Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Partij ter ener zijde: de Nederlandse Ondernemersvereniging voor Afbouwbedrijven;

Vergelijkbare documenten
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Partij ter ener zijde: de Nederlandse Ondernemersvereniging voor Afbouwbedrijven;

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Reglement Vakantiefonds

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Toekenning van aanspraken op de Zorgverlofregeling en van vergoedingen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

a. het fonds: de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Schilders- en Onderhoudsbedrijf;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CAO-PARTUEN SCHILDERS

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Reglement Vakantiefonds. de Stichting Vakantiefonds Waterbouw. de Stichting Fondsenbeheer Waterbouw. het bestuur van het vakantiefonds

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

CAO-PARTIJEN SCHILDERS fax:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

integrale tekst, per 1 januari 2015 CAO AFBOUW BTER

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Partij(en) te anderer zijde: FNV Horecabond, CNV Bedrijvenbond en ABVA/KABO FNV.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Uta-werknemers CAO voor de Bouwnijverheid

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Landelijke Collectieve arbeidsovereenkomst voor de Afbouw inzake de bedrijfstak eigen regelingen, 1 januari 2008 tot en met 31 december 2010

Vrijwillige aansluiting bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid (bpfbouw)

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Vrijwillige aansluiting. bij het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid (bpfbouw)

INVALIDITEITSPENSIOENREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HOUTHANDEL

UTA-werknemers CAO voor de Bouwnijverheid

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

CAO voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De onder dictum I opgenomen bepalingen worden als volgt gewijzigd: Artikel 27 lid 1 sub b en c worden toegevoegd en komen te luiden:

Jaarrekening Stichting VUTilVI te Bussum. Van: statutaire vestigingsplaats: Bussum Adres: Nieuwe 's-gravelandseweg HM Bussum

Partij(en) te ener zijde: Vereniging Nederlandse Cateringorganisaties (Veneca);

Transcriptie:

STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29048 13 november 2014 Afbouw Bedrijfstak eigen regelingen 2015/2016 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 7 november 2014 tot wijziging van het besluit tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Afbouw inzake de bedrijfstak eigen regelingen UAW Nr. 11603 De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gelezen het verzoek van het Secretariaat CAO-partijen namens partijen bij bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van gewijzigde bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst; Partij ter ener zijde: de Nederlandse Ondernemersvereniging voor Afbouwbedrijven; Partijen ter andere zijde: FNV Bouw en CNV Vakmensen. Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten; Besluit: Dictum I Het besluit tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Afbouw inzake de bedrijfstak eigen regelingen 1 wordt met inachtneming van dictum II als volgt gewijzigd: A De onder dictum I opgenomen bepalingen worden als volgt gewijzigd: Artikel 1, tweede, vierde en negende lid van de cao komen te luiden: Artikel 1 Definities 2. Waar in deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesproken over CAO Afbouw, wordt bedoeld de landelijke collectieve arbeidsovereenkomst voor de Afbouw, lopende van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 (Stcrt. 2014, nr. 18292, 30 juli 2014). 4. Onder werkgevers worden in deze collectieve arbeidsovereenkomst mede verstaan: a. rechtspersoonlijkheid bezittende coöperatieve woningbouw- en andere verenigingen; b. stichtingen; c. natuurlijke of rechtspersonen, die in eigen beheer bouwwerken uitvoeren of daaraan herstellings- en onderhoudswerkzaamheden doen verrichten, een en ander voor zover de onder a, b of c bedoelde personen of instellingen daarbij werkzaamheden doen verrichten als bedoeld in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst en niet vallen onder de werkingssfeer van een andere loonregeling of collectieve arbeidsovereenkomst. 9. Waar in deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesproken over het administratiekantoor worden bedoeld A&O Services of zijn rechtsopvolger PGGM zijnde het administratiekantoor van de bedrijfstakeigen regelingen voor het stukadoors-, afbouw- en terrazzo-/vloerenbedrijf. 1 Stcrt. 2013, nr. 25051; laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 december 2013 (Stcrt. 2013, nr. 31166) 1 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014

Artikel 9, eerste tot en met zevende lid, tiende en elfde lid, van de cao komen te luiden: Artikel 9 Sociale fondsen, regelingen en premieverplichtingen 1. De bepalingen van: de Statuten en het reglement van de Stichting Vakantiefonds Afbouw, hierna te noemen het Vakantiefonds; de Statuten en het Financieringsreglement van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw en het Verlofdeclaratiereglement van de Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw, hierna te noemen O&O Afbouw; de Statuten en het Reglement van de Stichting Aanvullingsfonds Werknemersverzekeringen Afbouw, hierna te noemen de AW Afbouw, dan wel eventuele rechtsopvolger(s); de regeling Fysiotherapie (artikel 15); de regeling Voorziening bij ongeval (artikel 16); alsook nadere uitvoeringsvoorschriften van organisatorische en administratieve aard, welke door de besturen van genoemde Stichtingen worden gegeven binnen het kader en de doelstellingen van hun statuten en hun reglementen binden de werkgever en werknemer, en maken integrerend onderdeel uit van deze CAO. 2. De hoogte van de premies worden jaarlijks na overleg met de CAO-partijen door de besturen van de betreffende fondsen bepaald. Voor de onderstaande fondsen en regelingen zijn de volgende premies vastgesteld: Regeling Grondslag Aandeel werkgever Vakantiefonds VF premiepercentage werknemer van 18 jaar of ouder VF verlaagd premiepercentage na 130 dagen ziekte pris-uurloon/ afwijkend VF-uurloon 26,66% pris-uurloon/ afwijkend VF-uurloon 29,18% pris-uurloon/ afwijkend VF-uurloon 29,23% pris-uurloon/ afwijkend VF-uurloon 29,31% werknemer van 18 jaar of ouder pris-uurloon 24,11% pris-uurloon 24,53% pris-uurloon 25,35% pris-uurloon 26,73% O&O Afbouw premie werknemer bouwplaats bruto sv-loon 2,33% premie werknemer uta bruto sv-loon 2,33% AW Afbouw Aandeel werknemer premie werknemer bruto sv-loon 0,00% 1,03% AV55+ pris-uurloon/vastloon 5,38% 2,92% Fysiotherapie premie werknemer werkdag 0,12 Voorziening bij ongeval premie werknemer werkdag 0,14 Het PRIS-uurloon, dat wordt gebruikt voor de berekening van alle uurloon afhankelijke regelingen, komt tot stand door het garantie-uurloon te vermeerderen met (indien van toepassing) diplomatoeslag, voorliedentoeslag, prestatietoeslag en tariefloon. Het VF-uurloon, dat wordt voor de berekening van het bedrag aan vakantiefondswaarde voor loondervingsdagen en vakantietoeslag, komt tot stand door het garantie-uurloon te vermeerderen met (indien van toepassing) diplomatoeslag, voorliedentoeslag, prestatietoeslag en tariefloon. Hierbij geldt dat het maximum is gesteld op het garantieloon vermeerderd met ten hoogste 40% prestatiebeloning waaronder diploma- en voorliedentoeslag. 3. In het geval dat een werknemer wegens gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA/WAO minder dan 7½ uur per dag werkt, is de werkgever ten aanzien van deze werknemer aan de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid bijdragen en premies verschuldigd waarvan de hoogte is afgestemd op het door hem verdiende loon en de vakantierechten als genoemd in artikel 24, lid 1 van de cao Afbouw. 2 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014

4. De betalingen van de bijdragen en premies ter voorziening in de doelstellingen van de in lid 1 genoemde fondsen en regelingen dienen rechtstreeks te worden voldaan aan het administratiekantoor, waaraan voornoemde fondsen de administratie hebben opgedragen. Het administratiekantoor is onder meer gehouden aan de desbetreffende werknemers mededeling te doen omtrent de uit voormelde betalingen voortvloeiende opbouw van rechten, welke de werknemers aan voormelde fondsen kunnen ontlenen. 5. De werkgever dient binnen veertien dagen na afloop van het loontijdvak van vier weken alle gegevens benodigd voor de berekening en inning van de in lid 1 van dit artikel genoemde fondsen, alsmede alle overige regelingen waarvan de administratie aan het administratiekantoor is opgedragen, uit eigen beweging bij het administratiekantoor in te dienen. 6. Het verschuldigde aan premies en bijdragen dient te worden vastgesteld aan de hand van een door het administratiekantoor aan de werkgever te verstrekken premiewaardentabel. De methode van betaling wordt in een afzonderlijke instructie aan de werkgever ter hand gesteld. Iedere door het administratiekantoor opgelegde nota inzake de in lid 1 genoemde fondsen dient binnen 14 dagen te worden voldaan. 7. Het administratiekantoor verstrekt aan de werknemer minimaal dertienmaal per jaar een overzicht van de door zijn werkgever te zijn naam betaalde premies en bijdragen, alsmede van het totaal van zijn tegoed uit het Vakantiefonds. Een extra overzicht zal worden toegezonden indien er, in verband met terugkoppeling vorstverletgegevens in een winter, tussen de verzending van de reguliere overzichten een te grote tijdspanne ligt. 10. De afdracht van premies wordt beperkt tot maximaal de opbouwdagen per rechtjaar. 11. a. Alle schade ten gevolge van te late betaling, waaronder buitenrechtelijke kosten zowel die van de instantie die tot invordering van de verschuldigde premie(s) overgaat, als die van het al dan niet vervolgens ingeschakelde incassobureau, als die van de al dan niet vervolgens ingeschakelde advocaat en gerechtelijke kosten waaronder advocaatkosten, zullen door de premieschuldige moeten worden voldaan. b. De kosten worden vastgelegd in een door het administratiekantoor op basis van actuele gegevens over werkelijk buitengerechtelijke en gerechtelijke kosten vast te stellen kostenstaffel. Artikel 10, leden één tot en met drie, vijfde en zesde lid, van de cao komen te luiden: Artikel 10 Toekenning rechtwaarden en inning premies 1. Krachtens de bepalingen van de in lid 1 van artikel 9 genoemde reglementen is de werkgever voor iedere dag, tot een maximum van vijf dagen per week, jegens de werknemer gehouden tot het storten van de voorgeschreven bijdragen en premies in de in artikel 9 genoemde fondsen, met dien verstande dat die verplichtingen over zaterdagen en zondagen niet op de werkgever rusten, tenzij de op zaterdag en zondag verrichte arbeid betrekking heeft op buiten de grenzen van artikel 17 lid 2 van de cao Afbouw vallende uren, waarbij de normale arbeidsduur niet wordt overschreden. 2. De werkgever betaalt hetgeen hij ten aanzien van zijn werknemer verschuldigd is aan de in artikel 9 genoemde fondsen alsmede de bijdrage voor de Voorziening voor ongevallen en de collectieve verzekering fysiotherapie rechtstreeks aan het administratiekantoor, het uitvoeringsorgaan van bedoelde fondsen. Voor de wijze waarop zijn werknemers over hun uit die betalingen voortvloeiende rechten kunnen beschikken, wordt verwezen naar artikel 9 lid 8, 9 en 10. 3. In het geval dat een werknemer wegens gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA/WAO minder dan 7½ uur per dag werkt, is de werkgever ten aanzien van deze werknemer aan de in artikel 9 genoemde fondsen bijdragen en premies verschuldigd waarvan de hoogte is afgestemd op het door hem verdiende loon en de vakantierechten als genoemd in artikel 24, lid 1 van de CAO Afbouw. 5. De werkgever is voorts gehouden tot het storten van de voorgeschreven bijdragen en premies als bedoeld onder lid 1, voor iedere dag, waarover hij op grond van het bepaalde in het Reglement van de AW Afbouw en het Financieringsreglement van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw bijdrage verschuldigd is aan de Stichting Aanvullingsfonds Werknemersverzekeringen Afbouw en de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw. Het voorgaande geldt eveneens voor de regeling fysiotherapie en de Voorziening bij ongeval. 3 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014

6. De werkgever is van zijn schuld ten aanzien van zijn voormelde verplichtingen gekweten, door het storten van de in lid 1 genoemde bijdragen bij het administratiekantoor of zijn vertegenwoordigers. Artikel 14, leden zes en zeven, van de cao komen te luiden: Artikel 14 Aanvulling Werkloosheidsuitkering 6. Elke werkgever die één of meerdere werknemers in dienst heeft waarop deze CAO van toepassing is, dient aan het administratiekantoor de loongegevens te verstrekken, die laatstgenoemde noodzakelijk acht voor de jaarlijkse heffing van de bijdrage ten behoeve van de AW Afbouw. 7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door de AW Afbouw, die zijn administratie heeft opgedragen aan het administratiekantoor. De nadere voorwaarden van de regeling zijn vastgelegd in het Aanvullingsreglement AW Afbouw (bijlage 8). Artikel 15, tweede lid, van de cao komt te luiden: Artikel 15 Regeling fysiotherapie 2. De premie voor de collectieve verzekering fysiotherapie, manuele therapie, oefentherapie Cesar en oefentherapie Mensendieck wordt afgedragen door de werkgever. De premie-inning is opgedragen aan het administratiekantoor. Artikel 16, derde lid, van de cao komt te luiden: Artikel 16 Voorziening bij ongeval 3. De werkgever dient ter voldoening aan de in lid 1 genoemde verplichting deel te nemen aan de door of namens de werkgeversorganisaties afgesloten collectieve verzekering. De premie-inning is opgedragen aan het administratiekantoor. REGLEMENT VAN DE STICHTING VAKANTIEFONDS AFBOUW Artikel 1, lid o, van het Reglement van de Stichting Vakantiefonds Afbouw komt te luiden: Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: o. CAO-Afbouw: de landelijke collectieve arbeidsovereenkomst voor de Afbouw, lopende van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 (Stcrt. 2014, nr. 18292, 30 juli 2014). Artikel 2, derde lid, van het Reglement van de Stichting Vakantiefonds Afbouw komt te luiden: Artikel 2 De aan het Vakantiefonds verschuldigde bijdragen 3. De vakantiebijdragepercentages voor werkgevers bedragen: VF premiepercentage werknemer van 18 jaar of ouder pris-uurloon/afwijkend VF-uurloon 26,66% pris-uurloon/afwijkend VF-uurloon 29,18% pris-uurloon/afwijkend VF-uurloon 29,23% pris-uurloon/afwijkend VF-uurloon 29,31% VF verlaagd premiepercentage na 130 dagen ziekte werknemer van 18 jaar of ouder pris-uurloon 24,11% pris-uurloon 24,53% pris-uurloon 25,35% pris-uurloon 26,73% Het PRIS-uurloon, dat wordt gebruikt voor de berekening van alle uurloon afhankelijke regelingen, komt tot stand door het garantie-uurloon te vermeerderen met (indien van toepassing) diplomatoeslag, voorliedentoeslag, prestatietoeslag en tariefloon. Het VF-uurloon, dat wordt voor de berekening van het bedrag aan vakantiefondswaarde voor 4 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014

loondervingsdagen en vakantietoeslag, komt tot stand door het garantie-uurloon te vermeerderen met (indien van toepassing) diplomatoeslag, voorliedentoeslag, prestatietoeslag en tariefloon. Hierbij geldt dat het maximum is gesteld op het garantieloon vermeerderd met ten hoogste 40% prestatiebeloning waaronder diploma- en voorliedentoeslag. STATUTEN VAN DE STICHTING OPLEIDINGS- EN ONTWIKKELINGSFONDS AFBOUW Aan artikel 2 van de Statuten van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw wordt een lid k toegevoegd dat luidt: Artikel 2 Doel k. het doen van uitkeringen aan degenen die uit de bedrijfstak uittreden. FINANCIERINGSREGLEMENT VAN DE STICHTING OPLEIDINGS- EN ONTWIKKELINGS- FONDS AFBOUW Artikel 2, vierde en vijfde lid, van het Financieringsreglement van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsofnds Afbouw komen te luiden: Artikel 2 Bijdrageverplichting 4. De premie bedraagt 2,33% van het bruto sv-loon, te betalen door de werkgever. 5. Een premie met de naam AV55+, waarvan 5,38% prisloon/vastloon te betalen door de werkgever en 2,92% van het pris-uurloon/vastloon te betalen door de werknemer. AANVULLINGSREGLEMENT WERKNEMERSVERZEKENINGEN AFBOUW Artikel 2, derde lid, van het Aanvullingsreglement Werknemersverzekeringen Afbouw komt te luiden: Artikel 2 Bijdrage 3. De bijdrage is vastgesteld op 1,03% waarvan 1,03% voor rekening van de werknemer komt en 0,00% voor rekening van de werkgever. VERLOFDECLARATIEREGLEMENT OPLEIDINGS- EN ONTWIKKELINGSFONDS AFBOUW Aan het Verlofdeclaratiereglement Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw wordt een nieuw artikel 1a toegevoegd dat luidt: Artikel 1a Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a. cao: de landelijke collectieve arbeidsovereenkomst voor de Afbouw, lopende van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014 (Stcrt. 2014, nr. 18292, 30 juli 2014); b. administratiekantoor: A&O Services of zijn rechtsopvolger PGGM. Artikel 1 van het Verlofdeclaratiereglement Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Afbouw wordt vernummerd tot Artikel 1b waarvan de leden één, twee en vier komen te luiden: Artikel 1b Rouwverlof, palliatief verlof en kortdurend zorgverlof 1. De werkgever, die zijn werknemer het loon heeft doorbetaald over een periode van rouwverlof in verband met het overlijden van de echtgenote of daarmee conform artikel 1 lid 14 van de cao gelijkgestelde partner of een (pleeg)kind tot en met 27 jaar van de werknemer heeft recht op een vergoeding van de loonkosten over in totaal maximaal tien dagen na de dag van overlijden ten laste van het fonds. 2. De werkgever, die zijn werknemer het loon heeft doorbetaald over een periode van palliatief verlof voor stervensbegeleiding van een terminaal zieke echtgenote of daarmee conform artikel 1 lid 14 van de CAO gelijkgestelde partner, (pleeg)kind of ouder heeft recht op een vergoeding van de loonkosten over in totaal maximaal tien dagen per jaar ten laste van het fonds. 4. De werkgever, die zijn werknemer het loon heeft doorbetaald over een periode van kortdurend zorgverlof voor het bieden van hulp aan een inwonende zieke echtgenote of daarmee conform 5 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014

artikel 1 lid 14 van de CAO gelijkgestelde partner, inwonende zieke ouder of inwonend ziek (pleeg)kind, heeft recht op vergoeding van de maximaal 10 dagen per jaar dat conform de wet het loon doorbetaald moet worden en conform de CAO wordt aangevuld (eerste drie dagen 100% resterende 7 dagen 70%). Artikel 2 van het Verlofdeclaratiereglement komt te luiden: Artikel 2 Wijze van declaratie rouwverlof 1. Om voor een vergoeding ten laste van het fonds in aanmerking te komen, dient de werkgever binnen 8 weken na het einde van de periode van rouwverlof, waarvoor vergoeding wordt gewenst, het volledig ingevulde en zowel door werkgever als werknemer ondertekende door het administratiekantoor voorgeschreven declaratieformulier in te zenden vergezeld van een kopie van de overlijdensakte. 2. Aanvragen die niet binnen 8 weken na afloop van het rouwverlof door het administratiekantoor zijn ontvangen worden niet in behandeling genomen. 3. Door ondertekening van het formulier geeft de werknemer aan het administratiekantoor een machtiging af om de vermelde gegevens te controleren bij de GBA. Indien het formulier niet wordt ondertekend wordt de vergoeding uitgekeerd maar kan het administratiekantoor actie ondernemen om de vermelde gegevens op andere wijze te controleren. Artikel 3 van het Verlofdeclaratiereglement komt te luiden: Artikel 3 Wijze van declaratie palliatief verlof 1. Om voor een vergoeding ten laste van het fonds in aanmerking te komen, dient de werkgever binnen 8 weken na afloop van het palliatief verlof waarvoor vergoeding wordt gewenst het volledig ingevulde en zowel door de werkgever als de werknemer ondertekende door het administratiekantoor voorgeschreven declaratieformulier in te zenden, vergezeld van een kopie van een doktersverklaring of een kopie van de overlijdensakte. 2. Aanvragen die niet binnen 8 weken na afloop van het palliatief verlof door het administratiekantoor zijn ontvangen worden niet in behandeling genomen. 3. Door ondertekening van het formulier geeft de werknemer aan het administratiekantoor een machtiging af om de vermelde gegevens te controleren bij de GBA. Indien het formulier niet wordt ondertekend door de werknemer wordt de vergoeding uitgekeerd maar kan het administratiekantoor actie ondernemen om de vermelde gegevens op andere wijze te controleren. Artikel 4 van het Verlofdeclaratiereglement komt te luiden: Artikel 4 Wijze van declaratie kortdurend zorgverlof 1. Om voor een vergoeding ten laste van het fonds in aanmerking te komen, dient de werkgever binnen 8 weken na afloop van de periode van het kortdurend zorgverlof, waarvoor vergoeding wordt gewenst, het volledig ingevulde en zowel door de werkgever als de werknemer ondertekende door het administratiekantoor voorgeschreven declaratieformulier in te zenden, vergezeld van een kopie van een verklaring waarin een deskundige derde de noodzaak van het kortdurend zorgverlof bevestigt. 2. Aanvragen die niet binnen 8 weken na afloop van het kortdurend zorgverlof door het administratiekantoor zijn ontvangen worden niet in behandeling genomen. 3. Door ondertekening van het formulier geeft de werknemer aan het administratiekantoor een machtiging af om de vermelde gegevens te controleren bij de GBA. Indien het formulier niet wordt ondertekend wordt de vergoeding uitgekeerd maar kan het administratiekantoor actie ondernemen om de vermelde gegevens op andere wijze te controleren. Artikel 6 van het Verlofdeclaratiereglement komt te luiden: Artikel 6 Uitbetaling De vergoeding wordt nadat het administratiekantoor de declaratie akkoord heeft bevonden binnen vier 6 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014

weken betaalbaar gesteld op het bij het administratiekantoor bekende bank- of gironummer van de werkgever. Dictum II Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2015 en heeft geen terugwerkende kracht. s-gravenhage,7 november 2014 De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, De directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving, M.H.M. van der Goes 7 Staatscourant 2014 nr. 29048 13 november 2014