Ontwrichte zones Infosessie Turnhout 21 april 2015 Karel De Corte
Overzicht 1. Inleiding 2. Historiek 3. Overzicht wettelijk Kader 4. Modaliteiten 5. Selectie zones 6. Juridisch kader staatssteun 7. Toelichting KMO-definitie 8. Verschil met regionale steunkaart 9. Cumul beperkingen schematisch voorbeeld 10. Link met een gewestelijke steun voor die investering 11. Procedurele aspecten
1. Inleiding Zones in moeilijkheden of Zones Frânches of steunzone Niet hetzelfde als regionale steunkaart Aanwerven nieuw personeel fiscaal aanmoedigen Fiscale maatregel federale bevoegdheid Samenwerking tussen de federale overheid en gewesten Gewesten mogen exclusief de ontwrichte zones aanduiden, waarin de federale korting/steun dan toepasbaar zal zijn Federale overheid zal die in principe aanvaarden als de inhoudelijke voorwaarden van de wet gevolgd zijn Budget is federaal, geen Vlaams geld bij betrokken Wel voorwaarde dat de begunstigde voor die investering reeds een gewestelijke steun heeft verkregen
2. Historiek Eind 2013 begin 2014: onderhandelingen tussen de regering Di Rupo en de gewesten over het competitiviteitspact N.a.v. enkele grote sluitingen en verhoogde werkloosheid wordt gezocht naar een manier om de ondernemingen extra te stimuleren om te investeren en om personeel aan te werven Inspiratie bij Franse zones frânches en ook Brusselse en Waalse initiatieven Wet van 15 mei 2014 houdende uitvoering van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance Nog gebaseerd op oude Europese groepsvrijstellingsverordening van 2008
2. Historiek Procedurele stappen die sedertdien doorlopen werden: Vlaamse Regering werkt de 2 voorgestelde zones technisch uit (principiële goedkeuring mei 2014, herbevestiging in nov/dec 2014) Onderhandelingen over samenwerkingsprotocol tussen federale overheid en VR Sept/okt 2014: federale regering beslist wet van 15 mei 2014 aan te passen (nieuwe EU rechtsgrond vanaf 1 juli 2014 van kracht) December 2014: ontwerp wetswijziging Jan 2015: Raad van State advies over federale wetswijziging (geen bijzondere inhoudelijke opmerkingen) Feb/maart 2015: besprekingen in de Kamer
2. Historiek Afspraken om reeds voor de definitieve goedkeuring van de wet het ontwerp KB tot aanvraag van de ontwrichte zones op te stellen en Raad van State te vragen Eind feb 2015: VR heeft ontwerp KB opgesteld voor de steunzones rond Turnhout en Genk, evenals de voorlopige versie van de lijst van Vlaamse steunmaatregelen die als gewestelijke steun kunnen dienen Definitieve goedkeuring wet: 24 maart 2015 (BS van 2 april 2015) Samenwerkingsprotocol ondertekend: 3 april 2015 Raad van State advies KB: 20 april 2015 Ondertekening KB, Publicatie BS??? Inwerkingtreding: 1 mei 2015
3. Overzicht wettelijk kader Wet van 25 mei 2014 houdende uitvoering van het pact voor competitiviteit, werkgelegenheid en relance, zoals gewijzigd door de wet van 24 maart 2015 (BS van 22 mei 2014 en BS van 2 april 2015) Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën van steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Publicatieblad L 187 van 26 juni 2014) KB van XXX april 2015 Bijlagen bij het KB: Aanvraagformulier Lijst met in aanmerking komende bedrijfsterreinen
4. Modaliteiten Steun via korting op de bedrijfsvoorheffing Federale wetgeving deel van de bedrijfsvoorheffing die de ondernemingen moeten inhouden op de betaalde bezoldigingen moet niet worden doorgestort naar de fiscus 25% korting gedurende 2 jaar extra tewerkstelling moet gedurende 3-5 jaar behouden blijven voorwaarden opgenomen in Wetboek Inkomstenbelasting (art 275 8 en 275 9 WIB 92) per werkgever max. 7,5 miljoen binnen 36 maanden nieuwe arbeidsplaats via totaal aantal werknemers in voltijds equivalent ten opzichte van het gemiddelde van de voorbije 12 maanden
5. Selectie zones Inhoudelijke voorwaarden voor de selectie (federaal bepaald in de wet): Collectief ontslag op basis van de wet Renault : gedurende 3 jaar minstens 500 WN getroffen (of 250 WN indien grote jeugdwerkloosheid in gebied) Ontslagen moeten gevallen zijn in een zone van 20 km² in een straal van 5 km rond getroffen bedrijf Voorgestelde ontwrichte zone mag bestaan uit verschillende, los van elkaar liggende delen, met een maximale straal van 40 km van het getroffen bedrijf Gewest kan maximaal 4x een zone definiëren Totale oppervlakte van de ontwrichte zones mag niet meer zijn dan 2000 km² Maximale bevolkingsaantal in ontwrichte zones 200.000 inwoners 6 jaar geldig
5. Selectie zones Concrete keuze van de ontwrichte zones (Vlaamse bevoegdheid) Niet vereist dat het om volledige gemeentes gaat (ook statistische sectoren, delen van bedrijventerreinen, straten, ) Maximale plafond inzake oppervlakte en bevolking wordt niet zo snel overschreden indien enkel bedrijfsterreinen geselecteerd worden VR koos als criterium vooral de locaties waar er nog een grote beschikbaarheid van bedrijfsterreinen aanwezig was. Moeilijke oefening gelet op evolutie en groei bedrijfsterreinen (aanpassingen mogelijk via KB wijziging) Niet maximaal ingevuld: marge voor toekomstige sluitingen Controle via Geopunt.be
5. Selectie zones KB van XXX met uitgebreide bijlagen Bijlage 1: aanvraagformulier Bijlage 2: alle ontwrichte zones rond Turnhout Bijlage 3: alle ontwrichte zones rond Genk Elke lijst van ontwrichte zones heeft 2 subgroepen: Bedrijfsterreinen in gemeenten die wel in regionale steunkaart liggen Bedrijfsterreinen in gemeenten die niet in regionale steunkaart liggen Selectie op naam gemeente, naam bedrijfsterrein, straat en huisnummers (in sommige gevallen via Nis code) Toekomstige aanpassingen soepel via Geopunt.be
6. Juridisch kader staatssteun EU staatssteun : juridisch investeringssteun gebaseerd op algemene groepsvrijstellingsverordening GBER (zowel luik KMO investeringssteun als regionale steun) heel wat toepassingsvoorwaarden uit de wettekst zijn het gevolg van dwingende Europese bepalingen (bv. de strengere voorwaarden voor grote ondernemingen, een aantal uitgesloten sectoren, definitie van KMO, definitie van onderneming in moeilijkheden, definitie van nieuwe activiteiten, cumul regels, vereiste van stimulerend effect, ) voor KMO s kan het in theorie overal, voor GO s enkel indien de ontwrichte zone ook in de regionale steunkaart ligt in aanmerking komende kosten zijn hier de loonkosten en niet de materiële en immateriële investeringen
7. Toelichting bij KMO-definitie KMO-definitie Bijlage 1 bij Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 Drempels: omzet balans werknemers KO 10 10 50 MO 50 43 250 Omzet of balans niet alle 2 boven drempel (1 van de 2 mag wel) Werknemers in VTE boven drempel: steeds in hogere categorie Maximumdrempels: lidstaat mag deze lager stellen Behoud statuut tot 2 de jaar na overschrijden drempel: vaak niet toegepast (lidstaten mogen steeds strenger zijn en bv. op vast tijdstip kijken bij aanvraag) Zelfstandigheidscriterium ook partners en verbonden ondernemingen meetellen
7. Toelichting bij KMO-definitie Zelfstandigheidscriterium zowel in rechte lijn als zijlijn, niet afbreken na 1 niveau partner-ondernemingen : 25-50% pro rata optellen verbonden ondernemingen : vanaf 50% volledig optellen participatiemaatschappijen, risicokapitaalverschaffers: niet meetellen indien partner wel meetellen indien verbonden (tenzij geen dominerende invloed ) ook link via natuurlijke persoon indien actief op een verwante markt (producten- of dienstenmarkt direct upstream of downstream) Onderneming verliest KMO statuut indien ze voor meer dan 25% gecontroleerd wordt door een of meerdere overheidsinstanties, gezamenlijk of afzonderlijk, direct of indirect
7. Toelichting bij KMO-definitie KMO definitie kan zeer vergaand zijn! partner van partner: NIET optellen verbonden van partner: WEL pro rata bijtellen vb. A 30% in B dat 100% C controleert 100% van C optellen bij B van totaal 30% nemen en optellen bij A partner van verbonden: WEL pro rata bijtellen vb. A 60% in B dat voor 30% C controleert 30% van C en 100% van B optellen bij A verbonden van verbonden: WEL voor 100% optellen vb. A 60% in B dat voor 60% C controleert 100% C en 100% B optellen bij A
8. Verschil met regionale steunkaart Regionale steunkaart Ratio legis: principieel verbod van investeringssteun voor GO s tenzij in de regionale steunkaart: daar rechtvaardigt de mindere regionale ontwikkeling de steun aan GO s omdat de EU aanneemt dat de steun niet enkel het bedrijf maar ook de regio ten goede komt Vanaf 1 juli 2014: 40 gemeentes (volledig, geen delen of statistische sectoren) In Vlaanderen enkel voor STS investeringssteun voor GO s van belang Alle gemeenten max. 10% (geen gemeentes meer met max. 15%) Theoretische bonuspercentages voor KMO s
8. Verschil met regionale steunkaart Regionale steunkaart: extra voorwaarden voor GO s nieuwe activiteit, ofwel via een nieuwe vestiging, ofwel via een wijziging van de activiteit (op 4 digits van de Nace-code) uitgesloten sectoren: IJzer- en staalindustrie Kolenindustrie, Scheepsbouw Synthetischevezelsindustrie Vervoerssector en daarmee verband houdende infrastructuur Energieproductie, -distributie en energie-infrastructuur
8. Verschil met regionale steunkaart Regionale steunkaart 2014-2020 (extra i.v.m. 2007-2013) West-Vlaanderen: Oostende, Middelkerke, Diksmuide, Lo-Reninge, Ieper en Wervik Oost-Vlaanderen: Ronse en het arrondissement Eeklo (Assenede, Eeklo, Kaprijke, Maldegem, Sint-Laureins, Zelzate) Antwerpen: Balen, Mol en Dessel Limburg: As, Beringen, Genk, Leopoldsburg, Heusden-zolder, Bree, Lommel, Maaseik, Hechtel-Eksel, Houthalen-Helchteren, Dilsen-Stokkem, Herstappe, Lanaken, Tongeren, Maasmechelen, Lummen, Opglabbeek, Sint-Truiden, Tessenderlo, Zutendaal, Ham, Kinrooi, Bilzen en Borgloon
8. Verschil met regionale steunkaart Fiscale steun in ontwrichte zones is ook investeringssteun 2 lijsten, A- en B-groep: binnen of buiten steunkaart GO s moeten zowel in ontwrichte zone als in regionale steunkaart liggen vooraleer ze federale fiscale steun kunnen krijgen Opdeling in A- en B-groep is dus enkel van belang voor GO s aangezien die ook in de regionale steunkaart moeten liggen. KMO s kunnen in beide zones steun krijgen
9. Cumul beperkingen Globaal kan de federale overheid aantonen dat de fiscale steun nooit meer dan 10% bruto-steunequivalent (BSE) uitmaakt (formule) Per dossier kan steunpercentage berekend worden EU standpunt gevraagd en gekregen omtrent cumul Art. 14 GBER (GO) Art. 17 GBER (KMO) KMO: subsidie berekend op loonkost is verschillende in aanmerking komende kost als diegene berekend op basis van materiële en immateriële activa kunnen onbeperkt gecumuleerd worden Wel beperking bij regionale steun (GO s) : samen niet meer dan hetgeen maximaal mogelijk was op basis van loonkost, dan wel op basis van investeringen cumul speelt alleen bij STS investeringssteun
9. Cumul schematisch Verschillende in aanmerking komende kost: nooit een probleem Vb. KMO-P met federale fiscale subsidie op loonkost KMO investeringssteun op basis van loonkost enerzijds en op basis van activa anderzijds: geen probleem Vb. STS steun op activa met federale fiscale subsidie op loonkost Indien 2x steun op basis van loonkost: wel maximale steun % bekijken tenzij algemeen voordeel dat geen staatssteun is Dubbele marge (bv. elk 10% want andere kost, en in theorie ook tot 20-30% steun mogelijk voor KMO s) GO investeringssteun: gecumuleerde steun mag max. 10% zijn Bekijken hoe groot steun-equivalent federaal is, STS aftoppen tot 10%
9. Cumul voorbeeld GO investeert 10.000.000 in activa: max. 10% steun 1.000.000 steun GO investering gaat gepaard met bijkomende loonkost van 12.000.000 max. 10% steun of 1.200.000 steun cumulbeperking: per onderdeel bekijken hoeveel steun % samen mag het niet hoger zijn dan hoogste van de 2 max. 1,2 miljoen euro, anders aftoppen Indien dezelfde investeringen door een KMO worden gedaan geen cumulbeperking KMO mag beide steun krijgen, dus 2,2 miljoen euro steun
10. link met een gewestelijke steun voor die investering Wet: er werd reeds gewestelijke steun gegeven voor die investering politiek aanvaardbaar voor Federale overheid als er een gewestelijke budgettaire tegenprestatie is in theorie dus zeer streng: enkel STS investeringssteun dossiers politiek akkoord : een gewestelijke steun is voldoende lijst opstellen van in aanmerking komende Vlaamse steunregimes VR geeft globaal per steunregime een rechtvaardiging over hoe de steunmaatregel gelieerd is aan investeringen aanvraagformulier: onderneming dient nog individueel de link met de investering aan te tonen lijst kan aangepast worden
10. lijst Vlaamse steun (onder voorbehoud) AO Strategische Transformatiesteun (investering en opleiding) AO EP Plus en strategische ecologiesteun AO KMO-Portefeuille + aanwervingspremie voor strategische functies in KMO s PMV Waarborgregeling (KMO waarborg en Gigarant) LRM KlimOp-lening voor Limburgse kleine ondernemingen IWT O&O bedrijfsproject IWT KMO-innovatieproject IWT KMO-haalbaarheidsstudie WSE/VDAB Premie 50+ WSE/VDAB Bijzondere tewerkstellingsmaatregelen voor personeel met arbeidshandicap WSE/VDAB Activa WSE/VDAB Individuele beroepsopleiding (IBO)
11. Procedurele aspecten Onderneming zal aanvraag indienen bij FOD Financiën via een standaard aanvraagformulier In het aanvraagformulier moet o.a. vermeld worden: KMO of GO Start- en einddatum investering Beschrijving van de investering (voor GO aantonen dat het om nieuwe activiteit gaat) Benaming en dossiernummer van de gewestelijke steun + documenten waaruit het verband blijkt tussen de investering en de aangevraagde gewestelijke steun Verwachte tewerkstellingscreatie, aantal bijkomende arbeidsplaatsen en raming van de loonkost
11. Procedurele aspecten FOD Financiën zal het Agentschap Ondernemen contacteren om na te gaan of de gewestelijke steun effectief verleend is AO zal coördinatie met andere Vlaamse entiteiten verzorgen (PMV, IWT, LRM, WSE, ) Subsidie-equivalent per dossier is berekenbaar voor controle van cumul Bij STS dossiers GO s is er mogelijk cumul probleem: clausule dat de STS steun onder voorbehoud is en dat een eventuele federale extra steun er kan toe leiden dat de STS steun moet verminderd worden (bv. bij uitbetaling derde schijf) Er is geen formeel contact tussen Vlaamse overheid en ondernemingen n.a.v. federale fiscale steun