Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen,

Vergelijkbare documenten
Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek,

Treasurystatuut Omgevingsdienst regio Arnhem

BESLUIT: vast te stellen het navolgende: TREASURYSTATUUT VOOR DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING STROOMOOPWAARTS MVS.

Treasurystatuut DCMR Milieudienst Rijnmond 2014

Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier; Renterisico

Treasurystatuut RUD Zuid-Limburg

Drs. Ing. G.B.J. Mensink, Drs. A.B.A.M. Damer, Mr. R.S. Cazemier. Treasurystatuut Openbaar Lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Inleiding Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

PROVINCIAAL BLAD. gelet op hoofdstuk 5 van de Gemeenschappelijke Regeling Prolander en artikel 12 van de Financiële Reglement Prolander;

CVDR. Nr. CVDR441922_1. Treasurystatuut 2017

Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant

Treasurystatuut. Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de Wet financiering decentrale overheden;

gelet op artikel 14 van de financiële verordening 2015 en de Wet financiering decentrale overheden;

Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur vastgesteld bij besluit van 18 december 2012, nr. 09

BIJLAGE 2 Was-wordt tabel

Beleidsregels 1. Doelstelling treasuryfunctie 2

GEMEENTEBLAD. Nr Treasurystatuut 2015 gemeente Heemstede. Hoofdstuk 1 Begrippenkader

Treasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant

Treasurystatuut. Gemeente Westvoorne

TREASURYSTATUUT GEMEENTE KERKRADE 2008

RUD UTRECHT. Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht

Treasurystatuut gemeente Tholen

Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015

TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017

Treasurystatuut gemeente Boxtel 2014

Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri

Treasurystatuut 2015

Verordening treasuryfunctie van de gemeente Druten

Treasurystatuut. Treasurystatuut

Treasurystatuut 2018 gemeente Midden-Groningen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;

CVDR. Nr. CVDR96238_1. Treasurystatuut. Treasurystatuut

TREASURY STATUUT. Begrippenkader. Artikel 1. Definities In dit statuut wordt verstaan onder:

gelet op artikel 14 van de Financiële Verordening Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid en de Wet financiering decentrale overheden;

TREASURYSTATUUT BEDRIJFSVOERINGSORGANISATIE HAVENSCHAP MOERDIJK

Te besluiten om: 1. Treasurystatuut 2016 vast te stellen 2. Treasurystatuut 2010 in te trekken

TREASURYSTATUUT Begrippenkader

CVDR. Nr. CVDR61495_1. Treasurystatuut Gemeente Oss

Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS)

Treasurystatuut Gemeente Hollands Kroon 2018

Gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders,

GEMEENTE TERSCHELLING TREASURYSTATUUT 2015

Treasurystatuut Gemeente Kollumerland c.a.

Treasurystatuut Gemeente Reimerswaal

INHOUD Begrippenkader en doelstellingen Treasurystatuut I Begrippenkader...3 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...4

Overwegende, dat het gewenst is het treasurystatuut op onderdelen aan te passen

Treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht

Treasurystatuut Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

Artikel 1 Begrippenkader

TREASURYSTATUUT GEMEENTE BOXMEER

HOOFDSTUK 1 - ALGEMEEN

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena houdende regels omtrent treasurystatuut Treasurystatuut Altena 2019

TREASURY-STATUUT GEMEENTE GRAVE

FINANCIERINGSSTATUUT GEMEENTE VOORST 2018

Treasurystatuut. Gemeente Nuth. Treasurystatuut van de gemeente Nuth Treasurystatuut pagina 1 van 11 Juni 2009 FIN/2009/9432

PROVINCIAAL BLAD. Treasurystatuut Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk 2017

Bijlage 1. Treasurystatuut. Gemeente Ridderkerk. januari 2014

Te besluiten om het treasurystatuut 2010 vast te stellen

Besluit: - Koersrisico: Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen.

CVDR. Nr. CVDR14355_1. Treasurystatuut 2001( art. 212 Gemeentewet)

Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Treasurystatuut. Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX

In artikel 2 worden de doelstellingen van de treasuryfunctie van de gemeente weergegeven, hieronder worden deze afzonderlijk toegelicht.

CVDR. Nr. CVDR340462_2. Treasurystatuut. 13 februari Officiële uitgave van Dinkelland.

Treasurystatuut 2018

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 januari 2016, registratienummer ;

Stuknummer: bl Treasurystatuut Gemeente Den Helder

Treasurystatuut 2010

Besluit: Vast te stellen het navolgende Treasurystatuut.

CVDR. Nr. CVDR429736_1. Treasurystatuut MRDH 2016

TREASURYSTATUUT Metropoolregio Rotterdam Den Haag

CVDR. Nr. CVDR402982_1. Artikel 1 Begrippenkader In dit statuut wordt verstaan onder:

Treasurystatuut Gemeente Bunnik

Toelichting op het statuut

Treasury reglement. 4 juni van 5

Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep

NOORDWIJK. Gemeente. Aan de Gemeenteraad van de Gemeente Noordwijk. Noordwijk, 12 december 2014

Treasurystatuut Gemeente Doetinchem 2010

Treasurystatuut Oldenzaal 2018

CVDR. Nr. CVDR77133_1. Treasurystatuut

GEMEENTEBLAD. Nr Gemeente Dinkelland; Treasurystatuut. 2.1 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit treasurystatuut wordt verstaan onder:

Treasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon

Bekendmaking van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van 18 februari 2014 tot vaststelling van het Treasurystatuut.

CVDR. Nr. CVDR299833_2. Treasurystatuut gemeente Raalte. Artikel 1 Begrippenkader In dit statuut wordt verstaan onder: 8 mei 2018

1. DOEL. 1.1 Doelstellingen en randvoorwaarden van het treasury beleid

CVDR. Nr. CVDR447987_1. Treasurystatuut. 2. Treasurystatuut. Artikel 1 In dit treasurystatuut wordt verstaan onder: 13 februari 2018

FINANCIERINGSSTATUUT OMGEVINGSDIENST GRONINGEN

- Besluit van het college van burgemeester en wethouders van 7 december 2010 (agendapuntnummer 3.1).

Sector : II. besluit: vast te stellen het navolgende TREASURYSTATUUT VAN DE GEMEENTE FERWERDERADIEL HOOFDSTUK I ALGEMEEN

2010 BESLUITEN Afdeling: Concernzaken Leiderdorp,

CVDR. Nr. CVDR30882_1. Treasurystatuut 2010

het College van burgemeester en wethouders der gemeente Menaldumadeel;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeesters en wethouders van de gemeente Zoeterwoude d.d. 7 januari 2018;

Treasurystatuut RUD Drenthe

CVDR. Nr. CVDR449996_1. Treasurystatuut. Hoofdstuk 2. Treasurystatuut. Artikel 1. In dit treasurystatuut wordt verstaan onder: 13 februari 2018

Treasurystatuut Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1

Transcriptie:

Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen, Gelet op de Wet financiering decentrale overheden; Gelet op de Uitvoeringsregeling Financiering decentrale overheden; Gelet op de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden: Gelet op de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen; Gelet op het besluit van het Algemeen Bestuur van 13 december 2012 waarbij het Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 is vastgesteld. Besluit te wijzigen het Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 en wel als volgt: Aan artikel 3.3. lid wordt toegevoegd aan het einde van het huidige lid 1: Tenminste twee kredietbeoordelaars dienen de benodigde rating aan de financiële ondernemingen te hebben verstrekt. Zodat de tekst komt te luiden als volgt: 1. Inleiding Het treasurystatuut vormt het kader voor de uitvoering van het treasurybeleid. Het treasurybeleid ondersteunt, als onderdeel van het financieel beleid, de uitvoering van de publieke taken en biedt mede waarborgen voor de financiële continuïteit van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN) op korte en lange termijn. De treasuryfunctie heeft bij lagere overheden de laatste jaren sterk aan betekenis gewonnen, onder meer vanwege de inwerkingtreding van de wet financiering decentrale overheden (Wet FIDO) per 1 januari 2001, de ontwikkelingen op de Europese geld- en kapitaalmarkt en de introductie van nieuwe financieringsinstrumenten. Met de komst van de Wet FIDO zijn voor de gemeentelijke treasuryfunctie duidelijke kaders geboden ten aanzien van risicobeheersing en transparantie. Dat laatste komt onder meer tot uitdrukking in de voorschriften voor een verplicht treasurystatuut. Daarnaast moet, op basis van de uitwerking die de ODRN heeft gegeven aan artikel 216 van de Provinciewet resp. artikel 212 Gemeentewet het Bestuur zorgen voor een goede inrichting van de uitvoeringsorganisatie van de financieringsfunctie, die het treasurystatuut mogelijk maakt 1. Het treasurystatuut bepaalt de kaders voor de uitvoering van het treasurybeleid en maakt een objectieve en transparante verantwoording achteraf mogelijk. De specifieke beleidsvoornemens respectievelijk de uitvoering van het beleid op het gebied van treasury worden besproken in de treasuryparagraaf van de begroting en de jaarstukken. Bij de inrichting van het treasuryproces zorgen de vier elementen sturing, uitvoering, verantwoording en toezicht houden voor duidelijkheid en transparantie. Het treasurystatuut is een nadere uitwerking van de geldende wetgeving. Bij het opstellen van dit statuut is rekening gehouden met het relevante wettelijke kader in: - de Provinciewet; - de Gemeentewet; - de Wet financiering decentrale overheden (Wet FIDO); 1 Artikel 9 van de Financiële verordening 2012 Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 1

- het met de Wet FIDO samenhangende Besluit leningvoorwaarden decentrale overheden; - de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden; - het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten 2004; - de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen; - de Financiële verordening ODRN 2012; - Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo). Het statuut is voor de omgevingsdienst beperkt gehouden, omdat zij een eenvoudige rol heeft op het geheel van treasury. De behoefte is: - het aantrekken van geld voor investeringen ten behoeve van de bedrijfsvoering; - het overbruggen van de mate van bevoorschotting zoals geregeld in de gemeenschappelijke regeling of bij het offreren van projecten en de voortgang van uitvoering van de projecten en begroting. Voorgaande betekent dat er een langlopende financiering zal zijn en blijven voor investeringen in de bedrijfsvoering en een korte termijn financiering voor de overbrugging van bevoorschotting versus uitvoering. 1.1 Doelstellingen van de treasuryfunctie De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico's. Bij de Omgevingsdienst Regio Nijmegen gelden de volgende doelstellingen van de treasuryfunctie; 1. het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities; het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities; 2. het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet FIDO en de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut; 3. waarborgen dat de taken en verantwoordelijkheden op het gebied van treasury duidelijk worden geregeld. 2. Beleid 2.1 Treasurybeleid Het algemeen bestuur bepaalt, met de vaststelling van de begroting, welke de publieke taken van de ODRN zijn en binnen welk budgettair kader die worden uitgevoerd. 2.2 Treasury en de Planning & Control-cyclus De paragraaf treasury in de begroting bevat de plannen voor de treasuryfunctie voor het begrotingsjaar in een meerjarig perspectief. Er wordt inzicht gegeven in de uitgangspunten van de treasury-activiteiten, die verwerkt zijn in de financiële meerjarenraming. De paragraaf treasury in de jaarstukken geeft een verslag van de uitvoering van het treasurybeleid in het afgelopen jaar. Daarbij wordt getoetst aan de beleidsvoornemens in de begroting en de bijstellingen van deze voornemens in de wijzigingen van de begroting. Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 2

3. Risicobeheer 3.1 Uitgangspunten Risicobeheer Het beheersen en vermijden van risico's staat in het treasurybeleid voorop. In dit verband is het risicomanagement gericht op het inzichtelijk maken van toekomstige risico's en deze te beheersen, te verminderen en te spreiden. De treasuryfunctie zal nadrukkelijk geen bankachtige activiteiten ontplooien, met het oogpunt om geld te verdienen. 3.2 Renterisicobeheer De Wet FIDO geeft voor het beheersen van de renterisico's concrete richtlijnen, zijnde de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Met betrekking tot het renterisicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten: 1. de kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet FIDO; 2. de renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet FIDO; 3. nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitsplanning; 4. de rentetypische looptijd en het renteniveau van de betreffende lening worden zo veel mogelijk afgestemd op de actuele rentestand en de rentevisie. 3.3 Kredietrisicobeheer Het kredietrisico wordt in de eerste plaats beperkt doordat het financieringsbeleid gericht is op het voorkomen van langdurige overschotten. Bij het uitzetten of beleggen, dan wel aantrekken van middelen wordt alleen gebruik gemaakt van financiële producten, waarbij aan het einde van de looptijd tenminste de hoofdsom is gegarandeerd. Met betrekking tot het kredietrisicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten: 1. Het uitzetten en/of beleggen van middelen uit hoofde van treasury vindt uitsluitend plaats bij financiële ondernemingen met ten minste een A-2 rating voor looptijden tot 3 maanden en een AA- (minus) rating bij looptijden >3 maanden (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) die onder Nederlands of anderszins EER-toezicht vallen, zoals de Nederlandse Bank en de Verzekeringskamer der Financiële ondernemingen. Tenminste twee kredietbeoordelaars dienen de benodigde rating aan de financiële ondernemingen te hebben verstrekt. 2. Bij het uitzetten van gelden of verstrekken van leningen uit hoofde van de publieke taak met uitzondering van specifieke regelingen worden zekerheden of garanties geëist. 3. Er wordt niet in achtergestelde obligaties belegd. 3.4 Koersrisicobeheer Bij het uitzetten of beleggen van middelen wordt alleen gebruik gemaakt van financiële producten, waarbij aan het einde van de looptijd tenminste de hoofdsom is gegarandeerd. Om de koersrisico's bij uitzettingen of beleggingen uit hoofde van treasury zoveel mogelijk te beperken worden uitsluitend de volgende producten gehanteerd: 1. vastrentende waarden; 2. producten waarbij aan het eind van de looptijd in elk geval de hoofdsom gegarandeerd is. Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 3

3.5 Valutarisicobeheer Valutarisico's worden uitgesloten door alleen leningen te verstrekken, aan te trekken of te garanderen in euro's. 3.6 Liquiditeitsrisicobeheer Het interne liquiditeitsrisico's wordt beperkt door de treasuryactiviteiten te baseren op liquiditeitsplanningen die periodiek worden bijgesteld en zoveel mogelijk synchroon lopen met begroting en jaarstukken. 4. Financiering Omgevingsdienst Regio Nijmegen. 4.1 Relatiebeheer De ODRN beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten: 1. bankrelaties dienen, wat betreft hun kredietwaardigheid, minimaal te voldoen aan de eisen, zoals omschreven onder kredietrisicobeheer; 2. financiële ondernemingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EER-toezicht te vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer; 3. tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen. Het beheer van relaties met financiële ondernemingen, waaronder de bankrelaties, valt onder de verantwoordelijkheid van de medewerker die is belast met de uitvoering van de treasuryfunctie, hierna te noemen 'treasuryfunctie'. Onder dit beheer wordt verstaan: 1. het beheer van rekeningen bij verschillende bancaire instellingen, waarbij wordt gestreefd naar een zo klein mogelijk aantal rekeningen om de transparantie te vergroten; 2. het zorg dragen voor voldoende kredietfaciliteit bij verschillende bancaire instellingen; 3. het zorg dragen voor informatie bij financiële ondernemingen over verdeling van bevoegdheden binnen de gemeente voor een efficiënte afhandeling en minimalisering van risico's van transacties; 4. het doorlopend beoordelen van bankrelaties en hun bancaire condities op marktconformiteit; 5. het onderhouden van contacten met banken, instellingen en (geld)makelaars ten behoeve van de toegang tot en van kennis over de ontwikkelingen in de financiële markten. 4.2 Geldstromenbeheer 1. Om de kosten van het geldstromenbeheer te minimaliseren wordt het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op elkaar en de liquiditeitenplanning af te stemmen. Hierbij wordt er op toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen. 2. Om de kosten van het geldstromenbeheer te minimaliseren wordt het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank. 4.3 Aantrekken van langlopende financiering Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 4

Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten: 1. financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) te gebruiken. Op deze wijze worden de renterisico's en het renteresultaat geoptimaliseerd. 2. toegestane instrumenten bij het aantrekken van langlopende financieringen zijn alleen leningen van een erkende financiële instelling. 4.4 Uitzetten van langlopende financiering Bij het uitzetten of beleggen van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten: 1. uitzettingen worden uitsluitend gedaan met inachtneming van de voorwaarden, zoals opgenomen onder renterisicobeheer, kredietrisicobeheer en koersrisicobeheer; 2. voorafgaande aan het uitzetten van middelen voor een periode van één jaar of langer of beleggen hiervan worden bij minimaal 2 instellingen offertes opgevraagd. Deze offertes worden schriftelijk vastgelegd. 4.5 Saldo- en liquiditeitenbeheer (Kasbeheer) Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen: 1. streven naar concentratie van de liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities; 2. bij aantrekken en uitzetten van liquiditeiten met een looptijd van maximaal 1 jaar worden bij minimaal 2 instellingen offertes opgevraagd. 3. de toegestane financierings- en beleggingsinstrumenten voor de korte termijn (< 1 jaar) zijn: Aan te trekken Rekening courant bij banken Callgeld (daggeld) Kasgeld Uit te zetten Rekening courant bij banken Spaarrekeningen Callgeld (daggeld) Deposito's Kasgeld 5. Administratieve organisatie en Interne controle 5.1 Uitgangspunten In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle: 1. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd. 2. De administratieve organisatie en interne controle waarborgen dat: a. de uitvoering van de treasuryfunctie conform de gestelde regels plaatsvindt; b. de uitvoering rechtmatig en doelmatig is; c. de treasuryactiviteiten adequaat kunnen worden uitgevoerd en bijgestuurd; d. de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de informatie verzekerd zijn. 3. Bevoegdheden zijn via mandaatverlening nader schriftelijk vastgelegd conform artikel 13 van de Financiële Verordening Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012. 4. Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden: a. iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen geautoriseerd; b. de uitvoering en de controle geschieden door afzonderlijke functionarissen; Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 5

c. de uitvoering en de registratie in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen. 5. Een transactie wordt onmiddellijk geregistreerd. 6. Ten aanzien van de treasuryfunctie vindt minimaal 1 maal per jaar een interne controle plaats. Daarbij worden minimaal de volgende aspecten betrokken: a. juistheid, tijdigheid, volledigheid en relevantie van de managementinformatie; b. rechtmatigheid van de administratieve verwerking; c. borging van voldoende functiescheiding; d. realisatie van de doelstellingen; e. uitvoering van het beleid. 7. De treasuryfunctionaris houdt te allen tijde alle relevante stukken ter beschikking ter verantwoording van zijn/haar werkzaamheden. De treasuryfunctionaris archiveert alle offertes en de keuzen en overwegingen die tot besluiten in het kader van treasury hebben geleid. 8. De treasuryfunctie maakt van elke controle een verslag: a. hieruit blijkt minimaal waar eventueel aandachtspunten liggen op de onder 6 genoemde punten; b. de treasuryfunctie ontvangt elk rapport tevoren ter inzage en dient dit voor gezien, dan wel voor akkoord te ondertekenen; c. op basis van dit rapport doet de treasuryfunctie zonodig aanbevelingen tot aanpassing van het treasurystatuut. 5.2 Verantwoordelijkheden 1. Het primair bevoegde orgaan tot het aangaan van overeenkomsten tot aangaan en verstrekken van geldleningen is het algemeen bestuur. Op basis van delegatie kan deze bevoegdheid overgedragen worden aan het dagelijks bestuur; 2. De verantwoordelijkheden t.a.v. Treasury worden door het dagelijks bestuur vastgelegd, hierin wordt onderscheid gemaakt in de verantwoordelijkheden per functionaris. De eindverantwoordelijkheid ligt bij het algemeen bestuur. 3. Het treasurybeleid en elke aanpassing daarvan, moet worden vastgesteld door het algemeen bestuur. 6. Slotbepalingen Dit statuut treedt in werking met ingang van de dag nadat het bekend is gemaakt. 7. Citeertitel Dit statuut wordt aangehaald als 'Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012. Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen d.d. 18 oktober 2013, de voorzitter, de secretaris, Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 6