Bijlagen: 1. Verordening

Vergelijkbare documenten
Gemeente Boxmeer. Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van de Verordening Wet Inburgering Gemeente Boxmeer. Nummer: de Raad van de gemeente Boxmeer

Raadsvoorstel. Brunssum, d.d. : 7 november 2006 Gemeenteblad : 2006/125 Afdeling Nr.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 maart 2007, gelet op de Wet inburgering (WI),

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19 mei 2009, gelet op de Wet inburgering (WI),

Verordening Wet inburgering Valkenburg aan de Geul

De gemeente heeft een aantal taken binnen de uitvoering van de WI.

: Verordening Wet Inburgering

De gemeente heeft een aantal taken binnen de uitvoering van de WI.

7. Soc. voorzieningen en maatsch. dienstverlening

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 11 Datum :

Inburgering De nieuwe Wet Inburgering

Beleidsplan inburgering in Midden-Delfland

Mandatering en afsluiten uitvoeringsovereenkomst Wet Inburgering met de ISD

BELEIDSREGELS WET INBURGERING

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d ;

RAADSVOORSTEL. Vergadering d.d.: 4/12/27 september Onderwerp: Beleidsnota Inburgering

Beleidsplan Wet inburgering

Algemene toelichting

Kadernotitie Wet inburgering Smallingerland. Gemeente Smallingerland Mei 2007

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 februari 2007, nummer 2007/15,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 februari 2007 en van 6 maart 2007; inzake de invoering van de Wet inburgering

Algemene toelichting Regels over de informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen

Agendanr. : 8 Voorstelnr. : Onderwerp : Invoering Wet Inburgering. Aan de Raad, Heerhugowaard, 30 januari 2007.

Bovengenoemde wetswijzigingen maken het noodzakelijk de huidige verordening Wet inburgering 2008 gemeente Leiden aan te passen.

Artikelsgewijze toelichting

Portefeuillehouder: W. Zorge Behandelend ambtenaar H. Alssema, (t.a.v. H. Alssema)

Algemene toelichting op de Verordening Wet Inburgering Tilburg

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

Samenleving Maart 2007 VISIENOTA INBURGERING

VERORDENING WET INBURGERING HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE 2013

komt of bij welk programma het hoort.

VERORDENING WET INBURGERING GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN 2012

Beleidsregels Wet Inburgering gemeente Stein

Inburgering in Midden-Delfland Beleidsplan inburgering

Zundertse regelgeving / Wetstechnische informatie

De gemeenteraad stelt de volgende regeling vast: Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Raadsvoorstel 26 januari 2012 AB RV

Verordening Wet inburgering 2007 Gemeente Asten 1 e wijziging

VERORDENING WET INBURGERING GEMEENTE HARDENBERG

EVALUATIE WET INBURGERING HAAREN

Algemene toelichting Verordening Wet inburgering 2010

Verordening Wet inburgering

Algemene toelichting

Verordening Wet inburgering gemeente Wierden 2013

Verordening Wet inburgering Oosterhout 2007

VERORDENING inburgering Lelystad 2007

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Vaststelling van de Verordening Wet Inburgering gemeente Hoorn Samenvoegen van Winvoorziening en voorziening oudkomers tot een reserve inburgering

Verordening Wet inburgering gemeente Nederweert

Verordening Wet inburgering gemeente Katwijk 2010

Algemene toelichting Verordening inburgering Drechtsteden.

Verordening Wet Inburgering 2010

besluit van de gemeenteraad

Algemene toelichting. Met ingang van 1 januari 2013 is de Wet inburgering gewijzigd.

Algemene toelichting

Verordening Wet inburgering - Artikelsgewijze toelichting

Verordening Wet Inburgering 2010 gemeente Woerden

Startnotitie. Wet Inburgering. Gemeente Oirschot

Initiatiefvoorstel aan de Raad

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 mei 2007,

VERORDENING WET INBURGERING

Verordening Wet Inburgering gemeente Landgraaf 2012

Doel van de Wet inburgering is ervoor te zorgen dat vreemdelingen die zich in Nederland vestigen:

Ter bevordering van de effectiviteit van beleid, gelijkheid in behandeling en rechtszekerheid voor de

VERORDENING INBURGERING DRECHTSTEDEN (noot van de redactie: geconsolideerde tekst per 7 juni 2012)

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Alkmaar; nr.

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen en vrijwillige inburgeraars

Verordening inburgering gemeente Rijssen-Holten

VERORDENING WET INBURGERING ZOETERWOUDE Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

VERORDENING EN BELEIDSREGELS INBURGERING HELMOND 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van < >; nr., inzake enige wijzigingen die in de Wet inburgering zijn doorgevoerd

Verordening Inburgering gemeente Rozendaal 2011

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250

b e s l u i t: vast te stellen de Verordening Wet Inburgering 2010 gemeente Woerden Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Beleidsregels behorend bij de Verordening Wet inburgering Helmond 2015

WIJZIGINGENOVERZICHT VERORDENING EN KADERNOTA INBURGERING N.A.V. WETSWIJZIGINGEN

gelezen het voorstel van het college van 18 augustus 2009, nr ; inzake enige wijzigingen die in de Wet inburgering zijn doorgevoerd;

Verordening Wet Inburgering gemeente Drechterland 2007

Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen en vrijwillige inburgeraars

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 januari 2010; BESLUIT:

Inburgering in Krimpen aan den IJssel en vanaf 2013

nieuwkoop Giiolfl' Verordening Wet Inburgering Gemeente Nieuwkoop 2012

Hoofdstuk 2 Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening

Hoofdstuk 2. Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Gemeenteblad van Zaltbommel 2010 Nr. 6.1

Notitie Wet Inburgering Gemeente Heusden

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Hoofdstuk 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN EN INFORMATIEVERSTREKKING

Informatiebijeenkomst BVNT2. Mohammed el Hamdaoui Beleidsadviseur DUO

= Besluitvormende raadsvergadering d.d. 24 september 2013 Agendanr.. No.ZA /DV , afdeling Samenleving.

Verordening Wet inburgering

Toelichting bij de gewijzigde verordening Wet inburgering

Gezien het advies van de commissie Samenleving; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 21 april 2009;

Verordening Wet inburgering gemeente Hoogeveen

Per 1 januari 2013 is zowel de nieuwe Wet Inburgering in werking getreden alsook de Wet Kinderopvang gewijzigd.

besluit: vast te stellen de volgende verordening: "Verordening inburgering gemeente Gouda 2011' Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Transcriptie:

NOTA VOOR DE RAAD Datum: 2 maart 2007 Nummer raadsnota: 0007024 Onderwerp: Wet inburgering. Portefeuillehouder: Oolhorst Bijlagen: 1. Verordening Ter inzage: 1. N.v.t. Voorstel: 1. Besluiten de gemeentelijke beleidsuitgangspunten voor de Wet inburgering vast te stellen. 2. Besluiten de Verordening Wet inburgering Gemeente Oosterhout 2007 vast te stellen. Samenvatting raadsnota Wi In 2003 waren de achterblijvende resultaten op inburgering voor het kabinet Balkenende aanleiding om te komen tot een herziening van het inburgeringsbeleid. Volgens het kabinet kende het oude inburgeringsbeleid een te grote mate van vrijblijvendheid, een beperkt rendement, te laag niveau en een te hoge uitval. Het kabinet heeft gekozen voor een meer verplichtend en resultaatgericht inburgeringsstelsel, waarbij de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeraar centraal staat. Het nieuwe inburgeringsbeleid is vastgelegd in de Wet inburgering en in de Tijdelijke Regeling 2007, die per 1 januari 2007 zijn ingaan. Deze vervangen de oude Wet inburgering nieuwkomers en de verschillende regelingen voor oudkomers. Wat willen we bereiken? Het doel van de inburgering is dat iedereen de Nederlandse taal spreekt en kennis heeft van de Nederlandse samenleving en de belangrijkste Nederlandse waarden en normen. Met deze kennis en vaardigheden heeft iedereen(mannen en vrouwen) een basis om actief deel te kunnen nemen aan het economische, sociale, culturele en/of politieke leven in Nederland. Daarmee vormt inburgering een eerste stap op weg naar integratie. Het integratieproces moet uiteindelijk leiden tot volwaardig burgerschap in Nederland. Door goed in te burgeren kunnen de inburgeraars zelfstandig en in vrijheid een bestaan opbouwen in Oosterhout. Wat gaan we ervoor doen? Ondanks de focus op eigen verantwoordelijkheid voor de inburgeraar, is in het nieuwe stelsel een belangrijke rol weggelegd voor gemeenten. Gemeenten hebben in het nieuwe stelsel een spilfunctie. Zij kunnen inburgeringsplichtigen ondersteunen bij de voorbereidingen van hun inburgeringsexamen. Dit varieert van het informeren van inburgeringsplichtigen tot het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen aan bepaalde groepen. Ook zijn gemeenten verantwoordelijk voor de handhaving. pagina:1

Om deze spilfunctie goed te vervullen moet de gemeente keuzes maken hoe de middelen worden ingezet. Daarbij zijn de volgende uitgangspunten leidend: 1. Bij het doen van een aanbod voor een inburgeringsvoorziening voorrang geven aan het ondersteunen van inburgeringsplichtigen. Pas in tweede instantie vrijwillige inburgeraars actief benaderen. 2. Bij het doen van een aanbod voor een inburgeringsvoorziening voorrang geven aan het ondersteunen van inburgeringsplichtigen met een gemeentelijke uitkering. 3. Bij het doen van een aanbod voor een inburgeringsvoorziening voorrang geven aan het ondersteunen van inburgeringsplichtige verzorgende ouders zonder eigen inkomen of uitkering. 4. Handhaven van die groep die een aanbod krijgt of verplicht wordt opgeroepen. Wat gaat het kosten? De financiering van de Wi valt uiteen in drie delen: Prestatieafhankelijk Variabel Vast Het prestatie-afhankelijke deel( 998.670) is met name bedoeld voor het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen aan inburgeraars (inclusief de handhaving). Concreet kunnen de volgende zaken bekostigd worden uit dit budget 120 1 inburgeringsvoorzieningen voor asielgerechtigde nieuwkomers, inburgeringsplichtige uitkeringsgerechtigden en inburgeringsplichtige oudkomers zonder eigen inkomen of uitkering; Maatschappelijke begeleiding voor asielgerechtigde nieuw- en oudkomers; en Eenmalige toevoeging van middelen i.v.m. overgang NT2 onderwijs niveau 1 en 2 van Web naar Wi ( 381.920 in verband met in 2006 o.b.v. Web aangegane verplichtingen). Het variabele deel ( 9.954) is bedoeld voor de bekostiging van de handhaving van de inburgeringsplicht van inburgeringsplichtigen die geen inburgeringsvoorziening krijgen aangeboden en het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen aan geestelijke bedienaren. Vanwege de relatief geringe omvang van de groep geestelijke bedienaren en de onbekende verdeling ervan over gemeenten, vindt hiervoor geen bevoorschotting plaats. Vergoeding voor deze groep gebeurt op declaratiebasis. Het vaste deel ( 9.260) tenslotte is bedoeld voor de verstrekking van informatie over het nieuwe inburgeringsstelsel. Het rijk stelt hiervoor gedurende de eerste vijf jaren vanaf de 1 Voorschotverlening is gebaseerd op een door de gemeente in 2006 afgegeven prognose over te realiseren inburgeringsvoorzieningen in 2007 en aangegane verplichtingen Web. In verband met de late besluitvorming over en publicatie van de Wi hebben gemeenten (op basis van afspraken tussen Rijk en VNG) extra tijd gekregen om de Wi te implementeren (tot 1 april 2007). Als gevolg hiervan is de prognose, die als basis diende voor het door het Ministerie verstrekte voorschot niet langer realistisch. In 2007 zullen daardoor naar verwachting 70 inburgeringsvoorzieningen worden opgestart. pagina:2

inwerkingtreding van de Wi middelen aan gemeenten beschikbaar. De hoogte van het definitieve bedrag is in principe gelijk aan het verleende voorschot en er vindt dus achteraf geen verrekening meer plaats. Gelet op de hoogte van de voorschotvergoedingen per inburgeringsvoorziening is cofinanciering van inburgeringsvoorzieningen vanuit het werkdeel WWB noodzakelijk. De wetgever is hier bij vaststelling van de hoogte van de vergoedingen vanuit gegaan. In de toelichting op de Wet geeft hij ook nadrukkelijk aan dat dit de bedoeling is, omdat de ultieme vorm van inburgering bestaat uit arbeidsparticipatie. De (co)financieringsbehoefte vanuit het werkdeel bedraagt 153.000. Gelet op de beschikbare voorziening werkdeel WWB is er voldoende dekking. raadsnota Wi Aanleiding In 2003 waren de achterblijvende resultaten op inburgering voor het kabinet Balkenende aanleiding om te komen tot een herziening van het inburgeringsbeleid. Volgens het kabinet kende het oude inburgeringsbeleid een te grote mate van vrijblijvendheid, een beperkt rendement, te laag niveau en een te hoge uitval. Het kabinet heeft gekozen voor een meer verplichtend en resultaatgericht inburgeringsstelsel, waarbij de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeraar centraal staat. Het nieuwe inburgeringsbeleid is vastgelegd in de Wet inburgering en in de Tijdelijke Regeling 2007, die per 1 januari 2007 zijn ingaan. Deze vervangen de oude Wet inburgering nieuwkomers en de verschillende regelingen voor oudkomers. Het nieuwe inburgeringsstelsel impliceert een andere verdeling van verantwoordelijkheden dan het huidige stelsel. Ook krijgen de gemeenten nieuwe taken op inburgering. In deze nota wordt ingegaan op de manier waarop de gemeente Oosterhout vorm wil geven aan het inburgeringsbeleid. Toelichting nieuwe stelsel inburgering Algemeen Nederland kent sinds 1996 inburgeringsbeleid, aanvankelijk alleen voor nieuwkomers, maar vanaf 1999 ook voor oudkomers. Op 30 september 1998 trad de Wet inburgering nieuwkomers (hierna ook: Win) in werking. Op grond van de Win waren nieuwkomers in beginsel verplicht aan een door de gemeente vast te stellen inburgeringsprogramma deel te nemen. Het inburgeringsprogramma omvat (een opleiding) Nederlands als tweede taal, maatschappij-oriëntatie, beroepenoriëntatie, maatschappelijke begeleiding en doorgeleiding naar een instantie die zorgdraagt voor verdere scholing of - voorzover de nieuwkomer daarvoor in aanmerking kwam - voor toegang tot de arbeidsmarkt. De onderdelen Nederlands als tweede taal en maatschappij-oriëntatie pagina:3

werden afgesloten met een toets, die het niveau meet. Werd het in de wet genoemde minimumniveau niet behaald, dan had dat geen consequenties voor de nieuwkomer. Voor oudkomers was geen sprake van een wettelijke verplichting, maar van vrijwillige deelname aan door de gemeenten aangeboden inburgeringstrajecten. Deze trajecten werden gerealiseerd op basis van verschillende ministeriële oudkomersregelingen en op basis van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Het nieuwe inburgeringsstelsel bestaat uit de Wet inburgering (hierna ook: Wi) en de Tijdelijke Regeling 2007(hierna: de Regeling 2007). Met het nieuwe inburgeringsstelsel wordt een algemene plicht tot inburgering voor vreemdelingen geïntroduceerd. Het invoeren van deze inburgeringsplicht, af te sluiten met het behalen van een verplicht inburgeringsexamen, is de kern van het beleid. De regering beoogt hiermee een meer verplichtend en resultaatgericht inburgeringsstelsel in te voeren. Hoofdlijnen nieuwe stelsel De belangrijkste punten van het nieuwe stelsel zijn: Inburgering start in het land van herkomst (met uitzondering van asielgerechtigden). Er komt een algemene inburgeringsplicht voor vreemdelingen (oudkomers en nieuwkomers). Bij de invulling van de inburgeringsplicht staat de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeringsplichtige centraal. Aan de inburgeringsverplichting is voldaan wanneer het inburgeringsexamen is behaald (resultaatverplichting). Gemeenten hebben een spilfunctie, met name voor enkele bijzondere groepen inburgeringsplichtigen. Verder gaat de wet uit van het vrijgeven van het cursusaanbod en het tot stand brengen van marktwerking voor de inkoop van inburgeringsvoorzieningen. Inburgeringsplichtigen die zelf verantwoordelijk zijn voor de voorbereiding op het examen kunnen zelf bepalen of en bij welke instantie zij een cursus volgen. Om deze consumenten enigszins te beschermen is een keurmerk ontwikkeld. Dit keurmerk garandeert de kwaliteit van het onderwijs. Doelgroep De Wet inburgering legt een inburgeringsplicht op aan in beginsel alle vreemdelingen van 16 tot 65 jaar die duurzaam in Nederland willen en mogen verblijven. Uitgezonderd zijn personen uit EU-landen 2, EER-gebied 3 of Zwitserland. Ook uitgezonderd zijn die personen die gedurende ten minste acht jaar van de leerplichtige leeftijd in Nederland zijn verbleven of over bepaalde diploma s, certificaten of andere bewijsstukken beschikken. Deze 2 Dit betreft de landen Nederland, Luxemburg, Duitsland, Italië, Frankrijk, België, Denemarken, Ierland, Verenigd Koninkrijk, Griekenland, Portugal, Spanje, Oostenrijk, Finland, Zweden, Cyprus, Tsjechië, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slowakije en vanaf 2007 ook: Bulgarije en Roemenië. 3 Dit betreft de landen Noorwegen, IJsland en Liechtenstein. pagina:4

inburgeringsplicht geldt zowel voor nieuwkomers als voor oudkomers die tot deze doelgroep behoren. De Wet inburgering is niet van toepassing op genaturaliseerden. Naar aanleiding van het advies van de Raad van State is het wetsvoorstel aangepast met als gevolg dat de inburgeringsplicht alleen van toepassing is op vreemdelingen die voor een niet-tijdelijk doel in Nederland verblijven. Voor de groep genaturaliseerde Nederlanders, die aanvankelijk ook onder de inburgeringsplicht zouden komen te vallen, is de Tijdelijke Regeling 2007 opgesteld. Deze Regeling 2007 is eenmalig en kent hetzelfde doel en dezelfde opzet als de Wi. De mensen die onder de Regeling 2007 vallen, zijn niet inburgeringsplichtig, maar behoren tot de groep vrijwillige inburgeraars of inburgeringsbehoeftigen. Win vs. Wi Wet inburgering nieuwkomers (1998) Wet Inburgering (2007) Inspanningsverplichting (deelname aan cursus) Regierol gemeente Overheid betaalt de kosten Toets na inburgeringscursus zonder consequenties Verplichte inkoop bij ROC Inburgering boven werk Resultaatverplichting Eigen verantwoordelijkheid centraal Inburgeraar betaalt zelf de cursuskosten Verplicht inburgeringsexamen mét consequenties Vrije inburgeringsmarkt Werk boven inburgering Resultaatverplichting De inspanningsverplichting (deelname aan een traject) uit de Win wordt vervangen door een resultaatsverplichting (behalen van het examen). Het examen bestaat uit een praktijkdeel en een centraal deel. In het praktijkdeel wordt de functionele taalvaardigheid getoetst in alledaagse praktijksituaties. In het centrale deel worden mondelinge en schriftelijke taalvaardigheden getoetst alsook de kennis van de Nederlandse samenleving en burgerschap. De inburgeringsplichtige vervult zijn plicht wanneer hij voldoet aan de eindtermen: het behalen van het inburgeringsexamen. Deze eindtermen verschillen per categorie inburgeringsplichtigen. Voor nieuwkomers is vastgesteld dat zij voor zowel mondelinge (spreken en luisteren) als schriftelijke (lezen en schrijven) vaardigheden zullen moeten voldoen aan het niveau A2. Voor oudkomers geldt eveneens het niveau A2 als het gaat om de mondelinge vaardigheden en niveau A1 voor schriftelijke vaardigheden. Eigen verantwoordelijkheid Een ander leidend beginsel van het nieuwe stelsel is eigen verantwoordelijkheid. Alle inburgeringsplichtigen zijn zelf verantwoordelijk voor het met goed gevolg afleggen van het examen. Inburgeringsplichtigen kunnen zelf bepalen hoe ze zich op het inburgeringsexamen pagina:5

voorbereiden. Ze hebben een vrije keuze voor een onderwijsaanbieder en lesmethode 4. Wanneer de inburgeringsplichtige na een bepaald aantal jaren het inburgeringsexamen nog niet heeft gehaald, wordt een boete opgelegd. Daarnaast geldt voor nieuwkomers het slagen voor het inburgeringsexamen als voorwaarde voor het krijgen van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd of van een zelfstandige verblijfsvergunning. Dit is een zeer sterke prikkel. Voor nieuwkomers die in het kader van gezinsvorming of hereniging naar Nederland komen, geldt een termijn van 3,5 jaar (zij hebben al een basisexamen in het land van herkomst afgelegd). Deze termijn gaat in op het moment dat zij naar Nederland komen en zich inschrijven in de gemeente. Voor asielgerechtigde nieuwkomers en oudkomers geldt een termijn van 5 jaar, welke ingaat op het moment dat zij worden opgeroepen door de gemeente in het kader van hun inburgeringsplicht. De eigen verantwoordelijkheid wordt ondersteund door het beschikbaar stellen van faciliteiten in de vorm van een leenmogelijkheid en een vergoeding bij het halen van het inburgeringsexamen (beiden verzorgd door IB-Groep). De vergoeding en het krediet kunnen alleen worden verkregen als de cursus is ingekocht bij een cursusinstelling met een keurmerk of certificaat. Specifieke doelgroepen Voor bepaalde groepen inburgeringsplichtigen is een aanbod voor een inburgeringsvoorziening (taak gemeente) volgens de wetgever het meest geschikt. De regering vindt de inburgering van deze groepen van een zodanig groot belang dat zij de mogelijkheid voor gemeenten heeft gecreëerd deze groepen een cursusaanbod te doen. Daarnaast moeten gemeenten verplicht aan enkele groepen inburgeringsplichtigen een aanbod doen. De groepen aan wie de gemeenten een aanbod móet doen zijn asielgerechtigden (met een vergunning voor bepaalde tijd en een vergunning voor onbepaalde tijd) en de geestelijke bedienaren. Dit geldt zowel voor de mensen die hier al zijn (zogenaamde oudkomers) als voor nieuwkomers. Daarnaast kán de gemeente een aanbod doen aan inburgeringsplichtigen die een uitkering hebben op grond van de WW of Wwb 5, en oudkomers zonder inkomsten uit werk of uitkering. Het aanbod van een inburgeringsvoorziening aan uitkeringsgerechtigden kan alleen worden gedaan in combinatie met een voorziening in het kader van re-integratie; een zogenaamde gecombineerde voorziening. 4 Om het nieuwe inburgeringsstelsel goed te laten functioneren is consumentenbescherming nodig. Op dit moment wordt erop gekoerst dat de branche met nauwe betrokkenheid van de overheid - een keurmerk instelt. Zo moet de consument worden beschermd zonder de toetreding van nieuwe aanbieders te belemmeren. 5 Volledig geformuleerd gaat het om uitkeringen op grond van WW, Wwb, IAOZ, IAOW, WIA, WAZ, WAO, Wajong, BIA en TRI. pagina:6

De gemeente ontvangt een vergoeding van het Rijk voor het aanbieden van inburgeringsvoorziening aan de zogenaamde prioritaire doelgroepen. De gemeente kan niet alleen een aanbod doen aan mensen die inburgeringsplichtig zijn. Ook mensen die geen inburgeringsplicht hebben, de zogenaamde vrijwillige inburgeraars of inburgeringsbehoeftigen, kan op basis van de Regeling 2007 een aanbod gedaan worden. Dit zijn mensen die oorspronkelijk niet uit Nederland komen maar inmiddels wel de Nederlandse nationaliteit hebben. Kenmerk van deze groep is dat zij een achterstand hebben wat betreft de Nederlandse taal en in participatie in de samenleving. Op pagina acht staat een totaal overzicht aan wie de gemeente een voorziening mag en moet aanbieden. Spilfunctie gemeente Ondanks de focus op eigen verantwoordelijkheid voor de inburgeraar, is in het nieuwe stelsel een belangrijke rol weggelegd voor gemeenten. Gemeenten hebben in het nieuwe stelsel een spilfunctie. Zij kunnen inburgeringsplichtigen ondersteunen bij de voorbereidingen van hun inburgeringsexamen. Dit varieert van het informeren van inburgeringsplichtigen tot het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen aan bepaalde groepen (zie ook voorgaande paragraaf). Ook zijn gemeenten verantwoordelijk voor de handhaving. Binnen de wettelijke kaders kunnen gemeenten inburgeringsbeleid maken op basis van een eigen visie op integratie en participatie, rekening houdend met de plaatselijke omstandigheden. De spilfunctie van de gemeente bestaat uit drie rollen. De gemeente heeft een informerende, handhavende en faciliterende rol. Informerende rol De gemeente moet inburgeringsplichtigen informatie verstrekken over het nieuwe inburgeringsstelsel. Daarbij kan worden gedacht aan informatie over de landelijke lijst van gecertificeerde aanbieders, over de eindtermen van de inburgering en over de gevolgen van het niet voldoen aan de inburgeringsplicht. Goede voorlichting en informatieverstrekking over de inhoud van de plicht, over de aanbieders van cursussen, de financiële faciliteiten en de rol van de gemeente is onontbeerlijk. Investeren in de informerende rol van de gemeente kan een positief effect hebben om de voortgang van het inburgeringsproces van de inburgeraar. Het verstrekken van duidelijke informatie voorafgaand aan en tijdens de inburgeringsperiode kan een positief effect hebben op het aantal mensen dat binnen de gestelde periode slaagt voor het inburgeringsexamen. De gemeente kan zelf bepalen hoe zij deze rol invullen. Zij is verplicht deze informerende rol vast te leggen in een verordening. De gemeenten ontvangen een vast bedrag per jaar voor de uitvoering van de informerende rol. pagina:7

Handhaven De gemeente krijgt met het nieuwe inburgeringstelsel de taak en de bijbehorende bevoegdheden om de inburgeringsplichtigen te handhaven. Gemeenten hebben ten aanzien van alle inburgeringsplichtigen de plicht om vast te stellen of zij aan de inburgeringsplicht hebben voldaan. De Wet inburgering voorziet in verschillende sanctiemogelijkheden. De voornaamste sanctie is, dat de gemeente een bestuurlijke boete van maximaal 1000 kan opleggen als iemand niet binnen de voorgeschreven termijnen (3,5 jaar en 5 jaar 6 ) aan de inburgeringsplicht voldoet. Op het niet meewerken aan een oproep staat een maximale boete van 250. Gemeenten krijgen de bevoegdheden om te kunnen handhaven. Het gemeentelijk handhavingsbeleid wordt vastgelegd in een verordening. Om geen nieuwe achterstanden bij de inburgering te creëren stelt de wet dat gemeente een actief handhavingsbeleid voert ten aanzien van nieuwkomers. Voor de nieuwkomer die zelf verantwoordelijk is voor de voorbereiding op het examen (voornamelijk gezinsvormers en herenigers) betekent dit dat de gemeente verplicht is de nieuwkomer op te roepen voor een intakegesprek. Tijdens dat gesprek wordt onderzocht of en hoe kan worden voldaan aan de inburgeringsplicht. De gemeente beboet hem als hij zijn examen niet heeft gehaald binnen de gestelde termijn van 3,5 of 5 jaar. Voor een nieuwkomer die een inburgeringsvoorziening krijgt aangeboden (vooral asielgerechtigden), is de gemeente eveneens verplicht om binnen 6 weken een intake te houden en een inburgeringsaanbod te doen. De gemeente staat een aantal sanctiemogelijkheden ter beschikking als iemand niet actief meewerkt of het examen niet binnen de gestelde termijn heeft behaald. Voor oudkomers geldt een iets andere opzet van de handhaving. Deze groep is zo groot dat ze door de overheid niet in één keer kan worden aangesproken. Handhaving van deze groep wordt begrensd door organisatorische en budgettaire beperkingen en zal dan ook gefaseerd plaatsvinden. Deze fasering houdt in dat de gemeenten bepalen bij welke oudkomers zij de naleving van de inburgeringsplicht handhaven. Daarbij kan het gaan om oudkomers die de gemeente een aanbod kan doen (indien zij tot een van de prioritaire groepen behoren) of handhaven zonder aanbod. Elk jaar zullen gemeenten een nieuwe groep oudkomers een beschikking kunnen geven (met of zonder aanbod) waaruit blijkt dat ze nu aan hun inburgeringsplicht moeten voldoen waarna vervolgens dus de inburgeringsplicht zal worden gehandhaafd. De vijfjaarstermijn gaat dan in. De gemeente kan zelf de volgorde vaststellen van de handhaving van de inburgeringsplicht van de overige oudkomers. Zo kan de gemeente de lokale prioriteiten tot uitdrukking 6 Deze termijnen verschillen voor mensen die al in Nederland zijn of voor de invoering van de Wet inburgering buitenland naar Nederland zijn gekomen (1 juli 2006). Zij dienen binnen 5 jaar het examen te halen. Inburgeraars die na de invoering van de Wet inburgering buitenland zijn gekomen, hebben in het land van herkomst een basiskennis van de Nederlandse taal en samenleving opgedaan. Voor hen resteert nog een termijn van 3,5 jaar om het inburgeringsexamen te halen. pagina:8

brengen. Als de gemeente overgaat tot het actief handhaven van de verplichtingen van een oudkomer, wordt dit besluit vastgelegd in een handhavingsbeschikking. Naast de handhaving van de inburgeringsplicht krijgt de gemeente ook een rol in het verlenen van een ontheffing van de inburgeringsplicht op medische en psychische gronden. Ontheffing wordt aangevraagd door de inburgeringsplichtige op basis van medisch advies van de daartoe aangewezen artsen. Ontheffing kan ook verleend worden als blijkt dat de inburgeringsplichtige ondanks maximale inspanning het inburgeringsexamen niet kan halen. Ook kan de gemeente besluiten tot het verlengen van de periode van inburgeringsplicht als blijkt dat de inburgeringsplichtige ondanks maximale inspanning het inburgeringsexamen binnen de verplichte periode niet kan halen. Het handhavingsregime van de Wet inburgering is niet van toepassing op de vrijwillige inburgeraars. De gemeente kan voor deze inburgeraars de wijze van handhaving aanhouden die zij ook hanteert in de huidige situatie bij het aanbieden van oudkomerstrajecten. Daarbij kan de gemeente de rechten en plichten vastleggen in een overeenkomst met de inburgeraar. In deze overeenkomst zijn boetes/sancties opgenomen die kunnen worden opgelegd indien de inburgeraar zijn verplichtingen niet nakomt. Voor inburgeringsplichtigen met een Wwb-uitkering ligt het voor de hand de handhaving te combineren. Om inburgeringsplichtigen niet onder verschillende handhavingsregime te laten vallen betekent dit dat de handhaving voor de Wet inburgering en die van de Wwb op elkaar moeten aansluiten. Faciliterende rol Uitgangspunt is dat nieuwkomers zelf verantwoordelijk zijn voor hun inburgering. Zij organiseren en financieren in principe zelf de voorbereiding op het examen. Gemeenten kunnen specifieke groepen inburgeraars een aanbod doen en daarmee ondersteunen bij de voorbereiding op het examen. De gemeenten móeten een aanbod doen aan asielmigranten en geestelijke bedienaren. Voor asielmigranten maakt maatschappelijke begeleiding een verplicht onderdeel van het inburgeringstraject uit. De gemeenten mógen een aanbod doen aan inburgeringsplichtigen met een uitkering en oudkomers zonder inkomsten uit werk of uitkering. De gemeenten mogen ook een aanbod doen aan vrijwillige inburgeraars. Aan inburgeraars met een uitkering kan een (gecombineerde) inburgeringsvoorziening aangeboden worden. De gedachte achter het aanbieden van de combinatie inburgering/re-integratie is dat inburgering en toeleiding naar de arbeidsmarkt in elkaars verlengde liggen en elkaar wederzijds kunnen versterken. Inburgering zorgt ervoor dat inburgeraars met een uitkering de Nederlandse taal leren beheersen en kennis van de Nederlandse samenleving verwerven. Dit is niet alleen bevorderlijk voor participatie in de samenleving in het algemeen, maar ook voor deelname aan de arbeidsmarkt. Andersom draagt re-integratie van uitkeringsgerechtigde inburgeringsplichtigen er toe bij dat de kansen op participatie op de arbeidsmarkt worden vergroot. Ook in de voorziening gericht op arbeidsinschakeling kan taalscholing zijn opgenomen, voorzover dit door de uitkeringsinstantie noodzakelijk wordt geacht voor pagina:9

toeleiding tot de arbeidsmarkt. Hierbij geldt echter wel dat werk en daarmee re-integratie vóór inburgering gaat. Het aanbod aan de groep oudkomers zonder inkomen richt zich voornamelijk op allochtone vrouwen in een achterstandssituatie. De gemeenten kunnen met hun aanbod de emancipatie van deze vrouwen bevorderen. Daar waar het gaat om allochtone vrouwen in een achterstandssituatie met kleine kinderen kan de inburgering ook bijdragen aan het invullen van de opvoedende taak richting de kinderen. De personen die van de gemeente een inburgeringsaanbod ontvangen dienen een wettelijk verplichte eigen bijdrage van 270,-- te betalen. In het hierna volgende schema zijn de verschillende groepen inburgeraars opgenomen, Daarbij is aangegeven met welke rol(len) de gemeente met deze inburgeraars te maken heeft. Ook is voor de verschillende groepen de omvang aangegeven. Tabel 1: Te onderscheiden groepen in het nieuwe inburgeringsstelsel Groepen Informerende rol Handhavende rol Faciliterende rol Inburgeringsplichtigen Nieuwkomers die de gemeente géén aanbod mag doen (gezinsvormers / herenigers) Nieuwkomers die de gemeente een aanbod móet doen (asielgerechtigden en geestelijke bedienaren) Nieuwkomers die de gemeente een aanbod mag doen: uitkeringsgerechtigden Oudkomers die de gemeente géén aanbod mag doen (oudkomers met eigen inkomsten) Oudkomers die de gemeente een aanbod móet doen (asielgerechtigden en geestelijk bedienaren) Oudkomers die de gemeente een aanbod mág doen (uitkeringsgerechtigden en mensen zonder inkomsten uit werk of uitkering) Ja Ja Nee Ja Ja, direct bij binnenkomst Verplicht Ja Ja, direct bij binnenkomst Mag Ja Ja Nee Ja Ja, bij aanbod Verplicht Ja Ja, bij aanbod Mag pagina:10

Vrijwillig/behoeftigen Genaturaliseerde Nederlanders en EUonderdanen Ja Nee Mag Rol Informatie Beheer Groep Naast gemeenten, wordt in het nieuwe inburgeringsstelsel een belangrijke rol vervuld door de Informatiebeheer Groep (IB-Groep). De IB-Groep is belast met de uitvoering van een aantal taken op Rijksniveau die uit de Wet inburgering voortvloeien. Informatiesystemen De IB-Groep zal onder andere twee nieuwe informatiesystemen gaan beheren. De realisatie van de uitwisseling van gegevens tussen de gemeenten en deze twee nieuwe landelijke systemen is eveneens een taak van de IB-Groep. De twee nieuwe systemen zijn bedoeld om de gemeenten te ondersteunen bij de uitvoering van de gemeentelijke taken. De twee systemen die de IB-Groep hanteert zijn: het Bestand Potentiële Inburgeringsplichtigen (BPI) en het Informatiesysteem Inburgering (ISI). Om te voorkomen dat gemeenten onnodig personen oproepen om informatie te vragen, is een Bestand Potentiële Inburgeringsplichtigen (BPI) gemaakt. Aan de hand van gegevens die de overheid uit bestaande bestanden, zoals het Gba, het vestigingsregister en diplomagegevens kan ontlenen, kan in ieder geval worden vastgesteld wie niet inburgeringsplichtig zijn. De personen waarvan dit aan de hand van de beschikbare gegevens niet met zekerheid is vast te stellen, worden opgenomen in het BPI. Dit bestand wordt aan de gemeente ter beschikking gesteld. Of iemand ook werkelijk inburgeringsplichtig is, zal door de gemeente nog nader moeten worden vastgesteld. Het BPI kan als basis dienen voor gemeenten om te bepalen welke oudkomers zij een aanbod doet. Bij de uitvoering van de Wi is een groot aantal instanties betrokken (ministerie, gemeente IBgroep, IND, exameninstellingen). Iedere instantie moet tijdig en kosteloos kunnen beschikken over de juiste gegevens van andere instanties. Hiervoor is een Informatiesysteem inburgering (ISI) in het leven geroepen dat zal worden beheerd door de IB-groep. Het ISI heeft ten doel om gegevens te verstrekken aan het college van B&W, de IB-groep en de IND die van belang zijn voor de wettelijke uitoefening van taken op basis van de Wi. Verder zal het ISI gegevens genereren die door de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie gebruikt worden met het oog op de evaluatie van bestaand beleid en de voorbereiding van toekomstig beleid. pagina:11

Examens De IB-groep is belast met de uitvoering van de inburgeringsexamens. Het centraal deel van het examen wordt uitsluitend door de IB-groep afgenomen. Verspreid over het land worden (minimaal tien) examenlocaties ingericht. Het praktijkexamen kan zowel door de IB-groep als door aangewezen exameninstellingen worden afgenomen. De exameninstelling moet aan een aantal voorwaarden voldoen, wil hij in aanmerking komen voor een aanwijzing door de IB-groep. In een ministerieel besluit worden de normen voor en het proces van certificering als exameninstelling vastgesteld. De examencommissie inburgering van de IB-groep houdt toezicht op de naleving van de normen en voorwaarden door de aangewezen exameninstellingen. Leningen en vergoedingen In principe draagt de inburgeringsplichtige zelf de kosten voor zijn inburgering. Om ze financieel in staat te stellen aan hun verplichtingen te voldoen, voorziet het wetsvoorstel inburgering in de mogelijkheid om een lening van maximaal 5000,- te sluiten voor betaling van de cursus en het examen. De cursus moet dan wel worden gekocht bij een instelling met een keurmerk. De lening is niet bedoeld voor kosten van kinderopvang of boeken en evenmin voor reiskosten. Indien het examen binnen 3 jaar is gehaald, kan de inburgeringsplichtige in aanmerking komen voor een vergoeding ter compensatie van de gemaakte kosten. De IB-groep is door de minister aangewezen als uitvoerder van de leningsfaciliteit. De gemeente heeft hierbij dus geen rol. Wel moet de inburgeringsplichtige over de leenfaciliteit geïnformeerd en voorgelicht worden. Dat past binnen de informerende rol van de gemeente. Rol gemeente Informeren inburgeringsplichtigen Faciliteren prioritaire groepen Handhaven naleving inburgeringsplicht Rol IB-Groep Afnemen inburgeringsexamens Aanwijzen exameninstellingen Verstrekken van leningen en vergoedingen Aanleggen en beheren van informatiesystemen in verband met inburgering Inburgeringsbeleid in Oosterhout Beleid tot op heden Tot op heden heeft de gemeente Oosterhout een inburgeringsbeleid gevoerd dat gekenmerkt wordt door een integrale aanpak, gericht op het realiseren van het doelperspectief van de inburgeraar. Ook hierin wordt inburgering gezien als eerste stap op weg naar participatie. De gemeente faciliteert inburgeraars zodat zij niet in een achterstandspositie raken of komen. Het is gericht op nieuwkomers en oudkomers. pagina:12

Nieuwkomers wordt een inburgerinstraject aangeboden waarbij voor maatschappelijke begeleiding gebruik gemaakt wordt van Merites / Vluchtelingenwerk. Voor oudkomers worden sinds 2004 duale trajecten ingezet, gericht op taalverwerving en opvoedingsondersteuning of taalverwerving en werk. In samenwerking met!go BV en het ROC is hier invulling aan gegeven. Beleid onder de Wet inburgering Uitvoering van de wet is in belangrijke mate opgedragen aan de gemeente. Zij vervult de informerende, faciliterende en handhavende rol zoals eerder omschreven. Bij vervulling van de verschillende rollen door de gemeente is er binnen de Wet inburgering op een aantal onderwerpen sprake van beleidsvrijheid voor gemeenten. In onderstaande is beschreven welke zaken onder de gemeentelijke beleidsvrijheid vallen en die bij verordening (of evt. uitvoeringsbesluit) geregeld dienen te worden. Bij verordening (bijgevoegd) dienen de volgende aspecten geregeld te worden: a.) b.) c.) Regels m.b.t. het aanbieden van een inburgeringsvoorziening. De regels dienen in ieder geval betrekking te hebben op: de te volgen procedure bij het doen van een aanbod aan de inburgeringsplichtigen; de te hanteren criteria voor het doen van een aanbod; de vaststelling van een inburgeringsvoorziening door het college; en de totstandkoming en samenstelling van de inburgeringsvoorziening. Regels over rechten en plichten van de inburgeringsplichtige voor wie een inburgeringsvoorziening is vastgesteld. De regels dienen in ieder geval betrekking te hebben op: inning van de eigen bijdrage door het college; en de mogelijkheid van betaling in termijnen Het bedrag van de bestuurlijke boete voor verschillende overtredingen. MJBP Het Meerjarenbeleidsplan voor 2006-2010 geeft aan dat de invoering van de Wet inburgering er niet toe mag leiden dat de maatschappelijke begeleiding van migranten onder druk komt te staan. Voor het overige wordt een beleid gevoerd dat erop gericht is samenwerking tussen migranten, vluchtelingen en oorspronkelijke Nederlanders te verbeteren. Aparte voorzieningen en activiteiten ten behoeve van migranten worden niet ondersteund (= facetbeleid). Er wordt ingezet op het toegankelijk maken van voorzieningen voor iedere Oosterhouter. Om de Wet inburgering op een goede manier uit te voeren zullen onderstaande uitgangspunten worden voorgelegd. De uitgangspunten zullen jaarlijks in het beleidsplan Sociale Zekerheid worden besproken en indien nodig bijgesteld. pagina:13

Gemeentelijk aanbod De gemeente moet een aanbod doen aan geestelijke bedienaren en asielgerechtigde inburgeringsplichtigen. Daarnaast mag de gemeente een aanbod doen aan specifieke groepen uitkeringsgerechtigden en aan inburgeringsplichtigen of inburgeringsbehoeftigen die geen inkomen uit werk en/of een uitkering hebben. Omdat niet aan iedereen direct een traject aangeboden kan worden moeten er keuzes worden gemaakt. Bij het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen door de gemeente, verdient het de voorkeur om prioriteit te leggen bij die personen die op basis van de Wet een inburgeringsplicht hebben. Faciliteiten zijn met name voor deze groep van belang bij het voldoen aan de wettelijke verplichting. Dit betekent niet dat geen aanbod gedaan kan worden aan inburgeringsbehoeftigen of vrijwillige inburgeraars. Zij zullen echter niet actief benaderd worden. Uitgangspunt 1 Bij het doen van een aanbod voor een inburgeringsvoorziening voorrang geven aan het ondersteunen van inburgeringsplichtigen. Pas in tweede instantie vrijwillige inburgeraars actief benaderen. Binnen de groep inburgeringsplichtigen die de gemeente een aanbod mag doen is het wenselijk prioriteiten te stellen ten aanzien van die groepen die allereerst een aanbod ontvangen. Daarbij is aansluiting gezocht op twee groepen, die binnen de wetgeving al een belangrijke positie hebben gekregen: uitkeringsgerechtigden en verzorgende ouders zonder eigen inkomen. Voorrang zal worden gegeven aan uitkeringsgerechtigden met een gemeentelijke uitkering. Deze groep krijgt prioriteit vanuit de veronderstelling dat een combinatie van inburgerings- en re-integratie aanbod bijdraagt aan het wegnemen van de achterstanden die leiden tot werkloosheid. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat inburgering nooit in de weg mag staan van arbeidsdeelname. Dit doet recht aan het financiële belang dat de gemeente heeft bij het terugdringen van het aantal gemeentelijke uitkeringsgerechtigden op grond van de WWB (IOAW en IOAZ). Pas in tweede instantie zal ook aandacht zijn voor het aanbieden van voorzieningen aan personen met een uitkering van het UWV. Uitgangspunt 2 Bij het doen van een aanbod voor een inburgeringsvoorziening voorrang geven aan het ondersteunen van inburgeringsplichtigen met een gemeentelijke uitkering. Een andere groep waarop het gemeentelijke aanbod zich richt zijn oudkomers zonder inkomsten uit werk of uitkering, en daarbinnen de groep verzorgende ouders die in een geïsoleerde positie leven en (kleine) kinderen hebben. Deze groep heeft prioriteit vanuit de pagina:14

opvatting dat met het ondersteunen van deze ouders zowel zijzelf worden toegerust om te participeren, als ook dat zij daarmee in staat zijn hun opvoedende rol goed te kunnen vervullen waardoor ook de ontwikkeling van de kinderen wordt bevorderd. Uitgangspunt 3 Bij het doen van een aanbod voor een inburgeringsvoorziening voorrang geven aan het ondersteunen van inburgeringsplichtige verzorgende ouders zonder eigen inkomen of uitkering. Handhavende rol Zowel nieuwkomers als oudkomers worden opgeroepen door de gemeente om te starten met een inburgeringstraject. De gemeente moet alle nieuwkomers binnen zes weken oproepen voor een intakegesprek. Voor de oudkomers mag de gemeente zelf bepalen wanneer zij die op gaat roepen. De handhaving is niet alleen van belang voor naleving van de inburgeringsplicht. Het is ook belangrijk omdat de financiering van de gemeente afhankelijk is van het resultaat dat door de inburgeringsplichtige bereikt wordt. Het niet deelnemen, van de inburgeringsplichtige, aan het examen betekent bijvoorbeeld dat de gemeente maar een hele kleine vergoeding van het rijk ontvangt. Handhaving binnen de Wi kan op verschillende manieren gebeuren. Aan het begin van het proces, tijdens het inburgeringstraject en bij het verstrijken van de wettelijke termijn voor het behalen van het inburgeringsexamen. Voor handhaving zijn een aantal wettelijke mogelijkheden die afgestemd zijn of kunnen worden op doelgroepen inburgeringsplichtigen (o.a. oproepen voor een intake, boete opleggen, maar ook het afstemmingsbeleid WWB etc.). Naast het repressieve karakter van handhaving kan er ook preventief invulling gegeven worden aan handhaving (door bv. actieve informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen, trajectbegeleiding voor personen met een gemeentelijk aanbod). Middelen voor uitvoering zijn daarentegen beperkt waardoor keuzes gemaakt moeten worden. Het is daarom belangrijk om degenen te handhaven die een aanbod krijgen van de gemeente en degenen die verplicht opgeroepen moeten worden. Daarnaast kan bekeken worden op basis van een zo goed mogelijke afstemming van beschikbare middelen en mogelijkheden hoe de handhaving eventueel uitgebreid kan worden. Uitgangspunt 4 Handhaven van die groep die een aanbod krijgt of verplicht opgeroepen moet worden. pagina:15

Kanttekeningen Financieel risico Zoals in onderstaande omschreven, is de uiteindelijke bijdrage in belangrijke mate afhankelijk van geleverde prestaties (prestatieafhankelijk gedeelte). De prestaties worden verrekend in een cyclus van bevoorschotting (jaarlijks), resultaatmeting en verrekening (na 3 jaar). Vooraf wordt tussen Minister en gemeente een afspraak gemaakt over de door de gemeente in een bepaald jaar te realiseren prestaties. Deze afspraak vormt, tezamen met de vooraf vastgestelde voorschotvergoeding, de basis voor de vaststelling van het voorschot voor de gemeente. Achteraf wordt het prestatieafhankelijk deel vastgesteld op basis van de behaalde prestaties (personen die aan het inburgeringsexamen hebben deelgenomen), welke wordt vermenigvuldigd met de bijdragevergoeding. Dit deel van de bijdrage wordt vervolgens betaald onder verrekening van het betaalde voorschot. Dit systeem stelt gemeenten in staat om zelf een ambitie te formuleren en prioriteiten aan te brengen m.b.t. de te leveren prestaties. Daar staat tegenover dat het een ingewikkeld systeem van verrekening is omdat prestaties pas na drie jaar gemeten kunnen worden. Daarbij komt dat er een verschil bestaat tussen de inburgeringstermijn voor inburgeringsplichtigen (3,5 tot 5 jaar) en de termijn die gemeenten hebben om tot prestatie te komen (3 jaar). Als gemeenten de afgesproken prestaties niet behalen, ontvangen gemeenten een lagere vergoeding. Voor een traject dat niet wordt afgesloten met deelname aan het inburgeringsexamen ontvangt de gemeente slechts 30% van de normvergoeding. Daarnaast is het zo dat de IB-groep verantwoordelijk is voor het inburgeringsexamen en voor adequate gegevensuitwisseling aan gemeenten. Deze gegevensuitwisseling heeft niet alleen betrekking op de inburgeringsplichtigen die deelnemen aan het inburgeringsexamen, maar op alle voor uitvoering van de Wet inburgering relevante informatie waaronder bijvoorbeeld informatie over potentieel inburgeringsplichtigen. Sturing van inzet van middelen is daarom gecompliceerd. Benodigde Middelen Financiën: Uitvoering van de wettelijke taak kan binnen de in onderstaande vermelde financiële kaders plaatsvinden. Om de Wi-taken te kunnen uitvoeren, is op grond van de Wet inburgering en de Regeling 2007 een voorschot op de rijksbijdrage ontvangen van 1.017.884. Voorschot Dit voorschot bevat een drietal componenten, te weten een prestatieafhankelijk, een variabel en een vast deel. Het prestatie-afhankelijke deel ( 998.670) is met name bedoeld voor het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen aan inburgeraars (inclusief de handhaving) en kent een bekostigingscyclus van drie jaar (2007 tot en met 2009). Het voorschot is gebaseerd op een pagina:16

prognose over het aantal op te starten inburgeringsvoorzieningen en een voorschotvergoeding per inburgeringsvoorziening. Na afloop van een periode van drie jaar (dus in 2010) worden de prestaties verantwoord van de in 2007 aan inburgeraars aangeboden voorzieningen. Daarna wordt dit deel van de rijksbijdrage vastgesteld onder verrekening van het (in 2007) verleende voorschot. Concreet kunnen de volgende zaken uit dit budget bekostigd worden: 120 inburgeringsvoorzieningen voor asielgerechtigde nieuwkomers, inburgeringsplichtige uitkeringsgerechtigden en inburgeringsplichtige oudkomers zonder eigen inkomen of uitkering; Maatschappelijke begeleiding voor asielgerechtigde nieuw- en oudkomers; en Eenmalige toevoeging van middelen i.v.m. overgang NT2 onderwijs niveau 1 en 2 van Web naar Wi ( 381.920 in verband met in 2006 o.b.v. Web aangegane verplichtingen). Voorschotverlening is gebaseerd op een door de gemeente in 2006 afgegeven prognose over te realiseren inburgeringsvoorzieningen in 2007 en aangegane verplichtingen Web. In verband met de late besluitvorming over en publicatie van de Wi hebben gemeenten (op basis van afspraken tussen Rijk en VNG) extra tijd gekregen om de Wi te implementeren (tot 1 april 2007). Als gevolg hiervan is de prognose, die als basis diende voor het door het Ministerie verstrekte voorschot niet langer realistisch. In 2007 zullen daardoor naar verwachting 70 inburgeringsvoorzieningen worden opgestart. Het variabele deel ( 9.954) is bedoeld voor de bekostiging van de handhaving van de inburgeringsplicht van inburgeringsplichtigen die geen inburgeringsvoorziening krijgen aangeboden en het aanbieden van inburgeringsvoorzieningen aan geestelijke bedienaren. Vanwege de relatief geringe omvang van de groep geestelijke bedienaren en de onbekende verdeling ervan over gemeenten, vindt hiervoor geen bevoorschotting plaats. Vergoeding voor deze groep gebeurt op declaratiebasis. Het vaste deel ( 9.260) tenslotte is bedoeld voor de verstrekking van informatie over het nieuwe inburgeringsstelsel. Het rijk stelt hiervoor gedurende de eerste vijf jaren vanaf de inwerkingtreding van de Wi middelen aan gemeenten beschikbaar. De hoogte van het definitieve bedrag is in principe gelijk aan het verleende voorschot en er vindt dus achteraf geen verrekening meer plaats. Bijdragevergoedingen Uiteindelijke afrekening vindt plaats op basis van nog vast te stellen bijdragevergoedingen voor deelname aan het inburgeringsexamen. De hoogte van deze bijdragevergoedingen wordt jaarlijks bepaald op basis van de via de prijsmonitor vast te stellen gerealiseerde landelijke gemiddelde cursusprijs. De hoogte van de bijdragevergoedingen is van belang voor de vaststelling van de rijksbijdrage en daarmee voor de verrekening van het verstrekte voorschot. pagina:17

Co-financiering werkdeel WWB Gelet op de hoogte van de voorschotvergoedingen per inburgeringsvoorziening is cofinanciering van inburgeringsvoorzieningen vanuit het werkdeel WWB noodzakelijk. De wetgever is hier bij vaststelling van de hoogte van de vergoedingen vanuit gegaan. In de toelichting op de Wet geeft hij ook nadrukkelijk aan dat dit de bedoeling is, omdat de ultieme vorm van inburgering bestaat uit arbeidsparticipatie. De (co)financieringsbehoefte vanuit het werkdeel bedraagt 153.000,--. Gelet op de beschikbare voorziening werkdeel WWB is voldoende dekking aanwezig. Personeel: N.v.t. Overige: N.v.t. Uitvoering Uitvoering kan plaatsvinden binnen de gestelde financiële kaders. HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN OOSTERHOUT, W.H. HUIJBREGTS-SCHIEDON, burgemeester. W.P.H. Redert, secretaris pagina:18

BESLUIT VAN DE RAAD Nummer: 0007024 DE RAAD VAN DE GEMEENTE OOSTERHOUT; gelezen het voorstel van het college van 2 maart 2007 BESLUIT: 1. De gemeentelijke uitgangspunten voor de Wet inburgering vast te stellen; en 2. De Verordening Wet inburgering gemeente Oosterhout 2007 vast te stellen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 27 maart 2007. DE RAAD VOORNOEMD,, voorzitter., griffier. pagina:19