16 September. Elihu. INZICHT VAN JONGEREN. Hierom antwoordde Elíhu, de zoon van Barácheël, den Buziet, en zeide: VOORGAANDE ANTWOORDEN NIET AFDOENDE.

Vergelijkbare documenten
10 September. Bildad. Zie, God zal den oprechte niet verwerpen; Hij vat ook de boosdoeners niet bij de hand; totdat Hij uw mond met gelach vervulle,

11 September. Zofar. BEROEP OP ZOFARS INZICHT. Toen antwoordde Zofar, de Naämathiet, en zeide: GODS WIJSHEID VERBORGEN. GOD ERKENT LIJDEN.

Maar ik vertrouw op Uw goedertierenheid; mijn hart zal zich verheugen in Uw heil; ik zal den HEERE zingen, omdat Hij aan mij welgedaan heeft.

Ik verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in het huis des HEEREN gaan. Onze voeten zijn staande in uw poorten, o Jeruzalem!

De hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten van des mensen kinderen?

16 September. Elihu INZICHT VAN JONGEREN. VOORGAANDE ANTWOORDEN NIET AFDOENDE. GEMAAND TOT SPREKEN. Job 32:1-6a. Job 32:6b-9.

De HEERE doet gerechtigheid en gerichten al dengenen, die onderdrukt worden.

Spreuken van Salomo en Gezegden van de Wijzen

In den mond des dwazen is een roede des hoogmoeds; maar de lippen der wijzen bewaren hen.

Waar in de Bijbel is te lezen dat Job daadwerkelijk bestaan heeft en geen fictie is?

29 April Psalmen van Vreugde en Lofzang

Wat is uw enige troost, beide in het leven en sterven?

Het hart kent zijn eigen bittere droefheid; en een vreemde zal zich met deszelfs blijdschap niet vermengen.

6 Mei Psalmen die Diverse Gevoelens Uitdrukken

Waarom is het gebed den christenen van node?

Bijbelgedeelte dag 16

Geloof, een zaak van het hart

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

Met open armen Schrijvers voor gerechtigheid

De Zinloosheid van de Menselijke Inspanningen

Liturgie middagdienst. Gezang 328 vers 1, 2 en 3 Zondag 28 juli 2013

Psalmen 36:7 8. uw gericht is een geweldige watervloed. Mens en dier verlost Gij, HERE.

27:3 Een steen is zwaar, en het zand gewichtig; maar de toornigheid des dwazen is zwaarder dan die beide.

Voor den opperzangmeester, Altáscheth; een psalm, een lied, voor Asaf.

Een psalm, een lied van Asaf, voor den opperzangmeester, op de Neginôth.

Ik heb van den beginne niet in het verborgene gesproken, maar van dien tijd af, dat het geschied is, ben ik daar ;

Een wijs zoon verblijdt den vader; maar een zot zoon is zijner moeder droefheid.

30 September. Israëls herstel na de straf. Psa. 107

Wie zal komen en overwinnen?

Onze vader. Mattheus 6 vers 5-15 en Lucas 11 vers 1-13 Heere, leer ons bidden

En zij gingen allen om beschreven te worden, een iegelijk naar zijn eigen stad.

10 September. Bildad. GOD IS RECHTVAARDIG. Toen zei de Suhiet Bildad tegen Job: BEROEP OP GELEERDHEID. ZEKERHEID WORDT IN GOD GEVONDEN.

15 Juli. EGYPTENAREN ZULLEN GOD KENNEN. Alzo zegt de HEERE: MENSEN DIE AFGODEN VEREREN ZULLEN GOD KENNEN. Jes. 45:14. Jes.

Mag ik jou een vraag stellen?

18 Mei. Delen van Wijsheid en Reageren op Wijsheid

Geloof omwille van de ander. Evert Jan Ouweneel Meerkerk, 3 april 2013

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

Youth2Youth Ministries Suriname

Aan de rechterhand van de Vader totdat

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. P. Molenaar

De zegen uit Numeri 6. Deze zegen-formule is kunstig opgebouwd: zij bestaat uit 15 Hebreeuwse woorden.

welkom mededelingen LIED L 939, 1.3

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. K. Timmerman

Overzicht van de zeven brieven van Openbaring 2 en 3

"Mijn God, op U vertrouw ik" zo begint hij vers 2. Mijn God, dat klinkt intiem en persoonlijk; "mijn God op wie ik vertrouw.

Laat geloof voor je werken door te spreken. Spreek niet wat je ziet maar wat je wilt zien

ORDE VAN DIENST Welkom door de ouderling Stil gebed Intochtslied psalm 65

Welkom in deze dienst Voorganger is dhr. A. Verstoep

9 September. Elifaz. JE EIGEN LEER GELOVEN. Toen antwoordde Elífaz, de Themaniet, en zeide: ALLEEN SLECHTEN ZULLEN VERNIETIGD WORDEN.

19 Januari. Gen. 42:6-12 Egypte. Gen. 42: Gen. 42: Gen. 42:21-24a. Gen. 42:24b-26. Gen. 42:27,28. Gen. 42:29-34 Berseba. Gen.

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

Wat zag de profeet Zacharia daarna?

Zondag 2 December Eerste zondag van advent. Voorganger: Ds. L. v. d. Veer. Organist: Mans Kuipers

A V O N D G E B E D. startzondag. 24 september Protestantse gemeente te Vroomshoop

Orde van dienst Hervormde Gemeente te Sellingen

God, goden en mensen

LITURGIE. voor de dienst van uur op Biddag met de kinderen van de Eben-haëzer school. op woensdagmorgen 13 maart in de Dorpskerk

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: ds. Tonny Nap

1 April. Saul heeft zijn duizenden verslagen, maar David zijn tienduizenden!

Liturgie voor oudjaarsavond op zondag 31 december 2017, Gereformeerde Kerk, aanvang uur.

19 Juli WAAROM RECHTSCHAPEN MENSEN STERVEN. HERSTEL NIET VOOR GODDELOZEN. Jes. 57:1,2. Jes. 57:3-13

De angst van een stervend mens die zich afvraagt of God hem hoort.

16 Mei Spreuken van Salomo

ORDE VAN DIENST voor zondag 5 juni e zondag na Trinitatis

De stem van God leren verstaan. Wat van Hem gekend kan worden, zien de mensen in de schepping. Het is openbaar; ja God heeft het hun geopenbaard.

Ontsteken Tafelkaarsen onder het zingen van: Vlis-singers (samenzang) 64 Psalm 139

25 februari uur AA Kramer orgel/piano: Jannes Munneke schriftlezing: Frouke IJsselstein

Doctrine van de Heilige Geest. Wie is de Heilige Geest?

19 April Het Boek der Psalmen

17 Juli HOE ABRAHAM GEZEGEND WERD. REDDING IS OP KOMST. HERSTEL VAN DE VRIJGEKOCHTEN. Jes. 51:1-3. Jes. 51:4-8. Jes. 51:9-11

Inleiding over het kernwoord zonde

Johannes Beukelman (Reveilserie nr. 327)

Liturgie Een hele nieuwe hemel Een hele nieuwe tijd Een hele nieuwe aarde Vol gerechtigheid

29 April Psalmen van Vreugde en Lofzang

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. A. Prins (Vriezenveen)

Liturgische teksten en gebeden

Kom tot de wateren Jesaja 55. Er kan gegeten en gedronken worden. Gegeten van het brood des levens en gedronken van het water des levens.

Zoek Mij en leef! Hoe groot is Gods liefde en geduld voor Zijn volk en wat wordt uitgesteld?

Liturgie voor de dienst op oudejaarsavond 2016 in de Hervormde Kerk te Den Ham Aanvang: 19.30

26 April Psalmen over Rechtschapenheid en Boosaardigheid

En waarom zegent Paulus onze God en Vader. De eerste reden is deze (Staten-Vertaling): Efeze 1

Orde voor de voortzetting van het heilig Avondmaal

Waar genade zijn juiste plaats krijgt daar zal genezing gaan stromen.

Verwijst de profeet Micha naar de eindtijd?

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. L.P. Blom

APOCRIEFEN VAN DE KING JAMES BIJBEL 1611 GEBED van AZARJA en het lied van de drie Joden. Gebed van Azarja en het lied van de drie Joden

- 1 - Psalm Die al uw ongerechtigheid vergeeft, Die al uw ziekten geneest. Boven deze psalm staat: Loflied op Gods genade

Zo niet uw overblijfsel ten goede zal zijn! zo Ik niet, in de tijd des kwaads en in tijd der benauwdheid, bij den vijand voor u tussenkome!

Orde voor de viering van het heilig Avondmaal

Zingen : Psalm 97: 1,3,6 >

De stem van de stilte (nav 1 Koningen 19: 12, 13)

Wat is de waarde van de profetieën die de Bijbel elk mens aanreikt?

Philadelphiadienst Zondag 8 november 2015 Dorpskerk Bodegraven Aanvang: uur

dieper weg, in het moeras van zonde en ongerechtigheid. De mens kan zichzelf niet redden. Daar hoor ik iemand zeggen: "Ik geloof in

Liturgie voor de morgendienst van zondag 23 september 2018 voor de viering van het heilig Avondmaal. Thema: Zoeken en vinden van Gods genade

voor Zijn troon zijn, roepen elkaar het driemaal heilig toe: heilig, heilig, heilig is Jahwé van de hemelse legerscharen.

Hij gaf Mij een nieuw lied in de mond

Orde van dienst Hervormde Gemeente te Sellingen

Transcriptie:

16 September Job 32:1-5 Job 32:6-9 Elihu ELIHU'S JEUGDIGE BOOSHEID. Toen hielden de drie mannen op van Job te antwoorden, dewijl hij in zijn ogen rechtvaardig was. Zo ontstak de toorn van Elíhu, den zoon van Barácheël, den Buziet, van het geslacht van Ram; tegen Job werd zijn toorn ontstoken, omdat hij zijn ziel meer rechtvaardigde dan God. Zijn toorn ontstak ook tegen zijn drie vrienden, omdat zij, geen antwoord vindende, nochtans Job verdoemden. Doch Elíhu had gewacht op Job in het spreken, omdat zij ouder van dagen waren dan hij. Als dan Elíhu zag, dat er geen antwoord was in den mond van die drie mannen, ontstak zijn toorn. INZICHT VAN JONGEREN. Hierom antwoordde Elíhu, de zoon van Barácheël, den Buziet, en zeide: Ik ben minder van dagen, maar gijlieden zijt stokouden; daarom heb ik geschroomd en gevreesd, ulieden mijn gevoelen te vertonen. Ik zeide: 'Laat de dagen spreken, en de veelheid der jaren wijsheid te kennen geven.' Zekerlijk de geest, die in den mens is, en de inblazing des Almachtigen, maakt henlieden verstandig. De groten zijn niet wijs, en de ouden verstaan het recht niet. Job 32:10-14 VOORGAANDE ANTWOORDEN NIET AFDOENDE. Daarom zeg ik: Hoor naar mij; ik zal mijn gevoelen ook vertonen. Ziet, ik heb gewacht op ulieder woorden; ik heb het oor gewend tot ulieder aanmerkingen, totdat gij redenen uitgezocht hadt. Als ik nu acht op u gegeven heb, ziet, er is niemand, die Job overreedde, die uit ulieden zijn redenen beantwoordde; opdat gij niet zegt: 'Wij hebben de wijsheid gevonden; God heeft hem nedergestoten, geen mens.' Nu heeft hij tegen mij geen woorden gericht, en met ulieder woorden zal ik hem niet beantwoorden. Job 32:15-22 GEMAAND TOT SPREKEN. Zij zijn ontzet, zij antwoorden niet meer; zij hebben de woorden van zich verzet. Ik heb dan gewacht, maar zij spreken niet; want zij staan stil; zij antwoorden niet meer. Ik zal mijn deel ook antwoorden, ik zal mijn gevoelen ook vertonen. Want ik ben der woorden vol; de geest mijns buiks benauwt mij. Ziet, mijn buik is als de wijn, die niet geopend is; gelijk nieuwe lederen zakken zou hij bersten. Ik zal spreken, opdat ik voor mij lucht krijge; ik zal mijn lippen openen, en zal antwoorden. Och, dat ik niemands aangezicht aanneme,

en tot den mens geen bijnamen gebruike! Want ik weet geen bijnamen te gebruiken; in kort zou mijn Maker mij wegnemen. Job 33:1-7 OPRECHTE BEKOMMERNIS. En gewisselijk, o Job! hoor toch mijn redenen, en neem al mijn woorden ter ore. Zie nu, ik heb mijn mond opengedaan; mijn tong spreekt onder mijn gehemelte. Mijn redenen zullen de oprechtigheid mijns harten, en de wetenschap mijner lippen, wat zuiver is, uitspreken. De Geest Gods heeft mij gemaakt, en de adem des Almachtigen heeft mij levend gemaakt. Zo gij kunt, antwoord mij; schik u voor mijn aangezicht, stel u. Zie, ik ben Godes, gelijk gij; uit het leem ben ik ook afgesneden. Zie, mijn verschrikking zal u niet beroeren, en mijn hand zal over u niet zwaar zijn. Job 33:8-13 WAAR JOB HET MIS HEEFT. Zeker, gij hebt gezegd voor mijn oren, en ik heb de stem der woorden gehoord; 'Ik ben rein, zonder overtreding; ik ben zuiver, en heb geen misdaad. Zie, Hij vindt oorzaken tegen mij, Hij houdt mij voor Zijn vijand. Hij legt mijn voeten in den stok; Hij neemt al mijn paden waar.' Zie, hierin zijt gij niet rechtvaardig, antwoord ik u; want God is meerder dan een mens. Waarom hebt gij tegen Hem getwist? Want Hij antwoordt niet van al Zijn daden. Job 33:14-22 HOE GOD SPREEKT. Maar God spreekt eens of tweemaal; doch men let niet daarop. In den droom, door het gezicht des nachts, als een diepe slaap op de lieden valt, in de sluimering op het leger; dan openbaart Hij het voor het oor der lieden, en Hij verzegelt hun kastijding; opdat Hij den mens afwende van zijn werk, en van den man de hovaardij verberge; dat Hij zijn ziel van het verderf afhoude; en zijn leven, dat het door het zwaard niet doorga. Ook wordt hij gestraft met smart op zijn leger, en de sterke menigte zijner beenderen; zodat zijn leven het brood zelf verfoeit, en zijn ziel de begeerlijke spijze; dat zijn vlees verdwijnt uit het gezicht, en zijn beenderen, die niet gezien werden, uitsteken;

en zijn ziel nadert ten verderve, en zijn leven tot de dingen, die doden. Job 33:23-28 TUSSENKOMST VAN ENGELEN. Is er dan bij hem een gezant, een uitlegger, een uit duizend, om den mens zijn rechten plicht te verkondigen; zo zal Hij hem genadig zijn, en zeggen: 'Verlos hem, dat hij in het verderf niet nederdale, Ik heb verzoening gevonden.' Zijn vlees zal frisser worden dan het was in de jeugd; hij zal tot de dagen zijner jonkheid wederkeren. Hij zal tot God ernstiglijk bidden, Die in hem een welbehagen nemen zal, en zijn aangezicht met gejuich aanzien; want Hij zal den mens zijn gerechtigheid wedergeven. Hij zal de mensen aanschouwen, en zeggen: 'Ik heb gezondigd, en het recht verkeerd, hetwelk mij niet heeft gebaat; maar God heeft mijn ziel verlost, dat zij niet voere in het verderf, zodat mijn leven het licht aanziet.' Job 33:29,30 REDEN VOOR LIJDEN. Zie, dit alles werkt God twee- of driemaal met een man; opdat hij zijn ziel afkere van het verderf, en hij verlicht worde met het licht der levenden. Job 33:31-34:4 SMEEKBEDE OM AANDACHT. Merk op, o Job! Hoor naar mij; zwijg, en ik zal spreken. Zo er redenen zijn, antwoord mij; spreek, want ik heb lust u te rechtvaardigen. Zo niet, hoor naar mij; zwijg, en ik zal u wijsheid leren. Verder antwoordde Elíhu, en zeide: Hoort, gij wijzen, mijn woorden, en gij verstandigen, neigt de oren naar mij. Want het oor proeft de woorden, gelijk het gehemelte de spijze smaakt. Laat ons kiezen voor ons, wat recht is; laat ons kennen onder ons wat goed is. Job 34:5-9 JOBS POSITIE. Want Job heeft gezegd: 'Ik ben rechtvaardig, en God heeft mijn recht weggenomen. Ik moet liegen in mijn recht; mijn pijl is smartelijk zonder overtreding.' Wat man is er, gelijk Job? Hij drinkt de bespotting in als water;

en gaat over weg in gezelschap met de werkers der ongerechtigheid, en wandelt met goddeloze lieden. Want hij heeft gezegd: 'Het baat een man niet, als hij welbehagen heeft aan God.' Job 34:10-20 DE ALMACHTIGE IS RECHTVAARDIG. Daarom, gij, lieden van verstand, hoort naar mij: Verre zij God van goddeloosheid, en de Almachtige van onrecht! Want naar het werk des mensen vergeldt Hij hem, en naar eens ieders weg doet Hij het hem vinden. Ook waarlijk, God handelt niet goddelooslijk, en de Almachtige verkeert het recht niet. Wie heeft Hem gesteld over de aarde, en wie heeft de ganse wereld geschikt? Indien Hij Zijn hart tegen hem zette, zijn geest en zijn adem zou Hij tot Zich vergaderen; alle vlees zou tegelijk den geest geven, en de mens zou tot stof wederkeren. Zo er dan verstand bij u is, hoor dit; neig de oren tot de stem mijner woorden. Zou hij ook, die het recht haat, den gewonde verbinden, en zoudt gij den zeer Rechtvaardige verdoemen? Zou men tot een koning zeggen: 'Gij Belial'; tot de prinsen: 'Gij goddelozen!' Hoe dan tot Dien, Die het aangezicht der vorsten niet aanneemt, en den rijke voor den arme niet kent? Want zij zijn allen Zijner handen werk. In een ogenblik sterven zij; zelfs ter middernacht wordt een volk geschud, dat het doorga; en de machtige wordt weggenomen zonder hand. Job 34:21-30 GOD ZIET BOOSAARDIGHEID. Want Zijn ogen zijn op ieders wegen, en Hij ziet al zijn treden. Er is geen duisternis, en er is geen schaduw des doods, dat aldaar de werkers der ongerechtigheid zich verbergen mochten. Gewisselijk, Hij legt den mens niet te veel op, dat hij tegen God in het gericht zou mogen treden. Hij vermorzelt de geweldigen, dat men het niet doorzoeken kan, en stelt anderen in hun plaats. Daarom dat Hij hun werken kent, zo keert Hij hen des nachts om, en zij worden verbrijzeld. Hij klopt hen samen als goddelozen, in een plaats, waar aanschouwers zijn; daarom dat zij van achter Hem afgeweken zijn, en geen Zijner wegen verstaan hebben; opdat Hij op hem het geroep des armen brenge, en het geroep der ellendigen verhore. Als Hij stilt, wie zal dan beroeren? Als Hij het aangezicht verbergt, wie zal Hem dan aanschouwen, zowel voor een volk, als voor een mens alleen? Opdat de huichelachtige mens niet meer regere, en geen strikken des volks zijn.

Job 34:31-33 BEROUW ZONDER BETEKENIS. Zekerlijk heeft hij tot God gezegd: 'Ik heb Uw straf verdragen, ik zal het niet verderven. Behalve wat ik zie, leer Gij mij; heb ik onrecht gewrocht, ik zal het niet meer doen.' Zal het van u zijn, hoe Hij iets vergelden zal, dewijl gij Hem versmaadt? Zoudt gij dan verkiezen, en niet Ik? Wat weet gij dan? Spreek. Job 34:34-37 JOBS ZONDEN STAPELEN ZICH OP. De lieden van verstand zullen met mij zeggen, en een wijs man zal naar mij horen: dat Job niet met wetenschap gesproken heeft, en zijn woorden niet met kloek verstand geweest zijn. Mijn Vader, laat Job beproefd worden tot het einde toe, om zijner antwoorden wil onder de ongerechtige lieden. Want tot zijn zonde zou hij nog overtreding bijvoegen; hij zou onder ons in de handen klappen, en hij zou zijn redenen vermenigvuldigen tegen God. Job 35:1-3 GEKIBBEL ZONDER SAMENHANG. Elíhu antwoordde verder, en zeide: Houdt gij dat voor recht, dat gij gezegd hebt: 'Mijn gerechtigheid is meerder dan Gods?' Want gij hebt gezegd: 'Wat zou zij u baten? Wat meer voordeel zal ik daarmede doen, dan met mijn zonde?' Job 35:4-8 GOD NIET GERAAKT DOOR ZONDEN. Ik zal u antwoord geven, en uw vrienden met u. Bemerk den hemel en zie; en aanschouw de bovenste wolken, zij zijn hoger dan gij. Indien gij zondigt, wat bedrijft gij tegen Hem? Indien uw overtredingen menigvuldig zijn, wat doet gij Hem? Indien gij rechtvaardig zijt, wat geeft gij Hem, of wat ontvangt Hij uit uw hand? Uw goddeloosheid zou zijn tegen een man, gelijk gij zijt, en uw gerechtigheid voor eens mensen kind. Job 35:9-16 TOT GOD SPREKEN IS ZINLOOS. Vanwege hun grootheid doen zij de onderdrukten roepen; zij schreeuwen vanwege den arm der groten. Maar niemand zegt: 'Waar is God, mijn Maker, Die de psalmen geeft in den nacht? Die ons geleerder maakt dan de beesten der aarde, en ons wijzer maakt dan het gevogelte des hemels?' Daar roepen zij; maar Hij antwoordt niet, vanwege den hoogmoed der bozen. Gewisselijk zal God de ijdelheid niet verhoren, en de Almachtige zal die niet aanschouwen. Dat gij ook gezegd hebt: 'Gij zult Hem niet aanschouwen';

er is nochtans gericht voor Zijn aangezicht, wacht gij dan op Hem. Maar nu, dewijl het niets is, dat Zijn toorn Job bezocht heeft, en Hij hem niet zeer in overvloed doorkend heeft; zo heeft Job in ijdelheid zijn mond geopend, en zonder wetenschap woorden vermenigvuldigd. Job 36:1-4 GEZAG OPGEEIST. Elíhu ging nog voort, en zeide: Verbeid mij een weinig, en ik zal u aanwijzen, dat er nog redenen voor God zijn. Ik zal mijn gevoelen van verre ophalen, en mijn Schepper gerechtigheid toewijzen. Want voorwaar, mijn woorden zullen geen valsheid zijn; een, die oprecht is van gevoelen, is bij u. Job 36:5-12 GOD HEERST OP RATIONELE WIJZE. Zie, God is geweldig, nochtans versmaadt Hij niet; geweldig is Hij in kracht des harten. Hij laat den goddeloze niet leven, en het recht der ellendigen beschikt Hij. Hij onttrekt Zijn ogen niet van den rechtvaardige, maar met de koningen zijn zij in den troon; daar zet Hij hen voor altoos, en zij worden verheven. En zo zij, gebonden zijnde in boeien, vastgehouden worden met banden der ellende; dan geeft Hij hun hun werk te kennen, en hun overtredingen, omdat zij de overhand genomen hebben; en Hij openbaart het voor hunlieder oor ter tucht, en zegt, dat zij zich van de ongerechtigheid bekeren zouden. Indien zij horen, en Hem dienen, zo zullen zij hun dagen eindigen in het goede, en hun jaren in liefelijkheden. Maar zo zij niet horen, zo gaan zij door het zwaard door, en zij geven den geest zonder kennis. Job 36:13-15 GOD BEANTWOORDT LIJDENDE MENSEN. En die met het hart huichelachtig zijn, leggen toorn op; zij roepen niet, als Hij hen gebonden heeft. Hun ziel zal in de jonkheid sterven, en hun leven onder de schandjongens. Hij zal den ellendige in zijn ellende vrijmaken, en in de onderdrukking zal Hij het voor hunlieder oor openbaren. Job 36:16-21 WAARSCHUWING TEGEN SLECHTHEID. Alzo zou Hij ook u afgekeerd hebben van den mond des angstes tot de ruimte, onder dewelke geen benauwing zou geweest zijn; en het gerecht uwer tafel zou vol vettigheid geweest zijn. Maar gij hebt het gericht des goddelozen vervuld; het gericht en het recht houden u vast. Omdat er grimmigheid is, wacht u, dat Hij u misschien niet met een klop wegstote;

zodat u een groot rantsoen er niet zou afbrengen. Zou Hij uw rijkdom achten, dat gij niet in benauwdheid zoudt zijn; of enige versterkingen van kracht? Haak niet naar dien nacht, als de volken van hun plaats opgenomen worden. Wacht u, wend u niet tot ongerechtigheid; overmits gij ze in dezen verkoren hebt, uit oorzake van de ellende. Job 36:22-26 GODS GROOTHEID. Zie, God verhoogt door Zijn kracht; wie is een Leraar, gelijk Hij? Wie heeft Hem gesteld over Zijn weg? Of wie heeft gezegd: 'Gij hebt onrecht gedaan?' Gedenk, dat gij Zijn werk groot maakt, hetwelk de lieden aanschouwen. Alle mensen zien het aan; de mens schouwt het van verre. Zie, God is groot, en wij begrijpen het niet; er is ook geen onderzoeking van het getal Zijner jaren. Job 36:27-37:13 MACHT ALS BLIKSEM. Want Hij trekt de druppelen der wateren op, die den regen na zijn damp uitgieten; welke de wolken uitgieten, en over den mens overvloediglijk afdruipen. Kan men ook verstaan de uitbreidingen der wolken, en de krakingen Zijner hutte? Zie, Hij breidt over hem Zijn licht uit, en de wortelen der zee bedekt Hij. Want daardoor richt Hij de volken; Hij geeft spijze ten overvloede. Met handen bedekt Hij het licht, en doet aan hetzelve verbod door dengene, die tussen doorkomt. Daarvan verkondigt Zijn geklater, en het vee; ook van den opgaanden damp. Ook beeft hierover mijn hart, en springt op uit zijn plaats. Hoort met aandacht de beweging Zijner stem, en het geluid, dat uit Zijn mond uitgaat! Dat zendt Hij rechtuit onder den gansen hemel, en Zijn licht over de einden der aarde. Daarna brult Hij met de stem; Hij dondert met de stem Zijner hoogheid, en vertrekt die dingen niet, als Zijn stem zal gehoord worden. God dondert met Zijn stem zeer wonderlijk; Hij doet grote dingen, en wij begrijpen ze niet. Want Hij zegt tot de sneeuw: 'Wees op de aarde'; en tot den plasregen des regens; dan is er de plasregen Zijner sterke regenen. Dan zegelt Hij de hand van ieder mens toe, opdat Hij kenne al de lieden zijns werks. En het gedierte gaat in de loerplaatsen, en blijft in zijn holen.

Uit de binnenkamer komt de wervelwind, en van de verstrooiende winden de koude. Door Zijn geblaas geeft God de vorst, zodat de brede wateren verstijfd worden. Ook vermoeit Hij de dikke wolken door klaarheid; Hij verstrooit de wolk Zijns lichts. Die keert zich dan naar Zijn wijzen raad door ommegangen, dat zij doen al wat Hij ze gebiedt, op het vlakke der wereld, op de aarde. Hetzij dat Hij die tot een roede, of tot Zijn land, of tot weldadigheid beschikt. Job 37:14-18 MACHT IS ONVERKLAARBAAR. Neem dit, o Job, ter ore; sta, en aanmerk de wonderen Gods. Weet gij, wanneer God over dezelve orde stelt, en het licht Zijner wolk laat schijnen? Hebt gij wetenschap van de opwegingen der dikke wolken; de wonderheden Desgenen, Die volmaakt is in wetenschappen? Hoe uw klederen warm worden, als Hij de aarde stil maakt uit het zuiden? Hebt gij met Hem de hemelen uitgespannen, die vast zijn, als een gegoten spiegel? Job 37:19-24 MENS IMPONEERT GOD NIET. Onderricht ons, wat wij Hem zeggen zullen; want wij zullen niets ordentelijk voorstellen kunnen vanwege de duisternis. Zal het Hem verteld worden, als ik zo zou spreken? Denkt iemand dat, gewisselijk, hij zal verslonden worden. En nu ziet men het licht niet als het helder is in den hemel, als de wind doorgaat, en dien zuivert; als van het noorden het goud komt; maar bij God is een vreselijke majesteit! Den Almachtige, Dien kunnen wij niet uitvinden; Hij is groot van kracht; doch door gericht en grote gerechtigheid verdrukt Hij niet. Daarom vrezen Hem de lieden; Hij ziet geen wijzen van harte aan. CHRONOLOGIE EN COMMENTAAR The Daily Bible, Copyright 1984 Harvest House Publishers, Eugene, Oregon 97402 www.harvesthousepublishers.com Met toestemming gebruikt. Nadruk en reproductie is in geen enkele vorm toegestaan. BIJBELTEKSTEN STATENVERTALING, Jongbloed-editie (1637-1888). Public domain.