OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager : Veluwse Afval Recycling B.V. Datum besluit : 19 april 2011 Onderwerp : Omgevingsvergunning slopen Gemeente/locatie : Rijnwaarden/Spijksedijk 3-139 te Spijk OLO-nummer : 80602 Zaaknummer : 2011-003855 Projectnummer : 21927 Activiteit : Slopen bouwwerk code: DIS_01105711.doc
BESLUIT Onderwerp Gedeputeerde Staten hebben op 25 februari 2011 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van Veluwse Afval Recycling B.V. Het betreft het slopen van een bouwwerk. De aanvraag gaat over de locatie Spijksedijk 3-139 te Spijk. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 2011-003855/MPM21927. Besluit Gedeputeerde Staten besluiten, gelet op artikel 2.2, eerste lid, onder a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) de omgevingsvergunning te verlenen. Deze vergunning wordt verleend onder de bepaling dat de gewaarmerkte stukken en bijlagen (waaronder voorschriften) deel uitmaken van de vergunning. De vergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten en werkzaamheden: Slopen van (een deel van) een bouwwerk. De vergunning wordt verleend voor onbepaalde tijd. Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 3.2 van de Wabo (de reguliere voorbereidingsprocedure). De aanvraag is beoordeeld voor het slopen van een bouwwerk aan artikel 2.18, van de Wabo. Tevens is de aanvraag getoetst aan het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriële regeling omgevingsrecht. Ondertekening Namens Gedeputeerde Staten van Gelderland, F.A.J. Segers adjunct teammanager Vergunningverlening Milieu OMGEVINGSVERGUNNING PROCEDUREEL Gegevens aanvrager Op 25 februari 2011 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wabo ontvangen. Het betreft een verzoek van Veluwse Afval Recycling B.V. Projectbeschrijving Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: het slopen van een deel van een bouwwerk. Een uitgebreide projectomschrijving is opgenomen in de aanvraag om vergunning. Huidige vergunningsituatie Voor de inrichting gelden de navolgende vergunningen: - Beschikking nr. MW00.14342, d.d. 18 december 2001, waarbij aan Retourvloer B.V. (thans Veluwse Afval Recycling B.V.) een oprichtingsvergunning is verleend voor een inrichting voor de opslag en bewerking van tapijtafval, kunststof afval, textiel afval en overig hoog calorisch afval, gelegen aan Spijksedijk 5 te Spijk. Omgevingsvergunning d.d. 19 april 2011 - zaaknummer 2011-003855 besluit, pagina 2
De inrichting bestaat feitelijk uit een hal behorende bij een voormalige steenfabriek. Veluwse Afval Recycling B.V. is rechtsopvolger van de voormalige vergunninghouders Retourvloer B.V. en Renergy B.V. - Beschikking d.d. 18 juni 2002, nr. MW97.46654 waarbij wij aan Van Dalen Milieu B.V. een oprichtingsvergunning hebben verleend voor een inrichting voor de op- en overslag van diverse (secundaire) grond- en afvalstoffen, het sorteren van bouw- en sloopafval, en het breken en zeven van steenachtige materialen, gelegen aan Spijksedijk ong. te Spijk. Het terrein van Van Dalen Milieu B.V. is door Veluwse Afval Recycling B.V. gekocht. Veluwse Afval Recycling is rechtsopvolger van voormalig vergunninghoudster Van Dalen Milieu B.V. De beide inrichtingen zijn in 2009 samengevoegd tot VAR Duurzame Brandstoffen en behoren tot de onderneming Veluwse Afval Recycling B.V. Ingevolge de Invoeringswet Wabo worden deze vergunningen per 1 oktober 2010 gelijkgesteld met omgevingsvergunningen voor de betrokken activiteit. De vergunningen zijn verleend voor een periode van 10 jaar. Gelet op artikel 1.2 lid 5 van de Wabo geldt een voor inwerkingtreding van de Wabo verleende, onherroepelijke vergunning voor categorieën van inrichtingen waar afvalstoffen nuttig worden toegepast of verwijderd, van rechtswege voor onbepaalde tijd. Bevoegd gezag Gelet op bovenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde in hoofdstuk 3 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de daarbij horende bijlage zijn wij het bevoegd gezag om de integrale omgevingsvergunning te verlenen of (gedeeltelijk) te weigeren. Daarbij zijn wij er procedureel en inhoudelijk voor verantwoordelijk dat in ons besluit alle aspecten aan de orde komen met betrekking tot de fysieke leefomgeving, zoals ruimte, milieu, natuur en aspecten met betrekking tot bouwen, monumenten en brandveiligheid. Verder dienen wij ervoor zorg te dragen dat de aan de omgevingsvergunning verbonden voorschriften op elkaar zijn afgestemd. Ontvankelijkheid en opschorting procedure Artikel 2.8 van de Wabo biedt de grondslag voor een geharmoniseerde regeling van de indieningsvereisten. Dit betreft de gegevens en bescheiden die bij een aanvraag om een omgevingsvergunning moeten worden overgelegd om tot een ontvankelijke aanvraag te komen. De regeling is uitgewerkt in paragraaf 4.2 van het Bor, met een nadere uitwerking in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. Procedure (regulier) en zienswijze Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2, van de Wabo. Gelet hierop hebben wij op 20 april 2011 conform artikel 3.8, van de Wabo van de aanvraag kennis gegeven in huis-aan-huisblad Rijnwaarden Post. Adviezen In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.5 van het Bor, hebben wij de aanvraag ter advisering aan het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rijnwaarden gezonden. Omgevingsvergunning d.d. 19 april 2011 - zaaknummer 2011-003855 besluit, pagina 3
Naar aanleiding hiervan hebben wij van het gemeentebestuur van Rijnwaarden een advies ontvangen met betrekking tot de volledigheid van de aanvraag en de strekking van de aan de vergunning te verbinden voorschriften. VOORSCHRIFTEN De volgende voorschriften zijn van toepassing: Het slopen betreft het slopen van het gehele bouwwerk, dus inclusief fundering en eventuele kelder. Het slopen van asbest dient door een erkend en een daartoe gecertificeerd bedrijf te geschieden. Het slopen en alles wat daarmee verband houdt moet gebeuren op een veilige wijze. De nodige veiligheidsmaatregelen moeten worden genomen voor de weg, de in de weg gelegen werken, weggebruikers, naburige bouwwerken, openbare erven, terreinen en hun gebruikers. Op het terrein waarop het sloop- of grondwerk wordt uitgevoerd, moeten de tijdelijke elektrische installaties vóór de uitvoering van het slopen of grondwerk in hun geheel zo zijn uitgeschakeld dat het weer in gebruik stellen hiervan door anderen dan daartoe bevoegde personen niet zonder meer mogelijk is. Machines en werktuigen moeten zodanig wordt achtergelaten, dat het starten niet mogelijk is. Het is verboden stempels, schoren, kruisen weg te nemen of andere veiligheidsmaatregelen op te heffen zolang zij uit veiligheidsoogpunt nodig zijn. Het terrein waarop wordt gesloopt of grond wordt verzet, moet door een doeltreffende afscheiding van de weg en van het aangrenzende open erf of terrein zijn afgescheiden als gevaar of hinder kan optreden. Afscheidingen, steigers, ladders, transportinrichtingen en ander hulpmateriaal moeten, wat kwaliteit en samenstelling betreft, voldoen aan de eis van goed en veilig werk en in een goede staat van onderhoud verkeren. Het is verboden bij sloop- of grondwerk een werktuig of een stof te gebruiken, die gevaar voor de omgeving kan opleveren. Wij kunnen het gebruik van een werktuig, dat schade of ernstige hinder veroorzaakt of kan veroorzaken, verbieden. Gevaarlijk afval moet worden gescheiden van het overig afval en worden afgevoerd naar een verwerker die is aangewezen door het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Om hergebruik mogelijk te maken moet al het sloopafval worden afgevoerd naar een daarvoor bestemde verwerkingsinrichting of naar een sorteerinrichting, die beschikt over een vergunning overeenkomstig de wetgeving. Er mag geen sloopafval of welk materiaal dan ook op de sloopplaats worden verbrand. Op het sloopterrein moet de sloopvergunning met gewaarmerkte bescheiden aanwezig zijn en op verzoek van de clustermedewerker ter inzage worden gegeven. Op de sloopplaats moet het sloopafval worden gescheiden in ten minste een fractie asbest, een fractie gevaarlijk afval en een fractie overig afval. Al het sloopafval dient te worden afgevoerd naar een daartoe erkende verwerker. Het tijdstip waarop met de sloop wordt begonnen moet ten minste 3 werkdagen van tevoren aan de afdeling Publieksdiensten worden doorgegeven (0316-56 56 00). Tevens dienen bewoners van belendende percelen schriftelijk op de hoogte te worden gebracht van de aanvang van de sloopwerkzaamheden. Omgevingsvergunning d.d. 19 april 2011 - zaaknummer 2011-003855 besluit, pagina 4
OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN Inleiding De omgevingsvergunning moet worden geweigerd indien de activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder a Wabo niet voldoet aan de in de bouwverordening van de gemeente Rijnwaarden (vastgesteld op 28 september 2010) gestelde toetsingsaspecten. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden. Toetsing De werkzaamheid voldoet aan de genoemde bouwverordening. De werkzaamheid levert geen gevaar op voor de veiligheid tijdens de uitvoerende werkzaamheden en biedt voldoende bescherming van nabij gelegen bouwwerken. Gelet hierop kan de omgevingsvergunning op deze gronden worden verleend. Conclusie Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk zijn er ten aanzien van de aangevraagde werkzaamheid geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren. In deze beschikking zijn de voor deze activiteit relevante voorschriften opgenomen. Bezwaarprocedure Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na dagtekening van dit besluit hiertegen een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift dient te worden gezonden aan Gedeputeerde Staten, secretariaat Commissie van Advies voor Bezwaarschriften en Klachten, Postbus 9090, 6800 GX Arnhem. Op envelop en brief duidelijk "bezwaarschrift" vermelden. Degene die een bezwaarschrift heeft ingediend, kan bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem (Postbus 9030, 6800 EM Arnhem) een verzoek indienen om een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt griffierecht geheven. Over de hoogte en de wijze van betaling van het griffierecht kunt u informatie verkrijgen bij de rechtbank Arnhem, telefoonnummer (026) 359 20 00. Informatie over de bezwarenprocedure en de mogelijkheid van mediation is te vinden op de website van de provincie Gelderland (www.gelderland.nl>loket>gld.loket). Omgevingsvergunning d.d. 19 april 2011 - zaaknummer 2011-003855 besluit, pagina 5
Kopie: - VV/M2, A. Sulter - VV/M1, R. Rikmanspoel - HH/M1, J. Braakman - VV/KCC, H. Boschloo Omgevingsvergunning d.d. 19 april 2011 - zaaknummer 2011-003855 besluit, pagina 6