Is uw baby geboren met een gebroken sleutelbeen?



Vergelijkbare documenten
St. Antonius Ziekenhuis

Een gebroken sleutelbeen of bovenarm bij uw baby

Gebroken sleutelbeentje. Claviculafractuur

Gebroken sleutelbeen bij een zuigeling Clavicula fractuur. Vrouw Moeder - Kind centrum (VMK)

gebroken sleutelbeen of bovenarm bij baby

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Sleutelbeenbreuk bij baby s (Claviculafractuur) rkz.nl kinderwebsite.rkz.nl

Voorkeurshouding bij baby s

Erbse parese bij baby

St. Antonius Ziekenhuis

Een kleine baby in mijn handen

LETSEL AAN SCHOUDER EN/OF ARM BIJ KINDEREN, ONTSTAAN TIJDENS DE BEVALLING

Obstetrisch plexus. eerste periode

Een kind met een Erbse parese

Obstetrisch Plexus Brachialis

Adviezen voor buikdrukverlaging

Sleutelbeenbreuk Claviculafractuur

EEN KIND MET EEN ERBSE PARESE Informatie en adviezen voor de eerste weken

Patiënteninformatie. Erbse parese. Informatie voor ouders van een kind met het geboorteletsel Erbse parese terTER_

voorkomen van een voorkeurshouding bij uw baby

Veterbrace bij scheur buitenste enkelband

EEN KIND MET EEN ERBSE PARESE INFORMATIE EN ADVIEZEN VOOR DE EERSTE WEKEN

Oefeningen na uw heupoperatie

Adviezen voor de hantering van uw baby

ORTHOPEDIE. Capsular shift. operatie aan het gewrichtskapsel van het schoudergewricht BEHANDELING

Fysiotherapie na een keizersnede

Oefeningen tijdens gebruik van de Achillotrain

Kinderfysiotherapie. tips en adviezen. Paramedische afdeling

Adviezen en oefeningen voor zwangeren met bedrust

Een te kort tongriempje bij kinderen jonger dan 4 maanden

GIPSKAMER. Gebroken pols bij volwassenen

LONGGENEESKUNDE. Dagboek bloedneuzen

GIPSKAMER. De bovenarmbrace BEHANDELING

Erbse Parese Obstetrisch Plexus Brachialis Laesie

SPOEDEISENDE HULP. Een schouderluxatie. Adviezen en instructies ADVIES

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Botscan ONDERZOEK

ONGEVALLENCHIRURGIE/SPOEDEISENDE HULP. Gipsverband BEHANDELING

INTENSIVE CARE Nazorg Intensive Care

FYSIOTHERAPIE. Toiletadviezen ADVIES

GIPSKAMER. Onderbeenbrace ADVIES

Pijnmeting. Hulpmiddel bij pijnbestrijding

Ingegroeide teennagel

RADIOLOGIE. Arthrografie ONDERZOEK

Uw arm of been in het gips

DERMATOLOGIE. De priktest ONDERZOEK

Revalidatie na operatie aan de buigpezen van de vinger

Videointeractiebegeleiding bij pasgeborenen

CHIRURGIE. Navelbreuk BEHANDELING

Hartfunctie-onderzoek bij inspanning

Identificatieplicht en Burger Service Nummer (BSN)

KINDERGENEESKUNDE. Koortsstuipen KINDEREN

Ruggenprik tijdens opname

Scan van de nieren na injectie met radioactieve stof

Videointeractiebegeleiding op de Kinderafdeling

CHIRURGIE/PLASTISCHE CHIRURGIE. Haperende vinger BEHANDELING

Telemetrie op de verpleegafdeling

Op schoot en in een stoeltje. Algemeen

Oefenprogramma van Cawthorne-Cooksey

Oefeningen bij bekkenklachten

Videointeractiebegeleiding (VIB)

Rugrevalidatieprogramma

PIJNBESTRIJDING. De poli Pijnbestrijding

Motorische Evoked Potential (MEP)

FYSIOTHERAPIE. Lymfoedeem voorkomen ADVIES

Mijn baby heeft een voorkeurshouding... Wat nu?

Liesbreukoperatie bij kinderen

ACTH-test bij kinderen

Cognitieve stoornissen na een beroerte

Oefeningen voor de bekkenbodem

Oefeningen na gebruik van de Achillotrain

FYSIOTHERAPIE. Blaastraining. Uw blaas de baas ADVIES

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Schildklierscan. Dischargetest ONDERZOEK

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Longscan ONDERZOEK

GIPSKAMER. Een gipskorset ADVIES

Mijn baby heeft een. voorkeurshouding... Wat nu? Adviezen voor de hantering van uw baby

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Scan van het lichaam. R/L shuntbepaling ONDERZOEK

Het meten van pijn. Pijnintensiteit aangeven op een schaal

ANESTHESIOLOGIE. Bloedpatch. Na een ruggenprik BEHANDELING

Ruggenprik in Dagbehandeling

Mijn baby heeft een voorkeurshouding... Wat nu?

Scan van de werking van het bijniermerg

Stabiliserende operatie van de schouder

Richtlijnen houdingsadviezen bij zuigelingen

VAATCHIRURGIE. Urokinasebehandeling BEHANDELING

CARDIOLOGIE. Ergometrie. Inspannings-elektrocardiogram ONDERZOEK

Gebroken pols bij kinderen

Mijn baby heeft een. voorkeurshouding... Wat nu? Adviezen voor de hantering van uw baby

Behandeling van de schouder met barbotage

Behandeling na reanimatie

Erbse Parese Obstetrisch Plexus Brachialis Laesie

INTERNE GENEESKUNDE. Aderlating BEHANDELING

Clonidinetolerantietest bij kinderen

Preventie en behandeling van decubitus (doorligplekken)

LHRH-test bij kinderen

CHIRURGIE. Het verpleegkundig spreekuur Chirurgie

TRH-test bij kinderen

ENDOSCOPIE. Sedatie (roesje) bij endoscopisch onderzoek

24 uurs bloeddrukmeting

RADIOLOGIE. Botdichtheidsmeting ONDERZOEK

Scopische Neerplastiek

Transcriptie:

KINDERFYSIOTHERAPIE Is uw baby geboren met een gebroken sleutelbeen? ADVIES

Is uw baby geboren met een gebroken sleutelbeen? Tijdens de geboorte kan een baby een breuk in een sleutelbeentje oplopen. De medische term hiervoor is claviculafractuur. In deze folder kunt u lezen wat dat inhoudt, en hoe u uw baby in de eerste weken na de geboorte het beste kunt verzorgen. In deze folder spreken we over uw kindje als hij en zijn. Lees zij en haar als uw baby een meisje is. Een gebroken sleutelbeen Onze botten zijn bedekt met een laag bindweefsel, het botvlies. Als het sleutelbeen tijdens de bevalling gebroken is, is het botvlies vaak nog heel. De botdelen liggen meestal nog tegen elkaar aan, maar soms zijn ze verschoven. In deze folder schrijven we de arm of de schouder als we bedoelen: de arm/schouder aan de kant van het gebroken sleutelbeen. De baby kan door de breuk pijn hebben, waardoor hij zijn schouder en arm minder gebruikt. Na een week ontstaat een verdikking (callus) rond de breuk. Dat betekent dat de botdelen vanzelf weer aan elkaar groeien. Na 2 tot 3 weken is de breuk genezen. Een speciale behandeling is dus niet nodig. Maar u moet de eerste weken wel extra opletten bij het dragen en verzorgen van uw kindje, zodat het sleutelbeen kan herstellen en uw kindje geen onnodige pijn heeft. 1

De kinderfysiotherapeut in het ziekenhuis laat u zien hoe u uw kindje het beste kunt verzorgen. Hieronder vindt u de adviezen nog eens op een rijtje. Voorkeurshouding Soms houden baby s hun hoofdje te vaak naar dezelfde kant gedraaid. Dan spreken we van een voorkeurshouding. Een voorkeurshouding is niet goed voor een gezonde ontwikkeling van uw kindje. Daarom is het belangrijk uw baby te stimuleren zijn hoofdje naar beide richtingen te draaien. Bij een gebroken sleutelbeentje moet u daar wat extra aandacht aan geven. Want doordat uw baby zijn aangedane arm vaak minder goed beweegt dan de andere arm, kan het gebeuren dat er een voorkeurskant ontstaat. U kunt de kans op een voorkeurshouding verkleinen door: de arm en hand aan de breukzijde extra aan te raken en te strelen; te zorgen dat beide handjes bij de mond of bij elkaar kunnen komen (eventueel met een doek er omheen). Zo kan uw baby zijn gezicht en handjes voelen of op zijn vingers sabbelen; het hoofdje van uw baby regelmatig naar de breukzijde toe te draaien, totdat hij dit uit zichzelf doet. Er blijft altijd een kans dat er een voorkeurshouding ontstaat. Baby s hebben vaak de neiging het hoofdje van de breukzijde af te wenden. Kijk dus goed naar uw kindje, en vertel eventuele bijzonderheden aan uw kinderarts en kinderfysiotherapeut. Pijn Niet alle baby s met een gebroken sleutelbeentje hebben pijn. Of uw kindje pijn heeft, kunt u aan zijn gezichtsuitdrukking zien. Vermijd bewegingen en houdingen waarbij uw baby pijn lijkt te hebben. Als uw baby in de eerste week pijn heeft, kunt u zijn arm rust geven door het mouwtje met een pleister of veiligheidsspeld vóór op de kleding vast te maken, liefst met het handje bij de mond (zie afbeelding 1). Doe de eerste week rustig aan met de kraamvisite. Laat het kind niet van schoot naar schoot gaan. U kunt de baby beter in een goede houding op een kussen leggen en het op deze manier aan de kraamvisite overdragen. Afbeelding 1: Het armpje vastzetten Wat u niet moet doen Til het armpje niet te ver op! De hoek tussen de romp en de bovenarm van de baby mag niet groter worden dan 90 graden (zie afbeelding 2). Laat het armpje niet naar achteren afhangen. 2

Trek uw baby niet aan de aan de armpjes omhoog. Til uw baby niet onder de oksels op. Afbeelding 2: De hoek tussen romp en bovenarm mag maximaal 90 zijn Liggen Laat uw baby de eerste 2 weken liefst alleen op de rug liggen. Als uw kindje wakker is, mag hij eventueel even op de gezonde kant liggen. Maar alleen: - onder toezicht en - als het geen pijn doet. Na de eerste 2 weken kunt u uw kindje een paar maal per dag in buikligging leggen om het oprichten van het hoofdje te stimuleren. Blijf er wel bij! Optillen Ondersteun het armpje zodat het niet naar beneden en achteren kan vallen. Als uw kind is aangekleed, kunt u voordat u hem optilt - het mouwtje met een pleister of veiligheidsspeld vóór op de kleding vastmaken. Til uw baby op met : - een hand onder de billen of tussen de beentjes - de andere hand rond de schouders en het hoofd. Draai uw baby eerst een beetje naar de gezonde kant, zodat zijn arm op zijn buikje blijft liggen. Met uw arm die rond de schouder van uw kind ligt, kunt u het handje op zijn buik vasthouden (zie afbeelding 3). Afbeelding 3: Tillen Dragen We raden u af uw kindje de eerste 2 weken op de buik of op de zijde van de breuk te leggen. Draag uw baby liefst met zijn armpje tegen u aan. Zo houdt u het met uw lichaam op zijn plaats. Leg het armpje op de borst van uw baby. Als u uw baby met de gezonde zijde tegen u aan draagt, doet u dat zo: - ondersteun de billetjes met de ene hand, 3

- leg de andere hand rond de schouders en het hoofd, - en houd daarmee ook het armpje in de juiste stand. Slaaphouding Zorg dat uw baby tijdens het slapen op zijn rug ligt. Dit is de enige veilige slaaphouding. Zoals u al hebt gelezen onder het kopje Voorkeurshouding, zal de baby zijn hoofdje waarschijnlijk van de breukzijde afwenden. Stimuleer uw baby, ook tijdens de slaap, om zijn hoofdje goed naar de breukzijde te draaien. Afbeelding 4: Dragen Tegen uw schouder Als u uw baby rechtop tegen uw schouder houdt, bijvoorbeeld voor een boertje, doet u dat zo: ondersteun de billetjes met de ene hand, houd met de andere hand het armpje zó, dat de elleboog gebogen blijft. Als het rechter sleutelbeentje is gebroken, kunt u uw baby het beste tegen uw rechterschouder houden, en andersom.(zie afbeelding 5). Gebruik geen losse, opgerolde handdoekjes om de hoofdhouding te beïnvloeden. Dat is niet veilig. Aan- en uitkleden U kunt het beste aan het voeteneind van het kind gaan staan tijdens het aan- en uitkleden. Zo stimuleert u uw baby om naar het midden te kijken. Gebruik liefst hemdjes en truitjes met een ruime hals, overslaghemdjes of kleertjes die helemaal opengemaakt kunnen worden. Bij het aankleden doet u: eerst het aangedane armpje in de mouw en daarna het gezonde armpje. Afbeelding 5 Tegen de schouder Bij het uitkleden gaat het precies andersom. U haalt: eerst het gezonde armpje uit de mouw 4

en daarna het aangedane armpje. Het is handig om uw baby half naar de gezonde zijde te rollen als u met het aangedane armpje bezig bent, zodat het armpje goed naar voren blijft. Baden Houd uw baby vast met de gezonde zijde naar u toe. Laat het hoofdje op uw pols rusten en ondersteun met uw vingers de bovenarm van de aangedane arm. Zorg dat de arm niet te veel naar beneden zakt. Ondersteun met uw andere hand de billetjes, of laat (tijdens het wassen) de billetjes op de bodem steunen. U kunt ook gebruik maken van verschillende hulpmiddelen, zoals: een antislipmatje voor op de bodem van het badje; een badmatrasje/badstoeltje (verkrijgbaar bij de thuiszorgwinkel). Voeden Wij raden u aan om bij borstvoeding uw baby op een kussen te leggen. Zo ligt uw kind op een goede hoogte en hoeft het nauwelijks op de zij te draaien. Als draaien pijnlijk is, laat dan uw kind op de gezonde zijde liggen, en verplaats het kussen van de ene naar de andere borst. Let er op dat de armpjes op de buik of de borst van het kind liggen. Zorg bij flesvoeding dat beide armpjes en handjes op de buik of om het flesje zitten, zodat u kunt zien dat ze een goede positie hebben. In het autostoeltje Zorg dat de schouder en het armpje niet te ver naar achteren zakken door: het armpje op een opgerolde handdoek te leggen of het mouwtje ter hoogte van de borst aan het truitje vast te plakken of te spelden (zie afbeelding 1). Slap armpje? Het kan zijn dat het aangedane armpje wat slapper aanvoelt en minder beweegt dan het andere armpje. Overmatige rek van nek en schouder kunnen zenuwbanen naar de arm beschadigd hebben. In veel gevallen herstelt dit vanzelf. De kinderarts en kinderfysiotherapeut zullen het herstel nauwkeurig volgen en zo nodig actie ondernemen. Na twee weken Na twee weken zal uw baby zijn armpje zelf meer gaan bewegen. Dat kunt u gewoon toelaten. U mag het armpje hoger optillen dan tot nu toe. Als uw kindje geen pijn aangeeft, mag het aangedane armpje zelfs net zo ver als het gezonde armpje. U kunt alles steeds meer op de gewone manier doen. Blijf uw baby stimuleren om: het hoofdje goed naar de kant van de breuk te draaien, ook bij het slapen, om een scheef hoofdje te voorkomen. de arm en hand aan de aangedane kant 5

goed te gebruiken (sabbelen op de hand, ermee laten voelen en er in buikligging normaal op laten steunen). Doe dit totdat uw kindje beide armpjes even vaak en even goed gebruikt. Vragen? Hebt u vragen? Neem gerust contact met ons op. U vindt onze contactgegevens in het grijze adreskader achterin deze folder. 6

St. Antonius Ziekenhuis T 088-320 30 00 E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl www.antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp 088-320 33 00 Fysiotherapie 088-320 77 50 Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) Poliklinieken St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 7

Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis FYS 91/06-12