De breedplaatvloer wordt toegepast in woningbouw en utiliteitbouw. Uitvoering traditioneel gewapend of voorgespannen gewapend. Omschrijving : De elementen zijn voorzien van een gladde onderzijde met facet kanten. Het systeem voldoet aan de normen van het Bouwbesluit, bij inachtneming van alle randvoorwaarde. Met de vloer is constructief veel mogelijk d.m.v. versterkte stroken, uitkragingen, balkbodems, vierzijdige oplegging en grote trapsparingen. De breedplaatvloeren hebben een breedte van 2400 /3000 mm en zijn opgebouwd uit een beton schil variërend tussen de 50mm en 100mm en voorzien van 3 doorgaande tralieliggers. De boven-, koppel en voegwapening worden op de bouw aangebracht en afgestort met een druklaag. Montage De breedplaatvloer is een systeem wat door middel van kettingen aan de knooppunten van een tralie ligger neergelegd wordt (hijssen op 1/5 van de lengte van de plaat).de kleinste hoek tussen kettingen en vloerplaat moet tenminste 60 graden zijn. De platen worden horizontaal met een kraan gelost van de vrachtwagen en meestal meteen op hun plaats gelegd, waarbij gelet moet worden op een goede gewichtsverdeling. Het neerleggen dient zonder schokken en stoten plaats te vinden. De kanaalplaatvloer is een systeem wat door middel van een klem neergelegd wordt. De platen worden in het algemeen met een zelflosser op het werk gelost. Bij zwaardere types wordt rechtstreeks van de wagen gelost. Pasplaten worden voorzien van ingestorte hijslussen en met kettingen gemonteerd.
Product gegevens specificaties breedplaatvloer ongeïsoleerd / geïsoleerd elementbreedte 2400 /3000 mm Tralieligger 3 stuks doorgaand per standaard breedte Tralieligger hoogte < 240 mm Dikte Gewicht - 50 mm, 125 kg/m2, - 60 mm, 150 kg/m2-70 mm, 175 kg/m2 Isolatie dikte - Rc 2,5 m2/k/w dikte 92 mm / 100 mm - Rc 3,0 m2/k/w dikte 112 mm / 120 mm - Rc 3,5 m2/k/w dikte 132 mm / 140 mm Milieuklasse/ brandwerendheid Milieuklasse XC1 is de meest gangbare klasse. Hogere milieuklassen zijn op aanvraag mogelijk, waarbij de plaatdikte eventueel aangepast moet worden, dit door de grotere vereiste dekking. Standaard bezitten de elementen een brandwerendheid van 60 minuten. Bij grotere brandwerendheid (90 of 120 minuten) dient de dekking op de wapening aangepast te worden. Bij voorgespannen elementen kan de brandwerendheid ook verhoogd worden naar 90 of 120 min. Kwaliteit Breedplaatvloeren worden onder KOMO-attest met productcertificaat geleverd als gewapend beton met een betonsterkte C28/35. Hogere sterkteklassen op aanvraag. Bij de breedplaatvloer heeft de wapening een kwaliteitsterkte van FeB 500. Of FeP 1860 De onderzijde voldoet aan de afwerkingsklasse klasse A van de VBU (NEN 6722-02) Voegen Onderlinge aansluiting met V-groef. Bij pasplaten moet u rekening houden met een ruwe kant (de ruwe (vuile) naad)
Oplegging Wij adviseren een oplegging bij metselwerk van 20 mm en 10 mm op beton. Bij een oplegging van min. 60 mm is geen tijdelijke ondersteuning langs de oplegging nodig. Bij een oplegging op metselwerk van 90mm, 80mm op beton en 70mm op staal is er geen koppelwapening nodig. Een vlakke oplegging is noodzakelijk. De hoofdconstructeur bepaald of er een drukverdelend materiaal of glijfolie noodzakelijk is (bijv. bouwvilt, rubber of zandcement mortel.) Voor oplegdetails verwijzen wij naar het KOMO-attest met productcertificaat. Transport De breedplaat vloer wordt aangevoerd met behulp van een platte vrachtwagen. De vracht bedraagt max 25 ton. De bouwplaats dient rekening te houden met de grote en het gewicht van onze oplegger combinatie, zodat er een vlotte correcte aanvoer en verwerking van de elementen mogelijk is. Opslag Tussenopslag raden wij af vanwege de extra kans op beschadigingen. Vraag advies voor eventuele tussenopslag. De transportonderneming is toegerust voor levering JUST IN TIME en laadvolgorde is in principe de montage volgorde. Onderstempeling Voordat de breedplaat elementen worden neergelegd, moet de onderstempeling worden aangebracht. De meest gangbare stempelrij-afstand is ca. 1800 mm bij een plaatdikte van 50 mm. De stempeling moet zodanig geplaatst zijn dat de breedplaat een lichte toog krijgt. Bij vloeren >250 mm moet de stempelafstand aangepast worden. Grotere stempelrij-afstand is mogelijk door dikkere plaat en/of meerdere tralieliggers (of zwaardere) De afstanden h.o.h van de onderstempeling staan vermeld op het legplan. De onderstempeling moet steeds dwars op de tralieliggers worden gemonteerd. Afhankelijk van de oplegging kan de randonderstempeling weggelaten worden. De
onderstempeling kan pas worden weggehaald als de beton voldoende is uitgehard. Hiervoor moet contact worden opgenomen met de hoofdconstructeur. Sparingen/ voorzieningen Sparingen kunnen fabrieksmatig aangebracht worden, de sparingen worden uitgevoerd in gasbeton of polystyreen (tempex). Tempex-sparingen Minimaal 100 x 100 mm Zijden als veelvoud van 50 mm Gasbeton-sparingen Minimaal 100 x 100 mm Maximaal 250 x 250 mm Zijden als veelvoud van 50 mm Elektradozen kunnen in de fabriek worden aangebracht. De elektradoos wordt in de breedplaat geplaatst. Standaard wordt er gebruik gemaakt van een Haf C75 met uitgangen 5/8". IBTronic XL inbouwdozen met extra aansluit- en installatieruimte voor installatie (meerwerk optie) zie onder informatie Toleranties NEN 6725 art 3.2.7.1 Tekenwerk De vloeren worden vervaardigd en geleverd volgens categorie 4a van Criteria 73/5 (KIWA) Dit houdt ondermeer in dat de hoofdconstructeur de optredende lijn- en puntlasten op de breedplaatvloer tekeningen dient op te geven. Wapening op de plaat De bovenwapening bestaat uit koppel-, voeg, steunpunt en raveelwapening. Op de uitgewerkte werktekening staat precies vermeld waar de bovenwapening nodig is. Deze wapening is door Tricon voor de opgegeven kg prijs op maat te leveren.
In de druklaag, boven de wapening op de plaat', kunnen de installateurs eventueel benodigde leidingen aanbrengen, waarna de bovenwapening wordt aangebracht. De randkist wordt op hoogte aangebracht en de sparingen afgewerkt. De betonsterkte voor de druklaag wordt voorgeschreven door de hoofdconstructeur, in één fase aangebracht en verdicht met behulp van een trilnaald. De betonmortel moet gelijkmatig aangebracht worden. Speciale balkbodem 3b-liggers Balkbodem > 400 mm dikte balk Plaatdikte 50/70 Breedte vanaf 600 mm tot 2400 mm Balkbodem < 400 mm dikte balk Plaatdikte 50/70/90/110/130/150 mm (afhankelijk van de hoogte van de balk) Breedte vanaf 600 mm tot 2400 mm De balkbodems zijn speciaal ontwikkeld voor balken in de breedplaatvloer. Voordeel is dat de beugelwapening in de breedplaat is opgenomen. Storten van de druklaag