Het inleiden van de baring. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Vergelijkbare documenten
Het inleiden van de baring

Inleiding van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Inleiding van de bevalling

Inleiding van de bevalling

Inleiding van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling. Geboortecentrum IJsselland

Inleiding van uw bevalling

Het inleiden van de bevalling

inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling

De inleiding. Waarom wordt een bevalling ingeleid?

Inleiding van een bevalling

H Inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling Afdeling kraam/gynaecologie MCL

Het inleiden van de bevalling. Poli Gynaecologie

Inleiden van de bevalling en rijping van de baarmoedermond

Het inleiden van een bevalling BEHANDELING

Het inleiden van de bevalling

HET INLEIDEN VAN DE BEVALLING

Het inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling. Waarom wordt een bevalling ingeleid. Over tijd zijn. Langdurig gebroken vliezen

Inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling. Waarom wordt een bevalling ingeleid. Over tijd zijn. Langdurig gebroken vliezen. Groeivertraging van de baby

Het inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling

Het inleiden van een bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van een bevalling

HET INLEIDEN VAN DE BEVALLING FRANCISCUS VLIETLAND

Rijnland Ziekenhuis: Het inleiden van de bevalling. Het inleiden van de bevalling Afdeling gynaecologie en verloskunde

HET INLEIDEN VAN DE BEVALLING

10 brengen? Woordenlijst 11

Het inleiden van de bevalling

Inleiden van de baring

Het inleiden van de bevalling

PATIËNTEN INFORMATIE. Het inleiden van de bevalling

Waarom wordt een bevalling ingeleid?

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Inleiden van de baring

Inleiding van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Verloskunde. Het inleiden van de bevalling. gynaecoloog adviseren de bevalling in te leiden. Meer informatie vindt u in de folder Serotiniteit.

11 brengen? Woordenlijst 12

Inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Inleiden van de baring

Inleiden van de bevalling

Maatschap Gynaecologie. Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van een bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van een bevalling

Het inleiden van een bevalling

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Obstetrie en Gynaecologie. Het inleiden van de bevalling

Inleiden van de baring

Het inleiden van een bevalling

Inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling

Het inleiden van de baring. Verloskunde

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van een bevalling

Inleiding bevalling. Verloskunde. mca.nl

Inleiden van de bevalling

Inleiden bevalling Afdeling verloskunde.

Inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Het inleiden van een bevalling

Inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling

Inleiden van de bevalling. Gynaecologie

Inleiden van een bevalling

De ingeleide bevalling

Zwanger voorbij de 41 weken en dan? Serotiniteit. Poli Gynaecologie

PATIËNTEN INFORMATIE. Het inleiden van de bevalling

De ingeleide bevalling

Balloninleiding van de bevalling. Poli Gynaecologie

Inleiding van de bevalling

Het inleiden van de bevalling

Inleiding De uitgerekende datum en de normale periode van bevallen Wat is serotiniteit? De gevolgen van serotiniteit

Ingeleide bevalling. Afspraak ingeleide bevalling. Waarom wordt een bevalling ingeleid

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Serotiniteit. rkz.nl

Waarom wordt u ingeleid?

Serotiniteit BEHANDELING

Bezoekadressen: Meander Medisch Centrum Maatweg TZ Amersfoort. Postadres: Postbus BM Amersfoort

Ingeleide bevalling. Hoofddorp

PATIËNTEN INFORMATIE. Serotiniteit

Serotiniteit. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

serotiniteit Patiënteninformatie Serotiniteit

Serotiniteit / overdragenheid

Het inleiden van de bevalling met een ballonkatheter

Gynaecologie / Verloskunde. Patiënteninformatie. Serotiniteit. Slingeland Ziekenhuis

Bijna 42 weken zwanger... en nu?

Transcriptie:

Het inleiden van de baring Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Inleiding Bij een inleiding brengt men de bevalling kunstmatig op gang. Een inleiding vindt altijd plaats in het ziekenhuis onder verantwoordelijkheid van een gynaecoloog/klinisch verloskundige. Deze folder geeft algemene informatie. Aan het einde vindt u een verklarende woordenlijst. U kunt ook altijd vragen stellen aan uw verpleegkundige. Waarom wordt een bevalling ingeleid? Een inleiding wordt meestal geadviseerd als de gynaecoloog verwacht dat de situatie voor de baby buiten de baarmoeder gunstiger zal zijn dan daarbinnen. De bevalling wordt dan opgewekt op een tijdstip dat de toestand van het kind nog goed is en men verwacht dat de baby een normale bevalling kan doorstaan. Ook ernstige klachten bij u zelf kunnen een reden zijn voor het inleiden van de baring. Enkele veel voorkomende redenen voor inleiding zijn: over tijd zijn, langdurig gebroken vliezen, groeivertraging bij de baby en een verminderde functie van de placenta. Over tijd zijn Als u twee weken na de uitgerekende datum niet bevallen bent, wordt er gesproken van over tijd zijn. De medische term hiervoor is serotiniteit. De zwangerschapsduur bedraagt dan 42 weken. In deze gevallen wordt veelal een echoscopie gemaakt om de hoeveelheid vruchtwater te beoordelen. Ook wordt ter controle een CTG (cardiotocogram) gemaakt, een registratie van de harttonen van de baby. De gynaecoloog bespreekt met u de uitslagen en maakt samen met u een afspraak om de bevalling in te leiden. Langdurig gebroken vliezen Het breken van de vliezen kan het eerste teken zijn van het begin van de bevalling. Als de vliezen langer dan 24 uur gebroken zijn, spreekt men langdurig gebroken vliezen. De bevalling kan dan alsnog uit zichzelf op gang komen. Wel wordt een bevalling in het ziekenhuis geadviseerd, omdat er iets meer infectiegevaar bestaat. Bij langdurig gebroken vliezen is het verstandig rectaal (= via de anus) de temperatuur op te nemen. Bij een temperatuur hoger dan 37,8 C moet u contact opnemen met de polikliniek. Als de vliezen langer dan drie dagen gebroken zijn bij een voldragen zwangerschap wordt door de gynaecoloog een afspraak voor een inleiding gemaakt. Een inleiding wordt geadviseerd op de ochtend, nadat de vliezen twee of drie dagen gebroken zijn. Als de

vliezen voor de 37 weken breken, wordt vaak langer afgewacht zolang er geen tekenen van infectie zijn. Groeivertraging van de baby Het kan zijn dat de verloskundige of gynaecoloog vindt dat uw baby aan de kleine kant is. Met een echo wordt bekeken of dit inderdaad zo is. Ook weinig vruchtwater kan duiden op een klein of te klein kind. Met behulp van regelmatige echo s wordt de groei van de baby gecontroleerd. Zo nodig wordt de conditie van de baby gecontroleerd met een CTG. Indien de gynaecoloog van mening is dat de baby onvoldoende groeit of dat de conditie van de baby achteruit dreigt te gaan, kan een inleiding geadviseerd worden. Vermindering van de functie van de placenta De baby krijgt voeding en zuurstof via de placenta (moederkoek). Wanneer de moeder bijvoorbeeld een te hoge bloeddruk of suikerziekte heeft tijdens de zwangerschap, kan de placenta minder goed gaan functioneren. Daarom kan de gynaecoloog op een gegeven ogenblik van mening zijn dat het voor de baby beter is om geboren te worden. Dan wordt een inleiding met u besproken. Andere redenen Er zijn nog vele redenen waarom geadviseerd kan worden om de bevalling in te leiden. Deze kunnen te maken hebben met het verloop van de vorige bevalling of met andere bijkomende problemen tijdens de huidige zwangerschap. Soms is er een verschil tussen de noodzaak van een inleiding en de wens van u. Bespreek dit dan met uw gynaecoloog. Voorbereiding Om te beoordelen of de bevalling op gang kan worden gebracht, wordt een inwendig onderzoek verricht. Vaak gebeurt dit op de polikliniek. Om uzelf voor te bereiden is het in het Waterlandziekenhuis mogelijk om een paar keer in het jaar tijdens een voorlichtingsavond een kijkje te nemen op de verloskamers. Wanneer u hierin interesse heeft kunt u aan de assistentes op de polikliniek of de secretaresse op afdeling A3 vragen op welke data dit plaats vindt. Over het algemeen moet u dezelfde spullen meenemen als bij een gewone bevalling: kleding voor uzelf voor, tijdens en na de bevalling, wat toiletartikelen en babykleertjes. Ook is het verstandig wat ter ontspanning en tijdverdrijf mee

te nemen. De eerste uren zijn er soms nog niet zoveel weeën. Wat afleiding kan dan plezierig zijn. Wanneer is een inleiding mogelijk? Een inleiding kan pas plaatsvinden als de baarmoedermond al een beetje open en verweekt is. Verloskundigen en gynaecologen gebruiken hiervoor de term rijpheid. Een onrijpe baarmoedermond is nog lang en voelt nog stevig aan. Dit wordt een staande portio genoemd (portio is de medische benaming voor baarmoedermond). Meestal is er nog geen ontsluiting. Een rijpe baarmoedermond is over het algemeen korter. Er wordt dan gesproken over een verstrijkende portio. Ook voelt deze weker aan en is er ontsluiting. Als de baarmoedermond onrijp is Wanneer de baarmoedermond onrijp is en er toch een reden is om de bevalling op gang te brengen, kan besloten worden de baarmoedermond rijp te maken. De meest toegepaste methode is het inbrengen van een ballonnetje in de baarmoedermond, de zogenaamde ballonkatheter, of gel in de schede (primen). Uw gynaecoloog bepaalt welke methode voor u het meest geschikt is. De ballonkatheter De ballonkatheter wordt via de vagina in de baarmoedermond ingebracht waarna het ballonnetje wordt gevuld. Het doel is om de baarmoedermond zachter en weker te maken, zodat er eventueel ontsluiting ontstaat. Om de katheter goed in te kunnen brengen, wordt u op een speciaal bed gelegd met uw benen in beensteunen en wordt met behulp van een speculum (eendenbek) de ballonkatheter ingebracht. Als na het inbrengen van de katheter het CTG goed is, mag u in de loop van de ochtend weer naar huis. Soms kunt u thuis de ballonkatheter verliezen. Dit kan een raar gevoel zijn, maar heeft verder geen consequenties. Indien u verder geen klachten heeft kunt u die dag afwachten. De ballon blijft meestal 12-24 uur zitten en daarna wordt via vaginaal onderzoek beoordeelt of er veranderingen zijn ontstaan. Indien dit het geval is, kunnen de vliezen gebroken worden en kan er met een infuus gestart worden om weeën op te wekken. Primen De gel bevat prostaglandinen. Deze hormonen bevorderen de rijpheid van

de baarmoedermond en spelen een rol bij het op gang komen van de bevalling. Het inbrengen gebeurt door middel van een vaginaal toucher (het voelen met de vingers in de schede). Met de vingers wordt de gel door middel van een spuitje diep in de schede in de buurt van de baarmoedermond ingebracht. Dit is meestal niet pijnlijk, hoewel het inwendig onderzoek onplezierig kan zijn. Na afloop kunt u wat bloedverlies hebben, maar daar hoeft u niet van te schrikken. Na het inbrengen van de gel wordt de conditie van de baby gecontroleerd met behulp van een CTG. Het kan nodig zijn de behandeling te herhalen, soms gedurende enkele dagen, zeker als de baarmoedermond erg onrijp is. Prostaglandinen maken niet alleen de baarmoedermond rijp, maar kunnen ook weeën veroorzaken. Vaak ontstaan er na het inbrengen harde buiken. Dit zijn meestal nog geen weeën. Van weeën wordt pas gesproken als er ontsluiting ontstaat. Soms gaan harde buiken wel over in weeën en komt de bevalling spontaan op gang. Indien er echter na enkele uren na het inbrengen van de gel geen uterusactiviteit wordt vertoond en een nieuw CTG optimaal is, kan er worden gesproken over het eventueel naar huis gaan. Dit is mede afhankelijk van de reden waarom er een inleiding plaatsvindt. Wanneer bellen na primen of inleiding zwangerschap met ballonkatheter? Wanneer u thuis bent wordt u verzocht contact op te nemen met de afdeling Verloskunde indien er sprake is van één van de onderstaande symptomen: regelmatige weeën om de (minimaal) 5 minuten. verlies vruchtwater. verlies helder rood bloed. weinig kindsbewegingen (minder leven voelen). heftige aanhoudende pijn in de buik. koorts (rectaal 37,8 C). bij twijfel. Telefoonnummer afdeling Verloskunde: (0299) 457 460. Telefoonnummer Waterlandziekenhuis: (0299) 457 457. Er wordt voor vertrek afgesproken wanneer u weer verwacht wordt op de afdeling; dit is meestal de volgende ochtend. Dan wordt de rijpheid van de baarmoedermond opnieuw beoordeeld en een nieuw beleid afgesproken.

Het inleiden van de bevalling Wanneer er sprake is van een rijpe baarmoedermond en de vliezen kunstmatig gebroken kunnen worden, zal besloten worden de vliezen te breken en de weeën op gang te brengen. Het op gang brengen van de weeën gebeurt door middel van een infuus. Er wordt een naaldje in een bloedvat van uw hand of onderarm ingebracht, daarop wordt een dun slangetje aangesloten. Via een pompje worden medicijnen (oxytocine) toegediend om de weeën op gang te brengen. De dosering gaat stapsgewijs omhoog. Geleidelijk gaan de weeën beginnen. De conditie van uw baby wordt gecontroleerd met een CTG. Dit kan uitwendig, via de buik gebeuren. Meestal zal er een draadje (schedelelektrode) op het hoofd van de baby vastgemaakt worden om de harttonen te registreren. Dit gebeurt via een inwendig onderzoek. Ook kan soms een dun slangetje (drukkatheter) in de baarmoeder ingebracht worden om de sterkte van de weeën te meten. Dit kan ook middel van een band om de buik geregistreerd worden. Hoe gaat de bevalling verder? Nadat de inleiding is gestart, is het verloop in principe hetzelfde als bij een normale bevalling. Dit betekent dat de weeën langzamerhand heviger en pijnlijker worden. Over het algemeen heeft u de vrijheid om de weeën op uw eigen manier op te vangen; zittend in een stoel, staand naast het bed of liggend/zittend in bed. De uitdrijving (het persen) en de geboorte van de baby en de moederkoek gaan niet anders dan bij een normale bevalling. Over het algemeen wordt de baby binnen 24 uur geboren. Naarmate de baarmoedermond rijper is, gaat de ontsluiting ook sneller. Ook gaat de bevalling van een tweede kind meestal sneller dan die van een eerste. Omdat er een medische reden bestaat om de bevalling in te leiden, krijgt u een medische indicatie om in het ziekenhuis te bevallen. In het Waterlandziekenhuis kunnen er naast verpleegkundigen en leerlingverpleegkundigen ook co-assistenten aanwezig zijn. De bevalling wordt door de 2e lijns (=ziekenhuis) verloskundige begeleid en zo nodig komt gynaecoloog erbij. De gyaecoloog en verloskundige werken in nauw overleg met elkaar en de gynaecoloog is eindverantwoordelijk. Risico s en complicaties Bij elke bevalling kunnen complicaties optreden, of de bevalling nu wordt ingeleid of niet. We bespreken hier een

aantal complicaties die met een inleiding kunnen samenhangen. Langdurige bevalling Als de inleiding begonnen wordt terwijl de baarmoedermond nog niet rijp is, bestaat er een grotere kans op een langdurige bevalling. Soms wordt er geen volledige ontsluiting bereikt en moet een keizersnede verricht worden. Uitgezakte navelstreng Bij het breken van de vliezen kan de navelstreng uitzakken langs het hoofd als dit niet goed is ingedaald. Een keizersnede is dan noodzakelijk. Beschadiging door het inbrengen van de drukkatheter De drukkatheter is een dun slangetje dat bij een inleiding in de baarmoeder ingebracht kan worden om de kracht van de weeën controleren. Als dit slangetje niet goed terechtkomt, kan een bloeding vanuit de moederkoek of een beschadiging van de baarmoeder optreden. Dit komt zelden voor. Een keizersnede kan dan noodzakelijk zijn. Hyperstimulatie Hierbij komen er te veel weeën te snel achter elkaar. Als dit lang duurt kan zuurstofgebrek bij de baby optreden. Hyperstimulatie wordt verholpen door het infuus stop te zetten. Soms moet een weeënremmend medicijn gegeven worden. Sneuvelen van het infuus Dit is in wezen geen echte complicatie. Wel vinden vrouwen het vaak vervelend als er opnieuw een naaldje in de hand of in de arm ingebracht moet worden. Infectie van de baarmoeder Als de vliezen gedurende langere tijd gebroken zijn, is er een iets grotere risico op een infectie van de baarmoeder tijdens en na de bevalling. Dit is eigenlijk geen echte complicatie van de inleiding zelf, maar hangt samen met de reden van de inleiding. Ontsteking op het hoofd of de billen van de baby Zoals beschreven, wordt er bij een inleiding een draadje in de hoofdhuid van de baby vastgemaakt om de harttonen te registreren (schedelelektrode). Een enkele keer kan op de plaats waar de elektrode vastgemaakt is, een ontsteking ontstaan. Dit is niet ernstig, maar wel vervelend voor de baby. De meeste inleidingen zullen zonder complicaties verlopen en de risico s van een ingeleide bevalling zijn meestal niet groter dan die van een normale bevalling. Wel is het noodzakelijk dat

een inleiding onder goede controle en begeleiding plaats vindt. Tot slot een opmerking over de veel gehoorde opvatting dat een ingeleide bevalling pijnlijker zou zijn dan een normale bevalling. Dit is moeilijk te bewijzen omdat er geen twee bevallingen hetzelfde zijn. Tot slot Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, aarzel dan niet om deze met uw verloskundige of gynaecoloog te bespreken. N.B. In uitzonderlijke situaties wordt soms door onverwachtste extreme drukte op de afdeling de inleiding een dag verplaatst. Dit is echter alleen in gevallen waarin dit medisch verantwoord is. Woordenlijst CTG: cardiotocogram; registratiemethode om de conditie van de baby in de gaten te houden. Drukkatheter: dun slangetje dat in de baarmoeder wordt ingebracht om de kracht van de weeën te beoordelen en na te gaan hoe vaak zij komen. Inleiden: het op gang proberen te brengen van de bevalling. Oxytocine: Hormoon in vloeistofvorm dat door middel van een infuus wordt toegediend om de weeën op gang te brengen. Placenta: moederkoek. Portio: baarmoedermond. Prostaglandinen: hormoon in gelvorm die in de schede wordt gebracht om de baarmoedermond rijper te maken. Schedelelektrode: een dun draadje dat op het hoofd van de baby wordt geplaatst om de harttonen te registreren. Serotiniteit: Een zwangerschap die langer dan 2 weken na de uitgerekende datum blijft bestaan. Vaginaal toucher: Inwendig onderzoek in de schede met twee vingers om de opening van de baarmoedermond te beoordelen.

Notities: 10

Colofon Dit is een publicatie voor patiënten van het Waterlandziekenhuis Informatie www.waterlandziekenhuis.nl e-mailadres: patientenservice@wlz.nl 10075 december 2015