Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 31 juli 2007



Vergelijkbare documenten
Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 17 juli 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 24 april

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 29 mei 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 26 juni 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 5 december 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 19 juni 2007

van 22 december 2009 gewijzigd op (23 maart 2010)

van 17 februari 2009

van 14 augustus 2007

van 20 november 2007

van 25 september 2009

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 29 april 2008

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 8 juli gewijzigd op 16 september 2009

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 17 maart gewijzigd op 2 maart 2010

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 24 januari 2007

van 23 februari 2010

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 5 januari 2010

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 17 maart 2009

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 24 juni 2008

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 30 januari 2007

van 23 februari 2010

van 13 november 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 27 januari 2009

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 15 april 2008

van 23 februari 2010

van 11 december 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt

van 23 februari 2010

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 20 juli gewijzigd op 24 januari 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 8 april gewijzigd op 23 februari 2010.

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 30 maart 2005

van 18 september 2012

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 26 juli 2005

Mededeling van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 22 juli 2008

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 31 mei 2005

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 27 april 2006

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 29 januari 2008

Typ hier de naam van hedrijf

van 7 februari 2007, gewijzigd op 31 juli en 13 november 2007

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 27 april gewijzigd op 14 juli 2009 en 30 maart 2010

In het Belgisch Staatsblad van 31 december 2012 werd op bladzijde e.v. bovengenoemd besluit gepubliceerd.

VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 24 januari 2006

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 30 april 2014

Geïnstalleerd vermogen en aantal warmtekrachtinstallaties per provincie

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Brussel, 11 januari _advies_besluit_WKK. Advies. Besluit warmtekrachtkoppeling

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte warmtekrachtcertificaten en garanties van oorsprong

Beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 10/12/2013

Inventaris warmte-krachtkoppeling Vlaanderen

Advies van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt

EINDBESLISSING (B) CDC-1251

EINDBESLISSING (B) CDC-1231

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 7 oktober 2003

TER CONSULTATIE. Mededeling van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van XXX

Ontwerp van. Mededeling van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 8 maart 2012

EINDBESLISSING (B) CDC-1272

COGEN Vlaanderen vzw. Doelstelling: actief meewerken aan de ontwikkeling van kwaliteitsvolle WKK Expertisecentrum Expertiseverstrekking naar leden

Ministerieel besluit houdende de organisatie van een call voor het indienen van steunaanvragen voor nuttigegroenewarmte-installaties

EINDBESLISSING (B) CDC-1273

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 1 februari 2005

van 19 december 2005

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 3 augustus 2010

Rapport van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 8 augustus 2006

WKK-regelgeving. Ingrijpende wijziging Beschikbare warmte Biomethaan Kleinschalige biogas-wkk. Mieke Van Houtte 30 maart 2018

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 11 mei

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

VR DOC.0551/2BIS

Beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 3 juli 2012

EINDBESLISSING (B) CDC-1478

Beslissing van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 1 maart 2016

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Advies van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 22 april 2003

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder

Rapport van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 22 juni 2004

VR MED.0485/2

WKK in Vlaanderen: feiten en cijfers

Voorstel van decreet. houdende wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat betreft de milieuvriendelijke energieproductie

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

28 SEPTEMBER Besluit van de Vlaamse regering inzake de bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen De Vlaamse

Eindrapport. Inventaris

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Aantal uitgereikte groenestroomcertificaten en garanties van oorsprong

Transcriptie:

Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 19 1000 Brussel Tel. +32 2 553 13 53 Fax +32 2 553 13 50 Email: info@vreg.be Web: www.vreg.be Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt van 31 juli 2007 met betrekking tot de goedkeuring van de aanvraag tot toekenning van warmtekrachtcertificaten voor de warmtekrachtbesparing gerealiseerd door de warmtekrachtinstallatie bestaande uit de interne verbrandingsmotor met een elektrisch vermogen van 31 kw, gelegen te Ieperseweg 87, 8800 Roeselare (referentie: WKC-0067) BESL-2007-82

De Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt; Gelet op de artikelen 16 en 25bis van het decreet van 17 juli 2000 houdende de organisatie van de elektriciteitsmarkt; Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 juli 2006 ter bevordering van de elektriciteitsopwekking in kwalitatieve warmtekrachtcentrales (hierna "het WKK-Besluit ); Gelet op het Ministerieel Besluit van 6 oktober 2006 inzake de vastlegging van referentierendementen voor toepassing van de voorwaarden voor kwalitatieve warmtekrachtinstallaties (hierna het Ministerieel Besluit ) Gelet op de beslissing van de VREG van 17 juli 2007 met betrekking tot de goedkeuring van de aanvraag tot toekenning van groenestroomcertificaten voor de productie-installatie Vergisting Beitem, bestaande uit de biogasmotor met een totaal vermogen van 31 kw, gelegen te Ieperseweg 87, 8800 Roeselare (BESL-2007-76). Gezien de aanvraag tot toekenning van warmtekrachtcertificaten voor de warmtekrachtbesparing gerealiseerd door de warmtekrachtinstallatie bestaande uit de interne verbrandingsmotor met een elektrisch vermogen van 31 kw, gelegen te Ieperseweg 97, 8800 Roeselare (hierna de Warmtekrachtinstallatie genoemd), ingediend door Provincie West-Vlaanderen (hierna de aanvrager genoemd), ontvangen door de VREG op 2 februari 2007; Gezien het schrijven van de VREG van 5 juni 2007, waarin de aanvrager verzocht werd zijn aanvraagdossier te vervolledigen; Gezien de bijkomende inlichtingen, ontvangen op 9 juli 2007; Overwegende dat de VREG vaststelt dat het aanvraagdossier volledig werd ingediend; Overwegende dat de aanvrager in het aanvraagdossier verklaart de eigenaar van de Warmtekrachtinstallatie te zijn; Overwegende dat de Warmtekrachtinstallatie gelegen is in het Vlaams Gewest; Overwegende dat de Warmtekrachtinstallatie als brandstof biogas verbruikt; Overwegende dat de door de Warmtekrachtinstallatie geproduceerde warmte nuttig wordt gebruikt, namelijk voor de voorverwarming van het water in de verwarmingsinstallatie van een tuinbouwserre, het opwarmen van de vergistingstank van de biogasproductie en het vorstvrij houden van een pomphuis; Overwegende dat de Warmtekrachtinstallatie warmte produceert in de vorm van warm water; Overwegende dat de door de Warmtekrachtinstallatie geproduceerde elektrische energie gedeeltelijk ter plaatse wordt verbruikt en gedeeltelijk wordt geïnjecteerd in het distributienet; Overwegende dat de door de Warmtekrachtinstallatie geproduceerde elektrische energie wordt geïnjecteerd op een spanning van 230V en 15kV; Overwegende dat de warmtekrachtinstallatie voor het eerst in dienst werd genomen op 1 februari 2007; Pagina 2 van 8

Overwegende dat de rendementsreferentiewaardes voor gescheiden elektriciteits- en warmteproductie voor de bepaling van de besparing op primaire energie worden gegeven door het Ministerieel Besluit; Overwegende dat de rendementsreferentiewaarde voor gescheiden elektriciteitsproductie gelijk is aan 42 %, overeenkomstig Bijlage I van het Ministerieel Besluit voor het gegeven type brandstof en het gegeven jaar van eerste indienstname van de Warmtekrachtinstallatie; Overwegende dat op deze waarde een correctie voor klimaatomstandigheden moet worden toegepast, overeenkomstig artikel 2, 1, van het Ministerieel Besluit; Overwegende dat voor de gemiddelde jaarlijkse buitentemperatuur op de plaats van de Warmtekrachtinstallatie gelijk wordt verondersteld aan de gemiddelde temperatuur van het KMIweerstation te Ukkel, namelijk 9,7 C; Overwegende dat op deze waarde geen correctie voor vermeden netverliezen moet worden toegepast, overeenkomstig artikel 2, 2, van het Ministerieel Besluit; Overwegende dat deze correctiefactoren als volgt worden toegepast: Ref Eη = (42 % + Delta_T x 0,1 %) In deze uitdrukking is: Ref Eη Delta_T het gecorrigeerde referentierendement voor de gescheiden opwekking van elektriciteit, het geheel aantal graden dat de gemiddelde jaartemperatuur onder 15 C blijft, gelijk aan 5 Overwegende dat de gecorrigeerde rendementsreferentiewaarde voor gescheiden elektriciteitsproductie (hierna: Ref Eη ) bijgevolg 42,5% bedraagt; Overwegende dat de rendementsreferentiewaarde voor gescheiden warmteproductie (hierna: Ref Wη ) 70% bedraagt, overeenkomstig bijlage II van het Ministerieel Besluit; Overwegende dat het elektrisch rendement van de Warmtekrachtinstallatie (hierna: Eη") 30,06% bedraagt, op basis van constructeurgegevens; Overwegende dat het thermisch rendement van de Warmtekrachtinstallatie (hierna Wη") 45,58% bedraagt, op basis van constructeurgegevens; Overwegende dat de door de Warmtekrachtinstallatie gerealiseerde relatieve besparing op primaire energie ten opzichte van de gescheiden productie van warmte en elektriciteit (hierna BPE), bijgevolg 26,39% bedraagt, volgens onderstaande berekening overeenkomstig bijlage III van het WKK-Besluit: BPE = 1 1 100% Wη Eη + Ref Wη Ref Eη Overwegende dat de Warmtekrachtinstallatie bijgevolg een relatieve primaire energiebesparing realiseert die groter is dan of gelijk is aan 0% ten opzichte van de gescheiden productie van warmte Pagina 3 van 8

en elektriciteit, zoals vereist in artikel 7 en bijlage III van het WKK-Besluit voor warmtekrachtinstallaties met een elektrisch nominaal vermogen kleiner dan 1 MW.; Overwegende dat de Warmtekrachtinstallatie voorzien is van de nodige meetapparatuur om permanent de netto-elektriciteitsproductie te meten, en deze meetapparatuur, evenals de meetopstelling en de toegepaste meetprocedures voldoen aan de terzake geldende internationale en nationale normen, zoals in artikel 3 van het WKK-Besluit wordt vereist van warmtekrachtinstallaties met een elektrisch nominaal vermogen lager dan 200 kw; Overwegende dat de warmtekrachtinstallatie bijgevolg voldoet aan de voorwaarden voor een kwalitatieve warmtekrachtinstallatie, vastgelegd in uitvoering van artikel 16 van het Elektriciteitsdecreet; Overwegende dat uit de aanvraag blijkt dat de door de Warmtekrachtinstallatie geproduceerde nuttige warmte zo dicht mogelijk bij de plaats van de aanwending wordt gemeten, zoals vereist in artikel 3 van het WKK-Besluit; Overwegende dat de referentierendementen voor de gescheiden productie van elektriciteit en warmte voor de bepaling van de warmtekrachtbesparing (hierna η E en η Q ) worden gegeven door artikel 10 van het WKK-Besluit; Overwegende dat de metingen van elektriciteit, bedoeld in artikel 9, 1, eerste lid, van het WKK- Besluit, door Gaselwest aan de VREG worden Overwegende dat de VREG van mening is dat deze metingen, bedoeld in artikel 9, 1, eerste lid, van het WKK-Besluit, dienen te worden aangevuld met andere metingen om de warmtekrachtbesparing te bepalen, namelijk de metingen opgesomd in artikel 2 van deze beslissing; Overwegende dat de VREG op verzoek van de certificaatgerechtigde beslist heeft deze metingen over te laten aan de certificaatgerechtigde; Overwegende dat de Warmtekrachtinstallatie een elektrisch nominaal vermogen heeft dat kleiner is dan 1 MW en dat bijgevolg overeenkomstig artikel 4, 1, 4 van het WKK-Besluit geen keuringsverslag dient te worden bijgevoegd bij het aanvraagdossier; Overwegende dat voor de door de Warmtekrachtinstallatie geproduceerde elektriciteit op basis van biogas ook groenestroomcertificaten worden toegekend, zodat de warmtekrachtcertificaten die op basis van deze elektriciteitsproductie worden uitgereikt niet in aanmerking komen als garantie van oorsprong overeenkomstig artikel 12 7, tweede lid van het WKK-Besluit; Overwegende dat de aanvraag en de Warmtekrachtinstallatie bijgevolg voldoen aan de terzake van toepassing zijnde decretale en reglementaire voorwaarden tot toekenning van warmtekrachtcertificaten; Beslist: Artikel 1. De warmtekrachtinstallatie bestaande uit de interne verbrandingsmotor met een elektrisch vermogen van 31 kw, gelegen te Ieperseweg 87, 8800 Roeselare (hierna de Warmtekrachtinstallatie genoemd), voldoet aan de voorwaarden voor de toekenning van warmtekrachtcertificaten, bedoeld in artikel 7 van het besluit van de Vlaamse regering van 7 juli 2006 ter bevordering van de elektriciteitsopwekking in kwalitatieve warmtekrachtinstallaties. Pagina 4 van 8

Artikel 2. Het aantal warmtekrachtcertificaten dat in een bepaalde maand door de VREG zal worden toegekend voor de warmtekrachtbesparing gerealiseerd door de Warmtekrachtinstallatie, bedoeld in artikel 1, wordt bepaald door de warmtekrachtbesparing WKB volgens volgende formule: E + E WKB = η E m+ a Q + Stookketel + Q η Reserve Q + Q m+ a F Hierin is: E E m+a de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid geproduceerde elektriciteit, uitgedrukt in MWh en gemeten door de meter Actaris SL761C040 met serienummer 30301581, op basis van de meetgegevens die maandelijks door Gaselwest aan de VREG worden de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid geproduceerde elektriciteit nodig voor de vergisting van het aandeel en organisch biologisch afval in de vergistingsinstallatie, uitgedrukt in MWh en berekend als volgt: E m+ a = E pomphuis ρ ρ + ρ + ρ gewas Hierin is : E pomphuis de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid geproduceerde elektriciteit nodig voor de werking van de vergistingsinstallatie (pomphuis), en gemeten door de meter CES CVIP-TCS met serienummer CVIP-6245, op basis van de meetgegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden V de hoeveelheid toegevoerde in m³ op basis van de meetgegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden V vl_afval de toegevoerde hoeveelheid vloeibaar organisch biologisch afval in m³ op basis van de meetgegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden m vast_afval m gewas ρ ρ vl_afval de toegevoerde hoeveelheid vast organisch biologisch afval in kg op basis van de meetgegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden de toegevoerde hoeveelheid energiegewassen in kg op basis van de meetgegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden de dichtheid van in kg/m³ op basis van de constante waarde die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden de dichtheid van vloeibaar organisch biologisch afval in kg/m³ op basis van de waarde die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden Pagina 5 van 8

Q Stookketel de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid geproduceerde warmte in het terugvoerwarmwatercircuit van de stookketel, uitgedrukt in MWh en berekend in de rekeneenheid CALEC MB van Aquametro met serienummer 4645609 uit metingen door de meters (WM82): - Promag 50 P van Endress+Hauser met serienummer 8C003E19000 (debiet), - PLH temperature sensor met serienummer PLH105/SP-E85 (temperatuur in en uit), op basis van de gegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden Q Reserve de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid geproduceerde warmte in het warmwatercircuit van de reserveaansluiting, uitgedrukt in MWh en berekend in de rekeneenheid CALEC MB van Aquametro met serienummer 4645610 uit metingen door de meters (WM83): - Promag 50 P van Endress+Hauser met serienummer 8C003D19000 (debiet), - PLH temperature sensor met serienummer PLH105/SP-E85 (temperatuur in en uit), op basis van de gegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden Q m+a de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid netto geproduceerde warmte, uitgedrukt in MWh en berekend als volgt: Q m+ a = Q vergist ρ ρ + ρ + ρ gewas gewas Met hierin: Q vergist de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid geproduceerde warmte in het warmwatercircuit van de vergistingsinstallatie, uitgedrukt in MWh en berekend in de rekeneenheid CALEC MB van Aquametro met serienummer 4659051 uit metingen door de meters (WM80): Promag 10W van Endress+Hauser met serienummer 8C00F219000 (debiet), PLH temperature sensor met serienummer PLH105/SP-E85 (temperatuur in en uit), op basis van de gegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden c de soortelijke warmtecoëfficiënt van in kj/kg.k op basis van de waarde die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden c vl_afval de soortelijke warmtecoëfficiënt van vloeibaar organisch biologisch afval in kj/kg.k op basis van de waarde die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden c vast_afval de soortelijke warmtecoëfficiënt van vast organisch biologisch in kj/kg.k op basis van de waarde die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden c gewas de soortelijke warmtecoëfficiënt van energiegewassen in kj/kg.k op basis van de waarde die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden Pagina 6 van 8

F de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid verbruikte biogas, uitgedrukt in MWh en berekend als volgt: F = V biogas % CH4 COW CH4 Met hierin: V biogas de door de Warmtekrachtinstallatie hoeveelheid verbruikte biogas, uitgedrukt in Nm³ en gemeten door de meter Endress+Hauser T-mass 65F80 met serienummer 89058E02000, op basis van de meetgegevens die maandelijks door Provincie West Vlaanderen aan de VREG worden % CH4 het gehalte CH 4 in het biogas, gelijk aan 59%; COW CH4 de Calorische OnderWaarde van methaan (CH4), gelijk aan 9,89 kwh/nm³; η E het elektrisch referentierendement, gelijk aan 42%; η Q het thermisch referentierendement, gelijk aan 70 % Artikel 3. De toegekende warmtekrachtcertificaten, zoals berekend in artikel 2 van deze beslissing, zijn aanvaardbaar voor de certificatenverplichting zoals bedoeld in artikel 11 van het WKK-Besluit. Vanaf de maand februari 2011 wordt er voor X% van de in artikel 2 berekende warmtekrachtbesparing certificaten toegekend die aanvaardbaar zijn voor de certificatenverplichting, en voor (100-X)% van deze warmtekrachtbesparing certificaten die niet aanvaardbaar zijn voor de certificatenverplichting. X wordt hierbij berekend als volgt: X = 100 ( BPE 0,2 ( T 48 )) BPE In deze uitdrukking is: BPE T de relatieve besparing op primaire energie, uitgedrukt in procenteenheden, berekend aan de hand van de formule opgenomen in deze beslissing, en op basis van de meest recente gegevens bekend bij de aanvraag of bekend na een controle; de periode tussen de datum van indienstneming en de productiemaand, vermeld op het warmtekrachtcertificaat, uitgedrukt in maanden Pagina 7 van 8

Artikel 4. De warmtekrachtcertificaten krijgen bij toekenning de vermelding niet van toepassing, zoals bedoeld in artikel 12, 4, 6 van het WKK-besluit. Artikel 5. De eerste toekenning van warmtekrachtcertificaten zal gebeuren op basis van de warmtekrachtbesparing die wordt gerealiseerd vanaf 1 juli 2007. Voor de VREG Brussel, 31 juli 2007, André Pictoel Gedelegeerd Bestuurder Pagina 8 van 8