14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.



Vergelijkbare documenten
2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart.

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen.

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi.

DE GEBOORTE VAN JEZUS

DE GEBOORTE VAN JEZUS

2

1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren.

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

Bijbelstudie Door het geloof I

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Orde van dienst voor de viering van de eredienst in de Morgensterkerk 11 november Anders-dan-Anders-dienst in de serie over de Tien Woorden:

Samenvatting plagen!

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

De geboorte van Jezus

Bible for Children stelt voor. De geboorte van Jezus

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

Welke les moesten de Egyptenaren leren?

De geboorte van Jezus

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

kids en de Bijbel voorlezen of zelf lezen, samen bidden, kleuren, puzzelen en knutselen

De exodus. Foto s van het materiaal

kids en de Bijbel voorlezen of zelf lezen, samen bidden, kleuren, puzzelen en knutselen

H ET O UDE T ESTAMENT

Binnenkomst in stilte in de donkere kerk. We zingen:

De grote familie. Foto s van het materiaal

L I C H T W E G. een Kerstgedicht

1. Bij een nieuw begin

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

Engelenverhalen (Inleiding) 2 Koningen 6; Psalm 80. Gert Hijkoop 22 juli 2018

Simone Foekens. met illustraties van Melanie Broekhoven SpecialBooX, Zuid-Beijerland. Kinderbijbel

Zingen: Op Toonhoogte 275 (Joh.de Heer, lied 569) Heer, wees mijn Gids

Klaagliederen 1. Het eerste lied

Welk visioen ging in vervulling?

De aanbidding van het gouden kalf Een feest voor de HEER? Een gouden kalf voor de HEER?

Les 13: Geboorte van Jezus.

Wat was de koning van Syrië van plan? tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet op die en die plaats zijn.

EEN FAVORIETE ZOON WORDT EEN SLAAF

Ruth 1. Ruth en Noömi

GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL!

Kinderdienst: Helden Over David en Goliath.

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, mannen. 2 Met dat leger trok hij naar

Welk volk bond de strijd aan met Israël en wat was het resultaat na de strijd?

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis

Ballingschap en terugkeer

Het verhaal van onze kerststal

2 Petrus 1. Begin van de brief

3 maart uur ZJC van Harten orgel: Peter Sneep schriftlezing: Rinke Larooy

5 juli 2015, Vredebergkerk

Muziek: De notatie van de liedjes vind je aan het eind van dit Bijbelspel.

Hoeveel koningen besloten om Gibeon aan te vallen en wat was de reden hiervoor?

DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen.

Paaswake voor kinderen 31 maart 2018

Wat zag David op een avond?

Bijbellezing: Johannes 14 vers 1 tot 12. Tom, Tom is altijd goed Kom, kom nou zeg, is dat zo?

Op weg naar het beloofde land

Niet in slaap vallen hoor!

Bijbel voor Kinderen presenteert DE UITTOCHT UIT EGYPTE

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Wat zag Mozes voor zijn ogen gebeuren? en hun dwangarbeid aanzag, en naar zijn broeders vertrok. Exodus 2:11, eerste deel

Orde van dienst Hervormde Gemeente te Sellingen

Filippenzen 1. Begin van de brief

3 Jullie moeten jezelf niet beter vinden dan een ander, of opscheppen

Schrijf op wat je gelooft dat God wil met jouw leven. vandaag deze week maand jaar. Wat wil jij met je leven doen?

DE UITTOCHT UIT EGYPTE

Naar welke berg trokken zij op en hoe lang waren zij toen uit Egypte?

LES 10 EEN PASCHA EN EEN DOORPAS OP DE BELOFTEWEG. Exodus 1-14

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

DE UITTOCHT UIT EGYPTE

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

Samen houden we de website up-to-date!

Laatste voorbereidingen 1. Besnijdenis, niet op basis van eigen kracht 2. Pascha, verbond wordt hersteld 3. Begin van een nieuw tijdperk

ONZE HEMELSE VADER ZORGT VOOR ALLE DINGEN

Welke opdracht ontving Mozes van God?

Wij zingen voor de dienst: Lied 412: 1 en 3

Mieke Lansbergen. Op een dag leek het me een goed idee om een offer te maken voor God. Uit dankbaarheid voor alles wat groeit, en omdat

Dienst met doventolk Zondag 2 september :30 uur

Protestants Kralingen. Genoeg. Zondag 3 augustus 2014, Hoflaankerk

Het leven van Job Preek Jefta 24 juni 2018

Hartelijk Welkom bij

Wie was de laatste aardse koning van Juda en wie had deze koning op de troon gezet?

ZOMERAVONDGEBED 11 JUNI 2017 GROTE KERK GOES. U hebt een Liedboek nodig! Stilte. Orgelspel. We gaan staan

HOE KIJKJE OVER DE GRENS? Overstapdienst. 30 juni Organist: Aad van Poppel Voorganger: ds. Freek Schipper

Muzikaal kerstverhaal: Ga je mee op zoek. Voorganger: Heidi Ebbers. M.m.v. Kinderdienstcommissie en figuranten. Muziek: Young Company en Cantorij

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school.

Tegen wie trok Israël ten strijde en waar sloegen zij hun kamp op?

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

De profetische aspecten uit het boek Jozua. Wanneer speelt de geschiedenis, die beschreven wordt, in het boek Jozua zich af?

Zondag 17 maart Voorganger: Ds. Jennie Lambers-Niers. Organist: Eril Nijzink

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

Liedboekje kinderkoor de Bubbel. september t/m december 2017

JEZUS DE GEWELDIGE LERAAR

DE UITTOCHT UIT EGYPTE

Welke opdracht gaf God aan Jozua?

Wie overleed en waar was het volk toen?

Liederen voor zondag 3 december 2017

ZOEK HET UIT! KinderBijbelKeet-week Grote Kerk Hilversum. 28 tot en met 31 augustus. dit boekje is van:.

Transcriptie:

Psalmen Psalm 78 1 Een lied van Asaf. De lessen van het verleden Luister allemaal naar mijn woorden. Luister goed, want ik wil jullie iets leren. 2 Wijze woorden wil ik spreken, wijze woorden over het verleden, 3 over dingen die vroeger gebeurd zijn en die wij van onze voorouders hoorden. 4 Ook onze kinderen moeten dat weten. Wij zullen hun het verhaal vertellen over de machtige daden van de Heer, de wonderen die hij heeft gedaan. God maakte regels voor Israël 5 De Heer gaf zijn wetten aan Israël, hij maakte regels voor zijn volk. Onze voorouders moesten die regels weer aan hun kinderen leren. 6 Want iedereen moest Gods regels kennen, elk kind dat in Israël geboren werd. Zo werden zijn wetten steeds doorgegeven. 7 Het volk mocht niet vergeten wat God voor hen gedaan had. Ze moesten hem vertrouwen en zich aan zijn regels houden. 8 Ze moesten anders leven dan hun voorouders. Die verzetten zich tegen God, ze bleven hem niet trouw. 9 De Israëlieten moesten anders zijn dan de mannen uit Efraïm. Die hadden sterke wapens, maar toen het oorlog werd, vluchtten ze weg. 10 Ze hielden zich niet aan de wetten van God, ze wilden niet leven volgens zijn wil. 11 Ze waren vergeten wat God had gedaan, vergeten welke wonderen ze hadden gezien. God deed wonderen voor zijn volk 12 God deed wonderen in Egypte, in de velden bij Soan. Onze voorouders hebben dat gezien. 13 God maakte een pad door de zee, en zij liepen over dat pad. God hield het water tegen. 14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

15 In de woestijn brak hij rotsen open, er stroomde heel veel water uit. Zo kon iedereen drinken. 16 Het water kwam uit de stenen omhoog, het stroomde als een brede rivier. God gaf voedsel in de woestijn 17 Maar de Israëlieten deden niet wat God wilde. Ze verzetten zich tegen de Allerhoogste. 18 Ze wilden weten hoe machtig hij was. Daarom riepen ze in de woestijn om eten. 19 Ze twijfelden, ze zeiden: Kan God ons wel te eten geven, hier, midden in de woestijn? 20 Hij sloeg wel op de rotsen en daar stroomde veel water uit. Maar brood en vlees voor zijn volk, kan hij daar ook voor zorgen? 21 Toen de Heer dat hoorde, werd hij kwaad, heel kwaad op de Israëlieten. Woedend werd hij op zijn volk. 22 Want ze vertrouwden hem niet, ze geloofden niet dat hij kon helpen. 23 Toen stuurde God de wolken weg, hij opende de deuren van de hemel. 24 Hij liet brood naar beneden komen, het leek alsof het regende. Het volk kreeg eten uit de hemel. 25 Ze aten het brood van de engelen. God zorgde voor eten, meer dan genoeg. 26 Daarna liet hij uit het oosten een wind waaien en hij stuurde een storm uit het zuiden. 27 Hij liet vogels naar beneden vallen, zo veel als er zand is bij de zee. Het leek alsof het regende. 28 Midden tussen de tenten van de Israëlieten vielen de vogels op de grond. 29 De mensen aten de vogels op. Ze kregen zo veel vlees als ze wilden. 30-31 Maar terwijl ze nog aan het eten waren, werd God woedend op hen. De grootste eters sloeg hij dood, de sterkste Israëlieten stierven. Steeds opnieuw had God geduld 32 Toch deed het volk niet wat God wilde. Ze vertrouwden niet op zijn wonderen. 33 Daarom liet God hen zwerven,

hij liet hen sterven in de woestijn. 34 Soms doodde God mensen uit het volk. Dan zocht het volk hem weer, dan verlangden ze weer naar hem. 35 En dan wisten ze weer: God is trouw aan ons, de Allerhoogste is onze bevrijder. 36 Toch werden ze weer ontrouw, ze waren niet eerlijk tegen God. 37 Ze dachten niet meer aan hem en deden niet wat ze hem hadden beloofd. 38 Maar God had medelijden met hen. Hij strafte hen niet voor hun fouten, hij doodde hen niet allemaal. Hij liet niet zien hoe boos hij was, steeds opnieuw had hij geduld. 39 Want hij kende de Israëlieten. Hij wist hoe klein en zwak ze waren, zo zwak als adem die je uitblaast. Het volk vergat Gods wonderen 40 Steeds weer maakten ze God boos, daar in de woestijn. Steeds weer verzetten ze zich tegen hem, in dat droge land. 41 Steeds weer wilden ze weten wat hij allemaal kon. Zo beledigden ze de heilige God van Israël. 42 Ze vergaten dat hij hen geholpen had, dat hij hen bevrijd had van hun vijanden. 43 Ze vergaten zijn grote daden in Egypte, en de wonderen die hij deed bij Soan. 44 Hij had rivieren veranderd in bloed, het water was niet meer te drinken. 45 Hij stuurde steekvliegen naar Egypte, dat was een straf voor het volk. Hij stuurde kikkers naar Egypte, dat was een ramp voor het land. 46 Hij had ook sprinkhanen gestuurd. Die aten alle planten op en vernietigden de oogst. 47 Met hagelstenen vernielde God de wijngaarden, met harde regen maakte hij de vijgenbomen kapot. 48 God had de koeien met hagelstenen gedood, met bliksem doodde hij de schapen. 49 Woedend was hij op de Egyptenaren,

hij was verschrikkelijk kwaad. Hij stuurde engelen om rampen te brengen. 50 God was woedend op de Egyptenaren, en dat liet hij merken ook. Hij liet hen sterven aan de pest, hij beschermde hen niet tegen de dood. 51 Alle oudste zonen in Egypte doodde hij, alle sterke jongens van het land. God gaf zijn volk een eigen land 52 Toen liet God zijn volk weggaan uit Egypte, en hij leidde hen door de woestijn. Hij zorgde goed voor hen, zoals een herder voor zijn schapen zorgt. 53 Hij leidde hen, ze waren veilig. Ze hoefden nergens bang voor te zijn, want hun vijanden waren verdronken in zee. 54 Hij bracht zijn volk naar zijn heilige land, hij bracht hen naar zijn heilige berg. 55 De volken die er woonden, jaagde hij weg, en hij verdeelde het land in stukken. Daar konden de Israëlieten wonen. God strafte het ontrouwe volk 56 Maar de Israëlieten verzetten zich weer tegen God. Ze wilden weten hoe groot zijn macht was. Ze hielden zich niet aan de regels van de Allerhoogste. 57 Ze deden niet wat ze moesten doen. Ze bleven God niet trouw, ze waren net als hun voorouders. 58 Ze offerden overal waar ze wilden, en ze maakten God kwaad met hun godenbeelden. 59 Toen werd God woedend, hij wilde niets meer van Israël weten. 60 Hij wilde niet meer wonen in de tempel in Silo, hij wilde daar niet langer blijven. 61 Hij beschermde de heilige kist niet meer. Die kon de vijand zo meenemen. 62 God was woedend op zijn eigen volk. Hij stuurde vijanden om hen te doden. 63 Er stierven zo veel jongens in de strijd dat meisjes geen man meer konden vinden. 64 De priesters werden vermoord, hun vrouwen huilden in stilte. God maakte een nieuw begin 65 De Heer deed niets. Het leek wel of hij sliep, alsof hij in een diepe slaap was.

Maar toen hij opstond, was hij meteen klaar voor de strijd. 66 Hij verjaagde de vijanden voorgoed. Niemand had meer respect voor hen. 67 Maar de Heer wilde niet in Efraïm blijven, hij zocht een andere plaats voor zijn tempel. 68 Hij koos Juda en de berg Sion, want die berg had hij lief. 69 Daar bouwde hij voor altijd zijn tempel, zo hoog als de hemel, zo stevig als de aarde. 70 Hij koos David, zijn dienaar. Hij haalde hem bij de schapen vandaan. 71 Een gewone herder werd koning van Israël. Alleen hij kon Gods eigen volk leiden. 72 David zorgde trouw voor hen, hij leidde zijn volk met wijsheid.