GEMEENTE DORDRECHT. ALGEMENE VOORWAARDEN H voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente Dordrecht.

Vergelijkbare documenten
GEMEENTE DORDRECH1. ALGEMENE VOORWAARDEN II voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente Dordrecht.

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 1967 Algemene Voorwaarden uitgifte in erfpacht *) (Raadsbesluit van 13 april 1961)

Voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente Utrecht in het plan "HOOG CATHARIJNE"

Algemeene erfpachtsvoorwaarden.

Algemene erfpachtvoorwaarden Schieland 1958

Besluit aangaande uitgifte in erfpacht van gronden toebehorende aan de gemeente

Intitulé : Landsverordening uitgifte eigendommen. Citeertitel: Landsverordening uitgifte eigendommen

Algemene erfpachtvoorwaarden Schieland 1975

Algemene Bepalingen voor de verkoop en levering van bloot eigendom van gronden der gemeente s-gravenhage 2008

ALGEMENE BEPALINGEN VOOR DE UITGIFTE IN ERFPACHT VAN GRONDEN DER GEMEENTE DELFT 1988 (AB 1988).

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN bloot eigendom van gronden GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE

ALGEMEENE VOORWAARDEN

Algemene bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van gronden van de gemeente Naarden, bestemd voor industriële doeleinden

ALGEMENE BEPALINGEN ERFPACHT 1991

De uitgifte. Artikel 1.

OVEREENKOMST TOT HET VESTIGEN VAN HET RECHT VAN ERFPACHT EN OPSTAL

OVEREENKOMST TOT HET VESTIGEN VAN HET RECHT VAN ERFPACHT EN OPSTAL

ALGEMENE ERFPACHTVOORWAARDEN 1980

Algemene erfpachtvoorwaarden Schieland 1981

ALGEMENE ERFPACHT VOORWAARDEN 1979 VAN DE GEMEENTE PURMEREND

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 1974

ALGEMEENE VOORWAARDEN, waarop aan de gemeente Zaandam behoorende gronden in erfpacht of opstal kunnen worden uitgegeven.

Algemene bepalingen voor uitgifte in voortdurende erfpacht 1978.

Algemene Bepalingen voor voortdurende erfpacht 1966

AKTE VAN VESTIGING HYPOTHEEK EN PANDRECHTEN

Algemene erfpachtbepalingen woningbouw gemeente Goes 2013 INHOUD

HOOFDSTUK 1 - ALGEMENE BEPALINGEN VOOR KOOP

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE VERKOOP VAN ONROERENDE ZAKEN DOOR DE GEMEENTE BEDUM

Algemene erfpachtbepalingen gemeente Midden-Delfland 2013

Algemeene bepalingen voor voortdurende erfpacht 1915

ALGEMENE OPSTALVOORWAARDEN WATERSCHAP GROOT-HAARLEMMERMEER 2000

3 BESTEMMING EN GEBRUIK

: feitelijke overdracht of inbezitstelling van de onroerende

Algemeene bepalingen voor voortdurende erfpacht 1937

Bijlage * Modelakte derde recht van hypotheek 2014 HYPOTHEEK

IN NAAM DER KONINGIN! stellen inzake het beheer van domein gronden en van andere domaniale rechten;

Algemene erfpachtbepalingen bouwgrond gemeente Hof van Twente 2015 INHOUD

(AB 1986 herz. 1993) en Aanvullende Algemene Regels voor de HERUITGIFTE IN

Algemeene bepalingen voor voortdurende erfpacht 1955

Algemene voorwaarden verkoop industrieterrein gemeente Achtkarspelen

Algemene bepalingen voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente 's-gravenhage 1986 herziening 1993 versie 2008 (AB 1986 herz.

Koopovereenkomst De Bleek 13 te Woerden

Algemeene bepalingen voor voortdurende erfpacht 1934

Algemene erfpachtvoorwaarden Schieland 1993

Algemene voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van bedrijfsterrein Reimerswaal 2016

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE

- 1 - Mobers & Dings notarissen

FORMULIER AANDELENOVERDRACHT. 2. Achternaam : Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner *

Gemeenteblad Nijmegen. Jaartal / nummer 2007 / 47. Naam Besluit Algemene bepalingen voor geldleningen Publicatiedatum 14 februari 2007

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN BEDRIJVENTERREINEN VAN DE GEMEENTE HARDENBERG 2001

Algemene Bepalingen voor voortdurende erfpacht 1994

MODEL-OVEREENKOMST VOOR HET VESTIGEN VAN EEN ERFPACHTRECHT MET EEN ERFPACHTAFHANKE- LIJK RECHT VAN OPSTAL betreffende een WONING.

Algemene Bepalingen voor voortdurende erfpacht 2000

7. Beleid voor de conversie van tijdelijke erfpachtrechten naar eeuwigdurende erfpachtrechten. Onder embargo tot 12 mei 2017

ALGEMENE VERKOOPBEPALINGEN VOOR ONBEBOUWDE GROND VAN DE GEMEENTE WESTERVELD 2007

12 VOORBEELD OVEREENKOMST VAN EEN RECHT VAN OPSTAL

Onverbindend concept, bestemd voor discussiedoeleinden, onder voorbehoud van instemming van het college, d.d. 26 mei 2014

Algemene voorwaarden voor in gebruikgeving van sportvelden in het kader van gelegenheid geven tot sportbeoefening.

12. Beleid vervroegde wijziging voor niet-woonbestemmingen. Onder embargo tot 12 mei 2017

OVEREENKOMST TOT GEBRUIK EN HET VESTIGEN VAN HET RECHT VAN OPSTAL EN ERFDIENSTBAARHEDEN

Algemene voorwaarden voor de uitgifte in erfpacht van woningbouwkavels Reimerswaal 2015

Landsverordening regeling gebruik in deeltijd van onroerende zaken enaanpassing appartementsrecht

Verkoper verkoopt aan Koper die van Verkoper koopt *ieder voor de onverdeelde helft:

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

SURINAME. WET OP DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST 1962 GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME NO. 106

ALGEMENE OPSTALVOORWAARDEN WATERSCHAP GROOT-HAARLEMMERMEER 2000

Bedrijvenpark Weuste Noord

CONCEPT-OVEREENKOMST VOOR HET VESTIGEN VAN EEN ERFPACHTRECHT MET EEN ERFPACHTAFHANKELIJK RECHT VAN OPSTAL

CONCEPT-OVEREENKOMST VOOR HET VESTIGEN VAN EEN ERFPACHTRECHT MET EEN ERFPACHTAFHANKELIJK RECHT VAN OPSTAL

- OVEREENKOMST - inzake een geldlening eigen woning

FORMULIER VEILCONDITIES Frans van Mierisstraat RL Amsterdam +31(0)

KOOP-/AANNEMINGSOVEREENKOMST

A D M I N I S T R A T I E V O O R W A A R D E N

Gemeente Vlaardingen INHOUD

WET van 14 april 1978, betreffende huurkoop van onroerend goed (Wet Huurkoop Onroerend Goed) (G.B no. 32).

-1- STATUTEN. Stichting Burger Initiatief Muziek Kiosk Valkenswaard

AKTE VAN LEVERING. Heden, een augustus tweeduizend elf, verschenen voor mij, Mr. Frederik Isaac Cornelis Tief, notaris te Apeldoorn:

Datum ondertekening. Bron bekendmaking. P.B. 2007, no. 58

Overeenkomst tot vestiging van een recht van opstal

OVEREENKOMST inzake consignatie

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE

AKTE WIJZIGING RECHT VAN ERFPACHT

CONCEPT-OVEREENKOMST VOOR HET VESTIGEN VAN EEN ERFPACHTRECHT MET EEN ERFPACHTAFHANKELIJK RECHT VAN OPSTAL

Voorstel van wet van de leden Sterk en Ortega-Martijn ter bevordering van het sparen door jongeren (Jongerenspaarwet)

ALGEMENE ERFPACHT VOORWAARDEN 1987 VAN DE GEMEENTE PURMEREND

Stichting Administratiekantoor Convectron Natural Fusion

Tweede Kamer der Staten-Generaal

1 CONCEPT 25 september 2013 LENINGEN- EN PARTICIPATIEREGLEMENT

8. Beleid voor de conversie van tijdelijke Vicarie-erfpachtrechten naar eeuwigdurende erfpachtrechten

FORMULIER OVERDRACHT AANDE(E)L(EN) Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner *

6. Beleid canonherziening einde tijdvak

KOOPOVEREENKOMST. 2. a) de heer.., wonende te aan de., geboren te.. op

ALGEMENE Kreken van Nibbeland te (Fase 3.1, kavels 20 tot en met

KOOPOVEREENKOMST. 1. De gemeente Rotterdam, mede kantoorhoudende: Galvanistraat 15, 3029 AD Rotterdam, hierna te noemen: "de Gemeente"

Tweede Kamer der Staten-Generaal

C VERKOOPOVEREENKOMST VAN EEN ONROERENDE ONBEBOUWDE ZAAK

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de

OMSCHRIJVING BIJZONDERE BEPALINGEN (ERFDIENSTBAARHEDEN / KWALITATIEVE VERPLICHTINGEN / KETTINGBEDINGEN ETC) Locatie Hengelo (Het Broek Noord)

MODELOVEREENKOMST VAN GELDLENING

Transcriptie:

2803 GEMEENTE DORDRECHT ALGEMENE VOORWAARDEN H voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente Dordrecht. Artikel 1. De uitgifte in erfpacht van gemeentegrond geschiedt tegen een canon in geld en voor een tijdvak van ten hoogste honderd jaren. Artikel 2. *. 1. Bij de akte van uitgifte wordt de bestemming van de grond en van de daarop te stichten bebouwing bepaald. 2. Zonder vergunning van de gemeenteraad mag die bestemming niet worden veranderd. Bij overtreding van deze bepaling kan de gemeenteraad de erfpachter een boete opleggen van ten hoogste ƒ5000., te betalen binnen de daarbij gestelde termijn, behoudens het recht van de gemeenteraad om volgens art. 19 het erfpachtsrecht vervallen te verklaren. Artikel 3. 1. Nadat door burgemeester en wethouders met een gegadigde overeenstemming is bereikt omtrent de erfpachtsuitgifte, wordt door de gegadigde aan burgemeester en wethouders ingezonden een óp voldoend zegel gestelde verklaring, waarbij hij zich verbindt om, indien dienovereenkomstig door de gemeenteraad tot de uitgifte wordt besloten en dit besluit door de gedeputeerde staten zal zijn goedgekeurd, op eerste aanmaning van burgemees^

2803 2 ter en wethouders mede te werken tot het passeren der erfpachtsakte. Tegelijk met de inzending van deze verklaring moet ten kantore van de gemeente-ontvanger van Dordrecht worden gestort een waarborgsom, gelijk aan de jaarlijkse erfpachtssom. 2. Wanneer als canon een bedrag per vierkante meter genoemd is, wordt de waarborgsom berekend naar de in de kadastrale legger vermelde grootte van de grond, of voor zoveel de grond bij het kadaster niet onder een afzonderlijk nummer bekend is, naar de door burgemeester en wethouders opgegeven grootte. 3. Indien het bedrag van de waarborgsom kleiner of groter is dan het bedrag, waarop de canon, in verband met de uitslag van de kadastrale opmeting, bepaald wordt, heeft geen bijbetaling van het te weinig gestorte of teruggave van het te veel betaalde plaats. Artikel 4. 1. De waarborgsom vervalt aan de gemeente en het recht tot het verkrijgen van het erfpachtsrecht vervalt zonder enige ingebrekestelling, indien de gegadigde, door burgemeester en wethouders bij aangetekende brief aangeschreven om tot het verlijden van de akte van uitgifte in erfpacht mede te werken, aan de aanschrijving niet voldoet. ^ 2. Indien buiten het in het eerste lid genoemde geval de uitgifte in erfpacht niet plaats heeft, wordt de waarborgsom teruggegeven met bijbetaling van interest, bedragende drie ten honderd 's jaars. 3. Heeft de uitgifte in erfpacht plaats, dan is op de waarborgsom artikel 7 van toepassing. Artikel 5. Wanneer meer personen te zamen het erfpachtsrecht verkrijgen, hetzij de gemeente het hun verleent, hetzij het op hen overgaat, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk voor het voldoen aan de verplichtingen, welke met betrekking tot dat recht tegenover de gemeente nagekomen moeten worden.

3 2803 Artikel 6. 1. Het onroerend goed wordt in erfpacht gegeven in de staat, waarin het zich bevindt, met al zulke belendingen, heersende en lijdende erfdienstbaarheden en verdere baten en lasten, als daaraan verbonden zijn. Een aan de akte van uitgifte vast te hechten kaart, die door partijen voor echt erkend en ten blijke daarvan door hen getekend is, strekt tussen partijen tot bewijs, zowel ten aanzien van de grootte als van de grenzen van het in erfpacht uitgegeven goed. 2. Voor geheel of gedeeltelijk gemis van genot zal noch kwijtschelding noch vermindering van de erfpachtssom gevorderd kunnen worden, ook niet indien de erfpachter gedurende vijf achtereenvolgende jaren of langer van het geheel genot is beroofd geweest. 3. De erfpachter is verplicht de grond en de op de grond bij de aanvang van zijn recht aanwezige of daarop later gebouwde opstallen in behoorlijke staat, tot genoegen van burgemeester en wethouders, te onderhouden en mag noch geheel noch gedeeltelijk tot sloping der opstallen overgegaan, zonde* schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders. 4. Voor zover die gronden aan het water zijn gelegen, moet door de erfpachter, tot genoegen van burgemeester en wethouders, in het onderhoud der oeververdediging worden voorzien. % Artikel 7. 1. De waarborgsom wordt teruggegeven nadat de grond, volgens het oordeel van burgemeester en wethouders, overeenkomstig de voorgeschreven bestemming in gebruik is. 2. De uitbetaling heeft plaats aan degene, die op de datum van teruggave bij burgemeester en wethouders als erfpachter bekend is. 3. Is de te dien aanzien geldende termijn niet overschreden, dan geschiedt de teruggave met bijbetaling van interest, bedragende drie ten honderd 'sjaars.

2803 Artikel 8. 1. De canon moet betaald worden, voor zoveel over elk kalenderhalfjaar verschuldigd, telkens na afloop van die termijn, uiterlijk op de veertiende werkdag van elk der maanden januari en juli, met dien verstande, dat de betaling van de laatste termijn, voor zover geen vol kalenderjaar, zal geschieden tegelijk met de betaling over het laatste volle kalenderhalfjaar. 2. De canon en hetgeen aan de gemeente met betrekking tot het erfpachtsreeht overigens, verschuldigd is, moeten betaald worden zonder enige korting of schuldvergelijking, uit welken.hoofde ook.. 3. Wanneer de in het eerste lid van artikel 17 genoemde boete verschuldigd is, behoeft de betaling van de canon zonder gelijktijdige betaling van die boete niet aangenomen te worden. Artikel 9. 1. Alle lasten, welke op of wegens de eigendom van de grond of wegens de bebouwing van de grond geheven worden, komen ten laste van de erfpachter. 2. Wanneer de gemeente lasten, als bedoeld zijn in het eerste lid, betaald heeft, wordt daarvan schriftelijk kennis gegeven aan de erfpachter en is deze verplicht, binnen één maand na de kennisgeving het betaalde terug te geven. ArtikellO. 1. De erfpachter moet gedogen, dat op, in, aan of boven de grond en de opstallen zoveel en zodanige palen, kabels, draden, isolatoren, rosetten en pijpstellingen, in verband met geleidingen voor water-, gas-, elektrische- of andere openbare bedrijven aangebracht, verplaatst en onderhouden worden, als burgemeester en wethouders nodig achten. Omtrent de plaats, waar en de wijze waarop die voorwerpen aangebracht worden, heeft overleg met de erfpachter plaats.

5 2803 2. De grond en hetgeen zich daarop bevindt, mogen zonder schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders niet in enigerlei opzicht gebruikt worden voor reclame-doeleinden. Artikel 11. 1. De erfpachter is niet bevoegd het erfpachtsrecht te splitsen zonder voorafgaande schriftelijke goedkeuring van burgemeester en wethouders en zonder hun medewerking. 2. Verlenen burgemeester en wethouders hun medewerking voor een splitsing, waarbij afgeweken wordt van art. 775 van het Burgerlijk Wetboek, dan bepalen zij de voor de gedeelten te betalen bedragen in welke de canon gesplitst wordt. Artikel 12. 1. Splitsing of andere wijziging van het erfpachtsrecht, vervreemding van dat recht of van een onverdeeld aandeel daarin, alsmede scheiding van het erfpachtsrecht tussen gezamenlijke rechthebbenden, moeten bij notariële akte geschieden. 2. Alvorens tot wijziging van het erfpachtsrecht wordt overgegaan, zal door burgemeester en wethouders van het voornemen om daartoe mede te werken, aan de hypotheekhouder, indien deze een verklaring als bedoeld in art. 16 heeft ingediend, mededeling worden gedaan. Artikel 13. 1. Ingeval van overgang van het erfpachtsrecht moet de nieuwe erfpachter binnen veertien werkdagen na de dag van de overgang daarvan aan burgemeester en wethouders kennis geven bij een verklaring, opgemaakt volgens het bij deze algemene voorwaarden behorende formulier I en aan hen tevens inzage geven van een of meer stukken, waaruit de overgang blijkt. 2. Bovendien moet hij binnen de in het eerste lid gestelde termijn aan de gemeente betalen hetgeen de vorige erfpachter haar met betrekking tot het erfpachtsrecht nog schuldig is. /

2803 6 3. Indien het erfpachtsrecht verkocht wordt wegens gerechtelijke tenuitvoerlegging of krachtens het beding, vermeldt in art. 1223 van het Burgerlijk Wetboek, wordt ten aanzien van de nieuwe erfpachter de in het tweede lid omschreven verplichting tot betaling beperkt tot achterstallige bedragen van de canon en van de in het eerste lid van art. 17 genoemde boete en is de vorige erfpachter gehouden, aan de gemeente te betalen hetgeen hij haar met betrekking tot het erfpachtsrecht overigens nog schuldig is. Artikel 14. 1. De erfpachter moet met betrekking tot het erfpaehtsrecht woonplaats kiezen binnen de gemeente Dordrecht. 2. De keuze van woonplaats moet gedaan worden bij de akte van uitgifte in erfpacht, of in geval van overgang van het erfpachtsrecht, bij de verklaring, opgemaakt volgens het bij deze algemene voorwaarden behorende formulier L 3. Zolang de keuze van een andere woonplaats binnen de gemeente Dordrecht niet ter kennis van burgemeester en wethouders gebracht is bij deurwaardersexploit of door opneming van de nieuwe gekozen woonplaats in een verklaring als bedoeld is in het tweede lid, bhjft de oude gekozen woonplaats gelden en wordt de erfpachter geacht^ aldaar woonplaats gekozen te hebben. Artikel 15. 1. Het verlijden van de akte van uitgifte in erfpacht en van akten, houdende splitsing of andere wijziging van het erfpachtsrecht, moet geschieden ten overstaan van een in de gemeente Dordrecht standplaats hebbende notaris, ter keuze van de erfpachter. &. Aan de gemeente moet een eerste grosse uitgegeven worden van akten, als bedoeld zijn in het eerste lid. 3. De kosten en rechten wegens de vestiging van het erfpachtsrecht, splitsing of andere wijziging van dat recht en wegens een

7 2803 daartoe verrichte kadastrale opmeting, alsmede de kosten en rechten wegens de uitgifte van de grossen, komen ten laste van de erfpachter. Artikel 1.6. 1. Wanneer het erfpachtsrecht met hypotheek is bezwaard, zullen de bepalingen van de artikelen 12, tweede lid, 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 25 en 26, voor zoveel deze op de hypotheekhouder betrekking hebben, slechts van toepassing zijn, indien de hypotheekhouder een verklaring bij burgemeester en wethouders heeft ingediend, opgemaakt volgens het bij deze algemene voorwaarden behorende formulier II, waarbij de hypotheekhouder te kennen geeft van de in deze algemene voorwaarden ten behoeve van hypotheekhouders opgenomen voorschriften gebruik te maken en er in toe te stemmen dat kennisgevingen, ingevolge die voorschriften aan hem te doen, geschieden aan de werkelijke woonplaats of aan de bij de inschrijving der hypotheek gekozen woonplaats, ter keuze van de gemeente. 2. Het inleveren van de bedoelde verklaring kan alleen blijken uit een door burgemeester en wethouders afgegeven bewijsstuk. 3. Het bepaalde bij het eerste en het tweede lid van dit art. en bij art. 18, het derde lid van art. 19 en het tweede lid van art. 22, is niet van toepassing op de gemeente ten aanzien van hypotheken waarvan zij houdster is. 4. De hypotheekhouder, die aan het in lid l van dit art. bepaalde gevolg geeft, verplicht zich aan burgemeester en wethouders kennis te geven van te niet gaan of van doorhaling der hypothecaire geldlening. Artikel 17. 1. Indien de canon niet tijdig betaald wordt, is bovendien een boete verschuldigd, bedragende voor elke maand vertraging, gerekend van de in lid l van art. 8 genoemde termijn af, één ten honderd van de jaarlijkse erfpachtssom. Een gedeelte van een maand wordt voor een volle maand gerekend.

2803 8 2. Wegens het riiet voldoen aan enige verplichting, de erfpachter opgelegd bij of krachtens de artt. 6, 9, 10, 11, 12, 13 en 27 dezer algemene voorwaarden of aan enige bijzondere verplichting, hem opgelegd bij de erfpachtsakte, kunnen burgemeester en wethouders hem een boete opleggen van ten hoogste duizend gulden, te betalen binnen de daarbij door hen gestelde termijn. Artikel 18. 1. Indien de erfpachter gedurende een maand in gebreke gebleven is om de canon te betalen en het erfpachtsrecht bezwaard is met hypotheek, wordt binnen veertien dagen na. het eindigen van de termijn van een maand aan de hypotheekhouder kennis gegeven van het in gebreke zijn van de erfpachter. 2. Dé in het eerste lid bedoelde kennisgeving geschiedt bij aangetekende brief of bij deurwaardersexploit ter keuze van de gemeente. Artikel 19., ' 1. Met afwijking van de bepalingen der artt. 780 en 781 van het Burgerlijk Wetboek kan, onverminderd het hiervoren bij art. 17 bepaalde, indien de erfpachter langer dan zes maanden in gebreke gebleven is om de canon te betalen, alsmede ingeval niet voldaan wordt aan enige bijzondere verplichting, de erfpachter omgelegd bij de érfpachtsakte, het erf pachtsrecht bij besluit van de gemeenteraad Vervallen verklaard worden, behoudens het recht van dé gemeente op schadevergoeding, wanneer daartoe termen 2. Indien de gemeenteraad besluit tot vervailenverklaring van het erfpachtsrecht, stelt hij tevens de dag vast, waarop dat recht geëindigd zal zijn en de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de gemeente gesteld moet wezen. Tussen de dag van het raadsbesluit en de dag waarop het erfpachtsrecht eindigt, moet een tijdruimte van ten minste drie maanden liggen.

9 2803 3. Binnen veertien dagen na de dag van het raadsbesluit wordt aan de erfpachter en aan de hypotheekhouders bij deurwaardersexploit kennis gegeven van dat besluit. 4. Indien vóór de bij het raadsbesluit vastgestelde dag, waarop het erfpachtsrecht geëindigd zou zijn, de oorzaak der vervallenverklaring weggenomen wordt en vóór die dag bovendien aan de gemeente vergoed worden de kosten van de volgens dit artikel gedane kennisgevingen, verliest het raadsbesluit zijn kracht en wordt het geacht niet genomen te zijn. 5. Is de termijn ongebruikt voorbij gegaan, dan is het erfpachtsrecht geëindigd op de bij het raadsbesluit vastgestelde dag. 6. De gemeente is bevoegd, indien het erfpachtsrecht op de in dit artikel bedoelde wijze eindigt, daarvan te doen blijken in de openbare registers, met verwijzing naar het raadsbesluit en naar de volgens dit artikel aan de erfpachter gedane kennisgeving. Artikel 20. 1. Indien het erfpachtsrecht eindigt op de in het vorige artikel bedoelde wijze, mag de erfpachter geen der opstallen wegnemen en kan hij van de gemeente geen vergoeding van de waarde vorderen. 2. De gemeente is verplicht binnen zes maanden na de door de gemeenteraad:- vastgestelde dag, waarop het erfpachtsrecht eindigt en de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de gemeente gesteld moet zijn, een openbare verkoping volgens plaatselijke gewoonte en onder de gebruikelijke veilingsvoorwaarden te doen houden van een erfpachtsrecht, op de grond met de opstallen te verlenen voor het nog niet verstreken gedeelte van de termijn van het geëindigde erfpachtsrecht, en overigens onder de voor dat recht gegolden hebbende bepalingen en voorwaarden. '3. De opbrengst van de verkoping wordt aan de erfpachter, wiens erfpachtsrecht geëindigd is, uitgekeerd na aftrek van hetgeen aan de gemeente met betrekking tot dat recht nog verschuldigd is en van de te haren laste komende kosten der verkopng.

2803 10 4. Indien echter het erfpachtsrecht met hypotheek bezwaard was, wordt, met afwijking van de bepaling van het derde lid, de opbrengst, na aftrek van de achterstallige bedragen van de canon en van de in het eerste lid van art. 17 genoemde boete, aan de hypotheekhouders uitgekeerd tot een door burgemeester en wethouders vast te stellen bedrag, gelijk aan het bedrag dat aan de hypotheekhouders toekomen zou indien het een verdeling gold van de koopprijs in geval van gerechtelijke verkoop van het erfpachtsrecht, en wordt het daarna overblijvende gedeelte van de opbrengst aan de erfpachter, wiens erfpachtsrecht geëindigd is, uitgekeerd na aftrek van hetgeen aan de gemeente met betrekking tot dat recht overigens nog verschuldigd is en van de te haren laste komende kosten van de openbare verkoping. 5. Generlei uitkering aan de erfpachter heeft plaats zolang niet de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de gemeente gesteld is. 6. Indien bij de openbare verkoping geen bod gedaan wordt, is de gemeente niet tot enige uitkering verplicht. Artikel 21. De gemeente zal zonder toestemming van de hypotheekhouders niet medewerken tot uitdrukkelijke opheffing van het erfpachtsrecht bij minnelijke overeenkomst, noch de grond aan de erfpachter afstaan of het erfpachtsrecht verkrijgen anders dan bij wege van onteigening ten algemene nutte. Artikel 22. 1. Aan het erfpachtsrecht kan bij besluit van de gemeenteraad een einde gemaakt worden indien die raad het wenselijk acht, dat om een reden dienvolgens zijn oordeel, van algemeen nut is, 'de gemeente over de grond beschikken kunne. 2. Indien aan de gemeenteraad een voorstel gedaan wordt om te besluiten het erfpachtsrecht te doen eindigen volgens het bepaalde bij dit artikel, wordt daarvan aan de erfpachter en aan de

11 2803 hypotheekhouders kennis gegeven bij deurwaardersexploit. Omtrent een zodanig voorstel neemt de gemeenteraad geen beslissing zolang niet ten minste één maand sedert de kennisgeving verstreken is. 3.' Wanneer de gemeenteraad een besluit neemt als bedoeld is in het eerste lid, stelt hij tevens de dag vast, waarop het erfpachtsrecht geëindigd zijn zal en de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de gemeente gesteld moet zijn. Tussen de dag van het raadsbesluit en de dag, waarop het erfpachtsrecht eindigt, moet een tijdruimte van ten minste zes maanden liggen. 4. De gemeente is bevoegd, indien het erfpachtsrecht eindigt volgens het bepaalde bij dit artikel, daarvan te doen blijken in de openbare registers, met verwijzing naar het raadsbesluit en naar de krachtens dit artikel aan de erfpachter gedane kennisgeving. Artikel 23. 1. Indien het erfpachtsrecht eindigt ingevolge een krachtens art. 22 genomen raadsbesluit bepalen drie deskundigen het bedrag, dat deswege aan de erfpachter toekomt als schadevergoeding. 2. De deskundigen worden benoemd door burgemeester en wethouders en de -erfpachter of, indien die beide partijen niet tot overeenstemming omtrent de benoeming geraken kunnen, op verzoek van de meest gerede partij, door de arrondissements-reehtbank te Dordrecht. 3. De kosten, op de uitspraak der ingevolge dit artikel benoemde deskundigen vallende, komen ten laste van de gemeente. 4. De deskundigen zullen bij taxatie van de waarde der opstallen en van het erfpachtsrecht uitsluitend de openbare verkoopwaarde van een en ander in aanmerking nemen en daarbij in het bijzonder letten op de tijd, die het recht nog zou geduurd hebben. De schadevergoeding wordt door hen vastgesteld op tien procent boven de aldus getaxeerde waarde van het recht en de opstallen.

2803 12 5. De gemeente keert de door de deskundigen bepaalde schadevergoeding aan de erfpachter uit na aftrek van hetgeen haar met betrekking tot het erfpaehtsrecht nog verschuldigd is. 6. Indien echter het erfpachtsrecht met hypotheek bezwaard was, wordt, met afwijking van de bepaling van het vijfde lid, de schadevergoeding, na aftrek van de achterstallige bedragen van de canon en van de in het eerste lid van art. 17 genoemde boete aan de hypotheekhouders uitgekeerd tot een door burgemeester en wethouders vast te stellen bedrag, gelijk aan het bedrag, dat aan de hypotheekhouders toekomen zou indien het een verdeling gold van de koopprijs in geval van gerechtelijke verkoop van het erfpachtsrecht, en wordt het overige bedrag der schadevergoeding aan de erfpachter uitgekeerd na aftrek van hetgeen aan de gemeente met betrekking tot het erfpachtsrecht overigens nog verschuldigd is. 7. Generlei uitkering aan de erfpachter heeft plaats zolang niet de grond met de opstallen ter vrije beschikking van de gemeente gesteld is. Artikel 24, * 1. Indien het erfpachtsrecht eindigt door verloop van de termijn, waarvoor het is verleend, en een nieuwe overeenkomst met de erfpachter niet wordt aangegaan, is de erfpachter verplicht de opstallen binnen een door de gemeente te bepalen termijn te verwijderen en liet terrein geëgaliseerd en in behoorlijke staat vrij en onbezwaard op te leveren, zonder dat de gemeente hem de waarde der opstallen behoeft te vergoeden. 2. De gemeente kan in bepaalde gevallen, wanneer zij daartoe aanleiding aanwezig acht en in overeenstemming met de erfpachter het in het Ie lid bepaalde buiten toepassing laten en te harer keuze:, a. de opstallen tegen afbraakwaarde te schatten door drie deskundigen, die op de in artikel 23, 2e lid, voorgeschreven wijze worden benoemd, overnemen; b. toepassing geven aan het in artikel 25 bepaalde.

13 2803 Artikel 25. 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 24, Ie lid, kan de erfpachter op diens verzoek worden ontheven van de verplichting tot verwijdering der opstallen, mits hij bij de gemeenteontvanger stort een door burgemeester en wethouder te bepalen bedrag als waarborgsom voor de kosten van onderhoud, voor betaling van de op de opstallen drukkende lasten en voor de kosten van verwijdering van de opstallen. 2. De gemeente aanvaardt, nadat het erf pachtsrecht is te niet gegaan, geen aansprakelijkheid voor waardevermindering of tenietgaan van de opstallen, door welke oorzaak ook ontstaan. 3. Indien de gemeente de grond mét de opstallen weer in erfpacht uitgeeft of in eigendom overdraagt, brengt zij, ingeval zij daarbij voor de opstallen een vergoeding ontvangt, hierop en op de waarborgsom de te haren laste komende kosten van het bepalen dier vergoeding, de kosten van het onderhoud der opstallen en de betaalde lasten in mindering. Voorzover de vergoeding en de waarborgsom bedoelde kosten en lasten te boven gaan, wordt het verschil overeenkomstig het bij artikel 26 bepaalde uitgekeerd. Voorzover deze kosten en lasten de vergoeding en de waarborgsom te boven gaan, vergoedt de erfpachter het verschil aan de gemeente, 4. De gemeente is evenwel steeds bevoegd na het tenietgaan van het recht van erfpacht de opstallen te verwijderen. Voorzover de opbrengst der verwijderde opstallen en de waarborgsom de kosten van onderhoud en van verwijdering der opstallen en de betaalde lasten te boven gaan, wordt het verschil uitgekeerd overeenkomstig het bij artikel 26 bepaalde. Voorzover deze kosten en lasten de opbrengst en de waarborgsom te boven gaan, vergoedt de erfpachter het verschil aan de gemeente. 4 5. Indien de gemeente bij de uitgifte of verkoop van het terrein als in lid 3 bedoeld, voor de opstallen geen vergoeding ontvangt, is het de erfpachter niet toegestaan deze te verwijderen. De gemeente brengt de kosten van onderhoud en de betaalde lasten in

2803 14 mindering op dé waarborgsom. Voorzover de waarborgsom bedoelde kosten en lasten te boven gaat, wordt het verschil uitgekeerd overeenkomstig het bij artikel 26 bepaalde. Voorzover deze kosten en lasten de waarborgsom te boven gaan, vergoedt de erfpachter het verschil aan de gemeente. Artikel 26..1. De afbraakwaarde bedoeld in artikel 24, 2e lid, sub a, en de bedragen, welke ingevolge het gestelde bij artikel 25, leden 3, 4 en 5 overeenkomstig het bij dit artikel bepaalde moeten worden uitgekeerd, worden verminderd met hetgeen de erfpachter wegens het recht van erfpacht of de ter zake aangegane overeenkomsten aan de gemeente nog verschuldigd is. Hetgeen overblijft keert de gemeente aan de erfpachter uit. Het bepaalde in het 7e lid van artikel 23 is hierbij van toepassing met dien verstande dat dit voor de opstallen alleen geldt voorzover de erfpachter niet verplicht is deze te verwijderen. 2. Indien echter het erfpachtsrecht met hypotheek bezwaard was zal de uitkering geschieden op de wijze als bij het 6e lid van artikel 23 omtrent de schadevergoeding is bepaald. Artikel 27. Is een vereniging, stichting of vennootschap, uitsluitend in het belang van verbetering der volkshuisvesting werkzaam en als zodanig bij Koninklijk Besluit toegelaten, erfpachtster, dan treedt de gemeente, in afwijking van het hiervoren bepaalde, bij het eindigen van het erfpachtsrecht, in de volle en vrije eigendom van de zich op de grond bevindende opstallen, zonder tot enige vergoeding gehouden te zijn. Artikel 28, * 1. Gedurende vier maanden vóór het eindigen van het erfpachtsrecht op de in art. 23, Ie lid, sub b, of art. 24 genoemde wijze, is de erfpachter gehouden de grond en het daarop gestichte dit laatste ook inwendig voor gegadigden ter bezichtiging te

15 2803 stellen op de door burgemeester en wethouders bepaalde dagen en uren. 2. Wegens die bezichtiging mag geen vergoeding geëist en mogen geen kosten in rekening gebracht worden. Artikel 29. Indien na het eindigen van het erfpachtsrecht de grond en het daarop gestichte niet goedschiks ontruimd worden, kan de gemeente de ontruiming doen bewerkstelligen door middel van de grosse der akte van uitgifte in erfpacht. Artikel 30. Onder opstallen verstaan deze algemene voorwaarden de op of in de grond aanwezige onroerende zaken, ook die welke door bestemming onder onroerende zaken begrepen worden. Artikel 31. 1. Indien de erfpachter een termijn, binnen welke hij een verplichting nakomen moet, ongebruikt laat voorbijgaan, is hij door het enkel verloop van de termijn in gebreke, zonder dat daartoe een ingebrekestelling vereist wordt. ^ 2. Burgemeester en wethouders kunnen verlenging van in deze algemene voorwaarden bepaalde termijnen voor het inleveren van stukken en afwijking van de bij deze algemene voorwaarden behorende formulieren toestaan. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Dordrecht, van 28 september 1965. De secretaris. De voorzitter, J. VAN DER HOEVEN. P. J. VAN MEURS,

2803 16 FORMULIER I, behorende bij de algemene voorwaarden II voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente Dordrecht. De ondergetekende (n), verklaart (verklaren), dat (een onverdeeld aandeel in) het laatstelijk aan toebehoord hebbende erfpachtsrecht, verleend door de gemeente, bij notariële akte van de op de aan de gelegen grond, kadastraal bekend als gemeente sectie nummer (afkomstig van de grond welke op het tijdstip der uitgifte in erfpacht bij het kadaster dier gemeente bekend was in sectie order nummer ) door de overschrijving ten kantore van de hypotheken en het kadaster te de in deel nummer, van het afschrift ener op voor de notaris te verleden akte van is overgegaan op hem (haar, hen), ondergetekende(n), door het overlijden, op, van genoemde(n) overgegaan is op hem (haar, hen), ondergetekende (n), als enige erfgenaam (erfgenamen) van de overledene (uit kracht van het bepaalde in diens (haar) testament, gemaakt bij akte van (verleden voor de notaris te ), zodat alle rechten en verplichtingen, welke uit dat erfpachtsrecht voor de erfpachter voortvloeien (waarin begrepen aanspraken op de gestorte waarborgsom), ten bate en ten laste van de onder- ' getekende (n) gekomen zijn, en derhalve door hem (haar, hen), (in verband met de op de verleden notariële akte van splitsing), op de de eerstvolgende betaling van de canon, ten bedrage van

17 2803 (ƒ ), geschieden moet. Ter zake van gemeld erfpachtsrecht kiest (kiezen) de ondergetekende (n) woonplaats te.de FORMULIER II, behorende bij de algemene voorwaarden II voor de uitgifte in erfpacht van gronden der gemeente Dordrecht. De ondergetekende (n) uit kracht der akte van hypotheekverlening, verleden de voor de notaris te, en inschrijving ten kantore van de hypotheken en het kadaster te, de in deel nummer, houd (st) er (s) ener hypotheek op het recht van erfpacht dat de gemeente bij notariële akte van de verleend heeft op de aan de gelegen grond, kadastraal bekend als gemeente, sectie nummer (afkomstig van de grond, welke op het tijdstip der uitgifte in erfpacht bij het kadaster dier gemeente bekend was in sectie nummer ), verklaart (verklaren) gebruik te maken van de voorschriften, ten behoeve van hypotheekhouders opgenomen in de algemene voorwaarden, onder welke gemeld erfpachtsrecht verleend is, en er in toe te stemmen dat kennisgevingen, ingevolge die voorschriften aan hem (haar, hen) te doen geschieden aan de werkelijke woonplaats of aan de bij de inschrijving der hypotheek gekozen woonplaats, ter keuze van de gemeente. Hij verklaart tevens aan burgemeester en wethouders kennis te zullen geven van het te niet gaan der hypothecaire schuld en van alle gevallen, waarin hij toestemming geeft de hierboven bedoelde inschrijving geheel of gedeeltelijk door te halen.,de