UITVOERING VAN WATERBODEMSANERING

Vergelijkbare documenten
UITVOERING VAN WATER- BODEMSANERINGEN EN IN- GREPEN IN DE WATERBODEM

Protocol Uitvoering van waterbodemsaneringen en ingrepen in de waterbodem. Performance of sediment remediations and interventions in sediment

Huidige tekst (versie 4.0) Ontwerp-tekst (versie 4.1) Motivatie

Huidige tekst (versie 2.1) Ontwerp-tekst (versie 2.2) Motivatie

Tijdelijk uitplaatsen van grond Protocol 7004

Oude tekst (versie 2.1) Nieuwe tekst (versie 2.2) Reden aanpassing. methoden.

UITVOERING VAN LANDBO- DEMSANERING MET CON- VENTIONELE METHODEN

Uitvoering van landbodemsaneringen met conventionele methoden. Protocol Performance of soil remediation with conventional methods

Wijzigingsblad vastgesteld door het CCvD Bodembeheer

Tijdelijk uitplaatsen van grond Protocol 7004

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg

Ontwerp-Functiedocument. FD - Milieukundig begeleider

Oude tekst (versie 4.1) Nieuwe tekst (versie 4.2) Reden aanpassing

UITVOERING VAN LANDBODEMSANERING MET IN-SITU METHODEN

Tijdelijk uitplaatsen van grond

Uitvoering van (water)bodemsanering en ingrepen in de waterbodem

Kadastrale gemeente Sectie Nummer IJsselstein C 1048 (terrein Terberg) IJsselstein C 1216 (trottoir)

datum 2013 Handreiking Werkplan

BEOORDELINGSRICHTLIJN UITVOERING VAN (WATER)BODEMSANERINGEN

Overzicht van wijzigingen BRL SIKB 7000 (versie 4.3 versie 5)

PROTOCOL MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING BODEMSANERING MET INZET VAN HANDHELD RÖNTGEN FLUORESCENTIE SPECTROMETRIE

Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg

Milieukundige begeleiding. (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg

Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen Protocol 6003

VKB-protocol 6004 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) Tekst versie 2.2

Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0

MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING LANDBODEMSANERING MET CONVENTIONELE METHODEN

Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen)

BEOORDELINGSRICHTLIJN MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING EN EVALUATIE VAN BODEMSANERING BRL SIKB 6000

Uitvoering van (water)bodemsanering en ingrepen in de waterbodem

1 Inleiding. Aan: Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden T.a.v. de heer G.J.W. Velis Postbus GJ Houten. Geachte heer Velis,

Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen

Uitvoering van (water)bodemsaneringen en ingrepen in de waterbodem

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 7000 versie 6.0

N. Looman. Geautoriseerd: H. Broekhuijsen

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg

Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen

Overzicht van voorgestelde wijzigingen BRL SIKB 7000 (versie 4.1 versie 4.2) Plaats in Huidige tekst (versie 4.1) Ontwerp-tekst (versie 4.

VKB-protocol 6001 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) H 1, 3 e alinea, 1 e zin. Tekst versie 2.2

Uitvoering van (water)bodemsaneringen en ingrepen in de waterbodem

Milieukundig begeleider

Aan: Gemeente Woudenberg T.a.v. de heer M. Sengers Postbus EA Woudenberg. Geachte heer Sengers,

PLAN VAN AANPAK VERONTREINIGING MET MINERALE OLIE EN ZINK OP HET PERCEEL HOGEWEG / PAGENLAAN TE LIMMEN

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie

Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2)

NOTITIE Opdrachtgevers vragen om kwaliteit

Milieukundige begeleiding van landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg

De deelsaneringslocatie is aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 10.

Milieukundige begeleiding van handelingen in de waterbodem en waterbodemsaneringen

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg

Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010

De kadastrale percelen waarvan de bodem is onderzocht én waar een ernstige bodemverontreiniging

Welkom bij De Voorbereidingsfase

OFFERTE MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING PLENKERTSTRAAT 42 TE VALKENBURG GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL

kwaliteit leeswijzer 2. ALGEMENE GEGEVENS 2.1. Locatiegegevens 2.2. Opdrachtgever voor sanering 2.3. Bij de sanering betrokken instanties

1 Inleiding. Aan: Gemeente Nieuwegein T.a.v. de heer B.P. Asselt Postbus AA Nieuwegein. Geachte heer Asselt,

Aan: Gemeente Zeist T.a.v. de heer R. Groenink Postbus AM Zeist. Geachte heer Groenink,

Het kadastrale perceel waarvan de waterbodem is onderzocht en waar verontreiniging is aangetoond, is: Kadastrale gemeente Sectie Nummer Abcoude B 3819

Beschikking saneringsplan Rijksstraatweg 21 te Leersum, (code UT )

Aan: Albucon BV T.a.v. de heer J. Ruizendaal Postbus CC Zeist. Geachte heer Ruizendaal,

Aan: VOBI B.V. Aannemingsmaatschappij T.a.v. de heer R. de Rijk Spoorlaan EK Vinkeveen. Geachte heer De Rijk,

SIKB - protocol

VERONTREINIGDE GROND EN (GROND)WATER

Bodemsanering logboek.

SIKB - protocol

Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg

Op de kadastrale kaart die aan deze beschikking is gehecht, is deze deelsaneringslocatie aangegeven.

SANERINGSPLAN. Veluweweg 81 Kootwijkerbroek Kenmerk: S. Agraservices Kootwijkerbroek. Opdrachtgever: 14 januari 2015 Definitief

Aan: Van Dijk Bedrijven Holding B.V. T.a.v. N. van Dijk Heldamweg GX Harmelen. Geachte heer Van Dijk,

Aan: Prorail T.a.v. de heer A.J.M. van Laarhoven Postbus GA Utrecht. Geachte heer Van Laarhoven,

MILIEUHYGIENISCHE VERKLARINGEN

Verbetering door uniformering van bodemsanering, een belangrijke taak voor alle betrokkenen!

Aan: INBU BV T.a.v. de heer G. van de Geest De Kleine Pol VV BUNSCHOTEN SPAKENBURG. Geachte heer Van de Geest,

1 Inleiding. 2 Beschikking. Gedide B.V. T.a.v. A. van Opijnen Bochumstraat EK Deventer. Geachte heer, mevrouw Van Opijnen,

Introductie. Rik de Visser Manager Infrastructuur

Aan: Stichting Bodemsanering NS T.a.v. de heer J. van Leeuwen Postbus GV Utrecht. Geachte heer Van Leeuwen,

Handreiking waterbodemkwaliteitskaart Delfland

Projectteam Overnachtingshaven Lobith. Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith. grond- en materiaalstromenplan

LOM-Pilot ketenhandhaving landbodemsanering, grondverzet en grondstromen. Ronald Peters LOM-Implementatiemanager

1 Inleiding. 2 Beschikking. Gemeente Montfoort t.a.v. de heer J. Dronkert Postbus ZG MONTFOORT. Geachte heer Dronkert,

Aan: Pharr Holland B.V. Industrielaan AD Veenendaal. Geachte heer/mevrouw,

: Ketenanalyse Tijdelijk uitplaatsen van verontreinigde grond

Beschikking Wet bodembescherming instemming saneringsplan Bouwerskamp 15 te Emmeloord

Enkele type certificaten: Procescertificaat NL-BSB en KOMO certificaat Productcertificaat Systeemcertificaat Certificaat van vakbekwaamheid

1. Aanleiding, situatie en doel

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie. Technisch-inhoudelijke uitwerking

Minimum VerwerkingsStandaard (MVS) voor baggerspecie

Aan: de heer L. Kruimer en mw. M. Pisamai Jaigla Plaswijk AV VINKEVEEN. Geachte heer Kruimer en mevrouw Pisamai Jaigla,

Definitief 1 september G459/JWI/rap1 De heer J. Wijnands

SIKB - protocol

Definities. Samensteller(s): Riza. Document: Definities TJS.doc. Datum: 9 maart Versie: 2.0 Definitief

Herinrichten diepe plassen

Inhoud presentatie. Immobilisaten. Taken BG s uit Bbk. Taken Bbk art 28

DLP ers van VGMI: een meerwaarde voor uw project

Aan: Gemeente Veenendaal T.a.v. de heer J.I. Barbier Postbus BC Veenendaal. Geachte heer Barbier,

Nota bodembeheer provinciebrede samenwerking bodembeleid Flevoland

Aan: Bocht van Maarssen B.V. T.a.v. de heer R.A. Werger Postbus AJ Rijssen. Geachte heer Werger,

Transcriptie:

STICHTING INFRASTRUCTUUR KWALITEITSBORGING BODEMBEHEER SIKB Protocol 7003 1 UITVOERING VAN WATERBODEMSANERING 2 30 Versie 1.1 Vrijgegeven door CCvD voor ter kritieklegging 1 april 03

Inhoudsopgave 1 DOEL VAN HET PROTOCOL... 3 2 DEFINITIES EN PRINCIPE... 4 2.1 Definities... 4 2.2 Werkingsgebied, randvoorwaarden, principe... 3 PLAATS VAN HET PROTOCOL IN KWALITEITSSYSTEEM... 7 4 VERANTWOORDELIJKHEDEN... 8 4.1 Taken en verantwoordelijkheden... 8 4.2 Opleidings- en ervaringseisen... 8 MATERIEEL EN HULPMIDDELEN... 9 1 6 WERKWIJZE UITVOERING WATERBODEMSANERING... 6.1 Algemeen... 6.2 Technische uitvoeringsvoorschriften... 6.3 Opstellen plan van aanpak... 6.4 Beoordeling verificatie-plan... 11 6. Logboek... 11 6.6 Ontgravingsgrens... 12 6.7 Grond/baggerspecieboekhouding... 12 6.8 Aanbrengen isolerende voorzieningen... 12 6.9 Transport... 13 Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 2 van 13

1 Doel van het protocol Het doel van het protocol is het verkrijgen van een instrument voor het waarborgen van de kwaliteit van de uitvoering van waterbodemsaneringen. Het protocol is van toepassing bij de uitvoering van waterbodemsaneringen in het kader van de Wbb en de Wm. Het onderhavige protocol is een werkdocument bij BRL SIKB 7000, Uitvoering bodemsanering. In de BRL staan algemene eisen waaraan de organisaties en de personen aan moeten voldoen die werken volgens het onderhavige protocol. Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 3 van 13

2 Definities en principe 2.1 Definities Aannemer De opdrachtnemer die de uitvoering van de sanering op zich neemt. Baggerspecie Aangesneden waterbodem: (verontreinigde) baggerspecie inclusief tolerantie. Directievoerder Degene, die conform de UAV namens de opdrachtgever, toezicht uitoefent op de uitvoering van het werk en op naleving van het contract. De opdrachtgever kan deze taak ook zelf op zich nemen. Kwaliteitsverantwoordelijke persoon Persoon die er voor zorg draagt dat aanwijzingen van de milieukundig begeleider (milieukundige processturing) daadwerkelijk worden opgevolgd en dit ook rapporteert Milieukundige begeleider De opdrachtnemer die de milieukundige processturing en/of verificatie op zich neemt. Milieukundige processturing De aansturing van de sanering in het veld bij het maken van afwegingen, zoals het aangeven van de verontreinigingsgrenzen, het aangeven van de bestemming van vrijkomende baggerspecie en afvalstromen. Milieukundige verificatie Het vaststellen van het eindresultaat van de sanering teneinde te kunnen beoordelen of de saneringsdoelstelling is bereikt zoals die is vastgelegd in de beschikking op het saneringsplan (Wbb), of de goedkeuringsverklaring op het saneringsplan (Wm). Mors Het deel van het aangesneden profiel dat niet door het transportsysteem wordt meegenomen, of bodemmateriaal dat als gevolg van de baggeractiviteit anderszins op de gebaggerde bodem terechtkomt. Opdrachtgever De initiatiefnemer van de sanering en in het verlengde daarvan de natuurlijke of rechtspersoon die de aannemer opdracht geeft voor de uitvoering van de sanering. Opdrachtnemer Het bedrijf dat opdrachten aanvaardt met betrekking tot de sanering van de waterbodem Plan van aanpak Plan dat voorafgaand aan de uitvoering van de sanering door de aannemer wordt opgesteld, waarin staat vermeld op welke wijze de aannemer de in het Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 4 van 13

bestek genoemde eisen wil gaan bereiken. Verificatie-plan Plan dat voorafgaand aan de uitvoering van de sanering door de milieukundig verificator wordt opgesteld en waarin de kritische momenten en aspecten van een waterbodemsanering worden vastgelegd waarop verificatie moet plaatsvinden. Vertroebeling De (tijdelijke) aanwezigheid van vaste bestanddelen in het water als gevolg van baggerwerkzaamheden. Een maat voor vertroebeling is de concentratie aan sediment in het water, aangeduid in mg/liter. De maximaal toelaatbare (toename van) vertroebeling staat in de WVO-vergunning en/of het saneringsplan. Waterbodem Alle bodem die onderdeel uitmaakt van oppervlaktewateren in de zin van de WVO (met inbegrip van de uiterwaarden). Waterbodemsanering Verwijderen of (actief) isoleren van verontreiniging in de waterbodem tot een vooraf vastgestelde terugsaneerwaarde of tot een vooraf vastgesteld niveau. 2.2 Werkingsgebied, randvoorwaarden, principe De uitvoering van een waterbodemsanering heeft tot doel het verwijderen of (actief) isoleren van verontreiniging in de waterbodem tot een in het bestek of werkomschrijving vooraf vastgestelde terugsaneerwaarde, of tot een vooraf vastgesteld niveau (diepte of hoeveelheid). Deze uitvoering dient uiteraard afdoende geborgd te zijn om op voorhand zekerheid te verkrijgen dat de uitvoering ook daadwerkelijk plaatsvindt conform de uitgangspunten. Bij de uitvoering van een sanering is het ook zo dat niet in alle gevallen al bij het opstellen van het saneringsplan de situatie 0% correct is in te schatten. Het kan dan ook noodzakelijk zijn om tijdens de uitvoering op bepaalde punten van dit saneringsplan af te wijken. Dit is op zich niet erg, mits de doelstelling van de sanering blijft gehandhaafd en de aannemer deze afwijking op dat moment voldoende communiceert en afstemt met alle direct belanghebbenden. De twee belangrijkste belanghebbenden zijn opdrachtgever(directie) en bevoegd gezag. 1 Protocol 7003 en BRL SIKB 7000 hebben een directe relatie met VKB protocol 6003 (stadium van ontwerp) en BRL SIKB 6000 (stadium van ontwerp), de grondslag voor het procescertificaat voor de milieukundige begeleiding van waterbodemsaneringen met inbegrip van de uiterwaarden. Indien sprake is van sanering in uiterwaarden kan voor de uitvoering gebruik worden gemaakt van protocol 7001 (Uitvoering van landbodemsanering met conventionele methoden). Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina van 13

Aan opdrachtgevers wordt aanbevolen om zoveel mogelijk van beide protocollen en BRL's gebruik te maken. Beide BRL's zorgen voor een goede kwaliteitsborging ten aanzien van de uitvoering; ook tijdens het beslissingstraject, als in de praktijk de omstandigheden afwijken van wat vooraf is ingeschat. Een belangrijk aspect dat deze BRL vereist, is een afdoende mate van functiescheiding ten opzichte van de opdrachtgever. Dit begrip is als eis nader uitgewerkt in paragraaf 3.2 van BRL SIKB 7000 en is tevens opgenomen in BRL SIKB 6000. Protocol 7003 omschrijft de specifieke eisen aan de personen of groepen personen (projectorganisatie) die belast zijn met de uitvoering van de in dit protocol onderscheiden taken. Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 6 van 13

3 Plaats van het protocol in kwaliteitssysteem BRL SIKB 7000 regelt de kwaliteitsborging en de wijze waarop de eisen uit die BRL en dit protocol dienen te zijn verankerd in het kwaliteitssysteem van de aannemer. Het is hierbij toegestaan om dit protocol integraal als werkdocument op te nemen in het kwaliteitssysteem. Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 7 van 13

4 Verantwoordelijkheden 4.1 Taken en verantwoordelijkheden De aannemer dient op basis van het plan van aanpak aan te geven welke functies binnen zijn organisatie betrokken zijn bij de uitvoering en tevens aan te geven wie de kwaliteitsverantwoordelijke persoon voor de uitvoering is. De kwaliteitsverantwoordelijke persoon dient toe te zien op naleving van alle vereisten uit dit protocol en BRL SIKB 7000. Indien de aannemer dit wenst kan hij voor verschillende fasen van de uitvoering ook verschillende kwaliteitsverantwoordelijke personen inzetten. Dit documenteert de aannemer dan goed van tevoren. 4.2 Opleidings- en ervaringseisen De aan het personeel van de aannemer te stellen opleidingseisen staan in BRL SIKB 7000. Daar zijn de algemene eisen voor opleidingen vastgesteld. 1 In aanvulling op de vermelde algemene eisen geldt het volgende: Machinisten aantoonbare praktijkervaring in het ontgraven van baggerspecie op tenminste werken; kennis van CROW publicatie 132. Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 8 van 13

Materieel en hulpmiddelen De keuze voor materieel en hulpmiddelen zal voortvloeien uit de gestelde eisen in het bestek of werkomschrijving. Indien geen specifiek materieel en hulpmiddelen zijn voorgeschreven, staat het de aannemer vrij om de keuze naar eigen inzicht in te vullen. De onderbouwing hieromtrent dient door de aannemer te worden uitgewerkt in een plan van aanpak. Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 9 van 13

6 Werkwijze 6.1 Algemeen Onder de verantwoordelijkheid van de aannemer vallen de dagelijkse uitvoeringswerkzaamheden, zoals het ontgraven, baggeren, transport, overslag, afvoer en het eventueel inrichten van (tussen)depots en/of ontvangst van baggerspecie. Tijdens deze uitvoering overlegt en communiceert de aannemer met de directievoerder van de sanering en de milieukundige begeleider. De rolverdeling tussen aannemer, directievoerder en milieukundige begeleider ligt dan ook vooraf duidelijk vast en de aannemer maakt dit aantoonbaar via het plan van aanpak. De aannemer maakt specifieke beslissingen die de directie of de milieukundige begeleider ten aanzien van de uitvoering neemt, inzichtelijk. Als de directievoerder of milieukundige begeleiding dit laatste verzorgt, dan mag de aannemer hiervan gebruik maken om dit aantoonbaar te maken. 1 6.2 Technische uitvoeringsvoorschriften Als uitgangspunt voor de eisen die worden gesteld aan de uitvoering van de werkzaamheden geldt, voor zover van toepassing, de Standaard 00 1. Uit de standaard zijn tenminste de volgende hoofdstukken volledig van toepassing: hoofdstuk 17 Verontreinigde grond en verontreinigd water ; hoofdstuk 22 Grondwerken ; hoofdstuk 61 Werk algemene aard ; hoofdstuk 62 Verkeersmaatregelen bij werk in uitvoering ; 2 30 3 6.3 Opstellen plan van aanpak De aannemer dient een plan van aanpak ter goedkeuring te overleggen aan de directie waarin staat beschreven op welke wijze het specifieke werk wordt uitgevoerd teneinde de bestekseisen te halen. Onderdelen van dit plan van aanpak zijn tenminste de volgende: - Onderbouwing van materieelkeuze in relatie tot de saneringsdoelstelling. Hierbij dient een toetsing aan het Handboek Bodemsanering plaats te vinden. Afwijkingen ten opzichte van het Handboek Bodemsanering zijn toegestaan mits goed onderbouwd; - risico inschatting ten aanzien van de effectiviteit van de uitvoering en de daarbij behorende beheersmaatregelen om de risico s te beperken, o.m.; o handelswijze en effecten ter beperking of minimalisering van mors en vertroebeling; o aspecten m.b.t. aanwas als gevolg van vaarverkeer en natuurlijke stroming; o afzet baggerspecie - adequaat meet- en registratieplan: beschrijving meet- en registratieapparatuur, wat, waar en hoe vaak wordt gemeten en wijze van communiceren naar de directie; - werkwijze m.b.t. tot logistiek baggerspecie stromen; - werkwijze en omgang met afwijkingen. 1 Standaard RAW bepalingen 00, CROW Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina van 13

- inzichtelijk maken van taken en verantwoordelijkheden; 6.4 Beoordeling verificatie-plan De opdrachtnemer dient kennis te nemen van het door de milieukundig verificator opgestelde verificatie-plan. 1 6. Logboek Uit het logboek moet duidelijk op te maken zijn hoe er dagelijks met de baggerspecie- en reststromen (fysische verontreinigingen) is omgegaan. Bij aanvang en tijdens de uitvoering van de sanering dient er op de saneringslocatie een logboek aanwezig te zijn. Dit logboek dient de aannemer bij te houden voor zover één en ander van toepassing is. Dit logboek is in basisvorm voorgeschreven in de BRL SIKB 7000. In aanvulling daarop dient de aannemer bij uitvoering van werkzaamheden volgens dit protocol in beeld te brengen hoe er dagelijks met de baggerspecie- en reststromen is omgegaan door middel van het vastleggen van de hieronder staande punten: 2 A. Vrijkomende baggerspecie welke vakken er in relatie tot welke diepte zijn ontgraven (één en ander conform meet- en registratiesysteem in plan van aanpak); de hierbij behorende hoeveelheid in m 3 en/of ton; specifieke waarnemingen/afwijkingen gelet op het ontgraven gedeelte; indien van toepassing de relatie naar het depot behorende bij de sanering; indien van toepassing de verwijzing naar de depotkeuring (monstercode en rapportnummer laboratorium); uiteindelijke bestemming van de betreffende partij grondbaggerspecie (indien mogelijk een afvalstroomnummer of anders een andere partij-identificatie). 30 B. Aangevulde grond/baggerspeciestromen welke vakken er in relatie tot welke diepte zijn aangevuld; de hierbij behorende hoeveelheid in m 3 en/of ton; kwaliteit van de grond (eventueel grondcertificaat); de relatie naar de herkomst van de grond. 3 C. (Tussen)depotbalans de hoeveelheid inkomende en afgevoerde baggerspecie (ton en/of m 3 ) in en uit het depot dat behoort bij de sanering; het hier bij behorende vak van toepassing op de saneringslocatie; de hoeveelheid aangevoerde baggerspecie van andere locaties in ton en/of m 3 ; het hierbij behorende vak van toepassing op de locatie; Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 11 van 13

van het depot dient tevens een bijgewerkt overzicht aanwezig te zijn waaruit duidelijk de relatie naar de diverse deelpartijen blijkt. 1 D. Proceswater Indien er proceswater bij de sanering vrijkomt moet uit het logboek duidelijk op te maken zijn hoe er met het proceswater is omgegaan: plaats van lozing op locatie; debiet (m3/uur) per lozingspunt; tijdstip in periode van dagen; tijdsduur (uren); hoeveelheid (m 3 ); lozing op; kwaliteit effluent en indien van toepassing influent, voor zover vereist op basis van een saneringsplan, de Wvo-vergunning, de grondwaterwet of ten behoeve van melding aan bevoegd gezag; indien van toepassing wijze van zuivering; afwijkingen tijdens het proces. E. Specifieke metingen mate van vertroebeling; mate van mors; weersgesteldheid (temperatuur, windsnelheid); 2 F. Specifieke waarnemingen vaarverkeer; natuurlijke stroming. golfslag. 30 6.6 Ontgravingsgrens De aannemer dient te controleren of de vooraf gestelde ontgravingsgrens bereikt is. De wijze van meten en monstername en de rapportage van de verzamelde gegevens moet blijken uit het logboek. 3 40 6.7 Grond/baggerspecieboekhouding De aannemer dient door middel van de officiële transportdocumenten en ontvangstbewijzen (getekend door de ontvanger) een aantoonbare grond/baggerspecieboekhouding te voeren. Dit geldt zowel voor elk van de in het saneringsplan genoemde deelstromen als tijdens het werk vrijkomende stromen. Verschillen in hoeveelheden dienen te worden onderbouwd. 6.8 Aanbrengen isolerende voorzieningen Indien sprake is van een isolatievariant waarbij sprake is van een minerale afdichting (bijvoorbeeld zand of klei) dient de aannemer voor het aanbrengen te verifiëren dat het materiaal aantoonbaar Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 12 van 13

voldoet aan de eisen genoemd in het goedgekeurde saneringsplan en voor zover van toepassing het Bouwstoffenbesluit en de daaronder vallende regelingen. 1 6.9 Transport en overslag Bij waterbodemsanering vindt transport plaats door middel van: - persleiding; - as; - schip. De aannemer draagt tenminste één maal per week zorg voor het controleren van leidingwerk op lekkage. Transportmiddelen over de weg dienen te worden geladen volgens het wegenverkeersregelement De chauffeur dient in het bezit te zijn van een PMV formulier. Beunschepen dienen niet verder te worden gevuld dan de maximaal toegestane hoogte. Verder dient indien van toepassing te worden voldaan aan de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en/of vigerende wetgeving. Bij overslagpunten dienen maatregelen te worden genomen teneinde mors tegen te gaan. Versie 1.1 d.d. 1 april 03 Pagina 13 van 13