Ede, 10 oktober 2012 SLOOP- EN BOUWVEILIGHEIDSPLAN V&G-PLAN ONTWERPFASE V&G-DOSSIER AALMARKT, HAARLEMMERSTRAATBLOK RIJNBOUTT BV
1. INLEIDING In dit document is de risico-inventarisatie en evaluatie (RIE) van het ontwerp opgenomen. In dit RIE-rapport wordt de voorlopige versie van is het sloop- en bouwveiligheidsplan, Veiligheids- en Gezondheidsplan Ontwerpfase (hierna verder aangeduid met V&G-plan ontwerpfase) en het V&Gdossier verwerkt. Het bouwveiligheidsplan (zie hoofdstuk 3) is gericht op de publieksveiligheid en sluit aan op de eisen uit de Woningwet. Het V&G-plan (zie hoofdstuk 4) richt zich op de veiligheid van het publiek en de werknemers tijdens de realisatie van het project zoals bedoeld is in de Arbeidsomstandighedenwet. Het V&G-dossier (zie hoofdstuk 5) is gericht op de veiligheid van in het bijzonder werknemers tijdens de beheersfase van het object. Op basis van het Arbobesluit is de opdrachtgever en zijn de ontwerpers en de uitvoerende partijen namens de opdrachtgever van een bouwproject verplicht om zich in te spannen om V&G-risico's te vermijden dan wel reduceren. Het gaat daarbij zowel om de risico s tijdens de realisering van het project als om de risico s tijdens het daadwerkelijke gebruik van het project na de oplevering. Vermijdbare risico's dienen te worden geëlimineerd. Van niet-vermijdbare risico's dient te worden aangegeven hoe deze kunnen worden beheerst en geminimaliseerd. Uitgangspunt is het preventieprincipe uit de Arbowet: 1) risico's worden indien mogelijk aan de bron bestreden, 2) collectieve bescherming gaat boven 3) individuele bescherming en 4) de mens moet centraal staan bij de keuze van materialen, werkmethoden en hulpmiddelen. De opdrachtgever kan de V&G-taken delegeren aan de architect. Een belangrijke taak van de V&Gcoördinator ontwerpfase is het uitvoeren van een RIE, het opstellen van het V&G-plan ontwerpfase en het V&G-dossier en het coördineren van V&G-aspecten. Er dient toezicht te zijn op het verwerken van V&G-maatregelen op tekeningen, in berekeningen en in het bestek. In het V&G-plan ontwerpfase worden de volgende maatregelen omschreven: 1. maatregelen in het ontwerp met betrekking tot vorm, locatie, bouwkundige en constructieve voorzieningen, om de risico's te minimaliseren, 2. maatregelen die met betrekking tot het ontwerp nog moeten worden getroffen en 3. bijzondere maatregelen die tijdens de uitvoeringsfase moeten worden getroffen. In het V&G-dossier staan de maatregelen omschreven, die betrekking hebben tot de gebruiks- en beheerfase. Het gaat in het bijzonder om de veiligheidsvoorzieningen die nodig zijn vanwege het glazenwassen. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het inspecteren, het onderhouden en het vervangen van daken, installaties en materialen. Het V&G-plan ontwerpfase en het V&G-dossier zijn onderdeel van het bestek. De uitvoerende partij dient een V&G-coördinator uitvoeringsfase aan te stellen en ondermeer een risico-inventarisatie uit te voeren en de veiligheidsmaatregelen voor ondermeer derden en werknemers, de betrokken partijen compleet met de samenwerking, overleg, voorlichting en dergelijke te omschrijven in het V&G-plan uitvoeringsfase. De uitvoerende partij dient het V&G-dossier te actualiseren en compleet te maken met garantieverklaringen, instructies, tekeningen, berekeningen en dergelijke. Dit rapport is gebaseerd op de tekeningen van de versie 9-2-2012. Dit document is ontstaan na een bespreking met de heren G.J. Voorn, M. James Lucas en mevrouw S. Rode op 16-4-2012, 1-5-2012 en 8-10-2012. Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 1 van 13
2. PROJECTGEGEVENS Het project bestaat uit het slopen van winkels en woningen en het bouwen van winkels in een binnenstedelijke omgeving. Sloopwerkzaamheden : complete gebouwen Bouwsysteem : o.a. staal en beton Gevelsysteem : o.a. metselwerk Adres/ligging van het project : Haarlemmerstraat 107-109-111 en Stille Rijn 8 en 9, Leiden Telefoon : nader te bepalen Geplande aanvangsdatum : geplande sloop in november 2012 Vermoedelijk maximum aantal werknemers (gelijktijdig) : nader te bepalen Vermoedelijk aantal (onder)aannemers : nader te bepalen Namen en adressen van betrokken partijen a. Opdrachtgever b. Architect / V&G-coördinator ontwerpfase Naam : ASR Vastgoed Ontwikkeling Naam : Rijnboutt bv Postbus/Adres : Postbus 2009 Postbus/Adres : Postbus 59316 Postcode/plaats : 3500 GA Utrecht Postcode/plaats : 1040 KH Amsterdam Contactpersoon : De heer G.J. Voorn Contactpersoon : De heer M. James Lucas Telefoon : 0302573512 Telefoon : 0205304810 E-mail : gerard.voorn@asr.nl E-mail : lucas@rijnboutt.nl c. Constructeur d. V&G-deskundiger Naam : IMD Raadgevend Ingenieurs Naam : bv Postbus/Adres : Postbus 50521 Postbus/Adres : Postbus 141 Postcode/plaats : 3007 JA Rotterdam Postcode/plaats : 6710 BC Ede Contactpersoon : De heer D.J. Kortman Contactpersoon : De heer T.S. van Kampen Telefoon : 010 2012360 Telefoon : 0318 691920 E-mail : d.kortman@imdbv.nl E-mail : kampen@aboma.nl e. / V&G-coördinator uitvoeringsfase Naam : Nog niet bekend Aard/omvang werkzaamheden V&G-deskundige Uitvoeren van ontwerp-rie in de DO-fase en tijdens de bouwvoorbereidingsfase het opstellen van het sloop- en bouwveiligheidsplan, V&G-plan ontwerpfase en het dossier. Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 2 van 13
3. SLOOP- EN BOUWVEILIGHEIDSPLAN Document Veiligheidsplan 3.1 Is een inventarisatie gemaakt van het mogelijk aanwezige publiek? Publieksveiligheid 1. Voorkom dat publiek zich bevindt in de gevarenzone; dit is de zone waarin gelost, opgeslagen, gehesen, gemonteerd wordt. 2. Volgens de Woningwet wordt de gevarenzone bepaald door de 1: vallijn (dit is afhankelijk van de gebouwhoogte) incl. steigerbreedte, 2: de losplaats en 3: de omvang van de elementen die buiten de gevellijn gehesen worden. 3. Bij een gebouw met een hoogte van circa 14 meter komt de vallijn tot 5,5 meter buiten het gebouw (dat is 3,0 meter naast een steiger o.d.). Zonder voorzieningen tegen vallende is het niet toegestaan dat publiek en verkeer zich in gevarenzone bevindt. Zie paragraaf 3.2 e.v. voor maatregelen m.b.t. verkeer, hijsroute etc. Opdrachtgever Wegbeheerder 3.2 Wordt verkeer en publiek beveiligd door verkeersvoorzieningen? Verkeersveiligheid 4. Er is een aanrijdroute mogelijk langs Noordeinde, Leiden. Er is een retourroute langs Lange Mare. Bespreek dit met de wegbeheerder. 5. Reserveer ruimte voor een mobiele kraan (breedte tenminste 7,5 meter) op de Stille Rijn, zie par. 3.9 en de bijlage. 6. Maak gebruik van verplaatsbaar hekwerk in de Stille Rijn tijdens het laden en lossen en de opstelling van materieel in de Stille Rijn, zie de bijlage. Aanwezigheid binnen het draai- en hijsbereik is namelijk verboden. 7. Maak afspraken met de wegbeheerder over momenten, tijdsduur van de opstelling en de verkeersvoorzieningen. 8. Informeer naar het draagvermogen van de kade langs de Stille Rijn. 9. Laat de aannemer drukverdelende maatregelen treffen als zwaar materieel wordt opgesteld op Stille Rijn. 10. Meld de wegbeheerder dat een steiger met een breedte van 2 meter in de Stille Rijn en in de Haarlemmerstraat wordt opgesteld. Wegbeheerder Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 3 van 13
Document Veiligheidsplan 3.3 Wat zijn de bijzondere aandachtspunten vanwege sloopwerk? Asbest 11. Er is een asbestinventarisatie in de gebouwen uitgevoerd. Er worden een aanvullende inventarisaties uitgevoerd. 12. Vraag de constructeur naar informatie over de stabiliteit van de belendingen. 13. Er worden tekeningen gemaakt van de dragende wanden, de opleggingsrichting en de muurankers. 14. Meld de constructeur dat er uitermate weinig ruimte is voor stutten voor belendingen. 15. Omschrijf in het sloopplan en geef op een tekening de omvang van een sloopmachine aan. Een aantal gevels worden handmatig gesloopt. Dit wordt in het bestek vast gelegd. 16. In de volgende ontwerpfase wordt meer gezegd over kabels en leidingen. 3.4 Wat zijn de bijzondere maatregelen tijdens het funderingswerk? Publieksveiligheid 17. Er is een bodemonderzoek uitgevoerd wat heeft geleid tot een aanbeveling tot nader onderzoek. Na het sloopwerk wordt vervolgonderzoek uitgevoerd. Dit zal leiden tot de nodige bodemsaneringen. De aannemer zal hierover worden geïnformeerd. 18. De bodem is in enige mate verontreinigd met zware metalen. 19. Er bevinden zich kabels en leidingen vlak langs de gebouwen. 20. Er is in de bouwtijd rekening gehouden met de benodigde tijd voor archeologisch onderzoek. 21. Er worden verloren damwanden toegepast waartegen de kelderwanden gestort worden. 22. Zorg voor een automatische monitoring van de grondwaterstand als de gemeente dit eist. 23. Vraag de constructeur (t.z.t.) naar uitvoerige berekeningen van de kelder, stempels, fundering, belendende funderingen, etc. Dit zal ook de gemeente verlangen. Opdrachtgever Constructeur 3.5 Wat vraagt bijzondere aandacht tijdens de ruwbouwfase? 24. Voorzie het leuningwerk van steigergaas als voorziening tegen vallende. 25. Het hijswerk vindt plaats boven de bouwplaats en binnen de bouwhekken. Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 4 van 13
Document Veiligheidsplan 3.6 Welke bijzondere maatregelen zijn nodig tijdens de (ruwe) afbouwfase? 26. Voorzie de steiger van steigergaas als voorziening tegen vallende. 27. Het hijswerk vindt plaats boven de bouwplaats en binnen de bouwhekken. 3.7 Welke maatregelen worden getroffen vanwege geluidsoverlast in de omgeving? Lawaai 28. Informeer de omringende bewoners over het geluidsoverlast: de tijden en de geluidssterkte. Een bouwkraan heeft een belasting van tenminste 90 db(a) en de belasting gemeten op omringende woningen is circa 80 db(a); dit is meer dan 60 db(a) volgens de Circulaire Bouwlawaai. Zie hierover het communicatieplan in paragraaf 3.11. 3.8 Zijn de nodige voorzieningen getroffen voor de hulpdiensten? Letsel 29. Houd tenminste 3,5 meter ruimte voor de doorgang van de hulpdiensten of maak afspraken over de aanvalsroute. 30. Informeer de hulpdiensten over de planning en het moment dat de weg is geblokkeerd door bijv. een bouwkraan. 31. De omringende vluchtwegen worden niet geblokkeerd. 32. Houd bijzondere toezicht op het voorkomen van brand van het project en de belendingen. 3.9 Is er voldoende ruimte voor bouwplaatsvoorzieningen? 33. Een mobiele torenkraan van het type SK110 heeft een stempelruimte nodig van (lengte x breedte) 7,5 x 6,0 meter waarbij de bedrijfslast 1,2 ton is op 48 meter, zie de bijlage. 34. Bij een stempelruimte van 7,5 x 7,5 meter is de bedrijfslast 1,7 ton op 48 meter. Meld de aannemer dat in dit geval 2 stempels binnen de steigerruimte valt. 35. Het is wellicht mogelijk om een ketenpark in te richten op de Stille Rijn. Bespreek dit met de waterbeheerder. 36. Een bouwproject in een binnenstad vraagt extra aandacht voor het veilig achterlaten van het bouwterrein na werktijd: ontkoppelen van bouwelektra, complete bouwhekken, procedure bij overwerk etc. 37. Bescherm de bomen tegen beschadiging en voorkom een te hoge druk op de wortels door drukverdeling. Opdrachtgever, Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 5 van 13
Document Veiligheidsplan 3.10 Welke documenten worden aangeleverd? Publieke veiligheid 38. Verwerk het verkeersplan op de bouwplaatstekening en archiveer de gespreksnotities met ondermeer de wegbeheerder. 39. De aannemer bespreekt het werkplan van elke activiteit met de gemeente, de wegbeheerder, brandweer, belendende beheerders e.a. 3.11 Hoe dienen de maatregelen gecummuniceerd te worden. Communicatie 40. Maak gebruik van communicatiekanalen als persoonlijk contact, een bewonersbrief, de stadslkrant, het internet, een vitrine, de bebording op straat, regionale televisie, vergadering, etc. Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 6 van 13
4. V&G-PLAN ONTWERPFASE Document V&G-plan ontwerpfase 4.1 Wat vraagt bijzondere aandacht tijdens het sloopen funderingswerk? Gevaarlijke stoffen 41. Informeer de aannemer over de fasering van de kelder met ondermeer het moment dat de stempels belast kunnen worden. 4.2 Wat vraagt aandacht in de constructieve opbouw? 42. Het onderscheid tussen de dragende en de scheidende wanden is aangegeven op de tekeningen. 43. Zie het uitgangspuntenrapport voor de Aanpak Constructieve Veiligheid met ondermeer aandacht voor de fundering. 44. IMD Raadgevende Ingenieurs is aangesteld als hoofdconstructeur. Zie het uitgangspuntenrapport voor de ondersteuning van de vide, de aansluiting tussen kolommen en vloeren, de oplegging van trapbordessen etc. Constructeur 4.3 Kunnen de gevels en daken veilig gemonteerd worden? 45. Er worden houten dakdozen toegepast. 4.4 Wordt de fysieke belasting zoveel mogelijk beperkt? Fysieke belasting 46. Er is gekozen voor een metselsteen die lichter is dan 4 kg (nat gewicht). Architect 4.5 Is bij de keuze van materialen rekening gehouden met schadelijke stoffen? Toxische stoffen 47. Er wordt oplosmiddelarme verf e.d. toegepast. 48. Beperk de hoeveelheid vrijkomende kwartsstof door bijvoorbeeld toepassing van een zaagtechniek en het gebruik van mechanische afzuiging. 4.6 Zijn de V&G-documenten onderdeel van het bestek? Organisatie 49. Het bouwveiligheidsplan, V&G-plan ontwerpfase en het V&G-dossier zijn contractstukken. 50. De architect is aangewezen als V&Gcoördinator ontwerpfase. 4.7 Is de Kennisgeving aan de Arbeidsinspectie verstrekt? Organisatie 51. Verstrek de kennisgeving aan de Arbeidsinspectie via www.arbeidsinspectie.nl en een kopie aan de uitvoerende partij, voordat de uitvoering start. Verzoek de aannemer de kennisgeving duidelijk zichtbaar op te hangen in de keet. Opdrachtgever Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 7 van 13
Document V&G-plan ontwerpfase Organisatie 52. Geadviseerd wordt om 1 aannemer in te schakelen voor de fundering en voor de opbouw. Dit in verband met de samenhang tussen de constructie, de tijdelijke voorzieningen, de verkeersmaatregelen etc. 4.8 Is de V&G-coördinator uitvoeringsfase aangesteld? Opdrachtgever 4.9 Zijn de V&G-documenten onderdeel van het bestek? Organisatie 53. Het bouwveiligheidsplan, V&G-plan ontwerpfase en het V&G-dossier zijn contractstukken. 54. De architect is aangewezen als V&Gcoördinator ontwerpfase. 4.10 Is de Kennisgeving aan de Inspectie SZW verstrekt? Organisatie 55. Verstrek de kennisgeving aan de Inspectie SZW via www.inspectieszw. nl en een kopie aan de uitvoerende partij, voordat de uitvoering start. Verzoek de aannemer de kennisgeving duidelijk zichtbaar op te hangen in de keet. Opdrachtgever 4.11 Is de V&G-projectorganisatie omschreven? Organisatie 56. Zet op de agenda van de werkvergadering onderwerpen als: - Verkeersvoorzieningen - Publieksveiligheid - Steigers, materieel, werkvloeren - Orde en netheid - Nevenaannemers. 57. De opdrachtgever kan vanuit haar verantwoordelijkheid onafhankelijke inspecties laten uitvoeren, ter beoordeling van de veiligheidsvoorzieningen. 58. Laat de V&G-coördinator uitvoeringsfase maandelijks verslag doen van de veiligheidsrondgang van een eigen of externe veiligheidskundige. 59. Bespreek bijvoorbeeld tijdens de coördinatievergadering de inspectieformulieren van de hoofd- en eventuele nevenaannemers. Opdrachtgever Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 8 van 13
5. V&G-DOSSIER Document V&G-dossier 5.1 Welke methoden van gevelonderhoud worden toegepast? 60. De voorgevels kunnen gereinigd worden met een wassteel. De maximale oppervlakte van 100 m2 bij een hoogte tot 13,5 meter wordt niet overschreden. 61. In de noordgevel bevindt zich een raam dat vanaf het glazenwasbalkon gereinigd wordt. 62. In de oostgevel worden draaiende delen toegepast en wordt maximaal 0,75 meter zijwaarts gereikt tot een maximale hoogte van 2,2 meter. 63. In de oostgevel bevindt zich een raam dat vanaf het glazenwasbalkon gereinigd wordt. 64. Een glazen hellend dak wordt uitgevoerd als leuningwerk: openingen niet groter dan 0,5 meter met regels die voldoen aan de doorbuigingseis. Details volgen in de bouwvoorbereidingsfase. 65. Er is geen luifel aangebracht in de gevels. Architect 5.2 Kunnen de ruiten aan de binnenzijde gereinigd worden? 66. Aan de binnenzijde kan een wassteel worden ingezet. Architect 5.3 Zijn de daken bereikbaar? 67. Nabij as E wordt een dakluik met vlisotrap toegepast. 68. Tussen as B en C wordt een deur toegepast in de richting van as 1. 69. Tussen as B en C wordt een deur of luik toegepast in de richting van as 4. 70. Aan de binnenzijde van deze deur of dit luik wordt een ankerpunt aangebracht. 71. Er worden twee dakladders ter beschikking gesteld om het dak tussen as A en B te kunnen passeren. 72. Er wordt een ladderbeugel nabij coördinaat 3F aangebracht en er wordt een ladder ter beschikking gesteld om het niveauverschil te kunnen overbruggen. 73. Het raam nabij coördinaat 3G wordt draaibaar gemaakt zodat het glazenwasbalkon bereikbaar is. Zie het vervolg. Architect Beheerder Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 9 van 13
Document V&G-dossier Gevelonderhoud - vervolg - 74. Aan de binnenzijde van dit raam wordt een ankerpunt aangebracht. 75. Details over ondermeer een pictogram, instructies e.d. worden gegeven in de bouwvoorbereidingsfase. Architect 5.4 Zijn de daken beveiligd? 76. Er wordt een veiligheidskabel aangebracht langs twee zijden op het dakvlak op ca 13,5 meter hoogte nabij coördinaat 3G. 77. Er wordt een veiligheidskabel aangebracht langs een zijde op het dakvlak op ca 12,5 meter hoogte nabij coördinaat 2F. 78. Er wordt een veiligheidsrail aangebracht aan de onderzijde van het kozijn of aan het balkon op een hoogte van ca 10 meter nabij coördinaat 2G. 79. Er worden 1 ankerpunt aangebracht op het dakvlak nabij coördinaat 3E. 80. Er worden 2 ankerpunten aangebracht in de goot nabij coördinaat 1A. 81. Er wordt 1 ankerpunt aangebracht in de goot nabij coördinaat 3A. 82. Er wordt 1 ankerpunt aangebracht op het dakvlak nabij coördinaat 4B. 83. Er wordt 1 ankerpunt aangebracht op het dakvlak op circa 13 meter hoogte tussen coördinaat 3B en 4B. Een alternatief is om dit dakvlak onderhoudsarm (bijv. in EPDM of zink) uit te voeren. 84. Koppel de ankerpunten en bevestigingspunten aan de constructie. 85. De veiligheidsrail dient op elke positie 1 kn op te kunnen nemen. 86. Realiseer een mechanische bevestiging aan de constructie (en plak niet vast aan de dakbedekking). 87. Informeer de opdrachtgever en toekomstige beheerder op het uitgangspunt dat er geen motoren in de buitenruimte worden geplaatst tussen as C en D. Het gaat namelijk waarschijnlijk om onderhoudsarme uitlaten o.d. Architect Beheerder Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 10 van 13
Document V&G-dossier 5.5 Kunnen de werkzaamheden op daken veilig uitgevoerd worden? 88. De verzamelbak van de HWA bevindt zich tussen coördinaat 1A en 1B zodat het gereinigd kan worden bij toepassing van het ankerpunt. 89. Het dak nabij coördinaat 5D is onderhoudsarm, er wordt namelijk EPDM toegepast. 90. De beheerder wordt erop gewezen dat nabij coördinaat 1F het valgevaar circa 2 meter is. In een dergelijke situatie zijn permanente voorzieningen niet functioneel; deze hebben een vrije valhoogte van 3,5 meter. Als werkzaamheden plaatsvinden binnen 4 meter van de dakrand dienen tijdelijke voorzieningen getroffen te worden. Nadere voorzieningen volgen in de bouwvoorbereidingsfase. 91. De pandaken zijn onderhoudsarm. 92. Zie paragraaf 5.7 en 5.8 voor aandachtspunten bij groot onderhoud. Beheerder 5.6 Zijn installaties veilig bereikbaar? 93. De installatietechnisch adviseur houdt rekening met voldoende ruimte voor de toegang, werkzaamheden, vluchten e.d. vanwege ondermeer het onderhoud aan de installaties, afscherming van gevaarlijke onderdelen, etc. Architect Adviseur 5.7 Is inspectie en groot onderhoud mogelijk? Knelgevaar 94. Laat het onderhoudsbedrijf in een werkplan omschrijven: de werkzaamheden, de risico s, het materieel, de steiger, de organisatie en dergelijke. Beheerder 5.8 Worden de nodige deskundigen ingeschakeld? Organisatie 95. Verwerk de bovengenoemde punten in de contractuele afspraken tussen de beheerder en de werkgevers die het onderhoud uitvoeren. Beheerder Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 11 van 13
Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 12 van 13
Rijnboutt, Haarlemmerstraatblok, Leiden Pagina 13 van 13