Overeenkomst inzake economische en technische samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Irak

Vergelijkbare documenten
TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1979 Nr. 6

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg

BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN

KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

Overeenkomst nopens de instelling van een raadgevende interparlementaire Beneluxraad (5 november 1955)

Benelux-verdrag inzake tekeningen of modellen

Benelux-verdrag inzake de warenmerken

KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

MOLDAVIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN DE FRANSE REPUBLIEK EN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

3. De bevoegde autoriteiten van de Overeenkomstsluitende Partijen

VLAAMSE RAAD ONTWERP VAN DECREET

Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR

DE EUROPESE GEMEENSCHAP (hierna "de Gemeenschap" te noemen) enerzijds, en

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2000 Nr. 97

BOSNIË-HERZEGOVINA BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. Cabotage (= vervoer tussen twee in een ander land gelegen plaatsen) is niet toegestaan.

Verdrag inzake de erkenning van echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1971 Nr. 163

STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE

SAMENWERKINGSAKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK KROATIË EN DE VLAAMSE REGERING

Dit Verdrag is van toepassing, welke ook de rechter of de autoriteit is die kennis dient te nemen van het geschil.

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1961 Nr. 74

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1967 Nr. 195

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1988 Nr. 94

ANNEX BIJLAGE. bij. voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Associatiebesluiten van de Associatieraad EEG- Turkije BETREFFENDE DE TENUITVOERLEGGING VAN ARTIKEL 12

VLAAMSE RAAD ONTWERP VAN DECREET

VERDRAG INZAKE SOCIALE ZEKERHEID TUSSEN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

OVEREENKOMST BETREFFENDE BELASTINGHEFFING OP INKOMSTEN UIT SPAARGELDEN EN DE VOORLOPIGE TOEPASSING ERVAN

De Federale Regering, De Vlaamse Regering, De Waalse Regering, De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De Regering van de Duitstalige Gemeenschap,

Verlangende de economische samenwerking tussen de Contracterende Partijen te verstevigen en de samenwerking tussen de privé-bedrijven uit te breiden,

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1974 Nr. 59

Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime,

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA

No NETHERLANDS and IRAN Cultural Agreement. Signed at The Hague, on 22 May 1959

TRAGTATENBLAD VAN HET KONINKR IJ K DER N E D E RLAN DEN. JAARGANG 1954 No. 87

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1956 No. 104

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2016 Nr. 63

Londen, 4 november 2004

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

7107/15 JVS/jvc DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7107/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0049 (NLE)

TRACTATENBLAD VAN H ET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1980 Nr. 135

OVEREENKOMST tussen Canada en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor samenwerking op het gebied van kernonderzoek

RUSLAND BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

TRACTATENBLAD VAN HET

PROTOCOL TUSSEN DE REPUBLIEK OOSTENRIJK HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN MET AANVULLEND PROTOCOL

HET EUROPEES INSTITUUT VOOR GENDERGELIJKHEID HET BUREAU VAN DE EUROPESE UNIE VOOR DE GRONDRECHTEN. Samenwerkingsovereenkomst

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN VLAANDEREN (KONINKRIJK BELGIE) EN DE INTERNATIONALE ARBEIDSORGANISATIE (IAO)

(Mededelingen) EUROPEES PARLEMENT

(sd.) H. VAN DEN BROEK. Minister of Foreign Affairs of the Kingdom of the Netherlands

WET van 3 juni 2002, houdende instelling van het Instituut voor Bevordering van Investeringen in Suriname (Wet Investsur) (S.B no. 41).

MAROKKO BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2001 Nr. 134

Protocol van 3 juni Houdende wijziging van het Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF) van 9 mei 1980 (Protocol 1999)

7111/15 JVS/mg DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 28 april 2015 (OR. en) 7111/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0048 (NLE)

OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË MONTENEGRO INZAKE HET VERRICHTEN VAN BETAALDE WERKZAAMHEDEN DOOR BEPAALDE GEZINSLEDEN

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

Verdrag tussen de Tsjechische Republiek en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de export van sociale-verzekeringsuitkeringen

BIJLAGEN. bij het. Gezamenlijk voorstel voor een Besluit van de Raad

Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet;

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1989 Nr. 96

PROTOCOL 3. Instelling en werkwijze van het Europees Comité voor de opstelling van standaarden voor de binnenvaart CESNI. Besluit

Raad van de Europese Unie Brussel, 28 april 2017 (OR. en)

BIJLAGEN. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

Verdrag betreffende de bevoegdheid der autoriteiten en de toepasselijke wet inzake de bescherming van minderjarigen

12097/15 JVS/mg DGD 1. Raad van de Europese Unie. Brussel, 20 oktober 2015 (OR. en) 12097/15. Interinstitutioneel dossier: 2015/0197 (NLE)

Toescheidingsovereenkomst inzake nationaliteiten tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname

PROTOCOL TUSSEN DE REPUBLIEK OOSTENRIJK EN HET KONINKRIJK BELGIË

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1999 Nr. 27

Overeenkomst inzake economische samenwerklng tussen de. De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden. Regering van de Republiek Oeganda

AKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE ANTIGUA EN BARBUDA INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGAANGELEGENHEDEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Arabische Republiek Egypte inzake de wederzijdse aanmoediging en bescherming

Uit dien hoofde hebben zij overeenstemming bereikt als volgt:

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1981 Nr. 10

- OVEREENKOMST INZAKE BEWAARNEMING

Verdrag inzake de betekening en de kennisgeving in het buitenland van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke en in handelszaken

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1996 Nr. 208

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

TRAGTlTENBLAD VAN HET KONINKRDK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1991 Nr. 5

Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3

TRACTATENBLAD KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1976 Nr. 144

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

De Lid-Staten van de Raad van Europa die deze Overeenkomst hebben ondertekend,

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELG IE DE REPUBLIEK TURKIJE TOT HET VERMIJDENVAN DUBBELE BELASTING

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

OVEREENKOMST. Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA), vertegenwoordigd door de heer Georges CARLENS, administrateur generaal,

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Transcriptie:

(Tekst geldend op: 14-10-2009) Overeenkomst inzake economische en technische samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Irak (authentiek: nl) Overeenkomst inzake economische en technische samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Irak

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Republiek Irak, Geleid door de wens de banden van vriendschap tussen hun beide landen te verstevigen en de economische en technische samenwerking op basis van gelijkheid en tot wederzijds voordeel te bevorderen, Hebben besloten een overeenkomst te sluiten en hebben te dien einde als hun gemachtigden benoemd: Zijne Excellentie Jonkheer drs. David M. Schorer, Buitengewoon en Gevolmachtigd Ambassadeur van Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden te Bagdad. Zijne Excellentie drs. Frits Bolkestein, Minister voor Buitenlandse Handel van Nederland, Zijne Excellentie de Heer Hassan Ali, Minister van Handel van de Regering van de Republiek Irak, Die, na elkander hun volmachten te hebben medegedeeld, welke in goede en juiste vorm zijn bevonden, als volgt zijn overeengekomen: Artikel 1 De beide Regeringen zullen in overeenstemming met de in elk van hun beide landen van toepassing zijnde wetten en voorschriften de economische en technische samenwerking tussen hun beide landen stimuleren en tot ontwikkeling brengen. Artikel 2 De beide Regeringen moedigen de belanghebbende maatschappijen en organisaties van hun beide landen aan, het aanknopen te overwegen van betrekkingen op het gebied van wederzijdse samenwerking, daarbij in het oog houdend de behoeften en mogelijkheden die de beide landen hebben, alsmede de doelstellingen van deze Overeenkomst. De beide Regeringen vergemakkelijken, binnen het kader van wat mogelijk is, de uitvoering van contracten en afspraken die uit de bovengenoemde betrekkingen op het gebied van wederzijdse samenwerking voortvloeien. Artikel 3 Gelet op de in artikel 1 van deze Overeenkomst genoemde doelstelling, streven de beide Regeringen ernaar hun economische en technische samenwerking te bevorderen en uit te breiden, onder meer op de volgende gebieden: - Industrie en mijnbouw, daarbij inbegrepen de aardolie-industrie en de petrochemische industrie; - de opwekking, overbrenging en distributie van elektrische energie; - de behandeling van afvalwater en de watervoorziening; - Landbouw, veeteelt, tuinbouw en visserij; - Plattelandsontwikkeling; - Waterhuishouding; - Huisvesting en bouwnijverheid; - Vervoer en verbindingen; - Werktuigbouw, het geven van adviezen en andere vormen van dienstverlening; - Volksgezondheid en geneeskunde; - de overdracht van technologie; - Infrastructuur. Artikel 4 1. De beide Regeringen stellen alles in het werk om de technische samenwerking te bevorderen, daarbij inbegrepen de overdracht van moderne technologie tussen daarvoor in aanmerking komende organisaties en handelsondernemingen, ten einde de economische samenwerking te

bevorderen. 2. De technische samenwerking kan op de volgende wijzen ten uitvoer worden gelegd: a) de uitwisseling van bezoeken van gespecialiseerd personeel; b) de studie en/of het verrichten van onderzoek door gevorderde studenten en jonge afgestudeerden uit Irak aan Nederlandse technische hogescholen en aan de landbouwhogeschool; c) de gespecialiseerde opleiding van Irakezen met praktijkervaring in het kader van postdoctorale leergangen aan internationale onderwijsinstellingen in Nederland, onder meer op het gebied van de landbouw; d) het voorzien in andere opleidingsmogelijkheden, met name in sectoren die verband houden met de landbouw en de werktuigbouw; e) het beschikbaar stellen van Nederlandse technische deskundige kennis voor de vestiging in Irak van technische instituten op het gebied van de landbouw, de industrie en de werktuigbouwkundige raadgeving bij ontwerp en constructie; f) de uitwisseling van wetenschappelijke en technische gegevens; g) eventuele andere vormen van technische samenwerking door de beide Regeringen onderling te regelen; h) de overdracht van moderne technologieën, in het bijzonder door middel van het ontwerpen en de bouw van fabrieken, alsmede door middel van de uitwisseling van octrooien, licenties, technische kennis en technische gegevens, alsook door middel van het geven van adviezen. Artikel 5 1. De beide Regeringen bevorderen de handel tussen hun landen met het doel een voortdurende uitbreiding en diversificatie van uitwisselingen op commercieel gebied te verwezenlijken. Zij steunen het sluiten van langlopende contracten die van wederzijds voordeel zijn, met name die welke betrekking hebben op de levering en aankoop van goederen en het verlenen van diensten tussen maatschappijen en organisaties in hun landen overeenkomstig de van toepassing zijnde wetten en voorschriften. 2. De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden vergemakkelijkt de publiciteitswerkzaamheden van Iraakse organisaties die zich bezighouden met de uitvoer van Iraakse produkten naar Nederland. Artikel 6 Elk der beide Regeringen verbindt zich ertoe met betrekking tot de andere Regering, en wel in de mate als door haar wetgeving is toegestaan, het houden op haar grondgebied door het andere land of door onderdanen van het andere land van commerciële tentoonstellingen en uitstallingen te vergemakkelijken. Artikel 7 1. Ten einde de doeleinden van deze Overeenkomst te bevorderen, wordt hierbij een Gemengde Overheidscommissie ingesteld, die zal bestaan uit door elke Regering aangewezen vertegenwoordigers. Indien de onderscheiden delegaties naar de Conmissie daartoe besluiten, kunnen deskundigen of vertegenwoordigers van belanghebbende maatschappijen of organisaties van de beide landen worden uitgenodigd als adviseur aan de bijeenkomsten van de Gemengde Commissie deel te nemen. 2. De Gemengde Commissie komt bijeen op verzoek van een van beide Regeringen op een onderling overeen te komen datum. De bijeenkomsten worden beurtelings in Nederland en Irak gehouden, bij voorkeur ieder jaar. 3. De Gemengde Commissie dient: a) de uitvoering van de bepalingen van deze Overeenkomst te bezien en nauwlettend te volgen; b) naar middelen te zoeken waardoor de sluiting en tenuitvoerlegging van contracten kan worden

vergemakkelijkt; c) voorgestelde maatregelen te bestuderen voor de bevordering van de handel en voor de uitbreiding van economische en technische samenwerking tussen daarvoor in aanmerking komende organisaties en handelsondernemingen; d) de uitwisseling van denkbeelden en gegevens op het gebied van de technologie te stimuleren en te vergemakkelijken; e) de gemaakte voortgang bij de bevordering van technische samenwerking te bezien en eventuele regelingen voor de kostenverdeling met betrekking tot die technische samenwerking te bespreken; f) programma's voor technische samenwerking op te stellen. 4. De Gemengde Commissie kan gespecialiseerde werkgroepen instellen die zich bezig zullen houden met samenwerking in bepaalde sectoren. De werkgroepen brengen aan de Gemengde Commissie verslag uit. 5. De Gemengde Commissie kan aan de beide Regeringen aanbevelingen doen die betrekking hebben op de in het derde lid van dit artikel bedoelde aangelegenheden. Artikel 8 Eventuele geschillen voortvloeiende uit tussen maatschappijen en organisaties van de beide landen gesloten contracten kunnen worden onderzocht door de overeenkomstig artikel 7 van deze Overeenkomst ingestelde Gemengde Commissie, zonder evenwel afbreuk te doen aan het recht van de partijen bij het geschil gebruik te maken van specifieke bepalingen voor de regeling van geschillen in bovengenoemde contracten of, bij gebreke van zulke bepalingen, van een andere vorm van regeling, naar keuze van de betrokken partijen. Artikel 9 In het geval van beëindiging van deze Overeenkomst blijven de voorgaande artikelen ervan van kracht totdat de ingevolge deze Overeenkomst aangegane contracten ten uitvoer zijn gelegd. Artikel 10 1. Deze Overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand, volgend op de datum waarop de beide Regeringen elkaar schriftelijk ervan in kennis hebben gesteld dat de in hun onderscheiden landen constitutioneel hiervoor vereiste procedures zijn vervuld, en blijft van kracht voor een tijdvak van vijf jaar. 2. Tenzij een van de beide Regeringen ten minste zes maanden voor het verstrijken van de geldigheidsduur de andere Regering in kennis heeft gesteld van haar wens de Overeenkomst te beëindigen, wordt deze stilzwijgend telkens voor een tijdvak van een jaar verlengd. Elk der beide Regeringen behoudt zich het recht voor deze Overeenkomst te beëindigen met een opzeggingstermijn van ten minste zes maanden voor de datum waarop het alsdan lopende tijdvak verstrijkt. Artikel 11 Elk der beide Regeringen kan voorstellen doen tot wijziging van deze Overeenkomst. De andere Regering geeft haar mening over de voorgestelde wijziging binnen negentig dagen, te rekenen vanaf de ontvangst van zulk een voorstel. De wijzigingen worden van kracht overeenkomstig artikel 10 van deze Overeenkomst. GEDAAN te Bagdad, de 31ste oktober 1983, in tweevoud, in de Nederlandse, de Arabische en de Engelse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek. In geval van verschil van uitleg is de Engelse tekst beslissend. Voor de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden,

(w.g.) F. BOLKESTEIN (w.g.) D. M. SCHORER Voor de Regering van de Republiek Irak. (w.g.) HASSAN ALI the understanding

of the Government of the Republic of Iraq to consider the Governmental Joint Commission established in Article seven of the said Agreement as a Ministerial Commission. If special circumstances or the agenda require presidencies by Ministers, the Government of the respective countries will act accordingly. In all other cases deputy-ministers will be appointed as chairman of the Joint Commission.