Operatie verwijde buikslagader



Vergelijkbare documenten
PATIËNTEN INFORMATIE. Operatie Aneurysma van de buikslagader (AAA) Stentprothese

Operatie bij een vernauwde halsslagader

Vaatoperatie. Voor uw opname

Een verwijde of vernauwde buikslagader

CHIRURGIE. Schildklieroperatie BEHANDELING

Richtlijnen na een halsslagaderoperatie

CHIRURGIE. Liesbreukoperatie BEHANDELING

Amputatie van arm of been

Het dotteren van een vernauwde beenof bekkenslagader

CHIRURGIE. Haarnestcyste BEHANDELING

PLASTISCHE CHIRURGIE. Huidtransplantatie BEHANDELING

Verwijding van de buikslagader- aneurysma Vaatoperatie met een endoprothese.

Hand- en polsoperaties

St. Antonius Ziekenhuis

Verwijding van de buikslagader - aneurysma. Open vaatoperatie - buisprothese of bifurcatieprothese.

Verwijdering van lymfeklieren via een kijkoperatie

Operatie bij een vernauwde of afgesloten beenslagader

Plaatsing van een stent

EVAR Procedure. (Endo Vasculaire Aneurysma Reparatie) Centrumlocatie

Laparoscopische verwijdering van de nier (kijkoperatie)

Correctie van afstaande oren

Percutane mitralisklep clipping

Steenverwijdering uit de urineleider

Adviezen voor na uw ontslag

PATIËNTEN INFORMATIE. Operatie Aneurysma van de buikslagader (AAA) Stentprothese

Operatie Aneurysma van de buikslagader (AAA)

Laserbehandeling van de luchtwegen

PLASTISCHE CHIRURGIE. Borstreconstructie BEHANDELING

Verwijdering van een deel van de nier via een kijkoperatie met de da Vinci-robot

Het sluiten van een PFO

EVAR procedure bij verwijding van de grote buikslagader

Het operatief verwijderen van de eerste rib

Verwijdering blaastumor via de plasbuis

VAATCHIRURGIE. Urokinasebehandeling BEHANDELING

Effectieve dialyse met een shunt

Behandeling van een hamerteen (dagopname)

UROLOGIE. JJ-katheter BEHANDELING

RADIOLOGIE. Angiografie. Röntgenonderzoek bloedvaten ONDERZOEK

CHIRURGIE. Littekenbreuk

CHIRURGIE. Haarnestcyste BEHANDELING

Speekselklieroperatie

Saunder s plastiek en Argonplasma

CHIRURGIE. Etalagebenen

Standsafwijking van de grote teen

Het sluiten van een ASD

ST. ANTONIUS SPATADERCENTRUM. Spataderoperatie BEHANDELING

CARDIOLOGIE. HOCM-ablatie BEHANDELING

Aneurysma van de buikslagader

Onderzoek van de stembanden

Chirurgie/Urologie. Circumcisie (besnijdenis) bij volwassenen

UROLOGIE. Bevriezen van een niertumor DRUKPROEF. Cryotherapie BEHANDELING

Kijkoperatie van de dikke darm

Cardiologie. Pericardpunctie

Kijkoperatie van een gewricht Artroscopie

INTERNE GENEESKUNDE. Dorstproef ONDERZOEK

Verwijderen van de sternumdraden

Operatie aan de elleboogzenuw

Chirurgie Vaatchirurgie Omleiding van een slagader in een been

Effectieve dialyse met een shunt

LONGGENEESKUNDE VATS BEHANDELING

NUCLEAIRE GENEESKUNDE. Renografie ONDERZOEK

Operatie aan de grote buikslagader. Endovasculaire procedure

PIJNBESTRIJDING. Proefblokkade BEHANDELING

Prostaatoperatie via de buik

Niet ingedaalde balletjes

Operatie aan de voorhuid bij uw kind

PIJNBESTRIJDING. Caudale blokkade BEHANDELING

Darmvoorbereiding met Kleanprep. Tijdens opname

Behandeling door de kaakchirurg

Prostaatoperatie via de buik

Verwijderen baarmoederslijmvlies

Orale endo-echografie

CHIRURGIE. Leveroperatie BEHANDELING

Het carpale tunnelsyndroom

PLASTISCHE CHIRURGIE. Buikwandcorrectie BEHANDELING

RADIOLOGIE. Punctie ONDERZOEK

Behandeling met Iloprost (Ilomedine )

Het verwijderen van een nier

Intrathecale injectie met Baclofen

RF-blokkade van het ganglion sfenopalatinum

Oorcorrectie bij kinderen Dagopname

Nierbekkenplastiek. Kijkoperatie

Telemetrie op de verpleegafdeling

Bypass operatie aan het been

ORTHOPEDIE. Cuffrepair BEHANDELING

PIJNBESTRIJDING. RF-discusbehandeling BEHANDELING

St. Antonius Ziekenhuis

DERMATOLOGIE. Operatieve ingreep. op de poli Dermatologie BEHANDELING

Littekenbreukoperatie

Standscorrectie artrotische knie

Chirurgie. Algemene informatie rond de operatie

Operatie aan de liesslagader Liesdesobstructie

Mohs micrografische chirurgie bij huidkanker

Endoscopie. Proctoscopie

CHIRURGIE/PLASTISCHE CHIRURGIE. Haperende vinger BEHANDELING

Het verwijderen van een testikel

Pijnmeting. Hulpmiddel bij pijnbestrijding

Aneurysma Aorta Abdominalis. (Verwijding van de grote buikslagader)

St. Antonius Ziekenhuis

Transcriptie:

VAATCHIRURGIE Operatie verwijde buikslagader endoprothese/stent BEHANDELING

Operatie verwijde buikslagader Uw vaatchirurg heeft ontdekt dat u een ernstige verwijding hebt van uw buikslagader. Binnenkort wordt u aan deze verwijding geopereerd. Uw arts heeft u verteld wat de gang van zaken rond de operatie is. U wordt drie à vier dagen in het ziekenhuis opgenomen. Om u voor te bereiden, schetsen wij in deze folder een algemeen beeld van uw vaatoperatie en krijgt u instructies voor als u weer thuis bent. Door verschillende factoren kan uw operatie anders verlopen dan in deze folder staat beschreven. Als dat het geval is, dan stellen de medewerkers van ons ziekenhuis u daarvan vanzelfsprekend op de hoogte. Wilt u dit boekje bewaren en meenemen als u wordt opgenomen? Er staat namelijk in hoe uw verblijf in het ziekenhuis globaal zal verlopen. Mocht u na het lezen nog vragen hebben, stel deze dan gerust. Wij wensen u een voorspoedig herstel toe. 1

Een aneurysma in de buikslagader (AAA) Naarmate u ouder wordt, wordt de vaatwand minder elastisch. Daardoor kan het bloedvat verwijden: er ontstaat een aneurysma. Door de kracht van de normale bloeddruk in het aneurysma kan de vaatwand bovendien gaan lekken. Het aneurysma dat u hebt, zit in het buikgedeelte van de aorta en loopt soms door tot aan de liesslagader. Daarom heet het een aneurysma aortae abdominalis (AAA): abdominalis is Latijn en betekent dat het om de buik gaat. Een echo is een onderzoek waarbij met behulp van geluidsgolven een orgaan zichtbaar wordt gemaakt op een beeldscherm. Behandelingsmethode van AAA Een AAA wordt behandeld als de arts denkt dat het risico op problemen bij het niet behandelen van het aneurysma groter is dan de risico s die u loopt met een operatie. Voorheen was open chirurgie (waarbij de buikholte wordt opengemaakt) de standaardbehandelmethode voor AAA. De afgelopen decennia is er een nieuwe behandelingsmethode ontwikkeld. Figuur 1: In het kader ziet u de buikslagader. Afbeelding 1 geeft een gezonde buikslagader weer. Op afbeelding 2 is een aneurysma zichtbaar. Symptomen van een aneurysma in de buikslagader Meestal zijn er geen symptomen die wijzen op een aneurysma in de buikslagader. Het kan gebeuren dat uw arts tijdens een routineonderzoek een kloppende, gevoelige zwelling ziet of voelt in het midden of het onderste deel van de buik. Maar de meeste aneurysma s worden bij toeval gevonden wanneer er een echo wordt gemaakt van de buik. Deze nieuwe methode is bekend als endovasculaire stentimplantatie. Dit betekent dat de arts van binnenuit een stent in de verwijde slagader plaatst. Een stent is een soort metalen kokertje. Door de stent vanuit de liesslagader in het aneurysma te plaatsen, wordt het verwijde bloedvat van binnenuit hersteld. Zo wordt er een nieuwe route voor de bloedstroom in de slagader gecreëerd. De stent voorkomt dat er nog bloed in het aneurysma stroomt. Deze stent wordt ook wel endoprothese genoemd. Voorbereidende gesprekken Voorafgaand aan uw opname krijgt u voorbereidende gesprekken met de vaatchirurg, de anesthesioloog of 2

anesthesiemedewerker en de intakeverpleegkundige. Hieronder leest u wat tijdens deze gesprekken zoal aan de orde komt. Gesprek met de vaatchirurg. Tijdens het eerste polibezoek geeft de vaatchirurg u informatie die toegespitst is op uw individuele situatie. Daarbij komen de volgende onderwerpen aan de orde: de behandeling de operatie het verwachte resultaat mogelijke complicaties eventueel stoppen/doorgebruiken medicatie uw toestemming voor de operatie eventueel noodzakelijke bloedonderzoeken Gesprek met de anesthesioloog of anesthesiemedewerker In uw gesprek met de anesthesioloog krijgt u informatie over: de verdoving (anesthesie) tijdens de operatie de wijze van anesthesie voor- en nadelen bijwerkingen risico s en complicaties pijnbestrijding de inname van uw huidige medicatie op de dag van de operatie eventuele doorverwijzing naar een andere specialist (cardioloog of longarts) Gesprek met de intakeverpleegkundige Tijdens de verpleegkundige intake komen de volgende zaken aan de orde: het verpleegkundige opnamegesprek de globale gang van zaken tijdens uw opname de opnameduur inventarisatie van uw thuissituatie, benodigde hulpmiddelen en/of aanpassingen thuis. Medicatie Een aantal dagen voor uw opname belt de apotheek van het ziekenhuis, de St. Antonius Apotheek, u op. De medewerker vraagt dan welke medicatie u gebruikt. Zo heeft de arts een actueel overzicht. Vóór uw opname Globale gang van zaken rondom opname Hebt u na de operatie voldoende hulp thuis? Denkt u daar vóór de operatie alvast over na. Want hoewel u eenmaal thuis veel zelf kunt doen, hebt u de eerste zes weken na de operatie bij een aantal zaken hulp nodig. Wie kan er boodschappen voor u doen? Wie doet het (zware) huishoudelijke werk? 3

U kunt deze zaken het beste vóór uw opname al regelen met familie en vrienden. Als u denkt huishoudelijke hulp nodig te hebben na uw opname, win dan alvast informatie in bij het WMO-loket van de gemeente waarin u woont. Het is namelijk veel moeilijker om oplossingen voor dergelijke problemen te vinden als u eenmaal in het ziekenhuis ligt. Bovendien geeft het een zekere rust, als u weet dat alles straks goed geregeld is. Wachtlijst Hoe lang u moet wachten voordat u wordt opgeroepen voor de ingreep, is afhankelijk van de mogelijkheden van het ziekenhuis en van de medische noodzaak. De chirurg bepaalt hoe groot de medische noodzaak is. Hulpverlenende instanties Als u na uw ontslag uit het ziekenhuis tijdelijk professionele hulp nodig hebt, schakelt de verpleegkundige de indicatieadviseur voor u in. Deze komt vervolgens in het ziekenhuis bij u langs om te bespreken welke zorg u precies nodig hebt. Het kan mogelijk zijn om tegen een kleine vergoeding te herstellen op de logeerafdeling van een verzorgingstehuis. Mocht dat voor u een uitkomst zijn, belt u hiervoor alvast naar uw huisarts. Medicijnen Als u Sintrommitis of Marcoumar gebruikt, dan moet u daar enkele dagen voor uw opname in het ziekenhuis mee stoppen. Uw arts overlegt met u hoeveel dagen dit precies zal zijn. In het ziekenhuis Opname op de verpleegafdeling Waarschijnlijk één dag voor de operatie wordt u in het ziekenhuis verwacht. Op het afgesproken tijdstip meldt u zich bij de afgesproken afdeling. Nadat u bent ingeschreven, wordt u naar de verpleegafdeling gebracht. Daar worden u en uw familie ontvangen door een verpleegkundige. Het komt helaas een enkele keer voor dat de operatie op het laatste moment moet worden uitgesteld vanwege een spoedgeval. Wij zijn ons ervan bewust dat dit heel vervelend is. We streven er dan naar u zo spoedig mogelijk een nieuwe opnamedatum door te geven. Neemt u ook de medicijnen in de originele verpakking mee die u thuis gebruikt en eventueel de papieren van de Trombosedienst? De afdelingsarts kan dan met u afspreken welke medicijnen u kunt blijven gebruiken en welke niet. 4

Wat neemt u mee? Neemt u in elk geval de volgende zaken mee naar het ziekenhuis: nachtkleding (pyjama of nachtjapon) ondergoed (ruime boxershorts) kamerjas pantoffels toiletartikelen (tandenborstel, tandpasta, kam) gebittenbakje Laat waardevolle spullen liever thuis. Het ziekenhuis kan namelijk niet aansprakelijk worden gesteld voor diefstal of verlies. Voorbereidingen op de operatie Op de dag van opname vinden nog enkele onderzoeken plaats. Er wordt bloed bij u afgenomen voor laboratoriumonderzoek. Daarnaast zal de co-assistent (dat is iemand die in opleiding is om arts te worden) u lichamelijk onderzoeken en een aantal vragen aan u stellen. Mogelijk wordt er nog een aantal andere onderzoeken bij u verricht. De arts zal deze dan met u doorspreken. Medicijnen Om trombose (stolling van het bloed) te voorkomen, gaat u door met het innemen van de tabletten Ascal of Plavix die u tijdens uw bezoek aan de polikliniek kreeg voorgeschreven. Tijdens de opname in het ziekenhuis krijgt u ook dagelijks een injectie Fraxiparine om trombose te voorkomen. Eten en drinken De tijd van de ingreep is vaak de middag ervoor bekend. Op de dag dat u geopereerd wordt, mag u vanaf 24.00 uur niet meer eten. U mag nog wel heldere vloeibare dranken hebben zoals water, thee met of zonder suiker, zwarte koffie met of zonder suiker, bouillon, appelsap, druivensap en limonadesiroop. Ook roken raden wij af. Eventuele medicijnen mag u wel met een slokje water innemen, behalve als uw arts u heeft verteld dat dit niet mag. Voorbereidingen op de dag van de ingreep Enige tijd voordat u naar de operatiekamer gaat, wordt u gereedgemaakt voor de ingreep. s Ochtends kunt u zich eerst nog douchen of wassen. Van de verpleging krijgt u speciale operatiekleding. Sieraden, prothesen en make-up moet u afnemen. Een vrijwilliger van de vervoersdienst brengt u vlak voor de operatie naar de operatieruimte. Daar brengt de anesthesioloog (de verdovingsarts) u in slaap of krijgt u een ruggenprik. Dat hangt af van uw conditie. De anesthesioloog bespreekt dit vooraf met u. De vaatchirurg opereert u. De ingreep De chirurg maakt een kleine snee aan beide kanten ter hoogte van de liezen. Via het bloedvat in uw lies schuift de arts een katheter (een dun slangetje) omhoog naar het aneurysma in uw buik. De stent zit opgevouwen aan de katheter. Vervolgens klapt de chirurg de stent open en haalt hij de katheter weer uit uw lichaam. De stent blijft achter in de verwijde buikslagader. Voortaan stroomt het bloed van uw buikslagader door deze stent (zie afbeelding). Het aneurysma krijgt geen bloed meer. 5

Afhankelijk van de kenmerken van het aneurysma en uw anatomische kenmerken kunnen er extra stents nodig zijn om er zeker van te zijn dat het aneurysma van de bloedstroom is afgesloten. De ingreep duurt twee tot vier uur. Na de ingreep worden röntgenfoto s en CT-scans gemaakt, zodat de arts het aneurysma kan bekijken en kan controleren of het door de stentprothese is afgesloten van de bloedstroom. Bij een CT-scan ligt u op een tafel die door een soort ring wordt geschoven. De CT-scan maakt als het ware dwarsdoorsneden van uw lichaam. Hierdoor kan de arts de prothese goed beoordelen. Complicaties die bij veel operaties voorkomen zijn: wondinfectie, trombose (stolling van het bloed), longembolie (een bloedstolsel in de longvaten), bloedingen en beschadigingen van de zenuwen. Een longontsteking komt na een operatie wat vaker voor dan normaal. Wij doen er echter alles aan om risico s zoveel mogelijk te voorkomen. Bovenstaande complicaties kunnen bij alle operaties optreden. Er zijn ook complicaties die speciaal bij deze operatie kunnen voorkomen. Uw vaatchirurg heeft dit met u besproken: er kan bloed blijven lekken langs de geplaatste stent. Het kan dan nodig zijn om een extra stent te plaatsen. de nieren kunnen tijdelijk minder goed werken vanwege de contrastvloeistof. In de loop der jaren kan de stentprothese langzaam iets uitzakken. Om dit te controleren wordt jaarlijks een CT-scan gemaakt. Na de operatie De verwijde buikslagader met de stent (in het wit) Mogelijke complicaties Iedere operatie brengt bepaalde risico s met zich mee. Om deze te verkleinen, wordt u voorafgaand aan de operatie uitvoerig onderzocht en worden voorzorgsmaatregelen getroffen. Na de ingreep blijft u op de uitslaapkamer. In eerste instantie bent u daar wat slaperig en misschien misselijk van de narcose. U merkt dat u een aantal slangetjes in uw lichaam hebt: u hebt een infuus in uw arm. Dit is een dun slangetje, dat in een bloedvat is geschoven. Hierdoor worden vocht en voedingsstoffen in uw bloed gebracht, omdat u kort na de ingreep nog niet mag eten of drinken; ook hebt u een blaaskatheter in, waardoor de urine wordt afgevoerd; 6

Voor extra zuurstof kunt u een slangetje in de neus hebben. Op de uitslaapkamer bent u aangesloten op een ECG-apparaat dat uw hartritme registreert. Daarnaast is het mogelijk dat u ook op andere bewakingsapparatuur wordt aangesloten. Als het goed met u gaat, gaat u weer terug naar de afdeling. De verpleegkundigen helpen u in het begin met wat u zelf nog niet kunt doen. Al snel zult u steeds minder hulp nodig hebben. De verpleegkundigen zullen u stimuleren om steeds meer zelf te gaan doen, zoals wassen en aankleden. Zo wordt de overgang van het ziekenhuis naar huis zo klein mogelijk. Elke dag komt de zaalarts informeren hoe het met u gaat; in het weekend is dat de dienstdoende arts. Ontslag en nazorg Naar huis Als u zover hersteld bent dat u weer grotendeels voor uzelf kunt zorgen, zullen de verpleegkundigen en de arts in overleg met u bepalen wanneer u weer naar huis gaat. Dat is meestal twee tot drie dagen na de operatie. Voordat u het ziekenhuis verlaat, hebt u nog een gesprek met een verpleegkundige. Als u op- of aanmerkingen hebt, over uw verblijf op onze afdeling, dan willen wij die graag horen. Bovendien krijgt u een aantal zaken mee naar huis: een afspraak voor controle op de polikliniek; eventueel afspraken voor controleonderzoeken; een afspraak met de Trombosedienst (als dat nodig is). Een afspraakkaart met hierop de datum dat u de huisarts de hechtingen kunt laten verwijderen; U krijgt van uw arts in het ziekenhuis medicatie mee. De ziekenhuisapotheek stuurt een actueel overzicht van uw medicijnen naar uw eigen apotheek. Uw eigen apotheek stuurt een overzicht naar uw huisarts; We sturen digitaal een brief naar uw huisarts. Richtlijnen na ontslag Lichamelijke inspanning Uw lichaam geeft aan waar uw grenzen liggen ten aanzien van activiteiten zoals lopen, fietsen en dergelijke. U kunt deze activiteiten zelf langzaam opbouwen. U kunt na de operatie gewoon weer seksueel contact hebben. Dit is absoluut ongevaarlijk. Uw behoefte aan seks zal hetzelfde zijn als vóór de operatie. Met vragen over seks na uw operatie kunt u altijd bij uw vaatchirurg terecht. Het duurt meestal 2 tot 4 weken voordat u zich weer helemaal fit voelt. Wanneer u uw werk weer kunt hervatten, bepaalt u in overleg met uw (bedrijfs)arts. Wij adviseren u geen strak ondergoed te dragen, maar liever een boxershort. 7

U mag douchen. Om te voorkomen dat uw wond week wordt, kunt u de eerste 2 á 3 weken na de operatie beter niet in bad gaan. Wonden De eerste weken na de operatie zullen uw operatiewonden nog pijn doen. Dit kan onder andere het lopen bemoeilijken. Dit is een heel normaal verschijnsel. Houd de wonden in uw lies goed schoon en droog. Indien nodig: verzorg/verbind uw wonden zoals uw arts u heeft voorgeschreven. Na ongeveer zes weken is de wond volledig genezen. Voeding U mag alles eten. Wij adviseren u om niet alleen gezónd, maar ook cholesterolarm, zoutarm en vetarm te eten. Daarmee voorkomt u aandoeningen aan uw hart- en bloedvaten. Daarnaast is het van belang dat u op gewicht blijft. Hebt u behoefte aan advies, dan kan de verpleegkundige u in contact brengen met de diëtist van het ziekenhuis. Algemene tips Deze tips gelden voor iedereen, maar zeker voor u als vaatpatiënt: stop met roken beweeg veel voorkom stress Vervolgafspraken U blijft in ieder geval tot uw eerste controle op de polikliniek de bloedverdunners gebruiken die de arts u voorschreef. Uw behandelend arts overlegt dan met u of u de bloedverdunnende medicijnen nog langer moet gebruiken. Ook eventuele andere medicatie gebruikt u in overleg met uw specialist. Na ongeveer twee maanden hebt u een afspraak met uw vaatchirurg. Hij zal de stent controleren en er zal een CT-scan gemaakt worden. Hebt u nog vragen? Als u na het lezen van deze folder nog vragen hebt, aarzel dan niet om deze aan de verpleegkundigen of aan uw arts te stellen. Eenmaal thuis kunt u met problemen en vragen bij uw huisarts terecht. In de avond, de nacht en het weekend kunt u de Spoedeisende Hulp bellen en u kunt hier terecht. Overige informatie Hart- & Vaatgroep T 088-111 16 00 M info@hartenvaatgroep.nl www.hartenvaatgroep.nl Federatie van Nederlandse Trombosediensten T 071-561 77 66 www.fnt.nl www.trombosestichting.nl Saltro Utrecht T 030-236 11 36 www.saltro.nl 8

St. Antonius Ziekenhuis T 088-320 30 00 E patienteninformatie@antoniusziekenhuis.nl www.antoniusziekenhuis.nl Spoedeisende Hulp 088-320 33 00 Vaatchirurgie 088-320 26 00 Locaties en bezoekadressen Ziekenhuizen St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn) Poliklinieken St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern 9

Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis VCH 17/04-13