Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet gemeente Midden- Delfland 2015

Vergelijkbare documenten
Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive WWB 2013 Gemeente Midden-Delfland

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Nederweert gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 mei 2015;

De raad der gemeente Elburg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 december b e s l u i t :

De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 december 2012

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Beek

Voorgesteld besluit De Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Emmen 2013 vast te stellen.

gezien het voorstel inzake aanpassen verordeningen Wwb in verband wetswijzigingen 2013 (Gem. blad Afd. A 2013, no. );

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014;

gezien het advies van de Algemene Raadscommissie van 20 november 2014;

gezien het voorstel van college van burgemeester en wethouders d.d. 8 januari 2013;

b e s l u i t vast te stellen de hierna volgende Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Alkmaar.

VERORDENING VERREKENING BESTUURLIJKE BOETE BIJ RECIDIVE HELMOND 2013

Onderwerp : Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive. vast te stellen de VERORDENING VERREKENING BESTUURLIJKE BOETE BIJ RECIDIVE.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 mei 2013,

BOETE BIJ RECIDIVE GEMEENTE MARUM 2015

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

VERORDENING WWB verrekening bestuurlijke boete bij recidive

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer] gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel d, van de Participatiewet;

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet 2015 Neerijnen

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Heerenveen

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Krimpen aan den IJssel 2015

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Leidschendam-Voorburg 2015

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Heerenveen 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 december 2015, nummer: ;

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Hoogeveen 2015

Hoofdstuk 1 Algemene begrippen

Verordening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Beverwijk Documentnummer INT

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 14 maart 2013 ;

VERORDENING VERREKENING BESTUURLIJKE BOETE BIJ RECIDIVE PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE VELSEN

gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA A 9 15/458. Raad

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet BMWE 2015

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Wierden 2013

Onderwerp : Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015

Behoort bij raadsbesluit van

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Westerveld 2015

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive. Participatiewet 2015

gemeente Eindhoven Beleidsregels WWB Pseudoverrekening

overwegende dat het noodzakelijk is om de wijze van verrekening van de bestuurlijke boete bij recidive bij verordening te regelen;

Hoofdstuk 2. Bescherming beslagvrije voet bij verrekening wegens recidive

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive ISWI

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive. Participatiewet Dienst SoZaWe Nw. Fryslân

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015 GR Ferm Werk

onderwerp Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet

Raadsvoorstel. Vergadering : 18 december Agendapunt : 10 : Besluitvormend Programma : (8) Werk & Bijstand Portefeuillehouder : Houkje Rijpstra

Onderwerp: Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Roerdalen 2015

Raadsvergadering : 17 december 2012 Agendanr. 16. Beslispunt De "Verordening Verrekening boete bij recidive Stadskanaal 2013" vaststellen.

VERORDENING VERREKENING BESTUURLIJKE BOETE BIJ RECIDIVE GEMEENTE ASSEN 2015.

Raadsvoorstel Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Weststellingwerf 2015.

besluit: vast te stellen de Maatregelenverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz 2015 gemeente Heerde.

Ontwerpbesluit. De raad van de gemeente Kerkrade;

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive

Beleidsregel bestuurlijke boete Participatiewet, IOAW, IOAZ 2015 Gemeente Gilze en Rijen

BOETEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ

šüš Gemeente Weesp besluit vast te stellen de Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Weesp 2015.

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 16 ONDERWERP

3.0. Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive

Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2015 gemeente Midden-Drenthe 1

Het Dagelijks Bestuur van ISD BOL. Vast te stellen de Beleidsregels Boete ISD BOL In te trekken de Beleidsregels Boete ISD BOL 201 5

Beleidsregels inlichtingenplicht en bestuurlijke boetes

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 december 2014, nr. 12A;

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2013/45

Beleidsregels bestuurlijke boete Participatiewet Rotterdam 2015

Beleidsregels Boete Participatiewet/Bbz, IOAW en IOAZ Sociale Dienst Oost Achterhoek 2015 en volgende jaren.

Voorstel aan de raad. Nummer: Z Wethouder Onderwijs,. sport, werk en inkomen.

De "Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive" vast te stellen.

Georganiseerd Overleg: D College burgemeester en wethouders Burgemeester Wethouder Hendriks Wethouder Plaizier Wethouder de Klein Secretaris Akkoord

BELEIDSREGELS BESTUURLIJKE BOETE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ GEMEENTE LEIDSCHENDAM-VOORBURG 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Stein;

besluit: vast te stellen de 8e wijziging van de Maatregelenverordening Wet werk en bijstand gemeente Helmond

Aan de Raad. Verordening verrekening recidiveboete WWB

vast te stellen: de volgende Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012-A gemeente Heerde.

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

Afstemmingsverordening gemeente Arnhem 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2013;

Beleidsregels WWB/IOAW/IOAZschriftelijke. verminderde verwijtbaarheid gemeente Tholen 2013

ONTWERP-RAADSVOORSTEL VAN BenW AAN DE RAAD VOOR

Verordeningen op grond van de WWB, IOAZ, IOAW en de Wet Inburgering

AFSTEMMINGSVERORDENING WWB, IOAW en IOAZ gemeente Geldermalsen 2013

BELEIDSREGELS MATIGING EN BEGRENZING BOETEOPLEGGING PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2016

Gemeente Midden-Delfland - beleidsregels bestuurlijke boete Participatiewet, Ioaw en Ioaz 2018

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 februari 2012, nr. 2012/3532;

Afstemmingsverordening WWB

besluit vast te stellen de Beleidsregel Bestuurlijke Boete 2017 PW, IOAW, IOAZ en Bbz 2004

Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek van.;

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Verordening afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ BMWE 2016

BELEIDSREGELS BESTUURLIJKE BOETE WWB, IOAW EN IOAZ GEMEENTE ZEEVANG

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 9 22 december 2014

Titel van het document. Datum / Auteur. Uitvoeringsbesluit Boetes Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2017 e.v.

Beleidsregels boete sociale zekerheidswetten gemeente Súdwest-Fryslân 2018

Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 maart 2013;

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen

Transcriptie:

Registratienummer : 2015-00722 / 15Z.000072 Onderwerp : conceptverordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet gemeente Midden- Delfland 2015 Afdeling inwonerszaken April 2015 *2015-00722*

De raad van de gemeente Midden Delfland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van ***, nr. ; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel d, van de Participatiewet besluit vast te stellen de Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Midden- Delfland 2015 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begrippen 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a) beslagvrije voet: beslagvrije voet als bedoeld in de artikelen 475c tot en met 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; b) college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Delfland; c) recidiveboete: bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 18a, vijfde lid van de Participatiewet; d) verrekenen: verrekening als bedoeld in artikel 60, vierde lid, van de Participatiewet. e) wet: Participatiewet 2. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben deze dezelfde betekenis als in de wet, Algemene wet bestuursrecht en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. HOOFDSTUK 2 BESCHERMING BESLAGVRIJE VOET BIJ VERREKENING WEGENS RECIDIVE Artikel 2. Verrekenen zonder inachtneming beslagvrije voet Het college verrekent de recidiveboete zonder inachtneming van de beslagvrije voet gedurende een tijdvak van drie maanden vanaf het moment van de dagtekening waarop de bestuurlijke boete is opgelegd. Artikel 3. Verzoek tot doorbetaling huur/hypotheekrente 1. Belanghebbende kan verzoeken om, in afwijking van het bepaalde in artikel 2, de huur dan wel hypotheekrente na aftrek van huurtoeslag respectievelijk hypotheekrente, gedurende de in artikel 2 genoemde periode direct vanuit de bijstand te voldoen. Indien dit verzoek wordt toegekend wordt de verrekening daarop aangepast. 2. Een verzoek als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval afgewezen indien de belanghebbende redelijkerwijs over voldoende gelden kan beschikken om de genoemde drie maanden in zijn levensonderhoud te voorzien dan wel redelijkerwijs deze gelden op korte termijn kan verwerven. Artikel 4. Verrekenen met inachtneming beslagvrije voet In afwijking van de artikel 2 en 3 kan het college de recidiveboete met inachtneming van de beslagvrije voet verrekenen indien: a. toepassing van artikel 2 en 3 onaanvaardbare consequenties heeft voor de eventuele minderjarige belanghebbende(n); dan wel b. anderszins sprake is van dringende redenen. Artikel 5. Eerder opgelegde bestuurlijke boetes De artikelen 2 en 3 zijn van overeenkomstige toepassing op de verrekening van de bestuurlijke boete, 2

bedoeld in artikel 18a, eerste lid, van de Participatiewet, indien en voor zover deze boete nog niet is betaald op het moment van verrekening van de recidiveboete. HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN Artikel 6. Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2015. 2. Met de inwerkingtreding van deze verordening wordt gelijktijdig de Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive WWB gemeente Midden-Delfland 2013 ingetrokken. Artikel 7. Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet gemeente Midden-Delfland 2015. Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van *** De raad voornoemd. De griffier, De voorzitter, A. de Vos A.J. Rodenburg 3

ALGEMENE TOELICHTING Artikel 17, lid 1 van de Participatiewet schrijft voor dat de belanghebbende aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling doet van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op zijn arbeidsinschakeling of op het recht op bijstand. Wanneer de belanghebbende deze informatie niet (tijdig) verstrekt is sprake van schending van de inlichtingenplicht. Op 1 januari 2013 is de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving (hierna: Fraudewet ) in werking getreden. Met deze wet krijgt het college de plicht om een boete op te leggen indien sprake is van schending van de inlichtingenplicht. De eerdere bevoegdheid om in deze situatie een maatregel op te leggen, is hiermee verdwenen. De hoogte van de boete is in geval van schending van de inlichtingenplicht maximaal gelijk aan het bedrag dat de belanghebbende te veel aan bijstand heeft ontvangen. Sinds de invoering van de Fraudewet op 1 januari 2013 werd in beginsel een boete opgelegd van 100% van het schadebedrag. Uit de uitspraak van 24 november 2014 van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) 1 volgt echter dat alleen een boete van 100% kan opgelegd worden als opzet is bewezen. In overige situaties dient de boete lager te worden vastgesteld, waarbij uitgegaan moet worden van de volgende boetepercentages: - bij grove schuld 75% van het schadebedrag; - overige situaties 50% van het schadebedrag; en - bij verminderde verwijtbaarheid 25% van het schadebedrag. Verder oordeelt de CRvB in haar uitspraak dat boetes de niet hoger mogen zijn dan de boetes zoals in het strafrecht (art. 23, vierde lid Wetboek van Strafrecht) is vastgelegd. Dit betekent dat in het geval er sprake is van opzet de boete maximaal 81.000,- kan bedragen. In alle overige gevallen (waaronder in geval van grove schuld) bedraagt de maximale boete 8.100,-. Met zijn brief van 16 december 2014 verzoekt de minister de uitvoeringsinstanties, vooruitlopend op aangepaste wetgeving, in lijn met deze uitspraak te handelen. Het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) is verplicht de bestuurlijke boete met de lopende uitkering te verrekenen. Bij deze verrekening moet in beginsel de bescherming van de beslagvrije voet in acht genomen worden. Is sprake van het bij herhaling schenden van de inlichtingenplicht (zogenaamde recidive) dan wordt de bestuurlijke boete in beginsel verhoogd tot maximaal 150% van het teveel ontvangen bedrag. Op dit bedrag wordt het boetepercentage toegepast dat voortkomt uit beoordeling van de mate van verwijtbaarheid (100% bij opzet tot 25% bij verminderde verwijtbaarheid). Naast deze verhoging bij recidive heeft het college ook de bevoegdheid om in de eerste drie maanden na het opleggen van de boete de bijstand volledig te verrekenen met de openstaande boetevordering. De beslagvrije voet kan dus voor maximaal drie maanden buiten werking worden gesteld. In eerste instantie had de wetgever voorzien in een plicht tot volledige verrekening van de boete bij recidive. Bij amendement is deze verplichting omgezet in een bevoegdheid, zodat de gemeente de mogelijkheid heeft daar waar volledige verrekening onwenselijke effecten heeft (bijvoorbeeld hogere maatschappelijke kosten vanwege uithuisplaatsing) de verrekening aan te passen dan wel bij de verrekening de beslagvrije voet wel te hanteren. De Participatiewet verplicht de gemeenteraad in een verordening nadere regels te stellen over de bevoegdheid de beslagvrije voet tijdelijk buiten werking te stellen bij verrekening van de recidiveboete. Door het vastleggen van regels ontstaat ruimte een afweging te maken van situaties of omstandigheden waarin het buiten werking stellen van de beslagvrije voet niet proportioneel wordt geacht. 1 ECLI:NL:CRVB:2014:3754 4

Het kan voorkomen dat het college het verzoek krijgt van een andere gemeente om een door hen opgelegde boete te verrekenen (zogenaamde pseudoverrekening). In deze gevallen is het aan de gemeente die de boete heeft opgelegd (op basis van hun verordening) om aan te geven of zij de beslagvrije voet willen hanteren of niet. De gemeente die de uitkering verstrekt moet hier in beginsel aan meewerken. Als de beslagvrije voet in voorkomende gevallen niet wordt gehanteerd heeft de belanghebbende de mogelijkheid de verstrekkende gemeente te verzoeken de beslagvrije voet toch te verstrekken. Artikel 60b, tweede lid Participatiewet biedt de verstrekkende gemeente de mogelijkheid aan dit verzoek te voldoen. In de meeste gevallen zal het college dan besluiten volgens de eigen verordening te handelen. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1. Begrippen Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. Artikel 2. Verrekenen zonder inachtneming beslagvrije voet Uitgangspunt van deze verordening is dat volledige verrekening zonder inachtneming van de beslagvrije voet plaatsvindt voor de maximale termijn van drie maanden. Gedurende de periode van volledige verrekening blijven de rechten en de plichten van de Participatiewet onverkort gelden. De bijstandsuitkering blijft immers doorlopen, maar komt alleen niet meer tot uitbetaling. De verwachting is dat de volledige verrekening een prikkel kan leveren voor de belanghebbende om aan het werk te gaan. Wanneer de belanghebbende gaat werken, geldt immers weer gewoon de bescherming van de beslagvrije voet. Artikel 3. Verzoek tot doorbetaling huur/hypotheekrente Het eerste lid van artikel 3 voorziet in de mogelijkheid voor belanghebbende om het college te verzoeken in ieder geval de huur minus de huurtoeslag (en in het geval van eigenwoningbezit de hypotheekrente onder aftrek van de in dit kader ontvangen belastingteruggave en eventueel ontvangen bijzondere bijstand) via de bijstand te laten doorbetalen. De gedachte hierachter is dat met name moet worden gevreesd dat de belanghebbende, wanneer hij drie maanden geen bijstand meer ontvangt, het risico loopt dat hij/zij vanwege de ontstane achterstand in huur- of hypotheekbetalingen, uit huis wordt geplaatst. Dit leidt tot extra kosten voor de maatschappij en gaat voorbij aan de zorgplicht van de gemeente. Om dit te voorkomen biedt deze bepaling het college de mogelijkheid de verrekening in zoverre aan te passen, dat alsnog vanuit de bijstand de woonlasten kunnen worden doorbetaald. Hierbij is gekozen voor een directe doorbetaling aan de verhuurder of de hypotheekverstrekker. Hiermee wordt voorkomen dat de bijstand voor andere zaken wordt ingezet, waardoor alsnog het risico van uithuisplaatsing reëel blijft. Het tweede lid van artikel 3 bepaalt dat een verzoek tot doorbetaling zonder meer wordt geweigerd wanneer de belanghebbende in redelijkheid kan beschikken over voldoende gelden om de genoemde drie maanden in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien of deze gelden op korte termijn kan verwerven. Bewust wordt gesproken over gelden in plaats van middelen. Wanneer uitgegaan wordt van het begrip middelen zoals bedoeld in artikel 31 Participatiewet, worden namelijk een aantal posten uitgesloten, zoals bedragen ontvangen in het kader van een immateriële schadevergoeding of bedragen waarover de belanghebbende wel beschikt, maar die bij saldering met openstaande schulden geen aan te spreken vermogen opleveren. Dit zijn echter wel gelden die de belanghebbende in deze situatie kan aanspreken voor zijn levensonderhoud. Wel dient beoordeeld te worden in hoeverre de belanghebbende hier in redelijkheid over kan beschikken. Het is niet redelijk dat het college in deze gevallen verwacht dat hij/zij bezittingen verkoopt die naar hun aard en waarde algemeen gebruikelijk zijn (bijvoorbeeld meubels of een bed). En natuurlijk kunnen inkomsten verworven worden door werkaanvaarding, maar indien de afstand die de belanghebbende heeft tot de arbeidsmarkt (zeer) groot is, is de vraag of dit op korte termijn te realiseren is. In dit soort situaties is 5

afwijzing van de doorbetaling op grond van lid twee van dit artikel niet zonder meer van toepassing. Artikel 4. Verrekenen met inachtneming beslagvrije voet Hoewel het hier gaat om een herhaaldelijke schending van de inlichtingenplicht, zijn situaties denkbaar waarin volledige verrekening met de beslagvrije voet niet aanvaardbaar wordt geacht. Die situaties komen aan de orde in artikel 4. Het gaat daarbij altijd om individuele omstandigheden waaraan het college zal moeten toetsen. Dat volgt uit het woord 'anderszins' in onderdeel b. Van dringende redenen is niet snel sprake. Het gaat slechts om incidentele gevallen, waarbij de behoeftige omstandigheden waarin de belanghebbende en diens gezinsleden verkeren op geen enkele andere wijze te verhelpen zijn. Het enkele feit dat het belanghebbende door de verrekening aan middelen ontbreekt om in het bestaan te voorzien, is op zich geen voldoende voorwaarde om te kunnen spreken van dringende redenen. Fraude mag immers nooit lonend zijn en er is uitsluitend sprake van volledige verrekening wanneer iemand bij herhaling niet aan zijn inlichtingenplicht voldoet. Artikel 5. Eerder opgelegde bestuurlijke boetes In artikel 60b, derde lid, van de Participatiewet is bepaald dat de bevoegdheid om te verrekenen met de beslagvrije voet ook van toepassing is op eerder opgelegde bestuurlijke boetes voor zover op het moment van verrekening van de recidiveboete, die eerdere boetes nog niet zijn betaald. Mocht het college die eerdere nog openstaande boetes gaan verrekenen, dan regelt artikel 5 dat de bepalingen in deze verordening van overeenkomstige toepassing zijn. Artikel 6. Inwerkingtreding Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. Artikel 7. Citeertitel Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. 6