COGEM kenmerk BGGO nummer Datum advies

Vergelijkbare documenten
Aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Mevrouw dr. J.M. Cramer Postbus GX Den Haag

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Aan de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer De heer drs. P.L.B.A. van Geel Postbus GX Den Haag

Aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Mevrouw dr. J.M. Cramer Postbus GX Den Haag

Aan de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer De heer drs. P.L.B.A. van Geel Postbus GX Den Haag

Uw kenmerk Uw brief van Kenmerk Datum

CGM/ Advies: Inschaling retrovirale vectoren afkomstig van ecotrope muizenretrovirussen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CGM/ Generiek advies: "handelingen met lentivirale vectoren"

Naar aanleiding van de ontwerpbeschikking IG /12, getiteld Ontwikkeling van humane therapeutica, van N.V. Organon, adviseert de COGEM als volgt.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Uw kenmerk Uw brief van Kenmerk Datum. IG /06.co1 13 april 2005 CGM/ april 2005

Aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Mevrouw dr. J.M. Cramer Postbus GX Den Haag

Samenvatting: In 2005 heeft de COGEM een algemeen advies uitgebracht over handelingen met nietmacrofaagachtige

CGM/ Advies: Knock-out muizen verkregen via retroviraal getransduceerde embryonale stamcellen

CGM/ Advies omlaagschaling van retroviraal getransduceerde humane cellen voor langdurige kweek

Uw kenmerk Uw brief van Kenmerk Datum. IG /01.co1 12 mei 2005 CGM/ mei 2005

Ontwerpbeschikking GGO IM-MV _000

Beschikking GGO IM-MV _000

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Beschikking GGO IM-MV _000

CGM/ Advies: Aanvullende informatie over klinische studie met retroviraal getransduceerde T-cellen

Activiteiten waarbij ongekarakteriseerde donorsequenties worden gebruikt: Activiteiten waarbij gekarakteriseerde donorsequenties worden gebruikt:

Ontwerpbeschikking GGO IM-MV _000

CGM/ Advies: Werkzaamheden met gg-eiav getransduceerde kippen

Beschikking GGO IM-MV _000

Beschikking GGO IM-MV _000

CGM/ Advies klinische studie gg-t-cellen JCAR017 tegen B-cel maligniteiten

Beschikking GGO IM-MV _000

Hierbij bied ik u het advies aan getiteld Handelingen met door lentivirale vectoren getransduceerde zoogdiercellen.

CGM/ Advies Klinische studie lentiviraal getransduceerde T-cellen

CGM/ Vervolgadvies omschaling van werkzaamheden met gg-veev replicondeeltjes

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CGM/ Vervolgadvies omlaagschaling van werkzaamheden met gg-vsiv

CGM/ Advies omlaagschaling van werkzaamheden met gepseudotypeerd, single-round genetisch gemodificeerd Vesicular stomatitis Indiana virus

Bijlage II. Een genetisch gemodificeerd micro-organisme wordt ondergebracht in risicoklasse 1 als aan alle volgende criteria voldaan is :

CGM/ Advies: niet-replicerend adeno-associated virus in ratten en muizen

Beschikking GGO IM-MV _000

ontwerp PorM/RB IM

Aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Mevrouw W.J. Mansveld Postbus GX Den Haag. Geachte mevrouw Mansveld,

Uw kenmerk Uw brief van Kenmerk Datum CGM/ juni 2005

Beschikking GGO IM-MV _000

CGM/ Advies: Inschaling kloneringswerkzaamheden met genoom van PG-3 virussen

Aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Mevrouw W.J. Mansveld Postbus GX Den Haag. Geachte mevrouw Mansveld,

Advies Klinische studie met een ABCA4 transgen bevattende gg-lentivirale. vector tegen Stargardt maculaire degeneratie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CGM/ Advies: Werkzaamheden met chimeer Infectious bronchitis virus

Beschikking GGO IM-MV _000

Beschikking GGO IM-MV _000

Naar aanleiding van een adviesvraag betreffende de classificatie van twee virussen deelt de COGEM u het volgende mee.

CGM/ Advies: Klinische studie met retroviraal getransduceerde T-cellen tegen leukemie

CGM/ Advies: Klinische studie met retroviraal getransduceerde humane T-lymfocyten

Milieurisicobeoordeling behorend bij de aanvraag GGO IM-MV Datum: 2 november 2016

Samenvatting. Samenvatting

CGM/ Advies: Inschaling in vivo werkzaamheden met gg-cadv

CGM/ Advies Voorgenomen wijziging van Regeling ggo inzake kennisgeving- en vergunning-plichtige activiteiten

Advies klinische studie met TEG001 ter behandeling van hematologische en solide tumoren

5.2 Donororganisme: De geïnserteerde sequentie is het humane gen voor stollingsfactor VIII door middel van een leverspecifieke promotor.

CGM/ Advies: Classificatie van en inschaling van werkzaamheden met chimpansee adenovirus type 3

Algemeen. Afval. 2 P a g e

Leeswijzer. bij de wijziging van de bijlagen 2, 5, 6 en 8 van de Regeling ggo. zoals van kracht per 1 april 2008

CGM/ Verzoek tot wijziging vergunning vaccinatiestudie met gg-mazelenvirus in makaken

CGM/ Advies 'Inschaling van gg-aav geinfecteerde (weefsels van) muizen en ratten'

CGM/ Advies: Classificatie van Chikungunya virus

CGM/ Advies grootschalige productie van genetisch gemodificeerd Canine parvovirus in een Single-Use bioreactor

CGM/ Advies inschaling van werkzaamheden met replicons afgeleid van het Venezuelan equine encephalitis virus

CGM/ Advies klinische studie met getransduceerde T-cellen tegen B-cel maligniteiten

Aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu dhr. J. J. Atsma Postbus GX Den Haag. Geachte heer Atsma,

Uw kenmerk Uw brief van Kenmerk Datum. IM co CGM/ september 2004

CGM/ Advies: Experimenten met onbekende adenovirussen uit mensapen

CGM/ Advies classificatie en inschaling werkzaamheden mensen-, apen- en slangenadenovirussen

Nederlandse Samenvatting

Aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu dhr. J. J. Atsma Postbus GX Den Haag. Geachte heer Atsma,

Nederlandse Samenvatting

NEDERLANDSE SAMENVATTING

DEEL 1. KENMERKEN VAN DE IN DEZE AANVRAAG GEBRUIKTE GGO S EN HUN INTRODUCTIE

In vitro and in vivo testing of conditionally replicating SIV and HIV-1 strains to study viral gene expression van der Velden, G.J.

146

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Silencing of HIV-1 co-factors Eekels, J.J.M. Link to publication

Beschikking GGO IM-MV _000

Verkoudheid; virale infectie; respiratoir syncytieel virus; vaccins; antivirale middelen

CGM/ Advies: Klinische studie met een Semliki forest virus vaccin tegen baarmoederhalskanker

Uw kenmerk Uw brief van Kenmerk Datum. IG /01.co1 14 oktober 2005 CGM/ oktober 2005

Chapter 6. Nederlandse samenvatting

Milieurisicoanalyse behorend bij de aanvraag IM Datum: 29 mei 2012

Biotechnologie deel II

CGM/ Aanbieding onderzoeksrapport 'Recombinant Allergens: working safely with recombinant allergenic biologicals

DEEL 1. KENMERKEN VAN DE IN DEZE AANVRAAG GEBRUIKTE GGO S EN HUN INTRODUCTIE

Het vaccin waarmee de meisjes worden geïnjecteerd, beschermt onder andere tegen HPV18.

Voor het volgende onderzoek wordt een vergunning aangevraagd:

CGM/ Advies: Grootschalige productie van melkzuur door genetisch gemodificeerde cyanobacteriën in een kweeksysteem voor eenmalig gebruik.

CGM/ Inschaling van werkzaamheden met een genetisch gemodificeerd markervaccin tegen klassieke varkenspest

Ontwerpbeschikking GGO IM-MV _000

Praktische opdracht Biologie Gentherapie?

CGM/ Advies: Inschaling werkzaamheden met Hepatitis E virus

Advies 'Inschaling in vivo werkzaamheden met genetisch gemodificeerd Canine

CGM/ Advies 'Inschaling werkzaamheden genetisch gemodificeerd AAV in associatie met apen'

Transcriptie:

Advies betreffende:,qvfkdolqjhqjheuxlnydqohqwlyludohyhfwruv\vwhphq Kennisgever: COGEM kenmerk BGGO nummer Datum advies &*0 **2**2 VHSWHPEHU HQ**2 /HQWLYLUDOHYHFWRUHQ,QOHLGLQJ Het gebruik van op lentivirale vectoren gebaseerde therapeutische toepassingen zal mogelijk in de nabije toekomst plaatsvinden. Deze vectoren lenen zich bij uitstek voor de ontwikkeling van een veilig en effectief gen overdracht systeem dat stabiele transductie in zowel delende als niet-delende cellen mogelijk maakt. De lentivirale vectoren behoren tot de familie van retrovirussen waar onder meer de primaten lentivirussen HIV-1, HIV-2, SIV (Simian Immune deficiency Virus) en niet-primaten feline en bovine immune deficiency retrovirussen FIV en BIV deel van uitmaken. De pathogeniteitsklasse van deze virussen volgens appendix A van de COGEM richtlijnen 1 is klasse 3 voor HIV-1, HIV-2, en SIV, klasse 2 voor FIV en BIV.. *HQRRPVWUXFWXXU De genoomorganisatie van lentivirussen bevat in aanvulling op de JDJSRO en HQY genen, een complexe combinatie van genen die coderen voor een zestal eiwitten (vif, vpr, nef, vpu, tat en rev), accesory proteins genaamd. De exacte functie van deze eiwitten is niet bekend, maar ze zijn essentieel voor het handhaven van de virulentie en interfereren mogelijk met de celcyclus en/of celgroei. De eiwitten vif, vpr en nef worden in het virusdeeltje ingebouwd. vpu is betrokken bij de virus-assemblage en de eiwitten tat en rev zijn betrokken bij de regulatie van de virale genexpressie. Deze laatste twee eiwitten spelen een centrale rol bij de pathogene eigenschappen van HIV-1 2. /HQWLYLUDOHSDFNDJLQJV\VWHPHQ In de loop der jaren zijn diverse vectorsystemen ontwikkeld, de zogenoemde 1 e,2 e of 3 e generatie packaging systemen. Het eerste lentivirus vectorsysteem is afgeleid van QHI en 1 Regeling Genetisch Gemodificeerde Organismen en Richtlijnen van de COGEM bij deze regeling (1998) 2 Vigna and Naldini, (2000), The Journal of Gene Medicine, blz. 308-316 1

YSU defectieve stammen van het HIV-1 virus. Het ontwerp van dit systeem is gebaseerd op het scheiden van LQFLV gelokaliseerde elementen in het HIV-1 genoom van sequenties die coderen voor zogenaamde trans-acting eiwitten. Met dit principe werden lentivirale vectoren geproduceerd door transiënt een drietal plasmiden te transfecteren in een geschikte productie cel (1 e generatie packaging systeem). Eén plasmide dat codeert voor eiwitten die noodzakelijk zijn voor het inpakken van de vector. Dit plasmide bevat geen packaging signaal ( ) en geen LTR s (long terminal repeats), maar brengt wel alle virale eiwitten, met uitzondering van de envelop eiwitten, tot expressie onder controle van een sterke promotor zoals de CMV promotor. Een tweede plasmide brengt het envelop eiwit tot expressie, bijvoorbeeld het G eiwit van VSV (Vesicular Stomatis Virus), waardoor de vector wordt gepseudotypeerd en het spectrum van doelwitcellen van de vector wordt vergroot. Tenslotte bevat een derde plasmide alle cis-acting elementen die nodig zijn voor packaging, transductie en expressie van het transgen. In het 2 e generatie packaging systeem zijn alle accessoire genen van het virus gedeleteerd. In de 3 e generatie packaging systemen wordt het 5HY eiwit via een afzonderlijk plasmide tot expressie gebracht via een vierde plasmide 3. In deze 2 e en 3 e generatie packaging systemen zijn de zes accesory proteins, waaronder het voor virale replicatie essentiële tat eiwit, afwezig 2. %LRYHLOLJKHLG Het splitsen van het lentivirale vectorsysteem in drie of vier plasmiden die een minimum aan overlappende sequenties bevatten, verkleint de mogelijkheid op recombinatie gedurende vectorproductie. Daardoor wordt de kans op het ontstaan van replicatiecompetent retrovirus (RCR) sterk gereduceerd. Voor de vorming van RCR zijn nu minimaal twee onafhankelijke homologe recombinatie gebeurtenissen noodzakelijk. Daarnaast is er door modificaties in vectorontwerp en packaging constructen de bioveiligheid van deze vectoren aanzienlijk verbeterd. Met name het gebruik van selfinactivating 4 (SIN) vectoren heeft bijgedragen aan een hogere bioveiligheid. Bij deze SIN vectoren zijn de promotor en enhancer sequenties gedeleteerd uit de 3 LTR van de vector. Hierdoor mist de geïntegreerde vector na reverse transcriptie een functionele LTR, waardoor het packaging signaal ( ) niet actief kan worden afgelezen. Hierdoor wordt het risico op rescue en mobilisatie van de vector uit de getransduceerde cel na infectie met een complementerend replicatiecompetente vector uitermate klein 2. 3 Dull, T. HWDO, (1998(, Journal of Virology (11), blz. 8463-8471 4 Zufferey, R. HWDO, (1997), Nature Biotechnology, blz. 871-875 2

,QVFKDOLQJHQJHEUXLNYDQOHQWLYLUDOHYHFWRUV\VWHPHQ Voorheen heeft de COGEM op grond van destijds aanwezige kennis besloten om alleen 3 e generatie packaging systemen met minimaal vier verschillende plasmiden en waarbij gebruik gemaakt wordt van SIN vectoren lager in te schalen dan bijvoorbeeld 1 e of 2 e generatie packaging systemen. Op basis van nieuwe inzichten is de COGEM tot een herziening van eerdere inschalingsnormen gekomen. De COGEM acht het noodzakelijk om het hieronder beschreven inschalingssysteem te handhaven voor het gebruik van een self-inactivating (SIN) vector en een 3 e generatie packaging systemen waarbij het productiesysteem uit minimaal vier verschillende plasmiden is opgebouwd: 3URGXFWLHOHQWLYLUDOHSDUWLNHOV&, Aanvullende voorschriften: - open handelingen dienen in een veiligheidskabinet klasse II te worden uitgevoerd.,qihfwlhydq]rrjglhufhoohqphwohqwlyludohsduwlnhov&, Aanvullende voorschriften: - het te gebruiken gastheer materiaal moet vrij zijn van HIV-1, HIV-1, HTLV-1 en 2. +DQGHOLQJHQPHWOHQWLYLUDOHYHFWRUHQLQDVVRFLDWLHPHWGLHUHQPXL]HQHQ UDWWHQ',, Toepassingen: - Directe injectie van lentivirale vectoren; - Injectie van met lentivirale vectoren getransduceerde zoogdiercellen; Aanvullende voorschriften: - Tijdens de handelingen dienen handschoenen te worden gedragen; - werkzaamheden met proefdieren dienen in een veiligheidskabinet klasse II uitgevoerd te worden of er dient een mond- en neuskapje en een veiligheidsbril te worden gedragen. Bovenstaande inschaling is gebaseerd op het gebruik van een self-inactivating (SIN) transfer vector en een 3 e generatie packaging construct, waarbij het productiesyteem uit minimaal vier gescheiden plasmiden is opgebouwd. Het gebruik van eerdere generatie packaging constructen al dan niet combinatie met een self-inactivating transfer vector wordt momenteel ingeschaald op basis van het gebruik van vol-virulent HIV-1 op C-II niveau ingeschaald. Recent is een aantal kennisgevingen ingediend (GGO 94-454/1, 00-159/3, 01-154) waarin gebruik wordt gemaakt van varianten van het lentivirale productiesysteem en de toepassing hiervan in associatie met proefdieren. De COGEM is van mening om het gebruik van lentivirale vectoren in te schalen zoals hierboven is beschreven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: - de te gebruiken transfer vector is een self-inactivating (SIN) vector 3

- gebruik gemaakt wordt van een 2 e generatie packaging systeem waarbij de accessoire genen YLIYSUYSX, en QHI afwezig zijn. Hierbij worden de aanvullende voorschriften behorende bij Infectie van zoogdiercellen met lentivirale partikels: C-I aangevuld en komen als volgt te luiden: - het te gebruiken gastheer materiaal moet vrij zijn van HIV-1, HIV-2, HTLV-1 en 2, Het gebruik van alle lentivirale vectoren in combinatie met apen wordt ingeschaald op D- II in een isolator of ingeschaald op D-II met aanvullende voorschriften die worden gebruikt voor de inschaling van vol-virulent HIV-1 in associatie met apen. Verder is de COGEM van mening dat handelingen met weefsels afkomstig van apen behandeld met alle lentivirale vectoren op C-II niveau ingeschaald worden. $GYLHV**2 Het betreft hier een wijziging van de vergunning GGO 94-454, aangevraagd door de Erasmus Universiteit Rotterdam. In deze kennisgeving wordt de proliferatie en differentiatie eigenschappen van genetisch gemarkeerde hemopoietische celpopulaties LQ YLYR onderzocht. In de aanvraag worden genetisch gemodificeerde lentivirale partikels geproduceerd en getransduceerd in zoogdiercellen. Daarnaast worden lentivirale partikels gebruikt in combinatie met muizen en rhesusapen. Op grond van de hierboven beschreven inschalingsnormen is de COGEM van mening dat de handelingen als volgt ingeschaald dienen te worden: - Onderdeel 7. Productie van genetisch gemodificeerde lentivirale partikels. Het betreft hier een 2 e generatie packaging construct (pcmv 8.91) waarbij de accessoire genen YLI YSUYSX, en QHI afwezig zijn 5. Daarnaast behoort de transfer vector phr EF-1 GFP tot de self-inactivating (SIN) vectoren 5. Derhalve adviseert de COGEM inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 6 ) met de volgende aanvullende voorschriften: - open handelingen dienen in een veiligheidskabinet klasse II te worden uitgevoerd. - Onderdeel 8. Transductie zoogdiercellen met lentivirale partikels. Inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 6 ) met aanvullende voorschriften: 5 Zufferey, R. HWDO, (1997), Nature Biotechnology, blz. 871-875 6 Regeling Genetisch Gemodificeerde Organismen en Richtlijnen van de COGEM bij deze regeling (1998) 4

- het te gebruiken gastheer materiaal moet vrij zijn van HIV-1, HIV-2, HTLV-1 en 2, - Onderdeel 9. Handelingen met genetisch gemodificeerde micro-organismen in associatie met dieren (muis). Lentivirale partikels worden gebruikt zoals vervaardigd in onderdeel 7. Het betreft hier injectie van met lentivirale vectoren getransduceerde zoogdiercellen. De COGEM acht inschaling D-II niveau (artikel 4.1.4.2 van de Regeling GGO 6 ) noodzakelijk met de volgende aanvullende voorschriften: - Tijdens de handelingen dienen handschoenen te worden gedragen; - werkzaamheden met proefdieren dienen in een veiligheidskabinet klasse II uitgevoerd te worden of er dient een mond- en neuskapje en een veiligheidsbril te worden gedragen. - Onderdeel 10. Handelingen met genetisch gemodificeerde micro-organismen in associatie met dieren (rhesusaap). Lentivirale partikels worden gebruikt zoals vervaardigd in onderdeel 7. Experimenten met apen en lentivirale vectoren dienen volgens de COGEM ingeschaald te worden op D-II niveau in een isolator (artikel 4.1.4.2 van de Regeling GGO 6 ) met aanvullende voorschriften die worden gebruikt voor de inschaling van vol-virulent HIV-1 in associatie met apen. - Onderdeel 11. Handelingen met cellen en weefsels afkomstig van de in onderdeel 9 beschreven proefdieren (muis). Aangezien het hier niet op injecties gaat is de COGEM van mening dat inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 6 ) voldoende bescherming biedt voor mens en milieu. Hierbij gelden wel de aanvullende voorschriften zoals beschreven voor onder deel 9. - Onderdeel 12. Handelingen met cellen en weefsels afkomstig van de in onderdeel 9 beschreven proefdieren (rhesusaap). De COGEM is van mening dat endogene retrovirale sequenties aanwezig kunnen zijn in apen welke kunnen interfereren met de gebruikte vectoren. Derhalve acht de COGEM inschaling op C-II niveau (artikel 4.1.1.4 van de Regeling GGO 6 ) noodzakelijk. $GYLHV**2 Het betreft onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam naar het humaan metapneumovirus (hmpv) met als uiteindelijk doel het ontwikkelen van een levend, geattenueerd vaccin. De COGEM heeft hierover al eerder een advies uitgebracht (CGM/011212-01 en CGM/010213-1), maar herformuleert een deel van haar advies gezien de hierboven beschreven nieuwe inzichten omtrent inschaling van lentivirale vectoren. - Onderdeel 5. Productie van gepseudotypeerde lentivirale partikels. Lentivirale partikels worden gevormd met een verschillende envelope. In dit lentivirale systeem wordt gebruik gemaakt van het VSV-G, waardoor de verwachting is dat de 5

envelope van hmpv een beperktere hostrange tot gevolg heeft dan VSV-G. Het lentivirale pcmv 8.91 construct is een 2 e generatie packaging construct, waarbij de accessoire genen YLI YSUYSX, en QHI afwezig zijn 7. Daarnaast behoort de transfer vector prrl-sin tot de self-inactivating (SIN) vectoren 7. Derhalve adviseert de COGEM inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 6 ) met de volgende aanvullende voorschriften: - open handelingen dienen in een veiligheidskabinet klasse II te worden uitgevoerd en dat daarmee de aanvullende voorschriften eerder gesteld aan het lentivirale systeem voldoen. Inschaling toen C-I. - Onderdeel 6. Infectie van zoogdiercellen met gepseudotypeerde lentivirale partikels. De COGEM adviseert inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 6 ) met aanvullende voorschriften: - het te gebruiken gastheer materiaal moet vrij zijn van HIV-1, HIV-2, HTLV-1 en 2, $GYLHV**2 De COGEM heeft reeds eerder advies uitgebracht (CGM/010213-1) over de aanvraag getiteld Gentherapie van leukemie met groeifactor-toxine genen, van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Het doel de aanvraag is om CD34 + hemapoïetische stamcellen die zijn geïsoleerd uit beenmerg of navelstrengbloed, te transduceren met lentivirale vectoren die het EGFP tot expressie brengen. Vervolgens wil de aanvrager deze getransduceerde cellen gaan inspuiten in immuun-gecompromitteerde RAG-2/ -c dubbel knock-out muizen. Op grond van de hierboven beschreven inschalingsnormen voor lentivirale vectoren geeft de COGEM het volgende advies. - Onderdeel 8: Productie van lentivirale partikels. Het betreft hier een 3 e generatie packaging systeem (tenminste vier verschillende vectoren) met een self-inactivating (SIN) transfer vector 8 (prrlsin). Vorming van replicatie-competente virussen is daarmee zeer onwaarschijnlijk en verspreiding van het virus is voldoende ingeperkt. Derhalve adviseert de COGEM inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 9 ). De beschreven pseudotypering, met het VSV G-envelop eiwit, zal leiden tot een verbreding van het gastheertropisme en zorgt voor een extra risico voor de betrokken medewerkers. In deze situatie zijn echter maatregelen ter bescherming van de medewerker dan ook noodzakelijk: 7 Zufferey, R. HWDO, (1997), Nature Biotechnology, blz. 871-875 8 Zufferey, R. HWDO, (1998), Journal of Virology (12), blz. 9873-9880 9 Regeling Genetisch Gemodificeerde Organismen en Richtlijnen van de COGEM bij deze regeling (1998) 6

- open handelingen dienen in een veiligheidskabinet klasse II te worden uitgevoerd. - Onderdeel 9: Transductie van zoogdiercellen (humane CD34+ hemapoïetische stamcellen) met lentivirale deeltjes. Inschaling op C-I niveau (artikel 4.1.1.3 van de Regeling GGO 9 ) met de volgende aanvullende voorschriften: - het te gebruiken gastheer materiaal moet vrij zijn van HIV-1, HIV-2, HTLV-1 en 2, - Onderdeel 11: Handelingen met genetisch gemodificeerde dieren (muizen) in associatie met getransduceerde zoogdiercellen. De muizen krijgen met lentivirale vectoren getransduceerde humane CD34 + cellen toegediend. Het gebruikte vectorsysteem is sterk biologisch ingeperkt, zowel door de inperking van het productiesysteem als door de toediening in de vorm van een cellulair vaccin. De muizen zijn vrij van virus dat de gebruikte vector kan complementeren. Ook bij deze handelingen dient met name de medewerker beschermt te worden. COGEM acht inschaling op D-II niveau (artikel 4.1.4.2 van de Regeling GGO 9 ) noodzakelijk met de volgende aanvullende voorschriften: - Tijdens de handelingen dienen handschoenen te worden gedragen; - werkzaamheden met proefdieren dienen in een veiligheidskabinet klasse II uitgevoerd te worden of er dient een mond- en neuskapje en een veiligheidsbril te worden gedragen. 7