De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten



Vergelijkbare documenten
De gelijkenis van het huis op de rots en op het zand.

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

Vraag 62 : Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

De gelijkenis van de onbarmhartige dienstknecht. (Deze gelijkenis kun je lezen in : Mattheüs 18:21-35 )

De gelijkenis van de verloren zoon.

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 12 t/m 14

Lees : Mattheüs 25:14-30

Voor jou! Dit boek is voor jou. Het gaat over God. En over God en jou samen. Over Gods liefde voor jou.

Eén ding is nodig. Deze geschiedenis kun je lezen in Lukas 10 :

De Dordtse Leerregels. Artikel 1 t/m 5

Is dan het uiterlijk waterbad de afwassing van de zonde zelf?

1) De ongelovige is blind gemaakt door Satan (2 Korintiërs 4:4).

De gelijkenis van de onbeschaamde vriend. ( of over gebedsverhoring )

Zondag 29 gaat over het Heilig Avondmaal (2)

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 1 t/m 4

Als je niet goed weet hoe je moet bidden, kun je het leren! Daarom gaan we in deze les kijken wat God ons te zeggen heeft over gebed.

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 9 t/m 11

Zondag 28 gaat over het Heilig Avondmaal (1)


De Dordtse Leerregels

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

OOGGETUIGE. Johannes 20:30-31

De Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 1. Artikel 12 t/m 14. Werkboek 3

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

EEN PAAR BELANGRIJKE VRAGEN

De Dordtse Leerregels

Jezus maakt mensen gelukkig

1 Korintiёrs 1:9. Marcus 10:45. Handelingen 4:12. Johannes 17:3. 1 Korintiёrs 3:16. Johannes 15:9,10. Psalm 32:8

DE HERE JEZUS GAAT IN ONS LEVEN DOOR ZIJN GEEST.

In de buik van een zwangere vrouw waren eens twee ongeboren kinderen: een kleine gelovige en een kleine scepticus.

Bij het gekozen thema: Het verlangen van God heb ik mij in de afgelopen dagen afgevraagd wat is mijn verlangen naar God?

Zondag 25, vraag en antwoord 65, 66, 67 en 68.

1. Gods eigendom. Op Toonhoogte 265

HET ONTSTAAN VAN DE EERSTE GEMEENTE

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

ZONDAG -voorbereiding op het Heilig Avondmaal- Heilig Avondmaal houden

Boekje over de kerk. voor kinderen van ca jaar gemaakt door de jongste catechisatiegroep

De Dordtse Leerregels


DOPEN. Th ema s N i e u w L e v e n M a as tri ch t. Geloven = dopen

Zondag 46 gaat over : Onze Vader, Die in de hemelen zijt.

Vraag 1 Waar denk je aan bij het woord heilig? Schrijf dit op de briefjes Antwoord 1 Vraag naar de mening van de kinderen

De bruiloft van Simson

De rijkdom van het evangelie

De Bijbel open (22-06)

De Bijbel open (30-11)

JEZUS DE GEWELDIGE LERAAR

Door onze keuze is er een breuk tussen God en mens.

BIJBELLEESROOSTER VOOR GEZINNEN met kinderen in de basisschoolleeftijd

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE VERLOREN ZOON

BLIJF IN DE HERE! Liturgie:

Vraag: Wat kun jij leren voor jouw gebed uit de structuur van het volmaakte gebed?

Jezus geeft zijn leven voor de mensen

1) Gered worden is net zo gemakkelijk als een cadeau krijgen (Johannes 1:12)

de doop zoals wij die kennen is afkomstig van niemand minder dan de Here Jezus zelf

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Neem nu even tijd om de Heilige Geest te vragen je te helpen bij deze studie en inzicht te geven in zowel het Woord als in je eigen leven.

Jezus volgen! Echt? Het evangelie naar Johannes 6: dinsdag 2 juni 2015

Mag ik jou een vraag stellen?

Zondag 33 gaat over de waarachtige bekering.

Zondag 23 gaat over : rechtvaardig voor God.

Deze handreiking is van:

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE VROUW BIJ DE PUT

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

Johannes 5, Ken jij Jezus? Hoe zie je Hem?

Gemeenteviering rond Jesaja 9:5b

Inleiding over het kernwoord zonde

Preek over de opdracht: Laat de Geest u vervullen (Efeziërs 5:18b) Van drs Ton de Ruiter. Lees vooraf eerst: Efeziërs 5:1,2 en 5:15-33 en 6:1-10

Vraag 53 : Wat gelooft gij van de Heilige Geest?

Bijbelstudie Door het geloof I

Dordtse Leerregels. Hoofdstuk 3 en 4. Artikel 15 t/m 17

Wie is er nou blind? Het evangelie naar Johannes 9:

Stel jezelf niet onder de Wet!

De Bijbel open (31-08)

Deze handreiking is van:

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1)

DE WIJZE KONING SALOMO

Over het zitten van de Heere Jezus aan de rechterhand van God en Zijn wederkomst.

LIEDERENBLAD TIME 2 SING 18 september 2011 Thema: Je steentje bijdragen. Refrein

HET ONTSTAAN VAN DE EERSTE GEMEENTE

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod?

Kingdom Faith Cursus Het geschenk van God

Chr. Geref. Kerk Ontswedde LITURGIE. voor de morgendienst op zondag 2 september in deze dienst zal. Julia Brugge.

2. Zegengroet Genade voor u en vrede van God onze Vader in de Heer Jezus Christus. Amen

Terug naar de Essentie

Om wie gaat het? Het evangelie naar Johannes 3:22-4:2. dinsdag 10 maart 2015

Eerste lezing: Habakuk 3:1-3,16-19 Evangelielezing: Lukas 17:1-10

Wesleyaanse geloofsfundamenten voor de 21 e eeuw

Luisteren naar de Heilige Geest

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

21 februari 2016 ONLINE MET GOD. Voorganger: Ds.H.Bondt Begeleiding: Entheos / Els Cornelisse

In het voetspoor van...

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

18. Evangelist in eigen land 19. Onder Jezus zegen Een bereide plaats 20. Water 21. Een gebed om de Heilige Geest Doorwaai mijn hof 22.

Transcriptie:

De gelijkenis van de twee zonen Lees : Mattheüs 21:28-32 Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel dingen te leren. Iedere gelijkenis is ook een les voor jou. Het is belangrijk om het licht van de Heilige Geest te ontvangen, om daardoor te leren wat de Heere Jezus ons te zeggen heeft met Zijn onderwijs. Van voorbeelden kun je leren Echt waar, van voorbeelden kun je leren. Daarom gebruikte de Heere Jezus vaak gelijkenissen, uit het leven van elke dag, om de mensen te leren. Bij de Heere Jezus ging het altijd om de betekenis van de gelijkenis. Door goed na te denken moesten de mensen erachter zien te komen wat de les was die in de gelijkenis zat. De les, uit de gelijkenis, was niet alleen voor de mensen uit de tijd dat de Heere Jezus op aarde was, maar ook voor nu. Daarom staan de gelijkenissen in de Bijbel. In de gelijkenis die nu volgt, zit ook een les voor jou. Van lessen kun je leren. Het is wel moeilijk om de les uit een gelijkenis direct te begrijpen. Om de betekenis echt te leren, heb je het licht van de Heilige Geest nodig. Vraag daar eerst om, voor je de gelijkenis straks gaat lezen. Bekering nodig Elke gelijkenis heeft te maken met het Koninkrijk van God. Niet iedereen is onderdaan van Gods Koninkrijk. Onderdaan van Gods Koninkrijk kun je worden als er een wonder gebeurt in je leven. Het wonder van de wedergeboorte, dat is een geboorte uit God. Een onderdaan is een mens die een nieuw hart gekregen heeft, uit genade. De Heere Jezus leert, ook in gelijkenissen, wat er nodig is om een onderdaan van Gods Koninkrijk te worden. Er is bekering nodig. Er is geloof in de Heere Jezus nodig. Vijandschap Als de Heere Jezus gelijkenissen vertelt, gelooft niet iedereen dat Hij de Zoon van God is, de Zaligmaker. De joodse leiders geloven ook niet dat de Heere Jezus de Zaligmaker is. Als de Heere Jezus leert dat je alleen maar zalig kunt worden door Zijn werk, worden de joodse leiders boos.

De joodse leiders denken dat ze door netjes te leven,de geboden van de Heere te onderhouden en er zelf ook nog geboden bij te maken, de hemel kunnen verdienen. Het lijkt wel goed aan de buitenkant, maar vanbinnen in hun hart is het niet goed. Ze zeggen met hun mond: ja, we zijn gehoorzaam, maar ze doen nee, ze zijn niet gehoorzaam. Ze zijn ongehoorzaam aan de Heere, want de Heere vraagt gehoorzaamheid aan Zijn Zoon, de Heere Jezus. En daar geloven de joodse leiders niet in. Het hart van de joodse leiders is vol vijandschap tegen de Heere Jezus. Als je hart vol vijandschap is, is je hart boos. In een hart dat vol vijandschap is, woont een vijand, de duivel. De vijandschap van de joodse leiders is zo groot, dat ze de Heere Jezus willen doden. De joodse leiders zijn ook boos als ze zien dat de Heere Jezus tussen tollenaren en zondaren zit. En hen onderwijst. Ze noemen tollenaren en zondaren verloren mensen, daar moet niemand zich mee bemoeien. Maar de Heere Jezus is juist gekomen om verloren mensen te zoeken en zalig te maken. Verloren mensen zijn eerst niet gehoorzaam aan God, omdat ze in zonde leven. Maar als ze door God bekeerd worden, laten ze de zonde en worden gehoorzaam. Je kunt ook zeggen : tollenaren en zondaren doen nee, niet gehoorzaam. Maar na hun bekering wordt nee ja, wel gehoorzaam. Twee vragen Als de Heere Jezus in de tempel leert, komen de joodse leiders op Hem af met een vraag. Ze horen wat de Heere Jezus leert en zien dat Hij wonderen doet. Ze vragen: Wie heeft U macht gegeven om te leren en wonderen te doen? De leiders denken, nou, van ons heeft Hij geen macht gekregen om te leren. Die opdracht moet van ons komen, anders is het niet goed. De Heere Jezus had al dikwijls gezegd dat Hij een Leraar was van God gezonden, maar ze geloofden Hem niet. De Heere Jezus geeft niet direct antwoord, maar stelt ook een vraag. Hij zegt: Als jullie antwoord geven op Mijn vraag, zal Ik zeggen door wat macht Ik Mijn werk doe. Nu komt de vraag van de Heere Jezus. Hij vraagt: Was de doop van Johannes uit God of van mensen? De leiders praten met elkaar, welk antwoord ze zullen geven. Ze zeggen: Als wij zeggen dat de doop van Johannes uit God was, zal Jezus zeggen: Waarom hebben jullie hem dan niet geloofd? En als wij zeggen: De doop van Johannes was van mensen, zullen de mensen boos worden op ons, want die geloven dat Johannes een profeet was. Wat moeten ze nu zeggen? Ze zeggen : Wij weten het niet. Op dit antwoord zegt de Heere Jezus: Dan zeg Ik ook niet door wat macht Ik Mijn werk doe.

Vragen Waarom vertelde de Heere Jezus gelijkenissen? Schrijf op welke gelijkenissen jij geleerd hebt in de vorige werkboeken. Waarom gebruikte de Heere Jezus voorbeelden uit het leven van elke dag als Hij een gelijkenis vertelde? Waar ging het om bij de Heere Jezus, om de gelijkenis, of om de betekenis van de gelijkenis? Was het onderwijs uit de gelijkenis alleen een les voor toen, of ook voor nu? Wie heb je nodig, om de betekenis van de gelijkenis goed te begrijpen? Waar heeft elke gelijkenis mee te maken? Is iedereen een onderdaan van Gods Koninkrijk? Wat is een onderdaan?

Wat is er nodig, om een onderdaan van Gods Koninkrijk te worden? Geloven de joodse leiders dat de Heere Jezus de zoon van God is? Wat denken de joodse leiders? Wat zeggen de joodse leiders met hun mond en wat doen ze? Het hart van de joodse leiders is vol vijandschap tegen de Heere Jezus, wat betekent dat? Waar zijn de joodse leiders nog meer boos over? Hoe noemen de joodse leiders tollenaren en zondaren? Waarom gaat de Heere Jezus tussen tollenaren en zondaren zitten? Wat gebeurt er in het leven van tollenaren en zondaren als de woorden van de Heere Jezus gezegend worden aan hun hart?

Een antwoord De Heere Jezus wil de joodse leiders toch een les leren. Voor Zijn onderwijs gebruikt de Heere Jezus een gelijkenis, wat gelijk een antwoord is voor de joodse leiders en voor ons. De gelijkenis van de twee zonen De Heere Jezus begint met deze vraag: Wat denken jullie? En dan komt de gelijkenis. Een vader heeft twee zonen. De vader gaat naar de eerste zoon en zegt: Zoon, ga heen, werk in mijn wijngaard. De zoon zegt: Nee, ik wil niet. Hij is ongehoorzaam. Na een poosje wordt de zoon boos op zichzelf. Ik heb mijn vader beledigd, door mijn antwoord, denkt hij. Hij zegt niets tegen zijn vader en gaat toch in de wijngaard werken. Zijn ongehoorzaamheid is gehoorzaamheid geworden. Hij zei nee en hij doet ja. De vader heeft nog een zoon. Hij gaat naar de tweede zoon en geeft dezelfde opdracht : Zoon, ga heen, werk in mijn wijngaard. De tweede zoon zegt: Ik ga heer. Hij spreekt zijn vader aan met heer, om te laten horen hoe gehoorzaam hij wel is aan zijn vader. Maar het verandert. Zijn gehoorzaamheid wordt ongehoorzaamheid. Hij zei ja en hij doet nee. Een denkvraag Na het uitspreken van de gelijkenis, stelt de Heere Jezus een denkvraag aan de joodse leiders. De Heere Jezus vraagt: Wie van de twee zonen heeft de wil van de vader gedaan? De leiders zeggen: De eerste zoon. De Heere Jezus zegt: Voorwaar, Ik zeg u, dat tollenaren en zondaren u zullen voorgaan in het Koninkrijk van God. Zij bekeren zich en nemen Mijn woorden aan. Jullie, joodse leiders, bekeren je niet en nemen Mijn woorden niet aan. Johannes wees u de weg naar God, de weg van de gerechtigheid, de weg van Gods wil, de weg van de zaligheid, maar jullie hebben hem niet geloofd. Jullie kregen geen berouw, toen hij leerde over de zonde. Bekeerde tollenaren en zondaren zullen in de hemel mogen komen. Als jullie Mijn woorden niet aannemen, moeten jullie buiten de hemel blijven. Opdracht De gelijkenis kun je lezen in Mattheüs 21:28-32. Na elk vers uit dit gedeelte komen er vragen. Lees de tekstverzen rustig door en geef daarna antwoord op de vraag of vragen. Gebruik de kanttekeningen van de Statenbijbel.

Als je de kanttekeningen gebruikt, leer je de betekenis van de Bijbel beter. Lees: Mattheüs 21:23 Wie komen er tot de Heere Jezus, als Hij in de tempel leert? Wat vragen ze aan de Heere Jezus? Lees: Mattheüs 21:24 Geeft de Heere Jezus direct antwoord, of stelt Hij een vraag? Lees : Mattheüs 21:25,26 en 27 Welke Johannes bedoelde de Heere Jezus? De Heere Jezus vraagt waar de doop van Johannes vandaan komt. Doopte hij in opdracht van mensen, of had hij een opdracht uit de hemel gekregen? Wat betekent : uit de hemel? ( kijk naar kanttekening 27) Wat betekenen de woorden : bij zichzelven overleggen? ( kijk naar kanttekening 28) Geven de joodse leiders een duidelijk antwoord? Wat zeggen ze? Welk antwoord geeft de Heere Jezus?

Lees: Mattheüs 21:28 Met welke vraag begint de Heere Jezus aan de gelijkenis? Wat zegt een mens tegen zijn eerste zoon? Lees: Mattheüs 21:29 Wat zegt de eerste zoon en wat doet hij? Lees: Mattheüs 21:30 Wat zegt een mens tegen zijn tweede zoon? Wat zegt de tweede zoon en wat doet hij? Lees: Mattheüs 21:31 Wat vraagt de Heere Jezus aan de joodse leiders? Wat zegt de Heere Jezus na het antwoord van de joodse leiders? Lees: Mattheüs 21:32 De Heere Jezus zegt tegen de joodse leiders dat Johannes tot hen gekomen is in de weg van de gerechtigheid. Welke weg is dat? ( lees kanttekening 34)

Hebben de joodse leiders het onderwijs van Johannes geloofd? Wie hebben Johannes wel geloofd? De betekenis van de gelijkenis Waar gaat het over in de gelijkenis? In de gelijkenis gaat het over twee zonen. Met de twee zonen bedoelt de Heere Jezus twee groepen mensen. Met de eerste zoon bedoelt de Heere Jezus tollenaren en zondaren. ( nee zeggen en ja doen) Met de tweede zoon bedoelt de Heere Jezus de leiders van de joden. ( ja zeggen en nee doen) Twee groepen De twee groepen behoorden allemaal tot het volk dat de Heere had gekozen om Zijn volk te zijn. Het volk van de joden. Het verbondsvolk. Mensen die besneden waren. Mensen die apart genomen waren van de heidenen. Mensen die gehoorzaam moesten zijn aan de Koning van Gods Koninkrijk, Koning Jezus. Boodschap voor jou Als je gedoopt bent, heeft God je ook apart gezet. Gedoopte kinderen zijn geen heidenen. De Heere wil dat je gehoorzaam zult zijn aan alles wat met Zijn Koninkrijk te maken heeft. Gehoorzaam aan Koning Jezus. Hoe kan dat? Dat kan door een nieuwe geboorte. Een nieuwe geboorte is werk van God. Door een nieuwe geboorte maakt God je van ongehoorzaam, gehoorzaam met je hele hart aan Hem. Dan ga je de wil van God doen. Dan wonder kan gebeuren. Daar is al om gevraagd bij je doop. En God heeft beloofd dat Hij je gehoorzaam aan Hem kan maken door Zijn werk. Hij kan en wil doen wat Hij beloofd heeft. Het staat op je gedoopt voorhoofd. Maar er moet wel een wonder gebeuren. Een wonder kan God alleen. Maar jij moet wel vragen aan de Heere of er een wonder in jouw leven mag gebeuren.

Ik wil niet De eerste zoon uit de gelijkenis was eerst ongehoorzaam aan zijn vader. Maar hij kreeg berouw en werd gehoorzaam Met de eerste zoon bedoelt de Heere Jezus tollenaren en zondaren. Iedereen weet dat tollenaren en zondaren verkeerde dingen doen en tegen de geboden van de Heere zondigen. De leiders van de joden noemen deze mensen verloren mensen. Ze willen er niet eens mee praten of naast zitten. Een tollenaar en zondaar laat zien met hun leven dat ze niet gehoorzaam aan God zijn. Ze reageren neteender als de eerste zoon. Maar in de gelijkenis leert de Heere Jezus dat er een wonder kan gebeuren in het leven van zondige mensen. De Heere Jezus zoekt deze mensen op. De leiders van de joden zeggen dat deze mensen verloren mensen zijn, maar de Heere Jezus leert dat Hij juist gekomen is om verloren mensen te zoeken en zalig te maken. Als het woord van de Heere Jezus gezegend wordt aan het hart van een tollenaar of zondaar, krijgt hij berouw over zijn zonden en kan er niet meer in leven. Dan worden ze van ongehoorzaam gehoorzaam. Dat is het werk van de Heere. De zondige mensen hebben eerst tegen de Heere gezegd: Nee, wij willen U niet dienen. Dus nee zeggen en ja doen. Door het werk van God worden ze van ongehoorzaam gehoorzaam. Nu jij Zo, nu jij. Praat maar eens met je eigen hart. Kan dat, met je eigen hart praten? Ja, dat kan. Weet je hoe dat moet? Nou, dan lees je een zin en vraag je aan jezelf : doe ik zo, of doe ik zo niet? We beginnen De eerste zoon wilde eerst niet gehoorzaam zijn. Denk eens aan het woord : willen. Je hebt dit woord nu nodig. Je ouders willen bijvoorbeeld dat jij door de week mee naar de kerk gaat als er een kerkdienst ( dovendienst) gehouden wordt. Wat is je antwoord als je op de eerste zoon lijk? Praat eens met jezelf. Dan zeg je : Ik wil niet. Nog iets. Er wordt tegen jou gezegd : Zul je meer in de Bijbel lezen? Maar je gebruikt je tijd ergens anders voor. Wat is je antwoord op de vraag? Praat eens met jezelf.

Nog één opdracht. Zeg, wees eens bezig met de dingen van Gods Koninkrijk. Moeilijk? Geen tijd? Geen zin? Dus ik wil niet. Ik zeg : nee. Om Jezus wil Maar jouw wil kan nieuw worden, als er een wonder gebeurt in je leven. Welk wonder? Het wonder van de bekering. Als de Heere zegt: Ik ga dat meisje, of die jongen, bekeren, dan doet Hij je hart open en komt er binnen met Zijn Heilige Geest. Dan wordt alles anders. Dan wordt alles nieuw. Je wil wordt nieuw. Je denken wordt nieuw. Je verstand, dat donker is door de zonde, wordt verlicht. Ja gaat anders luisteren naar het Woord van God. Je krijgt berouw over je zonden. Wat je eerst niet wilde doen, ga je nu wel doen. Je zei eerst tegen een heleboel dingen : nee, maar dat wordt nu : ja. Door het werk van God leer je dat je tegen Hem gezondigd hebt. Je leert ook dat zonden gestraft moeten worden, anders is het niet goed tussen God en jou. Hoe het nog goed kan komen, leert de Heere door Zijn Woord en de Heilige Geest. Er is er Eén, Die jou kan verlossen van je zonden. Het is de Heere Jezus. De Koning van het hemels Rijk. Je hebt Hem nodig voor je hart. Omdat Hij de Redder is van verloren zondaren, heeft Hij macht om jou een plaats te geven in zijn Rijk. Als je een plaats krijgt in zijn Rijk, gebeurt er een groot wonder in je leven. Het grootste wonder voor jongens en meisjes die eerst ongehoorzaam waren, maar nu gehoorzaam worden, om Jezus wil. Praat nu met de Heere en vraag: Heere, wilt U mij leren wat ik nodig heb om gehoorzaam te worden aan U? Ik wil De tweede zoon deed alsof hij gehoorzaam was, maar hij was ongehoorzaam. Hij zei:ja en hij deed : nee. Met de tweede zoon bedoelt de Heere Jezus de leiders van de joden. De leiders denken dat ze beste mensen zijn. Ze denken dat ze niet zondigen tegen de wet van God. Verloren mensen? O nee, dat zijn ze niet. Verdriet over hun zonden? O nee, dat hebben ze niet. Ze leven toch netjes? Ze danken God dat ze niet zo slecht zijn als andere mensen. Ze zeggen tegen God : God, wij leven helemaal voor U. Dat is toch mooi? Wat ze zeggen lijkt mooi, maar ze zeggen het alleen met hun mond. Het is vanbinnen in hun hart niet goed.

Weet je Wie ze niet nodig hebben? Ze hebben de Heere Jezus niet nodig, als Verlosser voor hun zonden. Ze zeggen gewoon nee tegen Hem. Ze doen ja met hun mond en zeggen nee met hun hart. Ze geloven niet in de Heere Jezus. Dat is erg. Ieder een eigen plaats Als een tollenaar of zondaar tot bekering komt en gehoorzaam wordt aan het woord van de Heere Jezus, krijgen ze een plaats van Koning Jezus in Zijn Rijk. Als de leiders van de joden niet willen geloven in de Heere Jezus, moeten ze voor eeuwig buiten het Koninkrijk van Koning Jezus blijven. Dan gaan de bekeerde tollenaren en zondaren hen voor naar binnen. Nu jij Misschien leef je wel net zo netjes als de leiders van de joden. Jij doet alles op tijd, bidden, danken, bijbellezen. Dat is natuurlijk goed, dat moet je altijd doen. Je gaat met je ouders mee naar de kerk. Je zegt altijd ja. Goed! Maar nu moet je weer eens met je eigen hart praten. Vraag eens aan je hart: Heb ik genoeg aan alles wat ik doe, of heb ik bekering nodig? Denk ik, net als de leiders van de joden dat ik zalig kan worden door alles wat ik goed doe, of heb ik het werk van de Heere Jezus nodig in mijn hart? Als je echt met deze vragen bezig bent, vraag je nog meer. Dan vraag je ook: Heere, wilt U met Uw Heilige Geest in mijn hart werken en mij bekeren? Als je genoeg hebt aan alle goede dingen die je doet en meer niet, kom je nog alles tekort voor je zaligheid. Het moet vanbinnen in je hart goed worden. Daar moet het nieuw worden. En dat kan het worden omdat God het kan doen bij jou, om het werk van de Heere Jezus. Voorgaan De Heere Jezus zegt: Joodse leiders, luister eens, als jullie niet in Mij willen geloven en tollenaren en zondaren wel, zullen die jullie voorgaan in het Koninkrijk van God. Joodse leiders, jullie moeten je ook bekeren. Ook voor bekeerde joden is er plaats in Mijn Koninkrijk. Nog één keer Een vraag aan de Heere: Heere, wilt U mij onderwijs leren uit deze gelijkenis? Leert U mij gehoorzaam te zijn aan U? Wilt U mijn ongehoorzaamheid tot gehoorzaamheid maken? Wilt U mijn nee, tot ja maken? Wat zegt de Heere in Psalm 25 In die Psalm zegt de Heere: Wie Hem ( de Heere) need rig valt te voet, zal van Hem zijn wegen leren.

Vragen over de betekenis van de gelijkenis Twee groepen Welke twee groepen mensen bedoelt de Heere Jezus met de twee zonen? De twee groepen mensen behoorden tot het verbondsvolk. Wat betekent dat? Boodschap voor jou Door je doop heeft God jou gezet van mensen die niet gedoopt zijn. ( mensen van de wereld) Behoor je, door je doop in het Koninkrijk van God, of moet er eerst nog iets gebeuren? ( Lees het eerste stukje van het doopformulier) Geef daarna antwoord. Waar is om gevraagd toen jij gedoopt werd? ( Lees het gebed uit het doopformulier, dat gebeden is voor jij gedoopt werd) Begrijp je waar het om gaat in dit gebed? Lees het rustig. Praat er over met je ouders, die jou voor de doop gehouden hebben. Geef daarna antwoord. Ik wil niet Welke mensen reageren er neteender als de eerste zoon? ( Deze zoon was eerst ongehoorzaam, maar kreeg berouw en werd gehoorzaam) Hoe noemen de leiders van de joden deze mensen?

Wat leert de Heere Jezus? Wat gebeurt er in het hart van een tollenaar of zondaar, als het Woord van de Heere Jezus gezegend wordt aan het hart? Nu jij Wanneer doe je neteender als de eerste zoon? Kan het zondige nieuw gemaakt worden in jouw hart en leven? Welke wonder moet er dan gebeuren? Wat gebeurt er in de bekering? Er gebeuren meestal veel dingen in je leven. Wat is het grootste wonder? Ik wil Welke mensen reageren er neteender als de tweede zoon? ( De tweede zoon deed alsof hij gehoorzaam was, maar hij was ongehoorzaam) Wat denkende joodse leiders?

In Wie geloven de joodse leiders niet? Wat gebeurt er met de joodse leiders, als ze niet in de Heere Jezus geloven? Wat gebeurt er met tollenaren en zondaren, als ze zich bekeren en in de Heere Jezus geloven? Nu jij Jij kunt een heleboel goede dingen doen en die moet je ook doen. Bijvoorbeeld : bidden, danken, goede boeken lezen. ( doen hoor!) Nu een belangrijke vraag. Zijn deze goede dingen genoeg voor je zaligheid? Wat heb je nodig voor je zaligheid? Wat moet je altijd aan de Heere vragen? Kun je nog een nieuw hart krijgen? Wat gebeurt er dan in je leven? Is deze tijd, nu je nog jong bent, een goede tijd om de Heere te zoeken en om bekering te vragen?

Wat staat er in Prediker 12:1? Een paar vragen over deze tekst. Wie is jouw Schepper? Wat zijn kwade dagen? ( lees kanttekening 3 van Prediker 11) Wat betekent: ik heb geen lust in dezelve? Wat moet je, na het lezen van elke gelijkenis aan de Heere vragen? Wat zegt de Heere in Psalm 25:4 ( berijmd ) de laatste twee regels?