Jurisprudentie Strafrecht. 11 december 2015 Prof.mr. F.G.H. Kristen

Vergelijkbare documenten
1.21 Verkeer: dood/zwaar lichamelijk letsel door schuld in het verkeer (art. 6 WVW 1994)

ECLI:NL:GHDHA:2015:84

DEELNEMING IN HET COMMUUN STRAFRECHT 8 december 2016 Prof. mr. Theo de Roos. Vereniging voor Belastingwetenschap 2016

Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie

ECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 26 augustus 2008 in de strafzaak tegen de verdachte:

Prof.mr. F.G.H. Kristen

ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

Leidraad voor het nakijken van de toets

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483

ECLI:NL:GHSGR:2012:BY7153

Inhoudsopgave. Voorwoord 13. Aanbevolen literatuur 15. Afkortingenlijst 17. Hoofdstuk 1 Inleiding 19

JURISPRUDENTIE STRAFRECHT. Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHARL:2017:2188

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)

ECLI:NL:GHDHA:2014:3838

ECLI:NL:RBROT:2017:6331

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907

ECLI:NL:GHAMS:2005:AT7002

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA ZITTINGSPLAATS BONAIRE STRAFVONNIS

ECLI:NL:GHSHE:2010:BN7215

ECLI:NL:GHARL:2017:6481

ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:RBROT:2017:2554

LJN: BF8034, Rechtbank Arnhem, 05/

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006


De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar

Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)

ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234

ECLI:NL:PHR:2017:295 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 15/05952

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ9218

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

ECLI:NL:GHAMS:2014:3775

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994

ECLI:NL:RBROT:2017:6214

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn

ECLI:NL:GHAMS:2014:264

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002

ECLI:NL:GHSGR:2008:BO1540

ECLI:NL:RBOVE:2016:1622

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

ECLI:NL:GHARN:2009:BH3792

ECLI:NL:RBUTR:2012:BX6660

ECLI:NL:RBASS:2012:BW7835

Uitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK

Voorwoord. Materieel strafrecht. Inleiding. 2 Bronnen van strafrecht 3 Voorwaarden voor strafbaarheid. De menselijke gedraging

ECLI:NL:GHARL:2015:2577

Uitspraak RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE SECTOR STRAFRECHT MEERVOUDIGE KAMER (VERKORT VONNIS)

ECLI:NL:HR:2013: Geding in cassatie. 2. Beoordeling van het eerste middel. Uitspraak. 8 oktober Strafkamer. nr.

ECLI:NL:HR:2015:3021. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/05204

annotatie Ars Aequi november arsaequi.nl/maandblad AA HR 17 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:1964 en ECLI:NL:HR:2013:1966

Inhoudsopgave. 3 Materieel strafrecht: opzet en schuld Inleiding 45

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:GHSHE:2015:738

6 Straftoemeting. Straftoemeting. val van het communisme en de veranderingen. Europa voor de criminaliteitsontwikkelingen

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Strafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid:

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:GHSHE:2015:2029

ECLI:NL:GHSGR:2010:BN2157

ECLI:NL:GHARN:2004:AQ5960

HR 17 februari 2009; grondslagleer: overbodig ten laste gelegde exceptie NJ 2009, 275, zaaknummer: 07/12764A, LJN:BG5620. Noot van M.J.

2 Tenlastelegging en motivering van de gegeven vrijspraak

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ2970

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:HR:2017:1302. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:626, Gevolgd

ECLI:NL:RBOVE:2015:1985

ECLI:NL:RBMNE:2017:1361

ECLI:NL:RBBRE:2005:AU8189

ECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd

HR 16 februari 2010; overgangsrecht bij vervolgings- en executieverjaring NJ 2010, 232, zaaknummer: 09/02258, LJN:BK6357. Noot van M.J.

ECLI:NL:GHDHA:2014:2351

ECLI:NL:GHSHE:2012:BY3413

ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999

ECLI:NL:RBMAA:2007:BB2790

ECLI:NL:RBGEL:2013:4039

ECLI:NL:GHLEE:2010:BM5215 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBGEL:2016:1041

Verkort vonnis van de rechtbank 's-hertogenbosch, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068

ECLI:NL:OGEAA:2017:140

Uitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:602, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2014:6178, (Gedeeltelijke) vernietiging met terugwijzen

ECLI:NL:RBMNE:2016:5688

ECLI:NL:HR:2013: Geding in cassatie. 2 Beoordeling van het eerste middel. 3 Beoordeling van het derde middel. Uitspraak.

Transcriptie:

Jurisprudentie Strafrecht 11 december 2015 Prof.mr. F.G.H. Kristen

Programma Uitspraken Hoge Raad 1 december 2015 Materieel strafrecht Strafprocesrecht: bewijs Strafprocesrecht: overig Sanctierecht

Materieel strafrecht HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015: 3441 Feiten: verkeersdelict bestaande uit dronken rijden en vervolgens op verkeerde weghelft frontaal in botsing komen met tegenligger op 1 november 2002 Tll: primair feit is art. 6 jo. 175 lid 2 sub b WVW met strafverhogende omstandigheid van niet voldoen aan bevel tot bloedonderzoek Veroordeling Hof Amsterdam bij arrest van 4 september 2014 Voor art. 6 jo 175 lid 1 sub b WVW 1994, met strafverhogende omstandigheid van niet voldoen aan bevel tot bloedonderzoek Dus hof spreekt vrij van roekeloosheid Dus strafmaximum is gevangenisstraf van 2 jaar en 3 maanden

Materieel strafrecht (vervolg) Verandering van wetgeving: in 2006 is de strafverzwaringsgrond van roekeloosheid aan art. 175 lid 2 WVW 1994 toegevoegd Gevangenisstraf zou in casu maximaal 4,5 jaar zijn Relevantie voor verjaring: verjaringstermijn stijgt van 6 naar 12 jaar (art. 70 Sr) Hoe de zaak te beoordelen? Relevant is nog dat verjaringstermijn tussentijds is gestuit, dus art. 72 lid 2 Sr van toepassing: nieuwe verjaringstermijn In casu dan verjaringstermijn ofwel 2 x 6 jaar ofwel 2 x 12 jaar zaak verjaard zaak niet verjaard

Materieel strafrecht (vervolg) HR: Herhaalt HR 29 januari 2010, NJ 2010/231 Bij verandering van wetgeving geldt nieuwe wet direct, maar reeds voltooide verjaring wordt geëerbiedigd En voegt toe: dit uitgangspunt geldt ook voor verlenging van lopende verjaringstermijnen, ook ingeval verlenging uitvloeisel is van invoering van strafverzwaringsgrond Gevolg: verjaring beoordelen naar huidig recht en niet naar tll bij dagvaarding Dus: verjaringstermijn is 2 x 6 jaar, dus feit is verjaard, OM niet-ontvankelijk A-G: wijst op relevant punt: betekent roekeloosheid in een tll van voor 2006 wel hetzelfde als de in 2006 toegevoegde roekeloosheid als strafverzwaringsgrond?

Materieel strafrecht HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3427 Feiten: verdachte bestuurt auto van zijn vriendin naar een plek waar bijrijder cocaïne verkoopt aan derde Is dit medeplegen of medeplichtigheid? Hof: medeplegen HR: Herhaalt standaardarrest HR 2 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3474 Medeplegen verlangt bewuste en nauwe samenwerking en de bijdrage moet van voldoende gewicht zijn

Materieel strafrecht (vervolg) Factoren om vereiste samenwerking te kunnen vaststellen: Intensiteit van de samenwerking, onderlinge taakverdeling, rol in voorbereiding, uitvoering of afhandeling van delict, belang van verdachtes rol, diens aanwezigheid op belangrijke momenten, en niet distantiëren op geëigend tijdstip Indien geen gezamenlijke uitvoering, maar gedragingen die wijzen op medeplichtigheid, dan aangescherpte motiveringsplicht Welke gedragingen zijn dat? In casu was verdachte chauffeur en aanwezig bij drugsdeal: dit wijst op medeplichtigheid, dus hof had bewezenverklaarde medeplegen nauwkeuriger moeten motiveren

Materieel strafrecht HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3426 Feiten: Poging tot moord in twee etappes: 1) schieten op slachtoffer in auto, 2) auto in brand steken HR: herhaalt standaardarrest HR 15 oktober 2013, NJ 2014/156 Hof heeft dit toetsingskader niet goed toegepast, want de gelegenheid tot nadenken zich voordeed na het schieten wat betekenen volgorde van verdachtes handelingen binnen dat tijdsbestek en aard van de handelingen? niets vastgesteld over het tijdsverloop terwijl wel vastgesteld dat verdachte woedend was, er een oplopend conflict was en dat het was geëscaleerd

Materieel strafrecht HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3430 Feiten: Verdachte gooit vuurwerkbom op dak ME-bus; tll poging zware mishandeling van inzittende agent Is er sprake van voorwaardelijk opzet? Risico-element: kans die aanmerkelijk is Kenniselement: op de hoogte van deze kans Wilselement: aanvaarden van deze kans HR: volgt niet uit bewijsvoering, want aanmerkelijke mate van de kans is niet gebleken nu de ME-bus is gepantserd

Strafprocesrecht: bewijs HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3439 Feiten: worsteling tussen verdachte en slachtoffer, dat door mes dodelijk wordt geraakt HR doet af via art. 81 RO, maar Verdediging voert alternatief scenario aan Hof weerlegt dat want op onderdelen niet te rijmen met inhoud dossier, en laat wezenlijke vragen onbeantwoord A-G (en HR): reactie hof met summiere motivering volstaat bij alternatieve speculatie over gang van zaken

Strafprocesrecht: bewijs HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3432 Tll toegesneden op art. 69 lid 2 AWR, maar voegt (onverplicht) toe telkens een te laag bedrag aan belasting opgegeven HR: Gaat om extra bestanddeel, want art. 69 lid 2 AWR verlangt dit niet Extra bestanddeel kan alleen worden bewezen als het werkelijke bedrag hoger is en daarover heeft het hof niets bepaald

Strafprocesrecht: bewijs HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3436 Feiten: zedenzaak waarbij opa kleindochter aanrandt en pornografisch materiaal bezit Opa legt s nachts op 3 juli 2008 deels belastende verklaring af zonder consultatie raadsman HR herhaalt HR 30 juni 2009, NJ 2009/349 Niet of niet binnen redelijke grenzen gelegenheid bieden tot raadplegen raadsman voor aangehouden verdachte is een vormverzuim, dat

Strafprocesrecht: bewijs (vervolg) leidt tot bewijsuitsluiting, indien daarop verweer is gevoerd, tenzij Afstand gedaan (uitdrukkelijk of stilzwijgend, i.i.g. ondubbelzinnig) Dwingende redenen om het consultatierecht te beperken In casu: twee uitzonderingen doen zich niet voor, dus bewijsuitsluiting Maar: geen volledige vrijspraak, alleen partiële vrijspraak Want: bewuste verklaring ziet op tll van over borsten en de vagina van [slachtoffer] [heeft] gewreven, terwijl voldoende wettig en overtuigend bewijs van penetratie HR vernietigt arrest niet

Strafprocesrecht: overig HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3428 Feiten: verdachte geeft aan secretaresse raadsman door dat zij hoger beroep wil instellen, maar raadsman laat na tijdig hoger beroep in te stellen (hij erkent later beroepsfout) Vraag: is sprake van verontschuldigbaar verzuim? Hof: Nee, geen uitzonderlijke feiten en omstandigheden Relevantie rechtspraak EHRM HR bevestigt oordeel hof, want Verdachte heeft alleen maar wens tot instellen appel kenbaar gemaakt aan secretaresse, zonder zich later van te vergewissen of raadsman gevolg heeft gegeven aan het verzoek

Sanctierecht HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015: 3437 Oud recht: alleen schadevergoedingsmaatregel (art. 36f Sr) bij veroordeling Dus niet bij ovar of oplegging maatregel plaatsing psychiatrisch ziekenhuis (art. 37 Sr) Vanaf 1 januari 2014 wel combinatie art. 36f Sr en art. 37 Sr mogelijk Maar wet kent geen bepaling van overgangsrecht. Wat nu? HR: wijziging betreft regel van sanctierecht, zodat ingevolge art. 1 lid 2 Sr voor verdachte gunstigste bepaling geldt Dus geen combinatie mogelijk, mede vanwege bepalingen vervangende hechtenis en vervangende jeugddetentie

Sanctierecht HR 1 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3429 Feiten: verdachte is medium/paragnost/hypnotiseur/mental coach en pleegt ontucht met jonge, kwetsbare vrouw Hof veroordeelt met bijzondere voorwaarde HR: Art. 14c lid 2 sub 14 Sr: voorwaarde betreft gedrag veroordeelde Maatstaf: kan verdachte zijn gedrag daarop redelijkerwijs afstemmen?