DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Vergelijkbare documenten
DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

ons kennlerk llaa4/ba/u-04- OVB/2011/79

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake de openbaarheid van bestuur DE BEROEPSINSTANTIE

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake de openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake de openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie DE BEROEPSINSTANTIE

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

Openbaarheid van bestuur decreet van 26 maart 2004

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

BEROEPSINSTANTIE INZAKE DE OPENBAARHEID VAN BESTUUR

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie

Geachte mevrouw, geachte heer,

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

beroepsinstantie inzake de openbaarheid van bestuur; DE BEROEPSINSTANTIE

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Geachte mevrouw, geachte heer,

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

DE BEROEPSINSTANTIE. Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

DECREET VAN 26 maart 2004 BETREFFENDE DE OPENBAARHEID VAN BESTUUR

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Nota: Openbaarheid van bestuur.doc

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie. DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur

Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur

Transcriptie:

Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie Vlaamse Regering Diensten voor het Algemeen Regeringsbeleid Afdeling Kanselarij Boudewijnlaan 30, bus 20 1000 Brussel tel. secretariaat: 02/553.57.03 fax secretariaat: 02/553.57.02 e-mail: openbaarheid@vlaanderen.be Dossiernummer: OVB/2009/11 DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 tot oprichting van de beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie; Gelet op het oorspronkelijke verzoek van xxxx bij mailbericht d.d. 8 december 2008, gericht aan de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel N.V. (verder BAM ), Rijnkaai 37 te 2000 Antwerpen, waarbij werd verzocht om een digitaal afschrift te verlenen van Tijdens het debat in de Bourlaschouwburg op 3 november 2008 werden door de woordvoerder van de BAM in primeur cijfergegevens getoond voor verkeersbewegingen tijdens de ochtendspits in 2020. Graag wens ik een afschrift van het document met de verkeerscijfers voor 2020 waaruit deze gegevens werden afgeleid (punt 1); Het studiedocument waarin de tellingen aan alle Scheldeovergangen zijn opgenomen voor het in kaart brengen van de trafiekstromen uitgevoerd in het begin van 2005 door TV SAM (punt 2); De documenten waarnaar werd verwezen tijdens de eerste BAM-publiek op 8 december 2008 waarin de verschillende problemen en of oplossingen vermeld zijn om de tunnelveiligheid van de Kennedytunnel conform te maken aan de minimumveiligheidseisen voor tunnels in het trans-europese wegennet (punt 3); Gelet op het mailbericht d.d. 24 december 2008 vanwege de BAM aan xxxx waarbij wordt aangegeven dat het studiedocument (punt 2) zal worden bezorgd, maar waarbij eveneens wordt aangegeven dat de BAM niet beschikt over de andere gevraagde documenten (punt 1 en 3); Gelet op het beroepschrift van xxxx, bij mailbericht d.d. 11 januari 2009, tegen de weigeringsbeslissing van de BAM van 24 december 2008 met betrekking tot de punten 1 en 3; Gelet op de registratie van het beroepschrift op 12 januari 2009; 1

Wat de ontvankelijkheid betreft: Overwegende dat de in beroep aangevochten beslissing van de BAM dateert van 24 december 2008 en dat de beroepsmogelijkheid en modaliteiten werden vermeld in voormelde beslissing, zoals voorgeschreven in artikel 35 van het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Overwegende dat het beroepschrift de datum draagt van 11 januari 2009 en geregistreerd is op 12 januari 2009; dat het beroep binnen de in artikel 22, lid 2 van het decreet van 26 maart 2004 gestelde termijn van 30 dagen is ingediend; Overwegende dat het ingediende beroepschrift bijgevolg als ontvankelijk wordt beschouwd; Wat de gegrondheid betreft: Eerste onderdeel: document met de verkeerscijfers voor 2020 (verkeersbewegingen ochtendspits 2020) Overwegende dat dit onderdeel van het voorwerp van het beroep als volgt kan worden verduidelijkt; Overwegende dat in een verzoek d.d. 7 november 2008 de verzoeker de cijfers heeft gevraagd, uit het verkeerssimulatiemodel MMA2+, van de passages voor personenwagens en vrachtverkeer voor de telpunten: Liefkenshoektunnel, Waaslandtunnel, Temsebrug en alle telpunten zoals ze zijn weergegeven voor 2015 op plan in de bijlage 3: te verwachten verkeersdensiteiten tijdens avondspitsuur voor de drie randvoorwaarden van het studierapport Kwalitatieve vergelijking alternatieven Oosterweelverbinding van het milieueffectenrapport voor het Masterplan Antwerpen-Oosterweelverbinding en dit voor de jaren 2020 en 2030; Overwegende dat de BAM in de weigeringsbeslissing d.d. 21 november 2008 heeft geantwoord dat er met het verkeerssimulatiemodel MMA2+ slechts cijfers werden berekend tot en met 2015, dus niet voor 2020 of 2030, en dat bijgevolg de aanvraag zonder voorwerp was; dat de verzoeker in zijn beroepschrift, dat de beroepsinstantie heeft behandeld in het dossier OVB/2008/170, echter stelde dat cijfergegevens voor 2020 waarvan hij aannam dat deze met behulp van het MMA2+ model werden berekend of ervan werden afgeleid publiekelijk zijn bekend gemaakt op een debat dat plaatsvond op 3 november 2008 in de Antwerpse Bourlaschouwburg; dat zoals werd weergegeven in de beslissing van de beroepinstantie in het dossier OVB/2008/170 - de beroepsinstantie per e-mail op 9 en 16 december 2008 de BAM om toelichting heeft aangeschreven; dat de BAM in een mailbericht d.d. 15 december 2008 en in een aanvullende mail d.d. 17 december 2008 heeft laten weten dat de cijfers voor 2020, zoals gepresenteerd tijdens het debat van 3 november 2008, niet werden berekend door het model MMA2+, maar wel door het nieuwe model MMA3.5; dat het Vlaamse Verkeerscentrum, dat deze verkeerssimulatiemodellen beheert, dit nieuwe model recent een aantal scenario s heeft laten berekenen op basis van voorgenomen beleidsbeslissingen op diverse bestuursniveaus; dat door de BAM verder werd geponeerd dat de cijfers van deze scenario s te beschouwen zijn als ruwe inschattingen op langere termijn en tot op heden op geen enkele manier gevalideerd zijn; dat deze validatie essentieel is in deze, nu het resultaat van de berekeningen door het model volkomen afhankelijk is van de 2

ingevoerde parameters; dat deze informatie bijgevolg nog niet gefinaliseerd is en nog op geen enkele manier heeft bijgedragen tot de besluitvorming van de BAM; dat de beroepsinstantie in de beslissing in het dossier OVB/2008/170 heeft moeten vaststellen dat in het oorspronkelijke verzoek d.d. 7 november 2008 de verzoeker de cijfers vraagt uit het verkeerssimulatiemodel MMA2+ van de passages voor personenwagens en vrachtverkeer voor bepaalde telpunten voor het jaar 2020, maar dat redelijkerwijze de door de BAM verleende toelichting mag worden aangenomen en dat bijgevolg, voor wat de cijfers voor 2020 betreft, er geen cijfers voor het aantal passages voor personenwagens en vrachtverkeer uit het verkeerssimulatiemodel MMA2+ voorhanden zijn en er bijgevolg dan ook geen afschrift kan van worden gegeven; dat het ingestelde beroep, met betrekking tot dit onderdeel van het beroepschrift d.d. 7 december 2008, dan ook als ongegrond diende te worden verklaard; Overwegende dat de verzoeker, bij mailbericht d.d. 3 januari 2009, een beroepschrift had ingediend tegen het uitblijven van een beslissing van de BAM over zijn, ook in deze beroepsprocedure betrokken, aanvraag van 8 december 2008; dat dit beroepschrift door de beroepsinstantie is behandeld in het dossier OVB/2009/05; dat, op grond van de mededeling van verzoeker, bij mail d.d. 5 januari 2009, dat de BAM alsnog de gegevens digitaal heeft doorgezonden, maar dat, omwille van een technisch probleem de mail van de BAM niet in zijn mailbox was terechtgekomen en dat het beroepschrift d.d. 3 januari 2009 als onbestaand te beschouwen was, de beroepsinstantie in het dossier OVB/2009/05 de afstand van het beroep van 3 januari 2009 heeft vastgesteld; Overwegende dat in huidig beroepschrift de verzoeker zich voorziet in beroep tegen de beslissing van de BAM van 24 december 2008 op zijn oorspronkelijk verzoek van 8 december 2008; dat in deze beslissing, m.b.t. het eerste onderdeel, de BAM opmerkt dat de cijfergegevens mondeling werden verstrekt en dat er derhalve geen ander document voorhanden is waarin deze gegevens figureren dan de presentatie zoals getoond tijdens het publieke debat van 3 november 2008; dat de BAM eveneens meedeelt dat de verkeerssimulatiemodellen en de informatie daaromtrent berusten bij het Vlaamse Verkeerscentrum; Overwegende dat in overeenstemming met artikel 7, tweede lid van het decreet van 26 maart 2004 het recht op passieve openbaarheid betrekking heeft op bestuursdocumenten; dat op grond van deze bepaling elke instantie in principe verplicht is aan eenieder die erom verzoekt inzage te geven in, uitleg te verschaffen over of een afschrift te bezorgen van de gewenste bestuursdocumenten, dat de openbaarmaking slechts kan geweigerd worden mits toepassing wordt gemaakt van één of meerdere uitzonderingsgronden, zoals gestipuleerd in de artikelen 11 tot en met 15 van voormeld decreet; dat artikel 3, 4 van het decreet van 26 maart 2004 een bestuursdocument definieert als de drager, in welke vorm ook, van informatie waarover een instantie beschikt; Overwegende dat de verzoeker in zijn beroepschrift de volgende argumentatie aanhaalt: "Nu luidt het antwoord dat er geen ander document bestaat dan datgene wat tijdens de presentatie werd getoond. Op de bewuste slides was geen vermelding te zien van een auteur. Bijgevolg mag aangenomen worden dat de BAM zelf auteur is van de getoonde tekeningen met verkeerscijfers tijdens de presentatie in het Bourlatheater. Uit het antwoord van de BAM blijkt eveneens dat deze slides werden opgemaakt op basis van materiaal dat werd verstrekt aan de BAM op haar verzoek door het Vlaams Verkeerscentrum. Bijgevolg bestaat er wel aanvullend materiaal voor de verkeersbewegingen in 2020. Aan de beroepsinstantie heeft de BAM reeds eerder laten weten dat de cijfergegevens voor 2020 3

berusten op een nieuw scenario. Het is niet aannemelijk dat dit nieuw scenario slechts zo summier werd afgeleverd aan de BAM als getoond tijdens de presentatie. In de beelden in de Bourla werden immers de totale verkeersbewegingen op één plaats en niet de verkeersbewegingen in een specifieke richting voorgesteld. Bovendien werd door de BAM op 5 november 2008 een uitgebreidere set van verkeerscijfers voor 2020 geleverd aan de Stafdienst van de Vlaamse regering voor het onafhankelijk onderzoek betreffende de alternatieven voor de Oosterweelverbinding. Dit werd mij mondeling bevestigd door deze dienst. Bijgevolg is aangetoond dat het antwoord van de BAM betreffende 1 niet overeenstemt met de waarheid. Het heeft er alle schijn van dat alles in het werk wordt gesteld om cijfermateriaal inzake verkeersbewegingen niet publiek te maken." Overwegende dat de beroepsinstantie per e-mail op 13 januari 2009 de BAM om toelichting heeft aangeschreven; dat de BAM in een mailbericht d.d. 19 januari 2009 heeft laten weten dat inderdaad aan de verzoeker werd meegedeeld dat de cijfergegevens voor 2020, zoals gepresenteerd tijdens het Bourla-debat, aan de BAM mondeling werden verstrekt; dat het concreet hierop neerkomt dat, degenen die de PowerPoint-presentatie voor het Bourla-debat hebben gerealiseerd, in functie daarvan contact hebben gehad met een derde en dat zij op basis van de aldus verkregen informatie de bestaande schematische weergave van de Ring in de diverse zones hebben aangevuld met nieuwe cijfergegevens; dat, aldus de BAM, de bewering van de verzoeker als zou de BAM zelf een ruimer dossier met cijfers voor 2020 hebben overgemaakt aan het studiebureau ARUP-SUM, dat het onafhankelijke alternatievenonderzoek uitvoert, onjuist is; dat de BAM ten behoeve van het alternatievenonderzoek enkel verkeerscijfers heeft meegedeeld die ook in het bestek Oosterweelverbinding voorkomen, zijnde de gegevens die reeds eerder aan verzoeker en zijn actiecomité werden meegedeeld; dat de BAM vervolgt dat, indien ARUP-SUM in het bezit is van verkeerscijfers voor 2020, de BAM dan enkel kan vermoeden dat deze informatie rechtstreeks door het Vlaams Verkeerscentrum, zelf vertegenwoordigd in de administratieve begeleidingscommissie van het alternatievenonderzoek, werd aangeleverd; dat de BAM de beroepsinstantie eveneens in kennis stelt van het persbericht BAM hanteert steeds verkeersprognoses Vlaams Verkeerscentrum dat de BAM op 16 januari 2009 heeft gelanceerd; Overwegende dat in een bijkomende mail d.d. 29 januari 2009 op vraag van de beroepsinstantie om bijkomende verduidelijking, de BAM meedeelt dat geen uitgebreidere set van verkeerscijfers voor 2020 door de BAM werd aangeleverd voor het alternatievenonderzoek, noch aan het ARUP-SUM, noch aan de Stafdienst; dat de BAM vervolgt dat, indien die cijfers deel uitmaken van het alternatievenonderzoek, dit is, naar de BAM vermoedt, omdat ze aangeleverd werden door het Vlaamse Verkeerscentrum; Overwegende dat de beroepsinstantie redelijkerwijze de door BAM verleende toelichting mag aannemen; dat, gelet op wat hierboven werd uiteengezet, de beroepsinstantie moet vaststellen dat het door verzoeker gevraagde document niet voorhanden is binnen de BAM en er bijgevolg ook geen afschrift kan van worden gegeven; Overwegende dat het ingestelde beroep, wat dit onderdeel betreft, dan ook als ongegrond dient te worden verklaard; Tweede onderdeel: documenten tunnelveiligheid Kennedy-tunnel (verwijzing in BAM-publiek op 8 december 2008) 4

Oerwegende dat in de bestreden beslissing de BAM stelt dat, wat op 8 december 2008 aangaande de veiligheidsproblemen van de Kennedytunnel naar voor werd gebracht, louter bedenkingen waren die werden geformuleerd vanuit de binnen de BAM aanwezige kennis inzake de Kennedytunnel enerzijds en vanuit de opgedane kennis uit de analyse van de zogenaamde Tunnelrichtlijn in functie van de bouw van de Oosterweelverbinding anderzijds; dat er binnen de BAM geen specifiek document voorhanden is waarin voormelde bedenkingen zijn vervat; Overwegende dat de verzoeker in zijn beroepschrift de volgende argumentatie op dit onderdeel aanhaalt: "Op geregelde tijdstippen, tijdens de 11e voortgangsrapportage (Uittreksel uit de notulen van de 11e voortgangsrapportage: Karel Vinck: 'Het vrachtverbod in de Kennedytunnel wordt tevens door een aantal eisen van de Europese Commissie verantwoord. Indien we vrachtwagens door die tunnel willen laten rijden, zullen we significant moeten investeren. We zouden die tunnel aan de Europese normen moeten aanpassen. Dat zou in feite in een daling van de capaciteit resulteren.') en opnieuw tijdens de BAM-publiek van 8 december 2008 liet de BAM weten dat de vereiste aanpassingen aan de Kennedytunnel dermate kostelijk en ingrijpend zijn, dat ze niet in overweging kunnen genomen worden. Volgens het huidig antwoord van de BAM zou de BAM echter over geen enkel document (studie, analyse,..) beschikken waaruit ze deze conclusies trekt. Het lijkt me weinig aannemelijk dat de BAM deze gegevens aan een breed publiek en het Vlaams Parlement verstrekt zonder te beschikken over stukken om deze ingrijpende conclusies te kunnen staven." Overwegende dat de beroepsinstantie per e-mail op 13 januari 2009 de BAM ook omtrent dit punt om toelichting heeft aangeschreven; dat de BAM in een mailbericht d.d. 19 januari 2009 heeft laten weten dat er geen specifiek aanwijsbaar document bestaat waarin de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen om de Kennedytunnel geschikt te maken voor zwaar vervoer worden geëlaboreerd ; dat de projectleider Oosterweelverbinding voor BAM de Kennedytunnel door en door kent vanuit zijn professionele voorgeschiedenis en dat vanuit zijn huidige hoedanigheid hij uiteraard ook perfect op de hoogte is van de technische vereisten die thans door de Tunnelrichtlijn en de implementerende federale en regionale wetgeving worden opgelegd; dat het voor zich spreekt dat hij aangaande deze en andere thema's overleg heeft gepleegd met het management van BAM; dat dit verklaart waarom de voorzitter van de raad van bestuur van BAM ter gelegenheid van de voortgangsrapportage heeft verwezen naar de problematiek van de Kennedytunnel; dat hij zelf tijdens BAM-publiek zijn bedenkingen aangaande de Kennedytunnel heeft geventileerd als antwoord op een vraag uit het publiek; dat deze bedenkingen evenwel niet op papier staan en dat BAM evenmin opdracht heeft gegeven tot een studie aangaande de diverse veiligheidsproblemen, mogelijke oplossingen en kostprijs ervan; Overwegende dat ook met betrekking tot dit onderdeel de beroepsinstantie redelijkerwijze de door BAM verleende toelichting mag aannemen; dat, gelet op wat hierboven werd uiteengezet, de beroepsinstantie moet vaststellen dat de door verzoeker gevraagde documenten niet voorhanden zijn binnen de BAM en er bijgevolg ook geen afschrift kan van worden gegeven; Overwegende dat het ingestelde beroep, wat dit onderdeel betreft, dan ook als ongegrond dient te worden verklaard; 5

Na beraadslaging, BESLUIT: Het beroepschrift van xxxx d.d. 11 januari 2009 tegen de beslissing van de BAM van 24 december 2008 wordt ontvankelijk doch ongegrond verklaard. Brussel, 30 januari 2009 Voor de beroepsinstantie, afdeling openbaarheid van bestuur, Bruno ASSCHERICKX Voorzitter 6