Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs en het hoger beroepsonderwijs



Vergelijkbare documenten
Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs en het hoger beroepsonderwijs

Advies over een voorstel van opleidingsprofiel volwassenenonderwijs (OP Bibliotheekmedewerker informatiebemiddelaar )

Advies over een voorstel van opleidingsprofiel volwassenenonderwijs Studiegebied Slagerij

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen volwassenenonderwijs voordrachten januari, februari en maart 2016

ADVIES. Raad Levenslang en Levensbreed Leren. 9 december 2008 RLLL/LSO-MDR /ADV/004.

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen Secretariaatsmedewerker en Secretariaat-talen voor het secundair volwassenenonderwijs

Dit document legt de procedure en de criteria vast om te komen tot dit advies.

Advies over bijkomende opleidingsprofielen voor de studiegebieden Bouw en Hout van het secundair volwassenenonderwijs

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs

Advies over voorstellen van opleidingsprofielen en van referentiekader voor het leergebied wiskunde voor de basiseducatie

Advies over de keuzemodule 'armoede en sociale uitsluiting' in enkele opleidingsprofielen basiseducatie

Advies over de voorstellen van opleidingsprofiel voor het secundair volwassenenonderwijs

ADVIES. Raad Volwassenenonderwijs. 28 juni 2005 RVOL/MDR/ADV/017

Advies over enkele voorstellen van opleidingsprofielen volwassenenonderwijs

ADVIES. Raad Volwassenenonderwijs. 24 mei 2005 RVOL/MDR/ADV/015

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Advies over de uitreiking van het getuigschrift over de basiskennis van het bedrijfsbeheer in het OSP

Advies over de voorstellen van opleidingsprofiel voor het secundair volwassenenonderwijs en de basiseducatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Advies over het voorstel van onderwijskwalificatie graduaat in het winkelmanagement

Advies over voorstellen van opleidingsprofielen secundair volwassenenonderwijs

Advies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie

Begeleidende informatie bij het structuurschema onderwijs aan gedetineerden

VR DOC.0579/1

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen volwassenenonderwijs

Advies over de projectoproep proeftuin Opleiding voor Opleiders van Volwassenen

Advies over de erkenning van een nieuw structuuronderdeel in het gewoon voltijds secundair onderwijs: Productontwerpen - tweede graad

Programmatiecriteria CVO - onderwijsbevoegdheid

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

Het HBO5 platform HBO5 in cijfers Belang van HBO5 Het nieuwe decreet: een nieuwe start?

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

Relevante regelgeving. 1. Europese en Vlaamse doelstellingen inzake levenslang leren 1 2

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Advies over de tweede fase van de modularisering basiseducatie

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

ADVIES. Raad Volwassenenonderwijs. 24 mei 2005 RVOL/MDR/ADV/013

Advies over het voorstel van de lijst opleidingen voor het deeltijds beroepssecundair onderwijs

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED PERSONENZORG

Advies ten gronde over certificaatsupplementen

Advies over de voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

ACTIVITEITENVERSLAG ELDERS VERWORVEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs

A. CVO LBC-NVK Antwerpen heeft in de vestigingsplaats Antwerpen onderwijsbevoegdheid voor volgende opleidingen van het hoger beroepsonderwijs:

Advies over nieuwe modulaire structuurschema s voor de studiegebieden Talen en NT2

Advies over de modulaire opleidingen Maatschappijoriëntatie, NT1, Opstap Frans, Opstap Engels voor de basiseducatie

Specifieke bevoegdheden

Publicatie KB omtrent zorgkundige

VR DOC.0535/1BIS

Advies over de implementatie van ISCED 2011 in Vlaanderen

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED HANDEL

Advies over nieuwe opleidingen in het dbso voor textielverzorging en de groensector

Tussen Vlaams minister van Onderwijs en Vorming, de heer Frank V ANDENBROUCKE

Op Stapel juni Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Advies over wijzigingsvoorstellen voor modulaire structuurschema s in het OSP

Advies over de opleiding Algemene vorming BSO3 en over de opleidingen Opfris tot derde graad (ASO en TSO) in het volwassenenonderwijs

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Advies over het voorstel van opleidingenstructuren voor het deeltijds beroepssecundair onderwijs

Advies over de voorstellen van voorlopige modulaire structuurschema s in het secundair OSP

Nieuwsflash nr februari 2013 Kennis- en expertiseontwikkeling in het volwassenenonderwijs

Advies over het voorstel van nieuwe opleidingen en opleidingenstructuren in het dbso vanaf 1 september 2015

De Vlaamse kwalificatiestructuur

Op Stapel december Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Kwalificatiebewijs voor kinderbegeleider (gezinsopvang en groepsopvang) en voor verantwoordelijke van maximaal 18 opvangplaatsen

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BIBLIOTHEEK-, ARCHIEF- EN DOCUMENTATIEKUNDE

Aan de verantwoordelijke beheersinstanties van de rusthuizen

Op Stapel januari Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Advies over de voorstellen voor nieuwe modulaire opleidingen in het hoger onderwijs voor sociale promotie

Rapport over de screening van ontwerpcertificaatsupplementen

Advies over het ontwerp van decreet houdende diverse bepalingen inzake wonen, inburgering en stedelijk beleid

Tussen de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd door de heer Frank Vandenbroucke, Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming,

Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs

Verpleegkunde HBO Situatie van de HBO 5 opleiding verpleegkunde

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende curriculumdossiers en leerplannen in het onderwijs

Advies ter opvolging van het nieuwe afsprakenkader Nederlands tweede taal

Advies over een ontwerp van vernieuwd afsprakenkader Nederlands tweede taal

Advies over het voorstel van specifieke eindtermen voor de optie Sportwetenschappen aso

Ondernemerschap. Algemene opleiding Studiegebied Bedrijfsbeheer AO BB Opleidingsprofiel secundair volwassenenonderwijs

De Vlaamse kwalificatiestructuur

Beroepsopleiding Studiegebied Handel BO HA Bedrijfsbeheer. Opleidingsprofiel secundair volwassenenonderwijs

Nieuwe opleidingsprofielen (OP) NT2. Trefdag NT2 Antwerpen 21 mei 2014

Deeladvies over nieuwe modulaire opleidingen voor het studiegebied Lichaamsverzorging

VR DOC.0780/2

Hoger Beroepsonderwijs STUDIEGEBIED GEZONDHEIDSZORG

Advies over opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs

Advies over de voorstellen van nieuwe kwalificatiebenamingen in het deeltijds beroepssecundair onderwijs vanaf het schooljaar

Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor de basiseducatie en voor het secundair volwassenenonderwijs

2. Uit welke sectoren waren de werknemers afkomstig (procentueel) die opleidingscheques aanvroegen, respectievelijk in 2003, 2004, 2005, 2006?

Advies over de voorstellen van nieuwe kwalificatiebenamingen in het deeltijds beroepssecundair onderwijs vanaf het schooljaar

Advies over het uitreiken van een diploma in het secundair OSP

DOCUMENT. Toelichting bij de lessentabellen. Inhoud. Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel

1. CVO Lethas Brussel

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VR DOC.0579/2

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BIBLIOTHEEK-, ARCHIEF- EN DOCUMENTATIEKUNDE

Transcriptie:

ADVIES Raad Levenslang en Levensbreed Leren 3 maart 2009 RLLL/MDR/ADV/006 Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs en het hoger beroepsonderwijs VLAAMSE ONDERWIJSRAAD, KUNSTLAAN 6 BUS 6, 1210 BRUSSEL www.vlor.be

Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs en het hoger beroepsonderwijs 1 Situering Op 26 januari 2009 ontving de Vlor van de afdeling Instellingen en Leerlingen Secundair Onderwijs en Volwassenenonderwijs een adviesvraag over voorstellen van opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs. De adviesvraag heeft betrekking op 23 voorstellen van opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs (SVO) en het hoger beroepsonderwijs (HBO): Benaming van de opleiding en /of van het opleidingsprofiel Studiegebied Niveau Bestuurder interne transportmiddelen Auto SVO Zwevende modules Auto SVO Bedrijfsbeheer Handel SVO Telefonist-receptionist Handel SVO Begeleider-animator voor bejaarden Personenzorg SVO Initiatie bibliotheek-, documentatie- en Personenzorg SVO informatiekunde 1 Initiatie archiefkunde Personenzorg SVO Bibliotheek en archief zwevende modules Personenzorg SVO Andere talen 2 R1 Talen richtgraad 1&2 SVO Andere Europese talen 3 R1 Talen richtgraad 1&2 SVO Chemie en textiel 4 Biotechniek HBO Kaderopleiding nursing voor gegradueerde/ bachelor verpleegkunde: psychiatrie en geestelijke gezondheidszorg Kaderopleiding nursing voor gegradueerde/ bachelor Gezondheidszorg Gezondheidszorg HBO HBO 1 2 3 4 Voor de opleidingen Initiatie bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde, Initiatie archiefkunde en voor de zwevende modules Bibliotheek en archief wordt een experimenteel studiegebied aangevraagd. Zie verder onder punt 3.3.2. Het voorstel behelst de toevoeging van Noors en Roemeens aan het bestaande opleidingsprofiel voor Deens, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Portugees, Spaans, Zweeds. De Vlor stelt voor om de benaming van dit opleidingsprofiel te wijzigen in Europese talen groep 1. Zie verder onder punt 3.4. Het voorstel behelst de toevoeging van Bulgaars, Fins, Hongaars, Servisch-Kroatisch en Tsjechisch aan het bestaande opleidingsprofiel Grieks Pools Russisch Turks. De Vlor stelt voor om de benaming van dit opleidingsprofiel te wijzigen in Europese talen groep2 R1. Zie verder onder punt 3.4. De Vlor stelt voor om deze opleiding onder te brengen in het studiegebied Industriële wetenschappen en technologie. Zie verder onder punt 4.3.3. 1

verpleegkunde: geriatrie en ouderenzorg Kaderopleiding nursing voor gegradueerde/ bachelor verpleegkunde of vroedkunde : algemene verzorgingsinstellingen Gezondheidszorg HBO Bank, beurs en financiën Handelswetenschappen en bedrijfskunde HBO Toeristische gidsen 5 Handelswetenschappen en bedrijfskunde HBO Bedrijfsautomatisatie Industriële wetenschappen en technologie HBO Bouw- en houtconstructie 6 Industriële wetenschappen en technologie HBO Bouwkunde 7 Industriële wetenschappen en technologie HBO Design en textiel Industriële wetenschappen en technologie HBO Openbare werken Industriële wetenschappen en technologie HBO Textielproductietechnieken Industriële wetenschappen en technologie HBO Topografie 8 Industriële wetenschappen en technologie HBO De adviesvrager bezorgde aan de Vlor tevens de resultaten van de toets vormelijke criteria die het Departement onderwijs vooraf uitvoerde. Op 6 februari 2009 bezorgde het Departement nog bijkomende informatie betreffende de ingediende opleidingsprofielen en hun dekking. De Vlor brengt over de voorstellen van opleidingsprofielen een advies uit, conform de bepalingen van art. 24 van het decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007. Volgens dat artikel bepaalt de Vlaamse Regering, op voordracht van de stuurgroep en na advies van de Vlaamse Onderwijsraad, de opleidingsprofielen. Een opleidingsprofiel omvat ten minste: 1 het minimale aantal lestijden van een opleiding; 2 het aantal modules; 3 het aantal lestijden per module dat in aanmerking genomen wordt voor de berekening van de financiering; 4 de verdeling van de eindtermen, de specifieke eindtermen of basiscompetenties over de modules binnen een opleiding. Hoewel het decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 niet langer vereist dat het aantal lestijden AV/TV/PV per module of per opleiding wordt bepaald, is in de opleidingsprofielen voor het secundair volwassenenonderwijs die als bijlage bij dit advies zijn gevoegd, toch een voorstel van vakkenconcordantie opgenomen. De vakkenconcordanties in combinatie met 5 6 7 8 De Vlor stelt voor om de benaming van deze opleiding te wijzigen in Toerisme. Zie verder onder punt 4.2.2. De Vlor stelt voor om de benaming van deze opleiding te wijzigen in Bouw. Zie verder onder punt 4.3.2. De Vlor stelt voor om de benaming van deze opleiding te wijzigen in Bouwkundig tekenaar. Zie verder onder punt 4.3.2. De Vlor stelt voor om de benaming van deze opleiding te wijzigen in Topograaf. Zie verder onder punt 4.3.2. 2

de onderwijsvormen en graden - spelen voor het secundair volwassenenonderwijs immers in de huidige personeelsregelgeving nog steeds een rol op het vlak van bekwaamheidsbewijzen en barema s. Na het advies van de Vlor zal de minister een beslissing nemen over de goedkeuring van de geadviseerde opleidingsprofielen, waarna de inrichtende machten de goedgekeurde opleidingsprofielen verder concretiseren in leerplannen. Artikel 25 van het decreet volwassenenonderwijs bepaalt dat de centra voor de organisatie van hun opleidingsaanbod, uitsluitend de door de Vlaamse Regering goedgekeurde opleidingsprofielen hanteren. Art. 184 bevat een overgangsbepaling en stelt dat de opleidingen die op het ogenblik van de inwerkingtreding van het decreet niet voldoen aan de bepalingen van artikelen 24 en 25, vóór voor 1 januari 2012 door de stuurgroep worden voorgedragen. 2 Totstandkoming van het advies De Raad Levenslang en Levensbreed Leren hanteerde voor de formulering van onderhavig advies de beoordelingscriteria die hij op 4 november 2008 goedkeurde en die als bijlage 1 bij het advies zijn gevoegd. Dit advies omvat verschillende deeladviezen. De bevoegde werkgroepen of sectorcommissies bereidden de deeladviezen voor. In de vaste kern van de sectorcommissies zijn de Inrichtende machten van het onderwijs en het GO! vertegenwoordigd, alsook de sociaal-economische organisaties. De sectorcommissies werden voor deze dossiers uitgebreid met deskundigen uit het volwassenenonderwijs, en, waar relevant, met deskundigen aangeduid door de publieke opleidingsverstrekkers, door de cursisten en/of door het personeel. Voor de voorstellen die betrekking hebben op het hoger beroepsonderwijs werden bijkomend ook vertegenwoordigers van de hogescholen bij de adviesvoorbereiding betrokken, meer bepaald deskundigen uit de aanverwante professionele bacheloropleidingen. Een deskundige van de Entiteit Curriculum woonde eveneens de besprekingen bij. In de Raad Levenslang en Levensbreed Leren, die onderhavig advies uitbrengt, zijn bovendien ook de sociaal-culturele organisaties vertegenwoordigd, de cursisten, directies en ervaringsdeskundigen. De sectorcommissie Textiel bereidde op 9 februari 2009 de deeladviezen voor over de opleidingsprofielen Chemie en textiel, Design en textiel en Textielproductietechnieken. De sectorcommissie werd voorgezeten door dhr. W. Van Goethem (Fedustria). De sectorcommissie Handel-Administratie bereidde op 10 februari 2009 de deeladviezen voor over de opleidingsprofielen Bank, beurs en financiën, Bedrijfsbeheer, Telefonistreceptionist en bijhorende zwevende module, Initiatie bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde, Initiatie archiefkunde en bijhorende zwevende modules. De sectorcommissie werd voorgezeten door dhr. A. Lavric (GO!). De werkgroep Talen bereidde op 11 februari 2009 het deeladvies voor over de opleidingsprofielen Europese talen groep 1 R1 en Europese talen groep 2 R1. In de samenstelling van de werkgroep waren gemandateerden van de inrichtende machten van het volwassenenonderwijs en van het GO! vertegenwoordigd, alsook van VDAB en CEVORA. De werkgroep werd voorgezeten door mevr. A. Michiels (OVSG). 3

De sectorcommissie Bouw-Hout-Decoratie bereidde het deeladvies voor over de opleidingsprofielen Topograaf, Bouwkundig tekenaar, Openbare werken en Bouw op 11 februari 2009. De sectorcommissie werd voorgezeten door dhr. B. Van Soom (OVSG). De sectorcommissie Toerisme bereidde op 12 februari 2009 het deeladvies voor over het opleidingsprofiel Toerisme. De sectorcommissie werd voorgezeten door mevr. S. Saelaert (CVO Spermalie). De sectorcommissie Metaal-Elektriciteit-Kunststoffen Uitbreiding Auto bereidde op 13 februari 2009 het deeladvies voor over de opleidingsprofielen Bestuurder interne transportmiddelen en bijhorende zwevende modules; de Uitbreiding Elektriciteit-Elektronica bereidde het deeladvies voor over het opleidingsprofiel Bedrijfsautomatisatie. De sectorcommissie werd voorgezeten door dhr. J. Vandenbranden (OVSG). De sectorcommissie Personenzorg bereidde op 13 februari 2009 de deeladviezen voor over de opleidingsprofielen Begeleider-animator voor bejaarden en over de opleidingsprofielen voor de drie Kaderopleidingen nursing. De sectorcommissie werd voorgezeten door dhr. J. Van Holsbeke (Zorgnet Vlaanderen). De commissie OSP stond in voor de aansturing en de coördinatie van het globale advies, en kwam op 19 februari 2009 samen voor een eindbespreking, onder het voorzitterschap van dhr. B Van Soom (OVSG). De Raad Levenslang en Levensbreed Leren keurde op 3 maart 2009, in aanwezigheid van 19 stemgerechtigde leden, onderstaand advies goed met 18 stemmen voor en 1 onthouding. Over het deeladvies over het voorstel van opleidingsprofiel Toerisme hield de raad een afzonderlijke stemming 9. 3 Advies over de voorstellen voor het secundair volwassenenonderwijs 3.1 Studiegebied Auto: Bestuurder interne transportmiddelen en Zwevende modules 3.1.1 Beschrijving van de voorstellen 3.1.1.1 Bestuurder interne transportmiddelen Het betreft een nieuw voorstel van opleidingsprofiel ter vervanging van de bestaande opleidingsprofielen Bestuurder heftruck en Bestuurder reachtruck van het studiegebied Auto van het secundair volwassenenonderwijs. De voorgestelde opleiding omvat in totaal 160 lestijden, gespreid over 6 modules, en leidt tot certificaat Bestuurder interne transportmiddelen. De raad attendeert erop dat Bestuurder interne transportmiddelen een nieuwe opleidingsbenaming is, die de bestaande opleidingsbenamingen Bestuurder heftruck en Bestuurder reachtruck vervangt. Indien de minister het advies van de raad volgt, vergt dit een aanpassing aan bijlage I van het decreet, die ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering 9 Zie blz. 23 voetnoot 66. 4

dient te worden voorgelegd 10. 3.1.1.2 Zwevende modules studiegebied Auto Het voorstel bestaat erin om aan het goedgekeurde opleidingsprofiel Zwevende modules van het studiegebied Auto twee zwevende modules toe te voegen, met name Nascholing heftruck en Nascholing reachtruck (telkens 20 lestijden). Elke module wordt bekrachtigd met een deelcertificaat. 3.1.2 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1, 2.2 en 2.3) De voorgestelde opleidingsprofielen zijn afgeleid van de beroepencluster Bestuurder heftruck/reachtruck 11, wat een valabel referentiekader voor deze opleidingsprofielen is conform de afspraken die terzake werden gemaakt in de Intentieverklaring referentiekaders 12. De bijkomende zwevende modules Nascholing heftruck en Nascholing reachtruck beogen een verdere specialisatie van de cursist die al een deelcertificaat Bestuurder heftruck of een deelcertificaat Bestuurder reachtruck heeft behaald. 3.1.3 Maatschappelijke tendensen (beoordelingscriteria 3.1, 3.2 en 3.3) De opleidingsprofielen houden rekening met tendensen als veiligheid op de werkvloer en met de toenemende rol die logistiek in de bedrijfswereld speelt. De OP besteden ruime aandacht aan de verschillende interne transportmiddelen en houden rekening met de wettelijke vereisten voor de uitoefening van het beroep. In het kader van veiligheid op de werkvloer benadrukt de raad het belang van voldoende basiskennis Nederlands. Kansengroepen die de opleiding volgen worden extra begeleid via een neventraject NT2. De basiscompetenties van de zwevende modules Nascholing werden tijdens de adviesvoorbereiding aangevuld met competenties die betrekking hebben op specifieke vormen van goederenbehandelingen en met de verschillende uitrustingen van de transportmiddelen (voorzetstukken, ). Dit moet toelaten in te spelen op specifieke vragen van sectoren of specifieke regionale noden. 3.1.4 Draagvlak (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) De voorstellen werden in consensus ontwikkeld door de twee CVO die vandaag de opleidingen Bestuurder heftruck en Bestuurder reachtruck aanbieden 13. Bij de adviesvoorbereiding waren, naast vertegenwoordigers van de Inrichtende machten van het onderwijs en van het GO! (leerplichtonderwijs, volwassenenonderwijs), ook vertegenwoordigers van de sociale partners en van het personeel betrokken, alsook van VDAB.. Er is voor deze opleiding een goede lokale samenwerking met VDAB. VDAB wijst cursisten 10 11 12 13 Decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs. Art. 9. SERV, Beroepencluster Bestuurder heftruck/reachtruck. Sectoroverschrijdend. 2004. Intentieverklaring over de referentiekaders voor de opleidingsprofielen in het volwassenenonderwijs. 15 juli 2008. CVO Roeselare en CVO VIVO Kortrijk. 5

door naar het volwassenenonderwijs in geval van wachtlijsten (het betreft hier immers een knelpuntberoep). Ook cursisten met leermoeilijkheden of met een ontoereikende kennis van het Nederlands worden door VDAB doorverwezen naar het volwassenenonderwijs omwille van de agogisch-didactische expertise die het volwassenenonderwijs voor die doelgroepen te bieden heeft en indien VDAB van oordeel is dat de doorverwijzing ertoe bijdraagt dat de cursist zijn traject naar werk sneller en met meer kansen op succes kan doorlopen. Er is een consensus over deze voorstellen van opleidingsprofielen. 3.1.5 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan de voorstellen van opleidingsprofielen zoals in bijlage bij dit advies gevoegd. 3.2 Studiegebied Handel 3.2.1 Bedrijfsbeheer 3.2.1.1 Beschrijving van het voorstel Het betreft een voorstel van opleidingsprofiel ter vervanging van het bestaande modulair structuurschema Bedrijfsbeheer TSO3 en van de nog lineaire opleidingen Bedrijfsbeheer TSO3 en Bedrijfsbeheer, distributieattest, vestigingswet TSO 3 14. De opleiding Bedrijfsbeheer behoort tot het studiegebied Handel van het secundair volwassenenonderwijs. De opleiding omvat in totaal 160 lestijden, gespreid over twee modules. 3.2.1.2 Vormelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) Het Departement Onderwijs toetste het voorstel af aan de vormelijke criteria en formuleert daarbij een aantal bemerkingen15. In het voorstel van opleidingsprofiel zoals het als bijlage bij dit advies is gevoegd, is met deze bemerkingen rekening gehouden. 3.2.1.3 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1, 2.2 en 2.4) De herwerking van de opleiding is het rechtstreeks gevolg van een wijziging de federale regelgeving 16. Het koninklijk besluit van 7 juni 2007 is het enige referentiekader. Het KB bepaalt de doelstellingen en de leerinhouden die moeten bereikt worden om het getuigschrift over de basiskennis van het bedrijfsbeheer te behalen. De formulering van de basiscompetenties is door de ontwikkelcommissie heel nauwgezet afgetoetst aan de vereisten van het K.B. Bovendien legt het KB ook een minimum aantal lestijden op (120 uren). De bepaling van het 14 15 16 Op basis van het document Ingediende OP s en hun dekking dat op 6 februari door Departement aan de Vlor is bezorgd in aanvulling op de adviesvraag. Er werd een verkeerd icoontje gebruikt in de grafische voorstelling van de opleiding. Koninklijk besluit van 7 juni 2007 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 oktober 1998 tot uitvoering van Hoofdstuk I van Titel II van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap (B.S. 24 juli 2007) 6

aantal lestijden van de opleiding houdt rekening met de wettelijk vereiste minimumduur van de opleiding 17. 3.2.1.4 Draagvlak (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) Het voorstel werd ontwikkeld door een beperkte stuurgroep, die het mandaat heeft van de CVO's, die bedrijfsbeheer inrichten (ong. 50). Alle centra werden geconsulteerd. Bij de adviesvoorbereiding waren, naast vertegenwoordigers van het Inrichtende machten van het onderwijs en van het GO! (leerplichtonderwijs, volwassenonderwijs), ook vertegenwoordigers van de sociale partners en van het personeel betrokken, alsook van VDAB. In de raad is er een consensus over dit voorstel van opleidingsprofiel 3.2.1.5 Relatie tot andere opleidingen of onderwijsniveaus (beoordelingscrit. 6.1 en 6.2) Deze opleiding staat los van andere opleidingen en leidt enkel toe naar het behalen van het getuigschrift over de basiskennis van het bedrijfsbeheer. Syntra Vlaanderen en VDAB (in beperkte mate) bieden ook een opleiding bedrijfsbeheer aan. 3.2.1.6 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan het voorstel van opleidingsprofiel zoals het als bijlage bij dit advies is gevoegd. 3.2.2 Telefonist-receptionist en Zwevende module Communicatie, telefonie en onthaal in een 3e vreemde taal 3.2.2.1 Beschrijving van het voorstel Het betreft een voorstel van opleidingsprofiel ter vervanging van de bestaande lineaire opleiding Telefonist-receptionist TSO3. De opleiding Telefonist-receptionist behoort tot het studiegebied Handel van het secundair volwassenenonderwijs. De opleiding omvat in totaal 400 lestijden, gespreid over 6 modules. De zwevende module Communicatie, telefonie en onthaal in een 3 de vreemde taal omvat 60 lestijden. 3.2.2.2 Vormelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) Het Departement Onderwijs toetste het voorstel af aan de vormelijke criteria en formuleert daarbij een aantal bemerkingen 18. In de voorstellen van opleidingsprofielen zoals als bijlage bij dit advies gevoegd, is met deze bemerkingen rekening gehouden. 17 18 Omslag van klokuren (60 minuten) naar lestijden van 50 minuten. Verwarring inzake certificering (certificaat/getuigschrift); ook wordt verkeerd gebruik gemaakt van het icoon diplomagerichte opleiding in de grafische voorstelling; het voorstel van OP bevat tenslotte een zwevende module voor deze laatste moet een afzonderlijk voorstel van OP uitgewerkt worden. 7

3.2.2.3 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1, 2.2 en 2.4) Het opleidingsprofiel en de daarin opgenomen basiscompetenties zijn rechtstreeks afgeleid van het beroepsprofiel Receptionist/telefonist 19. Daarnaast omvat de opleiding ook een functionele professioneel gerichte kennis van Frans en Engels en een basiskennis pcgebruik. Een derde vreemde taal kan optioneel worden aangeboden onder de vorm van een zwevende module, namelijk Communicatie, telefonie en onthaal in een 3e vreemde taal. Hiervoor is een apart voorstel van opleidingsprofiel als bijlage bij dit advies gevoegd. 3.2.2.4 Draagvlak (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) Het voorstel werd ontwikkeld door de twee CVO die vandaag deze opleiding aanbieden 20. Bij de adviesvoorbereiding waren, naast vertegenwoordigers van het Inrichtende machten van het onderwijs en van het GO! (leerplichtonderwijs, volwassenonderwijs), ook vertegenwoordigers van de sociale partners en van het personeel betrokken, alsook van VDAB. Er is een consensus over deze voorstellen van opleidingsprofielen. 3.2.2.5 Relatie tot andere opleidingen of onderwijsniveaus (beoordelingscrit. 6.1 en 6.2) Voor de basiskennis pc-gebruik neemt dit opleidingsprofiel de module Initiatie in de informatica over uit het studiegebied ICT van het secundair volwassenenonderwijs omdat deze basiscompetenties voldoende generiek zijn om op leerplanniveau verder te specifiëren in functie van de finaliteit van deze opleiding. Voor de modules Communicatie, telefonie en onthaal (Frans, Engels en derde vreemde taal) stelt zich de vraag of men, vanuit eenzelfde logica als voor ICT, de bestaande en generieke professionele bedrijfsgerichte modules talen van het volwassenenonderwijs niet had kunnen overnemen 21. De opleiding Telefonist-receptionist biedt een opstap naar aanverwante opleidingen van het secundair volwassenenonderwijs, zoals Secretariaatsmedewerker, talen, informaticaopleidingen,. 3.2.2.6 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan de voorstellen van opleidingsprofielen zoals in bijlage bij dit advies gevoegd. 19 20 21 SERV, Onderzoek naar de kwalificatiebehoeften voor receptioniste/telefoniste. Augustus 2000. CVO Vrije Leergangen Limburg (Genk) en CVO ISBO (Zelzate). Zie opleidingsprofielen Andere talen professioneel bedrijfsgericht, richtgraad 2 en richtgraad 3. 8

3.3 Studiegebied Personenzorg 3.3.1 Begeleider-animator voor bejaarden 3.3.1.1 Beschrijving van het voorstel Het betreft een voorstel van opleidingsprofiel ter vervanging van het bestaande voorlopig modulair structuurschema Begeleider-animator voor bejaarden TSO3. De opleiding omvat 1560 lestijden en wordt bekrachtigd met een certificaat. Een aantal modules zijn gemeenschappelijk met het opleidingsprofiel Jeugd- en gehandicaptenzorg TSO3. 3.3.1.2 Vormelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) Het Departement Onderwijs toetste het voorstel af aan de vormelijke criteria en merkt daarbij op dat de opleiding als een diplomagerichte opleiding wordt weergegeven, waarvoor een advies van de inspectie is vereist. De raad onderschrijft het voorstel van de indieners om deze opleiding als diplomagerichte opleiding te laten erkennen en vraagt dat hierover het advies van de inspectie wordt ingewonnen, zoals bepaald in het decreet volwassenenonderwijs. 3.3.1.3 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1, 2.2 en 2.4) Het voorstel is afgeleid van het beroepsprofiel Animator ouderenzorg 22. Het certificaat van deze opleiding is erkend door de sector en geeft toegang tot de functie van deskundige in de animatie en activatie. De raad is van oordeel dat de relevante referentiekaders werden gehanteerd conform de Intentieverklaring over de referentiekaders voor de opleidingsprofielen in het volwassenenonderwijs 23 en dat het voorstel daar in voldoende mate mee spoort. 3.3.1.4 Maatschappelijke tendensen (beoordelingscriteria 3.1, 3.2 en 3.3) Er is een stijgende vraag naar animatoren in de ouderenzorg. Niet enkel zijn rusthuizen wettelijk verplicht om voor animatie te zorgen 24, ook is er een tendens waarbij de dagbesteding van ouderen van het begeleiden van een groep evolueert naar individuele begeleiding bij het invullen van de dagbesteding. Ook in de palliatieve zorg is er een stijgende aandacht voor niet-verzorgende componenten die de levenskwaliteit verhogen 22 23 24 SERV, Animator ouderenzorg. April 2003. Intentieverklaring over de referentiekaders voor de opleidingsprofielen in het volwassenenonderwijs. 15 juli 2008. Deze intentieverklaring werd afgesloten tussen de Minister van Onderwijs en vorming, de pedagogische begeleidingsdiensten van de koepels en van het GO! en het VOCVO. Besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2003 houdende de subsidiëring van de animatiewerking in de erkende rusthuizen (B.S. 28 mei 2003) 9

(comfortzorg). Het voorstel houdt met deze tendensen in voldoende mate rekening. Naar aanleiding van deze bespreking, stelt de raad voor om de benaming van module 3.20 ( Zorg voor het levenseinde ) te wijzigen in Zorg voor de bewoner en zijn omgeving in de fase van zijn levenseinde. 3.3.1.5 Draagvlak (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) Alle CVO die de huidige opleiding Begeleider-animator voor bejaarden TSO3 inrichten, hebben aan de ontwikkeling van het opleidingsprofiel meegewerkt. Ook TSO/BSO-scholen, die het specialisatiejaar Animatie in de ouderenzorg TSO organiseren, werden geraadpleegd. Bij de adviesvoorbereiding waren, naast vertegenwoordigers van de Inrichtende machten van het onderwijs en van het GO! (leerplichtonderwijs, volwassenenonderwijs), ook vertegenwoordigers van de sociale partners betrokken, alsook van VIVO (Vlaams Instituut voor vorming en opleiding in de social profit), VDAB en van de hogescholen. Er is een consensus over dit voorstel van opleidingsprofiel. 3.3.1.6 Relatie tot andere opleidingen of onderwijsniveaus (beoordelingscrit. 6.1 en 6.2) Binnen het secundair volwassenenonderwijs is er een horizontale samenhang met de opleiding Jeugd- en gehandicaptenzorg waarover de raad eerder een advies uitbracht 25. Bepaalde modules zijn gemeenschappelijk 26. Het voorgestelde opleidingsprofiel is vergelijkbaar met de gelijknamige studierichting in het 7de specialisatiejaar TSO van het leerplichtonderwijs. In het kader van de beleidsplannen om de 7 de specialisatiejaren TSO om te vormen tot secundair na secundair onderwijs, acht de raad het aangewezen om de mogelijke repercussies voor gelijkwaardige opleidingen van het secundair volwassenenonderwijs op te volgen. De opleiding Begeleider-animator voor bejaarden kan een opstap bieden naar de HBOopleidingen Seniorenconsulenten-vorming en Orthopedagogie van het volwassenenonderwijs (studiegebied Sociaal-agogisch werk) en/of naar de professionele bacheloropleidingen Verpleegkunde (studiegebied Gezondheidszorg) en Orthopedagogie (studiegebied Sociaal-agogisch werk). 3.3.1.7 Relatie opleidingsprofiel - leerplan (beoordelingscriteria 9.1 en 9.2) De raad wijst erop dat de doelstelling Instructies uitvoeren voor verzorging en medicatie in geval van ziekte, letsel of handicap (PZ 001 BC 041 in module 3.21) voor interpretatie vatbaar is. De raad stelt dat de feitelijke invulling van deze doelstelling gelezen moet worden in het licht van de federale regelgeving. De raad adviseert de leerplanmakers om erop toe te zien dat de concretisering van deze doelstelling uit het vaarwater blijft van het Koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen 27. Dit K.B. omschrijft strikt wie welke verpleegkundige en 25 26 27 Raad Levenslang en Levensbreed Leren, Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs. 26 februari 2008. Blz. 10-12. In het OP worden alle gemeenschappelijke modules aangeduid met een G in de codering (zie bijlage 8 bij dit advies). KB nr. 78 van 10-11-1967, gewijzigd door de wet op de verpleegkunde van 20-12-1974 en 10

zorgkundige taken mag uitvoeren. De raad attendeert er de leerplanmakers op dat deze basiscompetentie ook voorkomt in het opleidingsprofiel Jeugd- en gehandicaptenzorg 28 en raadt hen aan ook daar rekening te houden met de KB nr. 78. 3.3.1.8 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan het voorstel van opleidingsprofiel zoals het in bijlage bij dit advies is gevoegd. 3.3.2 Initiatie bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde, Initiatie archiefkunde en Zwevende modules 3.3.2.1 Beschrijving van de voorstellen Het betreft drie voorstellen van opleidingsprofielen ter vervanging van het bestaande voorlopig modulair structuurschema Initiatie tot de bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde TSO 3: - Initiatie bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde, dat in totaal 220 lestijden omvat, gespreid over 6 modules; - Initiatie archiefkunde, dat in totaal 200 lestijden omvat, gespreid over 5 modules; - Zwevende modules bibliotheek- en archiefkunde (5 modules van 2x 40 lestijden, 1x 20 lestijden en 2x 10 lestijden). 3.3.2.2 Vormelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) Het Departement Onderwijs toetste het voorstel af aan de vormelijke criteria en formuleert daarbij een aantal bemerkingen 29. In de voorstellen van opleidingsprofielen zoals als bijlage bij dit advies gevoegd, is met deze bemerkingen rekening gehouden. De overheid wijst erop dat voor deze opleidingen een nieuw experimenteel studiegebied is aangevraagd. De raad attendeert erop dat Initiatie archiefkunde een nieuwe opleidingsbenaming is, en dat ook de Zwevende modules bibliotheek- en archiefkunde nieuw zijn. Indien de minister het advies van de raad volgt, vergt dit een aanpassing aan bijlage I van het decreet, die ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering dient te worden voorgelegd 30. 3.3.2.3 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1, 2.2 en 2.4) Op aanraden van de Entiteit Curriculum, die bij de ontwikkeling van de voorstellen werd betrokken, heeft de ontwikkelcommissie een één-op-één-relatie nagestreefd met de voor handen zijnde beroepsprofielen. Het opleidingsprofiel Initiatie bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde is afgeleid van 28 29 30 gewijzigd bij de wet van 6-4-1995 en vervangen bij de wet van 17-6-2001 Raad Levenslang en Levensbreed Leren, Advies over voorstellen van opleidingsprofielen voor het volwassenenonderwijs. 26 februari 2008. Bijlage 7. Verkeerd gebruik van het icoon diplomagerichte opleiding in de grafische voorstelling. Decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs. Art. 9. 11

het beroepsprofiel Bibliotheekmedewerker 31. Het opleidingsprofiel Initiatie archiefkunde is afgeleid van het beroepsprofiel Archiefmedewerker 32. De zwevende modules zijn gericht op het versterken van de deskundigheid in de bibliotheeken archiefsector en op het opvolgen van actuele ontwikkelingen in deze sectoren. De raad merkt op dat de SERV op dit ogenblik het beroepsprofiel van o.m. bibliotheekmedewerker herziet 33. De raad adviseert de CVO om contact te houden met het werkveld teneinde de nieuwe ontwikkelingen van nabij op te volgen. 3.3.2.4 Draagvlak (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) Het voorstel werd in consensus ontwikkeld door de zes CVO die vandaag deze opleiding aanbieden 34. Bij de adviesvoorbereiding waren, naast vertegenwoordigers van het Inrichtende machten van het onderwijs en van het GO! (leerplichtonderwijs, volwassenonderwijs), ook vertegenwoordigers van de sociale partners en van het personeel betrokken, alsook van VDAB. Er is een consensus over deze voorstellen van opleidingsprofielen. 3.3.2.5 Relatie tot andere opleidingen of onderwijsniveaus (beoordelingscrit. 6.1 en 6.2) Deze opleidingen behoren volgens het decreet volwassenenonderwijs tot het studiegebied Personenzorg. De adviesvrager wijst erop dat voor deze opleidingen alsook voor de bijhorende zwevende modules, een nieuw experimenteel studiegebied is aangevraagd. De raad ondersteunt de vraag om deze opleidingen niet langer in het studiegebied Personenzorg onder te brengen, vermits ze nauwelijks of niet verwant zijn met de opleidingen Personenzorg. De raad geeft aan dat het decreet volwassenenonderwijs de mogelijkheid biedt om, hetzij op eigen initiatief, hetzij op voordracht van de stuurgroep, experimenteel nieuwe leergebieden voor het secundair volwassenenonderwijs te erkennen. De experimenteel erkende studiegebieden worden uiterlijk na vijf jaar door het Vlaams Parlement aan het decreet volwassenenonderwijs toegevoegd of jaar na jaar opgeheven. De toevoeging of opheffing gebeurt op basis van een advies van de Vlaamse Onderwijsraad en een evaluatie uitgevoerd door een door de Vlaamse Regering samengestelde commissie 35. 3.3.2.6 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan de voorstellen van opleidingsprofielen zoals in bijlage 31 32 33 34 35 SERV, Profiel: bibliotheekmedewerker. Oktober 2002. SERV, Beroepsprofiel Archiefmedewerker. Maart 2007. Zie website SERV www.serv.be: herzieningen van de beroepsprofielen bibliotheekmedewerker, informatiebemiddelaar en informatiemanager/bibliothecaris zijn in ontwikkeling. CVO Vrije Leergangen Limburg (Genk), CVO VSPW Sint-Amandsberg, Stedelijk CVO SITE Antwerpen, CVO De Nobel, Gemeenschapsonderwijs CVO Brussel en IVO CVO GO! Sint Andries. Decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs, art. 10. 12

bij dit advies gevoegd. 3.4 Studiegebied Talen richtgraad 1&2 3.4.1 Beschrijving van de voorstellen 3.4.1.1 Europese talen groep 1- R1 Het betreft een voorstel tot uitbreiding van het bestaande opleidingsprofiel Andere talen R1 met Noors en Roemeens. De raad stelt eveneens een andere benaming voor het opleidingsprofiel voor en licht zijn keuze hieronder nader toe. 3.4.1.2 Europese talen groep 2 R1 Het betreft een voorstel tot uitbreiding van het bestaande opleidingsprofiel Grieks Pools Russisch Turks R1 met Bulgaars, Fins, Hongaars, Servisch-Kroatisch en Tsjechisch. Deze uitbreiding noopt tot een andere, meer geschikte benaming voor het betreffende opleidingsprofiel waarin de nieuwe taalopleidingen worden ingepast. De raad licht zijn keuze voor de nieuwe benaming van dit opleidingsprofiel hieronder nader toe. 3.4.2 Opportuniteitstoets De raad toetste de opportuniteit van de voorgestelde bijkomende taalopleidingen af aan het beoordelingskader dat de minister, in opvolging van een eerder advies van de Vlor 36, hiervoor goedkeurde en dat als bijlage bij dit advies is gevoegd 37. De raad formuleert hierbij volgende bedenkingen: - Roemeens, Bulgaars, Fins, Hongaars en Tsjechisch zijn officiële talen van de Europese Unie; de raad adviseert dat, eens de OP Europese talen groep 1 en Europese talen groep 2 zijn goedgekeurd, de centra de mogelijkheid zouden krijgen deze bijkomende taalopleidingen te programmeren; - Over de opportuniteit van een aanbod Servisch-Kroatisch in het volwassenenonderwijs, bracht de raad eerder al een gunstig advies uit 38 ; bovendien is Kroatië nu ook een kandidaat-lidstaat van de Europese Unie en wordt deze taal al geruime tijd via contractonderwijs aangeboden; de raad adviseert dat, eens het OP Europese talen groep 2 is goedgekeurd, de centra de mogelijkheid zouden krijgen deze bijkomende taalopleiding te programmeren; - Noors is noch een officiële taal van de EU noch van de kandidaat-lidstaten; de raad wijst erop dat naast de goedkeuring van dit opleidingsprofiel, bijkomende programmatiecriteria dienen vervuld te zijn opdat een centrum deze opleiding zou kunnen programmeren 39. 36 37 38 39 Raad Levenslang en Levensbreed Leren, Advies over een beoordelingskader voor de aanvraag van nieuwe taalopleidingen. 24 april 2007. Zie bijlage 2 bij dit advies. Raad Levenslang en Levensbreed Leren, Advies over de programmatie in het onderwijs voor sociale promotie voor het schooljaar 2006-2007. Zie bijlage 3, punt 1.3: drie bijkomende en opeenvolgende voorwaarden dienen te zijn vervuld, namelijk a) dat een sector of een bedrijf te kennen geeft dat het nood heeft aan die taal en b) dat deze taal in een eerste fase door een CVO wordt aangeboden onder de vorm van contractonderwijs en 13

3.4.3 Beoordeling opleidingsprofielen De raad beoordeelde de voor advies voorgelegde opleidingsprofielen aan de hand van de criteria die hij daartoe goedkeurde en die eveneens in bijlage bij dit advies zijn gevoegd. 3.4.3.1 Wettelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) 3.4.3.1.1 Toets vormelijke criteria Het Departement Onderwijs stelde vast dat de voorstellen voldoen aan de wettelijke voorwaarden van art. 24 van het decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007. Het Departement ging ook na of het voorstel aan alle elementen van het opgelegde format voldoet, en merkt daarbij op dat de bijlage die door de ontwikkelcommissie bij het voorstel van OP is gevoegd, geen voorwerp kan uitmaken van bekrachtiging door de Vlaamse Regering. De Vlor wijst erop dat in de bestaande opleidingsprofielen van de studiegebieden Talen richtgraad 1&2 en Talen richtgraad 3&4 een soortgelijke bijlage integraal deel uitmaakt van de OP. De Vlor neemt er nota van dat deze bijlage geen voorwerp uitmaakt van goedkeuring door de Vlaamse Regering. Hij stelt dan ook voor om, naar analogie met alle andere studiegebieden van het VO, het OP te beperken tot de elementen die volgens het format vereist zijn. De Vlor stelt voor om de bijlage bij wijze van servicedocument op de website van de Entiteit Curriculum te plaatsen samen met de goedgekeurde OP. Volledigheidshalve voegt de Vlor deze servicedocumenten ook als bijlage bij dit advies toe 40. 3.4.3.1.2 Vakkenconcordanties De Vlor attendeert erop dat, in afwachting van de nieuwe personeelsregelgeving die het decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 voorziet, de toevoeging van nieuwe talen aan het reguliere aanbod van het volwassenenonderwijs alsnog een aanpassing vergt van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1/12/2000 houdende de vaststelling van de vakken en de indeling van de vakken in AV, TV en PV in het secundair OSP, met name de toevoeging van AV Roemeens, AV Noors, AV Bulgaars, AV Fins, AV Hongaars, AV Tsjechisch en AV Servisch-Kroatisch. De Vlor vermoedt dat er om dezelfde reden ook nog een aanpassing nodig is van het Besluit van de Vlaamse Regering van 9/02/2001 betreffende de bekwaamheidsbewijzen en de prestatie- en bezoldigingsregeling voor de personeelsleden van de CVO. 3.4.3.2 Instapvereisten (beoordelingscriteria 4.1, 4.2 en 4.3) In de bestaande opleidingsprofielen andere talen richtgraad 1 is het gealfabetiseerd zijn in het Latijns schrift een uitdrukkelijke instapvereiste voor de aanvangsmodule van het traject. Omdat dit geen decretale instapvereiste is, en omdat het decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 niet toelaat bijkomende instapvereisten op het niveau van de opleidingsprofielen te formuleren, werd deze instapvereiste geschrapt. Dit betekent dat de centra cursisten die 40 c) dat de taalopleiding die gedurende meerdere jaren in de vorm van contractonderwijs is aangeboden, bewezen heeft een min of meer constant aantal cursisten aan te trekken. Zie bijlagen 14 en 15. 14

(nog) niet gealfabetiseerd zijn in het Latijns schrift alleen maar kunnen aanraden eerst de module Latijns schrift te volgen. 3.4.3.3 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1 en 2.2) Op basis van de expertise van de taalkundigen die bij de ontwikkeling van de voorstellen waren betrokken, onderschrijft de raad het voorstel om de nieuwe taalopleidingen in te passen in de bestaande OP: - Noors en Roemeens passen binnen het bestaande opleidingsprofiel Andere Talen R1. Noors is een Germaanse taal waarvan de moeilijkheidsgraad vergelijkbaar is met die van het Zweeds; Roemeens is een Romaanse taal waarvan de moeilijkheidsgraad niet hoger is dan die van andere Romaanse talen; - Bulgaars, Fins, Hongaars, Servisch-Kroatisch en Tsjechisch kunnen worden ingepast in het bestaande opleidingsprofiel Grieks Pools Russisch Turks R1 : Bulgaars, Servisch en Tsjechisch zijn Slavische talen die het cyrillisch schrift gebruiken, zoals het Russisch; Fins en Hongaars zijn linguïstisch met elkaar verwant en zijn eveneens verwant met het Turks. 3.4.3.4 De benaming van de opleidingsprofielen (beoordelingscriteria 3.1, 3.2 en 3.3) In de goedgekeurde opleidingsprofielen talen onderscheidt men vandaag in het volwassenenonderwijs naast Hebreeuws en Latijns schrift drie grote groepen: een OP andere talen, een OP Grieks Pools Russisch Turks en een OP Arabisch Chinees Japans. Het betreft telkens een groepering (verzamelnaam) van opleidingsprofielen op basis van de moeilijkheidsgraad van de daarin ondergebrachte talen. De toevoeging van nieuwe taalopleidingen aan het goedgekeurde opleidingsprofiel GPRT R1 noopt alleszins tot een wijziging in de benaming van het opleidingsprofiel GPRT. De raad stelt voor om twee nieuwe algemene benamingen in te voeren, namelijk - Europese talen groep 1, ter vervanging van de bestaande benaming Andere Talen ; - Europese talen groep 2, ter vervanging van de bestaande benaming GPRT. De nieuwe verzamelbenamingen hebben als voordeel dat de benaming van het OP niet meer hoeft te wijzigen bij elke nieuwe taal die eventueel nog wordt toegevoegd. Omdat er voor de groep ACJ niet onmiddellijk uitbreiding aan de orde is, stelt de raad voor om deze groepsbenaming te behouden. 3.4.3.5 Mogelijke gevolgen voor andere opleidingen (beoordelingscriterium 6.1) De toevoeging van nieuwe talen aan de bestaande opleidingsprofielen R1 brengt een aantal bijkomende vragen met zich mee: - Is het wenselijk om de nieuwe benamingen van opleidingsprofielen door te trekken - Voor GPRT ( Europese talen groep 2), tot en met R2? - Voor Andere talen ( Europese talen groep 1), tot en met R4? - Voor Andere talen ( Europese talen groep 1), ook voor de opleidingen professioneel bedrijfsgericht, professioneel gids/reisleider en professioneel juridisch? 15

- Is het wenselijk om de nieuwe toegevoegde taalopleidingen door te trekken - Voor GPRT ( Europese talen groep 2), tot en met R2? - Voor Andere talen ( Europese talen groep 1), tot en met R4? - Voor Andere talen ( Europese talen groep 1), ook voor de opleidingen professioneel bedrijfsgericht, professioneel gids/reisleider en professioneel juridisch? Omwille van de transparantie van de opleidingenstructuur talen in het volwassenenonderwijs, acht de raad het aangewezen om zowel de nieuwe benamingen van de OP door te trekken, als om de hierboven vermelde opleidingsprofielen uit te breiden met dezelfde nieuwe talen. De raad is er zich van bewust dat niet alle taalopleidingen waarvoor opleidingsprofielen zijn uitgewerkt, ook effectief door de centra worden aangeboden 41. De opleidingsprofielen talen vormen veeleer een virtuele verzameling van mogelijk taalaanbod. Concrete programmatie-initiatieven vanwege de centra dienen hoe dan ook voor goedkeuring aan de Vlaamse Regering te worden voorgelegd, zodat deze kan toezien op een rationele spreiding van nieuw aanbod. De raad stelt voor dat, indien de minister dit advies volgt, in overleg met de decretale stuurgroep onderzocht wordt binnen welke termijn ook deze andere opleidingsprofielen kunnen aangepast worden. 3.4.3.6 Het draagvlak voor de voorstellen (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) De CVO met interesse om in de toekomst de nieuwe talen aan te bieden werden uitgenodigd om deel te nemen aan de ontwikkeling van de opleidingsprofielen. Tevens werden hogescholen met een aanbod in (één van) deze talen aangeschreven om docenten af te vaardigen en om zo hun expertise met de vertegenwoordigers van het volwassenenonderwijs te delen. De ontwikkelcommissie bereikte een consensus over de voorstellen. Bij de advisering de voorstellen waren gemandateerden van de inrichtende machten van het volwassenenonderwijs en van het GO! betrokken, alsook vertegenwoordigers van VDAB en CEVORA. 3.4.3.7 Verkorte of verlengde trajecten (beoordelingscriteria 7.1 en 7.2) Op basis van het antwoord dat de raad van de minister mocht ontvangen over zijn advies van 26 februari 2008 over voorstellen van opleidingsprofielen 42, gaat de raad ervan uit dat de verkorte trajecten voor de groep andere talen R1 en R2 ook de facto mogelijk zullen zijn voor de nieuwe taalopleidingen die aan deze groep worden toegevoegd (m.a.w. voor alle talen die zich situeren onder het OP Europese talen groep 1 ). De raad gaat er eveneens van uit dat de verkorte trajecten GPRT R2 die de minister op het oog heeft, de facto ook mogelijk zullen zijn voor de nieuwe taalopleidingen die aan deze groep worden toegevoegd (m.a.w. voor alle talen die zich situeren binnen het OP Europese talen groep 2 ). De raad wijst erop dat het hier voornamelijk gaat om een virtuele mogelijkheid om, specifiek voor voldoende grote groepen van hooggeschoolden, een bepaald traject in minder lestijden te kunnen aanbieden. 41 42 Evaluatierapport van de onderwijsinspectie over de opleidingsprofielen talen in het volwassenenonderwijs. Blz. 15. Brief van de minister d.d. 16/01/2009. 16

De raad vraagt dat de centra voor bepaalde talen ook verlengde trajecten zouden kunnen aanbieden, meer bepaald voor - Frans en Engels: de raad baseert zich voor deze vraag o.m. op het evaluatierapport van de inspectie 43 en denkt in het bijzonder aan de potentiële doelgroep die in de basiseducatie een opstapcursus Frans of Engels heeft gevolgd; - Duits en Spaans: de raad wil de centra in staat stellen om ook aan tragerlerenden die om sociale en/of professionele motieven deze talen willen/moeten leren, een haalbaar traject aan te bieden. 3.4.3.8 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan de voorstellen van opleidingsprofielen zoals in bijlage bij dit advies gevoegd. De raad attendeert erop dat,indien de minister het advies van de raad volgt, de nieuwe opleidingsbenamingen van de talen die worden goedgekeurd, ook aan bijlage I van het decreet dienen te worden toegevoegd bij Besluit van de Vlaamse Regering 44. 4 Advies over de voorstellen voor het hoger beroepsonderwijs 4.1 Studiegebied Gezondheidszorg: Kaderopleidingen nursing 4.1.1 Beschrijving van de voorstellen Het betreft drie voorstellen van opleidingsprofielen ter vervanging van de bestaande en gelijknamige lineaire opleidingen in het HBO: - Kaderopleiding nursing voor gegradueerde/bachelor verpleegkunde of vroedkunde: algemene verzorgingsinstellingen; het voorstel van opleidingsprofiel omvat in totaal 900 lestijden en leidt tot het diploma van gegradueerde van het HBO; - Kaderopleiding nursing voor gegradueerde/bachelor verpleegkunde: psychiatrie en geestelijke gezondheidszorg; het voorstel van opleidingsprofiel omvat in totaal 900 lestijden en leidt tot het diploma van gegradueerde van het HBO; - Kaderopleiding nursing voor gegradueerde/bachelor verpleegkunde: geriatrie en ouderenzorg. Het voorstel van opleidingsprofiel omvat in totaal 900 lestijden en leidt tot het diploma van gegradueerde van het HBO. 4.1.2 Vormelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) Het Departement Onderwijs toetste het voorstel af aan de vormelijke criteria en formuleert daarbij een aantal bemerkingen 45. In de voorstellen van opleidingsprofielen zoals als bijlage bij dit advies gevoegd, is met deze bemerkingen rekening gehouden. 43 44 45 Evaluatierapport van de onderwijsinspectie over de opleidingsprofielen talen in het volwassenenonderwijs. Blz. 21. Decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs, art. 9. De vakkenconcordanties die in het voorstel van OP zijn opgenomen, zijn zonder voorwerp voor het HBO; de formulering van de certificering dient aangepast (diploma van gegradueerde). 17

4.1.3 Referentiekaders (beoordelingscriteria 2.1, 2.2 en 2.4) Twee Koninklijk besluiten vormen de basis van deze opleidingsprofielen: het K.B. van 14 augustus 1987 46, dat de organisatorische normen in ziekenhuizen en psychiatrische voorzieningen vastlegt en het K.B. van 13 juli 2006 47, dat de taken van de hoofdverpleegkundige vastlegt. Vermits dit federale regelgeving is, heeft de SERV hiervoor uiteraard geen beroepsprofielen ontwikkeld. Vermits deze opleiding behoort tot het HBO toetste de raad het voorstel ook af aan de Dublin-descriptoren. De raad is van oordeel dat de relevante referentiekaders werden gehanteerd conform de Intentieverklaring over de referentiekaders voor de opleidingsprofielen in het volwassenenonderwijs 48 en dat het voorstel daar in voldoende mate mee spoort. De opleidingen zijn gericht op verpleegkundigen die een leidinggevende functie willen uitoefenen op een verpleegafdeling van een algemene verzorgingsvoorziening in de geriatrie of in een psychiatrische afdeling. Leidinggevend wordt ruim ingevuld: niet enkel hoofdverpleegkundigen, maar ook adjunct-hoofdverpleegkundigen, teamverantwoordelijken en projectverantwoordelijken behoren tot de doelgroep van deze opleiding. 4.1.4 Maatschappelijke tendensen (beoordelingscriteria 3.1, 3.2 en 3.3) De voorgestelde opleidingsprofielen spelen in op een aantal maatschappelijke tendensen zoals aandacht voor patiëntenrechten en het bespreekbaar maken van ethische reflectie. 4.1.5 Instapvereisten Twee modules van het traject zijn sequentieel, alle andere modules zijn instapvrij, d.w.z. dat er, naast de decretale toelatingsvoorwaarden voor het HBO, geen bijkomende instapvereisten worden opgelegd. Cursisten die over een diploma in de verpleegkunde beschikken (vierde graad beroepssecundair onderwijs), dienen een aanbeveling van hun leidinggevende voor te leggen. 4.1.6 Draagvlak (beoordelingscriteria 5.1, 5.2 en 5.3) De voorstellen zijn ontwikkeld door de enige aanbieder van deze opleiding 49. Bij de adviesvoorbereiding waren, naast vertegenwoordigers van de Inrichtende machten van het onderwijs en van het GO! (leerplichtonderwijs, volwassenenonderwijs), ook 46 47 48 49 Koninklijk besluit van 14 augustus 1987 tot wijziging van het Koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd (B.S. 25 augustus 1987) Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 17bis van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, voor wat de functie van hoofdverpleegkundige betreft (B.S. 28 augustus 2006) Intentieverklaring over de referentiekaders voor de opleidingsprofielen in het volwassenenonderwijs. 15 juli 2008. Deze intentieverklaring werd afgesloten tussen de Minister van Onderwijs en vorming, de pedagogische begeleidingsdiensten van de koepels en van het GO! en het VOCVO. Lethas CVO Ganshoren 18

vertegenwoordigers van de sociale partners betrokken, alsook van VIVO (Vlaams Instituut voor vorming en opleiding in de social profit), VDAB en van de hogescholen. Er is een consensus over deze voorstellen van opleidingsprofielen. 4.1.7 Relatie tot andere opleidingen of onderwijsniveaus (beoordelingscrit. 6.1 en 6.2) De drie voorstellen van opleidingsprofielen zijn volledig volgens één en hetzelfde stramien opgebouwd. Alle modules en alle bijhorende basiscompetenties zijn gemeenschappelijk. Op leerplanniveau zullen de basiscompetenties verder ingevuld worden in functie van de doelgroep, de context en/of de werkomgeving waarin de betrokken cursisten functioneren. Deze voorstellen hebben geen gevolgen voor andere opleidingen. Een gelijkaardige opleiding is de bachelor in het zorgmanagement, een professionele bacholor-na-bacheloropleiding die door de hogescholen wordt aangeboden. Ook deze opleiding focust op het verwerven van managementvaardigheden gericht op leidinggevende functies in ziekenhuizen, verplegings- en verzorgingsvoorzieningen. De instapvereisten zijn evenwel verschillend. Voor de Ba-na-ba-opleiding is de instapvereiste dat men in het bezit is van een bachelordiploma verpleegkunde of vroedkunde. Voor de Kaderopleidingen nursing van het HBO gelden andere instapvereisten (zie hierboven onder punt 4.1.5). Er zijn m.a.w. twee mogelijke leerwegen naar dezelfde finaliteit. 4.1.8 Besluit De raad geeft een gunstig advies aan de voorstellen van opleidingsprofiel zoals ze in bijlage bij dit advies zijn gevoegd. 4.2 Studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde 4.2.1 Bank, beurs en financiën 4.2.1.1 Beschrijving van het voorstel Het betreft een voorstel van opleidingsprofiel ter vervanging van het bestaande modulair structuurschema Bank, beurs en financiën. De opleiding Bank, beurs en financiën behoort tot het studiegebied Handelswetenschappen en bedrijfskunde van het hoger beroepsonderwijs. De opleiding omvat 1340 lestijden en leidt tot het diploma van gegradueerde van het hoger beroepsonderwijs. 4.2.1.2 Vormelijke vereisten (beoordelingscriteria 1.1 en 1.2) Het Departement Onderwijs toetste het voorstel af aan de vormelijke criteria en formuleert daarbij een aantal bemerkingen 50. In het voorstel van opleidingsprofiel zoals het als bijlage bij dit advies is gevoegd, is met deze bemerkingen rekening gehouden. 50 Er werd met name geen gebruik gemaakt van de sjabloon zoals ter beschikking gesteld via de website van de Entiteit Curriculum; de vakkenconcordanties die in het voorstel van OP zijn opgenomen, zijn zonder voorwerp voor het HBO; de formulering van de certificering dient aangepast (diploma van gegradueerde). 19