Plaatselijke regeling ten behoeve van het leven en werken van de WIJKGEMEENTE WEST van de Gereformeerde Kerk te Woerden Deze plaatselijke regeling is gemaakt naar aanleiding van het ontstaan van de Protestantse Kerk in Nederland op 1 mei 2004, waarvan onze kerk sinds die datum deel uitmaakt. De plaatselijke regeling is gebaseerd op de Kerkorde en ordinanties van de Protestantse Kerk in Nederland. Daar waar deze Kerkorde en ordinanties ruimte bieden tot plaatselijke keuzes is deze keuze vastgelegd in deze regeling voor zover dit voor de gereformeerde kerk in Woerden gewenst is. Deze plaatselijke regeling komt in de plaats van het huishoudelijke reglement wijkkerkenraad zoals dit werd vastgesteld op 25 april 1988. Deze plaatselijke regeling is voor het eerst vastgesteld door de wijkkerkenraad in haar vergadering van 1 november 2004 en sindsdien enige malen gewijzigd. Inhoud Paragraaf Inhoud 1 Samenstelling van de wijkkerkenraad 2 Predikanten en ambtsdragers 2.1 Verkiezing van ambtsdragers algemeen 2.2 Verkiezing van ouderlingen en diakenen 2.3 Verkiezing van predikanten 3 De werkwijze van de wijkkerkenraad 4 Besluitvorming 5 De kerkdiensten 6 De vermogensrechtelijke aangelegenheden 6.1 kerkrentmeesterlijk 6.2 diaconaal 7 Overige bepalingen 6.3 overige taken van kerkrentmeesters en diakenen Ter voorkoming van verwarring tussen de begrippen algemene kerkenraad en wijkkerkenraad zal steeds als het woord kerkenraad gebruikt dient te worden dit geschieden door het vermelden van de afkortingen AK voor algemene kerkenraad WKR voor wijkkerkenraad Vaststelling wijziging: 09 januari 2006 1
1. Samenstelling van de wijkkerkenraad 1.1 De wijkgemeente heeft een wijkkerkenraad (WKR). Een gemeente met wijkgemeenten heeft naast wijkkerkenraden een algemene kerkenraad (AK). 1.2 De WKR wordt gevormd door alle ambtsdragers van de wijkgemeente alsmede door twee boventallige leden, te weten: preses en scriba. 1.3 De WKR wijst aan de hand van een door de AK op te stellen rooster uit zijn midden een of meer leden aan voor de AK 2.1 Verkiezing van ambtsdragers - algemeen De belijdende leden zijn stemgerechtigd. Tevens zijn de doopleden, die de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt, stemgerechtigd. Gastleden worden in dezen gelijkgesteld met de leden. 2.2. Verkiezing van ouderlingen en diakenen *(zie na 2.2.5) 2.2.1 De kandidaatstelling van ouderlingen en diakenen geschiedt uit de stemgerechtigde, belijdende leden van de gemeente in haar geheel door de WKR. 2.2.2 De WKR maakt de namen van hen, die kandidaat gesteld zijn, aan de wijkgemeente bekend om haar goedkeuring te verkrijgen met het oog op hun bevestiging. Voorafgaande aan de kandidaatstelling wordt de gemeente uitgenodigd bij de WKR aanbevelingen in te dienen van personen die naar haar mening voor het ambt van ouderling of diaken in aanmerking komen. 2.2.3 Bezwaren tegen de bevestiging van een kandidaat ouderling of diaken kunnen worden ingebracht door stemgerechtigde leden van de wijkgemeente en dienen uiterlijk één week na deze bekendmaking schriftelijk en ondertekend bij de WKR te worden ingediend. 2.2.4 De WKR zendt het bezwaarschrift binnen veertien dagen - onverminderd zijn verantwoordelijkheid te proberen zelf het bezwaar weg te nemen - indien het gaat om een bezwaar tegen de gevolgde verkiezingsprocedure, door naar het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen en, indien het gaat om een bezwaar tegen de bevestiging van de kandidaat, naar het regionale college voor het opzicht. Het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen doet terzake een einduitspraak. Het regionale college voor het opzicht doet, indien het de bezwaren ongegrond verklaart, een einduitspraak. Tegen de uitspraak van het regionale college voor het opzicht om de bezwaren gegrond te verklaren is beroep mogelijk. 2.2.5 Indien geen bezwaren zijn ingebracht of de ingebrachte bezwaren ongegrond zijn bevonden, vindt - met inachtneming van het in ordinantie 9 artikel 5 lid 4 bepaalde - de bevestiging plaats in een kerkdienst met gebruikmaking van een daarvoor bestemde orde. De bevestiging kan onder handoplegging geschieden. * Dit artikel is een praktische samenvatting. De volledige tekst staat in ordinantie 3 artikel 6. 2.2.1 De ambtstermijn van ouderlingen en diakenen 2.2.1.1 De ambtstermijn van ouderlingen en diakenen is vier jaar. Zij zijn eenmaal terstond als ambtsdrager herkiesbaar. 2.2.1.2 Zij die niet terstond herkiesbaar zijn, zijn eerst na afloop van een tijdvak van elf maanden na de datum waarop hun ambtstermijn volgens het rooster van aftreden verstreken is, verkiesbaar. 2.2.1.3 Indien een ambtsdrager is afgevaardigd naar een meerdere vergadering of als ambtsdrager zitting heeft in een regionaal of generaal college, kan de WKR de ambtstermijn verlengen tot het einde van de termijn waarvoor deze als afgevaardigde is aangewezen of als lid is benoemd. 2
2.2.1.4 De WKR stelt voor de ouderlingen en de diakenen een rooster van aftreden vast. Wanneer het gaat om de vervulling van een tussentijds ontstane vacature, handelt de WKR met betrekking tot de datum van aftreden naar bevind van zaken. 2.2.1.5 Aftredende ambtsdragers houden zo mogelijk in de WKR zitting tot hun opvolgers zijn bevestigd, doch in elk geval niet langer dan zes maanden na de datum waarop hun ambtstermijn volgens het rooster van aftreden verstreken is. 2.2.1.6 De bevestiging van ambtsdragers vindt zo veel als mogelijk in de maand september plaats. 2.3 Verkiezing van predikanten 2.3.1 Voor de verkiezing tot predikant van een wijkgemeente komen in aanmerking zij die in de Protestantse Kerk in Nederland tot het ambt van predikant beroepbaar zijn. 2.3.2 De kandidaatstelling met het oog op de verkiezing geschiedt door de WKR. De WKR verricht de kandidaatstelling tezamen met de AK in een gezamenlijke vergadering, waarbij elke van beide kerkenraden met de kandidatuur dient in te stemmen. 2.3.3 De verkiezing van een predikant vindt plaats in een door de WKR belegde vergadering van de stemgerechtigde leden van de gemeente in haar geheel. 2.3.4 Voor het geval dat de WKR één kandidaat ter verkiezing voorstelt, is een meerderheid van twee derde van de uitgebrachte geldige stemmen vereist om deze gekozen te kunnen verklaren. 2.3.5 In afwijking van het bepaalde in dit artikel geschiedt de verkiezing van een predikant met een bepaalde opdracht ten behoeve van de gemeente in haar geheel die niet tevens aan een wijkgemeente verbonden wordt, door de AK. 2.3.6 De WKR maakt de naam van de gekozene tenminste 2 weken voor de verkiezing aan de gemeente in haar geheel bekend om haar goedkeuring te verkrijgen met het oog op de beroeping. 2.3.7 Bezwaren tegen de gevolgde verkiezingsprocedure kunnen worden ingebracht door stemgerechtigde leden van de gemeente in haar geheel en dienen uiterlijk één week na deze bekendmaking schriftelijk en ondertekend bij de algemene kerkenraad te worden ingediend. 2.3.8 De AK zendt het bezwaarschrift binnen veertien dagen - onverminderd zijn verantwoordelijkheid te proberen zelf het bezwaar weg te nemen - door naar het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen, dat terzake een einduitspraak doet. 2.3.9 Bij de beroepsbrief behoort een aanhangsel met de schriftelijke opgave van de toegezegde inkomsten en rechten. Dit aanhangsel wordt ondertekend door de preses en de scriba van de AK en door de voorzitter en de secretaris van het college van kerkrentmeesters. 3. De werkwijze van de wijkkerkenraad Vergaderingen WKR 3.1 De WKR vergadert tenminste 4 maal per jaar. 3.2 De vergaderingen van de WKR worden tenminste 7 dagen van te voren bijeengeroepen door het moderamen, onder vermelding van de zaken, die aan de orde zullen komen (de agenda). 3.3 Van de vergaderingen wordt een schriftelijk verslag opgesteld, dat in de eerstvolgende vergadering door de WKR wordt vastgesteld. Moderamen 3.4 Het moderamen bestaat uit: 1 ouderling - preses 1 ouderling scriba 1 predikant (tevens assessor) 1 ouderling-kerkrentmeester 1 diaken 3
De leden worden benoemd door de WKR. Het moderamen heeft tot taak het voorbereiden, samenroepen en leiden van de bijeenkomsten van de WKR, de uitvoering van die besluiten van de WKR, waarvoor geen anderen aangewezen zijn, en voorts, onder verantwoording aan de WKR, het afdoen van zaken van formele en administratieve aard en van zaken die geen uitstel gedogen. Tevens behoort tot de taken van het moderamen: - het toetsen van het werk van de sectieteams en de taakgroepen aan het door de WKR vastgestelde beleidsplan; - de instelling van de sectieteams en de taakgroepen en de benoeming van de leden daarvan; - het vaststellen van de instructies van de sectieteams en de taakgroepen. Het moderamen vergadert tenminste 4 maal per jaar. Zij maakt van haar vergaderingen een besluitenlijst, die aan alle leden van de WKR wordt toegezonden. 3.5 Plaatsvervangers Het moderamen wijst zelf uit haar midden plaatsvervangers aan voor de functies van preses en scriba. 3.6 De gemeente kennen in en horen over In de gevallen dat de kerkorde voorschrijft, dat de WKR de wijkgemeente kent in een bepaalde zaak en haar daarover hoort, belegt de WKR een bijeenkomst met de betreffende leden van de wijkgemeente, die wordt - aangekondigd in het kerkblad, dat voorafgaande aan de bijeenkomst verschijnt en - afgekondigd op tenminste twee zondagen, die aan de bijeenkomst voorafgaan. In deze berichtgeving vooraf maakt de WKR kenbaar over welke zaak hij de wijkgemeente wil horen. 3.7 Het bijwonen van WKR vergaderingen door niet-leden van de WKR Tot de vergaderingen van de WKR worden wijkgemeenteleden als toehoorder toegelaten, tenzij de WKR besluit een zaak in beslotenheid te behandelen. De WKR kan besluiten ook andere belangstellenden tot de vergadering toe te laten. 3.8 Archief Het lopend archief van de WKR berust bij de scriba, met inachtneming van de verantwoordelijkheid van de het college van kerkrentmeesters voor de archieven van de gehele plaatselijke gemeente uit hoofde van ordinantie 11 artikel 2 lid 7 sub g. 3.9 Taken en bevoegdheden De WKR stelt telkens voor een periode van vier jaar een beleidsplan op, na daarover overleg gepleegd te hebben met het college van kerkrentmeesters, het college van diakenen en met alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente in haar geheel. Elk jaar pleegt de WKR met dezelfde colleges en organen overleg over eventuele wijziging van het beleidsplan. Nadat de WKR het beleidsplan of een wijziging daarvan voorlopig heeft vastgesteld, wordt dit in de wijkgemeente gepubliceerd. De WKR stelt de leden van de wijkgemeente in de gelegenheid hun mening over het beleidsplan of de wijziging kenbaar te maken. Daarna stelt de WKR het beleidsplan of de wijziging vast. Verder is tot de taak van de WKR te rekenen de invulling van de dienst van woord en sacramenten, behalve het vaststellen van het rooster van de kerkdiensten. Voorts alles wat vermeld staat in ordinantie 4 artikel 10 lid 7a. 3.10.1 Commissies en taakgroepen De WKR kan zich in zijn arbeid laten bijstaan door commissies en taakgroepen, die door hem worden ingesteld en die werken in opdracht van, onder verantwoordelijkheid van en in verantwoording aan de WKR. De WKR maakt gebruik van contactpersonen, die deel uitmaken van een sectieteam en die de ouderlingen en de pastoraal werkers ondersteunen bij hun werk in de sectie. 4
Nadere bepalingen omtrent de samenstelling, benoeming en opdracht van de commissies, de contacten tussen de WKR en de commissies, de werkwijze van de commissies, de rapportage e.d. aan de WKR zijn per commissie vastgelegd in een instructie, welke als bijlage aan deze plaatselijke regeling is gehecht. Waar het woord commissie staat, kan ook gelezen worden sectieteam. Tevens kan de WKR zich laten bijstaan door (een) perso(o)n(en), die zich voor een bepaalde periode binnen een bepaalde taak / opdracht richt(en) op een onderdeel van het werk binnen de gemeente. 3.10.2 De werkterreinen van de Beraadsgroep Opbouw en Toerusting de Beraadsgroep Eredienst en Liturgie het College van Jeugdouderlingen de Evangelisatiecommissie worden aangestuurd door de Algemene Kerkenraad. De wijkkerkenraad is echter te allen tijde bevoegd gebruik te maken van de diensten van voornoemde groepen en commissies. 3.11 De pastorale raad De pastorale taak van de WKR wordt onder zijn verantwoordelijkheid uitgevoerd door de pastorale raad, die is samengesteld uit de wijkpredikant(en) en de sectieouderlingen en ouderlingen met specifieke pastorale taken (b.v. ouderenpastoraat, dovenpastoraat etc.). In het bijzonder wordt aan deze raad de volgende taken toevertrouwd: - uitwisseling van pastorale ervaringen met respect voor de privacy van alle wijkgemeenteleden; - toerusting van ambtsdragers; - doop- en huwelijksaanvragen; - voorbereiding gespreksgroepen; - groot huisbezoek; - zorg voor de leden, die nieuw binnen komen; - zorg voor de leden, die te kennen geven zich te willen uitschrijven. 3.12 Wijkkerkenraden en algemene kerkenraad De verdeling van de taken en bevoegdheden over enerzijds de AK en anderzijds de wijkkerkenraden wordt aangegeven in een door de AK in overleg met de wijkkerkenraden vast te stellen regeling, met dien verstande dat de taken en bevoegdheden van de wijkkerkenraden alles omvatten wat tot de taken en bevoegdheden van de WKR behoort, met uitzondering van datgene wat nadrukkelijk wordt toevertrouwd aan de AK, waaronder, voor zover in de orde van de kerk niet anders is bepaald: het overleg met de wijkkerkenraden over de taak en de samenwerking van de delen in de gemeente in haar geheel en de uitvoering van het werk dat in dat overleg aan de AK wordt toevertrouwd; het treffen van voorzieningen ten behoeve van de gemeente in haar geheel, waar dat nodig is om recht te doen aan de binnen de gemeente in haar geheel voorkomende kerkelijke verscheidenheid; de vermogensrechtelijke aangelegenheden; datgene wat te maken heeft met de rechtspositie van de predikanten en de gesalarieerde medewerkers; de catechese; het jeugdwerk en de daarmee verbonden activiteiten; het bevorderen van de samenwerking met en tussen de plaatselijke kerken. 4. Besluitvorming 4.1 In alle kerkelijke lichamen worden besluiten steeds na gemeenschappelijk overleg en zo mogelijk met eenparige stemmen genomen. Blijkt eenparigheid niet bereikbaar, dan wordt besloten met meerderheid van de uitgebrachte stemmen, waarbij blanco stemmen niet meetellen. 5
4.2 Stemming over zaken geschiedt mondeling, tenzij om schriftelijke stemming wordt gevraagd. Staken de stemmen, dan vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan is het voorstel verworpen.stemming over personen geschiedt schriftelijk. 4.3 Wanneer er niet meer kandidaten zijn dan er verkozen moeten worden, kan mondeling worden gestemd als niemand van de aanwezige leden tegen mondelinge stemming bezwaar maakt. Indien één kandidaat wordt voorgesteld en de stemmen staken, vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan is de kandidaat niet verkozen. Indien er meer kandidaten zijn dan er verkozen moeten worden, zijn van hen verkozen diegenen op wie de meeste stemmen zijn uitgebracht en die de meerderheid van de uitgebrachte stemmen hebben behaald, tot het aantal vacatures dat vervuld moet worden. Indien voor een vacature geen van de kandidaten een meerderheid heeft behaald, vindt een herstemming plaats tussen de twee kandidaten die de meeste stemmen behaalden. Staken de stemmen, dan vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan beslist het lot. 4.4 Geen besluiten kunnen worden genomen indien niet ten minste de helft van het aantal leden van het kerkelijk lichaam ter vergadering aanwezig is. Wanneer in een vergadering het quorum niet aanwezig is, kan ten aanzien van een op die vergadering ingediend voorstel een besluit worden genomen op een volgende vergadering, die ten minste twee weken later wordt gehouden, ook wanneer dan het quorum niet aanwezig is. 5. De kerkdiensten 5.1 De wekelijkse kerkdiensten van de wijkgemeente worden volgens een door de AK vastgesteld rooster gehouden in de Kruiskerk. De AK stelt tevens het rooster van de gezamenlijke avonddiensten vast in samenspraak met de betrokken wijkgemeenten van de Evangelisch-Lutherse Gemeente, de Hervormde Gemeente en de Gereformeerde Kerk. 5.2. Doop Bij de bediening van de doop van kinderen dient voor het beantwoorden van de doopvragen tenminste één van de ouders belijdend lid te zijn. 5.3 Avondmaal Het avondmaal wordt bediend door een predikant, waarbij de diakenen aan de tafel van de Heer dienen en de ouderlingen medeverantwoordelijkheid dragen. De bediening geschiedt op de wijze die door de WKR is vastgesteld en met gebruikmaking van een van de orden uit het dienstboek van de kerk. Tot de deelname aan het avondmaal worden zowel belijdende leden als doopleden toegelaten. 5.4 Huwelijk 5.4.1 De inzegening van een huwelijk van man en vrouw als een verbond van liefde en trouw voor Gods aangezicht geschiedt in een kerkdienst. 5.4.2 Het verzoek om inzegening van een huwelijk wordt ten minste zes weken van tevoren ingediend bij de WKR. 5.4.3 De trouwdienst wordt ten minste twee weken van tevoren aan de wijkgemeente bekend gemaakt met vermelding van de namen van hen van wie het huwelijk zal worden ingezegend. 5.4.4 De inzegening geschiedt door een predikant van de wijkgemeente, of door een andere in overleg met het bruidspaar door de WKR uit te nodigen predikant, met gebruikmaking van een van de orden uit het dienstboek van de kerk. 5.4.5. Alleen een naar burgerlijke wet tot stand gekomen huwelijk kan worden ingezegend. 6
6.1. De vermogensrechtelijke aangelegenheden - kerkrentmeesterlijk 6.1.1 Met toepassing van ordinantie 11 artikel 4 lid 6 kent de wijkgemeente geen wijkraad van kerkrentmeesters. 6.1.2 De zorg voor het kerkgebouw en de goede gang van zaken daarin tijdens de kerkdiensten berust bij het college van kerkrentmeesters. 6.1.3 Over de inrichting van het kerkgebouw beslist de WKR, gehoord het orgaan van de kerk dat op dit terrein werkzaam is. 6.1.4 Het kerkgebouw wordt door het college van kerkrentmeesters in overleg met de WKR bij voorrang beschikbaar gesteld voor gemeentelijke en kerkelijke doeleinden. 6.2. De vermogensrechtelijke aangelegenheden - diaconaal 6.2.1 De diakenen, die lid zijn van de wijkkerkenraad, vormen volgens de ordinanties de wijkraad van diakenen. De wijkraad van diakenen functioneert binnen onze gemeente altijd tezamen met de wijkraad van diakenen van de wijkgemeente Oost. Zij vormen gezamenlijk het college van diakenen van de gereformeerde kerk te Woerden. 6.2.2 In overleg met de AK kan het college van diakenen de verzorging van bepaalde vermogensrechtelijke aangelegenheden van de gemeente in haar geheel van diaconale aard toevertrouwen aan de wijkraden van diakenen. Een en ander geschiedt met inachtneming van het bepaalde in ordinantie 4 artikel 9 lid 4. Het college van diakenen en de wijkraad hebben hun afspraken over de uitvoering van deze taken, het overleg daarover en de rapportage van de wijkraad aan het college, schriftelijk vastgelegd. 6.2.3 Het college van diakenen wijst uit zijn midden een administrerend diaken en een penningmeester aan. 6.2.4 De penningmeester van het college van diakenen is bevoegd betalingen te doen namens de diaconie ten laste van de diaconale kas, met inachtneming van het door de AK vastgestelde beleidsplan en de begroting. 6.2.5 Voor een gedetailleerde beschrijving van taken en bevoegdheden van het college van diakenen wordt verwezen naar de plaatselijke regeling van de AK 4.2 6.3. De vermogensrechtelijke aangelegenheden - algemeen Voor de regelingen, zoals voorzien in deze paragraaf wordt verwezen naar de plaatselijke regeling van de AK 4.3. 7. Overige bepalingen Zaken, waar de plaatselijke regeling niet in voorziet, worden beslist door de AK na hierover advies te hebben gevraagd aan de WKR. Aldus te Woerden vastgesteld in de vergadering van de Wijkkerkenraad West van C.J. van Eerten, preses J. Uittenbroek, scriba 7