Jong Centraal in beweging. Jaarverslag 2007. Centrum voor Jeugd en Gezin Amersfoort



Vergelijkbare documenten
Zorgcoördinatie door de Jeugdgezondheidszorg. Paul van der Velpen Directeur GGD Hart voor Brabant

Centrum Jeugd & Gezin Maasland

Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld

Samenwerkingsafspraken SWV de Eem en wijkteams Amersfoort, januari 2015

Het Wijkteam Hulpverlening dichtbij

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving

Aanmeldformulier vrij toegankelijke jeugdzorg

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving

Plan van aanpak Centrum Jeugd en Gezin BMWE-gemeenten Februari 2010

Stappenplan Casuscoördinatie en Casusautoriteit

Aanpak: CJG-aanpak. Beschrijving

Zorg voor Jeugd in Vlaardingen

Aanpak: Signalerings- en vangnetfunctie. Beschrijving

Evaluatie Zorg Advies Teams 0-12 jarigen Maassluis

PROTOCOL NETWERK JEUGDHULPVERLENING GEMEENTE SON EN BREUGEL

Convenant Centrum voor Jeugd en Gezin. NWN gemeenten

Autisme Netwerk Zaanstreek-Waterland 25 september 2018 [1]

Aanpak: Bemoeizorg. Beschrijving

Convenant Centrum Jeugd en Gezin Tynaarlo

Eerder en Dichtbij. Projectplan

Centrum voor Jeugd en Gezin. Bouwstenen voor de groei

Model convenant Zorg- en adviesteam in het onderwijs

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs

Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid

Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda

Uitwerking van de Stappen Voor- en vroegschoolse educatie in Salland

JAARVERSLAG School Maatschappelijk Werk De Brug 2011

Voorstel aan : Gemeenteraad van 26 januari 2009 Door tussenkomst. Nummer : Onderwerp : Startnotitie Centrum Jeugd en Gezin Bijlage(n) : 1

Jaarverslag 2017 Lekstroom School s cool

Presentatie verdiepingssessie inkoop Jeugd-AWBZ. Vrijdag 13 juni 2014

De Limburgse Jeugdmonitor

Organiseren van samenwerking in het jeugddomein

Aanpak: Frontlineteam. Beschrijving

Nieuwsbrief Centrum voor Jeugd en Gezin Roosendaal

De keuze van Amersfoort: integraal opererende wijkteams. Interview met Monique Peltenburg, tot voor kort programmadirecteur Sociaal Domein

De kracht van pedagogisch adviseren

VOORWOORD 3 HULPVERLENING VAN HET ALGEMEEN MAATSCHAPPELIJK WERK 4

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort

Uitkomsten verbeterpunten toezichtonderzoek Venlo

Werken met. ESAR werkt! Werken met ESAR werkt! betere en snellere hulp

Taken van interne begeleiders in de samenwerking

Aanpak: WIJ Eindhoven. Beschrijving

VOORWOORD 3 HULPVERLENING VAN HET ALGEMEEN MAATSCHAPPELIJK WERK 4

CMWW. Evaluatie Jeugd Preventie Programma Brunssum

Richtlijn Angst (2016)

Programma. Passend onderwijs ZAT - CJG; samen sterk voor de jeugd. Landelijk Steunpunt ZAT s

Wat worden leerlingen en ouders hier beter van? Wat levert het op voor leerkrachten, scholen en partners?

Verzamelen gegevens: december 2013

Zorg- en adviesteam in het onderwijs

Aanpak: Praktische gezinsondersteuning. Beschrijving

Aanpak: OGGz. Beschrijving

Aanpak: Versterkt Verder. Beschrijving

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving

Inhoudelijke registratiegegevens

Rapportage doelstellingen 2009 Kadernota Wmo.

Praktische afspraken na toepassing woonplaatsbeginsel Jeugd en Wmo. Convenant

Er heeft een oriëntatie met en in het veld plaatsgevonden rondom de aanpak van loverboyproblematiek.

Aanpak: Reset Thuisbegeleiding. Beschrijving

Het geheel moet meer worden dan de som der delen

cursusaanbod voor professionals september februari 2013

Evaluatie Centrum Jeugd en Gezin 2011

BETREFT ZRM METING EN ANALYSE en METING MAATSCHAPPELIJK RENDEMENT

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving

Notitie: Ontwikkelingen van het Centrum Jeugd en Gezin Goirle

cursusaanbod voor professionals februari september 2013

Sociaal wijkteam?!?! Marijke Versteeg Teamleider sociaal wijkteam Kruiskamp- Koppel. 15 april 2014

Aanpak: 1 Gezin 1 Plan Nieuw Den Helder. Beschrijving

Beschrijving. Bij opvoedingsproblemen kan doorverwezen worden naar het CJG screeningsoverleg.

Digitale JGZ dossiers

Bestuurlijk overleg Jeugd & Onderwijs: Operatie Amersfoort Jong II december 2013

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs

HET WIE-WAT-WAAROM VAN DE TILBURGSE AANPAK ZORG, WERK EN JEUGDHULP IN TILBURG

Hoe regelt Heerlen de toegang tot zorg?

Convenant Huiselijk Geweld Integrale Aanpak Geweld in Huis Zuid-Holland Noord Leiden, 25 november Inleiding

Van individuele casuïstiek naar casusoverstijgende oplossing?!

Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel.

Verslag werkbezoek Jong Centraal, het Centrum voor Jeugd en Gezin Amersfoort Opgroeien, opvoeden en onderwijs 9 oktober 2008

Aanpak: Casusregie en inzet gezinscoaching. Beschrijving

Nieuwsbrief Maart 2010 Nr. 1, Jaargang 3

De Inspecties stellen dat VTRR aan 18 van de 24 verwachtingen van het toetsingskader voldoet.

Voorstel: in te stemmen Leerplichtverslag 2008/2009 op grond van artikel 25 van de leerplichtwet. Vervolgens het verslag vaststellen

Zeker & Zorgeloos. Toets Nieuwe Toetreders Jeugdhulp. Gezond vertrouwen

Protocol (onvoldoende verklaard) ziekteverzuim

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams

Achtergrondinformatie Pilot ITJ Eindhoven

Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders

Drents Ketenmodel Jeugd en Gezin

Stichting Vroeghulp Rotterdam. Stichting Vroeghulp Rotterdam is 21 augustus 1997 opgericht door onderstaande organisaties:

Stichting Vroeghulp Rotterdam. Stichting Vroeghulp Rotterdam is 21 augustus 1997 opgericht door onderstaande organisaties:

Centrale helpdesk voor gemeenten. Samenwerken voor de jeugd

Onderwijs- en jeugdbeleid 24 september Terug naar eerste pagina

Jeugdhulp Poolse Gezinnen. Toets Nieuwe Toetreders Jeugdhulp. Gezond vertrouwen

Kinderen moeten gezond, veilig en met plezier kunnen opgroeien. Het liefst in een gezin. SAMEN ZORGEN VOOR DE JEUGD OP BONAIRE

Stichting Expertisecenter Onderwijs Zorg Bonaire is op zoek naar een ervaren. Schoolmaatschappelijk werker (1 fte)

EVALUATIE ADVIES- EN STEUNPUNT HUISELIJK GEWELD FRYSLÂN 2008

STICHTING BASISVOORZIENING PEUTERSPEELZAALWERK ERMELO

Landelijke toegang maatschappelijke opvang

KWALITEITSKADER VEILIG THUIS ONDERDEEL: ZICHT OP VEILIGHEID

Achtergrond informatie Pilot centrale zorgverlener Smallingerland

Transcriptie:

Jong Centraal in beweging Jaarverslag 2007 Centrum voor Jeugd en Gezin Amersfoort Jong Centraal heeft een ambitie. Ze wil in toenemende mate koppelingen maken met en verwijzingen maken naar het grotere geheel van de lokale keten. Op die manier kan Jong Centraal ontwikkelingen verklaren. En zo een zo compleet en samenhangend mogelijk beeld geven over de hulpvragen van kinderen, jongeren en gezinnen in de stad.

Inhoud Inleiding: Een bewogen jaar 3 1. Jong Centraal, de cijfers 4 Inleiding 4 1.1 Informatie en advies 5 1.1.1 Vraagsteller 5 1.1.2 Wijze contact 6 1.1.3 Leeftijd 6 1.1.4 Onderwerp 6 1.2 Dossiers 7 1.2.1 Aanmelder 7 1.2.2 Wijze van contact 7 1.2.3 Leeftijd en geslacht 9 1.2.4 Etniciteit 9 1.2.5 Woonplaats en wijk 10 1.2.6 Probleemgebied 10 1.2.7 Resultaat en doorlooptijd 12 1.2.8 Toeleidingen 13 1.3 Conclusies 14 2. Frontoffice en MDT 15 Inleiding 15 2.1 WMO-taken 15 2.2 Werkprocessen en kwaliteit 17 2.3 Het Multidisciplinair Team (MDT) 17 2.4 PR 19 2.5 Personeel en organisatie 19 3. Backoffice en ketensamenwerking 20 Inleiding 20 3.1 Doelstellingen projectplan 20 3.2 Signaleren op beleidsniveau 21 3.3 Samenwerking en werkafspraken 21 3.4 Partneroverleg 21 3.5 Ketenoverleg 21 3.6 Communicatie 22 Bijlage Signalen 23 2

Een bewogen jaar Januari 2008. Jong Centraal, het Centrum voor Jeugd en Gezin van Amersfoort, viert haar éénjarig bestaan. Een bewogen eerste jaar waarin Jong Centraal in Amersfoort haar plek begint te krijgen. De positie van Jong Centraal in de lokale keten en haar opdracht om als signaleerder en trekker tot een samenhangend interventieaanbod te komen, vraagt om rapportage die verbindingen heeft met de werkzaamheden en resultaten van ketenpartners en de ontwikkelingen in de stad. In deze rapportage is daar een begin mee gemaakt. Het is de ambitie van Jong Centraal in toenemende mate koppelingen en verwijzingen te maken naar het grotere geheel van de lokale keten. Dit maakt het mogelijk ontwikkelingen te verklaren. En zo een zo compleet en samenhangend mogelijk beeld te geven over de hulpvragen van kinderen, jongeren en gezinnen in de stad. Jong Centraal is volop in ontwikkeling. Aan het uitkristalliseren van de werkprocessen wordt hard gewerkt. Aan de voorgenomen werkwijze worden kwaliteitscriteria gekoppeld. Hierbij proberen we een goede balans te vinden tussen maatwerk, flexibiliteit, uniformiteit en een nauwkeurige registratie. De resultaten van Jong Centraal zijn niet langs een meetlat te leggen. Dit komt omdat er nog nauwelijks sprake was van meetbare kwaliteitscriteria en ook de eerste cliëntevaluatie nog niet is afgerond. Ten aanzien van de kwantiteit van de resultaten van Jong Centraal zijn voor 2007 geen streefcijfers gesteld. Voor 2008 worden met de partners wel streefdoelen afgesproken voor de frontoffice van Jong Centraal. Deze rapportage is opgebouwd uit twee delen. Ten eerste het cijfermatige deel waarin Jong Centraal verantwoordt wat de frontoffice in 2007 aan resultaten heeft geboekt. In hoofdstuk 1 staan kwantitatieve gegevens die een beeld geven van de klanten en hun hulpvragen. In het tweede deel wordt verantwoording afgelegd over het werkplan van Jong Centraal voor 2007. Dit geldt ook voor de doelen en taken uit het projectplan. Hoofdstuk 2 richt zich op de frontoffice en hoofdstuk 3 op de backoffice. We verwachten dat u na het lezen van dit verslag net als wij een positieve indruk zult hebben van het eerste jaar Jong Centraal. De eerste resultaten van de frontoffice en de eerste stappen die gezet zijn in de ketenbenadering vinden wij bemoedigend. Wij zijn dan ook bijzonder gemotiveerd om met de partners in 2008 verder te bouwen aan het Centrum voor Jeugd en Gezin in Amersfoort. Marije Schotpoort Amersfoort, 22 januari 2008 3

1. Jong Centraal, de cijfers In dit hoofdstuk vindt u cijfermatige feiten en analyses van de resultaten en de klanten van Jong Centraal in 2007. In paragraaf 1.2 worden de cijfers over de informatie- en adviesvragen gegeven. Informatie- en adviesvragen zijn vragen die in één of enkele (meestal) telefonische contacten kunnen worden afgehandeld. Er vindt geen intake plaats en de registratie is beperkt. In paragraaf 1.3 zijn alle feiten en cijfers te vinden over de 91 dossiers die Jong Centraal in 2007 onder haar hoede had. In deze paragraaf worden, waar mogelijk en nuttig, vergelijkingen met de informatie- en adviesvragen (I&A) gemaakt. Ook worden in beperkte mate koppelingen gemaakt met gemeentelijke cijfers en ontwikkelingen en resultaten van partnerorganisaties. Naast alle informatie over de klanten en vragen die aan Jong Centraal zijn gesteld, is het aantal vragen een belangrijke graadmeter voor de de bekendheid van en de behoefte aan een laagdrempelige balie voor opgroei-, opvoed- en onderwijsvragen in Amersfoort. In onderstaande tabel is naast de totalen van informatie- en adviesvragen en dossiers ook het aantal vragen en dossiers per maand af te lezen. Maand Aantal I&A % I&A Aantal dossiers % dossiers binnenkomst Januari 28 8% 14 15% Februari 35 10% 8 9% Maart 39 11% 12 13% April 22 6% 9 10% Mei 51 15% 10 11% Juni 41 12% 7 8% Juli 21 6% 3 3% Augustus 7 2% 3 3% September 20 6% 6 7% Oktober 19 6% 6 7% November 38 11% 11 12% December 22 6% 2 2% Eindtotaal 343 100% 91 100% Meteen vanaf de start in januari 2007 is veelvuldig contact gezocht met Jong Centraal. Verklaringen zijn dat het Primair Onderwijs Adviesloket klanten heeft meegenomen en de media-aandacht en het PR-materiaal van Jong Centraal effect hebben gehad. Tegen de zomer werd het rustiger. Met een absolute dip in de zomervakantiemaand augustus. Na de zomervakantie is het aantal contacten weer toegenomen. De piek die we enkele weken na de start van het schooljaar (oktober) verwachtten, diende zich in november aan. Ondanks de feestdagen was december relatief druk. We willen benadrukken dat Jong Centraal zich op het vlak van de PR na campagne bij de start in 2007 redelijk rustig heeft gehouden. Buiten een aantal voorlichtingsactiviteiten, artikelen in de stadberichten en het aanvullen van PR-materiaal bij instellingen van partnerorganisaties (scholen, consultatiebureaus e.d.) hebben we geen PR-activiteiten ondernomen. Het is goed om te zien dat klanten Jong Centraal het hele jaar hebben weten te vinden. 4

We zijn benieuwd wat de PR-activiteiten die voor dit voorjaar staan gepland en de aandacht voor Jong Centraal in de media, n.a.v. van het éénjarig bestaan en de themapagina over Amersfoort Jong, voor effect zullen hebben op de aantallen vragen en dossiers. 1.1 Informatie en advies Informatie- en adviesvragen zijn alle vragen die worden gesteld aan Jong Centraal over opgroeien, opvoeden en onderwijs die niet complex of meervoudig zijn, zonder intake of dossier. De volgende onderwerpen komen achtereenvolgens aan de orde; - Wie stelden de vragen aan Jong Centraal? - Op welke wijze werd contact gelegd? - Op welke onderwerpen hadden de hulpvragen betrekking? 1.1.1 Vraagsteller Vraagsteller Aantal % Onderwijs - Basisonderwijs 84 24% Ouders 83 24% Anders 64 19% Onderwijs - Voortgezet onderwijs/mbo 19 6% Jongerenwerk 17 5% SOVEE 12 3% Algemeen Maatschappelijk werk 10 3% Jeugdigen 10 3% Peuterspeelzaal 9 3% Onderwijs 8 2% JGZ (GGD) 7 2% Leerplicht 5 1% Eduniek 5 1% Bureau Jeugdzorg 3 1% REC-4 3 1% RIAGG 2 1% Schoolmaatschappelijk werk 1 0% JGZ-Ouder Kind Zorg 1 0% Eindtotaal 343 100% Een kwart van de I&A-vragen is door ouders gesteld en een kwart door het basisonderwijs. In de tabel staan, met uitzondering van ouders en jeugdigen, voornamelijk (diensten van) partnerorganisaties. De partnerorganisaties zijn de instellingen die participeren in het samenwerkingsverband Jong Centraal. Onder de 64 vragen die gesteld zijn door anders, zijn onder andere professionele organisaties te vinden die niet tot de partners behoren. Het is aardig te kijken hoe de verdeling er uit ziet als een onderverdeling in partners en niet-partners wordt gemaakt. 5

Vraagsteller Aantal % Professionals van partnerorganisaties 200 58% Ouders 83 24% Professionals van niet-partnerorganisaties 38 9% Jongeren 10 3% Overig 22 6% Totaal 343 100% De niet-partnerorganisaties van Jong Centraal die vragen hebben gesteld zijn zeer divers. Van particuliere praktijken, MEE, geïndiceerde jeugdhulpverlening en Stadsring 51 tot bureau HALT, Meander Medisch Centrum en huisarts. Overige vraagstellers zijn onder andere familieleden en buren. 1.1.2 Wijze contact Wijze van contact Aantal % Telefonisch 279 81% Inloop 33 10% mail/schriftelijk 24 7% Anders 7 2% Eindtotaal 343 100% Het leeuwendeel van de informatie- en adviesvragen komt telefonisch binnen en wordt ook telefonisch afgehandeld. Dat kan in één gesprek of in meerdere telefonische contacten. Onder inloopcontacten vallen ook de vragen die gesteld worden door klanten die bij SOVEE binnen zijn voor overleg of een dienst en doorverwezen worden naar of binnenlopen bij Jong Centraal. Onder anders vallen ten slotte ook de vragen die worden gesteld aan een frontoffice medewerker terwijl deze op dat moment contact heeft met de klant vanuit een andere functie. 1.1.3 Leeftijd Gegevens Leeftijdscategorie Aantal % 0-4 24 7% 4-12 187 55% 12-23 106 31% Anders 24 7% (leeg) 2 1% Eindtotaal 343 100% Meer dan de helft van de vragen werd gesteld over kinderen van 4 t/m 12 jaar. Aangezien een kwart van de vragen door professionals in het basisonderwijs werd gesteld is ook te verwachten dat deze leeftijdscategorie hoog vertegenwoordigd is. Het lage aantal vragen over kinderen van 0-4 jaar hangt naar inschatting van Jong Centraal en haar partners samen met het hoge bereik en de bezoekfrequentie van de consultatiebureaus. Onder de categorie anders vallen ondermeer de adviesvragen die professionals stelden voor zichzelf, bijvoorbeeld tips over gespreksvoering en vragen over routes en werkwijzen in de keten. 6

1.1.4 Onderwerp Probleemgebied Aantal Percentage School/werk 165 48% Ouders/verzorgers/thuis 160 47% Psychosociaal 110 32% Sociale contacten/vrienden 55 16% Sport/vrije tijd 20 6% Huisvesting/opvang 16 5% Gezondheid 15 4% Politie/justitie 12 3% Financiën 7 2% Huiselijk geweld 8 2% Loverboys 2 1% Bij alle informatie- en adviesvragen is geregistreerd op welke probleemgebieden de vraag betrekking heeft. Per vraag is het mogelijk meerdere probleemgebieden aan te kruisen. Bij de helft van de vragen was sprake van een vraag over school/werk en/of over ouders/verzorgers/thuis. Er is echter niet altijd sprake van een primair schoolprobleem of problemen met de ouders. Dikwijls is er een situatie die consequenties heeft voor thuis en op school. Als derde en vierde worden psychosociale problemen en sociale contacten/vrienden genoemd. Jeugdgezondheidsvragen worden nauwelijks (4%) gesteld. 1.2 Dossiers Als de medewerker van Jong Centraal te maken heeft met een complexe hulpvraag of meervoudige problematiek dan wordt een persoonlijke intake gedaan met de klant. Er wordt een dossier over het kind of de jongere gemaakt waarin de hulpvraag, beoordeling en alle stappen worden vastgelegd. In deze paragraaf worden de dossiers geanalyseerd. De volgende vragen komen aan de orde; - Wie heeft het kind/de jongere aangemeld? - Hoe werd contact gelegd? - Wat waren het geslacht en de leeftijd van de kinderen en de jongeren? - Wat is de etnische achtergrond van de kinderen en jongeren? - In welke plaats wonen de kinderen en jongeren en, als dit Amersfoort is, in welke wijk? - Op welke gebieden heeft het kind of de jongere problemen? - Hoeveel dossiers zijn afgesloten en hoe lang is Jong Centraal gemiddeld met een dossier bezig? - Naar welke organisaties zijn de kinderen, jongeren en gezinnen toegeleid? 1.2.1 Aanmelder Aanmelder type Aantal % organisatie - professional 48 53% Jongere 5 5% Ouder 38 42% Eindtotaal 91 100% 7

Van de categorie organisatie professional was de helft van de aanmeldingen afkomstig uit het basisonderwijs. Dus zowel bij de informatie- en adviesvragen als de dossiers is het primair onderwijs voor een kwart van de aanmeldingen verantwoordelijk. Het aantal dossiers waarbij het eerste contact door de ouders is gelegd is met ruim 40% fors hoger dan bij de informatie- en adviesvragen, waar ouders slechts 24% van de vragen voor hun rekening namen. Uit het voortgezet onderwijs kwamen 5 aanmeldingen en leerplicht heeft 6 gezinnen/jongeren/kinderen aangemeld. 1.2.2 Wijze van contact Wijze van contact Aantal % telefonisch 58 64% mail/schriftelijk 19 21% inloop 10 11% anders 4 4% eindtotaal 91 100% Het percentage dossiers dat per mail of schriftelijk is aangemeld ligt bij de dossiers 14% hoger dan bij informatie- en adviesvragen. De verklaring hiervoor is dat het basisonderwijs regelmatig gebruik maakt van het aanmeldformulier. Van de mogelijk om in te lopen wordt nauwelijks gebruik gemaakt. Het is interessant om te zien welke contactvoorkeur de verschillende aanmelders hebben. Dit is te zien in onderstaande tabel. Professionals melden 89% van hun complexe vragen of meervoudige problematiek per mail of schriftelijk (35%) of via de telefoon (54%). Bij ouders wordt 82% van de dossiers telefonisch aangemeld. De dossiers die via jongeren zelf zijn binnengekomen zijn op één hand te tellen. Hoewel de cijfers niet representatief zijn, is wel opvallend dat 3 van de 5 dossiers via de inloop werden aangemeld. Tijdens inloopcontact is het vaak mogelijk meteen de intake te doen, wat een snellere dienstverlening door Jong Centraal mogelijk maakt. Aanmelder type Wijze van contact Aantal Percentage per categorie Percentage van het totaal organisatie - professional anders 2 4% inloop 3 6% mail 17 35% telefonisch 26 54% Totaal organisatie - professional 48 53% jongere anders 1 20% inloop 3 60% telefonisch 1 20% Totaal jongere 5 5% ouder anders 1 3% inloop 4 10% mail 2 5% telefonisch 31 82% Totaal ouder 38 42% Eindtotaal 91 100% 8

1.2.3 Leeftijd en geslacht Kinderen en jongeren zijn uiteindelijk de klant die centraal staat in de dienstverlening van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Het maakt niet uit wie aanmeldt en of de beoordeling en eventuele doorverwijzing ook de ouders betreft; het dossier wordt altijd op naam van het kind of de jongere aangemaakt. Als er meerdere kinderen in het gezin zijn waar Jong Centraal bij betrokken is dan worden meerdere dossiers gemaakt. Leeftijdcategorie Geslacht Aantal % v/d leeftijdscategorie % van het totaal 0-4 jaar Man 2 100% Totaal 0-4 jaar 2 2% 4-12 jaar Man 35 70% Vrouw 15 30% Totaal 4-12 jaar 50 55% 12-23 jaar Man 17 47% Vrouw 19 53% Totaal 12-23 jaar 36 40% Anders 3 3% Eindtotaal 91 100% De verdeling in leeftijden is bij informatie- en adviesvragen en dossiers nagenoeg gelijk. De verdeling in geslacht is 60% jongens en 40% meisjes. Opvallend is dat de dossiers over jongeren van 12 tot 23 jaar voor de helft jongens en voor de helft meisjes betreft. In de basisschoolleeftijd (4 t/m 12 jaar) echter is Jong Centraal in 70% van de dossiers betrokken bij een opvoed-, opgroei- of onderwijssituatie die draait om een jongen. Het is vanuit de hulpverlening bekend dat jongens onder de twaalf die problemen hebben deze naar buiten brengen. Dit acting out manifesteert zich in druk, agressief of anderszins opvallend gedrag. Meisjes echter trekken zich eerder terug. Met het intreden van de (pre-)pubertijd verdwijnt dit verschil tussen jongens en meisjes. 1.2.4 Etniciteit Etniciteit Aantal % Nederland 56 62% Turkije 9 10% Nederlandse Antillen 5 5% Afghanistan 4 4% Marokko 3 3% (leeg) 3 3% Venezuela 1 1% Tunesië 1 1% S.K.-N.-Anguilla 1 1% Ierland 1 1% Irak 1 1% Polen 1 1% Filippijnen 1 1% Haïti 1 1% Ethiopië 1 1% Somalië 1 1% Zuid-Afrika 1 1% Eindtotaal 91 100% 9

In de tabel etniciteit is te zien wat de etniciteit van de kinderen en jongeren is waarvoor Jong Centraal zich met opbouw van een dossier heeft ingespannen. De Gemeente Amersfoort registreert de etniciteit van haar inwoners aan de hand van een specifieke indeling. Als deze naast de gegevens van Jong Centraal wordt gezet levert dit het volgende beeld. Etniciteit % in Amersfoort % dossiers Jong Centraal Nederlands 78,1% 61,5% Overige westerse landen* 8,4% 2,2% Overige niet-westerse landen* 4,2% 17,6% Turkije 4,1% 9,9% Marokko 2,9% 3,3% Antillen en Aruba 1,2% 5,5% Suriname 1,1% 0,0% Totaal 100% 100% Jong Centraal bereikt een hoger percentage allochtonen dan dat deze allochtone groepen procentueel deel uitmaken van de Amersfoortse bevolking. Vooral het bereik onder kinderen en jongeren uit een niet-westers land is hoog. * Overig westers; Europa, Noord-Amerika, Australië, Nieuw-Zeeland, Japan en Indonesië. Overig niet-westers; Azië, Latijns-Amerika en Afrika. 1.2.5 Woonplaats en wijk Jong Centraal is een lokale voorziening. Toch worden er ook met enige regelmaat vragen bij Jong Centraal gesteld over kinderen, jongeren en gezinnen uit omliggende gemeenten. Ook intensieve begeleiding van Jong Centraal naar hulp of zorg, vastgelegd in een dossier, heeft plaatsgevonden voor klanten die buiten Amersfoort wonen. Omdat het Primair Adviesloket (PAL) in Jong Centraal is opgegaan, nemen scholen van PC Eemland en NIS uit de regio ook contact op met Jong Centraal contact. Melden professionals buiten het primair onderwijs, ouders of jongeren aan voor kind of jongere buiten Amersfoort, dan zorgt de frontoffice voor een verwijzing of een warme overdracht naar CJG/opvoedwinkel/jeugdloket in de eigen woonplaats. Woonplaats Aantal % AMERSFOORT 78 86% HOOGLAND 2 2% LEUSDEN 2 2% SOEST 6 7% ZEIST 1 1% NIJKERK 1 1% HUIS TER HEIDE 1 1% Eindtotaal 91 100% 10

Van de kinderen en jongeren uit Amersfoort voor wie bij Jong Centraal een dossier is aangemaakt in 2007 is in onderstaande tabel te zien dat zij uit vrijwel alle Amersfoortse wijken afkomstig zijn. Er zijn verschillende indelingen voor prioriteitswijken in de stad. Jong Centraal heeft voor deze rapportage de prioriteitswijken van de opvoedondersteuning voor 2007 gehanteerd (in grijs). Dit zijn Liendert-Rustenburg, Kruiskamp-Koppel, Randenbroek-Schuilenburg en het Soesterkwartier. Twee prioriteitswijken, namelijk de Koppel en Rustenburg, komen bij Jong Centraal in 2007 niet voor. Ruim eenderde, namelijk 35%, van de dossiers is afkomstig uit de gezamenlijke prioriteitswijken. Opvallend is dat 9% van de dossiers uit de Stadskern komt. Toevoeging van Schothorst aan de prioriteitswijken voor de opvoedondersteuning in 2008 is volgens de cijfers van Jong Centraal volledig gerechtvaardigd. Schothorst levert met 16% de meeste klanten voor intensieve beoordeling en toeleiding door Jong Centraal. Wijk van Amersfoort Aantal % Soesterkwartier 8 10% Stadskern 7 9% Liendert 6 8% Schothorst Noord 6 8% Schothorst Zuid 6 8% De Kruiskamp 6 8% Randenbroek 5 6% Vathorst 5 6% Zielhorst 5 6% De Berg Zuid 4 5% Kattenbroek 4 5% Leusderkwartier 4 5% Vermeerkwartier 3 4% De Berg Noord 2 3% Schuilenburg 2 3% Hooglanderveen 2 3% Hoogland 1 1% Nieuwland 1 1% (leeg) 1 1% 78 100% 1.2.6 Probleemgebied Ook bij de dossiers wordt geregistreerd op welke probleemgebieden de situatie van kind of jongere betrekking heeft. Aangezien de vragen die ten grondslag liggen aan een dossier doorgaans complexer zijn dan die van een informatie- en adviesvraag, zou je verwachten dat er per dossier gemiddeld meer probleemgebieden aan de orde zijn dan bij een informatie- en adviesvraag. Dit blijkt niet het geval. Hoewel de dossierproblematiek zwaarder is dan die van informatie- en adviesvragen, betreft zij niet significant meer probleemgebieden dan de gemiddelde informatie- en adviesvraag. 11

Probleemgebied Aantal Percentage School/werk 49 54% Ouders/verzorgers/thuis 36 40% Sociale contacten/vrienden 28 31% Psychosociaal 27 30% Gezondheid 6 7% Huisvesting/opvang 5 5% Politie/justitie 5 5% Sport/vrije tijd 4 4% Loverboys 3 3% Financiën 2 2% Huiselijk geweld 1 1% School en werk spelen in meer dan de helft van de dossiers een belangrijke rol. Het blijkt dat problemen van kinderen en jongeren op school en op het werk snel zichtbaar zijn en nadelige consequenties kunnen hebben op sociaal-emotioneel gedrag en op de leerprestaties. Jong Centraal kan niet genoeg benadrukken hoe cruciaal een goede samenwerking met het onderwijs is. Een Centrum voor Jeugd en Gezin zonder onderwijspartners is geen compleet CJG. In 40% van de gevallen heeft de hulpvraag van kind, jongere of gezin te maken met de thuissituatie. Oorzaak of gevolg, het gezin is de plek waar de problemen van een kind of jongere worden geleefd en gevoeld. Deze cijfers sterken Jong Centraal in de overtuiging dat altijd naar het gezin moet worden gekeken tijdens de intake en de beoordeling. Regelmatig worden ook de ouders toegeleidt naar een hulp- of zorgverlenende instantie. Problemen met vrienden en andere sociale contacten komen bij dossiers wel wat meer voor dan bij informatie- en adviesvragen. Psychosociale problematiek komt bij een derde van de kinderen en jongeren voor. Ook de GGD Eemland (jeugdmonitor) komt overeen. 1.2.7 Resultaat en doorlooptijd Van de 91 dossiers zijn er 18 nog in begeleiding. In 21 gevallen is er geen toeleiding geweest en waren advisering en bemiddeling van Jong Centraal voldoende. De overige 80% is afgesloten. In oktober heeft er een onderzoek plaatsgevonden naar de doorlooptijd van de dossiers van Jong Centraal. Voor de snelheid waarmee een klant wordt geholpen zijn streeftijden afgesproken. Na analyse van de dossiers blijkt dat de intake gemiddeld binnen de streeftijd van 10 dagen wordt gehouden. Ook de streeftijd voor verwijzing naar een interventie, namelijk binnen een maand, wordt gemiddeld gehaald. Dat dossiers na de toeleiding niet worden afgesloten komt door de nazorg die Jong Centraal biedt. Gemiddelde doorlooptijd in Openstaande Afgesloten dossiers Gemiddeld totaal werkdagen dossiers 2007 2007 (steekproef) 1) van aanmelding tot intake 9 4 7 2) van intake tot toeleiding 14 18 17 3) van toeleiding tot afsluiting (nazorg) 30 30 Totaal 52 54 (Peildatum 8 oktober 2007, uit: Analyse doorlooptijd Jong Centraal ) 12

Een belangrijke constatering is dat Jong Centraal op een aantal verschillende manieren bij ieder afzonderlijk dossier nazorg verleend. De nazorg van Jong Centraal duurt gemiddeld 30 werkdagen. Voor een deel was de nazorg voorzien, voor een deel niet. Alle acties van de frontoffice van Jong Centraal zijn gericht op een aaneengesloten hulpverleningstraject. Een gezin of jongere raakt hierdoor niet tussen de wal en het schip. De cijfers uit de analyse doorlooptijd weerleggen de cijfers uit de halfjaarlijkse rapportage van juni 2007 dat te veel dossiers open staan, omdat nog geen toeleiding is gerealiseerd en de indruk die dit wekt dat de doorlooptijd te hoog is. Dat de frontoffice de kwaliteitseisen voor de doorlooptijd in het eerste half jaar na de oprichting gemiddeld gehaald heeft is een prachtig resultaat. Streven naar toeleiding van ieder dossier binnen een maand is een mooi doel voor de toekomst. 1.2.8 Toeleidingen In onderstaande tabel is te zien waar Jong Centraal haar klanten succesvol naar heeft verwezen. Er is zeer divers verwezen, geheel in lijn met de grote diversiteit van de vragen en situaties die Jong Centraal krijgt voorgelegd. Organisatie Interventie Aantal SOVEE Trajectbureau 1 WUL 3 Coaching 2 Nieuwe Perspectieven 1 Opvoedondersteuning 4 Eduniek 2 Fornhese 2 NIS Gedragsgroep 3 Coaching 2 Zandbergen Intensief ambulant 2 Amant AMW 3 Thuisbegeleiding (GV) 1 Jeugdgezondheidszorg 1 Psycholoog/pedagoog 4 SER Risicojongeren 1 Utrecht Medisch Centrum Diagnostiek jonge kinderen 1 ZMOK 1 Amant/Jong Centraal/NIS Schoolmaatschappelijk werk 4 Bureau Jeugdzorg 2 SWA BSO+ 1 Riagg Onderzoek 4 Behandeling 1 SPV 1 Mulock Houwer 2000 1 MEE 2 Gemeente Amersfoort Leerplicht 1 Totaal 51 13

1.3 Conclusies De volgende conclusies kunnen worden getrokken n.a.v. de informatie- en adviesvragen: - er zijn 343 vragen gesteld; - een kwart van de vragen werd gesteld door ouders en een kwart door professionals uit het basisonderwijs; - professionals van partnerorganisaties waren verantwoordelijk voor 200 vragen (58%); - 80% van de vragen kwam telefonisch binnen; - de helft van de vragen werd gesteld over kinderen van 4 t/m 12 jaar en een derde van de vragen over jongeren van 12 t/m 23 jaar; - de meeste vragen gingen over school/werk en thuis/ouders. Bij de dossiers zijn dit de belangrijkste cijfers en conclusies: - er zijn 91 dossiers gemaakt in 2007; - 42% werd aangemeld door ouders en slecht 5% door jongeren. De rest (55%) werd door professionals aangemeld. In de helft van de gevallen door het primair onderwijs; - de meeste dossiers zijn telefonisch aangemeld, 20% schriftelijk of per mail; - van de mogelijkheid om in te lopen wordt nauwelijks gebruik gemaakt; - 60% van de dossiers betrof een jongen, 40% een meisje; - 55% van de klanten was in de basisschoolleeftijd (4-12), een derde 12 t/m 23 jaar; - de top 4 probleemgebieden is school/werk (54%), ouders/verzorgers/thuis (40%), sociale contacten/vrienden (31%) en psychosociaal (30%). De andere probleemgebieden scoren niet hoger dan 7%; - 80% van de dossiers uit 2007 is in 2007 afgesloten met een gemiddelde doorlooptijd van ruim 50 werkdagen. De streeftijden voor intake en toeleiding zijn gemiddeld gehaald; - 86% van de dossiers betrof een kind of jongere uit Amersfoort; - 35% van de kinderen en jongeren komt uit de prioriteitswijken en 16% uit Schothorst; - 80% van de dossiers is afgesloten, bij een kwart van de dossiers is niet toegeleid; - er zijn 51 zeer diverse verwijzingen gerealiseerd; 14

2. Frontoffice en MDT In dit hoofdstuk wordt verantwoording afgelegd voor de ontwikkeling en werkzaamheden van frontoffice en MDT in 2007. Allereerst worden in 2.2 de vijf taken die de frontoffice uitvoert in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning besproken. Voor 2007 is een werkplan opgesteld waarin de nadruk met name is gelegd op het primaire proces. In paragraaf 2.3 is te lezen in hoeverre Jong Centraal erin is geslaagd de punten van het werkplan, die betrekking hebben op de frontoffice, uit te voeren. Vervolgens wordt het MDT geëvalueerd in 2.4. In de hoofdstukken 2.5 en 2.6 komen de PR en personeel & organisatie aan de orde. 2.1 Vijf WMO-taken Jong Centraal heeft tot taak invulling te geven aan de vijf taken uit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning die gemeenten moeten uitvoeren. De verantwoordelijkheid voor de realisatie van de WMO-taken ligt in de aansturing bij de projectleider en in de uitvoer bij de frontoffice. De partners bewaken de aanpak en resultaten van de frontoffice. In deze paragraaf wordt aangegeven of en hoe Jong Centraal deze functies heeft gerealiseerd. 1) Informatie en advies In 2007 is door de frontoffice een papieren sociale kaart ontwikkeld voor intern gebruik. Er is nog geen sociale kaart informatie beschikbaar voor de klanten van Jong Centraal. De medewerkers van Jong Centraal hebben in een jaar grote parate kennis ontwikkeld op het gebied van het lokale aanbod in Amersfoort. De website van Jong Centraal is actief, maar daar is inhoudelijk nog weinig informatie te vinden. Er hebben met regelmaat stukjes over Jong Centraal in de stadsberichten (huis aan huis bladen) gestaan. 2) Signaleren Jong Centraal is in 2007 gestart met een onderzoek naar signaleren en beoordelen onder enkele ketenpartners. Met de ontwikkelingen op het gebied van de verwijsindex is ervoor gekozen om het signaleren te koppelen aan de ontwikkeling en invoering van de verwijsindex en bijbehorende signaleringsdrempels. In de werkafspraken met partners zijn afspraken gemaakt over de afhandeling van individuele signalen. Een standaardafspraak is dat Jong Centraal terugkoppeling verzorgd naar de signalerende professional. 3) Beoordelen en toeleiden Jong Centraal heeft bij het gros van de 343 informatie- en adviesvragen en 91 dossiers haar taak als beoordelaar en doorverwijzer uitgevoerd. Alle activiteiten van Jong Centraal zijn gericht op een succesvolle doorverwijzing. Daarvoor is het soms nodig om meerdere huisbezoeken af te leggen, mee te gaan naar een intake of een ronde tafelgesprek te beleggen met alle betrokken professionals en het gezin. 4) Bieden van licht pedagogische hulp Hulpverlening en zorg worden geboden door de organisaties in de backoffice. Dit zijn zowel samenwerkingspartners (de partners van Jong Centraal), netwerkpartners (lokale instellingen waar samenwerkingsafspraken mee zijn gemaakt) als andere instellingen die hulp, zorg of onderwijs bieden in de regio. Zoals bij de werkprocessen (2.3) ook beschreven staat, zullen sommige interventies rechtstreeks door Jong Centraal ingezet kunnen gaan worden. De uitvoerende hulpverleners zijn in dienst van de partnerorganisaties. 15

5) Coördinatie van zorg Jong Centraal heeft in 2007 niet stadsbreed de zorgcoördinatie verzorgd, geregeld of gefaciliteerd. Op het gebied van zorgcoördinatie zijn er in 2007 ontwikkelingen in de Amersfoort geweest, die in 2008 hun vervolg zullen krijgen. Met de invoer van de verwijsindex moeten automatisch ook sluitende afspraken worden gemaakt over welke partij die betrokken is bij (de kinderen en jongeren in) een gezin de zorgcoördinatie op zich neemt. Deze zorgcoördinator is verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op de inzet en voortgang van de totale hulpverlening aan het gezin. De Gemeente Amersfoort is zodoende trekker geworden als het gaat om het uitdenken en implementeren van zorgcoördinatie. Jong Centraal wil graag actief betrokken zijn bij de ontwikkeling van zowel de verwijsindex als de zorgcoördinatie en zal een eventuele rol en bijbehorende verantwoordelijkheden graag op zich nemen. Wat heeft Jong Centraal op het niveau van haar klanten wel aan zorgcoördinatie gedaan? Alle activiteiten van Jong Centraal zijn gericht op het zo snel mogelijk doorverwijzen van kinderen, jongeren en gezinnen naar een aanbieder in het lokale veld die dat kan bieden wat de klant nodig heeft. Soms wordt er niet doorverwezen, maar advies gegeven of bemiddeld. Soms zijn meerdere interventies nodig, voor kind of jongere of ook voor de ouders en andere kinderen in het gezin. Zodra de verwijzing een feit is en het gezin met een warme overdracht bij alle aanbieders binnen is, sluit Jong Centraal het dossier en is de nazorg afgerond. De coördinatie van zorg ligt dan in handen van de instellingen die het gezin in behandeling hebben. Indien er meerdere partijen zijn is Jong Centraal in 2007 niet op de hoogte geweest van welke partij de zorgcoördinatie op zich nam en ook is geen zorgcoördinator aangewezen indien nodig. Jong Centraal verleent wel kortdurende zorgcoördinatie als blijkt dat een klant al bij meerdere lokale instellingen hulp en zorg krijgt, maar er desondanks een hulpvraag is die bij Jong Centraal wordt neergelegd. In dat geval betrekt de medewerker van de frontoffice alle betrokkenen bij het op de rit krijgen van de totale hulp- en zorgverlening. Daarbij wordt gezamenlijk beoordeelt of de geboden hulp de juiste hulp is en voldoende om aan de hulpvraag te kunnen beantwoorden. Hierbij wordt nadrukkelijk naar het hele gezin gekeken. Zodra het aanbod van hulpverlening weer passend en op elkaar is afgestemd, sluit Jong Centraal het contact af en zijn de gezamenlijke hulpverlenende instellingen verantwoordelijk voor de zorgcoördinatie. 2.2 Werkprocessen en kwaliteit Het frontoffice team was in 2007 samengesteld uit de medewerkers van het Primair Onderwijs Advies Loket en medewerkers van SOVEE. De eerste maanden is er de nodige tijd gestoken in het werken aan een uniforme werkwijze, waarbij specialismen wel overeind blijven. Samenwerking binnen het team en goede uitwisseling en overdracht vragen continu aandacht. Het team heeft regelmatig overleg over beleidsmatige en organisatorische zaken en wekelijks worden casussen besproken. De volgende punten uit het werkplan 2007 hebben betrekking op de werkprocessen en zijn in 2007 gerealiseerd: - er is een taakverdeling tussen front- en backoffice gerealiseerd. Daarbij kan worden aangevuld dat onder regie van de Gemeente Amersfoort vanaf 2008 invulling gaat worden gegeven aan het ontwikkelen van de vierde WMO-taak in Jong Centraal: het bieden van licht pedagogische hulp. 1,1 fte (school)maatschappelijk werk (geleverd door Amant) wordt aan de frontoffice gekoppeld. De strikte scheiding tussen toeleiden in de frontoffice en hulp in backoffice vervaagt hierdoor enigszins. Voor de klant een goede zaak; - complexe vragen worden besproken in het Multidisciplinair Team; 16

- Jong Centraal verwijst indien nodig naar Bureau Jeugdzorg; - er is een eerste versie opgesteld van de beschrijving van het primaire proces. Een verdere uitwerking is in 2007 verzorgd door 2 studenten van de Hogeschool van Utrecht in het kader van een adviestraject dat onderdeel uitmaakt van hun afstuderen. De implementatie vindt plaats in 2008. De volgende punten moeten in 2008 worden gerealiseerd: - de klachtenregeling en het bezwaar & beroep; - privacyafspraken in een convenant vastleggen; - kwaliteitscriteria uitbreiden (niet alleen kwantitatief); - opstellen klantprofielen. 2.3 Het Multidisciplinair Team (MDT) In het MDT brengt de frontoffice medewerker van Jong Centraal een zaak in om deze multidisciplinair te bespreken. Het MDT richt zich op de doelgroep Jeugd in de leeftijd van 0-23 jaar. In principe kunnen alle zaken worden besproken. Er zijn afspraken met het ZAT van PC Eemland en het Zorgplatform VO. Dit om te voorkomen dat zaken dubbel besproken worden of tussen wal en schip terechtkomen. Het MDT komt één keer in de twee weken bijeen op maandag van 13.30-15.00 uur. In het MDT hebben vertegenwoordigers van de volgende organisaties zitting: Bureau Jeugdzorg, mevrouw P. Bijleveld (jeugdhulpverlener) Jeugd Gezondheidszorg, mevrouw A. Verheul t/m september, mevrouw Koudijs vanaf oktober (schoolarts/jeugdverpleegkundige) Riagg, mevrouw D. Textor (GZ-psycholoog) Amant, mevrouw E. Van Ginneken ((school)maatschappelijk werker) MEE, de heer G. Aanstoot (gezinsbegeleider) Eduniek (tevens voorzitter), mevrouw I. Beumer (GZ-psycholoog/orthopedagoog) In het MDT brengt de frontoffice medewerker van Jong Centraal een zaak in die zij multidisciplinair wil bespreken. Het MDT richt zich op de doelgroep Jeugd in de leeftijd van 0-23 jaar. In principe kunnen alle zaken worden besproken. Er zijn afspraken met het ZAT van PC Eemland en het Zorgplatform VO. Dit om te voorkomen dat zaken dubbel besproken worden of tussen wal en schip terechtkomen. Dit jaar is het MDT 17 keer bij elkaar gekomen. De startbijeenkomst was 29 januari. Op 10 december was de laatste bespreking. Hierbij zijn 52 zaken besproken. Vaak betreft het één kind/jongere. Enkele zaken gaan over meerdere kinderen in één gezin. Bij 34 zaken ging het om kinderen jonger dan 12 jaar, bij 18 zaken om jongeren ouder dan 12 jaar. Opvallend is dat het nauwelijks om kinderen jonger dan 4 jaar gaat. Bij de meeste zaken die besproken worden, is vooraf aan alle deelnemers kort schriftelijke informatie verstrekt en de reden van bespreking in het MDT is daarbij aangegeven. Het komt echter ook voor dat een recent binnengekomen zaak mondeling toegelicht wordt. Per zaak wordt na bespreking in het MDT vastgesteld of op het verloop van betreffende zaak in het MDT teruggekomen moet worden. 17

Wat gaat goed - Samenstelling van het MDT is breed. Dit betekent veel verschillende deskundigheden en disciplines. Hierdoor kan vanuit diverse invalshoeken en mogelijkheden meegedacht worden in vaak multiproblem situaties. Dit wordt door alle betrokkenen als zeer waardevol ervaren. - Efficiënte manier van vergaderen, gericht op het aandragen van mogelijkheden voor vervolgstappen. - Korte lijnen waardoor een goede afstemming tussen de aanwezige organisaties plaatsvindt. Zo nodig worden namen genoemd en afspraken gemaakt om na te gaan of gezinnen aankomen bij de betreffende organisatie. - Regelmatig betreft het zaken waarbij al een ruim hulpverleningsverleden bestaat. Door de diversiteit van deskundigheid in het MDT lukt het om een adequaat aanbod te formuleren en vastgelopen situaties vlot te trekken. Wat kan beter - Er is onduidelijkheid over het privacyreglement. Bespreekpunten voor volgend jaar zijn daarom: hoe is de privacy geregeld? Kan een gezamenlijk privacydocument voor alle partnerorganisaties opgesteld worden? Moet de JGZ medewerker van besproken zaken een aantekening in het dossier maken? - Bekendheid Jong Centraal en het MDT bij de diverse partnerorganisaties vergroten. Inbreng zaken door collega s uit partnerorganisaties stimuleren. - Aandachtspunten voor de komende periode zijn: nagaan of er geen dubbele bespreking plaatsvindt bij zaken in het VO (namelijk in ZAT en in MDT) en nagaan of inbreng zaak door hulpverlener uit andere dan partnerorganisatie, bijvoorbeeld intern begeleider van de basisschool, meerwaarde biedt. 2.4 PR In het begin van het jaar is er veel aandacht besteed aan naamsbekendheid voor Jong Centraal. Onder andere via de busreclame, posters in de abri s en de lokale media. Verder is er een grote mailing geweest met posters, folders (voor de diverse doelgroepen) naar de organisaties die met jeugdigen werken in Amersfoort. In lokale huis-aan-huisbladen hebben enkele artikelen gestaan over Jong Centraal. Medewerkers van de frontoffice hebben bij vele organisaties aan uitvoerend werkers of bij bijeenkomsten van professionals informatie gegeven over Jong Centraal. Het communicatieplan dat is opgesteld in mei 2007 is in augustus bij de projectleider van Jong Centraal ter uitvoering neergelegd. Binnen het partneroverleg echter ontstond discussie over nut en noodzaak van stadsbrede PR, als het de bedoeling is dat klanten zoveel mogelijk de bestaande wegen naar hulp, zorg en onderwijs blijven bewandelen. Jong Centraal heeft in 2007 een communicatieadviseur aangetrokken om een communicatieplan te maken. Deze zal in 2008 worden uitgevoerd. Uitgangspunt is dat Jong Centraal een vangnetfunctie heeft en bij iedere burger in de stad bekend moet zijn. 2.5 Personeel en organisatie In 2007 hebben vijf personen in de frontoffice van Jong Centraal gewerkt. Amant levert een inzet van 46 uur per week. SOVEE brengt op jaarbasis een inzet van 2070 productieve uren in. Het heeft lang geduurd voordat een projectleider kon worden aangesteld. De taken van de coördinator zijn het eerste halfjaar waargenomen door de directeur, de kwartiermaker en de medewerkers van het team. 1 augustus is de 18

projectleider met haar werkzaamheden gestart. Er heeft een personele wisseling plaatsgevonden in augustus. Eén van de medewerkers van Amant heeft Jong Centraal verlaten en is vervangen door een medewerker die speciaal voor Jong Centraal is geworven. In 2007 is de beleidskeuze gemaakt om in de frontoffice medewerkers minimaal 16 uur in de week te laten werken. Hierdoor krimpt het team van vijf naar vier medewerkers. Door deze maatregel nemen de overheaduren af en neemt het aantal contactmomenten per medewerker toe (minimaal vier dagdelen verspreid over de week). Daarnaast is er voor gekozen dat medewerkers bij voorkeur louter voor Jong Centraal werkzaam zijn, zodat klanten (en dan vooral professionals) zo min mogelijk te maken krijgen met medewerkers die meerdere functies en rollen in het lokale veld vervullen. Wel zo duidelijk voor alle betrokkenen. De enkele medewerker die nog wel twee functies heeft houdt deze in tijd strikt gescheiden door voor beide functies op aparte, hele dagen te werken. Aan het einde van 2007 hebben 3 medewerkers afscheid genomen van Jong Centraal: één medewerker van Amant en twee medewerkers van SOVEE. Amant werft een nieuwe medewerker en het is de bedoeling dat een medewerker van de GGD in de front-office komt. 19

3 Backoffice en ketensamenwerking Jong Centraal is meer dan een laagdrempelige balie, zoals ook blijkt uit dit hoofdstuk. In 3.2 worden de doelstellingen die de frontoffice overstijgen besproken en in 3.3 de signalerende functie van Jong Centraal. In 3.4 wordt slechts beknopt ingegaan op de samenwerking met de backoffice, omdat er een uitgebreid evaluatieonderzoek naar de samenwerking binnen Jong Centraal in 2007 is verricht. Daarna wordt aandacht besteed aan het partner- en ketenoverleg, om af te sluiten met de interne communicatie in paragraaf 3.7. 3.1 Doelstellingen projectplan Naast de vijf gemeentelijke WMO-taken, die in 2.3 worden verantwoord, heeft Jong Centraal twee doelen, namelijk: 1) Bundelen van taken op het gebied van opvoeden, opgroeien en onderwijs; 2) Realiseren van een adequaat, goed bereikbaar, laagdrempelig en samenhangend interventieaanbod in Amersfoort (ketenbenadering). Deze twee ambitieuze doelstellingen uit het projectplan van Jong Centraal hebben geen weerslag gekregen in het werkplan van Jong Centraal voor 2007. Dit betekent niet dat er niets is gebeurd. Invulling geven aan de twee eerder genoemde doelen is een gezamenlijke verantwoordelijk van alle partners. In 2007 is hiermee een begin gemaakt. Jong Centraal heeft het voorzitterschap vervuld van de werkgroep opvoedondersteuning, één van de werkgroepen van het ketenoverleg jeugdzorg, -hulpverlening, onderwijs en veiligheid. In paragraaf 3.6 is hierover meer te lezen. Los van de concrete invulling die aan de ketenbenadering is gegeven door de werkgroep opvoedondersteuning, is er in de keten de bereidheid, motivatie, intentie en inzet om gezamenlijk en in samenhang het interventieaanbod in Amersfoort neer te zetten. 3.2 Signaleren op beleidsniveau Jong Centraal is de spin in het web van jeugdzorg, -hulpverlening en onderwijs. Jong Centraal heeft een algemene signaleringsfunctie en de volgende bijbehorende taken: 1) Genereren van beleidsinformatie. 2) Het in kaart brengen van het lokale interventieaanbod en de gemeente informeren wanneer een passend lokaal aanbod ontbreekt. In de bijlage Signalen is de praktische, gebundelde uitwerking te zien van de signalerende functie van Jong Centraal. De meeste signalen komen van de frontoffice of zijn door de projectleider geformuleerd naar aanleiding van ontwikkelingen in de stad en gesprekken met ketenpartners. Voor de toekomst is het de bedoeling dat Jong Centraal in toenemende mate gevoed wordt door medewerkers uit alle lagen van de partnerorganisaties om haar signalerende functie optimaal te kunnen vervullen. Ze bijlage. 20