Inbouw- en bedieningshandleiding EB 8393 NL. Model Pneumatische volumestroomversterker type 3755

Vergelijkbare documenten
Drukregelaar type voor verhoogde luchtcapaciteit. Afb. 1 Drukregelaar type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Drukregelaar type 4708

Pneumatische draaiaandrijving Type 3278

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 2183 NL. Veiligheidstemperatuurbewaking (STW) met veiligheidsthermostaat type 2403 K

Overstortventiel Type Fig. 1 Overstortventiel type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8091 NL. Pneumatisch regelventiel Type en type Fig. 1 Pneumatische regelventielen

Veiligheidsafsluitventiel met drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Model 250 Pneumatisch regelventiel Type en

Magneetventielen type 3963

Type 240 Pneumatische regelventielen type PSA, -7 PSA, -9 PSA Globe valve type 3241 PSA

Uitvoeringen. Bijbehorende overzichtsblad T 5800 Bijbehorende typebladen aandrijvingen T 8340, T 8331 T , T 5857, T 5824, T 5840

Pneumatische aandrijvingen 1000, 1400, 2800 en 2 x 2800 cm² Type 3271

Drukreduceer Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

Elektrische of pneumatische eindschakelaar type Fig. 1 Eindschakelaar type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8365 NL

Model 240 Pneumatisch open-/dicht-regelventiel Type 3351

Pneumatisch regelventiel type 3335/3278 Pneumatisch regelventiel type

Model 42 Verschildrukregelaar (sluitend) Type type Type A type A Type B type B

AK 45 Gebruiksaanwijzing

Temperatuurregelaar zonder hulpenergie Model 43 Temperatuurregelaar type 43-1 type 43-2

Verschildrukregelaar Type 45-1 Type 45-2 Type 45-3 Type Fig. 1 Type Fig. 2 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 3124 NL

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8546 NL. Drukregelaar type Type op klepstandsteller Type met filterhuis

Model 240 Pneumatisch regelventiel type en type Doorgangsventiel type 3241

Montagehandleiding Beschermkap

Drukregelaar zonder hulpenergie Universele drukreduceer type 41-23

URN 2. Gebruiksaanwijzing Netvoedingsapparaat URN 2

Documentatie. Pneumatisch bediende kogelkranen

Reduceerventiel voor stoom type 39-2

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8048 NL. Pneumatisch regelventiel Type en type

Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 16

BK 45 BK 45U. Gebruikershandleiding Condenspot BK 45, BK 45U

BK 46 Gebruikershandleiding

GESTRA. GESTRA Steam Systems BK 212. Inbouwhandleiding Condenspot BK 212

Pneumatische klepstandsteller Type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB NL

BEST-TORQUE Pneumatische aandrijvingen

Drukregelaar zonder hulpenergie. Drukreduceer type Drukreduceer type Inbouw- en bedieningshandleiding EB 2520 NL

Installatie & Onderhoudsinstructies

GESTRA. GESTRA Steam Systems VK 14 VK 16. Gebruikershandleiding Kijkglazen Vaposkop VK 14, VK 16

TA-COMPACT-P. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

Inbouw- en bedieningshandleiding EB Pneumatisch regelventiel Type en type Type Type

Hoeveelheidsregelaar Type E met bijbehorende elektrische aandrijving Type 5824/25, type 3374 en type 3274

PF6 Pneumatische afsluiter met schuine spindel - RVS

Smoorkleppen PN6, PN10, PN16

Adapters en verloopmoeren van metaal

GESTRA Steam Systems BK 45 BK 45U BK 46. Gebruiksaanwijzing Condenspot BK 45, BK 45U, BK 46

Pneumatische stoomomvormer Type en type Type en type Fig. 1 Type Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8251 NL

Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter (PIBCV)

Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 8385 NL. Pneumatische klepstandsteller Elektropneumatische klepstandsteller Type 3760

Alwa-Kombi-4 (IN)REGELVENTIEL VOOR WARM TAPWATER CIRCULATIESYSTEMEN MET ONDERSTEUNING VOOR THERMISCH DESINFECTEREN TOEPASSING KENMERKEN CONSTRUCTIE

Aanvullende handleiding. Connector ISO voor niveaudetectiesensoren. Document ID: 30380

ASZ... Potentiometers. Building Technologies Division. ASZxx.3x

Montage- en gebruiksaanwijzing

PRS 9. Gebruiksaanwijzing Programmaschakelaar PRS 9

Building Technologies HVAC Products

afsluiters (072) (072) ERIKS bv Voormeer 33 Postbus BK Alkmaar (2003)

Driewegafsluiters met flens, PN40

Fluiconnecto Kogelkranen en Afsluiters

GESTRA Steam Systems BK 15. Gebruikershandleiding Condenspot BK 15, DN 40-50

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

GESTRA Steam Systems AK 45. Gebruiksaanwijzing Opstart-aflaatklep AK 45

Condenspot BK BK 212- ASME

Pneumatisch regelventiel Type en Afb. 1 Type Inbouw- en bedieningshandleiding EB 8060 NL

Kijkglazen Vaposkop VK 14 VK 16. Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing Nederlands

Veiligheid. Bedieningsvoorschrift Filtermoduul VMF Meetflens VMO Fijninstelventiel VMV GEVAAR WAARSCHUWING. Inhoudsopgave OPGELET

3 WEG- OMSCHAKELKLEP. Installatie- en gebruikershandleiding. voor warmtapwaterlading. USV 1" bu USV 5/4" bu USV 6/4" bi

InClaTec Vacuüm platen en toebehoren. KIM Komeetstaal Postbus 51 Fabriekstraat AB Doetinchem 7005 AR Doetinchem

Aanvullende handleiding. Connector Harting HAN 7D. voor niveaudetectiesensoren. Document ID: 34456

GESTRA MK 36/51. Installatie instructies Condenspot MK 36/51

waarvan de uitvoering wordt bepaald door de gewenste voedingsspanning en het

JALOUZIËN. Bedienings- en montagehandleiding

Driewegafsluiters met buitendraad, PN16

De M3D.. gemotoriseerde mengkranen zijn geschikt voor toepassing als drie- of

Bedieningshandleiding

UBK 46. Gebruiksaanwijzing Thermische condensaatafvoerregelaar UBK 46

TECHNISCHE HANDLEIDING

Handleiding. Borgkoppeling ARV-WE63.1. Voor VEGAWAVE 63 - drukloos bedrijf. Document ID: 32359

Vloerverwarmingsverdeler I.6.2. Vloerverwarmingsverdeler

ProMinent Multifunctieventiel

Condensaatafvoerregelaar UBK 46. Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing Nederlands

INSTALLATIE & ONDERHOUDSINSTRUCTIES

Aanvullende handleiding. Connector Harting HAN 7D. Voor continu metende sensoren. Document ID: 34457

Datasheet 1/2002 Optigas -gasappendages

Elektrische Spanning. Vermogen

Installatie & Onderhoudsinstructies 10/2015

Veiligheid GEVAAR. Inhoudsopgave WAARSCHUWING OPGELET. Veranderingen v.w.b. editie Elster GmbH Edition

Montage-, gebruikers- en onderhoudshandleiding BDA 04

...een product van BEKA

PF51G Pneum. afsluiter met schuine spindel - Brons

DuoControl CS. NL Inbouwhandleiding Pagina 2

Product information Scheidingsversterkers en Beveiliging

Driewegkranen PN10 met buitendraad

GESTRA. GESTRA Steam Systems BB...1 BB...2. Inbouwhandleiding Dubbele terugslagklep BB 1..., BB 2...

Smoorkleppen PN6, PN10, PN16

Building Technologies

GESTRA. GESTRA Steam Systems BK 15. Gebruikershandleiding Condenspot BK 15, DN 40-50

Typeoverzicht. R B2 nl wijzigingen voorbehouden 1

Documentatie. Elektrisch bediende kogelkranen

2/2 en 3/2 STUURVENTIELEN

LRG Gebruiksaanwijzing Geleidbaarheidselektrode LRG 12-2

Installatie- en Onderhoudsinstructies KAPTIV-CS-HP-S. Elektronisch niveaugestuurde condensaataftap 06/14

Transcriptie:

Model 3755 Pneumatische volumestroomversterker type 3755 Afb. 2 Type 3755 Afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens Afb. 1 Type 3755, geluidgedempte ontluchting via PE-sinterfilter Inbouw- en bedieningshandleiding Uitgave februari 2011

Inhoudsopgave Inhoud Pagina 1 Constructie en werking..................................3 1.1 Uitvoeringen.........................................5 1.2 Technische gegevens.................................... 6 2 Aanbouw aan regelventiel.................................7 3 Pneumatische aansluitingen................................8 3.1 Voedingsluchtstation....................................8 3.2 Geluiddemper....................................... 9 4 Inbedrijfname.......................................9 5 PE-sinterfilter vervangen................................. 10 6 Ombouw......................................... 11 6.1 Ombouw van type 3755-1 naar type 3755-2.................. 11 6.2 Ombouw van type 3755-2 naar type 3755-1.................. 11 7 Storingen.......................................... 12 8 Toebehoren/reservedelen.................................12 9 Afmetingen in mm............................... 13 Algemene veiligheidsinstructies Het apparaat mag alleen door specialistisch personeel, dat met de montage, de inbedrijfname en het gebruik van dit product vertrouwd is, worden gemonteerd en in bedrijf worden genomen. Vakpersoneel in de zin van dit inbouw- en bedieningsvoorschrift zijn personen, die vanwege hun vaktechnische opleiding, hun kennis en ervaring en hun kennis van de geldende normen, de hun opgedragen werkzaamheden kunnen beoordelen en mogelijke gevaren daarbij kunnen onderkennen. Gevaren, die van de armatuur door het doorstroommedium en bedrijfsdruk, en van de steldruk en bewegende delen kunnen uitgaan, moeten door geschikte maatregelen worden voorkomen. Indien door de hoogte van de voedingsdruk in de pneumatische aandrijving ontoelaatbare bewegingen of krachten ontstaan, moet de voedingsdruk door een geschikt reduceerstation worden begrensd. Ter voorkoming van materiële schade is een correct transport en deskundige opslag van het apparaat een voorwaarde. 2

Constructie en werking 1 Constructie en werking De volumestroomversterker wordt in combinatie met klepstandstellers toegepast om de stelsnelheid van pneumatische aandrijvingen te verhogen. De pneumatische volumeversterker levert aan de aandrijfaansluiting een persluchtstroom, waarvan de druk nauwkeurig overeenkomt met de signaaldruk, maar een veel hogere volumestroom heeft. Wanneer de klepstandsteller "aandrijving beluchten" (signaal) signaleert, dan neemt de druk boven het membraan (1) toe. Door de verschildruk over het membraan opent deze met een slagbeweging de beluchtingsklep (2) en maakt het de beluchting (Supply) mogelijk met maximaal 10 bar in de aandrijving (actuator) te stromen. Omgekeerd zorgt een "Aandrijving ontluchten"-signaal voor het openen van de ontluchtingsklep (3), en de druk in de aandrijving kan via de ontluchtingsopening (Exhaust) ontsnappen. Veiligheidspositie bij signaaldrukval is ontluchten! Legenda 1 Membraan 2 Beluchtingsklep 3 Ontluchtingsklep 4 Bypass-smoorschroef 4.1 Contramoer Afb. 3 Type 3755, doorsnede en pneumatische aansluiting 3

Constructie en werking Via de bypass-smoorschroef (4) wordt het aanspreken van de pneumatische volumestroomversterker overeenkomstig de eisen binnen de regelkring ingesteld. De instelling van de bypasssmoring kan tegen verdraaien worden geborgd en bovendien worden verzegeld. Opmerking De bypass-smoorschroef moet nooit geheel worden gesloten. Aan de ene kant om pendelen van het systeem te voorkomen, aan de andere kant om de klepstandsteller het uitregelen mogelijk te maken. De bypass-smoorschroef (4) met contramoer (4.1) mag alleen met de hand worden aangedraaid. Het maximaal toegestane draaimoment is 3 Nm. 0/4... 20 ma E Supply Output SIG Klepstandsteller SUP OUT Beluchting EXH Booster Regelventiel Afb. 4 Aansluitschema type 3755 met i/p-klepstandsteller en regelventiel 4

Constructie en werking 1.1 Uitvoeringen. Pneumatische volumestroomversterker Type 3755- x x x 0 0 x x 0 0 x 0 0 0 0 Model Standaard, geluidgedempte ontluchting via PE-sinterfilter 1 afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens 2 Pneumatische aansluitingen Stand, beluchting en aandrijving ISO 228 - G ¾, Signaal ISO 228 - G ¼ 1 0 3 5 Beluchting en aandrijving ¾-14 NPT, signaal ¼-18 NPT 2 Afvoerluchtaansluitingen Standaard, PE-sinterfilter 0 Schroefdraadflens ISO 228 - G 1 3 Schroefdraadflens 1-11 ½ NPT 5 Doorstroming Stand, bel K VS = 2,5 m³/h, ontl K VS = 2,5 m³/h 0 Dyn. gedrag Standaard 0 Huismateriaal Standaard, aluminium 0 Apparaat kleur Standaard, grijsbeige structuur RAL 1019 0 Temperatuurbereik Standaard, 40 80 C 0 5

Constructie en werking 1.2 Technische gegevens Pneumatische volumestroomversterker type 3755 Doorstroming K VS Beluchten (Supply) 2,5 m³/h K VS Ontluchten (Exhaust) 2,5 m³/h K VS Bypass (Bypass) 0,8 m³/h Regeling Drukverhouding Signaal : Uitgang = 1 : 1 Omstuurdruk 80 mbar Dynamische varianten Standaard (opties in voorbereiding) Druk Beluchting (Supply) Aandrijving (Actuator) Signaal (Signal) Luchtkwaliteit conform ISO 8573-1 Aansluitschroefdraad Beluchting/voeding (SUP) Aandrijving/uitgang (OUT) Signaal (SIG) Afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens (EXH) Overige bedrijfsparameters Toelaatbare omgevingstemperatuur max. 10 bar max. 150 psi max. 7 bar max. 105 psi max. 7 bar max. 105 psi Maximale deeltjesgrootte en -dichtheid: Klasse 4 Oliegehalte: Klasse 3 Drukdauwpunt: Klasse 3 of minimaal 10 K onder de laagste te verwachten omgevingstemperatuur G¾ (optie ¾ NPT) G¾ (optie ¾ NPT) G¼ (optie ¼ NPT) G1 of G¾ (optie 1 NPT of ¾ NPT) 40... 80 C Levensduur 1 x 10 7 Volledige slag Classificatie Veiligheidsgerichte systemen Gewicht Materialen Behuizing IP 42 (bij naar beneden gerichte afvoerluchtaansluiting) Gebruik in systemen conform IEC 61508/SIL 2 (in voorbereiding) 2,1 kg Uitvoering afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens 2,4 kg Gietaluminium, grijsbeige, RAL 1019 poedergecoat Afvoerluchtaansluiting met Schroefdraadflens Aluminium, grijsbeige, RAL 1019 poedergecoat Geluiddemper PE-sinterfilter (niet bij afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens) Membraan PVMQ Overige externe delen Corrosiebestendig staal 1.4301 6

Aanbouw aan regelventiel 2 Aanbouw aan regelventiel De pneumatische volumestroomversterker moet zodanig worden aangebouwd, dat de perslucht tussen "beluchting" en "aandrijving" in de richting van de pijl op het huis stroomt. De aanbouw volgt tussen klepstandsteller en pneumatische aandrijving (afb. 5). Voor veiligheidsrelevante eisen kan ook een magneetventiel tussen de pneumatische volumestroomversterker en de pneumatische aandrijving worden geschakeld (afb. 6). Opmerking: De ontluchtingszijde niet naar boven richten! 4 4 1 5 1 5 Afb. 5 Standaard aansluiting van de volumestroomversterker voor beide veiligheidsposities 4 3 1 5 Legenda voor afb. 5 en 6 1 Klepstandsteller 2 Voedingsluchtstation. 3 Magneetventiel 4 Pneumatische aandrijving 5 Volumestroomversterker 2 Afb. 6 Installatie van de volumestroomversterker met extra magneetventiel 7

Pneumatische aansluitingen Voorzichtig bij bevriezings- of sneeuwgevaar Bij de geluidgedempte uitvoeringen moet het geluiddempende element (sinterfilter of inschroefgeluiddemper) tegen bevriezing en sneeuw worden beschermd. Bij de montage moet de afvoerluchtopening (EXHAUST) naar beneden wijzen of met een geschikte weerbescherming zijn voorzien. Ook bij montage, transport, opslag enz. moet zijn gewaarborgd, dat geen medium binnendringt, dat een latere functionele storing kan veroorzaken. 3 Pneumatische aansluitingen De luchtaansluitingen voor "signaal", "beluchting" en "uitvoering afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens" zijn afhankelijk van de keuze uitgevoerd met binnendraad in G of NPT (zie artikelcode). De inschroefgaten van de G-uitvoeringen voldoen aan de vorm X in regeluitvoering conform DIN 3852-2. De inschroefgaten van de NPT-uitvoeringen zijn conform ANSI/ASME B1.20.1 voor de montage met sleutels geconstrueerd. Voor de montage moeten alle leidingen vrij zijn van vuil en vreemde objecten. De koppelingen moeten correct met geschikt montage- en afdichtmiddel worden gemonteerd om koudlassen ("invreten") van het schroefdraad te voorkomen. Geschikt zijn schroefdraadsmeer- of schroefdraadafdichtmiddelen. Teflonband is als afdichting niet toegestaan. Alle koppelingen moet goed worden aangetrokken. Opmerking: Om het volledig doorlopen van het steldrukbereik te waarborgen, moet de voedingsdruk (SUPPLY) voldoende hoger zijn dan de maximale steldruk. Bij hoge dynamische belastingen moet bovendien het leidingwerk en de aandrijving overeenkomstig worden gedimensioneerd. 8

Inbedrijfname 3.1 Voedingsluchtstation Bij het gebruik van de pneumatische volumestroomversterker in combinatie met een voedingsluchtstation moet erop worden gelet, dat de KVS-waarde en de aansluitingen van het voedingsluchtstation minimaal overeenkomen met de KVS-waarde en de aansluitgrootte van de pneumatische volumestroomversterker. De beluchting moet overeenkomstig de specificaties in de technische gegevens droog zijn en vrij van olie en stof. 3.2 Geluiddemper Voor de uitvoering afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens kan naar keuze ook een inschroefgeluiddemper worden toegepast. Bestelnummer zie toebehoren 4 Inbedrijfname Opgelet Voor de inbedrijfname moet de pneumatische volumestroomversterker correct tussen een pneumatische klepstandsteller en een pneumatische aandrijving worden gebouwd en met voedingsdruk worden voorzien. De algemene veiligheidsinstructies aan het begin van deze EB moeten absoluut worden aangehouden. Bypass instellen Voor de optimale afstemming van de regelkring moet de bypass van de booster overeenkomstig de eisen worden ingesteld. Hiervoor de contramoer (afb. 3, pos. 4.1) losmaken en de bypass-smoorschroef (afb. 3, pos. 4) met een 4 mm inbussleutel rechtsom tot de smoorzitting (aanslag) inschroeven. Let erop, dat de contramoer daarbij niet vast komt te zitten. Vanuit deze positie de bypass-smoorschroef drie volle slagen linksom uitdraaien. Bypass-smoorschroef vasthouden en met contramoer borgen. Daarna de instelgereedschappen verwijderen. Belangrijk: bypass-smoorschroef en contramoer met maximaal 3 Nm met de hand aantrekken 9

PE-sinterfilter vervangen Regelparameters van de klepstandsteller conform de bijbehorende inbouw- en bedieningshandleiding instellen en evt. initialiseren. Daarbij moeten de veiligheidsinstructies worden aangehouden. Regeling conform de eisen inregelen en de bypass indien nodig veranderen. Hiervoor de stand van de bypass-smoorschroef in halve slagen veranderen en de klepstandstellerparameters overeenkomstig corrigeren of opnieuw initialiseren. Het indraaien van de bypass-smoorschroef verkleint de bypass en zorgt voor een krachtiger aanspreken van de volumestroomversterker, bij het uitdraaien wordt de bypass vergroot en het aanspreken van de volumestroomversterker wordt zwakker. Opmerking Wanneer de aandrijving de veiligheidspositie door volledige ontluchten in zeer korte tijd bereikt, dan moet de dimensionering van de aandrijving en de instelling van de bypass zeer zorgvuldig worden uitgevoerd: - Een te kleine bypass, dus een sterk aanspreken van de volumestroomversterker, kan het totale systeem in pendeling brengen. - Een te grote bypass met een zwak aanspreken van de volumestroomversterker kan evt. het niet aanspreken tot gevolg hebben of, overeenkomstig de minimale steldruk van de aandrijving, tot niet volledig ontluchten van de aandrijving via de volumestroomversterker. 5 PE-sinterfilter vervangen De volumestroomversterker moet bij het vervangen van het PE-sinterfilter buiten bedrijf zijn gesteld! 1. Acht cilinderkopschroeven M5 x 16 uitschroeven en bevestigingsplaat van het huis verwijderen. 2. PE-sinterfilter vervangen. Opgelet: Om de IP-klasse te behouden moet op een correcte inbouwpositie worden gelet: De gladde zijde van het PE-sinterfilter moet naar buiten wijzen en de open, ruwe zijde naar binnen. 3. Honingraatplaat met acht cilinderkopschroeven M5 x 16 met maximaal 4,2 Nm diagonaal weer aan het huis bevestigen. Afb. 7 PE-sinterfilter vervangen 10

Ombouw 6 Ombouw De volumestroomversterker moet tijdens de ombouw conform paragraaf 6.1 of 6.1 buiten bedrijf zijn gesteld! 6.1 Ombouw van type 3755-1 naar type 3755-2 Van geluidgedempte ontluchting via PE-sinterfilter naar ontluchting via schroefdraadflens. 1. Acht cilinderkopschroeven M5 x 16 uitschroeven en bevestigingsplaat van het huis verwijderen. 2. PE-sinterfilter verwijderen. 3. Meegeleverde O-ring in de groef leggen. 4. Schroefdraadflens op het huis bevestigen. Daarbij de acht nieuwe cilinderkopschroeven M5 x 25 met maximaal 4,2 Nm diagonaal aantrekken. 6.2 Ombouw van type 3755-2 naar type 3755-1 Van ontluchting via schroefdraadflens tot geluidgedempte ontluchting via PE-sinterfilter. 1. Acht cilinderschroeven M5 x 25 uitschroeven en flens incl. O-ring van het huis verwijderen. 2. Niet PE-sinterfilter plaatsen Opgelet: vanwege de IP-classificatie moet op een correcte inbouwpositie worden gelet: De gladde zijde van het PE-sinterfilter moet naar buiten wijzen en de open, ruwe zijde naar binnen. 3. Bevestigingsplaat voor PE-sinterfilter op het huis bevestingen (zie afb. 7). Daarbij de acht nieuwe cilinderkopschroeven M5 x 16 met maximaal 4,2 Nm diagonaal aantrekken. Afb. 8 Montage van de schroefdraadflens 11

Storingen 7 Storingen De pneumatische volumestroomversterker is onderhoudsvrij. Lekkages tussen pneumatische volumestroomversterker en luchtaansluitingen -> controleer de lekdichtheid en de goede bevestiging van de leidingkoppeling. Vermindering van de volumestromen -> Voedingsluchtfilter en ontluchtingsfilter controleren. Voedingsluchtfilter via de opening van de supply-aansluiting beoordelen en evt. schoonmaken. -> PE-sinterfilter voor ontluchting als reservedeel vervangbaar. Opgelet: Voor het vervangen van het PE-sinterfilter moet de volumestroomversterker buiten bedrijf zijn gesteld. Bij andere storingen moet het apparaat door SAMSON worden gereviseerd. 8 Toebehoren/reservedelen Toebehoren PE-inschroefgeluiddemper G1 8504-0070 Weerbeschermingskap voor uitvoering van geluidgedempte ontluchting met PE-sinterfilter Reservedeel in voorbereiding Contramoer M8x1 voor bypass-smoring 8350-0469 Reservedelen voor type 3755-1 (sinterfilter) PE-sinterfilter 0550-0825 RVS-honingraatplaat 0500-1200 RVS-bevestigingsschroef M5x16 8333-2501 Reservedelen voor type 3755-2 (schroefdraadflens) O-ring 74x3 NBR 70 Shore A 8421-0513 RVS-bevestigingsschroef M5x25 8333-2503 Ombouwsets incl. aanbouwmateriaal (zie par. 5 en 6) Naar type 3755-1 met PE-sinterfilter 1400-9991 Naar type 3755-2 met schroefdraadflens G1 1400-9988 Naar type 3755-2 met schroefdraadflens 1 NPT 1400-9989 12

Afmetingen in mm 9 Afmetingen in mm 15 Ø 120 52 155 70 Ø 105 31 180 107 Uitvoering Afvoerluchtaansluiting met schroefdraadflens Afb. 9 Maatschetsen pneumat. volumestroomversterker typen 3755 13

SAMSON AG MESS- UND REGELTECHNIK Weismüllerstraße 3 60314 Frankfurt am Main Telefoon: 069 4009-0 Telefax: 069 4009-1507 Internet: http://www.samson.de 2011-02