A V O N D G E B E D. startzondag. 24 september Protestantse gemeente te Vroomshoop

Transcriptie

1 A V O N D G E B E D startzondag 24 september 2017 Protestantse gemeente te Vroomshoop ds. F. Schipper, lector: dhr. H.P. Schipper, organist: dhr. J.C. Labrijn, koster: dhr. K. Boes

2 Orgelspel Welkom Stilte staande Openingswoorden staande Heer, open mijn lippen. Mijn mond zal zingen van uw eer. God, kom mij te hulp. Heer, haast U mij te helpen. Lofprijzing staande Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest zoals het was in het begin en nu en altijd en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Halleluja. Psalmgebed Psalm 97 Lied 97:1 Groot Koning is de HEER. Volken, bewijst Hem eer, breek uit in jubel, aarde, nu Hij de macht aanvaardde.

3 De landen wijd en zijd zijn in zijn naam verblijd. Op recht en op gericht heeft Hij zijn troon gesticht in de verborgenheid. Lezing Psalm 97:3-10 Vuur gaat voor hem uit, rondom verterend wie tegen hem opstaan. Zijn bliksems verlichten de wereld, de aarde ziet het en beeft. De bergen smelten als was voor de HEER, voor de Heer van heel de aarde. De hemel vertelt van zijn gerechtigheid, alle volken aanschouwen zijn majesteit. Beschaamd staan zij die beelden aanbidden en zich beroemen op goden van niets. Voor hem moeten alle goden zich buigen. Sion hoort het en verheugt zich; de steden van Juda juichen om uw rechtspraak, HEER. U, HEER, bent de hoogste op heel de aarde, boven alle goden hoog verheven. U die de HEER bemint: haat het kwade. Hij behoedt het leven van wie hem trouw zijn, uit de greep van de goddelozen bevrijdt hij hen. Lied 97:6 Gods heil, Gods glorie staat licht als de dageraad reeds voor het oog te gloren van wie Hem toebehoren.

4 En vreugde van de HEER stroomt in hun harten neer. Gij die rechtvaardig zijt, weest in de HEER verblijd. Zijn naam zij lof en eer! Gebed om de Heilige Geest Schriftlezing Genesis 1:1-5 In het begin schiep God de hemel en de aarde. De aarde was nog woest en doods, en duisternis lag over de oervloed, maar Gods geest zweefde over het water. God zei: Er moet licht komen, en er was licht. God zag dat het licht goed was, en hij scheidde het licht van de duisternis; het licht noemde hij dag, de duisternis noemde hij nacht. Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag. Schriftlezing Openbaring 21:1-5a Ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Want de eerste hemel en de eerste aarde zijn voorbij, en de zee is er niet meer. Toen zag ik de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel neerdalen, bij God vandaan. Ze was als een bruid die zich mooi heeft gemaakt voor haar man en hem opwacht. Ik hoorde een luide stem vanaf de troon, die uitriep: Gods woonplaats is onder de mensen, Hij zal bij hen wonen.

5 Zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn. Hij zal alle tranen uit hun ogen wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht, geen pijn, want wat er eerst was is voorbij. Hij die op de troon zat zei: Alles maak ik nieuw! Overdenking Moment van inkeer en verstilling Lied 968:2,5 Door God bijeen vergaderd, één volk dat Hem behoort, als kind'ren van één Vader; één doop, één Geest, één woord. Zo offert allerwege de kerk U lof en prijs. Eén naam is aller zegen, één brood is aller spijs. Met God zijn wij verbonden, met Vader, Zoon en Geest, met alwie overwonnen, alwie zijn trouw geweest. Bewijs ons uw genade, dan zingen wij bevrijd de glorie van uw daden, in tijd en eeuwigheid.

6 Voorganger: Mijn gebed worde gesteld als reukwerk voor Uw aangezicht, Allen: de opheffing van mijn handen als het avondoffer. Lied 513 God heeft het eerste woord. Hij heeft in den beginne het licht doen overwinnen, Hij spreekt nog altijd voort. God heeft het eerste woord. Voor wij ter wereld kwamen, riep Hij ons reeds bij name, zijn roep wordt nog gehoord. God heeft het laatste woord. Wat Hij van oudsher zeide, wordt aan het eind der tijden in heel zijn rijk gehoord. God staat aan het begin en Hij komt aan het einde. Zijn woord is van het zijnde oorsprong en doel en zin. Avondgebed, dank- en voorbeden, stil gebed, Onze Vader Lied 248 De dag, door uwe gunst ontvangen, is weer voorbij, de nacht genaakt; en dankbaar klinken onze zangen tot U, die 't licht en 't duister maakt.

7 Die dan, als onze beden zwijgen, als hier het daglicht onderduikt, weer nieuwe zangen op doet stijgen, ginds waar de nieuwe dag onluikt. Zodat de dank, U toegezonden, op aard nooit onderbroken wordt, maar steeds opnieuw door mensenmonden gezongen en gesproken wordt. Voorwaar, de aarde zal getuigen van U, die thans en eeuwig zijt, tot al uw schepselen zich buigen voor uwe liefd' en majesteit. Zegenbede staande De Heer schenke ons zijn zegen, Hij beware ons voor onheil en geleide ons tot eeuwig leven. Amen. Acclamatie staande Loven wij de Heer! Wij danken God! Orgelspel