Archeologisch booronderzoek ten behoeve van het plangebied Groeneweg 3 te Kollumerpomp, gemeente Kollumerland (FR)

Vergelijkbare documenten
Archeologisch booronderzoek Burgemeester De la Saussaye Briëtweg, De Wijk, gemeente De Wolden

30 sept OU

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Archeologisch booronderzoek Ommerweg 65-67, Zuidwolde, gemeente De Wolden (DR)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch booronderzoek Eefselerweg 13a te Lievelde, gemeente Oost Gelre (GLD)

Archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van boringen bij Groot Bronswijk, Wagenborgen, gemeente Delfzijl (Gr.)

Archeologisch booronderzoek Winschoterweg 11 te Groningen (GN)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch bureau- en booronderzoek Natuurbegraafplaats Nieuwehorne bij Heerenveen, gemeente Heerenveen (FR)

Archeologisch booronderzoek Friesestraatweg 145 te Groningen, gemeente Groningen (GR)

Archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van bureau- en booronderzoek aan de Heemselerweg te Mariënvelde, gemeente Oost Gelre (Gld)

Archeologisch bureau- en booronderzoek Reestdal nabij de Paardelanden te Dedemsvaart, gemeente Hardenberg (OV)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

RAPPORT A I Archeologisch onderzoek aan de Graafweg 2c te Lopik, gemeente Lopik

Bijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

4 Archeologisch onderzoek

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop

Archeologisch verkennend booronderzoek aan Klokbekerweg 7 te Lelystad, gemeente Lelystad (FL)

Plan van Aanpak. PvA A I / Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) 1

Archeologische Quickscan

Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout

RAPPORT A I Archeologisch onderzoek aan de Loostraat 20 te Aerdt (gemeente Rijnwaarden)

memo Locatiegegevens: Inleiding

Archeologisch booronderzoek in het tracé van het fietspad bij De Verbetering te Hoogkerk, gemeente Groningen (GR)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch bureau- en inventariserend veldonderzoek Vakantiepark Boomhiemke, Jan Roepespad 4 te Hollum, gemeente Ameland (FR)

Archeologisch bureau- en booronderzoek ter plaatse van RCN De Potten te Sneek, gemeente Sneek (FR)

Bijlagen. Bijlage 1: Profielbeschrijvingen

Ruimtelijke onderbouwing archeologie Vijf Akkers-Noord, Moordrecht (gemeente Zuidplas). Notitie TML554

Archeologisch onderzoek te Macharen Kerkstraat

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Advies Bouwlocatie Oranjestraat te Tubbergen, gem. Tubbergen

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

Archeologisch bureau-en booronderzoek Zuiderzeestraatweg te Hattemerbroek, gemeente Oldebroek

Archeologisch onderzoek De Berghorst te Enter Noord

-Rapporten. Een archeologisch inventariserend veldonderzoek door middel van boringen aan de Glanerbruggeweg 75 te Enschede (O) ARC-Rapporten

Bureau voor Archeologie Rapport 273

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Een archeologisch veldonderzoek door middel van megaboringen in het Natuurvriendenterrein aan de Roeghoornweg te Norg, gemeente Noordenveld (Dr.

Quickscan Inleiding Resultaten quickscan

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Quickscan Archeologie. Forellenvisvijvers De Huif Aan de Uilenweg 2 Lelystad, gemeente Lelystad

Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand

Archeologisch booronderzoek voor het plangebied Utrechtseweg 82 te Zeist. K oen Hebinck

Quickscan Archeologie Plangebied Toekomstig Tankstation Hengelosestraat (ong.) te Haaksbergen

6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4478 Plangebied Noorderweg 27 te Noordwijk 3750 voor Chr. Gemeente Marum Archeologisch vooronderzoek: een verkennend veldo

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Rapportage Verkennend Booronderzoek Archeologie Plangebied Hoek Kerkweg/Veluwelaan te Wezep, gemeente Oldebroek

Mts. Slingerland-Van Beijnum Middenpolderweg LB Streefkerk

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas

Heesch - Beellandstraat

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch bureau- en booronderzoek Joussenwei te Cornjum, gemeente Leeuwarderadeel (FR)

Nieuw Delft veld 6, 8 (oostelijk deel), 9 en kademuur Nieuwe Gracht Zuid

Archeologisch booronderzoek Voorsterbos te Kraggenburg, gemeente Noordoostpolder (FL)

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Tzummarum, Buorren Gem. Franekeradeel (Frl.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /10

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch bureau- en booronderzoek aan Kerkenweg 26 te Weiteveen, gemeente Emmen (DR)

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)

BODEMINTACTHEIDSONDERZOEK ZWARTE PLAKWEG TE AMERICA GEMEENTE HORST AAN DE MAAS

Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /11Z

Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand

Bijlage 11 Archeologisch onderzoek

Dordrecht Ondergronds Waarneming 6 VEST 124, GEMEENTE DORDRECHT

Figuur 1. Resultaten onderzoek geprojecteerd op het Actueel Hoggtebestand Nederland (AHN).

Quickscan Archeologie Plangebied Badweg 1 te Winterswijk

Plan van Aanpak ten behoeve van het verkennend inventariserend booronderzoek tussen de Vennenweg en N362 te Farmsum, gemeente Delfzijl (GR)

Bureau voor Archeologie Rapport 205. Hoefweg, Bleiswijk, gemeente Lansingerland: een booronderzoek

Bureau voor Archeologie Rapport De Duynkant, Castricum, gemeente Castricum: booronderzoek

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Hoofdweg 39 te Slochteren (gemeente Slochteren) Een Archeologisch Bureauonderzoek

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland

Archeologie en cultuurhistorie Strijpsche Kampen

Archeologisch onderzoek t Zand Noord

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

Een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van een bureauonderzoek en boringen op de locatie Oude Meerdijk te Emmen (Dr.

Herstructurerings- en ontwikkelingsplan Burdaard Gemeente Ferwerderadiel Archeologisch vooronderzoek: een inventariserend veldonderzoek

Waterberging Ackerdijksepolder in Pijnacker (gemeente Pijnacker-Nootdorp)

Hierbij zenden wij u de rapportage betreffende een project aan het Oppad te Oud-Loosdrecht.

Plangebied Visvijvers te Gendt

Veldrapport betreffende grondonderzoek ten behoeve van: project aan de Aubade en de Vurehout te Zaandam. Opdrachtnr. : HA /

RAAP-NOTITIE Plangebied Burloseweg Gemeente Winterswijk Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek

Archeologisch bureaubooronderzoek. (ongenummerd) te Hattemerbroek, gemeente Oldebroek (GLD)

Transcriptie:

Archeologisch booronderzoek ten behoeve van het plangebied Groeneweg 3 te Kollumerpomp, gemeente Kollumerland (FR)

23 mei 213 MUG-projectnummer 92115613 Opdrachtgever Hamaland Advies MUG-publicatie 213-12 Bevoegd gezag gemeente Kollumerland Beheer en plaats documentatie MUG Ingenieursbureau b.v. Onderzoekmeldingsnummer 55567 Tekst mevrouw T.N. Krol MA en de heer drs. E.E.A. van der Kuijl Afbeeldingen de heer A.F. Huygen Status definitief Autorisatie de heer drs. B. Bijl Uitgegeven door MUG Ingenieursbureau b.v. Postbus 136 935 AC LEEK Datum 23 mei 213 ISSN 1875-5313

23 mei 213 INHOUDSOPGAVE Samenvatting 1 1 Inleiding 2 1.1 Algemeen 2 1.2 Ligging van het onderzoeksgebied 2 1.3 Bekende archeologische gegevens/samenvatting bureauonderzoek 3 1.4 Doel van het onderzoek 4 1.5 Werkwijze 4 2 Resultaten 6 2.1 Algemeen 6 2.2 Bodemopbouw 6 2.2.1 Vondsten 8 3 Conclusie en aanbeveling 9 3.1 Conclusie 9 3.2 Aanbeveling 9 Literatuurlijst 11 BIJLAGEN Bijlage 1 Boorstaten Bijlage 2 Overzicht van de onderzoekslocatie, boorpuntenkaart

23 mei 213 pagina 1 van 11 Samenvatting De aanleiding voor het onderzoek wordt gevormd door de toekomstige herinrichting van de onderzoekslocatie. Het betreft een locatie in het buitengebied waar een viertal recreatiewoningen en een bedrijfswoning zullen worden gebouwd. Omdat deze plannen met bodemverstorende ingrepen gepaard gaan, is er conform de Wet op de archeologische monumentenzorg een archeologisch vooronderzoek noodzakelijk. Hamaland Advies heeft MUG Ingenieursbureau b.v., afdeling Archeologie, opdracht gegeven het archeologisch onderzoek uit te voeren. Het archeologisch onderzoek bestaat uit een veldonderzoek door middel van boringen. Voorafgaand aan het onderhavige onderzoek is er een bureauonderzoek uitgevoerd door Hamaland Advies (Van der Kuijl, 213). Het onderhavige onderzoek is gebaseerd op de aanbevelingen uit het bureauonderzoek. Onder een 55 cm dikke subrecente ophogingslaag, waarschijnlijk teruggestort na het gedeeltelijk afgraven van de Kollumer Terp (Torpmacluft West), is in het plangebied de oorspronkelijke terp(zool) aangetroffen. Ter plaatse van de bestaande te slopen boerderij en bijgebouwen is deze waarschijnlijk verstoord door de bouwwerkzaamheden uit het verleden. Tot hoe diep deze verstoringen reiken is niet bekend, omdat er geen mogelijkheden waren om dit te controleren met handboringen. Buiten de bestaande bebouwing, ter plaatse van de toekomstige recreatiewoningen, dient dus rekening te worden gehouden met de restanten van de in het onderzoeksgebied aangetroffen terpzool die zich uitstrekt tot aan het centrale deel van het plangebied. Sporen van de voormalige bebouwing van de terp zijn niet aangetroffen maar kunnen vooralsnog niet uitgesloten worden. Een booronderzoek kan hierover in onvoldoende mate uitsluitsel bieden. Een proefsleuvenonderzoek wel. Om vervolgonderzoek te vermijden dienen de geplande bodemingrepen zich te beperken tot de bovenste 5 cm-mv. Indien diepere bodemingrepen gepland zijn, dan dient vervolgonderzoek plaats te vinden om te voorkomen dat archeologische resten verloren gaan. Indien ervoor gekozen wordt om de grond vooraf op te hogen en eventueel beperkt af te graven tot maximaal 5 cm-mv dan worden de archeologische resten in voldoende mate (in situ) beschermd. Het slopen van de bestaande bebouwing zal onder archeologische begeleiding plaats moeten vinden, indien hierbij tot onder 5 cm-mv de bodem zal worden verstoord om te voorkomen dat de terpzool en bijbehorende sporen en structuren verder beschadigd worden. Op grond van bovenstaande onderzoeksresultaten bevelen wij bij bodemingrepen dieper dan 5 cm-mv, voorafgaand aan de werkzaamheden, aan een proefsleuvenonderzoek uit te voeren. Indien bij de sloop van de bestaande bebouwing de bodem dieper verstoord wordt dan 5 cm-mv bevelen wij aan de sloop onder archeologische begeleiding uit te voeren. Tijdens het proefsleuvenonderzoek wordt een klein deel van het terrein ontgraven om vast te stellen of er daadwerkelijk sprake is van een archeologische vindplaats. Voor het proefsleuvenonderzoek is een door het bevoegd gezag goedgekeurd Programma van Eisen noodzakelijk, voor de archeologisch begeleiding eveneens. Het onderzoek dient uitgevoerd te worden door een daartoe gecertificeerd bedrijf. Tenslotte dient te allen tijde bij het afgeven van een omgevingsvergunning de wettelijke meldingsplicht (ex artikel 53 Monumentenwet 1988) kenbaar te worden gemaakt, om het documenteren van toevalsvondsten te garanderen: Degene die anders dan bij het doen van opgravingen een zaak vindt waarvan hij weet dan wel redelijkerwijs moet vermoeden dat het een monument is (in roerende of onroerende zin), meldt die zaak zo spoedig mogelijk bij onze minister. Deze aangifte dient te gebeuren bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Amersfoort. De initiatiefnemer heeft na indiening van het conceptrapport laten weten dat zij samen met de architect besloten hebben om een andere constructie qua fundering toe te passen om geen archeologische waarden te hoeven verstoren. Het wordt een drijvende plaat. Er wordt dus geen gebruik meer gemaakt van palen. De bodemingrepen zullen niet dieper reiken dan 5 cm. De resultaten en aanbevelingen uit dit booronderzoek zijn beoordeeld door het bevoegd gezag, gemeente Kollumerland, namens deze mevrouw S. de Bruijn (Provincie Fryslân).

23 mei 213 pagina 2 van 11 1 Inleiding 1.1 Algemeen De aanleiding voor het onderzoek wordt gevormd door de toekomstige herinrichting van de onderzoekslocatie. Het betreft een locatie in het buitengebied waar een viertal recreatiewoningen en een bedrijfswoning planologisch gepland staan. Omdat deze plannen met bodemverstorende ingrepen gepaard gaan, is er conform de Wet op de archeologische monumentenzorg een archeologisch vooronderzoek noodzakelijk. Hamaland Advies heeft MUG Ingenieursbureau b.v., afdeling Archeologie, opdracht gegeven het archeologisch onderzoek uit te voeren. Het archeologisch onderzoek bestaat uit een veldonderzoek door middel van boringen. Voorafgaand aan het onderhavige onderzoek is er een bureauonderzoek uitgevoerd door Hamaland Advies (Van der Kuijl, 213). Het onderhavige onderzoek is gebaseerd op de aanbevelingen uit het bureauonderzoek. Het archeologisch onderzoek is uitgevoerd conform de eisen van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 3.2 en richtlijnen uit de Friese Archeologische Monumentenkaart Extra (FAMKE). Tabel 1.1 Overzicht van de objectgegevens Objectgegevens Provincie Fryslân Gemeente Kollumerland Plaats Kollumerpomp Toponiem Groeneweg 3 Kaartblad 6E Coördinaten 26764/5993 NW 26826/59917NO 2685/5982 ZO 26762/59848 ZW Grondsoort klei Geomorfologie terp/oeverwal 1.2 Ligging van het onderzoeksgebied Het onderzoeksgebied ligt aan Groeneweg 3 te Kollumerpomp en is in gebruik als agrarisch erf met bebouwing en weide (zie afbeelding 1). De totale oppervlakte is circa,5 ha. Afbeelding 1. Ligging van de onderzoekslocatie op de topografische kaart, globaal aangegeven met de cirkel (bron: Topografische Dienst Nederland)

23 mei 213 pagina 3 van 11 1.3 Bekende archeologische gegevens/samenvatting bureauonderzoek Het doel van het eerder uitgevoerde bureauonderzoek was het opstellen van een gespecificeerd verwachtingsmodel. Hieronder worden de resultaten en conclusies uit dit onderzoek samengevat. Het plangebied ligt ten westen van de historische kern van Kollumerpomp. Het landschap is ontstaan en gevormd in het holoceen. De bodem bestaat grotendeels uit klei en veenlagen. De diepere ondergrond bestaat uit dekzand, dat is afgezet onder invloed van de wind gedurende de laatste ijstijd, het weichselien (12.-1. jaar geleden). De huidige kenmerken van het landschap zijn pas ontstaan in het holoceen (vanaf 11. jaar voor heden). Na de laatste ijstijd was door het smelten van de ijskappen sprake van een zeespiegelstijging. Dit had vernatting en grootschalige veengroei tot gevolg. Door een wisselende activiteit van de zee was bewoning onmogelijk in deze periode. Er is sprake van diverse getijdenafzettingen. De basis voor het huidige Noord-Nederlandse kustlandschap werd pas in de 8 e eeuw voor Chr. gelegd. Tussen 8 en 6 voor Chr. werd op de restanten van het veengebied een kleipakket afgezet, waardoor een kweldersituatie ontstond. In de kwelders vond bewoning op terpen verhoogde woningheuvels plaats, waaronder de terp die binnen het onderzoeksgebied ligt. Tot aan de middeleeuwen had de zee via allerlei kreken invloed op het landschap, maar onder leiding van verschillende kloosterordes werden dijken aangelegd om het land te beschermen tegen de invloed van de zee. Zo werd langzaamaan het zeekleigebied ingepolderd en in gebruik genomen. Met de dijken ontwikkelden zich ook dijkdorpen, zoals Kollumerpomp, Warfstermolen en Munnekezijl. Op grond van de bestudeerde bronnen kan geconcludeerd worden dat het plangebied een hoge trefkans heeft op archeologische resten uit de periode van de ijzertijd tot en met de nieuwe tijd. Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek is het volgende gespecificeerde verwachtingsmodel opgesteld (tabel 1.2).

23 mei 213 pagina 4 van 11 Tabel 1.2 Gespecificeerde archeologische verwachting (bron: Van der Kuijl, 213) 1.4 Doel van het onderzoek Het veldonderzoek heeft als doel het verwachtingsmodel te toetsen en waar nodig aan te vullen. Daarnaast dienen de volgende vragen te worden beantwoord. Vraag 1. Is de bodemopbouw intact en hoe ziet die eruit? Vraag 2. Zijn er archeologische indicatoren aanwezig en zo ja, wat is de aard, datering en horizontale en verticale spreiding hiervan? Vraag 3. Zijn er zones met een hoge dan wel lage archeologische verwachting? Vraag 4. Komt het verwachtingsmodel overeen met de veldgegevens? Aan de hand van de gegevens van het bureauonderzoek en het booronderzoek kan worden nagegaan of in het onderzoeksgebied archeologische waarden te verwachten zijn en of de voorgenomen ingrepen een bedreiging vormen voor het archeologische bodemarchief. Indien dit het geval is, wordt geadviseerd hoe hiermee omgegaan dient te worden. 1.5 Werkwijze Om het gespecificeerde verwachtingsmodel te toetsen, wordt een inventariserend booronderzoek uitgevoerd dat bestaat uit een boorgrid van zes boringen per ha, met een minimum van zes boringen per plangebied. Om een juiste indruk van de bodemopbouw te kunnen krijgen, worden deze boringen verspreid over het terrein gezet. Omdat de omvang van de ontwikkeling circa 15 m 2 bedraagt zijn zeven boringen (zes boringen en één controleboring) gezet in het plangebied. Omdat de boringen in de stal gestuit zijn, zijn extra boringen gezet ter plaatse van het grasveld en de toekomstige boomgaard (boring 6 en 7). De boringen zijn gezet buiten de bebouwing en buiten de verharding die rond de bebouwing aanwezig is. De boringen zijn centraal in het te ontwikkelen deel van het plangebied gezet, twee stuks in noord-zuid richting en vier stuks in een doorlopende raai richting het hart van de terp. De boringen zijn doorgezet tot 25 cm in het pleistocene zand. De boringen hadden als doel de intactheid van de bodem en de aan- of afwezigheid van eventuele vindplaatsen vast te stellen. Er is gebruik gemaakt van een gutsboor met een diameter van 3 cm om de getandheid en/of gelaagdheid van antropogene lagen goed te bestuderen. De eerste 3 cm-mv zijn voorgeboord met een edelmanboor van 7 cm vanwege de grote hoeveelheid betonpuin en baksteenpuin in de bovenlaag. De boorkernen zijn verbrokkeld en versneden en gecontroleerd op aanwezigheid van

23 mei 213 pagina 5 van 11 archeologische indicatoren. De boringen zijn uitgezet met een meetlint en een meetwiel. De boringen zijn ingemeten ten opzichte van het maaiveld. De boorkernen zijn uitgelegd waarbij de verschillende bodemlagen nauwkeurig zijn beschreven en opgemeten. Bij een gutsboring is de boorkern opengesneden, waarna de bodemlagen zijn beschreven. De boorbeschrijvingen zijn volgens de Archeologische Standaard Boorbeschrijvingsmethode beschreven, die is gebaseerd op NEN 514. Tijdens het verkennend booronderzoek is aan de hand van het verbrokkelen en versnijden van de boorkernen ook gelet op de aanwezigheid van archeologische indicatoren zoals aardewerkscherven, vuursteen, bot, houtskool, fosfaat, verbrand leem en natuursteen. Naast het boren is een oppervlaktekartering uitgevoerd, waarbij ontsluitingen zoals slootkanten en molshopen zijn geïnspecteerd op het voorkomen van archeologische resten.

23 mei 213 pagina 6 van 11 2 Resultaten 2.1 Algemeen Het veldwerk is uitgevoerd op 11 februari 213 door de heer E. van der Kuijl (senior KNA-archeoloog). Het onderzoeksterrein betreft een uitbreiding van It Dreamlân. It Dreamlân is een klein natuurkampeerterrein omgeven door knotwilgen, populieren en iepen. It Dreamlân is een gezinscamping en toegankelijk voor kleine en grote tenten, caravans en campers. Er zijn geen vaste plaatsen. In het voorjaar van 212 is het kampeerterrein uitgebreid met de Kollumer Terp (Torpmacluft West). Behalve dat het kampeerterrein hiermee twee maal zo groot is geworden, is een heel divers natuurlijk terrein ontstaan met hoogteverschillen. Het grenst over de volle lengte aan het water de Dwarsreid. Het plangebied is momenteel nog bebouwd met een boerderij (Groeneweg 3) met stallen en bijgebouwen. Deze gebouwen zijn verhard met een betonvloer. De oostelijk gelegen stal is onderkelderd met een mestkelder. Een klein deel van de westelijke stal is opgenomen in de raai richting de Kollumerterp. Hier zijn twee boringen gestuit op verhardingen en kon één boor doorgezet worden tot 25 cm in het pleistocene zand. Ter plaatse van Groeneweg 3 is een viertal vakantiewoningen en een bedrijfswoning gepland. Op het perceel ligt de dubbelbestemming 'Archeologisch waardevol' waardoor bij elke bouwactiviteit (verstoringgrond door fundering) archeologisch onderzoek moet plaatsvinden. Een gebied van 5 m 2 wordt onderzocht, terwijl de maximale bodemverstoring door bodemingrepen circa 1-15 m 2 bedraagt. In het kader van de bestemmingsplanprocedure, voorafgaand aan de graafwerkzaamheden, dient een archeologisch onderzoek uitgevoerd te worden conform de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz). Het terrein heeft op de FAMKE een hoge verwachtingswaarde voor de middeleeuwen. Deze gebieden betreffen archeologische vindplaatsen, te weten terpen of terpzolen, die archeologische vondsten en sporen bevatten. Ook afgegraven terpen, waarvan de terpzool slechts nog rest, kunnen nog waardevolle diepere sporen bevatten, zoals waterputten en sloten. De precieze waarde en omvang van deze terpen of terpzolen is echter nog niet bekend. De provincie beveelt aan om bij ingrepen van meer 5 m² een waarderend booronderzoek te laten uitvoeren, waarbij duidelijk wordt wat de waarde van de bestaande vindplaats is. Op basis van de resultaten van het waarderend onderzoek kan het gebied eventueel bestempeld worden als archeologisch waardevol', waarbij geldt dat men moet streven naar het behoud ervan. 2.2 Bodemopbouw In het onderzoeksgebied zijn in totaal zeven boringen gezet. De boringen zijn beschreven in de boorstaten (zie bijlage 1) en de verdeling van de boringen over het onderzoeksgebied is weergegeven op bijlage 2 (de boorpuntenkaart). Het onderzoek werd beperkt door de vele verhardingen en de aanwezige bebouwing. Er is daar geboord waar dat mogelijk was voor handboormateriaal en zoveel mogelijk op de plaats van de toekomstige bebouwing (zie afbeelding 2 voor een visuele verduidelijking hiervan). Boring 6 en 7 zijn gezet om de randzone van de terp beter te kunnen bestuderen en de resultaten te kunnen vergelijken met boring 1, 2, 4 en 5. Ten zuiden van boring 3 heeft de initiatiefnemer aangegeven dat daar niet gegraven gaat worden en dat daar recentelijk door het waterschap graafwerkzaamheden hebben plaatsgevonden ten behoeve van de waterberging ten zuidoosten van het plangebied. De resultaten dekken het grootste deel van het plangebied, zover dit mogelijk was met handmatige boringen, waardoor ter hoogte van de verharding en bebouwing niet geboord kon worden. Het gebied dat ontwikkeld wordt is gedeeltelijk verstoord door een betonnen mestkelder. Buiten de bebouwing en verharding zijn in het bouwblok 3 boringen doorgezet tot in de ondergrond. De overige boringen zijn hier omheen verdeeld. Over de ondergrond onder de bestaande te slopen boerderij zijn geen uitspraken te doen op basis van het uitgevoerde handmatige booronderzoek.

23 mei 213 pagina 7 van 11 Afbeelding 2. Schetsmatige ligging van de boorpunten en de aangetroffen verhardingen in en rondom de bestaande te slopen boerderij. Paars cirkel: bebouwing. Geel vierkant: betonnen mestkelder, circa 2 m diep. Donkerblauwe arcering: erfverharding en betonnen vloeren in de boerderij. Boring 3 en 4 konden worden gezet in een gedeelte van de schuur waar het beton gebroken was, deels afwezig was. Deze boringen staan daardoor niet geheel in lijn met boring 1 en 2 die in het gras gezet zijn richting de terp (door E. van der Kuijl; ondergrond Google Maps). Uit de boringen blijkt dat de Kollumerterp groter is geweest dan visueel waarneembaar is, aan de hand van het hoogteverschil. In de oostelijke randzone, waarvan het plangebied deel uitmaakt, is de oorspronkelijke terpzool aangetroffen die in oostelijke richting uitwigt. De globale bodemopbouw is als volgt: - -1 cm graszode; - 1-55 cm donkerbruine iets humeuze klei vermengd met grijs fijn zand en baksteen- en betonpuin, opgebracht zavel; - 55-8 cm bruingrijs iets humeuze, iets zandige klei met fosfaatvlekken en fijn zacht baksteenpuin; - 8-13 cm venige donkerbruine klei vermengd met grijze kleiblokjes; - 13-155 cm lichtbruin tot geel fijn, iets siltig zand: C-horizont. De dikte van de terplaag bedraagt in boring 1 (grenzend aan de terp) 75 cm en in boring 4 (meest oostelijke boring) nog 45 cm. Onder de terpophoging die bestaat uit bruingrijze sterk fosfaathoudende en puinhoudende klei bevindt zich een dunne band donkerbruine venige klei/venig zand die scherp overgaat in lichtbruin tot geel pleistoceen zand, de natuurlijke ondergrond.

23 mei 213 pagina 8 van 11 In boring 6 is een bruine zandige laag aangetroffen. Dezelfde laag is aangetroffen in boring 1, 2 en 3 waar het hoofdbestanddeel uit klei bestond. In boring 6 is het hoofdbestanddeel zand. In de donkerbruine zandlaag ontbreken archeologische indicatoren. De samenstelling van de laag en de morfologie lijken overeen te komen met de zandige archeologische laag die door RAAP even ten oosten van het plangebied op het dekzand is aangetroffen (RAAP-rapport 983), echter ontbreekt in boring 6 de kenmerkende fosfaatrijke en houtskoolrijke (en leem) afgetopte terplaag, die wel in boring 1, 2, 3 en 7 van onderhavig onderzoek zijn aangetroffen. Het feit dat het een venige zandlaag betreft duidt erop dat het boorpunt op de flank van de dekzandopduiking gesitueerd is. Deze laag kan mogelijk als podzol B-horizont worden geïnterpreteerd. Ter plaatse van boring 7 is een sterk afwijkende bodemopbouw aangetroffen. Hier bevindt zich onder de 55 cm dikke subrecent opgebracht puinhouden kleilaag een 135 cm dik pakket van bruingrijze iets zandige klei vermengd met kleibrokjes, fosfaat en kleine baksteenbrokjes. De top van het pleistocene zand bevindt zich hier op een diepte van 195 cm-mv. Dit duidt erop dat de terp(zool) ook in noordelijke richting nog aanwezig is. 2.2.1 Vondsten Tijdens het versnijden en verbrokkelen van de afzonderlijke boorkernen is geen dateerbaar vondstmateriaal aangetroffen. In alle boringen is nauwelijks houtskool aanwezig maar wel veel fosfaat en klein baksteengruis afkomstig van zacht gebakken handgevormde baksteen. Tijdens de oppervlaktekartering zijn geen vondsten aangetroffen.

23 mei 213 pagina 9 van 11 3 Conclusie en aanbeveling 3.1 Conclusie Onder een 55 cm dikke subrecente ophogingslaag, waarschijnlijk teruggestort na het gedeeltelijk afgraven van de Kollumer Terp (Torpmacluft West), is in het plangebied de oorspronkelijke terp(zool) aangetroffen. Ter plaatse van de bestaande te slopen boerderij en bijgebouwen is deze waarschijnlijk verstoord door de bouwwerkzaamheden uit het verleden. Tot hoe diep deze verstoringen reiken is niet bekend omdat er geen mogelijkheden waren om dit te controleren met handboringen. Buiten de bestaande bebouwing, ter plaatse van de toekomstige recreatiewoningen, dient rekening te worden gehouden met de restanten van de terpzool van de Kollumer Terp, die zich feitelijk uitstrekken tot aan het centrale deel van het plangebied. Sporen van de voormalige bebouwing van de terp zijn niet aangetroffen, maar kunnen vooralsnog niet uitgesloten worden. Een booronderzoek kan hierover in onvoldoende mate uitsluitsel bieden. Een proefsleuvenonderzoek wel. Om vervolgonderzoek te vermijden dienen de geplande bodemingrepen zich te beperken tot de bovenste 5 cm-mv. Indien diepere bodemingrepen gepland zijn, dan dient vervolgonderzoek plaats te vinden om te voorkomen dat archeologische resten ongezien verloren gaan. Indien ervoor gekozen wordt om de grond vooraf op te hogen en eventueel beperkt af te graven tot maximaal 5 cm-mv dan kunnen eventuele archeologische resten mogelijk in situ worden beschermd. Of deze werkwijze afdoende is om de archeologische resten te beschermen is ter beoordeling van het bevoegd gezag. Mocht deze werkwijze worden toegepast, dan dienen de details hiervan door het bevoegd gezag te worden goedgekeurd. Het bevoegd gezag kan het overbouwen van archeologische resten eveneens beschouwen als een aantasting hiervan. Het slopen van de bestaande bebouwing zal onder archeologische begeleiding plaats moeten vinden, indien hierbij tot onder 5 cm-mv de bodem zal worden verstoord, om te voorkomen dat de terpzool en bijbehorende sporen en structuren verder beschadigd worden. Vraag 1. Is de bodemopbouw intact en hoe ziet die eruit? De toplaag in het onderzoeksgebied, tot circa,55 m-mv is verstoord. Hieronder is de oorspronkelijke terpzool aangetroffen. Ter plaatse van de bestaande te slopen boerderijen en bijgebouwen kon niet worden geboord maar is de bodem waarschijnlijk verstoord bij de bouw hiervan. Onder het kleipakket, met daarin de terplagen, volgt het pleistocene dekzand. Hierin is alleen een C-horizont aanwezig, er is geen podzolbodem aangetroffen. Vraag 2. Zijn er archeologische indicatoren aanwezig en zo ja, wat is de aard, datering en horizontale en verticale spreiding hiervan? In de terplagen zijn houtskoolspikkels, baksteenspikkels en fosfaatvlekken aangetroffen. Vraag 3. Zijn er zones met een hoge dan wel lage archeologische verwachting? Voor het hele onderzoeksgebied geldt, op basis van de resultaten van het booronderzoek, een hoge verwachting voor het aantreffen van archeologische resten. Vraag 4. Komt het verwachtingsmodel overeen met de veldgegevens? Op grond van het bureauonderzoek viel een deel van het onderzoeksgebied binnen de begrenzing van de terp. Uit het booronderzoek komt echter naar voren dat binnen vrijwel het gehele onderzoeksgebied sprake is van een terp(zool). 3.2 Aanbeveling Op grond van bovenstaande onderzoeksresultaten bevelen wij bij bodemingrepen dieper dan 5 cm-mv voorafgaand aan de werkzaamheden aan een proefsleuvenonderzoek uit te voeren. Indien bij de sloop van de bestaande bebouwing de bodem dieper verstoord wordt dan 5 cm-mv bevelen wij aan de sloop onder archeologische begeleiding uit te voeren. Tijdens het proefsleuvenonderzoek wordt een klein deel van het terrein ontgraven om vast te stellen of er daadwerkelijk sprake is van een archeologische vindplaats. Voor het proefsleuvenonderzoek is een door het bevoegd gezag goedgekeurd Programma van Eisen noodzakelijk, voor de archeologische begeleiding eveneens. Het onderzoek dient uitgevoerd te worden door een daartoe gecertificeerd bedrijf.

23 mei 213 pagina 1 van 11 Tenslotte dient te allen tijde bij het afgeven van een omgevingsvergunning de wettelijke meldingsplicht (ex artikel 53 Monumentenwet 1988) kenbaar te worden gemaakt, om het documenteren van toevalsvondsten te garanderen: Degene die anders dan bij het doen van opgravingen een zaak vindt waarvan hij weet dan wel redelijkerwijs moet vermoeden dat het een monument is (in roerende of onroerende zin), meldt die zaak zo spoedig mogelijk bij onze minister. Deze aangifte dient te gebeuren bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Amersfoort. De initiatiefnemer heeft na indiening van het conceptrapport laten weten dat zij samen met de architect besloten hebben om een andere constructie qua fundering toe te passen om geen archeologische waarden te hoeven verstoren. Het wordt een drijvende plaat. Er wordt dus geen gebruik meer gemaakt van palen. De bodemingrepen zullen niet dieper reiken dan 5 cm. De resultaten en aanbevelingen uit dit booronderzoek zijn beoordeeld door het bevoegd gezag, gemeente Kollumerland, namens deze mevrouw S. de Bruijn (Provincie Fryslân).

23 mei 213 pagina 11 van 11 Literatuurlijst Geraadpleegde literatuur Kuijl, E.E.A. van der, 213. Bureauonderzoek Archeologie Plangebied Groeneweg 3 te Kollumerpomp, gemeente Kollumerland. Hamaland rapport 212431, Hamaland Advies, Zelhem. RAAP-rapport 983. Archeologische verwachtings- en onderzoeksadvieskaart van de gemeente Kollumerland en Nieuw Kruisland. Overige bronnen - Topografische Dienst Nederland - Google Maps

Bijlage 1 Boorstaten

Pagina 1 / 2 Bijlage 1: Boorprofielen Boring: 1 Boring: 2 Schaal 1: 3-1 gras Gras, geleidelijk -1 gras Gras, geleidelijk Klei, matig zandig, zwak humeus, zwak puinhoudend, donkerbruin, grijs zand, zavel, geleidelijk Klei, matig zandig, matig humeus, matig puinhoudend, donkerbruin, grijs zand, zavel, geleidelijk -4 5-55 -8 Klei, matig zandig, zwak humeus, zwak puinhoudend, bruingrijs, grijs zand, scherp, fosfaatvlekken: weinig 5 Klei, matig zandig, sterk siltig, brokken klei, grijsbruin, grijze kleibrokjes, heel iets baksteenpuin, scherp, fosfaatvlekken: weinig 1 Klei, zwak veenhoudend, brokken klei, donkerbruin, hrijze kleibrokjes, scherp 1-85 -92 Klei, zwak siltig, zwak veenhoudend, bruin, organische resten, scherp -12 Zand, matig fijn, zwak siltig, geel, hrijze kleibrokjes, C-horizont -13 Zand, matig fijn, zwak siltig, lichtbruin, C-horizont 15-15 Boring: 3 Boring: 4-1 gras Gras, geleidelijk weiland Mest en stro, geleidelijk Klei, zwak humeus, donkerbruin, organische resten en rietstengels, geleidelijk -2 Klei, sterk puinhoudend, grijs, baksteen- en betonpuin, scherp 5 5-6 Klei, zwak puinhoudend, grijs, zeer vaste en stugge klei, organische resten, scherp -65 Zand, matig fijn, zwak siltig, lichtbruin, C-horizont -9-9 1-97 Klei, zwak zandig, zwak siltig, zwak veenhoudend, resten hout, donkerbruin, scherp -12 Zand, matig fijn, zwak siltig, geel, C-horizont Projectnaam: Kollemerpomp Projectcode: 92115613 getekend volgens NEN 514

Pagina 2 / 2 Bijlage 1: Boorprofielen Boring: 5 gestuit Boring: 6 Schaal 1: 3-3 gras Klei, resten plastic, sterk puinhoudend, grijs, boring gestuit -1-35 gras Gras, geleidelijk Klei, matig zandig, zwak humeus, matig siltig, zwak puinhoudend, donker bruingrijs, zavel, geleidelijk 5 Zand, matig fijn, zwak siltig, grijs, scherp -6-75 Zand, matig fijn, zwak siltig, zwak veenhoudend, donkerbruin, scherp Zand, matig fijn, zwak siltig, geel, C-horizont 1-11 Boring: 7-1 gras Gras, geleidelijk Zand, matig fijn, zwak siltig, geel, opgebracht, geleidelijk 5-55 Klei, zwak zandig, zwak siltig, brokken klei, zwak puinhoudend, bruingrijs, iets baksteen puin, geleidelijk 1 15-18 2-195 -22 Klei, zwak zandig, sporen leem, bruingrijs, lichte zavel, verbrand leem, geel zand, scherp Zand, matig fijn, zwak siltig, bruingeel, C-horizont Projectnaam: Kollemerpomp Projectcode: 92115613 getekend volgens NEN 514

Legenda (conform NEN 514) grind klei Veraardheid veen Grind, siltig Klei, zwak siltig onveraard zwak veraard Grind, zwak zandig Klei, matig siltig matig veraard sterk veraard Grind, matig zandig Klei, sterk siltig volledig veraard Grind, sterk zandig Klei, uiterst siltig Overgang lagen/horizonten diffuse overgang geleidelijke overgang Grind, uiterst zandig Klei, zwak zandig matig scherpe overgang scherpe overgang Klei, matig zandig zeer scherpe overgang zand Zand, kleiïg Zand, zwak siltig Zand, matig siltig leem Klei, sterk zandig Leem, zwak zandig overig p.i.d.-waarde bijzonder bestanddeel > Gemiddeld >1 hoogste grondwaterstand grondwaterstand >1 Gemiddeld >1 laagste grondwaterstand >1 slib >1 Zand, sterk siltig Leem, sterk zandig water Zand, uiterst siltig veen Veen, mineraalarm overige toevoegingen zwak humeus matig humeus Veen, zwak kleiïg sterk humeus Veen, sterk kleiïg zwak grindig Veen, zwak zandig matig grindig Veen, sterk zandig sterk grindig

Bijlage 2 Overzicht van de onderzoekslocatie, boorpuntenkaart

N Z AHu Tkr Eerste uitgave 19-2-213 Wijz. Get. Gec. Omschrijving Datum Infra Milieu Geo-ICT Archeologie Geo-informatie Project: Opdrachtgever: Onderdeel: Projectnummer: Archeologisch booronderzoek Groeneweg 3 te Kollumerpomp Hamaland Advies Overzicht van de locatie, boorpuntenkaart 92115613 Schaal: 1:1 Formaat: A3 Bijlagenummer: 2 Zernikelaan 8 Postbus 136 935 AC LEEK Tel. (594) 55 24 2 Fax. (594) 55 24 99 info@mug.nl www.mug.nl DEFINITIEF