Vier families die iets met de boerderijen Groot en Klein Schaik te maken hebben.

Vergelijkbare documenten
2. Geertje Cornelissen, tr. Jacob Claesz, ov. voor 1671 In 1669 wordt Jacob Claesz beleend na dode van zijn schoonvader Cornelis Jansz met het erf t

Hogeweg. Voorgeslacht zie Genealogie t Willaar

Woudenberg , ov. Woudenberg , zn. van Evert Willemsz van Ede en Woutertje Wouters van Ginkel 3. Cornelia Hak, geb./ged.

9. Willem Jacobsz Schoonderbeek, ged. Hoogland (RK) , get. Wijmpje Everts

Samengesteld door Henk van Woudenberg september 2008

Alpen, van. Eerder is over deze familie gepubliceerd door ds. Evert van Alphen Az in Gens Nostra, jg. 19, 1964, blz. 1 11, 33 39,

3. Aart Hendriksen van Maarn, ged. Doorn , tr. Doorn Maria/Marrigje Claassen van Maarn Negen kinderen gedoopt te Doorn.

IIa Gerrit Jansz, den olden, molenaar, ov. voor 1656, tr. Maria van Esvelt, dr. van Reijer van Esvelt en Elbertgen Wijnen

Uit dit huw.: 1. Gerritje Jans van Hurksveld, geb. onder Essen , ged. Garderen , ov. Barneveld , tr.

In 1874 verkoopt Gerrit van Leersum, wolfabrikant te Scherpenzeel hout op de Haar (Not. Scherpenzeel nr. 157; ).

IIb Ottien Gijsbertsen, ov , tr. Scherpenzeel Theunis Arrissen, ov , zn. van Arris Theunissen, op Immickhuijsen

Ten noordoosten van Scherpenzeel liggen de boerderijen Groot en Klein Heintjeskamp.

5. Maaijgje Cornelissen Hardeman, ged. Veenendaal , begr. Veenendaal Hermen Cornelisz Hardeman, ged. Veenendaal , w

Uit het 1 e huw.: 1. Johannes Cornelissen Bloemendal, ged. Hamersveld (RK) , get. grootmoeder, jong ov. 2. Johanna/Jantje Cornelissen

9. Willem Veenvliet, geb./ged. Scherpenzeel 10/ , volgt IIIb

gaat na zijn dood in 1671 over op zijn zusters. In 1680 gaat het bij maaggescheid over op zwager Jan Theunisz (Leenhof 110, fol. 2vo; Bel.

Bos(ch) (1) Met dank voor de verbeteringen van Herman Postema.

Jansen, tr. (2) Barneveld Jan Lubbert Cozijnsen, wed. Elisabeth Aartsen, geb. Barneveld 1814, dagloner, zn. van Wilhelmus Cozijnsen en

De Bree. Publicatie: Pieter Blink; Genealogie De Bree/Van Linschoten, Groningen, 1995.

Uit dit huw.: 1. Hendrina Willemijna Mater, ged. Amersfoort Willemijntje Mater, ged. Amersfoort Luitje/Lutje Mater, ged.

Samengesteld door: Henk van Woudenberg, juli 2010

Samengesteld door Henk van Woudenberg april 2009

De onderstaande genealogie is eerder verschenen: De Woudenbergse Knopperts, door W.H.M. Nieuwenhuis. Veluwse Geslachten 1996, nr. 2, blz

Berkhorst. Mogelijkheid: Otto Jacobsz is een zoon van Jacob Reijers, zie gesch. en geneal. Wolfswinkel

5. Teeuwis Cornelissen, ged. Renswoude In 1728 testeert Teeuwis Cornelisse van den Grooten Dashorst, won. Scherpenzeel, op Gerrit van

De achternaam De Koning komt rond 1740 in zwang. Nakomelingen van Willem Willemsz van de Haar/van Ubbeschoten noemen zich De Koning.

Er kan een relatie bestaan tussen de bovenstaande en de onderstaande familie bestaan.

Ebbenhorst (HGA; Leenhof Gelre 27, fol. 22; ). In 1625 lijftochten Jan Cornelisz Ebbenhorst x Neeltgen Egbers, momber: Goessen van Ommeren,

Woudenberg , zn. van Cornelis Rijksen van Egdom en Stijntje/Christina Willems Geijtenbeek 7. Cornelis Meerbeek, geb. Woudenberg

Barneveld , dr. van Dirk van Westendorp en Jannetje van Eldijk

Van Linden/Lienden (1)

Kramer (1)

Cornelis Barten Blaauwendraat, ged. Veenendaal , landbouwer op de Ringelpoel, begr. Woudenberg , tr. Evertje Jans van Ginkel,

Van de Grift (1) Met dank aan Herman Postema

Deze familie komt waarschijnlijk van de boerderij Pothoven, Lunterseweg 40, een rijksmonument in Ede.

Capittel van St. Jan in Wijk bij Duurstede. Met registratie van de procuratie voor Not. Willem van Dam in Utrecht op , UT175a002, nr. 33.

1. doodgeb. kind, ov. Woudenberg Jan van Voorthuizen, geb. Woudenberg , landbouwer, ov. Renswoude , tr.

De kwartierstaat van Cornelia Johanna Geertruida Bouwheer

In 1724 wordt Oth Hendriksen van Davelaar na dode van zijn vader beleend met twee kampen land in Klein Lambalgen (Huis Amerongen 1186, f. 23;

In 1775 wordt Hanna van Beckberge, wed. Gijzbert van Soezt beleend met een derde deel van Gelazhorst (Glashorst)met huis, hof, bergen en schuren,

3. Jantje van Bruggen, geb./ged. Barneveld 26-09/ , ov. Barneveld , tr. Barneveld Dirk van den Broek, geb. Barneveld 180

Zwanenburg (2) Deze familie wordt beschreven in: W. Bos, De geschiedenis van Moorst, Leusden 2001, blz

2. Maria Gerrits, geb. in 't bakhuis bij de Swarte Steegh, ged. Hamersveld (RK) , get. moeder van de vader 3. Cornelis Gerritsz, volgt IIIa


2. Jan Gerritsen van Ravenhorst, ged. Woudenberg , get. Arrisje Arissen 3. Teuntje Hendriksen van Ravenhorst, ged. Amerongen ,

4. Johan (Joop) Stuivenberg, geb. Woudenberg , ged. Geref Kerk Scherpenzeel , tr. Zuilen Henderika Gerritsen, geb.

Eerder verschenen in: H.M. van Woudenberg; Voskuilen, een buurtschap onder Woudenberg en Leusden. Genealogieën, genealogie 23.

Cornelis Gerritsen Berg en zijn vrouw Hendrikje Jansen Zuidwind, won. Hamersveld lenen

Zie genealogie Bosch 9. Melis Ederveen, ged. Leersum , jong ov. 10. Jannigje Ederveen, ged. Leersum , jong ov.

Donkelaar (1) Met dank aan L.J. van Loon voor de aanvullingen.

5. Hendrik van der Wiel, geb. Woudenberg , ov. Woudenberg , ongehuwd 6. Willem van der Wiel, geb. Woudenberg , ov.

1. Lambert Jansz van Ginkel, ged. Woudenberg , get. Aeltje Claassen, tr. Woudenberg Evertje Hendriks, ged.

In 1858 veilen de erfgenamen van Reijer Kuijpers: 1. een stuk bouwland, genaamd het Hooge Land langs de laan van Beekvliet te Woudenberg, sectie C

Zie genealogie Bosch 9. Melis Ederveen, ged. Leersum , jong ov. 10. Jannigje Ederveen, ged. Leersum , jong ov.

Boon. Lagelandt, zijnde een deel van Cleijn Moorst. Oost: de Glinthorst, west: Kleijn Moorst, zuid:

5. Teunis Cornelissen Nimmerrust, innocent, ov. voor 1700

Scherpenzeelse (fragment)genealogieën

Elbert Hendricksz Schep, ov. 1637, tr. (1) Scherpenzeel Weijmtgen Everts Aertsendr, van Emmickhuijsen (Renswoude), tr.

De eerste generaties komen uit een publicatie in Veluwse Geslachten, gepubliceerd door: R. Klaasen uit Veenendaal en E.

IV Cornelis Jansen, ploegenmaker, ov. voor 1680, tr. Aeltgen Everts, ov. ca In 1653 wordt Cornelis Jansz aan de Holevoet genoemd als betaler van

Lidm. Scherpenzeel : Jan van Setten. Lidm. Scherpenzeel Jansje Koudijs met attestatie van Utrecht Lidm. reg.

Kraaijenoord/De Lucht (1)

VAN LAMBALGEN (2) I Jan Jansz Lidmaten Scherpenzeel aangenomen : Jan Janssen (met sijn vrouw), op Cleijn Lambalgen.

Dashorst (Woudenberg)

1. Maatje van den Berkhof, geb. Renswoude , ov. Renswoude , tr. Renswoude Hannis Vink, geb. Renswoude ,

Lidm. reg. Woudenberg 1805: Hendrijn de Bree hv Erris Rol. Erris Roll, voor zichzelf en namens Matthijs van Geijtenbeek, weigraven van Woudenberg,

Woudenberg , dr. van Evert Kleinveld en Jannetje Kleinveld Uit dit huw.: 1. Jan van Lunteren, geb. Woudenberg

Samengesteld door: Henk van Woudenberg, november 2015

Met dank aan Bert Heikamp voor de opmerkingen en de aanvullingen.

NT00064_2489. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

Gens Nostra jaargang 21, 1966, blz. 240 ev.: S. Laansma, De Roffelaar en het geslacht Van Droffelaar

De eerste zeven generaties zijn uitgezocht door Anton Vlaanderen uit Lochem.

NT00067_42. Nadere Toegang op inv.nr 42. uit het archief van het. Stadsgerecht Wijk bij Duurstede, , (67) H.J. Postema

andere kant. Allen erfgenamen van Marichgen Willems, in leven getrouwd met Bart Brantsz. Anthonis Willems, in leven gewoond hebbend op Kolfschoten

Van de Haar (1) Met dank aan Herman Postema voor de aanvullingen.

Cornelissen van Overeem met het vierde deel van de helft van Nijborg (Leenboek Huis Scherpenzeel

Wit, de (1) I Thijmen Teunisz Cramer, otr. Utrecht Aagje Hendriks van Cooth, wed. Jan van Zutphen Bij ondertrouw staat geschreven: De bruid

1. Dirkje Jans Tolboom, ged. Hoogland (RK) , get. Maria Wulferts, otr. Hoogland (gerecht) en tr. Hoogland (RK) Jan

stellen aan als voogd over hun nu nog minderjarige nicht en tot executeur van hun nalatenschap:

Renswoudse (fragment)genealogieën

Pater. Met dank voor de aanvullingen van Maartje de Zeeuw.

Van de Glint/Glinthorst. Glinthorst

Amersfoort , ov. Leusden , zn. van Hendrik Lagemaat en Maria van de Glind 5. Lammert Donkersteeg, geb. Leusbroek, ged. Woudenberg

Grietje Tijssen, tr. (2) Scherpenzeel Hendrikje Hendriks, wed. Evert Jansen, geb. Garderen, begr. Scherpenzeel Inwoners

3. Gerrit Peut, geb. Leusden , ov. Leusden , tr. Leusden Albertje van der Hoef, geb. Nijkerk , ov.

Met dank voor de aanvullingen van Ted Evers.

Bitterschoten. Zie ook: Abtsgoed Bitterschoten in de Glinderbaaijhoek te Barneveld

Ebbenhorst (1) I. Henrick van Ebbenhorst, geb. ca. 1415, tr. NN Uit dit huw.: 1. Gerrit van Ebbenhorst, volgt II

Willemtgen Thonis Keuijersdr, laatst wed. Rutger Rutgersz, tevoren wed. Oth Henricksz, treedt op namens haarzelf en als moeder en momberse van haar on

De boerderij De Groote Vliert ligt aan de Oude Holleweg 54 onder Renswoude.

Van de Pol (1) Jacob Jansz

De families die de achternaam (Van) Davelaar gaan dragen komen bijna allemaal aantoonbaar van één van deze boerderijen.

II Gerrit Cornelissen de Jong, ov. Scherpenzeel 1719, tr. (1) Scherpenzeel Neeltien Henricks, wed. Peter Elissen, tr. (2) Scherpenzeel 21-1

Overeem (1) I Andries NN, geb. ca. 1395, tr. NN Uit dit huw.: 1. Hein/Henrick Andriesz, volgt II

Veel van de onderstaande gegevens komen uit: A.J.W. van Voorthuijsen; Huijgenbosch. Eigen uitgave, Lunteren, 2001.

broer en zuster. (Recht. Arch. Scherpenzeel 7, f. 268; ).

III Teunis Teunissen van Elst, ged. Woudenberg , begr. Woudenberg , tr. Woudenberg Elselina van Wittenberg, ged. Wouden

Van Romen - Scheerder

1. Aelbert Cornelisz van Santen, volgt IIIa 2. Thonis/Teunis Cornelisz van Santen, volgt IIIb

Transcriptie:

Schaik (1) Vier families die iets met de boerderijen Groot en Klein Schaik te maken hebben. I Gijsbert Adriaensz, ov. voor 1597, tr. Margriet (dr. van Gerrit Willems?) In 1557 worden Gijsbert Adriaens x Margariet beleend door opdracht van Willem van Schaik met de helft van Schadick, Crayenoerdt, Goetswilligen en Veenschoeten (HUA; St. Paulus 34, fol. 413vo; 07-05-1557). In 1557 worden Wulffer Gerrits x Janna, Willem Lubbertsz x Wijm, Peter Claesz x Maria, jonge Weijm Gerrit Willemsdr beleend door opdracht van Gijsbert Adriaens x Margariet met een jaarlijkse rente van 30 gouden car. guldens, losbaar met 600 car. guldens, uit de helft van Schadick, Crayenoerdt, Goetswilligen en Veenschoeten (het is mogelijk dat Margariet, Wulffer, Wijm, Maria en jonge Weijm allen kinderen zijn van Gerrit Willemsz of broer en zusters van Gijsbert Adriaensz) (HUA; St. Paulus 34, fol. 414; 07-05-1557). In 1566 wordt genoemd: Ghijsbert Ariaens op Schaick (Hof van Gelderland 4744; Graantelling 1566). Tienden van St. Paulus, Gijsbert Arisz, op Schaijck, de tiend van Schaijck, 23 pond 4 sch. (Westerholt 276, fol.35; 1578). 1. Thijman Gijsbertsz In 1597 wordt Thijman Gijsbertsz beleend door opdracht van zijn moeder Margriet Gijsbert Adriaensz weduwe met die regte helfte van de helft van de alinge thinsweere, erven ende goederen geheten Schadijk, Craijenoort, Goodswilligen ende Veenschoten, gelegen tot Scherpenseel (HUA; St.

Paulus 37, fol. 73, 25-02-1597). 2. Gerrit Gijsbersz van Schaijck, volgt II II Gerrit Gijsbersz van Schaijck, geb. ca. 1555, ov. voor 1633, tr. Grietgen Henricks, weduwe Gerrit NN In 1597 wordt Gerrit Gijsbertze beleend na dode van zijn vader Gijsbert Adriaensz met die regte wederhelft van de helft van de alinge thinsweere, erven ende goederen geheten Schadijk, Craijenoort, Goodswilligen ende Veenschoten, gelegen tot Scherpenseel (HUA; St. Paulus 37, fol. 81; 19-07-1597). In 1617 en 1620 koopt Gerrit Ghijsbertsz op Schaijck de tiend van Groot Moorst (Tienden St. Pieter). In 1621 legt Gerrit Gijsbertsz, zoon van Gijsbert Adriaensz, tussen de 60 en 70 jaar oud, een verklaring af omtent Het Goor, een s stuk land dat bij Groot Dashorst hoorde (AE: Superintendenten Kloostergoederen, nr. 3498; 13-06-1621). In 1633 is er een conflict tussen de bewoners van Birckhorst en Grijetgen Henricks, wed. Gerrit Gijsbersz van Schaijck over een kerkbank aan de noordzijde van de preekstoel (Recht. Arch. 1, fol. 49; 04-06-1633). In 1634 eist Peter Pelen uit Amersfoort betaling van f 19-9 van Grijetgen, wed. op Schaijck voor geleverd laken (Recht. Arch. 1, fol. 50vo; 03-03-1634). Uit het 1e huw. van Grietgen: 1. Jan Gerritsz, geb. 1613 1. Gerrit Jansz, geb. ca. 1637 In 1695 wordt Gerrit Jansen, 58 jr., zoon van Jan Gerritsen door het gerecht van ondervraagd namens Aelbert Rijcksz en Peter Hendricksen Mom. Jan Gerritsen was de halfbroer van Jasper Gerritsen en Jasper was de vader van Huijbert Jaspersz. Gerrit verklaart dat zijn vader meer dan eens zei dat Rijck Aelbertsz alles heeft betaald en dat hij zich ergerde aan de mensen die anders beweerden (Proces Hof van Gelderland 5674. Civiele procesdossiers nr. 5; 07-02- 1696. Schadijck, 3e pak; 11-08-1695). 2.Gijsbert Gerritsz van Schadijck, ov. ca 1633, tr. Dingen Dircx In 1634 eist Gijsbert Gerretsz van Schadijck betaling van f 650,= van Rijckt Aelbersz, wegens de koop van een boerderij (ws. Schaik) (Recht. Arch. 2, fol. 11,13,13vo; 10-11-1634. fol. 15vo; 08-12-1634. fol. 17vo; 19-01-1635. fol. 18vo,19,22; 16-02-1635. fol. 23,23vo; 17-02-1635. fol. 23vo; 18-02-1635). In 1635 eist Antonis Logen, brouwer te Amersfoort betaling van f 200,= van Gijsbert Gerretsz van Schaijck x Dingen Dircx wonende tegenwoordig in Veenendaal, borg: Rijckt Aelbersz, op Schaijck (Recht. Arch. 1, fol. 58vo,59. nr. 2 fol. 34vo; 07-09-1635). In 1635 eist Gijsbert Gerretsz van Schaijck betaling van een obligatie van f 53,= van Jan Egbersen, die

Gijsbert voor Jan betaald heeft aan Goert Dircksz. (Recht. Arch. 1, fol. 58vo. Nr. 2 fol. 34,35; 07-09-1635). In 1635 eist Gijsbert Gerrets van Schaijck betaling van f 3,= van Antonis Harmsz (Recht. Arch. 2, fol. 39,40; 09-11-1635. fol. 41,42,43vo; 25-01-1636). Uit het 2e huw. van Grietgen: 3. Jasper Gerritsz, volgt III III Jasper Gerritsz van Schaijck, ov. 1635, tr. Metgen Teunissen, ov. 1636 In 1632 wordt Jasper Gerritsz beleend na dode van zijn vader Gerrit Gijsbertsz met die regte wederhelft van de helft van de alinge thinsweere, erven ende goederen geheten Schadijk, Craijenoort, Goodswilligen ende Veenschoten, gelegen tot Scherpenseel ( HUA; St. Paulus 39, fol. 7vo; 10-07-1632). In 1635 wordt Rijk Aelbertsz, won. beleend door opdracht van Jasper Gerritsz, won. Veenendaal met die regte wederhelft van de helft van de alinge thinsweere, erven ende goederen geheten Schadijk, Craijenoort, Goodswilligen ende Veenschoten, gelegen tot Scherpenseel (HUA; St. Paulus 39, fol. 39vo; 01-08-1635). In 1651 daagt Jhr van Schaijck, Anthonis Eelgisz voor het gerecht vanwege zaad (Recht. Arch. 1, fol. 117vo; 11-07-1651). 1. Huibert Jaspersen van Schadick In 1667 is Huibert Jaspersen van Schadick schout van Kortenhoef en in 1695 is hij notaris in Naarden. In 1644 wordt Huibert Jaspersen van Schadick beleend na dode van zijn vader Jasper Gerritsen (hieruit volgt ws. het ondergenoemde proces) (HUA; St. Paulus 39, fol. 129vo; 31-12-1644). Verklaring van Aert Mertensen Boell en Cornelis Hendricksz van Hemberch, wonende Veenendaal t.v.v. Huijbert van Schadijck dat de vader van Huijbert, Jasper Gerritsz Schadijck een jaar voor het pestjaar 1636 was overleden en zijn vrouw Metgen Tueenis in 1636 (Proces Hof van Gelderland 5674. Civiele procesdossiers nr. 5; 07-02-1696. Schadijck, nr. C; 05-06-1655). In 1696 voert H. Jasperse van Schadijk proces tegen R. Aelberts over het goed Schadijk te. Hof van Gelderland; Civiele procesdossiers; 07-02-1696, nr. 5). In 1696 eist Christoffel Bouwmeijster namens Aelbert Rijcksen, op Schaijck betaling van f 162-10 van Rutgerus Draeckenburgh namens Rijck en Maria van Alphen, wegens onkostenvergoeding van het proces tegen Huijbert Jaspersen van Schaijck over de verkoop van Schaijck op 26-09-1694 voor het Hof van Gelderland d.d. 07-02-1696 (Recht. Arch. 4;16-11-1696). In 1696 eist Christoffel Bouwmeijster namens Aelbert Rijcksen, op Schaijck betaling van de onkosten van Cornelis Geurtsen van Langelaer uit Woudenberg, zoon van zal. Geurt Cornelissen van Langelaer, borg: Franck Wulphertsen, smid, wegens het proces tegen Huijbert Jaspersen van Schaijck, Jasper van Schaijck en Hendrick van der Does voor het Hof van Gelderland d.d. 20-10-1696 (Recht. Arch. 4;16-06-1696). 2. Jan Jaspersen van Schadick Jan Jaspersz van Schaijck verklaart dat zijn broer Huijbert de achterstallige koopsom heeft geërfd (Proces Hof van Gelderland 5674. Civiele procesdossiers nr. 5; 07-02-1696. Schadijck, nr. E; 27-05-

1655). In 1655 verklaart Ceel Jansen, 60 jaar, won. Gelders Veenendaal, t.v.v. Rijck Aelbertsz opgenomen door Melchior van Wolfswinkel dat de obligatie t.w.v. f 1500,= vernietigd is toen de oudste zoon Jan Jaspersz van Schaijck mondig was. Mede ondertekend door Sander van Wolfswinkel en Sander Cornelissen van Santen. Ook deze wordt wederom gehoord door de schout van Ede op 08-02-1660 (Proces Hof van Gelderland 5674. Civiele procesdossiers nr. 5; 07-02-1696. Schadijck, aanhangsel C; 18-06- 1655). Schaik (2) I Aelbert NN (ws. Aelbert Anthonisz Glashorst), tr. NN 1. Rijck Aelbertsz, volgt II 2. Mayken Aelbertsdr, ov. na 1632, tr. (1) NN, heeft kinderen, tr. (2) Aert Jansz, won. Droffelaar Genoemd: Rijck Aelberts op Craeyenoort als voogd van de kinderen van Aert Jansz x Mayken Aelbertsdr. op Voscuijlen (GAA. Notarieel AT002a003; 20-10-1627). Lidm. Pasen 1630: Rijck Aelbertsz, op Kreijenoort. 3. Willemtje Aelberts Lidm. : 08-04-1683: Willemtje Aelberts jd, van Groot Schadijck, met attestatie vertrokken naar Utrecht. 4. Petertgen Aelberts, tr. Theunis Harmense van Wittenberg, weduwnaar II Rijck Aelbertsz, ov. 1656-1659, tr. Gerritje Jans, ov. 13-12-1673 Genoemd: Rijck Aelberts op Craeyenoort als voogd van de kinderen van Aert Jansz x Mayken Aelbertsdr. op Voscuijlen (GAA. Notarieel AT002a003; 20-10-1627). Lidm. Pasen 1630. Rijck Aelbertsz, op Kreijenoort. In 1634 kopen Rijck Aelbertsz, won. op Kraijenoort x Gerretgen Jans erf ende goedt gent. Schaijck liggende int karspel van Scherpenseel voor f 5750,= (Proces Hof van Gelderland 5674. Civiele procesdossiers nr. 5; 07-02-1696. Schadijck, nr. B; 21-09-1634). In 1635 wordt Rijk Aelbertsz, won. beleend door opdracht van Jasper Gerritsz, won. Veenendaal met Groot Schaik (HUA; St. Paulus 39, fol. 39vo; 01-08-1635). In 1635 eist Jan Gerritsen, op Schaijck schadevergoeding van Rickt Aelbersz, wegens drie loslopende schapen (Recht. Arch. 2, fol. 26vo,28vo; 27-04-1635. 29vo,31; 15-06-1635. 32vo,33vo; 27-07-1635. 34,35; 07-09-1635). In 1638 dwingen Thonis Harmsz en Rijckt Aelbersz om Henrijck Thonisz Colfschoten, de waarheid te laten vertellen (Recht. Arch. 2, fol. 75vo; 23-04-1638).

In 1639 eist Anthonis Willemsz betaling van f 30-4 van Cornelis Egbersz, borgen: Rijckt Aelbersz en Jan Gerrets in de Bull, voor geleverde bijen (Recht. Arch. 2, fol. 88-89; 25-03-1639. Nr. 1, fol. 83vo, nr. 2, fol. 92,93; 21-10-1639). In 1643 eist Jacob Gerrets x Aeltgen terugbetaling van f 12,= van Rijckt Aelbers voor huur van een weiland, dat Rijckt aan Elbert Hendricksz Schep, de vorige echtgenoot van Aeltgen, verhuurd heeft gehad (Recht. Arch. 2, fol. 170,171; 12-06-1643. fol. 172vo,173; 02-09-1643. fol. 173vo,175,175vo; 23-10-1643. fol. 177,177vo; 13-11-1643. fol. 179vo,180vo; 04-12-1643. fol. 181vo,182vo; 15-01-1644. fol. 183,184vo; 19-02-1644). In 1646 eist Jacobgen Willems Comens x Willem Hendricksz van Worndorp betaling van f 13-7 van Rickt Aelberts, die de kinderen van zal. Hendrick Jansz, rademaker nog tegoed hadden, waarvan Jacobgens zal. man Willem Cornelisz momber was, volgens sententie van 30-06-1634 (Recht. Arch. 2, fol. 236,238; 30-11-1646. Nr. 1 fol. 107vo, nr. 2 fol. 239vo,241; 21-12-1646). Cedulle nopende de generaelle verpachtinge van anno 1652 vuert landt ; Rickt Aelbertsz, 13-0-0 (Westerholt 013-45) In 1655 ontvangt Marcelis Jansz namens Huijbert van Schadijck f 100,= van Rijck Aelbertsz als rente op de nog uitstaande koopsom (Proces Hof van Gelderland 5674. Civiele procesdossiers nr. 5; 07-02- 1696. Schadijck, nr. D; 30-07-1655). Opm. De moeder van Gerritje Jans is een zuster van Jannichje Gerrits d olde scholtinne x Johan Melchiors, schout van. Dus Gerritje is een dochter van Jan NN x NN Gerrits. Lidm. reg. 1657: Rijck Aelbertsen, ov (voor 1672), en Gerritien Jansen, op Schaijck. Lidm. reg. 1673: Gerritje Jansen, wed Rijck Aelbertsen, op Schadick. 1. Aelbert Rijcksz, volgt III 2. Gijsbertjen Rijcksen, tr. als jd. op Schayck te 25?-03-1659 Henrick Gerritsz van Alpen, van Lunteren. Hendrick van Alpen, molenaar te tr. (2) Renswoude 03-12-1676 Derckje Jansen, wed Aelbert Willemsen, van Meulunteren, won op Wagensfelt onder Renswoude Jan van Wolfswinckel, schout en Willem Lubbertsen van de Vliert maken een maaggescheid tussen Hendrick van Alpen, molenaar van de Walderveense molen, wed. Gijsbertjen Rijcx en zijn kinderen Gerrit, Poulus, Rijck, Aeltgen en Marijtgen, mombers en ooms: Aelbert Rijcksen van Schaijck en Peter Hendricksen Mom. Hendrick is eigenaar van Milligen onder Barneveld (Recht. Arch. 3; 26-10-1676). Aelbert Rijcksen van Schaijck en Peter Hendricksz, schoenmaker, ooms en mombers van de onmondige kinderen van zal. Hendrick van Alpen x Gijsbertgen Rijckx, borg: Lubbert van de Vliertt (Recht. Arch. 3; 04-04-1680). Aelbert Rijcksen en Peter Hendricksen voor zichzelf en als mombers van de onmondige kinderen van zal. Gijsbertjen Rijcks, wed. Hendrick van Alpen en zal. Aeltje Rijcx, wed. Geurt Cornelissen, op 't Broeck, en namens Willemtje Rijcks die inventaris eist Evert Janssen Ouwens, wed. Marija Rijcks van de

nalatenschap (Recht. Arch. 3; 21-06-1686. Recht. Arch. 4; 01-11- 1686 en 14-02-1687). Hendrick Jacobsen x Aeltjen Hendricksen van Alphen en Gerrit van Alphen bedanken Aelbert Rijcksen en Peter Hendricksen Mom voor hun momberschap (Recht. Arch. 3; 28-09-1694). In 1696 bedanken Rijck van Alphen, mede namens zijn zuster Maria van Alphen, beiden mondig geworden, geassisteerd door Jan Petersen Romeijn, Aelbert Rijcksen en Peter Hendricksen voor hun momberschap (Recht. Arch. 4; 16-11-1696). 1. Gerrit Hendricksen van Alphen 2. Paulus Hendricksen van Alphen 3. Rijck Hendricksen van Alphen 4. Aeltje Hendricksen van Alphen, tr. Hendrick Jacobsen 5. Marrijtgen Hendricksen van Alphen 3. Thonis Rijcksz, ged. 08-03-1640 4. Henrickjen Rijcksen, tr.? Renswoude 20-03-1681 Cornelis Geurtsz, jm. 5. Aeltjen Rijcx, ov. voor 1675, tr. Geurt Cornelisz van Langelaer, ov. na 1675, zn. van Cornelis Hendrikksz van Langelaer en Jannetje Evertsdr Huurder van het Tweede Broek onder W. Weduwnaar met 5 kinderen in 1675 (Bewoners Woudenberg 1675) 6. Jantien Rijcksen, ov. 25-01-1701, tr. als dr. van zal. Rijck Aelberts op Schaijck te 10-04-1659 Peter Henricksen Mom, schoenmaker, ov. 22-11-1706, zn. van Henrick Willems en Marrigen Peters Lidm. 25-09-1659: Peter Henricks en Jantien Rijcks. Lidm. lijst 1673: Peter Hendricksen en Jantje Rijcksen 7. Maria Rijcksen, ged. 29-01-1643, ov. 03-10-1684, tr. 03-12-1682 Evert Jansen Ouwens, ov...-04-1719. Evert Jansen Ouwens, tr. (2) 04-05-1690 Gijsbertje Hendriks, jd., won. Amsterdam Lidm. Pasen 1667: Maria Rijcksen. Lidm. reg. 1673: Marrijke Rijcksen jd, op Schadick, (doorgehaald: nu woonende tot Haerlem) Lidm. 08-04-1683: Evert Jansen Ouwens. Lidm. 08-06-1690: Gijsbertje Hendricks, hv. Evert Jansen Ouwens, met attestatie vertrokken naar Amsterdam. Lidm. reg. 1715: Evert Jansen Ouwens en Gijsbertje Hendriks. In 1689 eist Evert Jansen Ouwens, wed. Marija Rijcksen betaling van 12 ½ gulden van Marcelis Leijdenhorst voor geleverde schoenen en schulden van zijn grootvader Gerrit Janssen van Wijk (Recht. Arch. 4; 04-03-1689). In 1689 eist Cornelis Jansen x Geertjen Cornelisz betaling van f 100,= van (zijn zwager) Gerrit de Jong, als curator van Maeijtjen Rijcken die zij in den jare 1673 ten tijde van den laetsten droevigen francen oorlogh, als wanneer geen schout en schepenen te bekomen waren aan Geertjen had beloofd (Recht. Arch. 4; 04-03-1689). Evert Jansz Ouwens, schoenmaker te eist f 87,= van Jacob Jansz, molenaar op Santbrinck, voor geleverde schoenen (AT015a006; 16-09-1691).

7. Willem Rijcksz, ged. 16-08-1646 8. Willemtien Rijcksen van Schadijck, tr. 28-02-1664 Adriaen/Arien Jansen van Scherpenseel, won. Darthuizen, ov. voor 1674 1. Ariaentje Ariens, ged. 11-03-1674 III Aelbert Rijcksz, ov. 11-09-1707, tr. Maijtje Cornelissen van Langelaer, ov. 25-01-1683, dr. van Cornelis Hendricksz en Jannichgen Everts, op t Vliet Lidm. 11-04-1658. Aelbert Rijcksen, op t Schaijck. Lidm. sept. 1658: Maijtien Cornelissen, hv Aelbert Rijcksen. In 1662 draagt Aelbert Ricksen op Schaaick 10 gl. tot de reparatie van het leidak van de kerk van (Archief Grote Kerk nr. 273). Lidm. reg. 1673: Aelbert Rijcksen en Maijtje Cornelissen, op Schadick. In 1674 wordt Aalbert Rijksen beleend na dode van zijn vader Rijk Aelbertsen met de helft van Groot Schaik Verheergewaad met een swijgent heergewaad. Op fol. 103 staat: de helft. Op fol. 161 staat: de helft van de helft (HUA; Leenhof 166, fol. 103,161; 07-07-1674). Jacobus Vermeer te Amersfoort leent f 55,= van Aelbert Rijcksz, won. Schaijck bij (AT015a004; not. Antonie van Brinkestein; 30-03-1681). Albert Rijcks van Schaijck, won., machtigd Cornelis Hooft van Huijsduijnen om geld van Jacobus Vermeer, borstelmaker, te krijgen (AT015a005; not. Antonie van Brinkestein; 11-03- 1687). In 1674 eist Mr. Willem, chirurgijn betetaling van meesterloon van Wulff Arissen, op Kleijn Oordeel, vanwege de hand van Aelbert Rijcksz (Recht. Arch. 3; 17-09-1674 en 21-12-1674). In 1675 eist Aelbert Rijcktsz, op Schaijck betaling van f 500,= smartegeld van Hendrick Willemsz en Thonis Willemsz, broers op Vheenschoten, Hendrick Claessen, Aelbert Cornelisz, op Ebbenhorst, Wulff Arissen, op Cleijn Oordel, wegens schieten op hem en zijn langdurig herstel (Recht. Arch. 3; 10-05-1675 en 09-08-1675). In 1681 veklaart Jacobus Vermeer, borger te Amersfoort 55 gulden schuldig te zijn aan Aelbert Rijcks wonend op Schaijck bij Scherpenseel voor geleverde wol, te betalen met Maij 1682 (AE; Not. A. van Brinckesteyn AT015a004, fol. 7; 30-03-1681). In 1697 wordt Antonij van de Vliert, schout te beleend door opdracht van Albert Rijksen met de helft van de helft van Groot Schaik (HUA; Leenhof 167, fol. 137vo; 22-05-1697). 1. Willemtien Aelberts, ged. 12-01-1662, op Schaijck Lidm. 08-04-1683 Willemtje Aelberts, jd, van Groot Schadijck, met attestatie vertrokken naar Utrecht. 2. Rijck Aelbertsz, ged. 19-04-1665, op Schadick, tr. won. Groot Schadijck 26-03-1693 Willemtje Everts, van Huijsstede 1. Mayken Rijcksen, op Schaik, ged. Lunteren 30-09-1694 3. Jantje Aelbertsen van Schaick, tr. (1) won. Groot Schaick te 31-03-

1684 Hendrick Willemsen Kolfschoten, tr. (2) 16-11-1704 Jan Gerritsen, van Klein Lambalgen Lidm. 04-10-1685: Jantje Aelbertsen, hv Hendrick Willemsen Kolfschoten, op Groot Schadijck. Lidm. reg. 1715: Jantje Albertsen, hv Jan Gerritsen, "dese geen Lidmaat", op Groot Schaik Uit het 1e huw.: 1. Maeijtje Hendriks van Schaik, ged. 08-02-1685, op Schaick, tr. 13-11-1707 Sander Gijsbertsen, van Ravenhorst, ged. Renswoude 08-08-1686, zn. van Gijsbert Jansz en Fijgje Sanders 2. Willem Hendriks van Schaik, ged. 13-11-1687, op Schaick, tr. (1) Renswoude (otr. 04-12-1717) Reintje Hendriks van Wagensveld, ged. Renswoude 11-02-1694, op Wagensfelt, dr. van Hendrick Jansen en Geertje Henricks van Miller, tr. (2) Renswoude 31-10-1734 Evertje Wulven, geb. Kootwijkerbroek Kinderen van Willem Hendrikse van Schaaijk gedoopt te Renswoude. Uit het 1 e huw.: 1. Geertje Willems van Schaik, ged. Renswoude 22-02-1720, tr. Renswoude 05-11-1747 Gerrit Klaassen, geb. Appel onder Nijkerk, won. Lunteren 2. Hendrikje Willems van Schaik, ged. Renswoude 14-06-1722 3. Maritie Willems van Schaik, ged. Renswoude 04-03-1725, tr. Renswoude 30-04-1752 Jan Jacobsz van Langeveld, ged. Veenendaal 22-02-1728, zn. van Jacobus van Langeveld en Jacomijntje Elberts Uit het 2e huw.: 4. Jannetje Willems van Schaik, ged. Renswoude 14-08-1735, op Wagensvelt 5. Wulphert Willemsz van Schaik, ged. Renswoude 16-06-1737, op Wagensveld 6. Hendrik Willemsz van Schaik, ged. Renswoude 16-06-1737, op Wagensveld In 1774 wordt Hendrik Willemse van Schaik, voor zichzelf en namens de erfgenamen beleend na dode van zijn oom en tante Gijsbert van Schaik x Hendrikje Cornelissen van Huigenbosch volgens huw. voorw. van 08-11-1736, met de tiend van Heintjeskamp (HUA; Leenhof 172, fol. 135; 14-05-1774). 7. Reintje Willems van Schaik, ged. Renswoude 13-09-1739, op Wagensveld, tr. Renswoude (otr. 16-03-1765) Wouter Aartsz van de Glint, geb. op Groot Donkelaar onder Leusden, ged. 06-08-1730, zn. van

Aart Woutersz en Rijkje Peters van Breeschoten In 1766 verkopen Wouter Aartsen x Reintje Willemse en zijn zusters Jacomina en Gerutje Aartsen drie morgen land in Donkelaar onder Leusden (Recht. Arch. Leusden 1053; 21-05-1766). In 1772 wordt Wouter Aartsen van de Gelint beleend na dode van zijn oom Albert Hendricksen van Schaik met Nieburg. (Leenboek Huis 145, fol. 92; 06-11-1772). (zie Genealogie Donkelaar) 8. Jan Willemsz van Schaik, ged. Renswoude 30-09-1742, op Wagensveld, otr. Renswoude 29-01-1785 Rijkje Jans van Huigenbos, ged. Renswoude 20-07-1749, dr. van Jan Cornelissen van Huigenbos en Jacomijntjje Aarts van Breeschoten 1. Evertje van Schadijk, geb. Ede 1785, tr. Renswoude 23-07- 1812 Derk Jacobse, ged. Ede 15-02-1785, zn. van Aart Jacobse en Willemijntje Dirks 2. Jacomijntje van Schadijk, geb. Ede 1789, ov. Renswoude 27-04-1818, tr. Renswoude 26-06-1812 Anthonie/Toon Harmsen Bouman, geb. Ede 1787, zn. van Harmen Bouman en Jantje Touen 9. Wulphert Willemsz van Schaik, ged. Renswoude 25-04-1745, op Wagensveld 10. Jannigje Willems van Schaik, ged. Renswoude 22-09-1748, op Wagensvelt 11. Aalbert Willemse van Schaik, ged. Renswoude 19-11-1752, op Wagensveldt 3. Aelbert Hendriks van Schaik, ged. 10-05-1691, op Schadijck, ov. ca. 1771, tr. Renswoude 06-11-1729 (otr. ) Engeltje Franssen Voskuijlen, ged. 19-02-1693, op Voskuijlen, dr. van Frans Hendricksen en Gijsbertje Sanders van Ravenhorst In 1745 laten Aelbert Hendrikse van Schaik en Engeltie Franse van Voskuijl, won. Renswoude, hun testament op de langstlevende maken (HUA; U 196a004, nr. 28; 17-11-1745). In 1758 wordt Aalbert Hendriksen van Schaik genoemd als oom en voogd bij de huw. voorw. van zijn nicht Gijsbertje Hendriks Voskuijlen (AT038a007; 22-11-1758). In 1742 wordt Albert Hendricksen van Schaaik beleend door opdracht van Kornelis Nieborg met een vierkante kamp in Nijborg tot aan de Hollenweg, gekocht voor f 1198,= (Leenboek Huis 144, fol. 75vo; 19-11-1742). In 1762 laat Albert Hendrickzen van Schaik zijn testament registreren, gepasseerd op 29-03-1762 bij not. Jan Smit te Veenendaal (Leenboek Huis 145, fol. 47;

14-04-1762). In 1772 wordt Wouter Aartsen van de Gelint beleend na dode van zijn oom Albert Hendricksen van Schaik met Nieburg. (Leenboek Huis 145, fol. 92; 06-11-1772). 4. Gijsbert Hendriks van Schaik, ged. 18-11-1694, op Groot Schaick, tr. Renswoude (otr. ) 18-11-1736 Hendrikje Cornelissen van Huigenbosch, ged. 01-05-1704, op Huijgenbosch, ov. voor 1761, dr. van Cornelis Willemsen van Wagensveld en Geertje Hendriks van de Glind In 1736 worden huw. voorw. gemaakt tussen Gijsbert Hendriksen van Schaik, jm, geassisteerd door moeder Jantjen Aalberts, wed. Jan Gerritsen en Hendrikjen Cornelis van Huijgenbosch, jd., geassisteerd door broer Hendrik Cornelissen van Huijgenbosch. Het bruidspaar brengt alles in en erven alles van elkaar (afschrift van de huw. voorw. van 08-11-1736 te in HUA; Leenhof 172, fol. 135; 14-05-1774). In 1749 leent Jan Hermsen van Klijn Colfschoten f 500,= van Geijsbert Hendricksen van Schaik x Hendrickije Cornelissen van Heugenbos, die daardoor mede beleend worden met de helft van Klijn Colfschoten. Geroyeerd 09-09-1758 (Leenboek Huis 144, fol. 119; 14-01-1749). In 1761 vindt en een inventarisatie van de goederen van Gijsbert Hendriksen van Schaaik, wed. Hendrickjen Corneelissen van Huijgenbos plaats o.a. de tiend van Heijntjescamp, gebruikt door Jacob Rixsen (Recht. Arch. 5; 02-09-1761). In 1774 wordt Hendrik Willemse van Schaik, voor zichzelf en namens de erfgenamen beleend na dode van zijn oom en tante Gijsbert van Schaik x Hendrikje Cornelissen van Huigenbosch volgens huw. voorw. van 08-11-1736, met de tiend van Heintjeskamp (HUA; Leenhof 172, fol. 135; 14-05-1774). 5. Marij Hendriks van Schaik, ged. 23-10-1698, op Groot Schaick Schaik (3) I Jan Gijsbertsz, tr. Giertgen Jansen. Giertgen Jansen, tr. (2) 25-01-1618 Goert Toenissen, op Dashorst In 1605 wordt Jan Gijsbertsz, won. Leusden beleend door opdracht van Frans Ammelsz van Schayck met de tiend van Klein Schaik (HUA: St. Paulus 37, fol. 193, 09-03-1605). Jan Gijsbertsz is pachter van Groot Vlastuin 1605-1619. In 1615 wordt Geertje, wed. beleend na dode van haar man Jan Gijsbertsz (HUA; St. Paulus 38, fol. 12vo, 18-03-1615). Goert Anthonissen is pachter van Groot Vlastuin 1619-1657.

1. Jan Jansz, ged. 08-03-1612 2. Adriaen Jansz, volgt II II Adriaen Jansz, tr. Marritgen Willems In 1631 is Adriaen Janss op Schadick borg bij de koop van de tiend van t Vliet (Register verkoop van tienden van St. Pieter te Utrecht, 1615-1657, door Dick van Wageningen, blz. 40). In 1632 wordt Adriaen Jansz beleend na dode van zijn vader Jan Gijsbertsz met de tiend van Klein Schaik (HUA; St. Paulus 39, fol. 9vo; 20-10-1632). In 1633 laten Adriaen Johansz x Marritgen Willemsdr, op Schaijck hun testament maken. Marritgen geassisteerd door Cornelis Cornelissen de Jongen, secretaris. Zij lijftochten elkaar met het halve erf, de andere helft en f 75,= is voor de oudste zoon, volgens octrooi voor Cornelis van Deventer, houder van de lenen van de St. Paulus Abdij in Utrecht d.d. 22-07-1631 (Recht. Arch. 1, fol. 47-48; 20-03-1633). In 1641 eist Cornelis Huijbers betaling van f 7,= van Adriaen Jansz, voor een vuurroer, gekocht in de herberg De Swarte Winden in Utrecht (Recht. Arch. 2, fol. 113vo,114vo; 22-03-1641. fol. 116vo,117; 12-04-1641). In 1661 eisen Cornelis Hermsen en Aeriaen Jansen, broer en momber van het onnozele kind van Herman Aeriaens betaling van f 800,= van Wilhem Hermansz, voor gekochte schapen, paarden en beesten uit de inboedel. (Recht. Arch. 3; 10-06-1661). 1. Gijsbert Adriaensz, volgt IIIa 2. Henrickien Ariaens, volgt IIIb 3. Marritgen Ariens van Schadijck, won. op Voscuijlen, tr. 02-04-1671 Jan Rijcksz van de Haer, won. in de Vliert Jan Rijcktsz x Marritgen Adriaensz van Schadijck, wonende onder Ede, eigenaars van Schaijck, testament op de langstlevende, momber: Evert de Jongh, secreatris (Recht. Arch. 1, fol. 118-119; z.j., na 11-07-1651). In 1674 wordt Jan Rijcktsz genoemd als oom en momber van het onmondige kind van zal. Gijsbert Adrijaensz van Schadijck, borg: Arris Petersz, rademaker (Recht. Arch. 3; 17-06- 1674). 4. Herman Ariaens, tr. NN In 1652 wordt Harmen Ariensz, op Breschoten genoemd in cedulle van de Generale Verpachtingen (Westerholt 013-45). In 1661 eisen Cornelis Hermsen en Aeriaen Jansen, broer en momber van het onnozele kind van Herman Aeriaens betaling van f 800,= van Wilhem Hermansz, voor gekochte schapen, paarden en beesten uit de inboedel. (Recht. Arch. 3; 10-06-1661). 1. Cornelis Hermsen, timmerman, ov. 04-12-1673, tr. Anneken Aerts, ov. 1673 Lidm. Kerst 1629: Cornelis Hermansz, timmerman en Anna Jonge Aerts Lidm. reg. Renswoude 1649: Cornelis Hermansz c. uxore (met echtgenote) Lidm. reg. Renswoude 1652: Cornelis Hermsen en Anna Aerts, sijn huijsvrouwe, aen in de Achterstraet. Lidm. reg. Renswoude 1657: Cornelis Harmszen en Anna Aerts, sijn huijsvrouw, achter, overgegaen met attestatie tot. Lidm. 25-09-1659: Cornelis Hermansen, en Anneken Aerts, met

attestatie van Renswoude In 1650 wordt Cornelis Hermens timmerman en Annechgen Aertsdr, zijn vrouw beleend na dode van Aert Aertsz haar vader met een huis aan de Holevoet; 1650 (Huis Amerongen 1180, fol. 13; 1650). In 1663 schenken Aertien en Steven, kinderen van Cornelis Harmensen Timmerman ieder f 2-0 voor een kroonluchter voor de kerk (Archief Grote Kerk 1; 22-01-1663). In 1691 wordt Marrytgen Meijnsen, getr, geweest met Steven Cornelisz aan de Holevoet en nu getrouwd met Willem Anthonisz van Renes er mee beleend (Huis Amerongen 1184; 11-11-1691). 1. Steven Cornelisz, timmerman, tr. Renswoude (otr. ) 10-07-1664 Marritien Meijnsen, won. Immickhuijsen, dr. van Meijns Woutersen 2. Ariaen Cornelisz, ged. 24-03-1647 3. Ariaentgen Cornelissen, ged. 08-09-1650, tr. Amersfoort (otr. ) 23-04-1674 Elbert Heijmensen Verhel, geb. Amersfoort 2. een onnozel kind 3. Willem Harmens, ov. 07-10-1680, tr. Grietien Meeusen, ov. 17-10-1676 Lidm. kerst 1658: Willem Harmensen, en Grietien Meeusen, op Breeschoten. In 1661 trouwt Gijsbertien Meusen van Ubbelschoten, een zuster van Grietien Meusen te met Jan Aertsen van Lambalgen. In 1662 draagt Willem Harmsen op Breeschoten 5 gl. bij tot de reparatie van het leidak van de kerk van (HGS 273). In 1669 verzoekt Willem Harmensz, op Breschoten, zwager van Jan Aertsz van Lambalgen en Sander Huijbertsz van Wolfswinckel de rechtzitting van Jan Jansz van Suijtloo x Jannitgen Thijmans tegen Jan Aertsz van Lambalgen, curator van de inboedel van Aelbert Cornelisz te mogen verlaten (Recht. Arch. 3; 18-10-1669. 22-11-1669. 31-01-1670. 20-06-1670). Lidm. reg. 1673: Willem Hermsen en Grietje Meeuwssen, op Breeschoten. 1. Mees Willemsz van Breeschoten, ged. 05-02-1660, op Breschoten, won. Kleijn Oordeel, tr. 20-10-1689 Grietje Wouters, van de Haer Kinderen dopen te. Ze wonen aen de Haer. Nageslacht noemt zich Van Breeschoten. 2. Harmen Willemsz, ged. 21-09-1662, op Breeschoten, tr. Renswoude (otr. ) 10-02-1695 Jantje Jordens, wed. Rijck Cornelissen, won. aan de Beeck onder Renswoude 1. Willemijn Harmens, ged. 15-01-1699, aen de Beeck In het doopboek heet vader foutief: Willem Hermsen. 2. Willem Harmsen van Breeschoten, tr. Leusden (otr.

08-11-1732) Marrijtje Jans, van Leusden, dr. van Jan Evertsen 3. Claesien Willemsz, ged. 27-09-1665, op Breeschoten 4. Adriaentje Willemsen, tr. Barneveld 14-06-1685 (otr. ) Hendrick Jansen, wed. Gijsbertje Jans, op Kleijn Barnevelt 4. Trijntje Hermsen, tr. 12-03-1682 Ot Jansen, op Wolfswinckel 5. Rutger Adriaensz, ged. 26-12-1642, op Schadijck IIIa Gijsbert Adriaensz/Ariensz van Schaick, tr. Barneveld (otr. 29-03-1667) Neeltje Reijers, ov. 07-06-1699, dr. van Reijer Hendricks op Bitterschoten. Neeltje tr. (2) 05-07-1674 Reijer Jacobsen van Havickhorst, geb. Barneveld, tr. (3) Ede (att. van ) 10-04-1685 Evert Hermsen, wed. Anne Maessen, won. Ede Lidm. Pasen 1667: Gijsbert Ariens, jm. won. op Schadick Lidm. september 1667: Neeltien Reijers huisvrouw van Gijsbert op Schadick Lidm. lijst 1673: Gijsbert Arisen, op Schadick en Neeltje Reijers, met attestatie vertrokken naar Ede, later met attestatie terug naar. In 1666 wordt Gijsbert Adriaansz beleend na dode van zijn vader Adriaan Jansen met de tiend van Klein Schaik (HUA; St. Paulus 40, fol. 102vo; 07-12-1666). Jan Rijcktsz, oom en momber van het onmondige kind van zal. Gijsbert Adrijaensz van Schadijck, borg: Arris Petersz, rademaker (Recht. Arch. 3; 17-06-1674). Lidm. 23-05-1675: Reijer Jacobsen van Havickhorst, op Kleijn Schadick. In 1681 eist Maeijtje Andriessen, wed. Brant Gijsbertsen betaling van een obligatie van f 50,= van Jochem Reijersen, mede erfgenaam van Reijer Hendricksen, op Bitterschoten en Reijer Jacobsen x Neeltje Reijers, zus van Jochem (Recht. Arch. 3; 13-06-1681). In 1686 eist Neeltjen Reijers, mede namens haar dochter Marija Gijsbertsen, eigenaresse van een vierde deel van Kleijn Schadijck, geassisteerd door Willem Reijersen, momber en Christoffel Bouwmeijster betaling van turf en hout, vergoeding van balk- en bergslieten en mest en f 25,= pachtschuld van Jan Cornelissen, de bruiker van Kleijn Schadijck, mede namens Gijsbert Jacobsen van Coudijs, Jan Cornelissen, op Vlastuijn en Gijsbert Cornelissen, op Lambalgen, borg: Peter Rijcksen, op Breschoten (Recht. Arch. 4; 01-11-1686 en 14-02-1687). Uit het 1e huw.: 1. Marritgen Gijsberts, ged. 28-06-1668, op Schadick In 1674 wordt Marritjen Gijsberts beleend na dode van haar vader Gijsbert Adriaans met Klein Schaik (HUA; Leenhof 166, fol. 92; 12-06-1674). In 1698 wordt (neef) Gijsbert Cornelissen beleend door opdracht van Marritgen Gijsberts met Klein Schaik (HUA; Leenhof 167, fol. 169vo, 09-07-1698). 2. Arien Gijsbertsz, ged. 05-11-1671, op Schadick, ov. voor 1674 Uit het 2e huw.: 3. Gijsbertje Reijersen, ged. 02-05-1675, op Kleijn Schadick 4. Truijtje Reijersen, ged. 27-01-1678, op Kleijn Schadick

5. Jacob Reijersen, ged. 06-02-1681, op Kleijn Schadick IIIb Henrickien Ariaens, ov. 1686-1692, tr. 14-11-1658 Cornelis Gijsbertsz, op het Broeck, ov. 1668-1670 Van 1660-1670 is Cornelis Gijsbertsen eigenaar en bruiker van Groot Voskuilen. In 1686 is zijn weduwe eigenaar en tot 1696 zijn de kinderen eigenaar van de helft van Groot Voskuilen (Oudschildgeld Woudenberg nr. 36). Cornelis Gijsbertsen op Voskuijlen lidmaat te Pasen 1660; Hendrickie Ariaense lidmate te 09-09-1660. Beiden niet meer genoemd in lidm.lijst van 1673. In 1665 levert Cornelis Gijsbertsen op Voskuil een bijdrage van 3-3-. aan de reparatie van het leidak van de kerk te (Kerkarch. 68; 21-01-1665). De kinderen verkopen in 1696 1/3 deel van Groot Voskuilen voor 600 gl. aan Evert Willemsen, die al eigenaar was van de andere 2/3 deel (AT016b005; 07-02-1696) 1. Gijsbert Cornelissen, ged. 11-09-1659, op het Broeck, ov. na 1696 Gijsbert Cornelissen wordt voor het gerecht van gedaagd wegens een kwestie met de Weerthof (Recht. Arch. 4; 20-01-1690 tm 28-01-1691). Gijsbert Cornelissen c.s. beleend met het erf Klein Willaer of de Weerthof (Huis Leenboek 141 fol. 252; 27-01-1692. Archief Westerholt 248 nr. 9, charter; 28-01-1692. Gekocht volgens brief van 13-05-1689). In 1692 verkoopt Gijsbert Cornelisz, mede namens zijn broers en zusters Jan, Jantje, Geertje, Willemtje en Cnelisje e.a. het erf Klein Willaer of de Weerthof aan Hendrick Willem van Westerholt, Heer van (Westerholt 249-9; 28-01-1692; Huis 143 fol. 10; 27-01- 1692 en 141 fol. 11; 28-01-1692). In 1698 wordt Gijsbert Cornelissen beleend door opdracht van (nicht) Marritgen Gijsberts met Klein Schaik (HUA; Leenhof 167, fol. 169vo, 09-07-1698). 2. Johannes (Jan) Cornelissen, ged. 29-09-1661, op Voscuijl, ov. 06-07- 1701, tr. (1) 18-07-1686 Aeltje Woutersen, jd. van Goodswilligen, ov. 13-09- 1693, won. Kleijn Schaick, tr. (2) 28-10-1694 Hendrickje Elberts, jd van Eschaten onder Otterlo, ov. 22-12-1695, tr. (3) won. Kleijn Schaick te 18-12- 1698 Hendrickje Everts, jd. van Ubbelschoten. Hendrikje Everts tr. (2) Ede (otr. te ) 13-03-1707 Aris Aertsen, wed. Hendrickje Gerrits, won. in Manen onder Ede In 1686 eist Neeltjen Reijers, mede namens haar dochter Marija Gijsbertsen, eigenaresse van een vierde deel van Kleijn Schadijck, geassisteerd door Willem Reijersen, momber en Christoffel Bouwmeijster betaling van turf en hout, vergoeding van balk- en bergslieten en mest en f 25,= pachtschuld van Jan Cornelissen, de bruiker van Kleijn Schadijck, mede namens Gijsbert Jacobsen van Coudijs, Jan Cornelissen,

op Vlastuijn en Gijsbert Cornelissen, op Lambalgen, borg: Peter Rijcksen, op Breschoten (Recht. Arch. 4; 01-11-1686 en 14-02-1687). Lidm. 30-09-1688 Jan Cornelissen en Aeltje Wouters, op Kleijn Schaick. Lidm. op 24-03-1695 Hendrickje Elberts, hv. Jan Cornelissen, op Klein Schaick. Hendrickje Everts, jd. van Ubbelschoten met attestatie van Renswoude naar 12-06-1698. Uit het 1 e huw.: 1. Hendrickje Jans, ged. 29-07-1688, op Kleijn Schaick, tr. 07-03-1708 Jan Gijsbertsen, van Ravenhorst 2. Arisje Jans, ged. 16-11-1690, op Kleijn Schaick 3. Cornelis Jansz, ged. 14-05-1693, op Kleijn Schaick, volgt IV In 1720 wordt Cornelis Jansz uit beleend door opdracht van zijn oom Gijsbert Cornelisz met de rechte helft van de alinge tinsweer uit Klein Schaik (HUA; Leenhof 168, fol. 201; 14-06-1720). Cornelis Jansz, zoon van Jan Cornelissen wordt na het overlijden van zijn oom Gijsbert Cornelissen beleend met de helft van Kleijn Schaijck, leenroerig aan de Staten van Utrecht. Gijsbert had die voor 1/4 deel geërfd en voor 1/4 deel aangekocht (Recht. Arch. 3; 10-06-1720). Uit het 2 e huw.: 4. Aeltje Jans, ged. 22-12-1695, op Kleijn Schaick Uit het 3 e huw.: 5. Evert Jansz, ged. 05-03-1699, op Kleijn Schaick 3. Jantien (Jannetie) Cornelissen, ged. 28-06-1663, op Voscuijlen, tr. als jd van Voskuijlen, won. op Vlastuijn, te 10-03-1686 Cornelis Cornelissen, jm. Van, won. op Vlastuijn (VoskuilenGenC) Lidm. lijst Woudenberg 1683: Jannetie Cornelis op Voskuyl; obijt (voor 1690). In 1720 wordt Jannetie Cornelis beleend na dode van haar broer Gijsbert Cornelisz met de rechte helft van de alinge tinsweer uit Klein Schaik (HUA; Leenhof 168, fol. 201vo; 19-07-1720). In 1721 wordt Antony van de Vliert, schout van S. beleend door opdracht van Jannetie Cornelis, geassisteerd door Jan Stevens met de rechte helft van Klein Schaik (HUA; Leenhof 168, fol. 215; 09-06-1721). In 1727 verkoopt Jantjen Cornelis van Voskuijlen, wed. Cornelis Cornelissen, geassisteerd door Melchior van Wolfswinckel de tins van f 14-14 aan (schoonzoon) Jan Steventsen uit Lunteren van Schaijck "tegenwoordig aen twee hofsteden gesepareert", de ene helft in eigendom van de erfgenamen van Anthonij van de Vliert en de andere helft is van Aelbert Ebbertsen van Coudijs (Recht. Arch. 4:25-03-1727). 1. Cornelis Cornelisz, ged. 17-04-1687 2. Hendrickje Cornelissen, ged. 01-07-1691, op Kleijn Schadijck, otr. Woudenberg 03-03-1714 Jan Stevens, jm. van Lunteren Lidm. 08-10-1713: Hendrickje Cornelissen, jd., op Voskuijlen. In 1727 verkoopt Jantjen Cornelis van Voskuijlen, wed. Cornelis Cornelissen, geassisteerd

door Melchior van Wolfswinckel de tins van f 14-14 van Schaijck aan (schoonzoon) Jan Steventsen uit Lunteren "tegenwoordig aen twee hofsteden gesepareert", de ene helft in eigendom van de erfgenamen van Anthonij van de Vliert en de andere helft is van Aelbert Ebbertsen van Coudijs (Recht. Arch. 4:25-03-1727). 3. Arisje Cornelissen, ged. 28-06-1696 4. Willem Cornelisz, ged. 04-12-1698 4. Geertien Cornelissen, ged. 24-09-1665, ov. voor 1692 5. Evertie Cornelissen, ov. na 1692 6. Willemptie Cornelissen, ged. 12-01-1668, op Voscuijlen, ov. na 1692 7. Cornelisje Cornelissen, ged. 05-06-1670, op Voscuijlen, nb. vader ov., ov. na 1692 IV Cornelis Jansz van Schaijk, ged. 14-05-1693, op Kleijn Schaick, ov. ca. 1748, tr. (1) 02-06-1727 Grietje Alberts van Koudijs, ged. 27-11-1701, dr. van Aelbert Egbertsz en Rijckje Meeuwsen, tr. (2) 18-07-1734 Jannetje Rijks van Egdom, ged. 18-01-1711, op Klein Lambalgen, begr. 16-04-1793, dr. van Rijck Gerritsen en Marritje Jans In 1720 wordt Cornelis Jansz uit beleend door opdracht van zijn oom Gijsbert Cornelisz met de rechte helft van de alinge tinsweer uit Klein Schaik (HUA; Leenhof 168, fol. 201; 14-06-1720). Cornelis Jansz, zoon van Jan Cornelissen wordt na het overlijden van zijn oom Gijsbert Cornelissen beleend met de helft van Kleijn Schaijck, leenroerig aan de Staten van Utrecht. Gijsbert had die voor 1/4 deel geërfd en voor 1/4 deel aangekocht (Recht. Arch. 3; 10-06-1720). Uit het 1e huw.: 1. Aaltje Cornelissen van Schaik, ged. 25-12-1729, op Klein Schaijk, tr. Ede 23-01-1763 Jacob Hesselen van Maanen, wed. Jantje Hendricksen, geb. Ede, won. Manen 2. Albert Cornelissen van Schaik, ged. 09-09-1731, op Klein Schaik Uit het 2e huw.: 3. Jan Cornelissen van Schaik, ged. 22-08-1734, op Klein Schaik, volgt VI 4. Marritje Cornelissen van Schaik, ged. 15-04-1736, op Klein Schaik 5. Rijk Cornelissen van Schaik, ged. 22-06-1738, op Klein Schaik, ov. Woudenberg 04-02-1827, tr. Renswoude (otr. Renswoude 31-09-1775) Jannigje Jansen Overeem, ged. Renswoude 08-01-1741, ov. Woudenberg 24-11-1820, dr. van Jan Fransz Overeem en Teuntje Jans Lokhorst, ook wel Teunisje van de Hoofstraat 1. Cornelis van Schaik, ged. Woudenberg 02-02-1777, Leusderbroek, get. Jannigje van Schaik

2. Teunisje van Schaik, ged. Woudenberg 15-08-1779, Leusderbroek, get. Teunisje Jans van Overeem, ov. Woudenberg 04-12-1826, tr. (1) Amersfoort 19-04-1804 Jan van Nieuwenhuizen, begr. Woudenberg 27-12-1808, tr. (2) Woudenberg 26-11- 1811 Anthonie van de Lagemaat, ged. Woudenberg 18-02-1759, ov. Leusden 03-09-1821, zn. van Gijsbert Gijsbertsz van de Lagemaat en Beatrix Hendriks van Nieuwenhuizen 3. Jan van Schaik, geb./ged. Woudenberg 04-10/02-11-1783, Leusderbroek 6. Evert Cornelissen van Schaik, ged. Woudenberg 10-04-1740, ov. Woudenberg 22-10- 1819, tr. Woudenberg 17-07-1768 Aaltje Hermens van Abbelaar, wed. Jan Gerritsz van Egdom, ged. Renswoude 25-12-1729, op Abbelaar, begr. 05-07-1788, dr. van Hermen Corsz en Maartje Gijsbertsz Methorst Evert Cornelissen van Schaik is landbouwer op Egdom onder Woudenberg. 1. Jannetje van Schaik, ged. Woudenberg 06-08-1769, get. Errisje Hermens 2. zoon, begr. 22-10-1788 7. Gerrit Cornelissen van Schaik, geb. Doorn, ged. Woudenberg 08-07-1742, ov. Leusden 29-11-1817, tr. Woudenberg 22-03-1772 Gerritje Teunissen van de Wetering, ged. Woudenberg 25-06-1747, ov. Leusden 30-01-1817, dr. van Teunis Gerritsz van de Wetering en Gerritje Knopper 1. Jannigje van Schaik, ged. Woudenberg 04-07-1773, get. Jannigje Rijks van Schaik 2. Geertje van Schaik, ged. Amerongen 17-09-1775, ov. Woudenberg 03-03- 1855, tr. (1) Renswoude 15-02-1801 Dirk Barendsen Zonneberg, wed. Harmijntje Sandersen, ged. Ede 21-05-1758, zn. van Barend Willemsz en Jantje Maassen, tr. (2) Woudenberg 11-10-1807 Aalbert Oudhof, ged. 18-05-1755, in de Achterstraat onder Woudenberg, ov. Woudenberg 12-12-1828, zn. van Lammert Hendriksz Oudhof en Willempje Barten van Landaas 3. Cornelis van Schaik, geb./ged. 01/15-02-1778, in de Groep onder Amerongen, get. Aaltje Harmsen hv. Evert van Schaik In het doopboek van Amerongen: te Scherpenseel om de strenge koude met onse toestemming. 4. Teunisje van Schaik, ged. Amerongen 12-11-1780, ov. Renswoude 25-09- 1837, tr. Renswoude 06-09-1801 Johannes Vink, ged. Renswoude 24-02-1769, ov. Renswoude 31-03-1838, zn. van Antoni Vink en Cornelia van Droffelaar 5. Marretje van Schaik, ged. Amerongen 05-01-1783, ov. Leusden 14-09-1858,

tr. Amersfoort (otr. Leusden) 15-11-1809 Hendrikus Hendrikse Broekhuizen, geb. Nijkerk 6. Evert van Schaik, ged. Amerongen09-04-1786, in de Groep 8. Gijsbert Cornelissen van Schaik, ged. Woudenberg 12-07-1744, begr. 31-10-1795 9. Cornelis Cornelissen van Schaik, ged. Woudenberg 09-10-1746 10. Cornelis Cornelissen van Schaik, ged. Woudenberg 23-02-1749, ov. Woudenberg 20-09-1822, tr. Doorn 21-02-1802 Teuntje van de Wetering 1. doodgeb. kind, begr. Woudenberg 12-02-1803 2. doodgeb. kind, begr. Woudenberg 14-11-1804 3. doodgeb. kind, op Geerestein, begr. Woudenberg 10-02-1806 4. doodgeb. kind, begr. Woudenberg 17-10-1807 5. doodgeb. kind, begr. Woudenberg 26-06-1809 6. Jannetje van Schaik, geb./ged. Woudenberg 27-07/04-08-1811, get. Errisje Hermens, ov. Woudenberg 26-08-1830, ongehuwd VI Jan Cornelissen van Schaik, ged. 22-08-1734, op Klein Schaik, ov. 15-10-1814, tr. Woudenberg 09-08-1761 Jacobje Willems van Eede, geb. Achterberg ca. 1740, ov. 29-03-1819, dr. van Willem van Ede en Jantje NN (? Willem Evertsz Cusen en Jantje Jacobs, getrouwd in Rhenen 17-11-1737) Bij. ov. van zoon Jan in 1832 heet zijn moeder: Jacomijntje Lagerweij. 1. Jannigie Jansen van Schaik, ged. Woudenberg 04-10-1761, get. Jannigie Jacobz 2. Cornelis Jansen van Schaik, ged. 17-07-1763 onder, ov. Lunteren 27-12-1835, tr. Geertje Vink 1. Jakomijntje van Schaik, ged. Renswoude 11-08-1811, op Ubbeschoten, ov. Soest 19-05-1890, tr. Barend Donkevoort 2. Jan Cornelissen van Schaik, geb. Renswoude 04-04-1815, ov. Renswoude 23-11-1835, ongehuwd 3. Cornelia van Schaik, geb. Renswoude 14-11-1817 4. Jacoba van Schaik, geb. Renswoude 25-06-1820 3. Jannigje Jansen van Schaik, ged. 20-04-1765, Kraijenoort 4. Willem Jansen van Schaik, ged. 13-09-1767, op Kraijenoort, volgt VIIa 5. Jan Jansen van Schaik, ged. 17-12-1769, op Craijenoort 6. Jan Jansen van Schaik, geb./ged. 23/28-02-1773, op Kraajenoort, get. Jantje Rikken wed. Cornelis van Schaik, volgt VIIb VIIa

Willem Jansen van Schaik, ged. 13-09-1767, op Kraijenoort, Rodewinkel, ov. Woudenberg 13-03-1843 tr. 05-02-1792 Hendrikje Woutersen van Sniddelaar, ged. 10-04-1763, op de Rodewinkel, ov. Woudenberg 03-04- 1845, dr. van Wouter Jordens en Wijntje Hendriks van Ginkel Willem van Schaik is in 1828 landbouwer te Woudenberg. Bij zijn ov. heet zijn moeder Jacomijntje van Amerongen en zijn vrouw Hendrikje van Ginkel 1. Jan van Schaik, ged. Woudenberg 12-02-1792, op Groot Rooijwinkel, ov. 09-04-1864, tr. 04-04-1828 en in de Grote Kerk 06-04-1828 Aartje van Voorthuizen, geb./ged. Woudenberg 30-05/16-06-1793, ov. 13-09- 1870, dr. van Willem Willemsz van Voorthuizen en Maria Jacobse van Loeveseijn 2. Weijntje van Schaik, geb./ged. 22-01/16-02-1794, ov. Renswoude 25-06-1863, tr. Leersum 06-07-1816 Jan van Egdom, geb. Leersum, geb./ged. Woudenberg 15/25-11-1792, ov. Renswoude 16-03-1853, zn. van Roelof Gerritsz van Egdom en Geertje Teunissen van Langelaar 3. Wouter van Schaik, geb./ged. 08-01/31-01-1796, ov. Renswoude 26-03-1865, tr. Renswoude 01-06-1822 Geurtje van Nieuwamerongen, geb. Renswoude 23-04-1797, ov. Renswoude 09-08-1855, dr. van Hendrik van Nieuwamerongen en Mechteltje Zonneberg 1. Metje van Schaik, geb. Renswoude 24-01-1823, ov. Woudenberg 31-01- 1857, tr. Woudenberg 09-05-1846 Willem van Ginkel, geb. Woudenberg 28-07- 1820, zn. van Jan van Ginkel en Neeltje van Voorthuizen 2. Hendrikje van Schaik, geb./ged. 26-08/24-09-1826, ov. Renswoude 22-11-1848, ongehuwd 3. Hendrica van Schaik, geb. Renswoude 03-12-1830, tr. Renswoude 06-01- 1853 Hendrik Veenendaal, geb. Ede 1816, zn. van Cornelis Veenendaal en Geertruij Gerritsen 4. Hendrik van Schaik, geb. Renswoude 09-09-1835, ov. Renswoude 03-07- 1836 5. Willemijntje van Schaik, geb. Renswoude 09-09-1835, ov. Renswoude 06-04-1837 6. Willemijntje van Schaik, geb. Renswoude 09-05-1838, ov. Renswoude 22-08-1857, tr. Renswoude 26-09-1856 Jorden Bruis, geb. Renswoude 06-01-1833, ov. Renswoude 07-04-1891, zn. van Gijsbert Bruis en Hendrikje van de Meent 4. Jacob van Schaik, geb./ged. 20-03/08-04-1798, ov. 11-06-1866, landbouwer, tr. (1) 21-11-1823 en Grote Kerk 23-11-1823 Aaltje van Maanen, geb. Leusden, ged./ged. 25-07/03-08-1800, ov. Woudenberg 29-03- 1854, dr. van Frans Jansz van Maanen en Fransje Lamberts van den Brul, tr. (2)

27-10-1854 Gijsbertje Hendrikse Stomphorst, wed. Wulfert Lagerweij, geb. Barneveld 1807, ov. 06-04-1882, dr. van Jooste Hendrikse Stomphorst en Geertje Cobesse/Hendrikse 1. Willem van Schaik, geb./ged. 16/28-03-1824, ov. 02-05-1824 5. Jacomijntje van Schaik, geb./ged. 22-12-1800/11-01-1801 6. Willemijntje van Schaik, geb./ged. 06-12/25-12-1803, ov. Woudenberg 01-03-1848, tr. Woudenberg 03-11-1838 Gijsbert Vink, ged. Renswoude 09-10-1808, zn. van Bart Vink en Maria Bos 7. Hendrik van Schaik, geb./ged. 02-01/25-01-1807, ov. Utrecht 07-08- 1833 VIIb Jan van Schaik, geb./ged. 23/28-02-1773, op Kraajenoort, get. Jantje Rikken wed. Cornelis van Schaik, ov. 17-05-1832, tr. 31-01-1821 Willemijntje Slok, geb./ged. 23/30-08-1789, ov. 05-04-1825, dr. van Hendrik Slok en Hendrica Olthof, tr. (2) 30-06- 1826 Evertje Stomphorst, geb. Barneveld 1804, ov. 25-05-1851, dr. van Joost Hendriksen Stomphorst en Geertje Kobesen Lidm. 17-05-1802: Jan Janse van Schaik. Lidm. reg. 1805: Jan Jansen van Schaick. Voorkind van Evertje Stomphorst: Melis Stomphorst, geb./ged. 20-12-1834/18-01-1835, ov. 23-05-1841 In 1807 koopt Jan Jansen van Schaik huis nr. 73 in de Kromme hoek voor f 147,= van Jan van Kooten (Recht. Arch. 13; 11-06-1807). Uit het 1 e huw.: 1. Hendrika van Schaik, geb./ged. 13-04/25-05-1823, ov. 20-02-1855, ongehuwd Kind: Hendrikus van Schaik, geb./ged. 29-10/19-12-1847 Uit het 2 e huw.: 2. Jan van Schaik, geb./ged. 04/24-09-1826, ov. 20-09- 1853 3. Johannis van Schaik, geb./ged. 28-07/31-08-1828, volgt VIII 4. Geertje van Schaik, geb. 1830, ov. 11-01-1836 VIII Johannis van Schaik, geb./ged. 28-07/31-08-1828, arbeider, ov. 01-03-1895, tr. 20-11-1857 Adriana Johanna van der Burg, geb. Oosterhout, gemeente Valburg 1833, ov. 12-10-1874, dr. van Hendrik van der Burg en Willemina Derksen

1. Evert Jan van Schaik, geb./ged. 26-10/26-12-1858, volgt IX 2. Hendrik van Schaik, geb./ged. 06-03/29-04-1860, ov. 12-08-1883 3. Johanna Willemina van Schaik, geb./ged. 30-06/26-07-1863, ov. 06-06-1882 4. Everdina van Schaik, geb. Woudenberg 19-01-1866, ged. 25-02- 1866, ov. 04-04-1880 5. Gerard van Schaik, geb. Woudenberg 09-10-1868, ged. 25-10-1868, ov. 09-05-1871 6. Gerhard van Schaik, geb./ged. 03-08/22-09-1872, ov. 21-01-1891 7. Anna van Schaik, geb./ged. 03-08/22-09-1872, ov. 16-02-1873 IX Evert Jan van Schaik, geb./ged. 26-10/26-12-1858, arbeider, ov. s-hertogenbosch (ingeschr. te ) 14-07-1923, tr. 22-11- 1884 Betje van Broekhuizen, geb. Hoogland 19-05-1855, ov. 02-01-1916, zn. van Paulus van Broekhuizen en Neeltje van Huigenbosch 1. Adriana Johanna van Schaik, geb./ged. 11-02/08-03-1885, ov. Woudenberg 01-03-1949, tr. 10-07-1909 Cornelis van Schoonhoven, rijknecht, geb. Woudenberg 18-10-1880, zn. van Hendrikus van Schoonhoven en Geertrui van Ginkel Bij de doop heet zij: Anna Adriana Johanna. 2. Neeltje van Schaik, geb./ged. 20-07/29-08-1886, tr. 24-09-1921 Pieter Vermeulen, arbeider, geb. Woudenberg 16-01-1881, zn. van Jacob Vermeulen en Geertrui Meerbeek 3. Wilhelmina van Schaik, geb. 01-10-1887, tr. 04-09-1915 Marinus Renes, geb. Woudenberg 18-04-1875, ov. Woudenberg 11-12-1938, zn. van Jakob Renes en Hendrika ten Braak 5. Johannes van Schaik, geb. Renswoude 27-2-1890, tr. Woudenberg 01-02-1918 Jannetje Vlastuin, geb. Woudenberg 25-07-1897, ov. Rhenen 25-10-1953, dr. van Gerrit Vlastuin en Trijntje van Schoonhoven 1. Evert Jan van Schaik, geb. Woudenberg 06-12-1918, ged 26-01-1919 2. Gerrit van Schaik, geb. Woudenberg 19-01-1920, ged 29-02- 1920 3. Elisabeth van Schaik, geb. Woudenberg 14-06-1921, ged 24-07-1921 4. Albertus van Schaik, geb. Woudenberg 10-06-1923, ged 26-08-1923

5. Gerard van Schaik, geb. Woudenberg 10-08-1925, ged 30-08- 1925 6. Trijntje van Schaik, geb. Woudenberg 31-07-1926, ged 26-09- 1926 4. Peter Paulus van Schaik, geb./ged. 23-03/10-05-1891, ov. 17-07-1891 5. meisje, ov. 09-05-1893 6. jongen, ov. 06-07-1894 7. Peter van Schaik, geb. 27-11-1895, ov. 28-11- 1895 8. Peter van Schaik, geb./ged. 29-06/22-08-1897, tr. 10-05- 1924 Janna Cornelia van Bruggen, geb./ged. 03-10/21-11-1897, dr. van Arien van Bruggen en Johanna Maria van Dijk 1. Evert Jan van Schaik, geb./ged. 21-04/07-06-1925 2. Johanna Maria van Schaik, geb./ged. 20-01/27-02-1927, tr. 30-08-1950 Krijn Nagel, geb. Veenendaal 1924, zn. van Krijn Nagel en Evertje Veenhuis 3. Bertus van Schaik, geb./ged. 15-06/03-08-1930 Schaik (4) I Dirk van Schaik, tr. Aaltje Koersen 1. Dirk van Schaik, geb. s-graveland 1809, volgt II II Dirk van Schaik, geb. s-graveland 1809, kleermaker, tr. s-graveland 17-11-1833 Geertrui/ Geertje Kok, geb. Lisse 1809, dr. van Willem Kok en Geertrui Vastenouw 1. Willem van Schaik, geb. s-graveland 1839, tr. (1) Vreeland 22-12-1865 Femmetje Moldeveld, geb. Loenen 1836, dr. van Christiaan Moleveld en Aaltje Hoogland, tr. (2) Doorwerth 16-04-1881 Johanna Berendina Gijsbers, geb. Bredevoort 1840, dr. van Hendrik Gradus Gijsbers en Jenneke Addink 2. Hendrik Nicolaas van Schaik, geb. s-graveland 1842, volgt III III Hendrik Nicolaas van Schaik, geb. s-graveland 1842, rietdekker, ov. 22-10-1918, begr. Glashorst, graf nr. 223, zoon van Dirk van Schaik en Geertje Kok, tr. (1) Woudenberg 04-11-1865 Berendina Geijtenbeek, geb. Leusden 09-01-1841, ov. Woudenberg 14-01-1867, dr. van Geertje van Geijtenbeek, tr. (2) Woudenberg 18-10-1867 Hendrika Wagensveld, geb. Woudenberg 05-11-1845, ov. Utrecht (ingeschr. ) 15-05-1917, begr. Glashorst, graf nr. 223, dr.