisatie). Locaties met, of die verdacht zijn voor, een sterke bodemverontreiniging inclusief stortplaatsen. Gesaneerde locaties in het kader van de Wet bodembescherming. De bodemlaag dieper dan 2 meter beneden het maaiveld. De waterbodems en buitendijks gebied die onder het beheer vallen van Rijkswaterstaat, maar uitgezonderd de drogere oevergebieden zoals gedefinieerd in de Waterregeling. Het grondwater. Alle zones zijn vastgesteld voor de stoffen barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel, zink, minerale olie en de stofgroepen polychloorbifenylen (PCB) en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK). Voor de uitgezonderde en/of niet-gezoneerde gebieden geldt het generieke kader van het Besluit bodemkwaliteit. Dit betekent dat de kwaliteit van de toe te passen grond of baggerspecie enerzijds moet voldoen aan de maximale n van de functie die voor de ontvangende bodem is aangegeven op de bodemfunctieklassenkaart (zie bijlage 4). Anderzijds moet de kwaliteit van de ontvangende bodem worden onderzocht om vast te stellen of de kwaliteit van de toe te passen grond of baggerspecie van een betere of vergelijkbare kwaliteit is. De strengste toepassingseis is leidend voor de locatie. Op de ontgravingskaart (bijlagen 7A en 7B) zijn de kwaliteitsgegevens weergegeven van de te ontgraven bovenen ondergrond. Op de toepassingskaart voor de boven- en ondergrond (bijlagen 8A en 8B) zijn de toepassingseisen weergegeven die gelden voor een gebied als een partij grond wordt toegepast. In tabel 3.1 is een totaaloverzicht gegeven van alle zones. Het generieke kader van het Besluit bodemkwaliteit kan voor bijna alle bodemkwaliteitszones worden gebruikt. Voor de zones B3 en B5 is de toepassingseis strenger dan de ontgravingskwaliteit van deze zone. Pagina 14

De gemeente Huizen heeft gebiedsspecifiek beleid opgesteld om enerzijds knelpunten bij het nuttig toepassen van grond in deze gebieden op te lossen, en anderzijds ambities te realiseren. In de nota bodembeheer 13 is hier nader op ingegaan. Tabel 3.1: Totaaloverzicht bodemkwaliteitszones, bodemfunctieklassen, bodemkwaliteitsklassen, ontgravingsklassen, toepassingsklassen en controle saneringscriterium volgens het generieke kader van het Besluit bodemkwaliteit [3]. (Voor de bodemfunctieklasse is de overheersende klasse van de zone afgebeeld.) Bodemkwaliteitszone Bovengrond (0,0-0,5 m. -mv) Bodemfunctieklasse Bodemkwaliteitsklasse Ontgravingsklasse Toepassingsklasse Controle saneringscriterium B1. Oude Dorp Wonen Wonen Wonen Wonen - B2. Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur - B3. Noorder- en Zuidereng Wonen Wonen Industrie Wonen - B4. Industrieterrein Industrie Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur - B5. Bebouwd buitengebied Wonen Wonen Industrie Wonen - B6. Overig buitengebied Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur - Ondergrond (0,5-2,0 m. -mv) O1. Ondergrond gemeente Huizen niet van toepassing Industrie Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur Landbouw/natuur - 13 Nota bodembeheer gemeente Huizen, projectcode 12M474, CSO Adviesbureau voor Milieu-Onderzoek B.V., 2013 Pagina 15

Pagina 16

Bijlage 1 Begrippenlijst Bagger(specie) Baggerspecie is materiaal dat is vrijgekomen uit de bodem via het oppervlaktewater of de voor dat water bestemde ruimte en bestaat uit minerale delen met een maximale korrelgrootte van 2 millimeter en organisch stof in een verhouding en met een structuur zoals deze in de bodem van nature wordt aangetroffen, alsmede van nature in de bodem voorkomende schelpen en grind met een korrelgrootte van 2 tot 63 millimeter. Bodemkwaliteitskaart De bodemkwaliteitskaart bestaat uit drie hoofdkaarten: 1. Een kaart met uitgesloten locaties en deelgebieden. 2. De ontgravingskaart (deze kaart mag onder bepaalde voorn worden gebruikt als bewijsmiddel voor de chemische kwaliteit van de te ontgraven grond, als deze grond elders nuttig wordt toegepast). 3. De toepassingskaart (deze kaart geeft de maximale kwaliteitseisen weer waaraan de toe te passen grond moet voldoen). Bodemkwaliteitsklasse In het Besluit bodemkwaliteit worden bodemkwaliteitszones afhankelijk van de gemiddelde kwaliteit ingedeeld in één van de drie onderscheiden bodemkwaliteitsklassen: Klasse Landbouw/natuur. Klasse Wonen. Klasse Industrie. Bij de toetsmethodiek voor Landbouw/natuur wordt uitgegaan van een staffel voor het aantal toegestane overschrijdingen van de functien. Voor de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Huizen is het basispakket van toepassing. Er mogen daarom 2 overschrijdingen voorkomen. Voor de klasse Wonen is een aanvullende toetsing van toepassing. Klasse Landbouw/natuur (Achtergrond AW2000): Alle gehalten voldoen aan de Achtergrondn (AW2000), met uitzondering van het toegestane aantal overschrijdingen. De overschrijding mag maximaal twee maal de norm voor de klassegrens Achtergrondn (AW2000) bedragen. Elke overschrijding is lager dan de norm voor klassegrens Wonen (exclusief nikkel en PCB). Klasse Wonen: Alle gehalten voldoen aan de klassegrens Wonen, met uitzondering van het toegestane aantal overschrijdingen. De overschrijding mag maximaal de norm voor de klassegrens Wonen plus de norm voor de klassegrens Achtergrondn (AW2000) bedragen, exclusief nikkel. De overschrijding van nikkel mag maximaal de norm voor de klassegrens Industrie bedragen. Klasse Industrie: Als de indeling niet leidt tot de indeling in klasse Wonen of Achtergrondn (AW2000) wordt de bodemkwaliteit ingedeeld in de klasse Industrie.

Bodemkwaliteitszone Een deel van een beheergebied waarvoor geldt dat er sprake is van een zelfde gebiedseigen bodemkwaliteit, waarbij zowel de verwachtings als de mate van variabiliteit van belang zijn. De spreiding van gehalten binnen een bodemkwaliteitszone is relatief laag. Een bodemkwaliteitszone is begrensd in het horizontale vlak èn het verticale vlak (diepte). Bijzondere omstandigheden Voor een binnen een bodemkwaliteitszone liggend gebied geldt dat er sprake is van bijzondere omstandigheden, als er voor dat gebied een afwijkende verwachtings geldt ten opzichte van de verwachtings van de betreffende bodemkwaliteitszone. Te denken valt aan voor bodemverontreiniging verdachte locaties, onderzochte locaties, locaties waar een sanering heeft plaatsgevonden en locaties met onverwachte visuele waarnemingen (kleur, geur en hoeveelheid bijmenging bodemvreemd materiaal). Ook beschermde gebieden zoals bijvoorbeeld voor de ecologie, archeologie, aardkundige n, cultuurhistorie en waterwin- en grondwaterbeschermingsgebieden vallen onder de bijzondere omstandigheden. BUS-melding Melding van een voorgenomen sanering in het kader van het Besluit Uniforme Saneringen, conform artikel 39b van de Wet Bodembescherming. Deelgebied Deel van een beheergebied waarvoor geldt dat dit op eenduidige wijze kan worden gekarakteriseerd door middel van de voor het beheergebied geldende onderscheidende gebiedskenmerken. In tegenstelling tot de bodemkwaliteitszone is er voor het deelgebied nog geen toetsing uitgevoerd of het daadwerkelijk een bodemkwaliteitszone is. Wanneer een deelgebied uit meerdere terreinen bestaat die niet aan elkaar grenzen, worden de individuele gebieden aangeduid als niet-aaneengesloten deelgebieden. Diffuse chemische bodemkwaliteit De diffuse chemische bodemkwaliteit in een bepaald gebied is de verdeling van gehalten van stoffen in dat gebied waarvoor de bodemkwaliteitskaart is vastgesteld. Deze verdeling kan worden gekwantificeerd door statistische parameters (gemiddelde, percentieln). Frequentieverdeling 140 50-perc Aantal w aarnem ingen 120 100 80 60 40 20 gemiddelde 95-perc 0 Gehalten (mg/kg)

Grond Onder dit begrip vallen onder andere: zand, veen, klei en löss. Het Besluit bodemkwaliteit definieert grond als volgt: Vast materiaal dat bestaat uit minerale delen met een maximale korrelgrootte van 2 millimeter en organische stof in een verhouding en met een structuur zoals deze in de bodem van nature worden aangetroffen, alsmede van nature in de bodem voorkomende schelpen en grind met een korrelgrootte van 2 tot 63 millimeter, niet zijnde baggerspecie. Ook verontreinigde grond die is gereinigd en ontwaterde of gerijpte baggerspecie worden als grond beschouwd. Grond die in het kader van het Besluit bodemkwaliteit nuttig wordt toegepast mag maximaal 20 gewichtsprocent aan bodemvreemd materiaal bevatten. In gebiedsspecifiek beleid kunnen hieraan strengere eisen worden gesteld. Heterogeniteit Wanneer de diffuse bodemverontreiniging in een zone zeer heterogeen is verdeeld, is de betrouwbaarheid van het gemiddelde gehalte in de zone ook kleiner. Bij zones met een hoge heterogeniteit kan de gemeente besluiten dat de bodemkwaliteitskaart in bepaalde situaties niet gebruikt mag worden als bewijsmiddel omdat het vastgestelde gemiddelde gehalte een te lage betrouwbaarheid heeft. Een zekere heterogeniteit op zich hoeft overigens geen probleem te zijn zolang er geen sprake is van een gebruiksrisico. De heterogeniteit van een stof in een zone wordt bepaald door een index die volgt uit de volgende formule: P95 P5 heterogeniteit = Maximale industrie Achtergrond De beoordeling van de heterogeniteitsindex is als volgt: Index < 0,2 : weinig heterogeniteit 0,2 < Index < 0,5 : beperkte heterogeniteit 0,5 < Index < 0,7 : er is sprake van heterogeniteit Index > 0,7 : sterke heterogeniteit Interventie Wanneer een gemeten gehalte hoger is dan de interventie uit de Wet bodembescherming wordt gesproken over een sterke verontreiniging of sterk verhoogd gehalte. De interventien zijn vastgelegd in de Circulaire bodemsanering 2009, zoals gewijzigd op 3 april 2012 (Staatscourant 2012, 6563). Niet gezoneerd deelgebied Deelgebieden kunnen worden gezoneerd wanneer er voldoende waarnemingen zijn om te voldoen aan de eisen uit de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten. Wanneer er onvoldoende waarnemingen zijn, kan de actuele diffuse chemische bodemkwaliteit van het gebied niet met een voldoende onderbouwing en betrouwbaarheid worden bepaald en wordt het deelgebied niet gezoneerd. Een deelgebied kan ook niet worden gezoneerd als niet wordt voldaan aan de eisen voor de spreiding van de waarnemingen uit de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten. Een niet gezoneerd (deel)gebied kan ook ontstaan als de gemeente er bewust voor kiest een gebied niet op te nemen in de bodemkwaliteitskaart (zie ook: Uitgesloten gebied).

Nota bodembeheer Document behorende bij de bodemkwaliteitskaart waarin de volgende aspecten aan de orde komen: één of meerdere kaarten met de begrenzing van het bodembeheergebied en de bodemfuncties een (water)bodemkwaliteitskaart; een toelichting op de maatschappelijke opgave en het grondverzet en de verwachte ruimtelijke ontwikkelingen in de toekomst; de Lokale Maximale Waarden, inclusief motivatie en de resultaten van de risicotoolbox; (indien van toepassing) de maximale gewichtspercentage bodemvreemd materiaal inclusief onderbouwing en motivatie. Daarnaast kan in een Nota bodembeheer aandacht worden besteedt aan duurzaam bodembeheer of de (diepere) ondergrond. Onderscheidende gebiedskenmerken Kenmerken waarvan verwacht wordt dat deze een verband vertonen met de bodemkwaliteit. Bijvoorbeeld: bodemtype, geomorfologie, landgebruik, historie, huidig gebruik. Bij het actualiseren van een bodemkwaliteitskaart kan de vastgestelde bodemkwaliteit in de bestaande kaart ook als (aanvullend) onderscheidend gebiedskenmerk worden vastgesteld. Ontgravingskaart De ontgravingskaart geeft de kwaliteit aan van de eventueel te ontgraven grond op een niet voor bodemverontreiniging verdachte locatie. De ontgravingskwaliteit is gebaseerd op de gemiddelde gehalten van een zone en getoetst aan de toetsingsn uit het Besluit bodemkwaliteit. De bodemkwaliteitszones kunnen vallen in de ontgravingsklassen Landbouw/natuur (achtergrondn -AW2000), Wonen, Industrie of niet-toepasbaar. Bij de toetsmethodiek voor Landbouw/natuur wordt uitgegaan van een staffel voor het aantal toegestane overschrijdingen van de functien. Voor de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Huizen is het basispakket van toepassing. Er mogen daarom 2 overschrijdingen voorkomen. Klasse Landbouw/natuur (Achtergrond AW2000): Alle gehalten voldoen aan de Achtergrondn (AW2000), met uitzondering van het toegestane aantal overschrijdingen. De overschrijding mag maximaal twee maal de norm voor de klassegrens Achtergrondn (AW2000) bedragen. Elke overschrijding is lager dan de norm voor klassegrens Wonen (exclusief nikkel en PCB). Klasse Wonen: De gehalten voldoen niet aan de klasse Landbouw/natuur en de norm voor klassegrens Wonen wordt niet overschreden. Klasse Industrie: De norm voor klassegrens Wonen wordt overschreden. De norm voor klasse grens Industrie wordt niet overschreden. Klasse Niet toepasbaar: De norm voor klassegrens Industrie wordt overschreden. Percentiel/percentiel Waarde waar beneden een bepaald percentage van de waarnemingen gelegen is. Bijvoorbeeld 90-percentiel: 90% van de waarnemingen ligt beneden deze.

Standaarddeviatie Ook wel standaardafwijking genoemd. Mate voor de spreiding van waarnemingen in een dataset. De berekening hiervan is als volgt: n stdev= (1/n ( x x) 2 ) x=1 Hierbij is n het aantal waarnemingen, x een individuele waarneming en x het gemiddelde van de waarnemingen. Toepassingskaart Bij de toepassingskaart wordt gekeken naar de vastgestelde bodemkwaliteit en de (toekomstige) functie van de bodem. Op basis van deze dubbele toets, waarbij de strengste toets doorslaggevend is, wordt aan elke zone de toepassingseis vastgesteld waaraan de toe te passen grond of baggerspecie aan moet voldoen. Tabel: Voorbeelden van toepassingseisen per combinatie bodemfunctie- en kwaliteitsklasse Bodemfunctieklasse Bodemkwaliteitsklasse Toepassingseis Geen functie Landbouw/natuur Landbouw/natuur Geen functie Wonen Landbouw/natuur Geen functie Industrie Landbouw/natuur Wonen Landbouw/natuur Landbouw/natuur Wonen Wonen Wonen Wonen Industrie Wonen Industrie Landbouw/natuur Landbouw/natuur Industrie Wonen Wonen Industrie Industrie Industrie Toetsing grondverzet Om te beoordelen of grondverzet is toegestaan wordt de kwaliteit van de aan te brengen grond vergeleken met de toepassingseis. De kwaliteit van de aan te brengen grond kan worden bepaald op basis van een bodemkwaliteitskaart, partijkeuring of een ander erkend bewijsmiddel. De toepassingseis op basis van de bodemkwaliteitskaart (gezoneerde gebieden) of bodemonderzoek van de ontvangende bodem (niet gezoneerde gebieden). Kwaliteit toe te passen grond Toepassingseis Toepassing toegestaan? Wonen Wonen Ja Industrie Wonen Nee Landbouw/natuur Wonen Ja Wonen Industrie Ja Industrie Industrie Ja Landbouw/natuur Industrie Ja Wonen Landbouw/natuur Nee Industrie Landbouw/natuur Nee Landbouw/natuur Landbouw/natuur Ja

Toetsingsn Besluit bodemkwaliteit Om een bodemkwaliteitszone in te delen in een bodemkwaliteitsklasse moet een toetsing plaatsvinden aan de gestelde normen uit het Besluit en de Regeling bodemkwaliteit. Voor het toepassen van grond of baggerspecie op of in de bodem en voor het verspreiden van baggerspecie over het aangrenzende perceel zijn in de onderstaande matrix de toetsingsnormen(voor standaardbodem in mg/kg ds) opgenomen: Tabel: Toetsingsnormen (in mg/kg ds voor standaardbodem -lutum 25%, org.stof 10%-) Stof Maximale n landbouw/natuur Maximale n wonen Maximale n industrie (achtergrondn: AW2000) Arseen 20 27 76 Barium * 190 550 920 Cadmium 0,60 1,2 4,3 Chroom 55 62 180 Koper 40 54 190 Kwik 0,15 0,83 4,8 Lood 50 210 530 Molybdeen 1,5 88 150 Nikkel * 35 39 100 Zink 140 200 720 Som PAK 1,5 6,8 40 Som PCB * 0,02 0,02 ** 0,5 Minerale olie 190 190 500 * De normstelling in Besluit bodemkwaliteit voor barium en nikkel zijn door het Ministerie van VROM sinds 1 april 2009 gewijzigd (Staatscourant, 7 april 2009). De normstelling voor PCB is per 22 november 2010 gewijzigd (Staatscourant, 19 november 2010). Voor nikkel en PCB vindt voor schone grond (klasse Landbouw/natuur) geen toetsing meer plaats aan de maximale voor de bodemkwaliteitsklasse wonen. Voor barium is besloten alle toetsingsnormen tijdelijk in te trekken als aangetoond kan worden dat er geen sprake is van een verontreiniging veroorzaakt door activiteiten van de mens. **Als voor te veel stoffen (zie tabel staffel) een overschrijding van maximaal twee maal de norm voor de klassegrens Achtergrond (AW2000, Landbouw/natuur) is vastgesteld, dan mag er geen gebruik meer gemaakt worden van de voornoemde uitzonderingsregel voor PCB. In die situatie moet PCB worden getoetst aan de maximale Wonen waardoor de partij grond in de kwaliteitsklasse Industrie kan vallen. Uitbijter Een uitbijter is een waarneming/gehalte in het gegevensbestand die niet representatief is voor de diffuse chemische bodemkwaliteit in een deelgebied. De (potentiële) uitbijters worden met een visuele methode (scatterplots) inzichtelijk gemaakt. Het niet representatieve gehalte is het gevolg van duidelijk aantoonbare menselijke activiteiten: puntverontreinigingen, verdachte locaties, typfouten tijdens invoer. Uitgesloten/Uitgezonderd gebied Uitgesloten gebieden zijn terreinen die op beleidsmatige grond niet kunnen worden opgenomen in de bodemkwaliteitskaart of niet voldoen aan de minimumeisen voor het aantal en de spreiding van de waarnemingen uit de Richtlijn bodemkwaliteitskaarten. Voorbeelden zijn onder andere terreinen waar de gemeente niet het bevoegd gezag voor het Besluit bodemkwaliteit is zoals buitendijks gebied. Terreinen waar sprake is van een sanering of verontreiniging door een lokale activiteit worden eveneens uitgezonderd van de bodemkwaliteitskaart. Maar ook terreinen die in het beheer zijn van andere organisaties zoals Rijkswaterstaat (rijkswegen), de provincie (provinciale wegen) of de SBNS (spoorgebonden gronden) worden soms uitgezonderd van de bodemkwaliteitskaart. Variabiliteit Mate waarin de gehalten binnen een bodemkwaliteitszone varieert. Variatiecoëfficiënt Maat voor de spreiding in gehalten (standaarddeviatie gedeeld door het gemiddelde). Zie tevens Standaarddeviatie.

Bijlage 2 Specificatie uitbijters

Bijlage 2: Uitbijters BG Oude dorp Prinses Irenestraat 11a (Gebr Poort) Verkennend Onderzoek 2 MM1 1001142 Koper (110) Autoreparatiebedrijf BG Oude dorp Prinses Irenestraat 11a (Gebr Poort) Verkennend Onderzoek 2 MM2 1001143 Koper (99) Autoreparatiebedrijf BG Oude dorp Lindenlaan 69 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM3 1001183 Olie (96) Benzinepompinstallatie BG Oude dorp Havenstraat 28/Taanderstraat 8-10 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 mm2 100899 PCB (0,049) Een nul te weinig ingevoerd? BG Oude dorp Botterstraat 15-17 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM1 1002230 Lood (440) Autoreparatiebedrijf BG Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Gooillandweg-Haardstedelaan Rotonde Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM01 1002703 Zink (120) Sporen puin BG Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Stad en Lande Verkennend onderzoek NEN 5740 1 BG MM4 1001588 PAK (5,94) Bijmeningen BG Oostermeent/Bijvank en Kom Oost Labradorstroom 75 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 mm1 100085 PAK (5,5) Puin BG Noorder- en Zuidereng Jan Steenlaan/De Savornin Lohmanlaan Verkennend onderzoek NEN 5740 1 M01 1002330 Barium (290), Zink (230), PAK (7,5) Bijmeningen BG Noorder- en Zuidereng Jacob van Wassenaerstraat 5 Verkennend bodemonderzoek NEN 5740 1 MM1 101443 PAK (6,5) Zwak puin BG Noorder- en Zuidereng Jacob van Wassenaerstraat 5 Verkennend bodemonderzoek NEN 5740 1 1 1001341 Olie (92) Tank BG Industrieterreinen Ambachtsweg 16 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 mm1 100226 Koper (18) Smederij BG Industrieterreinen Energieweg 5 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 mm1 100764 Nikkel (60) Invoerfout? Conclusie meldt dit niet. BG Bebouwd buitengebied Amersfoortsestraatweg, tracé thv 180c-194 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 M3 1002625 o.a. Barium (220), Koper (160), Lood (250), Zink (180) Zwak puin BG Overig buitengebied Lage Laarderweg 110 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 mm1 100115 Lood (280) Monster; is na heranalyse niet meer aangetroffen OG Oude dorp Botterstraat 15-17 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM2 1002231 Autoreparatiebedrijf OG Kom Oost Stad en Lande Verkennend onderzoek NEN 5740 1 OG M4 1001595 Bijmeningen OG Kom Oost Gooillandweg-Haardstedelaan Rotonde Verkennend onderzoek NEN 5740 1 M04 1002696 Sporen puin OG Kom Oost Gooillandweg-Haardstedelaan Rotonde Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM03 1002705 Sporen puin OG Oostermeent/Bijvank en Noorder- en Zuidereng Jan Steenlaan/De Savornin Lohmanlaan Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM03 1002332 Bijmeningen OG Oostermeent/Bijvank en Noorder- en Zuidereng Holleblok ong Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM3 100041 Bijmeningen OG Bebouwd buitengebied Museumlaan 10 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM3 1002212 Monster; is na heranalyse niet meer aangetroffen OG Bebouwd buitengebied Amersfoortsestraatweg, tracé thv 180c-194 Verkennend onderzoek NEN 5740 1 MM5 1002672 Zwak puin Projectcode: