V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER FEBRUARI 2012

Vergelijkbare documenten
V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JANUARI 2015

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER MAART 2014

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER APRIL 2011

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER NOVEMBER 2017

Sense of urgency; Hervormingen; Impact.

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER NOVEMBER 2015

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER AUGUSTUS 2012

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER APRIL 2015

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER MAART 2012

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JULI 2015

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER DECEMBER 2014

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Ontv.: 8 APR STATEN VAN CURACAO. No.: Sg3 S j, ~ - l3 V ERENIGIN G B EDR IJ F S L EV EN CUR A <;::AO. Curacrao, 2 april 2013

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JULI 2012

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER AUGUSTUS 2014

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER NOVEMBER 2011

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER AUGUSTUS 2013

A 2018 N 79 PUBLICATIEBLAD

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JULI 2013

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JANUARI 2011

Willemstad, mei Resultaten Conjunctuurenquête 2016

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER MAART 2011

Resultaten Conjuntuurenquete 2018

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER SEPTEMBER 2014

Economische ontwikkelingen in 2013 en vooruitzichten voor 2014

2018D19763 LIJST VAN VRAGEN

Persbericht. Economie groeit niet in eerste kwartaal Centraal Bureau voor de Statistiek. Net geen recessie.

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER OKTOBER 2016

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER OKTOBER 2012

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

A 2014 N 106 PUBLICATIEBLAD

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Eindexamen economie 1-2 vwo 2003-II

Eindexamen economie 1-2 vwo 2005-II

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2018

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I

Eindexamen economie havo I

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O. NEWSLETTER September 2011

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER OKTOBER 2014

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2. Globale analyse 2015

Eindexamen vwo economie 2014-I

Rijksbelastingen 0n verdubbeld en vergroend

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JULI 2011

Statistisch Bulletin. Jaargang

Guardian Group Fatum Pensioen en Bedrijvendag 27 Mei 2016 Steven Martina President & CEO Guardian Group Fatum

RESULTATEN CONJUNCTUURENQUETE 1STE HELFT 2018

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

Statistisch Bulletin. Jaargang

De conclusies van het IMF betreffende de betalingsbalans en het monetair beleid zijn onderverdeeld in drie aspecten:

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Vraag Antwoord Scores

Artikelen. Cao-lonen 2005, de definitieve gegevens. Nathalie Peltzer

Eindexamen economie vwo II

Voorbeeldcasussen workshop DELFI-tool t.b.v. de LWEO Conferentie Auteurs: Íde Kearney en Robert Vermeulen

Dé Bank voor de Sociale Verzekeringen.

4 Enkele kanttekeningen bij het voornemen van de minister

Vergelijking tussen sectoren (In (Aandeel procenten) arbeidsplaatsen in procenten)

Vraag Antwoord Scores

Sector in beeld: kostenontwikkelingen 2016 juli 2015

Vraag Antwoord Scores

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

Turistika Modelscenario s s

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER JANUARI 2014

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

Eindexamen vwo economie II

Toerisme in Caribisch Nederland 2016

Meer ouderen langer werkzaam

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Modelscenario s (deel II)

5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Debt Sustainability Analysis (DSA)

SVb Seguridad pa Aruba su comunidad

Cao-lonen 2004, de definitieve gegevens

Zakelijke dienstverlening

A 2017 N 80 PUBLICATIEBLAD. De Minister van Economische Ontwikkeling,

Examen VWO. economie. Voorbeeldopgaven Phillipscurve. voorbeeldopgaven Phillipscurve

Code Red Scenario voor zorgontwikkeling in de huidige crisis. Amsterdam, 20 april 2009

Vraag Antwoord Scores

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Midden-Holland, augustus 2017

Daling omvang VUT-fondsen in 20060a

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER FEBRUARI 2013

Statistisch Bulletin. Jaargang

Pensioennieuwsbrief AC Rijksvakbonden. Februari Ferry Pereboom Angelique Kansouh

Eindexamen economie 1-2 vwo 2007-II

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012

CPB Notitie. Bijstelling meerjarencijfers Inleiding. Datum : 3 juli 2003

V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O NEWSLETTER FEBRUARI 2014

Transcriptie:

Tel.: 461-1210 Fax: 461-5422 Newsletter V E R E N I G I N G B E D R I J F S L E V E N C U R A Ç A O info@vbc.an www.vbc.an NEWSLETTER FEBRUARI 2012 1.EDITORIAL 2.ECONOMIE Stand van zaken Strategisch Toeristen Masterplan 2010-2014 Besluitenlijst Raad van Ministers financieel gezondmaken AOV Fonds 3.RAPPORTEN Forse daling arbeidsproductiviteit Curaçao periode 2003-2008 4.(Nieuwe)Wetgeving 5.ECONOMISCHE INDICATOREN 1.EDITORIAL Wil Curaçao haar huidige welvaartsniveau handhaven en verbeteren dan is, gezien het open karakter van de economie, het noodzakelijk dat sprake is van een gezonde concurrentiepositie. Om de grote importen te kunnen financieren is het een conditio sine qua non om te kunnen beschikken over een duurzame en sterke export sector. Hier manifesteert zich de importantie van een competitieve concurrentiepositie. Hoe aantrekkelijker deze is hoe groter de garantie op export van diensten en goederen. Uit onder meer de ontwikkelingen op de betalingsbalans kan worden afgeleid dat de Curaçaose economie al een tijdje te kampen heeft met een trend van verslechtering van haar concurrentiepositie. De grote tekorten op de lopende rekening duiden er onder meer op dat de export sector niet optimaal is. De uitvoer van diensten en goederen hapert. Dit zijn duidelijke indicaties dat Curaçaose producten en diensten te duur zijn voor het buitenland. Curaçaos concurrentiepositie voldoet niet (meer) aan de eisen die de internationale markt stelt om op competitieve wijze deel te nemen aan het mondiale handelsgebeuren. De recente publicatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) inzake dalende arbeidsproductiviteit in Curaçao in de periode 2003-2008 bevestigt deze neerwaartse trend. Helaas zijn er signalen dat ook na 2008 (nog) geen structurele verbeteringen gaande zijn. Integendeel, het thans door de Regering gevoerd economisch beleid tendeert eerder in de richting van verergering van de situatie: - De costs of doing business nemen eerder toe dan af (verhogen minimumlonen, kostprijsverhogende belastingen, utiliteitstarieven etc ) en alles wijst in de richting van een explosie van de kosten van het sociale verzekeringsstelsel ( toename 1

premies en loongrenzen ZV, AOV, AVBZ) die de voordelen van de lichte verlaging van de directe belastingen geheel zullen mitigeren. - Het verder verstarren van de arbeidsmarkt via onder meer het aankondigen van invoering van de zgn 80/20 regeling, afschaffen van kortlopende arbeidscontracten, aanscherpen LTU/LAV regelingen, handhaven van de ontslagwet, carentsdagen etc. Deze ontwikkeling heeft grote impact op de arbeidsethos die alsmaar verslechtert en hierdoor direct minder positieve gevolgen heeft voor de arbeidsproductiviteit. - Het ontbreken van gericht beleid om het niveau van het onderwijs te verbeteren; - Het voeren van een anti parlementair democratisch beleid (o.a. monddood maken van de oppositie) - Het voeren van een anti private ondernemers beleid door deze onder meer te bejegenen als parasieten en aasgieren, terwijl het juist deze entiteiten zijn die zich inzetten voor de export van goederen en diensten. De combinatie van dalende arbeidsproductiviteit, toenemende costs of doing business en verkeerd flankerend handelen is een receptuur die tot verslechtering van de concurrentiepositie leidt. De negatieve gevolgen hiervan openbaren zich steeds meer in de vorm van verlies aan arbeidsplaatsen, dalende inkomsten, vermindering van deviezen kortom verminderde economische groei en afnemend vertrouwen in de Curaçaose economie. Handhaven van het huidige welvaartsniveau en/of verbetering hiervan zal alleen lukken indien het (overheids)beleid wordt aangepast. Dit zal gericht moeten zijn op verbetering van de concurrentiepositie. Concrete maatregelen die genomen zullen moeten worden zijn stijging van de arbeidsproductiviteit via het verbeteren van het niveau van het onderwijs, flexibilisering van de arbeidsmarkt, verlaging van de overheidsuitgaven waardoor de (bedrijfs)kosten kunnen worden verminderd, deugdelijk bestuur en garantie van de rechtszekerheid om zodoende het vertrouwen te herstellen waardoor productieve investeringen worden gestimuleerd. Het belang van een gezonde en aantrekkelijke (internationale)concurrentiepositie kan niet genoeg worden benadrukt. 2.ECONOMIE Stand van zaken Strategisch Toeristisch Masterplan 2010-2014 In opdracht van de Curaçao Toeristen Bureau (CTB) en met inbreng en medewerking van locale stakeholders, waaronder de CHATA, hebben de Britse consultants bureaus Halcrow en CHL in 2009 het Strategisch Toeristisch Masterplan (STM) 2010-2014 voor Curaçao opgesteld. Hoewel er een aanvang gemaakt is met de uitvoering van dit plan heeft het op 10-10-10 kabinet aangetreden kabinet MFK/PS/MAN het STM nog immer niet geaccordeerd. Volgens de Minister van Economische Ontwikkeling is het STM niet ambitieus genoeg en moet het plan aangevuld worden met een aantal elementen als zakelijk-, koopmedische, en educatie toerisme alsmede de Canadese markt. 2

Op basis van de resultaten van het vorige toeristisch masterplan 2004-2009 dat zich kenmerkte door een forse groei van gemiddeld 14% per jaar en toename aandeel van het toerisme in het Bruto Binnenlands Product (BBP) van 10,5% in 2004 naar 18,5% in 2009, zijn in het STM een tweetal groei scenario s (A en B) uitgewerkt. Cijfermatig laten deze zich als volgt samenvatten: Tabel 1 Groei scenario STM 2010-2014, verblijf toerisme Groei scenario A Groei scenario B 2009 2012 2014 2012 2014 Aantal toeristen 366,800 540,000 700,000 466,000 600,000 Overnachtingen 2,696,000 4,397,500 5,497,500 3,800,000 4,731,500 Benodigd aant Kamers 5,139 7,965 9,500 7,030 8,550 Aantal vliegstoelen 1,113,000 1,330,200 1,579,200 1,230,100 1,438,200 Aantal werknemers 6,473 10,076 11,966 8,817 10,706 Marketing uitgaven benodigd, mln ANG 25 55 100 45 80 Bron: Halcrow/CHL Tabel 2 Groei scenario STM 2010-2014, Cruise toerisme Scenarios in 2014 2009 A B Aantal toeristen 423,100 700,000 550,000 Cruise calls 234 350 290 Gem aantal tourist per schip 1,808 2,000 1,890 Bron: Halcrow/CHL 3

Tabel 3 Groei scenario s STM 2010-2014, mln ANG 2009 2014 Totale groei in % Gem jaarlijkse groei in % Scenario A Inkomsten 594 1,100 85 13.1 Bijdrage aan BBP 950 1,759 85 13.1 BBP 5,080 6,269 22 4 Aandeel toerisme in BBP (%) 18 28 Scenario B Inkomsten 594 940 58 9.6 Bijdrage aan BBP 950 1,505 58 9.6 BBP 5,080 5,991 16 3.1 Aandeel toerisme in BBP (%) 18 25 Bron: Halcrow/CHL Uit de cijfers blijkt dat ingezet wordt op de trend welke zich in de periode 2004-2009 heeft gemanifesteerd. Een gemiddelde jaarlijkse groei van derhalve meer dan 10%. In scenario A zal de groei van het toerisme in 2014 zijn verdubbeld. De bijdrage van het toerisme aan het Bruto Binnenlands Product van Curaçao zal bijna 30% gaan bedragen. In 2009 bedroeg deze ongeveer 18%. Om deze doelstelling te kunnen realiseren zal het aantal kamers, overnachtingen en vliegstoelen nagenoeg eveneens moeten verdubbelen. Dit zal ook het geval zijn ten aanzien van het aantal benodigd gekwalificeerd personeel. Scenario B gaat uit van een iets lagere groei. Een zeer ambitieus plan gericht op forse groei. De vraag die opkomt is of dit plan ook daadwerkelijk verwezenlijkt gaat worden. Na twee jaar is het wellicht goed om even na te gaan hoe het plan er voor staat en wat de stand van zaken is. Op grond van beschikbare cijfers ziet het plaatje anno februari 2012 er als volgt uit: 4

Tabel 4 Voorlopige gerealiseerde en geextrapoleerde cijfers verblijf toerisme 2009 2010 2011 Aant Verblijfstoerist ytd 366,800 341,651 390,297 Scenario A extrapolatie 366,800 420,000 480,000 Scenario B extrapolatie 366,800 400,000 435,000 Overnachtingen ytd 2,696,000 2,894,900 3,183,500 Scenario A extrapolatie 2,696,000 3,070,000 3,500,000 Scenario B extrapolatie 2,696,000 3,000,000 3,300,000 Marketing expenditures 25,000,000 25,000,000 25,000,000 Scenario A extrapolatie 25,000,000 35,000,000 45,000,000 Scenario B extrapolatie 25,000,000 32,000,000 37,000,000 Met betrekking tot het verblijfstoerisme blijkt dat de in het STM geprojecteerde groei cijfers (nog) niet worden gehaald. Met name is scenario A te ambitieus en hoog gegrepen. Scenario B biedt meer perspectief. Hoewel de gerealiseerde groei cijfers nog achter blijven ten opzichte van de geprognostiseerde, is de groei in 2011 t.o.v. 2010 met 14% hoopgevend. Indien dit groeitempo zich in 2012 voortzet dan bestaat er een gerede kans dat het voor 2012 geprognosticeerde mid term aantal van 466.000 toeristen wel wordt gehaald en dat daarmee zicht ontstaat om scenario B te verwezenlijken ( 600.000 toersiten per 2014). Dit zou een prestatie van formaat zijn. Een gemiddelde groei percentage van 9% per jaar is uitstekend. Het commentaar van de Minister dat het STM niet ambitieus is kan tegen deze achtergrond niet worden onderschreven. De Minister zou een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de groei door zich in te spannen om het marketing budget te verhogen. Immers in zowel 2010 als 2011 was er ten opzichte van de in het STM geprognostiseerde bedragen sprake van stagnatie van deze middelen. Tabel 5 Voorlopig gerealiseerde en geëxtrapoleerde cijfers cruise toerisme 2009 2010 2011 Aantal Cruise toeristen ytd 432,100 382,036 393,497 Scenario A extrapolatie 432,100 465,000 512,000 Scenario B extrapolatie 423,100 448,500 475,400 Ten aanzien van het cruise toerisme ziet het er naar uit dat de geprojecteerde groei aantallen niet binnen de gestelde periode gehaald zullen worden. Verbetering van het produkt b.v. bouw van een tweede megapier zou wellicht snel hierin een positieve verandering kunnen brengen. 5

Financieel gezondmaken AOV fonds, besluiten Raad van Ministers d.d. 20 jan 2012 Het besef bij de Regering dat het AOV fonds structureel financieel gezond gemaakt moet worden is volkomen terecht. Immers het AOV fonds kampt met grote tekorten en de vooruitzichten zien er bij continuering van bestaand beleid niet positief uit. Er moeten maatregelen worden genomen om hierin verandering te brengen. De vraag die thans rijst is of de besluiten welke de Regering afgekondigd heeft en de maatregelen die 6

men voornemens is te gaan nemen tot het beoogde resultaat zullen leiden. Deze besluiten geven aanleiding tot het plaatsen van de volgende kanttekeningen: - De pensioengerechtigde leeftijdgrens wordt opgetrokken naar 65 jaar. Er is sprake van een beperkte overgangsregeling. Zo wordt per 1-1-2012 een uittreedleeftijd ingevoerd. Personen die op die datum 57 jaar of jonger zijn gaan met 65 jaar met AOV pensioen. 58 Plussers gaan bij het bereiken van de leeftijd van 60 jaar met AOV pensioen. Gezien de toestand waarin het AOV fonds zich bevindt, valt er hier vanuit een financieel-economische invalshoek veel voor te zeggen. Ergo, in het kader van financieel gezondmaken van het AOV fonds valt er niet te ontkomen om de pensioengerechtigde leeftijd te verhogen. Anders is de vraag of het sociaal, maatschappelijk gewenst is en of het juridisch mogelijk is. Kan bij voorbaat een uittreedleeftijd worden vastgesteld terwijl er hiertoe geen wettelijke basis bestaat? Zo te oordelen zal dan het beginsel met terugwerkende kracht worden toegepast op de groep personen die na 1-1-2012 de 58 jarige leeftijd behalen. Komt met deze praktijk de rechtszekerheid van deze groep niet in het geding? - Er zijn meer onderdelen die juridische vragen oproepen: kan bij een volksverzekering als de AOV het instrument differentie in zowel premies, indexering van uitkeringen als tarieven worden toegepast? Hoe verhoudt dit tot het gelijkheidsbeginsel? - In het besluit van de Raad van Ministers wordt gesteld dat de (jaar) loongrens van ANG 80.336 per 1 januari 2012 verdwijnt. In december 2011 is echter bekend gemaakt dat de loongrens per 1 jan 2012 ang 93.000 zal gaan bedragen. Welk bedrag is correct? - Idem t.a.v. van de AOV normuitkering die vastgesteld is op ANG 818 terwijl per 1 januari 2012 bekend gemaakt is dat de AOV uitkering ANG 834 zal bedragen. - De AOV uitkering wordt verhoogd naar ANG 1000 per maand voor hen die alleen een AOV pensioen ontvangen. Dit wordt uit Landskas ( belastingen) betaald. Voor hoe lang? Een koppel ( echtpaar of samenwonenden) die beiden alleen AOV pensioen ontvangen zullen samen 2 x 1000 per maand ontvangen. Dit is meer dan het bestaansminimumloon. Is dit de bedoeling? - Een zeer belangrijke voorwaarde om het AOV fonds structureel financieel te verbeteren betreft een duurzame economische groei van 2-3,5% per jaar. Echter uit onderstaande tabel blijkt dat de Curaçaose economie in de afgelopen 15 jaar gemiddeld een groei van amper 0.07% per jaar vertoonde. In de afgelopen 23 jaar bedroeg de jaarlijkse gemiddelde groei 1,13% als gevolg van de relatief hoge groeicijfers in de eind jaren tachtig en beginjaren negentig. Op basis van deze historische reeks ziet het er niet naar uit dat de vereiste duurzame groei van 2-3,5% de komende jaren gehaald gaat worden. Wat dan? - Degenen die een aanvullend pensioen hebben, hebben hiertoe een contract afgesloten met een pensioenfonds en/of verzekeringsbedrijf. In deze contracten is veelal de 60 of 62 jarige leeftijd als einddatum opgenomen. Wat gaat er met deze contracten gebeuren? Als deze personen op het overeengekomen tijdstip met pensioen gaan dan zullen zij tot hun 65 jarige leeftijd de AOV moeten missen dan wel genoegen moeten nemen met een forse korting. Is dit de bedoeling? Zijn werkgevers verplicht personen waarmee afgesproken is dat bij het bereiken van 7

de 60 jarige leeftijd met pensioen in dienst te houden tot het bereiken van de 65 jarige leeftijd. Moeten zij voor deze periode pensioenpremie voldoen? - Per 1 juli 2012 dient de Ministerraad te beschikken over een uitgewerkt voorstel ter invoering van een verplicht pensioen inclusief inwerkingstredingsdatum. Een aantal vragen die hierbij rijzen zijn hoe de samenstelling van de Commissie die zich hiermee gaat belasten eruit zal zien, aantonen dat dit voorstel financieeleconomisch haalbaar is en hoe de structuur van dit stelsel er uit zal zien. Zal er sprake van een centralistisch model met één uitvoerder of een marktmodel waarbij meerdere met elkaar concurrerende pensioenentiteiten de uitvoering voor hun rekening zullen nemen? Samenvattend kan worden gesteld dat de besluiten van de Raad van Ministers om het AOV fonds structureel gezond te maken veel juridische en financieel-economische vragen oproept waardoor het allesbehalve zeker is dat de besluiten van de Raad van Ministers tot het beoogde doel zullen leiden. Niet aan de indruk kan worden ontkomen dat de Raad van Ministers overhaast en weinig doordacht te werk is gegaan. Er zullen nog heel wat maatregelen en besluiten genomen moeten worden. Een van de voornaamste onderdelen betreft het realiseren van structurele economische groei van minimaal 2-3% per jaar. Hoe gaat dat geschieden in een situatie waar sprake is van gebrek aan vertrouwen en voeren van een beleid gericht op het verhogen van AOV uitkeringen, heffen van hogere premies en opschroeven van de loongrens waardoor de costs of doing business alleen maar hoger (verslechtering van de concurrentiepositie) wordt zonder dat daartegenover verbetering van de arbeidsproductiviteit staat? Zou de aandacht zich niet meer dienen te richten op het verbeteren van het niveau van het onderwijs, training en her en bijscholing waardoor de kans op werk kan worden vergroot? Zou het voeren van een actief immigratiebeleid niet bijdragen tot het verbeteren van de dependency ratio? Kortom er zal nog heel wat moeten gebeuren om tot een structureel financieel gezond AOV fonds te komen. Tabel Reële Eco groei Curaçao als % BBP 2010 0.1 2009-0.5 2008 2.2 2007 3.5 2006 1.5 2005 0.8 2004 0.2 2003 0.3 2002 0.4 2001 1.4 2000-2.5 1999-2.3 1998-1.1 1997-1.5 8

1996-1.4 1995 0.5 1994 1.5 1993 2 1992 4.1 1991 3.5 1990 6 1989 3.9 1988 3.5 3.RAPPORTEN Forse daling gemiddelde arbeidsproductiviteit Curaçao periode 2003-2008 Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft recent de meest actuele data en ontwikkelingen over de arbeidsproductiviteit die zich in de Curaçaose economie manifesteren bekend gemaakt. Het betreft de periode 2003 tot en met 2008. Arbeidsproductiviteit wordt door het CBS gedefinieerd als bruto togevoegde waarde (btw) per werkende in constante prijzen ( na correctie inflatie). Arbeidsproductiviteit vormt een belangrijke indicator voor de welvaart van een land. Een economie met een hoge arbeidsproductiviteit impliceert dat het land ook een hoog bruto binnenlands product heeft per capita en derhalve een hoog welvaartsniveau. Uit de gepubliceerde cijfers van het CBS blijkt dat de arbeidsproductiviteit in de periode 2003-2008 fors gedaald is, zowel in lopende als constante prijzen. Bedroeg in 2003 de gemiddelde arbeidsproductiviteit in constante prijzen Naƒ 72.500 per werkende in 2008 is deze tot NAƒ 56.500 afgenomen. Voor verdere details vide onderstaande tabel 1. Als gevolg hiervan was de gemiddelde jaarlijkse groei van de arbeidsproductiviteit over de periode 2003-2008 negatief ( - 4.1%) De bedrijfstakken met de hoogste arbeidsproductiviteit voor de periode 2007 te weten financiële dienstverlening en nutsbedrijven werden in 2008 met een sterke achteruitgang geconfronteerd. De mondiale financiële crisis en de sterke fluctuaties van wereldmarktprijzen voor olie zijn hiervan de voornaamste oorzaken. Door deze ontwikkelingen is de totale arbeidsproductiviteit in 2008 beduidend lager dan in 2007 en ook in vergelijking met de jaren daarvoor. Een belangrijke component van de bruto toegevoegde waarde per werkende betreft de beloning voor geleverde arbeid ofwel de loonkosten. Uit onderstaande tabel 3 blijkt dat de volgende ontwikkelingen zich in de periode 2003-2008 hebben voortgedaan: 9

- De gemiddelde loonkosten in constante prijzen zijn gedaald van NAƒ 48.400 in 2003 naar Naƒ 44.800 in 2008. In lopende prijzen was er sprake van een stijging van bijna vijf duidend gulden per werkende. - De loonkosten zijn het hoogst in de sector financiële dienstverlening gevolgd door nutsbedrijven en transport en communicatie. De sterke daling van de arbeidsproductiveit in met name de financiële dienstverlenende sector en nutsbedrijven van respectievelijk -86,7% en 26,7 % in 2008 t.o.v. 2007 heeft niet geleid tot (snelle) aanpassing van het niveau van de lonen. Het is te hopen dat 2008 een uitzonderlijk jaar ten aanzien van forse daling van de arbeidsproductiviteit was en dat de jaren daarna deze zich heeft weten te herstellen. Dalende arbeidsproductiviteit en toenemende costs of doing business dragen namelijk niet bij tot verbetering van de concurrentiepositie en daarmee het investeringsklimaat van Curaçao. 10

11

4.(Nieuwe)Wetgeving Beknopt overzicht van recente (initiatief) wetsvoorstellen/aanpassingen op sociaaleconomisch gebied welke door de Regering dan wel als initiatief ontwerp van de Staten aan de wetgevende macht ter behandeling zijn aangeboden en waar de SER advies over dient uit te brengen (periode januari 2012 t/m februari 2012). In de betreffende verslagperiode zijn de volgende verzoeken van de Regering bij de SER ingediend ter advisering; - Ontwerp indexeringsregelingen 2010 inzake de ZV, OV, AOV en AWW - Ontwerp-indexeringsregelingen 2011 inzake de ZV, OV, AOV en AWW en premie aanpasasingen AOV en AWW regeling. 5.ECONOMIC INDICATORS Foreign Exchange Position (x mln) : Jan 2012 : NAƒ 2,160 Jan 2011 : NAƒ 2,987 Consumer Price Index (Oct 2006 = 100) Jan 2012 :119,3 Jan 2011 :115,3 Change : 3,2% Average inflation past 12 months : 2,4% Population and Employment Curaçao : 2009 2008 Total population 138,546 138,642 Employed population 56,582 56,535 Unemployed population 6,045 6,486 Labor Force 62,627 63,021 Unemployment rate 10.3% 12.4% 2009 2008 2007 2006 GDP Curaçao (x mln) 5072 5080 4666 4390 Private consumption ( x mln) 3826 3713 3327 2918 Private investments (x mln) 1510 1641 1410 1282 Export of goods & services (x mln) 3211 3382 2875 2789 Imports of goods & services (x mln) 4526 4564 3789 3423 12

Stay over tourism no of visitors : Nov 2011 year to date : 352,417 Nov 2010 year to date: 309,312 Change : 14% Cruise tourism no. of passengers : Nov 2011 year to date : 311,366 Nov 2010 year to date : 328,413 Change: - 5% Stay over nights Nov 2011 year to date: 2,884,371 Nov 2010 year to date: 2,622,886 Change: 10% Occupancy rate Hotels 2011 2010 December 75,56% 69,39% Average YTD 76,18% 71,71% Shipping : Jan - Aug 2011 Jan - Aug 2010 Freight 725 728 Tanker 594 498 Cruise 167 133 Others 295 240 Jan-June 2011 Jan-June 2010 Cargo movements, metric tons Unloaded 310,558 334,882 Loaded 112,234 110,200 Jan 2012 Jan 2011 Total companies Commercial Register Local 22,546 21,691 International 15,916 16,703 Total 38,462 38.394 Source: Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten, Central Bureau of Statistics, Curaçao Tourism Development Foundation, Curaçao Port Authority, MEO, CHATA, Chamber of Commerce Curaçao 13