4.2 Outdooractiviteiten Uit werkmap Veiligheid in het jeugd- en jongerenwerk Activiteiten bij water Inleiding Outdooractiviteiten zijn dikwijls spannend en vooral geliefd bij jeugdigen en jongeren. Vaak zie je dat hoe spannender een activiteit is, des te meer veiligheidsmaatregelen daarbij genomen moeten worden. Daarom volgt in dit gedeelte een overzicht van een aantal outdooractiviteiten en de daarbij behorende aandachtspunten, maatregelen en adviezen om de activiteiten zo veilig mogelijk te laten verlopen. Ook hier dient weer opgemerkt te worden dat ongelukken, ongeacht allerlei veiligheidsmaatregelen, niet altijd uit te sluiten zijn. Doel is zoveel als mogelijk ongelukken te voorkomen. Dat is nog steeds beter dan genezen. Outdooractiviteiten, aandachtspunten, maatregelen en adviezen Deelnemers zijn bekend met de gebruiken en technieken in de bergsport. rotsklimmen, klimwanden, abseilen Deelnemers zijn verzekerd tegen ongevallen bij gevaarlijke sporten en tegen ziektekosten. Sluit een passende reis- en ongevallenverzekering af, inclusief reddingskosten en verblijfskosten in een (buitenlands) ziekenhuis. Leer touw-, zekerings- en reddingstechnieken aan en oefen deze regelmatig. Klimmateriaal wordt voor elke activiteit gecontroleerd. Controleer takels, katrollen en tokkelmaterialen (kabelbaanmateriaal) voor aanvang van elke activiteit. Voorklimmers beschikken over de nodige ervaring en kennis en zijn bekend met aanbevolen en voorgeschreven technieken over bergsport. Bij het abseilen wordt voor een dubbele zekering gezorgd. Regel dat de persoon die van bovenaf voor deze zekering zorgt, zelf goed geborgd is. Van alle te gebruiken klimlijnen (touwen) en overige materialen, zoals haken, klimgordels, achten en zo zijn typetesten bekend. Zorg dat het gebruik en de historie van het materiaal bekend is en dat er een registratie van het materiaalgebruik bijgehouden wordt. rotsklimmen, klimwanden, abseilen Deelnemers zijn op de hoogte van de geldende alarmnummers. Deze verschillen per land. Stel je van tevoren op de hoogte van de in het land geldende alarmnummers. De persoon die voor de zekering zorgt, is op de hoogte van de te gebruiken techniek. - Klimteams hebben een vaste samenstelling (paren). - Stem klimteams op elkaar af voor wat betreft gewicht (gelijk). 109
Permanent opgestelde speeltoestellen zoals klimwanden voldoen aan het besluit Veiligheid Attractie - en Speeltoestellen en zijn gekeurd. Tijdelijke of gepionierde klimtoestellen zijn geblokkeerd of afgesloten en worden voor elk gebruik gecontroleerd op gebreken. Deelnemers dragen een helm bij klimmen. Zie veiligheid bij speeltoestellen. Toezicht dient altijd aanwezig te zijn, ook als het toestel niet wordt gebruikt. Controleer voor en tijdens gebruik op onveilige situaties en mogelijke gebreken. Toestel wordt gebruikt volgens de regels van het besluit Veiligheid Attractie -en Speeltoestellen. Toestellen dienen stabiel en goed verankerd te zijn. Zorg dat deelnemers een helm dragen en geef voorlichting over het gebruik van de helm. Personen die begeleiden, zijn op de hoogte van alle veiligheidsregels bij de klimsport. bergwandelen, hiking Deelnemers beschikken over goede, goed ingelopen (berg)wandelschoenen met geprofileerde zool. 110
bergwandelen, hiking Deelnemers zijn bekend met gebruik van tent, fleece, slaapzak en rugzak. Hou toezicht op bepakking en gewicht. Hou toezicht op noodrantsoenen en voldoende drinkwater. Zorg voor de aanwezigheid van een noodfluitje, EHBOmateriaal, warmhoudfolie, reddingsdeken en zo meer. Deelnemers houden oogcontact en blijven bij elkaar in een groep. Groepen hebben minimaal twee begeleiders. Begeleid personen die om welke reden dan ook moeten terugkeren, of keer terug met de hele groep. Zorg dat begeleiders op de hoogte zijn van situatiegerelateerde aandoeningen en ziektes, onder andere hoogteziekte, blaren en zo meer. Deelnemers zijn op de hoogte van de geldende gedragsregels in de bergen of het gebied waar gewandeld wordt. Deelnemers zijn zich bewust van de risico s en de noodzakelijke conditie. Deelnemers zijn op de hoogte van alarmnummers, fluitsignalen en armsignalen. Vertrouw niet alleen op de mobiele telefoon. Leiding weet te handelen bij onweer, onderkoeling en oververhitting. Leiding kan omgaan met een topografische kaart en kompas. 111
grotten, speleologie Grotten worden alleen bezocht onder deskundige leiding. De leiding bestaat uit meer personen, met certificaat. De leiding weet om te gaan met paniek en angst van deelnemers, onder andere engtevrees. Deelnemers zijn verzekerd tegen risico's in deze tak van sport. Deelnemers zijn gekleed op grotbezoek, bekend met het gebruik van de hoofdverlichting en het dragen van een helm, laarzen, overall en kniebeschermers. Informeer van tevoren of deelnemers last hebben van claustrofobie of hoogtevrees. Weet hoe om te gaan met zitgordel, borstgordel, klimhandvat, afdaler, croll, musketons en leeflijn. Informeer deelnemers hoe de helmverlichting werkt en hoe batterijen verwisseld moeten worden. pionieren Begeleiders zijn op de hoogte van de vereiste vergunningen en de wettelijke bepalingen die voor grotbezoek gelden. Objecten vallen niet onder het besluit Veiligheid attractie- en speeltoestellen. Keuring is noodzakelijk als derden gebruik willen maken van het speelwerktuig. Object is niet permanent (bouwvergunning). Tijdens het pionieren is één persoon verantwoordelijk voor de algehele leiding van de bouw. Let op plaatselijke verschillen. Zorg dat de leiding op de hoogte is van de wettelijke bepalingen rondom pionierobjecten. Wijs een verantwoordelijke aan die: overzicht houdt en let op de veiligheid (primaire taak); duidelijke instructies geeft over veiligheid en coördineert waar nodig. Laat andere leiding verantwoordelijk zijn voor begeleiding van de leden. pionieren Voordat wordt gestart met een pionierproject, worden alle betrokkenen op de hoogte gesteld van de mogelijke gevaren, de veiligheidsregels en van de werkwijze die moet leiden tot een goed pionierobject. Zorg dat het pionierobject is afgestemd op de leeftijd van de bouwers / gebruikers en dat de bouwtijd bekend is (planning). Bij het maken van pionierobjecten worden voldoende veiligheidsmaatregelen getroffen. Denk aan het gebruik van helmen, klimgordels en schlinge, veiligheidsschoenen en veilige klimlijnen die allen voor elk gebruik gecontroleerd en ge- 112
Er wordt gelet op weersomstandigheden voor, tijdens en na het pionieren. Duidelijke markering van de omgeving van het pionierobject tijdens de bouw en afsluiten voor buitenstaanders. Het aantal personen dat van een pionierobject gebruik gaat maken, is vastgelegd. Deel deelnemers in naar ongeveer gelijk gewicht. keurd zijn. Let op: het aantal personen dat tegelijk gebruik maakt van het pionierobject, in verband met het gewicht; het vaststellen van de maximale gebruiksduur; het vaststellen van een minimum- of maximumleeftijd; regulering van de toegang tot het gebruik van het pionierobject. Touwen en katrollen worden voor elke activiteit waar ze gebruikt worden gecontroleerd en indien nodig vervangen. 113
Activiteit Aandachtspunten Maatregelen en adviezen pionnieren Het pionierhout wordt voor elke activiteit dat het gebruikt wordt gecontroleerd en indien nodig vervangen. Er wordt bijgehouden wanneer welk materiaal wordt gebruikt en wat de staat van het materiaal is. Hou een logboek bij. Zorg dat het materiaal op gebreken wordt gecontroleerd voor de start van het pionieren. Klimmateriaal is voorzien van een keur (type keuring). Klimmateriaal wordt vóór gebruik gecontroleerd. Deelnemers zijn op de hoogte van touwkwaliteit en treksterkte van dikte en soort. De kwaliteit en breeksterkte van pionierhout is bekend. Er is een lijst waarop alle materialen staan aangegeven van het te bouwen object. Er is een bouwschets van het te pionieren object. Materiaal wordt direct opgeruimd om ongelukken te voorkomen. kabelbanen Leiding is bekend met de mogelijke gevaren bij het gebruik van kabel- en tokkelbanen. Activiteit Aandachtspunten Maatregelen en adviezen pionieren Te gebruiken materialen worden voor elk gebruik gecontroleerd op gebreken. Personen die gebruikmaken van de kabelbaan hebben er ook aan gewerkt (besluit Veiligheid attractie - en speeltoestellen ). Torens zijn voldoende geschoord en voorzien van tuien. - De torenfundering is zodanig uitgevoerd dat opwippen van de toren onmogelijk is. - De torenfundering zakt niet weg of scheef bij eventuele regenval. - Het hoogteverschil tussen de torens is niet te groot. De kabelbaan is niet te steil: 10 tot 15 114
graden. Uit werkmap Veiligheid in het jeugd- en jongerenwerk Activiteiten bij water Kabelbaan loopt boven een ondergrond die vrij is van obstakels. - De kabelbaan loopt over een zachte ondergrond. - Bij een kabelbaan over water wordt er opgelet dat deelnemers kunnen zwemmen. kabelbanen De loopkabel is afgezekerd op een punt in de grond door middel van een zogenaamde dodeman of aan een boom en niet alleen op de torens zelf. - De kabel is uit één stuk, zonder knopen. - De kabel kan worden bijgesteld en gespannen. - De kabel is wat dikte en materiaal betreft berekend op het vereiste draagvermogen. Kabelbaan is voorzien van een goede remmogelijkheid. De reminrichting is dubbel uitgevoerd. Activiteit Aandachtspunten Maatregelen en adviezen kabelbanen Personen die gebruikmaken van de kabelbaan, zijn voorzien van een klimgordel en veiligheidslussen voor de handen. - Personen die gebruik maken van de kabelbaan zijn gezekerd. - Er wordt toezicht gehouden en gelet op veilig gebruik van de kabelbaan. Er wordt toezicht gehouden als de kabelbaan niet wordt gebruikt. - De katrol wordt verwijderd als de baan buiten bedrijf is. - Zorg dat toegang tot de baan onmogelijk is. Personen die naar een bordes klimmen via een touwladder of iets dergelijks, zijn voorzien van een veiligheidsklimgordel en een zekeringstouw. Er is in de toren begeleiding en toezicht bij het aankoppelen aan de glijkatrol. De begeleider in de toren is gezekerd. 115
Q. outdooractiviteiten Uit werkmap Veiligheid in het jeugd- en jongerenwerk Activiteiten bij water RISICO-INVENTARISATIE EN -EVALUATIE naam van de club: plaats: opgesteld door: naam en handtekening datum besproken met: naam en handtekening datum Q. outdooractiviteiten in aandachtspunten, maatregelen en adviezen map Rotsklimmen, klimwanden, abseilen 4.2 Deelnemers zijn verzekerd tegen ongevallen bij gevaarlijke sporten en tegen ziektekosten 4.2 Deelnemers zijn bekend met de gebruiken en technieken in de bergsport 4.2 Klimmateriaal wordt voor elke activiteit gecontroleerd 4.2 Voorklimmers beschikken over de nodige ervaring en kennis en zijn bekend met aanbevolen en voorgeschreven technieken over bergsport 4.2 Bij het abseilen wordt voor een dubbele zekering gezorgd 4.2 Van alle te gebruiken klimlijnen (touwen) en overige materialen, zoals haken, klimgordels, achten en zo zijn typetesten bekend 4.2 Deelnemers zijn op de hoogte van de geldende alarmnummers 4.2 De persoon die voor de zekering zorgt, is op de hoogte van de te gebruiken techniek 4.2 Permanent opgestelde speeltoestellen zoals klimwanden voldoen aan het besluit Veiligheid Attractie - en Speeltoestellen en zijn gekeurd 4.2 Tijdelijke of gepionierde klimtoestellen zijn geblokkeerd of afgesloten en worden voor elk gebruik gecontroleerd op gebreken 4.2 Deelnemers dragen een helm bij klimmen 4.2 Personen die begeleiden, zijn op de hoogte nvt gedaan nog doen opmerkingen 116
van alle veiligheidsregels bij de klimsport bergwandelen, hiking 4.2 Deelnemers beschikken over goede, goed ingelopen (berg)wandelschoenen met geprofileerde zool 4.2 Deelnemers zijn bekend met gebruik van tent, fleece, slaapzak en rugzak 4.2 Deelnemers houden oogcontact en blijven bij elkaar in een groep 4.2 Deelnemers zijn op de hoogte van de geldende gedragsregels in de bergen of het gebied waar gewandeld wordt 4.2 Deelnemers zijn zich bewust van de risico s en de noodzakelijke conditie 4.2 Deelnemers zijn op de hoogte van alarmnummers, fluitsignalen en armsignalen 4.2 Leiding weet te handelen bij onweer, onderkoeling en oververhitting 4.2 Leiding kan omgaan met een topografische kaart en kompas grotten, speleologie 4.2 Grotten worden alleen bezocht onder deskundige leiding 4.2 Deelnemers zijn verzekerd tegen risico's in deze tak van sport 4.2 Deelnemers zijn gekleed op grotbezoek, bekend met het gebruik van de hoofdverlichting en het dragen van een helm, laarzen, overall en kniebeschermers 4.2 Begeleiders zijn op de hoogte van de vereiste vergunningen en de wettelijke bepalingen die voor grotbezoek gelden pionieren 4.2 Objecten vallen niet onder het besluit Veiligheid attractie- en speeltoestellen. Keuring is noodzakelijk als derden gebruik willen maken van het speelwerktuig. Object is niet permanent (bouwvergunning) 4.2 Tijdens het pionieren is één persoon verantwoordelijk voor de algehele leiding van de bouw. 117
4.2 Voordat wordt gestart met een pionierproject, worden alle betrokkenen op de hoogte gesteld van de mogelijke gevaren, de veiligheidsregels en van de werkwijze die moet leiden tot een goed pionierobject 4.2 Bij het maken van pionierobjecten worden voldoende veiligheidsmaatregelen getroffen 4.2 Er wordt gelet op weersomstandigheden voor, tijdens en na het pionieren 4.2 Duidelijke markering van de omgeving van het pionierobject tijdens de bouw en afsluiten voor buitenstaanders 4.2 Het aantal personen dat van een pionierobject gebruik gaat maken, is vastgelegd. Deel deelnemers in naar ongeveer gelijk gewicht 4.2 Touwen en katrollen worden voor elke activiteit waar ze gebruikt worden gecontroleerd en indien nodig vervangen 4.2 Het pionierhout wordt voor elke activiteit dat het gebruikt wordt gecontroleerd en indien nodig vervangen 4.2 Er wordt bijgehouden wanneer welk materiaal wordt gebruikt en wat de staat van het materiaal is 4.2 Klimmateriaal is voorzien van een keur (type keuring) 4.2 Klimmateriaal wordt vóór gebruik gecontroleerd 4.2 Deelnemers zijn op de hoogte van touwkwaliteit en treksterkte van dikte en soort 4.2 De kwaliteit en breeksterkte van pionierhout is bekend 4.2 Er is een lijst waarop alle materialen staan aangegeven van het te bouwen object 4.2 Er is een bouwschets van het te pionieren object 4.2 Materiaal wordt direct opgeruimd om ongelukken te voorkomen kabelbanen 4.2 Leiding is bekend met de mogelijke gevaren bij het gebruik van kabel- en tokkelbanen 118
4.2 Te gebruiken materialen worden voor elk gebruik gecontroleerd op gebreken 4.2 Personen die gebruikmaken van de kabelbaan hebben er ook aan gewerkt (besluit Veiligheid attractie - en speeltoestellen ) 4.2 Torens zijn voldoende geschoord en voorzien van tuien 4.2 De kabelbaan is niet te steil: 10 tot 15 graden 4.2 Kabelbaan loopt boven een ondergrond die vrij is van obstakels 4.2 De loopkabel is afgezekerd op een punt in de grond door middel van een zogenaamde dodeman of aan een boom en niet alleen op de torens zelf 4.2 Kabelbaan is voorzien van een goede remmogelijkheid 4.2 Personen die gebruikmaken van de kabelbaan, zijn voorzien van een klimgordel en veiligheidslussen voor de handen 4.2 Er wordt toezicht gehouden als de kabelbaan niet wordt gebruikt 4.2 Personen die naar een bordes klimmen via een touwladder of iets dergelijks, zijn voorzien van een veiligheidsklimgordel en een zekeringstouw 4.2 Er is in de toren begeleiding en toezicht bij het aankoppelen aan de glijkatrol Einde van blok Q: Outdooractiviteiten 119